Het Huis Stoclet in Brussel - Academie voor Beeldende Kunsten Aalst

Bijlage: De Wiener Werkstätte
In 1903 besloten een groepje kunstenaars en ambachtslieden uit Wenen, de hoofdstad
van Oostenrijk, samen te gaan werken. Ze richtten de Wiener Werkstätte of de ‘Weense
werkplaatsen’ op. Josef Hoffmann en Koloman Moser waren de leiders van de groep.
In de Wiener Werkstäte werkten de
ambachtslieden en kunstenaars samen in
gezamenlijke ateliers. Ze maakten praktische
dingen of gebruiksvoorwerpen die ook mooi
waren: meubels, kledij, keukengerei,
haarkammen, … Alles moest mooi zijn!
Omringd zijn door mooie dingen maakt het
leven immers aangenamer. Ze bouwden
huizen en paleizen waarin alles wat je zag
heel erg mooi was.
De voorwerpen die in de vele Weense ateliers gemaakt werden, hadden allemaal
eenzelfde en zeer specifieke stijl. Deze stijl werd door iedereen meteen herkend. Op elk
voorwerp uit de ateliers stond ook het logo van de Wiener Werkstätte.
De alledaagse dingen uit de Weense ateliers werden met de hand gemaakt, niet in een
fabriek. Dat vroeg veel tijd. Ze werden ook vervaardigd uit kostbare materialen. Daarom
waren de Wiener Werkstätte spullen heel erg duur. Enkel rijke mensen konden ze betalen.
De kunstenaars en ambachtslieden vonden dat iedereen recht had op mooie dingen, maar
toch kwamen de mooie voorwerpen enkel bij rijke mensen terecht.
Invloeden
A) De Industriële Revolutie
De Wiener Werkstätte werden opgericht in een tijd waar veel fabrieken werden gebouwd.
De machines in de fabrieken zorgden ervoor dat dingen heel snel gemaakt konden
worden. Ambachtslieden die alles met de hand maakten, hadden geen werk meer. Ateliers
werden gesloten.
De arbeiders in de fabrieken werkten in zeer slechte omstandigheden. De machines waren
gevaarlijk en ongezond. Het werk was bovendien zeer eentonig.
De fabrieken werden opgericht in de steden. Heel veel mensen trokken van het platteland
naar de stad. De steden werden alsmaar groter. De arbeiders woonden er in kleine
huisjes. Er waren heel erg grote verschillen tussen de arbeidersklasse en de leden van de
burgerij, die eigenaars van de fabrieken waren. Er was een grote kloof tussen armen en
rijken.
B) Arts & Crafts in Engeland
Engeland was het eerste land in Europa waar veel fabrieken werden gebouwd. De
kunstenaar William Morris vond dit maar niks. Hij vond de dingen die ze in de fabrieken