Kansspelwetgeving over zorgplicht ent limietstellingen in 21 Europese landen
Kansspelwetgeving over zorgplicht ent limietstellingen in 21 Europese landen
Kansspelwetgeving over zorgplicht ent limietstellingen in 21 Europese landen
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
30
KANSSPELWETGEVING OVER ZORGPLICHT EN LIMIETSTELLINGEN
˚
vergunninghouder contact opnemen met de speler voor een adviesgesprek waarbij de
speler op de risico’s van gokken wordt gewezen en informatie wordt gegeven over zorgorganisaties.
Wanneer de speler zijn speelgedrag ondanks het adviesgesprek niet verandert of wanneer
de speler weigert aan het adviesgesprek deel te nemen, dan moet de vergunninghouder
de speler definitief of voor een bepaalde periode uitsluiten van verdere deelname of het
aantal keren dat de speler kan spelen beperken.
• Wanneer het niet mogelijk blijkt betrouwbare informatie over de kredietwaardigheid van de
speler in te winnen, dan moet de vergunninghouder
˚
˚
˚
Een speciaal hiervoor opgeleide medewerker van de vergunninghouder contact laten opnemen
met de speler voor een adviesgesprek waarbij de speler op de risico’s van gokken
wordt gewezen en informatie wordt gegeven over zorgorganisaties.
Vervolgens moet de medewerker de speler vragen of zijn inkomen en financiële situatie
zodanig is dat zijn gokgedrag zijn bestaansminimum in gevaar brengt.
Wanneer naar aanleiding van het adviesgesprek en de vragen over een mogelijk risico
voor het bestaansminimum, redelijkerwijs vermoed moet worden dat voortgezette en
ongewijzigde deelname aan kansspelen een risico zou vormen voor het bestaansminimum,
of wanneer de speler weigert aan het adviesgesprek deel te nemen of weigert
informatie te verstrekken over de financiële situatie, dan moet de vergunninghouder
de speler definitief of voor een bepaalde periode uitsluiten van verdere deelname of
het aantal keren dat de speler kan spelen beperken.
De vergunninghouder is niet verplicht verdergaande onderzoeken of affordability checks uit te
voeren dan die hierboven beschreven. Wanneer de vergunninghouder niet aan deze beide verplichtingen
voldoet en hierdoor het speelgedrag van de speler zijn bestaansminimum schaadt,
dan is de vergunninghouder aansprakelijk voor de opgelopen schade. Deze aansprakelijkheid
geldt voor een periode van drie jaar nadat de schade is ontstaan. De aansprakelijkheid vervalt
wanneer de speler geen of onjuiste informatie bij het adviesgesprek heeft gegeven.
De wetgeving schrijft verder voor dat spelers de mogelijkheid moeten hebben gebruik te maken
van de zelfcontrole tool MENTOR. Standaard is dit ingesteld bij nieuwe klanten met de mogelijkheid
dit uit te zetten. De vergunninghouder maakt gebruik van de monitoringresultaten van deze
tool. Wanneer uit de resultaten blijkt dat er sprake is van risicogedrag zoals onregelmatige stortingen
in tijd of bedrag, hogere gokfrequenties, minder pauzes etc., dan zal de vergunninghouder
contact met de speler zoeken zoals eerder beschreven. Jongeren worden intensiever gevolgd en
eerder gecontacteerd bij verdacht gedrag.
De wetgeving verplicht spelers tijds- en stortingslimieten in te stellen bij de registratie bij de
vergunninghouder. De maximale stortingslimiet die ingesteld kan worden, bedraagt €800 per
week. Individuele uitzonderingen zijn niet mogelijk. Er zijn geen beperkingen voor de tijdslimieten.
Een verlaging van een limiet gaat direct in, een verhoging na een bedenktijd van 72 uur.