17.08.2015 Views

Monitor Jeugd en Media

1IYQhOj

1IYQhOj

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

<strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong><strong>en</strong> <strong>Media</strong>


Inhoud7 Voorwoord9 InleidingTerminologieOnderzoeksopzetRapportagePortrett<strong>en</strong>7 Interviews met ti<strong>en</strong> jonger<strong>en</strong>TimoJurreJesseCharlotteLarsFynnAsmea & VeraLynnJuan32 Kwantitatief Onderzoek34 Beeldscherm-mediaGebruikBezit39 Gedrukte media41 Het belang dat aan media wordt toegek<strong>en</strong>d45 Smartphone-toepassing<strong>en</strong>49 Sociaal contactMotivering<strong>en</strong> voor contact via mediaVervel<strong>en</strong>de ervaring<strong>en</strong>Mythes over sociale mediaContact met school – belangrijkste mediaContact met school – belangrijkste thema’s


57 Hobby’s <strong>en</strong> interesses, in relatie tot mediaHobby’s <strong>en</strong> interesses<strong>Media</strong> als ondersteuning voor hobby’s <strong>en</strong> interesses61 <strong>Media</strong> voor schoolwerk <strong>en</strong> huiswerkSociale media voor schoolwerk <strong>en</strong> huiswerkHulpbronn<strong>en</strong> bij het huiswerkBewuste afleiding bij het huiswerkStrategieën om afleiding teg<strong>en</strong> te gaan72 Houding teg<strong>en</strong>over school<strong>Media</strong>wijsheid op schoolPrivé-gebruik van media in de klasFunctioneel gebruik van media in de klas76 <strong>Media</strong> <strong>en</strong> gezondheidPrev<strong>en</strong>tieve maatregel<strong>en</strong>79 Rol van de oudersActieve mediatie83 Correlaties‘Houding teg<strong>en</strong>over school’ <strong>en</strong> mediagebruikTypering van onderwijsniveaus op basis van mediagebruik85 Sam<strong>en</strong>vatting <strong>en</strong> highlights<strong>Media</strong>Functies van mediaCommunicer<strong>en</strong><strong>Media</strong>gebruik voor schoolAfleidingHobby’s <strong>en</strong> interessesOpvatting<strong>en</strong> over schoolGezondheidRol van de oudersTotaalbeeld88 Colofon


62% van de13-18 jarig<strong>en</strong>stuurt onderde les wele<strong>en</strong>se<strong>en</strong> privébericht


<strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> • 2015E 7Voorwoord“Wild<strong>en</strong> we vroeger wet<strong>en</strong> wat de schoolgaande jeugdleerde, nu vrag<strong>en</strong> we ons af wat de schermgaandejeugd opsteekt van al die scherm<strong>en</strong>”, schrijftprof. dr. Patti Valk<strong>en</strong>burg in haar nieuwste boekSchermgaande jeugd. Dit onderzoeksrapport gaatin op die vraag. Hoe gebruik<strong>en</strong> jonger<strong>en</strong> media– in het bijzonder digitale media – om te ler<strong>en</strong><strong>en</strong> te ontdekk<strong>en</strong>? Oftewel: hoe zett<strong>en</strong> ze tablets,smartphones <strong>en</strong> laptops in voor school <strong>en</strong> hobby’s?We <strong>en</strong>quêteerd<strong>en</strong> 1741 leerling<strong>en</strong>. Daarnaast zocht<strong>en</strong> we ti<strong>en</strong> ti<strong>en</strong>ers thuis op. We interviewd<strong>en</strong>ze <strong>en</strong> zag<strong>en</strong> hoe ze hun huiswerk ded<strong>en</strong>, met laptop, tablet, smartphone, p<strong>en</strong> <strong>en</strong> papier,terwijl pa <strong>en</strong> ma thee <strong>en</strong> speculaas serveerd<strong>en</strong>.Staatssecretaris Sander Dekker (OCW) heeft het Platform #Onderwijs2032 in het lev<strong>en</strong>geroep<strong>en</strong> om te onderzoek<strong>en</strong> waar het onderwijs van de toekomst aan moet voldo<strong>en</strong>. Schol<strong>en</strong>buig<strong>en</strong> zich namelijk al langer over de vraag hoe ze toekomstgericht onderwijs kunn<strong>en</strong> gev<strong>en</strong>,dat recht doet aan individuele verschill<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> schermgaande scholier<strong>en</strong>.Om dat goed te kunn<strong>en</strong> bepal<strong>en</strong>, helpt het om de schermgaande jeugd beter te ler<strong>en</strong> k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>.Hun mediagebruik is immers drastisch veranderd (de smartphone staat inmiddels promin<strong>en</strong>top één), <strong>en</strong> het medialandschap maakt snelle <strong>en</strong> grote verandering<strong>en</strong> door (wie herinnert zichHyves <strong>en</strong> MSN nog?) Maar ook: hoe kijk<strong>en</strong> ze zelf aan teg<strong>en</strong> ontwikkeling<strong>en</strong> die voor onsvolwass<strong>en</strong><strong>en</strong> bijzonder zijn, maar voor h<strong>en</strong> misschi<strong>en</strong> de normaalste zaak van de wereld zijn?Deze monitor br<strong>en</strong>gt dus in beeld hoe scholier<strong>en</strong> anno 2015 hun werk do<strong>en</strong>. Bijvoorbeeld hoeze sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong> aan hun huiswerk via cloud-di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> <strong>en</strong> sociale media. Maar ook hoe zegitaar ler<strong>en</strong> spel<strong>en</strong>, dankzij internet, zonder dat er e<strong>en</strong> muziekschool aan te pas komt. Watwill<strong>en</strong> zij nog over media ler<strong>en</strong>?We hop<strong>en</strong> dat u veel wijsheid opdoet bij het lez<strong>en</strong> van deze eerste <strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong>.Het is de bedoeling dat we dit onderzoek regelmatig herhal<strong>en</strong>.Toine MaesDirecteur stichting K<strong>en</strong>nisnetJan MullerDirecteur Nederlands Instituut voor Beeld <strong>en</strong> Geluid,<strong>en</strong> voorzitter stuurgroep <strong>Media</strong>wijzer.net


<strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> • 2015E 9InleidingEr is al veel onderzoek gedaan naar het mediagebruikvan kinder<strong>en</strong> <strong>en</strong> jonger<strong>en</strong>, <strong>en</strong> wat dat voor invloedheeft op hun ontwikkeling. Het gaat dan bijvoorbeeldover gewelddadige games, seks in de media, reclame,of contact<strong>en</strong> via sociale media. Er is echter nog weinigonderzoek gedaan naar de relatie tuss<strong>en</strong> mediagebruik<strong>en</strong>erzijds <strong>en</strong> school <strong>en</strong> vrije tijd anderzijds.Daarin voorziet deze <strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong>.De monitor gaat over de manier waarop kinder<strong>en</strong> (van 10 t/m 12 jaar) <strong>en</strong> jonger<strong>en</strong> (van 13t/m 18 jaar) media gebruik<strong>en</strong> voor school <strong>en</strong> vrije tijd. Met name: hoe hun mediagebruik zichverhoudt tot ding<strong>en</strong> als ler<strong>en</strong>, huiswerk mak<strong>en</strong>, sociale contact<strong>en</strong> <strong>en</strong> gezondheid. In hoeverrehebb<strong>en</strong> ze baat bij media of juist niet?TerminologieOnder ‘media’ wordt in dit rapport verstaan:• de hardware, zoals: PC, laptop, tablet, smartphone, mp3-speler <strong>en</strong> tv;• applicaties, zoals: Facebook, YouTube, Instagram <strong>en</strong> WhatsApp;• tv-programma’s, zoals: het <strong>Jeugd</strong>journaal <strong>en</strong> het gewone journaal;• muziek in alle vorm<strong>en</strong>: mp3’tjes, video-clips, Spotify, radio, etc.;• traditionele media, zoals: boek<strong>en</strong>, tijdschrift<strong>en</strong>, krant<strong>en</strong> <strong>en</strong> bioscoopfilms.Al snel werd duidelijk dat ‘jonger<strong>en</strong>’ ge<strong>en</strong> homog<strong>en</strong>e groep vorm<strong>en</strong> qua mediagebruik, <strong>en</strong> dater soms grote verschill<strong>en</strong> zijn per leeftijd, geslacht, <strong>en</strong> onderwijsniveau. In de hier gepres<strong>en</strong>teerdeonderzoeksresultat<strong>en</strong> wordt dat dus systematisch beschrev<strong>en</strong>.Daar waar het leeftijdsverschil er niet toe doet, zal vanaf nu de term ‘jonger<strong>en</strong>’ gebruikt word<strong>en</strong>(in plaats van ‘kinder<strong>en</strong> <strong>en</strong> jonger<strong>en</strong>’).OnderzoeksopzetHet onderzoek bestond uit e<strong>en</strong> vrag<strong>en</strong>lijst die online is afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, statistische analyses, <strong>en</strong>interpretaties van de resultat<strong>en</strong>.Het vooronderzoek, bedoeld voor het opstell<strong>en</strong> van de vrag<strong>en</strong>lijst<strong>en</strong>, bestond uit:• e<strong>en</strong> literatuurstudie, waarin de voorgaande onderzoek<strong>en</strong> zijn geïnv<strong>en</strong>tariseerd <strong>en</strong>sam<strong>en</strong>gevat;• twee focusgroep-gesprekk<strong>en</strong>, met in totaal 16 leerling<strong>en</strong> van het Spinoza Lyceum inAmsterdam (onderbouw <strong>en</strong> bov<strong>en</strong>bouw).Het veldwerk werd uitgevoerd van 15 t/m 22 april 2015 door TNS Nipo, volg<strong>en</strong>s de zog<strong>en</strong>aamdeCAWI-methode (Computer-assisted web interviewing). In totaal hebb<strong>en</strong> 1.741 vande uitg<strong>en</strong>odigde 3.000 respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> (kinder<strong>en</strong> <strong>en</strong> jonger<strong>en</strong> van 10 t/m 18 jaar) de vrag<strong>en</strong>lijstingevuld. Het respons-perc<strong>en</strong>tage bedroeg 58%.


Vraag 23. Soms heb je veel huiswerk <strong>en</strong> is het nodig om je te kunn<strong>en</strong> conc<strong>en</strong>trer<strong>en</strong>.Heb jij e<strong>en</strong> goud<strong>en</strong> tip voor ander<strong>en</strong> om niet afgeleid te word<strong>en</strong> door ding<strong>en</strong> di<strong>en</strong>iets met school te mak<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>?meest g<strong>en</strong>oemd 'Mobielliefst erg<strong>en</strong>s anders <strong>en</strong>/of verweglegg<strong>en</strong>'‘Focus op het doel waarvoor je al het huiswerk voormaakt, jezelf slimmer mak<strong>en</strong> <strong>en</strong> je je studie hal<strong>en</strong>’‘Status instell<strong>en</strong>: B<strong>en</strong> belangrijkhuiswerk aan het mak<strong>en</strong> - niet stor<strong>en</strong>’ʻZet ge<strong>en</strong> muziek op <strong>en</strong> zorg datniemand bij je is <strong>en</strong> maak ge<strong>en</strong>oogcontact met vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> maarwel naar je vader of moederʼ'zet jemoederer naast'‘Alles uit <strong>en</strong> op stil zett<strong>en</strong> <strong>en</strong> jezelf nae<strong>en</strong> lange tijd ler<strong>en</strong> belon<strong>en</strong> met watleuks, hierdoor heb je motivatie omnog ev<strong>en</strong> door te gaan maar niet afgeleidt te word<strong>en</strong>’ʻnee helaasʼ


<strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> • 2015E 11De steekproef is getrokk<strong>en</strong> uit het online panel van TNS Nipo, op basis van de ideaalcijfersvoor leeftijd, geslacht, hoogst gevolgde opleiding, regio, <strong>en</strong> etniciteit. De netto-steekproef isherwog<strong>en</strong> op de g<strong>en</strong>oemde k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>. De steekproef is daardoor repres<strong>en</strong>tatief voor alleNederlandse jonger<strong>en</strong> van 10 t/m 18 jaar.De vrag<strong>en</strong>lijst bevatte vrag<strong>en</strong> over media, in relatie tot:• bezit, gebruik <strong>en</strong> belang;• contact met ander<strong>en</strong>;• ler<strong>en</strong>, huiswerk mak<strong>en</strong> <strong>en</strong> ontspann<strong>en</strong>;• schoolprestaties <strong>en</strong> de houding teg<strong>en</strong>over school;• gezondheid;• rol van de ouders.Omdat sommige vrag<strong>en</strong> veel antwoordmogelijkhed<strong>en</strong> bevatt<strong>en</strong>, wat té belast<strong>en</strong>d zou kunn<strong>en</strong>zijn (<strong>en</strong> de nauwkeurigheid van de responses negatief zou kunn<strong>en</strong> beïnvloed<strong>en</strong>), zijn bij sommigevrag<strong>en</strong> de antwoord<strong>en</strong> in tweeën gesplitst. Waarbij de <strong>en</strong>e helft van de respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> de<strong>en</strong>e helft van de antwoordmogelijkhed<strong>en</strong> kreeg, <strong>en</strong> de andere helft van de respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> deoverige antwoordmogelijkhed<strong>en</strong>. Repres<strong>en</strong>tativiteit <strong>en</strong> statistische betrouwbaarheid blev<strong>en</strong>hierbij gewaarborgd.De analyse van de onderzoeksresultat<strong>en</strong>, <strong>en</strong> de bijbehor<strong>en</strong>de rapportage, werd<strong>en</strong> verzorgddoor prof. dr. Peter Nikk<strong>en</strong>, bijzonder hoogleraar <strong>Media</strong>opvoeding aan de ErasmusUniversiteit van Rotterdam.RapportageDe ess<strong>en</strong>tie van e<strong>en</strong> ‘monitor’ is e<strong>en</strong> systematische <strong>en</strong> controleerbare beschrijving van destand van zak<strong>en</strong>. Vandaar dat het rapport ge<strong>en</strong> aanbeveling<strong>en</strong> bevat. Wat niet wegneemt datde onderzoeksresultat<strong>en</strong> zich heel goed l<strong>en</strong><strong>en</strong> voor praktische toepassing. We lat<strong>en</strong> dat echtergrot<strong>en</strong>deels over aan de lezers zelf.Helemáál waardevrij <strong>en</strong> 100% objectief kan e<strong>en</strong> monitor natuurlijk nooit zijn. Al was hetmaar vanwege de selectie van onderwerp<strong>en</strong>, <strong>en</strong> de manier waarop de vrag<strong>en</strong>lijst<strong>en</strong> zijn opgesteld.Daar ligg<strong>en</strong> altijd keuzes aan t<strong>en</strong> grondslag, die per definitie subjectief zijn. Voor deonderhavige rapportage kom<strong>en</strong> daar nog de volg<strong>en</strong>de elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> bij: de ding<strong>en</strong> die de onderzoekersopvall<strong>en</strong>d vond<strong>en</strong> (gemarkeerd met: ‘Wat opvalt’), de – t<strong>en</strong>tatieve – verklaring<strong>en</strong> dieincid<strong>en</strong>teel gegev<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> de impliciete aanbeveling<strong>en</strong> wanneer het gaat over risico’s.(Bijvoorbeeld: als het voortdur<strong>en</strong>d binn<strong>en</strong>strom<strong>en</strong> van berichtjes e<strong>en</strong> risico vormt voor d<strong>en</strong>achtrust van e<strong>en</strong> kind, dan ligt het voor de hand om daaruit af te leid<strong>en</strong> dat het aanbevelingswaardigis om ’s nachts de telefoon uit te zett<strong>en</strong> of in te nem<strong>en</strong>).Met name de uitsprak<strong>en</strong> bij de risico’s gaan soms verder dan de data lat<strong>en</strong> zi<strong>en</strong>. Daar hoort eig<strong>en</strong>lijke<strong>en</strong> gedeg<strong>en</strong> theorie bij, die e<strong>en</strong> (aantoonbare) relatie legt tuss<strong>en</strong> de risico’s <strong>en</strong> de data.Die theorie is nu niet expliciet voor de lezer. Voor e<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>de monitor ligt daar dus ruimtevoor versterking.Het onderhavige rapport is dus e<strong>en</strong> eerste stap in de ontwikkeling van e<strong>en</strong> nóg betere monitorover jeugd <strong>en</strong> media. We houd<strong>en</strong> ons aanbevol<strong>en</strong> voor uw suggesties!Portrett<strong>en</strong>Het rapport bevat ti<strong>en</strong> portrett<strong>en</strong> van jonger<strong>en</strong> <strong>en</strong> de manier waarop digitale media e<strong>en</strong> rolspel<strong>en</strong> bij hun huiswerk. De portrett<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> gemaakt door dr. Pauline Van Romondt Vis, alsonderdeel van e<strong>en</strong> kwalitatief onderzoek naar het gebruik van digitale media door jonger<strong>en</strong>.


12 <strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> • 2015FInterviewsmet ti<strong>en</strong>jonger<strong>en</strong>


<strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> • 2015E 13Hoe spel<strong>en</strong> digitalemedia e<strong>en</strong> rolbij jouw huiswerk?


timo jaarFacebook <strong>en</strong>Gmailstaan op<strong>en</strong>,voor huiswerkoverlegTimo’s cijfers zijn niet zo best.Te laag om over te gaan; zoalsgebruikelijk. Maar elk jaarmaakt hij e<strong>en</strong> eindspurt <strong>en</strong>dan gaat hij toch over.


timoVandaag vertaalt hij e<strong>en</strong> tekst van Ovidius.Hij zit languit op de bank, hoofdtelefoonrond zijn nek, laptop <strong>en</strong> schrift op schoot.Zijn broertje zit ook in de kamer, speelte<strong>en</strong> online game, <strong>en</strong> praat soms met medespelers.Meestal luistert Timo naar rustige muziekop Spotify, maar nu is hij verget<strong>en</strong> e<strong>en</strong> playlist temak<strong>en</strong>. (Beetje afgeleid door de onderzoeker, zegthij later.)Facebook <strong>en</strong> Gmail staan op<strong>en</strong>, voor huiswerkoverlegmet klasg<strong>en</strong>ot<strong>en</strong>. Op Facebook heeft deklas e<strong>en</strong> groep. Daar staat het huiswerk, word<strong>en</strong>aantek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> gedeeld, stell<strong>en</strong> klasg<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> vrag<strong>en</strong>over de stof, <strong>en</strong> gev<strong>en</strong> ze elkaar tips.Timo - gymnasium 4(categoraal gymnasium)Voordat hij begint,kijkt Timo nog ev<strong>en</strong> ofer berichtjes zijn. Driespelletjes-verzoek<strong>en</strong>.Maar daar gaat hij nietop in. “Als ik e<strong>en</strong>maalmijn schrift met Latijnvoor me heb, dan b<strong>en</strong> ikal heel ver gekom<strong>en</strong> metdat ik eindelijk iets doe,<strong>en</strong> dan ga ik meestalgewoon door.”Timo op<strong>en</strong>t twee docum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>op zijn laptop.Voordat hij begint,kijkt Timo nog ev<strong>en</strong> ofer berichtjes zijn. Driespelletjes-verzoek<strong>en</strong>.Maar daar gaat hijniet op inE<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> vertaling van e<strong>en</strong> klasg<strong>en</strong>oot, <strong>en</strong> e<strong>en</strong>met e<strong>en</strong> vertaling die hij online heeft gevond<strong>en</strong>.Met uitleg over naamvall<strong>en</strong>, tijd<strong>en</strong> <strong>en</strong> woordsoort<strong>en</strong>.In het schrift dat hij ook op schoot heeft,staat de tekst van Ovidius, met lijntjes voor deNederlandse vertaling. Hij heeft ge<strong>en</strong> woord<strong>en</strong>boekbij de hand, want de woord<strong>en</strong> had hij al eerderuit zijn hoofd geleerd. Hij gebruikte daarvoorWrts.nl <strong>en</strong> Woordjesler<strong>en</strong>.nl, waar zijn klas dewoord<strong>en</strong>lijst<strong>en</strong> op heeft gezet.Digitale media zijn belangrijk voor Timo om informatieover huiswerk te del<strong>en</strong>. Ze zorg<strong>en</strong> ervoordat de klasg<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> e<strong>en</strong>geme<strong>en</strong>schap vorm<strong>en</strong>. Daarnaast gebruikt hij digitalemedia ter ondersteuning van het ler<strong>en</strong>.


jurre jaarDigital<strong>en</strong>ieuwsblad<strong>en</strong>:handigals j<strong>en</strong>iet goedkuntzi<strong>en</strong>


jurreJurre zit in het laatste jaar van e<strong>en</strong> schoolvoor moeilijk ler<strong>en</strong>de kinder<strong>en</strong>. Meestalheeft hij ge<strong>en</strong> huiswerk, maar nu is hijaan het ler<strong>en</strong> voor zijn certificaat.Zijn ‘leerroute 4’ leidt niet op voor e<strong>en</strong> diplomamaar voor e<strong>en</strong> certificaat.Als hij slaagt voor zijn exam<strong>en</strong>, kan hijaan de slag in de horeca. Jurre vindtler<strong>en</strong> niet leuk, maar hij is wel ergtrots dat hij het doet.Hij heeft e<strong>en</strong> paar blaadjes waaropalles staat wat hij moet wet<strong>en</strong>: de ingrediënt<strong>en</strong>voor tomat<strong>en</strong>-gro<strong>en</strong>tesoep, de bereiding, <strong>en</strong> wathij moet do<strong>en</strong> om de keuk<strong>en</strong> netjes <strong>en</strong> hygiënischte houd<strong>en</strong>. Al e<strong>en</strong> aantal wek<strong>en</strong> lang, elke avondvoor het slap<strong>en</strong> gaan, leest Jurre de blaadjes, omalles uit zijn hoofd te ler<strong>en</strong>. Zo herhaalt hij iedereavond de stof.Op school maakt Jurre wel gebruik van digitalemedia, onder andere zijn tablet. Daarop downloadthij ‘nieuwsblad<strong>en</strong>’ van Nieuwsbegrip.nl, mettekst<strong>en</strong> <strong>en</strong> vrag<strong>en</strong>. Omdat Jurre niet goed kan zi<strong>en</strong>,<strong>en</strong> je de nieuwsblad<strong>en</strong> kunt vergrot<strong>en</strong>, is dat veelhandiger dan less<strong>en</strong> op papier. Eig<strong>en</strong>lijk zou hijwill<strong>en</strong> dat zijn tablet de tekst<strong>en</strong> ook voorleest,maar dat kost extra geld <strong>en</strong> het is nog niet duidelijkof dat er is.Jurre - vso zml,eindjaar(voortgezet speciaalonderwijs, cluster 3)Hij gebruikt zijn tabletook vaak om e<strong>en</strong>berichtje naar zijnm<strong>en</strong>tor te stur<strong>en</strong> alshij vrag<strong>en</strong> heeft overschool. Dat vindt hijprettig, want hij wilhaar liever niet bell<strong>en</strong>.Zo kunn<strong>en</strong> ze werk<strong>en</strong> privé gescheid<strong>en</strong>houd<strong>en</strong>. En met Googlekan hij ding<strong>en</strong> opzoek<strong>en</strong>als hij iets niet snapt,bijvoorbeeld over hetnieuws. Hij zoekt danmeestal filmpjes vanhet <strong>Jeugd</strong>journaal, of het gewone Journaal, omdatdaarin gesprok<strong>en</strong> wordt. Luister<strong>en</strong> is makkelijkervoor hem dan lez<strong>en</strong>.Jurre gebruikt zijn tablet ook voor sociale media,maar op school zet hij dan het geluid uit, zodat hijniet wordt afgeleid. Hij is mede-beheerder van deklass<strong>en</strong>pagina op Facebook.Jurre vindt zijn tablet fijner dan de laptop, ofiets anders, omdat dat tablet echt van hem is. Hijis er ontzett<strong>en</strong>d blij mee. Het <strong>en</strong>ige nadeel is datzijn tablet e<strong>en</strong> beetje traag is. Jurre vindt hetwel tijd voor e<strong>en</strong> nieuwe. En hij zou will<strong>en</strong> dat ere<strong>en</strong> app was die hem e<strong>en</strong> berichtje stuurt als heteerste uur uitvalt. Zodat hij wat langer in bed kanblijv<strong>en</strong> ligg<strong>en</strong>.Omdat Jurre niet goedkan zi<strong>en</strong>, <strong>en</strong> je d<strong>en</strong>ieuwsblad<strong>en</strong> kuntvergrot<strong>en</strong>, is dat veelhandiger dan less<strong>en</strong>op papier


jesse jaarGoogle Drive<strong>en</strong> WhatsAppom sam<strong>en</strong> te werk<strong>en</strong>“Nou, dit heb ik normaal echt nooit!”Jesse kan zijn huiswerk voor natuurkund<strong>en</strong>iet vind<strong>en</strong>. Het zou op e<strong>en</strong> foto op zijnsmartphone moet<strong>en</strong> staan.


jesseE<strong>en</strong> foto van het digiboard, gemaakttijd<strong>en</strong>s de natuurkundeles, maar laatstzijn al zijn foto’s per ongeluk gewist.“Normaal heb ik dus e<strong>en</strong> foto op mijntelefoon. Maar die is dus weg, <strong>en</strong> hetis zo’n gedoe om met mijn telefoon naar GoogleDrive te gaan.” Op Google Drive staat de studiewijzer,met daarin alles wat Jesses klas voor e<strong>en</strong>bepaalde periode moet do<strong>en</strong>. Jesse heeft ook noge<strong>en</strong> papier<strong>en</strong> ag<strong>en</strong>da (vindt hij veel fijner), maardie heeft hij deze keer nu net niet gebruikt.Eindelijk vindt hij het huiswerk, <strong>en</strong> schrijft hij hetover in zijn schrift. Hij op<strong>en</strong>t zijn boek <strong>en</strong> gaat deopdracht<strong>en</strong> mak<strong>en</strong>. Het mer<strong>en</strong>deel van zijn huiswerkmaakt Jesse met boek<strong>en</strong> <strong>en</strong> schrift<strong>en</strong>. Maarsoms, als hij iets niet begrijpt <strong>en</strong> er met het boekniet uitkomt, gebruikt hij het internet om ding<strong>en</strong>op te zoek<strong>en</strong>. Bijvoorbeeld filmpjes op YouTube, zoalsde Wiskundeacademie (“Je wiskundedoc<strong>en</strong>t mete<strong>en</strong> pauzeknop”). Omdat hij de uitleg van zijn eig<strong>en</strong>leraar meestal wel begrijpt, kan hij dus ook beoordel<strong>en</strong>of die filmpjes <strong>en</strong> websites wel klopp<strong>en</strong>.Jesse - gymnasium 3(gymnasium-afdelingvan vwo-school)Terwijl het liedjeafspeelt, licht<strong>en</strong> debijbehor<strong>en</strong>de toets<strong>en</strong> opJesse gebruikt internet ook voor zijn muziekhuiswerk.Vooral YouTube-instructiefilmpjes voor hetoef<strong>en</strong><strong>en</strong> op zijn elektrische piano. Terwijl hetliedje afspeelt, licht<strong>en</strong> de bijbehor<strong>en</strong>de toets<strong>en</strong>op. Bov<strong>en</strong> de toets<strong>en</strong> lop<strong>en</strong> de not<strong>en</strong> naar b<strong>en</strong>ed<strong>en</strong>,zodat je het verloop kunt volg<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> soortKlavarskribo 2.0. Jesse speelt e<strong>en</strong> filmpje af,pauzeert het, speelt het na, gaat terug naar e<strong>en</strong>eerder stukje, speelt ook dat na, <strong>en</strong> legt daarna deiPad weer weg.Voor opdracht<strong>en</strong> moet Jesse vaak sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong> metklasg<strong>en</strong>ot<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dan is Google Drive handig omgezam<strong>en</strong>lijk aan tekst<strong>en</strong> te werk<strong>en</strong>. Via WhatsAppbesprek<strong>en</strong> ze wat iedere<strong>en</strong> moet do<strong>en</strong>.De lagere klass<strong>en</strong> zijn iPad-klass<strong>en</strong>. Sommige vanJesses klasg<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> war<strong>en</strong> jaloers, maar Jesse zelfzag het gebruik van iPads niet zo zitt<strong>en</strong>. Hij vindtdat je er hoofdpijn van krijgt. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> is hetonhandig wanneer álles digitaal wordt aangebod<strong>en</strong>,omdat het lang niet altijd goed werkt. Jessebeschouwt digitale media e<strong>en</strong> mooie aanvullingbij het ler<strong>en</strong>, maar voor hem vervang<strong>en</strong> ze niet deinteractie met zijn doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, of het gebruik vanboek<strong>en</strong> <strong>en</strong> schrift<strong>en</strong>.C


charlotte jaarWoordjesler<strong>en</strong> metWrts.nlCharlotte gaat drie dag<strong>en</strong> inde week naar huiswerkclub.Ze is blijv<strong>en</strong> zitt<strong>en</strong> in de 2e,<strong>en</strong> heeft soms moeite zich teconc<strong>en</strong>trer<strong>en</strong>.


charlotteCharlotte - havo 3Op de huiswerkclub moet ze haarmobiel inlever<strong>en</strong>, <strong>en</strong> werkt ze inperiodes van 50 minut<strong>en</strong> achterelkaar, met 10 minut<strong>en</strong> pauze. Alsze thuis huiswerk maakt, gaat zemeestal eerst ev<strong>en</strong> wat et<strong>en</strong>, drink<strong>en</strong> <strong>en</strong> misschi<strong>en</strong>e<strong>en</strong> beetje tv-kijk<strong>en</strong> voor ze begint. T<strong>en</strong>zij ze heelveel moet do<strong>en</strong>.De digitale boek<strong>en</strong> zijnvooral handig als extra,maar niet als vervangingNu zit Charlotte thuis in de woonkamer met e<strong>en</strong>cappuccino <strong>en</strong> wat koekjes, haar ag<strong>en</strong>da, boek<strong>en</strong>,p<strong>en</strong>n<strong>en</strong>zak, <strong>en</strong> smartphone. Die staat op stil.Charlotte maakt haar huiswerk heel nauwkeurig.Ze is aan het ler<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> schriftelijke overhoringNederlands, <strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> repetitie Frans.Voor Frans beschrijft ze hoe de imparfait gemaaktwordt, met voorbeeld<strong>en</strong>. Ze oef<strong>en</strong>t de werkwoordsvorm<strong>en</strong>op papier (met e<strong>en</strong> blaadje op deNederlandse woordjes; wat ze niet weet, markeertze.) Wanneer ze vindt dat ze alles goed g<strong>en</strong>oegk<strong>en</strong>t, test ze zichzelf via Wrts.nl. De bijbehor<strong>en</strong>dewoord<strong>en</strong>lijst heeft ze zelf aangemaakt.Wat eig<strong>en</strong>lijk niet nodig was, omdat er voor allegangbare lesmethodes al woord<strong>en</strong>lijst<strong>en</strong> beschikbaarzijn, maar Charlotte vindt het prettig om zote werk<strong>en</strong>. “Zo leer ik het beter.”Sommige schoolboek<strong>en</strong> heeft Charlotte zowel digitaalals op papier. De echte boek<strong>en</strong> vindt ze fijnerom mee te werk<strong>en</strong>. Ze wil ook niet alle<strong>en</strong> maaruitleg via e<strong>en</strong> filmpje. De digitale boek<strong>en</strong> zijnvooral handig als extra, maar niet als vervanging.Noch als vervanging van het papier<strong>en</strong> boek, nochals vervanging voor de uitleg van de doc<strong>en</strong>t.Charlotte vindt het handig om naast haar ag<strong>en</strong>dae<strong>en</strong> planboekje te hebb<strong>en</strong>. Daarin noteert ze welkhuiswerk ze wanneer gaat do<strong>en</strong>. En wanneer zewelke boek<strong>en</strong> mee naar school moet nem<strong>en</strong>. Maarook om haar huiswerk te spreid<strong>en</strong> over de week, <strong>en</strong>ding<strong>en</strong> op tijd af te hebb<strong>en</strong>. Dat geeft haar rust.


lars jaarDigitaleboek<strong>en</strong> opde iPadMeestal maakt Lars zijn huiswerk opzijn kamer. Hij heeft e<strong>en</strong> hoogslaper,met e<strong>en</strong> bureau daaronder. Daarstaat e<strong>en</strong> computer (voor spelletjes)<strong>en</strong> e<strong>en</strong> DJ-control-panel.


larsHij draait wel e<strong>en</strong>s op feestjes in hetbuurthuis. Ook heeft hij tek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong><strong>en</strong> kaartjes aan de muur hang<strong>en</strong>.Lars werkt veel met de iPad.Iedere<strong>en</strong> op school heeft er e<strong>en</strong>.Veel van zijn boek<strong>en</strong>, <strong>en</strong> veel van zijn opdracht<strong>en</strong>,staan erop. En soms gebruikt hij ‘m om filmpjesvan de leraar te kijk<strong>en</strong>, als hij ding<strong>en</strong> voor techniekof handvaardigheid moet mak<strong>en</strong>. De leraarheeft e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> website, met instructiefilmpjes.De leerling<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> dan nado<strong>en</strong> wat ze gezi<strong>en</strong>hebb<strong>en</strong>. Heel handig is dat.Soms gebruikt Lars ook wel e<strong>en</strong>s Google, bijvoorbeeldom de verhouding tuss<strong>en</strong> liter, c<strong>en</strong>tiliter, <strong>en</strong>deciliter te achterhal<strong>en</strong>. Maar meestal vraagt hijhet – tijd<strong>en</strong>s de les – aan de doc<strong>en</strong>t, of gaat hij –thuis – naar zijn vader voor hulp. Zijn vader helpthem met overhor<strong>en</strong>, of neemt sam<strong>en</strong> met zijn zoonde belangrijkste ding<strong>en</strong> uit het boek door.Nu gaat Lars economie mak<strong>en</strong>. Hij gaat naar dedigitale boek<strong>en</strong>plank, <strong>en</strong> op<strong>en</strong>t het digitale boekop zijn iPad. Wanneer hij bij de oef<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> komt,pakt hij zijn schriftuit zijn tas, <strong>en</strong> schrijfthij de antwoord<strong>en</strong> inhet schrift. Lars zegtdat hij best goed ineconomie is, <strong>en</strong> is danook snel klaar.Lars - vmbo, 2e klasDaarna gaat hij rek<strong>en</strong><strong>en</strong>.Dat doet hijop de iPad, met hetprogramma Score (e<strong>en</strong>oef<strong>en</strong>programma voortaal <strong>en</strong> rek<strong>en</strong><strong>en</strong>. InSoms gebruikt Larsook wel e<strong>en</strong>s Google,bijvoorbeeld om deverhouding tuss<strong>en</strong> liter,c<strong>en</strong>tiliter, <strong>en</strong> deciliterte achterhal<strong>en</strong>dit geval voor rek<strong>en</strong><strong>en</strong>.) Hij moet allerlei verm<strong>en</strong>igvuldiging<strong>en</strong><strong>en</strong> breuk<strong>en</strong> do<strong>en</strong>. Wanneer hetprogramma zegt dat dat mag, gebruikt Lars zijnrek<strong>en</strong>machine. Er zit ook e<strong>en</strong> rek<strong>en</strong>machine in hetprogramma zelf, maar dat vindt hij niet handig,want dan moet hij van programma wissel<strong>en</strong>.Lars laat zi<strong>en</strong> hoe Score werkt, hoeveel punt<strong>en</strong> hijal heeft gehaald, <strong>en</strong> hoe lang hij erover gedaanheeft. Zijn school heeft nu nog e<strong>en</strong> proefabonnem<strong>en</strong>t,maar Lars hoopt dat ze het blijv<strong>en</strong> gebruik<strong>en</strong>,want hij vindt het fijn om ermee te werk<strong>en</strong>.


fynn jaarAntwoord<strong>en</strong>controler<strong>en</strong>via MagisterAls Fynn huiswerk moet mák<strong>en</strong>,doet hij dat meestal aan tafel, in dewoonkamer. Maar als hij moet ler<strong>en</strong>,zit hij liever op zijn eig<strong>en</strong> kamer.


fynnOok als hij aan project<strong>en</strong> moetwerk<strong>en</strong>, zit hij vaak op zijn kamer,omdat hij dan ding<strong>en</strong> moet opzoek<strong>en</strong>op zijn computer.Nu doet hij wiskunde, <strong>en</strong> zit hij aande eettafel in de woonkamer. Daar is hij minderg<strong>en</strong>eigd om spelletjes te gaan spel<strong>en</strong> op zijn computer.Voor zich: zijn wiskundeboek, zijn wiskundeschrift,<strong>en</strong> e<strong>en</strong> glas water. Rechts: zijn geschied<strong>en</strong>isboek<strong>en</strong> zijn geschied<strong>en</strong>isschrift. Links: zijntablet <strong>en</strong> zijn smartphone.Zijn smartphone ligt onderstebov<strong>en</strong>, <strong>en</strong> staat nogop stil vanwege school. Hij is verget<strong>en</strong> hem weeraan te zett<strong>en</strong>. Waardoor hij niet heeft gemerkt datzijn moeder heeft gebeld. Wanneer zij halverwegehet onderzoek thuiskomt, vraagt ze hem hoe zijndag is geweest, <strong>en</strong> of hij iets wil et<strong>en</strong> of drink<strong>en</strong>.Ook vraagt ze wat voor huiswerk hij aan het mak<strong>en</strong>is, <strong>en</strong> of ze hem misschi<strong>en</strong>erg<strong>en</strong>s mee kanhelp<strong>en</strong>.Zijn smartphone ligtonderstebov<strong>en</strong>,<strong>en</strong> staat nog op stilvanwege schoolFynn - brugklas vwoFynn geeft zijn moederkort antwoord,<strong>en</strong> blijft ondertuss<strong>en</strong>rustig doorwerk<strong>en</strong> aanzijn wiskunde. Dezeweek heeft hij e<strong>en</strong>repetitie, <strong>en</strong> nu maakthij e<strong>en</strong> diagnostischetoets om te kijk<strong>en</strong> wathij wel <strong>en</strong> niet snapt.De doc<strong>en</strong>t heeft de antwoord<strong>en</strong> van de diagnostischetoets op Magister gezet, zodat de leerling<strong>en</strong>kunn<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> of ze het goed hebb<strong>en</strong> gedaan. Fynnschrijft de somm<strong>en</strong> over uit zijn boek, <strong>en</strong> rek<strong>en</strong>tze uit. Eerst doet hij dat allemaal uit zijn hoofd,met wat aantek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> in de kantlijn. Later, wanneerde somm<strong>en</strong> moeilijker word<strong>en</strong>, gebruikt hijzijn rek<strong>en</strong>machine. T<strong>en</strong>slotte controleert hij deantwoord<strong>en</strong> op Magister.C


Asmae <strong>en</strong> Vera jaarOpdrachtper ongelukverwijderdAsmae <strong>en</strong> Vera zijndruk aan het prat<strong>en</strong>.Vera vertelt dat zevolg<strong>en</strong>de week ti<strong>en</strong>toets<strong>en</strong> heeft. “Watvoor toets<strong>en</strong> heb jedan?” vraagt Asmae.“Want de mijne hebik al gehad.”


Asmae <strong>en</strong> VeraVera -havo 2(iPad-klass<strong>en</strong>)Asmae - ath<strong>en</strong>eum 2Asmae <strong>en</strong> Vera zitt<strong>en</strong> in de tweede.Soms zitt<strong>en</strong> ze bij elkaar in de klas.Asmae doet ath<strong>en</strong>eum <strong>en</strong> Vera havo,maar op hun school zitt<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>d<strong>en</strong>iveaus soms bij elkaar.In de gem<strong>en</strong>gde ur<strong>en</strong> do<strong>en</strong> ze veel creatieveproject<strong>en</strong>, waarin ze moet<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong>. In deless<strong>en</strong> van hun eig<strong>en</strong> niveau draait het meer omde inhoud, zoals grammatica. Hun huiswerk heeftsoms overlap, <strong>en</strong> voordat ze aan hun werk beginn<strong>en</strong>,besprek<strong>en</strong> ze alles wat ze moet<strong>en</strong> do<strong>en</strong> voorde kom<strong>en</strong>de tijd.Terwijl ze door hun ag<strong>en</strong>da’s blader<strong>en</strong>, <strong>en</strong> deopdracht<strong>en</strong> op hun iPads op<strong>en</strong><strong>en</strong>, herinner<strong>en</strong> zeelkaar eraan wat ze nog moet<strong>en</strong> do<strong>en</strong>, vergelijk<strong>en</strong>ze wat ze al af hebb<strong>en</strong>, hoe de opdracht<strong>en</strong> gedaanmoet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, of er nog foto’s bij moet<strong>en</strong>, waarze die kunn<strong>en</strong> vind<strong>en</strong>, <strong>en</strong> wat er al of niet goedging.Vera had haar opdracht per ongeluk verwijderd,<strong>en</strong> moest hem weer opnieuw do<strong>en</strong>. Nu is hij welbeter geword<strong>en</strong>, vindt ze. Asmae vertelt dat zetwee boek<strong>en</strong> over het interbellum in de op<strong>en</strong>bareVera had haar opdrachtper ongeluk verwijderd,<strong>en</strong> moest hem weeropnieuw do<strong>en</strong>bibliotheek heeft gevond<strong>en</strong>, waar superveel handigeinformatie in stond, die ze niet in hun iBookhad kunn<strong>en</strong> vind<strong>en</strong>.De school van Asmae <strong>en</strong> Vera werkt met iPads,waar ze al hun opdracht<strong>en</strong> op mak<strong>en</strong>. De doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>werk<strong>en</strong> met iTunes U (de ‘U’ van ‘university’)waarin ze extra informatie aanmak<strong>en</strong> over deonderwerp<strong>en</strong> die ze in de klas behandel<strong>en</strong>.Ondanks het feit dat ze op e<strong>en</strong> iPad-school zitt<strong>en</strong>,gebruik<strong>en</strong> Asmae <strong>en</strong> Vera fysieke aantek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>.Dat vind<strong>en</strong> ze handiger. Ze hebb<strong>en</strong> ook e<strong>en</strong> (papier<strong>en</strong>)boekje met sam<strong>en</strong>vatting<strong>en</strong> van de less<strong>en</strong>. Ookdat is handig, want tijd<strong>en</strong>s schooltijd mag de iPadde klas niet uit, <strong>en</strong> ze vind<strong>en</strong> het vervel<strong>en</strong>d om deiPad uit hun tas te hal<strong>en</strong> in de tram. Zo kunn<strong>en</strong> zetoch nog ev<strong>en</strong> ler<strong>en</strong>, als dat nodig is.


lynn jaarMagister ise<strong>en</strong> beetjeirritantbezigDe kamer waarinLynn haar huiswerkmaakt, is knus. Hijhangt vol met foto’svan vri<strong>en</strong>dinn<strong>en</strong> <strong>en</strong>familie, posters vansterr<strong>en</strong>, tek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>,<strong>en</strong> aapjes.


lynnZe wil ap<strong>en</strong>verzorgster word<strong>en</strong>, <strong>en</strong>daarom zit ze op de gro<strong>en</strong>e school.Ze is van plan om de richting ‘dier’te kiez<strong>en</strong>, maar nu zit ze nog in deeerste, <strong>en</strong> moet ze ook vakk<strong>en</strong> zoalstechniek do<strong>en</strong>, die ze niet leuk vindt. Ze heeftbokal<strong>en</strong> <strong>en</strong> lintjes van de sport<strong>en</strong> die ze beoef<strong>en</strong>t.Op haar bureau ligt e<strong>en</strong> laptop. Maar die gebruiktze niet voor haar huiswerk, omdat ze alles op papier– in haar werkboek of haar schrift – maakt.Alle<strong>en</strong> ICT <strong>en</strong> rek<strong>en</strong><strong>en</strong> doet ze op de computer,maar daar heeft ze nooit huiswerk voor. Dat doetze alle<strong>en</strong> op school. Heel af <strong>en</strong> toe zoekt ze iets opvia Google.Ze heeft wel haar telefoon bij de hand om metvri<strong>en</strong>dinn<strong>en</strong> te app<strong>en</strong> als ze iets niet begrijpt.Maar vooral ook om op Magister te kijk<strong>en</strong> wathaar huiswerk is. Alle<strong>en</strong> wil dat niet echt lukk<strong>en</strong>.“Magister is e<strong>en</strong> beetje irritant bezig,” zegt Lynn.Dat heeft ze wel vaker. Meestal lukt het uiteindelijkwel, maar somswerkt haar moederstelefoon beter, of decomputer bov<strong>en</strong>.Lynn - vmbo, 1e klasLynn heeft huiswerkvoor Nederlands. Maarals ze in haar werkboekkijkt, blijkt zehet al af te hebb<strong>en</strong>.Ze stopt haar map methet werkboek terug inhaar bureaulade. Danheeft ze nog e<strong>en</strong> beetjeZe heeft wel haartelefoon bij de hand ommet vri<strong>en</strong>dinn<strong>en</strong> te app<strong>en</strong>als ze iets niet begrijptTechniek, maar ook daar had ze het meeste al vanin de les gedaan. Ze hoeft nog maar één pagina temak<strong>en</strong>, dus ook dat werkboek gaat terug in de la.Voor de meeste vakk<strong>en</strong> lukt het Lynn om haarhuiswerk af te hebb<strong>en</strong> in de les, maar Engels ise<strong>en</strong> uitzondering. Nu heeft ze e<strong>en</strong> toets daarvoor.Ze pakt haar boek <strong>en</strong> werkboek, <strong>en</strong> gaat zinnetjes,woordjes <strong>en</strong> grammatica ler<strong>en</strong>. Alles op papier.Zonder digitale hulpmiddel<strong>en</strong>.


juan jaarRek<strong>en</strong><strong>en</strong>oef<strong>en</strong><strong>en</strong>met ‘Score’Binn<strong>en</strong>kort heeft Juan e<strong>en</strong>toets Engels, dus begint hijalvast met ler<strong>en</strong>. Hij zit op zijneig<strong>en</strong> kamer, waar hij meestalzijn huiswerk maakt.


juanIn de geme<strong>en</strong>schappelijke ruimte van zijnbegeleid-won<strong>en</strong>-groep is het vaak te druk.Vanwege de vakantie zijn veel kinder<strong>en</strong> naarhuis. Daardoor is het nu rustiger. Normaal ishet e<strong>en</strong> stuk drukker.Met zijn boek op schoot kijkt Juan eerst naar hetEngels, dan naar het Nederlands, <strong>en</strong> vervolg<strong>en</strong>she<strong>en</strong> <strong>en</strong> weer. In de eerstvolg<strong>en</strong>de les zal hij zichlat<strong>en</strong> overhor<strong>en</strong> door zijn leraar. En als dat goedgaat, maakt hij daarna de toets. Net als de meestekinder<strong>en</strong> in zijn klas.Zijn klasg<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> gebruik<strong>en</strong> Wrts.nl om woordjeste ler<strong>en</strong>, maar Juan niet. Hij heeft het e<strong>en</strong> jaargeprobeerd, maar hijvond het maar niks. Hijhaalde er ook slechterecijfers mee, <strong>en</strong> daaromis hij ermee gestopt.Juan - vmbo, 3e klas(speciaal onderwijs,cluster 3Voor biologie heefthij e<strong>en</strong> ander systeem.In het boek staanzev<strong>en</strong> onderwerp<strong>en</strong>met basisstof. Op deeerste dag leert hij deeerste basisstof. Op detweede dag leert hijde tweede basisstof,Klasg<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> gebruik<strong>en</strong>Wrts.nl om woordjes teler<strong>en</strong>, maar Juan niet.<strong>en</strong> herhaalt hij de eerste. Op de derde dag leerthij de derde basisstof, <strong>en</strong> herhaalt hij de eerstetwee. Enzovoorts. Hij begint dus acht dag<strong>en</strong> vantevor<strong>en</strong>, zodat hij op de laatste dag alles nog e<strong>en</strong>keer herhaalt.Vroeger deed hij het anders. To<strong>en</strong> begon hij mete<strong>en</strong>alles te ler<strong>en</strong>, zodra hij het had opgekreg<strong>en</strong>.Maar dat werkte niet goed. Dan vergat hij allerleiding<strong>en</strong> omdat hij teveel ine<strong>en</strong>s leerde. Vervolg<strong>en</strong>sis hij ding<strong>en</strong> gaan prober<strong>en</strong>, <strong>en</strong> uiteindelijk is hijop deze methode uitgekom<strong>en</strong>. Die hij nu toepastvoor alle leervakk<strong>en</strong>.Voor school gebruikt Juan eig<strong>en</strong>lijk ge<strong>en</strong> computer,behalve voor rek<strong>en</strong><strong>en</strong> (met Score) <strong>en</strong> voor zijnNederlandse boekverslag<strong>en</strong>. Dat laatste moet wel,lacht hij, omdat zijn handschrift niet te lez<strong>en</strong> is.Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> kan hij dan extra informatie opzoek<strong>en</strong>over het boek <strong>en</strong> de auteur. Zijn boekverslag<strong>en</strong>maakt hij het liefst thuis, bij zijn ouders, waar hijéén dag in de week is. Daar hoeft hij de computerniet te del<strong>en</strong>, zoals in de woongroep. Daar is zijncomputertijd beperkt.


32 <strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> • 2015FKwantitatiefOnderzoek


<strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> • 2015E 33Hoe gebruik<strong>en</strong> kinder<strong>en</strong> <strong>en</strong>jonger<strong>en</strong> media voor school<strong>en</strong> vrije tijd? Hoe verhoudtdit mediagebruik zich totler<strong>en</strong>, huiswerk mak<strong>en</strong>, socialecontact<strong>en</strong> <strong>en</strong> gezondheid? Inhoeverre hebb<strong>en</strong> ze baat bijmedia of juist niet?


IS JOUW TELEFOONEEN SMARTPHONE?JA 97%92% van de 10-18 jarig<strong>en</strong>heeft e<strong>en</strong> mobiele telefoon(13-18 jaar: 99%, 10-12 jaar: 78%)


<strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> • 2015E 35Beeldscherm-mediaOnderzocht werd:• hoe vaak de verschill<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong> beeldscherm-media gebruikt word<strong>en</strong>;• welke beeldscherm-media de respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zelf bezitt<strong>en</strong>.GebruikDe mobiele telefoon wordt verreweg het vaakst gebruikt, gevolgd door de televisie. Demeeste jonger<strong>en</strong> gebruik<strong>en</strong> deze apparat<strong>en</strong> elke dag. Onderaan staat de e-reader, die bijnanooit gebruikt wordt (zie Figuur 1).Figuur 1 – Gebruik van beeldscherm-mediamobieltjetelevisielaptoptabletdesktop-computergame-consolebioscoopdraagbare spelcomputermp3-speleriPod touche-reader0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100%nooit paar keer per maand paar keer per week elke dagLaptop <strong>en</strong> tablet staan op plaats drie <strong>en</strong> vier. Ongeveer e<strong>en</strong> derde van de respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong>gebruikt deze apparat<strong>en</strong> dagelijks, <strong>en</strong> ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> derde gebruikt ze af <strong>en</strong> toe.Desktop-computer, game-console <strong>en</strong> bioscoop zitt<strong>en</strong> in de midd<strong>en</strong>moot; ongeveer 4 van de10 jonger<strong>en</strong> gebruik<strong>en</strong> deze media helemaal nooit. En t<strong>en</strong>slotte: draagbare spelcomputers(handhelds zoals de ooit zeer populaire Nint<strong>en</strong>do DS), iPod Touch, mp3-spelers <strong>en</strong> e-readersword<strong>en</strong> door maar weinig jonger<strong>en</strong> gebruikt.Wat opvalt: de mobiele telefoon (veelal e<strong>en</strong> smartphone) wordt inmiddels het meest gebruikt,<strong>en</strong> de desktop-computer (PC of Mac) raakt in onbruik.Het gebruik van de verschill<strong>en</strong>de beeldscherm<strong>en</strong> hangt nauw sam<strong>en</strong> met het eig<strong>en</strong> bezitervan. Gemiddeld hebb<strong>en</strong> Nederlandse jonger<strong>en</strong> bijna 4 verschill<strong>en</strong>de media in eig<strong>en</strong> bezit.Dat zijn meestal ook de apparat<strong>en</strong> die ze frequ<strong>en</strong>t gebruik<strong>en</strong>.Bezit• bijna alle jonger<strong>en</strong> (92%) hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> mobieltje, <strong>en</strong> inmiddels is dat bijna altijd e<strong>en</strong>smartphone;• slechts 3% van de eig<strong>en</strong> mobieltjes is op dit mom<strong>en</strong>t e<strong>en</strong> gewone telefoon (voor bell<strong>en</strong><strong>en</strong> sms’<strong>en</strong>, dus zonder internet);


36 <strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> • 2015F• de helft van de jonger<strong>en</strong> heeft e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> laptop (58%), e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> televisie (54%), e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong>game-console (53%), of e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> tablet (49%);• e<strong>en</strong> kwart van de jonger<strong>en</strong> heeft e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> desktop-computer;• e<strong>en</strong> derde van de jonger<strong>en</strong> heeft e<strong>en</strong> draagbare spelcomputer.Verschill<strong>en</strong> per leeftijd: vooral kinder<strong>en</strong> van 10 t/m 12 jaar hebb<strong>en</strong> soms nog ge<strong>en</strong> mobieletelefoon (22%) of alle<strong>en</strong> maar e<strong>en</strong> ‘oude’, zonder smartphone-faciliteit<strong>en</strong> (6%).Dat betek<strong>en</strong>t dat vooral basisschool-doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> er rek<strong>en</strong>ing mee moet<strong>en</strong> houd<strong>en</strong> dat niet alleleerling<strong>en</strong> e<strong>en</strong> smartphone hebb<strong>en</strong>, als deze doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> de smartphone will<strong>en</strong> inzett<strong>en</strong> vooronderwijsdoeleind<strong>en</strong>. Voor doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van hogere onderwijs-niveaus is dit minder belangrijk,aangezi<strong>en</strong> 99% van de 13- t/m 18-jarig<strong>en</strong> e<strong>en</strong> mobiele telefoon heeft (waarvan slecht 2% e<strong>en</strong>‘oude’, zonder smartphone-faciliteit<strong>en</strong>).


WAARÓM ONLINECOMMUNICEREN?:56%Handigerdan faceto-facecontact38%Ik kanmakkelijkerprat<strong>en</strong>15%Ik durfmeer tezegg<strong>en</strong>13%Ik voelme minderverleg<strong>en</strong>10%Leukerdan faceto-facecontact


60% van de jonger<strong>en</strong> zoekt vaak/regelmatig extra informatie op Googlebij wat ze moet<strong>en</strong> ler<strong>en</strong>.60% van de jonger<strong>en</strong> gebruikt apps ofwebsites met daarin roosters <strong>en</strong> cijfers.45% van de jonger<strong>en</strong> gebruiktinternet om zichzelf te overhor<strong>en</strong>(bijv. wrts.nl om woordjes te oef<strong>en</strong><strong>en</strong>).26% van de jonger<strong>en</strong> zoekt viaYouTube extra uitleg over de lesstof.


<strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> • 2015E 39Gedrukte mediaJonger<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> nog maar weinig gebruik van gedrukte media (zie Figuur 2). Let op: hetperc<strong>en</strong>tage non-fictie boek<strong>en</strong> is ook erg laag. K<strong>en</strong>nelijk hebb<strong>en</strong> de respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> deze optiezodanig opgevat dat schoolboek<strong>en</strong> voor h<strong>en</strong> niet meeteld<strong>en</strong> (wat ook de bedoeling was.)Figuur 2 – Gebruik van gedrukte mediastripboek<strong>en</strong>boek<strong>en</strong> (fictie)tijdschrift<strong>en</strong>boek<strong>en</strong> (non-fictie)kranthuis aan huis blad<strong>en</strong>0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100%nooit paar keer per maand paar keer per week elke dagBij alle soort<strong>en</strong> gedrukte media zegt minst<strong>en</strong>s de helft van de respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> dat ze die nooitgebruik<strong>en</strong>. Vooral krant<strong>en</strong> <strong>en</strong> huis-aan-huis blad<strong>en</strong> word<strong>en</strong> maar mondjesmaat gelez<strong>en</strong>.Stripboek<strong>en</strong> <strong>en</strong> fictie (romans), <strong>en</strong> in iets mindere mate tijdschrift<strong>en</strong> <strong>en</strong> non-fictie boek<strong>en</strong>,word<strong>en</strong> door ongeveer 1 op de 3 jonger<strong>en</strong> maandelijks, wekelijks of dagelijks gebruikt.Verschill<strong>en</strong> per geslacht: jong<strong>en</strong>s <strong>en</strong> meisjes kijk<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>veel televisie, maar voor anderemedia zijn er duidelijke verschill<strong>en</strong>:• meisjes gaan vaker naar de bioscoop dan jong<strong>en</strong>s;• meisjes zijn veel meer bezig met hun smartphone dan jong<strong>en</strong>s;• meisjes bezitt<strong>en</strong> ook iets vaker e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> smartphone dan jong<strong>en</strong>s;• meisjes lez<strong>en</strong> print-media iets vaker dan jong<strong>en</strong>s;• meisjes mak<strong>en</strong> wat meer gebruik van mp3-spelers, laptops <strong>en</strong> e-readers (<strong>en</strong> bezitt<strong>en</strong> die ookiets vaker dan jong<strong>en</strong>s);• jong<strong>en</strong>s zijn vaker in de weer met e<strong>en</strong> vaste PC, <strong>en</strong> vooral ook met game-consoles <strong>en</strong> draagbarespelcomputers;• jong<strong>en</strong>s hebb<strong>en</strong> veel vaker dan meisjes e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> vaste PC <strong>en</strong> ook e<strong>en</strong> spelcomputer;Dat jong<strong>en</strong>s meer kiez<strong>en</strong> voor computers <strong>en</strong> gam<strong>en</strong>, <strong>en</strong> meisjes meer voor lez<strong>en</strong> <strong>en</strong> apparat<strong>en</strong>die toegang gev<strong>en</strong> tot sociale media, klopt met het beeld dat ook uit ander onderzoek 1 naarvor<strong>en</strong> komt.Verschill<strong>en</strong> per leeftijd:• bijna alle jonger<strong>en</strong> van 13-18 jaar hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> mobiele telefoon (99%), teg<strong>en</strong>over driekwartvan de 10-12 jarig<strong>en</strong> (78%). Dat past bij de to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de autonomie tijd<strong>en</strong>s het opgroei<strong>en</strong>.Ev<strong>en</strong>als: meer laptops bij het ouder word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> iets vaker naar de bioscoop gaan;• kinder<strong>en</strong> tot 12 jaar, die meestal nog basisonderwijs volg<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> meer gebruik van detelevisie, draagbare spelcomputers, gameconsoles, <strong>en</strong> tablets.1. Valk<strong>en</strong>burg, P. (2014).Schermgaande jeugd:Over jeugd <strong>en</strong> media.Amsterdam: Prometheus/BertBakker


40 <strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> • 2015FVerschill<strong>en</strong> per onderwijsniveau:• in het algeme<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> jonger<strong>en</strong> van het vmbo of de onderbouw van de havo meer gebruikvan de televisie, tablets <strong>en</strong> game-apparat<strong>en</strong>;• terwijl laptops <strong>en</strong> desktop-computers juist wat meer door jonger<strong>en</strong> in het hoger <strong>en</strong> wet<strong>en</strong>schappelijkonderwijs gebruikt word<strong>en</strong>. Die laatst<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> ook meer gebruik van gedruktemedia, vooral krant<strong>en</strong> <strong>en</strong> tijdschrift<strong>en</strong>.


<strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> • 2015E 41Het belang dat aan mediawordt toegek<strong>en</strong>dJonger<strong>en</strong> gebruik<strong>en</strong> media zowel voor hun vrije tijd als voor schoolse activiteit<strong>en</strong>.Desgevraagd noem<strong>en</strong> jonger<strong>en</strong> gemiddeld 3,3 apparat<strong>en</strong> of media (waaronder ook gedruktemedia) die voor h<strong>en</strong> belangrijk zijn om hun vrije tijd mee door te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, <strong>en</strong> gemiddeld 2,2apparat<strong>en</strong> of media die ze niet voor school kunn<strong>en</strong> miss<strong>en</strong>. Zie Figuur 3.Figuur 3 – <strong>Media</strong>gebruik voor vrije tijd <strong>en</strong> school16001400120010008006004002000vrije tijdschoolFiguur 3 toont het (absolute) aantal ker<strong>en</strong> dat elk medium is g<strong>en</strong>oemd voor school <strong>en</strong> vrijetijd, door de 1741 respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.In lijn met de apparat<strong>en</strong> die ze bezitt<strong>en</strong>, zegg<strong>en</strong> circa 8 op de 10 jonger<strong>en</strong> dat hun mobieltjebelangrijk is om hun vrije tijd mee door te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Zoals eerder gezegd vind<strong>en</strong> vooral meisjesdit e<strong>en</strong> belangrijk apparaat.Relatief veel jonger<strong>en</strong> (40%), waaronder opnieuw wat meer meisjes, zegg<strong>en</strong> dat hun mobieltjeook belangrijk is voor school, maar dit is beduid<strong>en</strong>d minder dan voor het privégebruik.Andere media die jonger<strong>en</strong> zowel voor school als voor hun vrije tijd belangrijk vind<strong>en</strong>, zijn delaptop <strong>en</strong> de desktop computer:• gebruik voor school (52% laptop <strong>en</strong> 30% desktop computer);• gebruik voor vrije tijd (40% laptop <strong>en</strong> 18% desktop computer).De tablet wordt juist wat meer gebruikt voor privé dan voor school:• 39% privégebruik teg<strong>en</strong>over 22% schoolgebruik.Van de gedrukte media, zijn stripboek<strong>en</strong>, fictieboek<strong>en</strong> <strong>en</strong> tijdschrift<strong>en</strong> relatief ook iets belangrijkervoor vrije tijd dan voor school.


HOE VAAKGEBRUIK JE MEDIA?7%3%7%NooitOngeveer 1 keer per maandE<strong>en</strong> paar keer per weekElke dag83%10%3%7%5%2%7%80%86%MobielMobiel Jong<strong>en</strong>sMobiel Meisjes36%27%38%20%12%11%26%30%Tablet Laptop ofNotebook


<strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> • 2015E 43E<strong>en</strong> belangrijk medium dat jonger<strong>en</strong> hoofdzakelijk voor hun vrije tijd gebruik<strong>en</strong>, is de televisie.6 op de 10 jonger<strong>en</strong> (57%) noem<strong>en</strong> het daar e<strong>en</strong> belangrijk medium voor. Vooral meisjesvind<strong>en</strong> de televisie belangrijk voor zichzelf.Andere relatief belangrijke media voor vrije-tijds-gebruik zijn:• gameconsoles (29%);• stripboek<strong>en</strong> (14%);• bioscoopfilms (11%).Wat opvalt: dat jonger<strong>en</strong> k<strong>en</strong>nisboek<strong>en</strong> (non-fictie) wel kunn<strong>en</strong> miss<strong>en</strong> voor hun vrije tijd,maar dat e<strong>en</strong> relatief groot deel van h<strong>en</strong> dat niet kan voor hun schoolprestaties. 1 op de 4jonger<strong>en</strong> vindt k<strong>en</strong>nisboek<strong>en</strong> nuttig voor school. Jonger<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong> hierin niet van m<strong>en</strong>ing,ongeacht geslacht <strong>en</strong> onderwijsniveau.Of de respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> bij ‘non-fictieboek<strong>en</strong>’ <strong>en</strong>/of ‘k<strong>en</strong>nisboek<strong>en</strong>’ ook gedacht hebb<strong>en</strong> aan hunleerboek<strong>en</strong> van school, is niet bek<strong>en</strong>d. Wel duidt het resultaat erop dat jonger<strong>en</strong> (ongeachtgeslacht <strong>en</strong> onderwijsniveau) boek<strong>en</strong> nog steeds e<strong>en</strong> relatief belangrijk medium voor schoolvind<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dat boek<strong>en</strong> complem<strong>en</strong>tair zijn aan digitale media (zoals smartphone, computer<strong>en</strong> laptop).Verschill<strong>en</strong> per geslacht:• meisjes noemd<strong>en</strong> vaker tijdschrift<strong>en</strong> <strong>en</strong> de bioscoop (voor hun vrije tijd);• jong<strong>en</strong>s noemd<strong>en</strong> vaker game-consoles <strong>en</strong> stripboek<strong>en</strong> (voor hun vrije tijd).Verschill<strong>en</strong> per leeftijd:• oudere respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> (13-18) noem<strong>en</strong> vooral de mobiel, laptop <strong>en</strong> bioscoop als belangrijkevrije-tijds-media;• terwijl kinder<strong>en</strong> van 10-12 jaar meer belang hecht<strong>en</strong> aan de handheld spelcomputers, tijdschrift<strong>en</strong><strong>en</strong> vooral ook stripboek<strong>en</strong>.Verschill<strong>en</strong> per onderwijsniveau:• onder hoger opgeleide jonger<strong>en</strong> zijn vooral laptops, fictieboek<strong>en</strong>, de krant <strong>en</strong> de bioscoopfilmpopulair, om de vrije tijd mee door te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>;• lager opgeleide jonger<strong>en</strong> verkiez<strong>en</strong> juist eerder de spelcomputer <strong>en</strong> de tablet.


Er ciculer<strong>en</strong> onder jonger<strong>en</strong> ongeveer 72 verschill<strong>en</strong>de manier<strong>en</strong> waaropje WhatsApp kunt schrijv<strong>en</strong>w.app, WA, wahtapp, wahtsapp, wapp, watap, watch app, watchap,watchapp, wath app, wathap, wathsapp, wats ap, wats app, wats up,watsaap, watsap, watsapp, wats-app, watsapp<strong>en</strong>, watshap, watshapp,watssap, watssapp, watsup, watt sap, watts app, watts up, wattsapp,wattsup, whapp, what app, what’s app, whatapp, what’s ap, whatsup, whats upp, whatsaap, whatsap, whats’app, whats-app, whatsapp,whatsapp<strong>en</strong>, whatss app, whats’s app, whatssapp, whatsup, whatsupp,whatt ap, whatt’s app, whattapp, whatts app, whattsap, whattsapp.Whatsapp<strong>en</strong>of tochwhatsApp'<strong>en</strong>?Is het whatsapp<strong>en</strong>, whats'app<strong>en</strong>, whatsApp<strong>en</strong> of toch whatsap-p<strong>en</strong>?We hoev<strong>en</strong> niet te twijfel<strong>en</strong>: 'whatsapp<strong>en</strong>' staat alweer driejaar in de Dikke van Dale.


<strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> • 2015E 45Smartphone-toepassing<strong>en</strong>Meisjes gebruik<strong>en</strong> meer apps (gemiddeld 13,8) dan jong<strong>en</strong>s (11,2). Welke toepassing<strong>en</strong> zijn dat?Zie Figuur 4.Figuur 4 – Smartphone-toepassing<strong>en</strong>8006004002000jong<strong>en</strong>smeisjesZoals Figuur 4 laat zi<strong>en</strong>, gebruik<strong>en</strong> de meeste jonger<strong>en</strong> hun smartphone vooral voor hetverstur<strong>en</strong> van berichtjes. Uit de (op<strong>en</strong>) vraag welke applicatie ze beslist niet will<strong>en</strong> miss<strong>en</strong>,werd duidelijk via welke kanal<strong>en</strong> ze hun bericht<strong>en</strong> het liefst verstur<strong>en</strong>. Antwoord: vooral viaWhatsApp, gevolgd door Facebook <strong>en</strong> Instagram.Wat opvalt: gewoon ‘bell<strong>en</strong>’ is nog steeds populair, getuige zijn tweede plaats op de reeks vansmartphone-toepassing<strong>en</strong>.Daarnaast gebruik<strong>en</strong> veel jonger<strong>en</strong> (75% -92%) hun smartphone voor:• foto’s mak<strong>en</strong>;• muziek luister<strong>en</strong>;• filmpjes kijk<strong>en</strong>;• spelletjes spel<strong>en</strong>.Andere activiteit<strong>en</strong> waar minst<strong>en</strong>s de helft van de jonger<strong>en</strong> hun smartphone voor gebruikt,zijn:• chatt<strong>en</strong> 2• foto’s del<strong>en</strong>;• de tijd check<strong>en</strong> <strong>en</strong> de wekker zett<strong>en</strong>;• rooster <strong>en</strong> cijfers check<strong>en</strong>;• filmpjes mak<strong>en</strong>;• informatie opzoek<strong>en</strong>;• e-mail<strong>en</strong>.2. Het verschil tuss<strong>en</strong> ‘chatt<strong>en</strong>’<strong>en</strong> ‘berichtjes stur<strong>en</strong>’is dat chatt<strong>en</strong> synchroonverloopt (met livebeurtwisseling, net als bijbell<strong>en</strong>) <strong>en</strong> dat het verstur<strong>en</strong>van berichtjes asynchroonverloopt (waarbijde bericht<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong>tijdsgeparkeerd word<strong>en</strong>, <strong>en</strong>je ev<strong>en</strong>tueel kunt wacht<strong>en</strong>met antwoord<strong>en</strong>,net als bij e-mail). E<strong>en</strong>voorbeeld van ‘chatt<strong>en</strong>’is de chat-functie vanSkype (of de chat-functievan helpdesks, gamesites,community-sites,etc.). Voorbeeld<strong>en</strong> van‘berichtjes stur<strong>en</strong>’ zijnWhatsApp <strong>en</strong> sms. Deonderzoekers erk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>dat het onderscheid nietheel duidelijk is, <strong>en</strong> ookde respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zull<strong>en</strong>het verschil misschi<strong>en</strong>niet mete<strong>en</strong> gemaakthebb<strong>en</strong>.


30% vande jonger<strong>en</strong> zetbewust computerof mobieltje uit omongestoord tot rustte kunn<strong>en</strong> kom<strong>en</strong>of te kunn<strong>en</strong>slap<strong>en</strong>…32% van allejonger<strong>en</strong> moet voorhet slap<strong>en</strong> gaanhun mobieltje <strong>en</strong>/oftablet inlever<strong>en</strong>


Van alle apps dieze gebruik<strong>en</strong> gev<strong>en</strong>jonger<strong>en</strong> aan vooralWhatsAppniet te kunn<strong>en</strong>miss<strong>en</strong> als functieop hun mobiel.Ze gaan er serieus mee om; gebruik<strong>en</strong> het zowel praktisch (voor school)als ook voor ontspanning.


48 <strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> • 2015FVerschill<strong>en</strong> per geslacht:• zoals eerder gezegd: meisjes gebruik<strong>en</strong> bijna alle functies van hun smartphone vaker danjong<strong>en</strong>s;• meisjes gebruik<strong>en</strong> hun smartphone veel vaker dan jong<strong>en</strong>s voor ontspanning <strong>en</strong> vermaak,zoals foto’s <strong>en</strong> filmpjes mak<strong>en</strong>, <strong>en</strong> die del<strong>en</strong> met vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong>;• meisjes gebruik<strong>en</strong> hun smartphone óók beduid<strong>en</strong>d vaker (dan jong<strong>en</strong>s) functioneel. Vooralvoor rek<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> notities mak<strong>en</strong>;• jong<strong>en</strong>s kijk<strong>en</strong> vaker naar filmpjes dan meisjes;• jong<strong>en</strong>s spel<strong>en</strong> iets minder spelletjes dan meisjes.Wat opvalt: dat meisjes hun smartphone vaker (dan jong<strong>en</strong>s) ook functioneel gebruik<strong>en</strong>. Veelvaker zelfs. Dat nuanceert het stereotiepe beeld van giechel<strong>en</strong>de meid<strong>en</strong> die alle<strong>en</strong> maar zitt<strong>en</strong>te kwekk<strong>en</strong> <strong>en</strong> te gein<strong>en</strong> met hun mobieltje.Verschill<strong>en</strong> per leeftijd:• jonger<strong>en</strong> van 13-18 jaar gebruik<strong>en</strong> bijna alle functies van de smartphone vaker dan jongerekinder<strong>en</strong> van 10-12;• jongere kinder<strong>en</strong> kijk<strong>en</strong> wel vaker tv-filmpjes via hun mobieltje;• jongere kinder<strong>en</strong> spel<strong>en</strong> vaker spelletjes op de smartphone dan oudere kinder<strong>en</strong>.Verschill<strong>en</strong> per onderwijsniveau:• jonger<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> hogere opleiding volg<strong>en</strong>, gebruik<strong>en</strong> hun mobieltje vaker functioneel. Zoals:voor e-mail<strong>en</strong>, klokkijk<strong>en</strong>, de wekker zett<strong>en</strong>, ag<strong>en</strong>da kijk<strong>en</strong>, weerbericht bekijk<strong>en</strong>, notitiesmak<strong>en</strong>, <strong>en</strong> informatie opzoek<strong>en</strong>;• zoals we al eerder zag<strong>en</strong> bij andere apparat<strong>en</strong>, gebruik<strong>en</strong> lager opgeleide jonger<strong>en</strong> hun telefoonjuist vaker voor ontspanning <strong>en</strong> vermaak, zoals spelletjes spel<strong>en</strong>.


<strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> • 2015E 49Sociaal contactGevraagd werd hoe de respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> het liefst contact onderhoud<strong>en</strong> met vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong>.Mogelijkhed<strong>en</strong> war<strong>en</strong> bijvoorbeeld: face-to-face contact, bell<strong>en</strong>, app<strong>en</strong>, mail<strong>en</strong>, skyp<strong>en</strong>, etc.Er kond<strong>en</strong> meerdere opties gekoz<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.Wat opvalt: dat veruit de meeste jonger<strong>en</strong> het liefst face-to-face contact hebb<strong>en</strong>.De populairste contactvorm<strong>en</strong>:• 73% kiest groepsgewijs face-to-face contact (in e<strong>en</strong> vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong>groep);• 68% kiest individueel face-to-face contact (1-op1);• ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s 68% kiest het stur<strong>en</strong> van berichtjes.Andere vorm<strong>en</strong> om contact met ander<strong>en</strong> te onderhoud<strong>en</strong> zijn beduid<strong>en</strong>d minder populair:• 22% zegt graag contact te onderhoud<strong>en</strong> via Skype;• 19% via Snapchat;• 18% via Twitter of Facebook;• 18% via ouderwets bell<strong>en</strong>;• mail<strong>en</strong>, sms’<strong>en</strong> <strong>en</strong> communicer<strong>en</strong> via online game-community’s word<strong>en</strong> het minst g<strong>en</strong>oemd.Verschill<strong>en</strong> per geslacht:• meisjes zijn meer geïnteresseerd in sociaal contact dan jong<strong>en</strong>s. Zowel via media (alle vorm<strong>en</strong>,behalve online game-community’s) als via face-to-face contact;• áls er gebruik wordt gemaakt van communicer<strong>en</strong> via e<strong>en</strong> game-community, betreft hetvooral jong<strong>en</strong>s. 22% van h<strong>en</strong> noemt dit e<strong>en</strong> favoriete vorm van contact onderhoud<strong>en</strong> metvri<strong>en</strong>d<strong>en</strong>.Verschill<strong>en</strong> per leeftijd:• jongere kinder<strong>en</strong> (10-12) zegg<strong>en</strong> vaker face-to-face contact te preferer<strong>en</strong> (bov<strong>en</strong> contact viasociale media) dan jonger<strong>en</strong> van 13-18;• jongere kinder<strong>en</strong> (10-12) zegg<strong>en</strong> vaker dat ze het liefst contact hebb<strong>en</strong> via e<strong>en</strong> online community(zoals Habbo) dan jonger<strong>en</strong> van 13-18.Verschill<strong>en</strong> per onderwijsniveau: jonger<strong>en</strong> in het hogere onderwijs-segm<strong>en</strong>t preferer<strong>en</strong> face-tofacecontact bov<strong>en</strong> contact via digitale media (zoals Twitter, Facebook, Instagram, Snapchat <strong>en</strong>Skype).Motivering<strong>en</strong> voor contact via mediaGevraagd werd waaróm jonger<strong>en</strong> communicer<strong>en</strong> via media (als ze dat do<strong>en</strong>). De belangrijkstered<strong>en</strong>:• 56% vindt het handiger dan face-to-face contact.Daarnaast word<strong>en</strong> de volg<strong>en</strong>de red<strong>en</strong><strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemd (telk<strong>en</strong>s t<strong>en</strong> opzichte van face-to-facecontact):• 38% vindt het makkelijker;• 15% durft meer te zegg<strong>en</strong>;• 13% voelt zich minder verleg<strong>en</strong>;• slechts 10% zegt dat het leuker is.Verschill<strong>en</strong> per geslacht: meisjes zegg<strong>en</strong> vaker dan jong<strong>en</strong>s dat ze via media makkelijkercommunicer<strong>en</strong>, <strong>en</strong> omdat ze dan ook meer durv<strong>en</strong> te zegg<strong>en</strong>.


50 <strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> • 2015FVerschill<strong>en</strong> per leeftijd: jonger<strong>en</strong> van 13 -18 zegg<strong>en</strong> vaker dan jongere kinder<strong>en</strong> (10-12)dat ze het handig vind<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dat ze dan makkelijker kunn<strong>en</strong> prat<strong>en</strong>.Verschill<strong>en</strong> per onderwijsniveau: jonger<strong>en</strong> in het hogere onderwijssegm<strong>en</strong>t zegg<strong>en</strong> vaker danjonger<strong>en</strong> van lagere onderwijsniveaus dat ze het handig vind<strong>en</strong>. Daar<strong>en</strong>teg<strong>en</strong> zegg<strong>en</strong> hogeropgeleide jonger<strong>en</strong> juist minder vaak dat het leuker is dan face-to-face contact.Wat opvalt: dat vooral meisjes – <strong>en</strong> in iets mindere mate jonger<strong>en</strong> van 13-18 – dus profijthebb<strong>en</strong> van sociale media omdat het hun communicatie kan vergemakkelijk<strong>en</strong>.Vervel<strong>en</strong>de ervaring<strong>en</strong>Via sociale media kunn<strong>en</strong> jonger<strong>en</strong> vervel<strong>en</strong>de ervaring<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>. Welke zijn dat, <strong>en</strong> hóevervel<strong>en</strong>d zijn ze? Zie Figuur 5.Figuur 5 – Hoe vervel<strong>en</strong>d zijn negatieve ervaring<strong>en</strong> met sociale media?je krijgt nare foto's of filmpjesop sociale media wordt geroddeldander<strong>en</strong> bemoei<strong>en</strong> zich met jouw zak<strong>en</strong>ander<strong>en</strong> leid<strong>en</strong> af bij huiswerkslapeloos door wat op sociale media gezegd isander<strong>en</strong> stur<strong>en</strong> nog laat bericht<strong>en</strong>ander<strong>en</strong> reager<strong>en</strong> niet snel op bericht<strong>en</strong>ander<strong>en</strong> niet bereikbaar bij huiswerkniemand reageert op jouw bericht<strong>en</strong>Het meest problematisch zijn dus:• nare foto’s <strong>en</strong> filmpjes;• geroddel;• bemoeizucht.0% 20% 40% 60% 80% 100%niet vervel<strong>en</strong>d beetje vervel<strong>en</strong>d erg vervel<strong>en</strong>dOok vervel<strong>en</strong>d, maar iets minder problematisch:• afleiding door berichtjes;• niet kunn<strong>en</strong> slap<strong>en</strong> of nog laat gestoord word<strong>en</strong>.Wanneer ander<strong>en</strong> niet (of niet snel g<strong>en</strong>oeg) reager<strong>en</strong>, of onbereikbaar zijn, vindt de helft vande respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> dat vervel<strong>en</strong>d. Dat betek<strong>en</strong>t natuurlijk niet automatisch dat zij ook vind<strong>en</strong>dat het de norm is om altijd <strong>en</strong> overal bereikbaar te zijn.Verschill<strong>en</strong> per geslacht: in het algeme<strong>en</strong> vind<strong>en</strong> meisjes vervel<strong>en</strong>de ervaring<strong>en</strong> problematischerdan jong<strong>en</strong>s. Vooral: nare foto’s of filmpjes, roddel<strong>en</strong>, <strong>en</strong> niet (of niet snel g<strong>en</strong>oeg) e<strong>en</strong>reactie ontvang<strong>en</strong>.


<strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> • 2015E 51Verschill<strong>en</strong> per leeftijd:• kinder<strong>en</strong> van 10-12 zijn opvall<strong>en</strong>d veel bezorgder dan jonger<strong>en</strong> van 13-18, over: nare foto’sof filmpjes, afgeleid word<strong>en</strong> bij huiswerk, niet kunn<strong>en</strong> slap<strong>en</strong>, of ’s avonds laat nog berichtjeskrijg<strong>en</strong>. Mogelijk omdat dit soort ervaring<strong>en</strong> meer indruk maakt op jongere kinder<strong>en</strong>.Jonger<strong>en</strong> van 13-18 kunn<strong>en</strong> hier waarschijnlijk beter afstand van nem<strong>en</strong>;• jonger<strong>en</strong> van 13-18 vind<strong>en</strong> het juist vervel<strong>en</strong>der dan jongere kinder<strong>en</strong> (10-12) wanneerander<strong>en</strong> niet snel reager<strong>en</strong>, of niet bereikbaar zijn bij het mak<strong>en</strong> van huiswerk.Verschill<strong>en</strong> per onderwijsniveau:• bezorgdheid over de onbereikbaarheid van ander<strong>en</strong> bij het huiswerk mak<strong>en</strong>, komt hetmeeste voor bij havo-leerling<strong>en</strong>;• last hebb<strong>en</strong> van bericht<strong>en</strong> die laat nog binn<strong>en</strong>kom<strong>en</strong>, komt het meeste voor bij jonger<strong>en</strong>die al studer<strong>en</strong>.Mythes over sociale mediaJonger<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> g<strong>en</strong>uanceerde m<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> over de rol van sociale media in het gewone lev<strong>en</strong>.Veel g<strong>en</strong>uanceerder dan je zou d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>. De grote lijn: sociale media zijn belangrijk, maar ookweer niet zó belangrijk.Wat opvalt: dat het onderzoek heel wat mythes ontkracht. Bijvoorbeeld: dat jonger<strong>en</strong> hetnormaal zoud<strong>en</strong> vind<strong>en</strong> dat je ruzies via sociale media uitvecht. Dat vind<strong>en</strong> ze niet of nauwelijks.Of: dat sociale media onmisbaar zoud<strong>en</strong> zijn voor e<strong>en</strong> sociaal lev<strong>en</strong> (zoals uitg<strong>en</strong>odigdword<strong>en</strong> voor feestjes, of om medeleerling<strong>en</strong> beter te ler<strong>en</strong> k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>). Ook dat blijkt nauwelijkshet geval. Zie Figuur 6.Figuur 6 – Opvatting<strong>en</strong> over sociale mediaruzies uitvecht<strong>en</strong> via media is normaalzonder sociale media loop je feestjes misdoor media leer je andere leerling<strong>en</strong> k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>mete<strong>en</strong> retweet<strong>en</strong>/reager<strong>en</strong> is normaalb<strong>en</strong> doodongelukkig bij lege batterijmedia help<strong>en</strong> je in contact te kom<strong>en</strong>leef goed mee met ander<strong>en</strong> door sociale mediabij iets doms reager<strong>en</strong> vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> directm<strong>en</strong>s<strong>en</strong> op internet zijn anders dan IRLiets raars op sociale media altijd check<strong>en</strong>0% 20% 40% 60% 80% 100%geheel one<strong>en</strong>s one<strong>en</strong>s e<strong>en</strong>s noch one<strong>en</strong>s e<strong>en</strong>s geheel e<strong>en</strong>sE<strong>en</strong> groot deel van de jonger<strong>en</strong> vindt het ook (helemaal) niet nodig om constant <strong>en</strong> overalvia sociale media in contact te zijn, dat wil zegg<strong>en</strong> direct te reager<strong>en</strong> op ander<strong>en</strong>, of dat z<strong>en</strong>iet zoud<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> lev<strong>en</strong> als de batterij van hun smartphone, tablet of laptop leeg is. Bijna40% tot ruim 60% van de jonger<strong>en</strong> deelt deze scepsis over het (verme<strong>en</strong>de) belang van socialemedia.


HOE VERVELENDVIND JIJ DIT?Hoe vervel<strong>en</strong>d vind jij het als ander<strong>en</strong> jou’s avonds laat nog bericht<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong> stur<strong>en</strong>?27%29%44%Helemaal niet vervel<strong>en</strong>dKlein beetje vervel<strong>en</strong>dHeel vervel<strong>en</strong>d


<strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> • 2015E 53Tegelijkertijd vind<strong>en</strong> ook 4 op de 10 jonger<strong>en</strong> dat ze wel ongelukkig zijn bij e<strong>en</strong> lege batterij,<strong>en</strong> vindt 1 op de 5 dat ze aan allerlei (ongeschrev<strong>en</strong>) regels van sociale media moet<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>.(Gevraagd werd bijvoorbeeld naar: de noodzaak om aanwezig te zijn op sociale media omuitg<strong>en</strong>odigd te word<strong>en</strong> voor feestjes, <strong>en</strong> mete<strong>en</strong> lik<strong>en</strong> of retweet<strong>en</strong>.)E<strong>en</strong> belangrijk deel van de jonger<strong>en</strong> ziet als voordeel van sociale media dat je andere leerling<strong>en</strong>daardoor goed leert k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> (37% ), of dat sociale media ervoor zorg<strong>en</strong> dat je goed kuntmeelev<strong>en</strong> met ander<strong>en</strong> (51%).Daarnaast ziet ook de helft van de jonger<strong>en</strong> dat je wel kritisch moet blijv<strong>en</strong>. Bijvoorbeeldomdat dat m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zich anders voor kunn<strong>en</strong> do<strong>en</strong> dan wie ze werkelijk zijn, <strong>en</strong> dat je ding<strong>en</strong>in sociale media moet controler<strong>en</strong> als je het niet vertrouwt.Meer dan 50% is het e<strong>en</strong>s met de stelling ‘Als ik per ongeluk iets doms op sociale media zouplaats<strong>en</strong>, dan merk ik dat mete<strong>en</strong> aan de reacties van mijn vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong>’. Daaruit kun je concluder<strong>en</strong>dat jonger<strong>en</strong> elkaar aansprek<strong>en</strong> op elkaars gedrag, <strong>en</strong> elkaar (online) corriger<strong>en</strong>.Oftewel: ze ler<strong>en</strong> van elkaar.Verschill<strong>en</strong> per geslacht: meisjes zijn er meer van overtuigd dan jong<strong>en</strong>s dat je vreemdezak<strong>en</strong> op sociale media eerst moet controler<strong>en</strong>, maar zijn het er ook meer mee e<strong>en</strong>s dat jeop sociale media direct moet reager<strong>en</strong> op berichtjes van ander<strong>en</strong> of deze retweet<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dat jedoor je vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> direct wordt aangesprok<strong>en</strong> als je per ongeluk iets doms gedaan zou hebb<strong>en</strong>.Verschill<strong>en</strong> per leeftijd: jongere kinder<strong>en</strong> (10-12) zijn er meer van overtuigd dan13 t/m 18-jarig<strong>en</strong>:• dat je ruzies via sociale media kunt uitvecht<strong>en</strong>;• dat je feestjes kunt mislop<strong>en</strong> ‘als je niet op sociale media b<strong>en</strong>t’;• dat je ander<strong>en</strong> vooral via sociale media beter leert k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>;• dat je direct moet reager<strong>en</strong> op tweets of berichtjes;• dat je zonder batterij ongelukkig b<strong>en</strong>t;• dat je door sociale media beter in contact met ander<strong>en</strong> kunt kom<strong>en</strong>.Verschill<strong>en</strong> per onderwijsniveau: jonger<strong>en</strong> van lagere onderwijsniveaus vind<strong>en</strong> in hetalgeme<strong>en</strong> vaker:• dat je elkaar via sociale media goed leert k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>;• dat je goed contact met ander<strong>en</strong> kunt legg<strong>en</strong>;• dat je feestjes via sociale media in de gat<strong>en</strong> moet houd<strong>en</strong>;• dat je mete<strong>en</strong> moet lik<strong>en</strong> of retweet<strong>en</strong> als je vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> dat do<strong>en</strong>;• dat je ruzies ook via sociale media kunt uitvecht<strong>en</strong>.Wat opvalt: dat de gedragsregels voor sociale media (snel reager<strong>en</strong>, mete<strong>en</strong> lik<strong>en</strong> of retweet<strong>en</strong>,etc.) aanzi<strong>en</strong>lijk sterker geld<strong>en</strong> voor leerling<strong>en</strong> van lagere onderwijsniveaus dan voorleerling<strong>en</strong> van hogere onderwijsniveaus.


54 <strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> • 2015FContact met school – belangrijkste mediaAls jonger<strong>en</strong> contact zoek<strong>en</strong> met leerkracht<strong>en</strong>, gebeurt dat vooral via de tamelijkformele vorm van e-mail: zie Figuur 7.Figuur 7 – Contact met de leerkracht100806040200e-mail WhatsApp Facebook Twitter InstagramContact met de leerkrachtIn perc<strong>en</strong>tages:• 36% gebruikt regelmatig e-mail voor contact met de leerkracht;• 19% gebruikt regelmatig WhatsApp voor contact met de leerkracht;• 13% heeft e<strong>en</strong> of meer leerkracht<strong>en</strong> als vri<strong>en</strong>d op Facebook;• sociale media als Twitter <strong>en</strong> Instagram word<strong>en</strong> slechts door 2 tot 4% van de leerling<strong>en</strong>gebruikt voor contact met e<strong>en</strong> leerkracht.Verschill<strong>en</strong> per geslacht:• meisjes gebruiker vaker e-mail <strong>en</strong> Facebook voor contact met de leerkracht dan jong<strong>en</strong>s;• voor de andere communicatiemiddel<strong>en</strong> zijn er ge<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> jong<strong>en</strong>s <strong>en</strong> meisjes.Verschill<strong>en</strong> per leeftijd:• jongere leerling<strong>en</strong> (10-12) mak<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong>lijk meer gebruik van e-mail, Facebook <strong>en</strong>WhatsApp om met hun leerkracht te communicer<strong>en</strong>, dan oudere leerling<strong>en</strong> (13-18).Verschill<strong>en</strong> per onderwijsniveau:• hoger opgeleide leerling<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> minder vaak contact met e<strong>en</strong> leerkracht via de e-mail <strong>en</strong>Facebook dan jonger<strong>en</strong> van lagere onderwijsniveaus;• lager opgeleide leerling<strong>en</strong> (vmbo <strong>en</strong> havo onderbouw) gebruik<strong>en</strong> het minst WhatsApp voorcontact met hun leerkracht<strong>en</strong>.


<strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> • 2015E 55CONTACTMET LEERKRACHTENjaneeHeb je contact met e<strong>en</strong> ofmeer lerar<strong>en</strong> via WhatsApp?19%13%Heb je contactmet e<strong>en</strong> of meerlerar<strong>en</strong> via Facebook?4%Heb je contactmet e<strong>en</strong> of meerlerar<strong>en</strong> via Mail?Volg jij e<strong>en</strong> ofmeer lerar<strong>en</strong> viaInstagram?36%Meestal gaat het over: het huiswerk, cijfers, <strong>en</strong> de stof.In 5% van de gevall<strong>en</strong> over vertrouwelijke zak<strong>en</strong>.


56 <strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> • 2015FContact met school – belangrijkste thema’sAls leerling<strong>en</strong> via (sociale) media contact<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> met hun leerkracht, kan het gaan om:• vrag<strong>en</strong> over het huiswerk (24%);• cijfers (14%);• ding<strong>en</strong> die ze niet snapp<strong>en</strong> (14%);• vertrouwelijke zak<strong>en</strong> die op school of in de privé-sfeer spel<strong>en</strong>, zoals pest<strong>en</strong> (5%).Wat opvalt: dat 5% van de respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> vertrouwelijke informatie uitwisselt met de leerkracht.Dat lijkt e<strong>en</strong> gering perc<strong>en</strong>tage. Maar uiteindelijk gaat het wel om ca. 90.000 jonger<strong>en</strong>.Voor h<strong>en</strong> biedt de leerkracht dus voldo<strong>en</strong>de vertrouw<strong>en</strong> om persoonlijke zak<strong>en</strong> mee tebesprek<strong>en</strong>.Verschill<strong>en</strong> per geslacht:• het thema ‘huiswerk’ wordt iets vaker g<strong>en</strong>oemd door meisjes dan door jong<strong>en</strong>s.Verschill<strong>en</strong> per leeftijd:• de thema’s ‘huiswerk’, ‘cijfers’ <strong>en</strong> ‘ding<strong>en</strong> die ze niet snapp<strong>en</strong>’ word<strong>en</strong> veel vaker g<strong>en</strong>oemddoor oudere leerling<strong>en</strong> (13-18) dan door jongere leerling<strong>en</strong> (10-12).Verschill<strong>en</strong> per onderwijsniveau:• de thema’s ‘huiswerk’, ‘cijfers’ <strong>en</strong> ‘ding<strong>en</strong> die ze niet snapp<strong>en</strong>’ word<strong>en</strong> veel vaker g<strong>en</strong>oemddoor jonger<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> hogere onderwijsniveaus dan door vmbo-leerling<strong>en</strong>;• het thema ‘emotionele of persoonlijke zak<strong>en</strong>’ komt bij alle onderwijsniveaus ev<strong>en</strong> weinigvoor.


<strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> • 2015E 57Hobby’s <strong>en</strong> interesses,in relatie tot mediaEr werd gevraagd welke hobby’s of interesses de respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hoe media daarondersteuning bij kunn<strong>en</strong> bied<strong>en</strong>.Hobby’s <strong>en</strong> interessesDe respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> noemd<strong>en</strong> gemiddeld 2,8 interesses die ze voor zichzelf belangrijk vond<strong>en</strong>.Met duidelijke verschill<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> meisjes <strong>en</strong> jong<strong>en</strong>s.Verschill<strong>en</strong> per geslacht:• meisjes noemd<strong>en</strong> gemiddeld veel meer hobby’s (3,4) dan jong<strong>en</strong>s (2,3).Gam<strong>en</strong> <strong>en</strong> sport<strong>en</strong> word<strong>en</strong> het meest g<strong>en</strong>oemd. Bij ongeveer 55% van de respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.Vooral jong<strong>en</strong>s profiler<strong>en</strong> zich hiermee:• 79% van de jong<strong>en</strong>s noemt gam<strong>en</strong> als belangrijke hobby, teg<strong>en</strong>over 28% van de meisjes;• 65% van de jong<strong>en</strong>s heeft sport als favoriete vrijetijdsbesteding, teg<strong>en</strong>over 46% van demeisjes.Jong<strong>en</strong>s zijn actiever in het mak<strong>en</strong> van videofilmpjes dan meisjes:• 12% van de jong<strong>en</strong>s maakt filmpjes, teg<strong>en</strong>over 8% van de meisjes.Hobby’s <strong>en</strong> interesses die vooral meisjes interesser<strong>en</strong>:• make-up <strong>en</strong> mode (meisjes 45% – jong<strong>en</strong>s 0%);• handvaardigheid (meisjes 34% – jong<strong>en</strong>s 8%);• uitgaan of winkel<strong>en</strong> (meisjes 32% – jong<strong>en</strong>s 9%);• dans<strong>en</strong> (meisjes 26% – jong<strong>en</strong>s 2%);• dier<strong>en</strong> (meisjes 25% – jong<strong>en</strong>s 6%);• fotografie (meisjes 17% – jong<strong>en</strong>s 4%);• verhal<strong>en</strong> schrijv<strong>en</strong> (meisjes 14% – jong<strong>en</strong>s 3%).Verschill<strong>en</strong> per leeftijd:• jonger<strong>en</strong> van 13-18 zegg<strong>en</strong> natuurlijk vaker dan jongere kinder<strong>en</strong> (10-12) dat ze graag uitgaanof winkel<strong>en</strong> (31% teg<strong>en</strong>over 0%).Wat jongere kinder<strong>en</strong> (10-12) daar<strong>en</strong>teg<strong>en</strong> vaker do<strong>en</strong> dan jonger<strong>en</strong> van 13-18:• sport<strong>en</strong> (64% teg<strong>en</strong>over 52%);• gam<strong>en</strong> (60% teg<strong>en</strong>over 51%);• knutsel<strong>en</strong>/handvaardigheid (31% teg<strong>en</strong>over 14%);• dans<strong>en</strong> (20% teg<strong>en</strong>over 10%).Verschill<strong>en</strong> per onderwijsniveau:• leerling<strong>en</strong> van hogere onderwijsniveaus hebb<strong>en</strong> meer plezier in uitgaan <strong>en</strong> winkel<strong>en</strong> (oplop<strong>en</strong>dtot 46% van jonger<strong>en</strong> die al studer<strong>en</strong>);• leerling<strong>en</strong> van het midd<strong>en</strong>-niveau (vmbo-tl, havo/vwo-onderbouw) noem<strong>en</strong> het vaakstgam<strong>en</strong> (59%). Overige perc<strong>en</strong>tages voor gam<strong>en</strong>: 54% voor de lagere niveaus (basisschool, <strong>en</strong>vmbo kader- <strong>en</strong> beroepsgerichte leerweg) <strong>en</strong> 43% voor de hogere niveaus (havo/vwo-bov<strong>en</strong>bouw,<strong>en</strong> voortgezet hoger onderwijs).


58 <strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> • 2015F<strong>Media</strong> als ondersteuning voor hobby’s <strong>en</strong> interessesVoor e<strong>en</strong> ti<strong>en</strong>tal mediavorm<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> de respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> aangegev<strong>en</strong> of die media ondersteun<strong>en</strong>dzijn voor hun hobby’s of interesses. Bijvoorbeeld: dat ze ervan ler<strong>en</strong>, er nieuwe ideeëndoor opdo<strong>en</strong>, of dat ze zichzelf ermee kunn<strong>en</strong> pres<strong>en</strong>ter<strong>en</strong>. Zie Figuur 8.Figuur 8 – <strong>Media</strong>-gebruik voor hobby’s <strong>en</strong> interesses706050403020100ler<strong>en</strong>, beter word<strong>en</strong>reacties van ander<strong>en</strong> hor<strong>en</strong>nieuwe ideeën opdo<strong>en</strong>jezelf pres<strong>en</strong>ter<strong>en</strong>Figuur 8 laat zi<strong>en</strong> dat meer dan de helft van de jonger<strong>en</strong> iets opsteekt van (of via) informatievewebsites, zoekmachines (vooral Google), tv-docum<strong>en</strong>taires, het nieuws, <strong>en</strong> YouTube. Maarook tijdschrift<strong>en</strong>, praatprogramma’s, Facebook-pagina’s, etc. kunn<strong>en</strong> ondersteuning bied<strong>en</strong>.Nieuwe ideeën do<strong>en</strong> veel jonger<strong>en</strong> vooral op van YouTube <strong>en</strong> via zoekmachines. Hor<strong>en</strong> watander<strong>en</strong> voor m<strong>en</strong>ing hebb<strong>en</strong> over e<strong>en</strong> bepaald interessegebied, do<strong>en</strong> jonger<strong>en</strong> hoofdzakelijkvia Facebook-pagina’s, etc. Bijna 4 op de 10 jonger<strong>en</strong> noem<strong>en</strong> deze functie als typisch voorsociale media, hoewel ongeveer 1 op de 6 jonger<strong>en</strong> ook reacties van ander<strong>en</strong> krijgt via hetnieuws, YouTube, praatprogramma’s, blogs, <strong>en</strong> postings op sociale media.Verschill<strong>en</strong> per geslacht: er zijn weinig verschill<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> jong<strong>en</strong>s <strong>en</strong> meisjes. Maar:• jong<strong>en</strong>s vind<strong>en</strong> YouTube vooral belangrijk vanwege de reacties die ze van ander<strong>en</strong> hor<strong>en</strong>;• ook zegg<strong>en</strong> jong<strong>en</strong>s dat ze meer opstek<strong>en</strong> van praatprogramma’s <strong>en</strong> tv-docum<strong>en</strong>taires;• meisjes do<strong>en</strong> daar<strong>en</strong>teg<strong>en</strong> – meer dan jong<strong>en</strong>s – ideeën op van Facebook-pagina’s, blogs, <strong>en</strong>postings op sociale media.Verschill<strong>en</strong> per leeftijd: niet relevant.Verschill<strong>en</strong> per onderwijsniveau:• naarmate jonger<strong>en</strong> e<strong>en</strong> hoger onderwijsniveau volg<strong>en</strong>, zegg<strong>en</strong> ze meer profijt te hebb<strong>en</strong> vande meeste media. Jonger<strong>en</strong> ler<strong>en</strong> dan meer van het nieuws, informatieve websites, tijdschrift<strong>en</strong>,<strong>en</strong> zoekmachines;• ook kom<strong>en</strong> hoger opgeleide jonger<strong>en</strong> dan op nieuwe ideeën via YouTube, zoekmachines, <strong>en</strong>postings op sociale media, terwijl ze ook meer reacties van ander<strong>en</strong> oppikk<strong>en</strong> van YouTube<strong>en</strong> praatprogramma’s;Wat opvalt: dat jonger<strong>en</strong> van lagere onderwijsniveaus media dus minder b<strong>en</strong>utt<strong>en</strong> voor hunpersoonlijke aspiraties dan jonger<strong>en</strong> van hogere onderwijsniveaus.


De vraag: We hebb<strong>en</strong> jonger<strong>en</strong> de vraag gesteld of ze voorbeeld<strong>en</strong>kunn<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> wat zij van YouTube hebb<strong>en</strong> opgestok<strong>en</strong>:‘Ik kijk redelijk veel naarfilmpjes op youtube <strong>en</strong> diehebb<strong>en</strong> mij geholp<strong>en</strong> metzowel WISKUNDEPROBLEMEN(voor school) als met hetperfectioner<strong>en</strong> van demanier waarop ik bepaaldeSPELLEN speel’‘Opkom<strong>en</strong> voorjezelf <strong>en</strong> niet bangzijn voor ander<strong>en</strong>door wat ze opinternet schrijv<strong>en</strong>.Want op internet isiedere<strong>en</strong> anders alsdat hij/zij echt is’‘BIJVOORBEELDHOE HETPLAATSENVAN EENBEUGELGAAT’


LEREN MET MEDIAOP SCHOOL47%zegt ding<strong>en</strong>makkelijkerzegt ding<strong>en</strong>teler<strong>en</strong>makkelijkerals zetehetler<strong>en</strong>ookalsinzee<strong>en</strong>filmpjehet ookzi<strong>en</strong>in e<strong>en</strong>filmpje zi<strong>en</strong>31%zegt tijd<strong>en</strong>s deleszegtlievertijd<strong>en</strong>s defilmpjesles lieveroverdefilmpjeslesstofovertehebb<strong>en</strong>de lesstofdanteuitleghebb<strong>en</strong>doordandeleraaruitleg door deleraar33%zegt op schooltezegtmerk<strong>en</strong>op schooldathettegebruikmerk<strong>en</strong>vandatcomputers,het gebruik vansmartphonescomputers,<strong>en</strong>smartphonestablets voorhet<strong>en</strong>mak<strong>en</strong>tabletsvanvoorhuiswerkhet mak<strong>en</strong> vangestimuleerdhuiswerkwordtgestimuleerdwordt25%zegt voor hulpofzegtuitlegvoorbijhulphethuiswerkof uitleglieverbij hetophuiswerkinternetlievertezoek<strong>en</strong>op internetdan intedezoek<strong>en</strong>schoolboek<strong>en</strong>dan inde schoolboek<strong>en</strong>11%vindt dat deschoolappsvindt dat dediezeschoolappsop schooldievoorze opsommigeschoolvakk<strong>en</strong>voor sommigei.p.v.boek<strong>en</strong>vakk<strong>en</strong> i.p.v.gebruik<strong>en</strong>boek<strong>en</strong>netzogebruik<strong>en</strong>mooi <strong>en</strong>netgoedzo mooigemaakt<strong>en</strong>alsgoedwatgemaaktze privégebruik<strong>en</strong>als wat ze privégebruik<strong>en</strong>


<strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> • 2015E 61<strong>Media</strong> voorschoolwerk <strong>en</strong> huiswerkOm na te gaan in hoeverre jonger<strong>en</strong> media ook gebruik<strong>en</strong> als ondersteuning bij hun schoolwerk,zijn neg<strong>en</strong> mogelijkhed<strong>en</strong> voorgelegd. Zie Figuur 9.Figuur 9 – <strong>Media</strong>-gebruik voor school9080706050403020100basisschool vmbo-kb vmbo-tl/havo-onderbouwhavo/vwo-bov<strong>en</strong>bouwhoger onderwijsDe populairste media-toepassing<strong>en</strong> voor school zijn:• Google om ding<strong>en</strong> op te zoek<strong>en</strong> (60% van de jonger<strong>en</strong> doet dit regelmatig);• apps waarmee ze hun rooster <strong>en</strong> cijfers kunn<strong>en</strong> bekijk<strong>en</strong> (ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s 60%).Oef<strong>en</strong><strong>en</strong> via internet doet bijna de helft van de jonger<strong>en</strong>:• jezelf overhor<strong>en</strong> via internet: 45%;• oef<strong>en</strong>toets<strong>en</strong> raadpleg<strong>en</strong> via internet: 39%.Aanvull<strong>en</strong>de informatie voor het schoolwerk komt via de volg<strong>en</strong>de kanal<strong>en</strong>:• YouTube (26%);• informatieve tv-reportages (20%);• nieuwsprogramma’s (19%);• nieuwssites (16%);• de krant (10%).Verschill<strong>en</strong> per geslacht:• meisjes zoek<strong>en</strong> vaker op internet naar oef<strong>en</strong>toets<strong>en</strong> of overhoringsmogelijkhed<strong>en</strong> danjong<strong>en</strong>s;• jong<strong>en</strong>s raadpleg<strong>en</strong> vaker tv-docum<strong>en</strong>taires.


online contactHuiswerk is regelmatig aanleidingom met elkaar in contact te zijnDe smartphone is inmiddels hetpopulairste communicatiemiddel.De apps die hier voor nodig zijn will<strong>en</strong>jonger<strong>en</strong> beslist niet miss<strong>en</strong>.Vooral1. WhatsApp2. Facebook <strong>en</strong>3. Instagram > hier op foto's te zi<strong>en</strong>


<strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> • 2015E 63Verschill<strong>en</strong> per leeftijd:• de oudere leeftijdsgroep (13-18) maakt meer gebruik van nieuwssites, YouTube, oef<strong>en</strong>toets<strong>en</strong><strong>en</strong> apps voor cijfers <strong>en</strong> roosters;• jongere kinder<strong>en</strong> (10-12) kijk<strong>en</strong> vaker naar nieuwsprogramma’s op tv.Dat jongere kinder<strong>en</strong> (10-12) vaker naar nieuwsprogramma’s op tv kijk<strong>en</strong> (als ondersteuningbij hun schoolwerk), is heel begrijpelijk, omdat programma’s als Klokhuis <strong>en</strong> het<strong>Jeugd</strong>journaal speciaal voor deze doelgroep gemaakt word<strong>en</strong>, mét e<strong>en</strong> educatieve insteek.Verschill<strong>en</strong> per onderwijsniveau:• jonger<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> hogere vorm van onderwijs volg<strong>en</strong>, mak<strong>en</strong> meer gebruik van de krant, hetnieuws, nieuwssites, Google, YouTube <strong>en</strong> oef<strong>en</strong>toets<strong>en</strong>, dan jonger<strong>en</strong> die lagere vorm<strong>en</strong> vanonderwijs volg<strong>en</strong>.Dat betek<strong>en</strong>t dat hoger opgeleide jonger<strong>en</strong> het kapitaal van informatie <strong>en</strong> k<strong>en</strong>nis uit de mediamisschi<strong>en</strong> beter b<strong>en</strong>utt<strong>en</strong> dan jonger<strong>en</strong> van lagere onderwijsniveaus. Websites met overhoring<strong>en</strong><strong>en</strong> apps voor schoolroosters <strong>en</strong> cijfers word<strong>en</strong> het meest gebruikt door jonger<strong>en</strong> inhet middelste onderwijssegm<strong>en</strong>t (vmbo-tl <strong>en</strong> havo/vwo-onderbouw), mogelijk omdat zulkeapplicaties het beste aansluit<strong>en</strong> op dat onderwijsniveau.Sociale media voor schoolwerk <strong>en</strong> huiswerkWe vroeg<strong>en</strong> hoe ze met klasg<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong> aan hun school- <strong>en</strong> huiswerk. Daarbij zijnneg<strong>en</strong> mogelijkhed<strong>en</strong> voorgelegd (zie Figuur 10), die grofweg uite<strong>en</strong>vall<strong>en</strong> in twee typ<strong>en</strong>:• informatie <strong>en</strong> docum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> uitwissel<strong>en</strong> (6 items);• sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong> (3 items).Figuur 10 – Toepassing sociale media bij schoolwerk <strong>en</strong> huiswerk706050403020100jong<strong>en</strong>s meisjes 10-12 jaar 13-18 jaarWat opvalt: dat jonger<strong>en</strong> sociale media het meest gebruik<strong>en</strong> om zekerheid te krijg<strong>en</strong> over wathet huiswerk ook alweer was.Algem<strong>en</strong>e onderzoeksresultat<strong>en</strong>:• 53% zegt regelmatig via sociale media (WhatsApp, Twitter of Facebook) aan klasg<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> tevrag<strong>en</strong> wat het huiswerk is;


64 <strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> • 2015F• 25% gebruikt sociale media om tak<strong>en</strong> te kunn<strong>en</strong> verdel<strong>en</strong> bij het sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong>, of om scansvan aantek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> aan elkaar door te stur<strong>en</strong>;• 13% verstuurt zelf geschrev<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>vatting<strong>en</strong> of foto’s van het eig<strong>en</strong> huiswerk aan klasg<strong>en</strong>ot<strong>en</strong>,of vraagt de klasg<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> om hun al gemaakte huiswerk op te stur<strong>en</strong>.Digitaal sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong> aan het huiswerk (zoals sam<strong>en</strong>vatting<strong>en</strong> del<strong>en</strong>, <strong>en</strong> elkaar overhor<strong>en</strong>)doet 11-15% van de jonger<strong>en</strong>. Waaróm ze dat do<strong>en</strong> (uit gewoonte, of omdat het gemakkelijk is,of handig, of efficiënt, etc.) is niet bek<strong>en</strong>d.Wat geldt voor sociale media in het algeme<strong>en</strong>, geldt ook voor sociale media <strong>en</strong> huiswerk/schoolwerk in het bijzonder: scholier<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> er vooral last van wanneer hun klasg<strong>en</strong>ot<strong>en</strong>niet bereikbaar zijn.Verschill<strong>en</strong> per geslacht: meisjes gebruik<strong>en</strong> sociale media consequ<strong>en</strong>t meer om school- <strong>en</strong>huiswerk sam<strong>en</strong> met klasg<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> te mak<strong>en</strong> dan jong<strong>en</strong>s.Verschill<strong>en</strong> per leeftijd: jonger<strong>en</strong> van 13-18 gebruik<strong>en</strong> sociale media veel vaker voor schoolwerk<strong>en</strong> huiswerk dan kinder<strong>en</strong> van 10-12.Dit resultaat is heel begrijpelijk, omdat jonger<strong>en</strong> van 13-18 sowieso natuurlijk meer huiswerkkrijg<strong>en</strong> dan kinder<strong>en</strong> van 10-12. Elkaar overhor<strong>en</strong> via sociale media gebeurt overig<strong>en</strong>s bij alleleeftijd<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>veel.Verschill<strong>en</strong> per onderwijsniveau: vooral jonger<strong>en</strong> uit het middelbaar onderwijs gebruik<strong>en</strong> socialemedia voor het navrag<strong>en</strong> van huiswerk, <strong>en</strong> om sam<strong>en</strong>vatting<strong>en</strong> aan klasg<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> te stur<strong>en</strong>.Hulpbronn<strong>en</strong> bij het huiswerkAls jonger<strong>en</strong> vrag<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> over het huiswerk, kunn<strong>en</strong> ze steun zoek<strong>en</strong> via diverse kanal<strong>en</strong>.Ouders zijn de belangrijkste informatiebron:• 75% gaat regelmatig naar de moeder, <strong>en</strong> 60% naar de vader;• 53% gaat naar de leerkracht;• 45% raadpleegt vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong>. Vooral meisjes do<strong>en</strong> dat;• 33% zoekt hulp via Google, of vraagt e<strong>en</strong> broer of zus;• 18% zoekt hulp via YouTube;• 12% zoekt hulp via huiswerkbegeleiding.Verschill<strong>en</strong> per leeftijd <strong>en</strong> onderwijsniveau:• jonger<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> lagere opleiding volg<strong>en</strong>, <strong>en</strong> kinder<strong>en</strong> van 10-12 jaar, gaan vaker naar hunouders (of naar e<strong>en</strong> huiswerkbegeleider) als ze huiswerkvrag<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>, dan hoger opgeleidejonger<strong>en</strong>, <strong>en</strong> jonger<strong>en</strong> van 13-18;• naarmate jonger<strong>en</strong> e<strong>en</strong> hogere opleiding volg<strong>en</strong>, <strong>en</strong> naarmate ze ouder word<strong>en</strong>, kiez<strong>en</strong> zejuist meer voor vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, Google, of YouTube, om ondersteuning te vind<strong>en</strong>.Bewuste afleiding bij het huiswerkVeel kinder<strong>en</strong> <strong>en</strong> jonger<strong>en</strong> zegg<strong>en</strong> dat ze soms bewust afleiding zoek<strong>en</strong> bij het mak<strong>en</strong> vanhuiswerk. Vaak gaan ze dan luister<strong>en</strong> naar muziek (51%).3. Pool, M. (2001). DistractionEffects of Background<strong>Media</strong> on HomeworkPerformance. diss.,Universiteit van Leid<strong>en</strong>.Sommige doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> rad<strong>en</strong> het zelfs aan, om naar muziek te luister<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s het werk. Je kuntje afvrag<strong>en</strong> of dat e<strong>en</strong> handig advies is. E<strong>en</strong> uitgebreide behandeling van deze vraag valt buit<strong>en</strong>het kader van het huidige onderzoek, maar ander onderzoek 3 heeft aangetoond:• dat drukke muziek-clips (MTV) nogal afleid<strong>en</strong>d kunn<strong>en</strong> werk<strong>en</strong>, voornamelijk bij leerwerk;• dat bij maakwerk de invloed van muziek niet zo groot is.


huiswerk mak<strong>en</strong><strong>Media</strong> kunn<strong>en</strong>afleid<strong>en</strong> maarook behulpzaamzijn bij huiswerkHier op foto's te zi<strong>en</strong>: Twitter-bericht<strong>en</strong>


HUISWERK... HELP!Waar ga je het liefste he<strong>en</strong> voor hulp als je e<strong>en</strong>vraag hebt bij het mak<strong>en</strong> van je huiswerk?MoederVaderDiversHuiswerkbegeleidingYouTubeGoogleMeester/LeerkrachtVri<strong>en</strong>d<strong>en</strong>Broer of zus31% 37% 3% 10% 11% 4% 1% 1% 2%


<strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> • 2015E 67Behalve muziek zijn er nog allerlei andere vorm<strong>en</strong> van afleiding:• berichtjes uitwissel<strong>en</strong> (41%);• filmpjes kijk<strong>en</strong> (28%);• surf<strong>en</strong> (27%);• Twitter<strong>en</strong> of Facebook<strong>en</strong> (24%);• gam<strong>en</strong> (21% );• tv-kijk<strong>en</strong> (19%);• bell<strong>en</strong> (11%);• e<strong>en</strong> boek lez<strong>en</strong> (6%).Verschill<strong>en</strong> per geslacht: jong<strong>en</strong>s zoek<strong>en</strong> vooral afleiding in gam<strong>en</strong>, terwijl meisjes eerdere<strong>en</strong> boek gaan lez<strong>en</strong>, of sociale media gebruik<strong>en</strong> (om berichtjes te stur<strong>en</strong> <strong>en</strong> te lez<strong>en</strong>).Verschill<strong>en</strong> per leeftijd: jonger<strong>en</strong> van 13 jaar <strong>en</strong> ouder lat<strong>en</strong> zich vaker bewust afleid<strong>en</strong> danjongere kinder<strong>en</strong>. Ze do<strong>en</strong> dat met alle mogelijkhed<strong>en</strong> die er zijn, maar minder door tv-kijk<strong>en</strong><strong>en</strong> boek<strong>en</strong> lez<strong>en</strong>.Verschill<strong>en</strong> per onderwijsniveau: hoe hoger het onderwijsniveau, hoe vaker er afleidingwordt gezocht. (Door berichtjes te stur<strong>en</strong>, te surf<strong>en</strong>, filmpjes te kijk<strong>en</strong>, sociale media tegebruik<strong>en</strong>, boek<strong>en</strong> te lez<strong>en</strong>, etc.)Wat opvalt: hoe hoger het onderwijsniveau, hoe vaker er afleiding wordt gezocht.


ALS IK HUISWERKMOET MAKEN, DAN:52%Zet ik detelevisi<strong>en</strong>iet aan41%Zijnwhatsappberichtjesstor<strong>en</strong>d36%blijf ikbereikbaarvia socialemedia, zodatwe sam<strong>en</strong> aanhet huiswerkkunn<strong>en</strong> werk<strong>en</strong>33%Zet ik mijntelefoonop stil15%Laat ik mijnvri<strong>en</strong>d<strong>en</strong>wet<strong>en</strong> datze me nietmoet<strong>en</strong> stor<strong>en</strong>via de socialemedia


<strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> • 2015E 69Strategieën om afleiding teg<strong>en</strong> te gaanHoewel jonger<strong>en</strong> soms bewust afleiding zoek<strong>en</strong> (zie bov<strong>en</strong>), prober<strong>en</strong> ze afleiding ook teg<strong>en</strong>te gaan. Daar hebb<strong>en</strong> ze verschill<strong>en</strong>de strategieën voor. Zie Figuur 11.Om alle items e<strong>en</strong>vormig te mak<strong>en</strong>, zijn de items met e<strong>en</strong> sterretje (*) geherformuleerd.Figuur 11 – Strategieën om niet afgeleid te word<strong>en</strong> bij het huiswerkcomputer niet gebruik<strong>en</strong> voor info *vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> lat<strong>en</strong> wet<strong>en</strong>: ‘niet stor<strong>en</strong>’we zett<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> telefoon uitik stuur ge<strong>en</strong> berichtjesik zet telefoon op stilmobiel niet gebruik<strong>en</strong> voor info *ik blijf niet via sociale media bereikbaar *tv niet aanzett<strong>en</strong>0% 20% 40% 60% 80% 100%geheel one<strong>en</strong>s one<strong>en</strong>s e<strong>en</strong>s noch one<strong>en</strong>s e<strong>en</strong>s geheel e<strong>en</strong>sHoe kun je afleiding het beste teg<strong>en</strong>gaan? De suggesties van de onderzoekers (<strong>en</strong> de bijbehor<strong>en</strong>deresponses) zijn weergegev<strong>en</strong> in Figuur 11:• computer niet gebruik<strong>en</strong> voor info;• vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> lat<strong>en</strong> wet<strong>en</strong>: ‘niet stor<strong>en</strong>’;• we zett<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> de telefoon uit;• ik stuur ge<strong>en</strong> berichtjes;• telefoon op stil;• mobiel niet gebruik<strong>en</strong> voor info;• ik blijf niet via sociale media bereikbaar;• tv niet aanzett<strong>en</strong>.Andere strategieën (die de respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zelf gav<strong>en</strong>) zijn:• applicaties als Cold Turkey, zodat je niet kunt surf<strong>en</strong>;• de status van de telefoon op ‘Niet stor<strong>en</strong> – huiswerk’ zett<strong>en</strong>;• e<strong>en</strong> koptelefoon opzett<strong>en</strong>;• rustige muziek op de achtergrond aanzett<strong>en</strong>;• jezelf belon<strong>en</strong> als je zonder afleiding huiswerk hebt gemaakt;• met je ouders afsprek<strong>en</strong> dat zij zull<strong>en</strong> oplett<strong>en</strong>;• huiswerk al op school of in de huiskamer mak<strong>en</strong>;• goed je tijd indel<strong>en</strong>, met geregeld mediapauzes.De meerderheid zet de computer of laptop niet uit. Dat is goed verklaarbaar, omdat ze daarnu juist hun werk op moet<strong>en</strong> mak<strong>en</strong>. Daarnaast laat de meerderheid van de jonger<strong>en</strong> het weltoe dat ze door hun vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> gestoord kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zet de helft van de jonger<strong>en</strong> huntelefoon niet uit als ze sam<strong>en</strong> aan het huiswerk zitt<strong>en</strong>.


app voor school of thuisDe focusgroepgesprekk<strong>en</strong>onthull<strong>en</strong> hetapp-gebruik


<strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> • 2015E 71E<strong>en</strong> kleine minderheid zet de computer of de telefoon wel uit, of laat hun vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> wet<strong>en</strong> datze niet gestoord will<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.Ruim e<strong>en</strong> derde van de jonger<strong>en</strong> stuurt ge<strong>en</strong> berichtjes naar ander<strong>en</strong>, zet de smartphone opstil, gebruikt de telefoon niet, <strong>en</strong> is ook niet bereikbaar voor vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> via sociale media. Veelmeer dan e<strong>en</strong> derde gebruikt de telefoon echter wel, <strong>en</strong> is dus ook wel bereikbaar.Wat opvalt: de <strong>en</strong>ige methode die de meeste jonger<strong>en</strong> kiez<strong>en</strong> om niet afgeleid te word<strong>en</strong>, is detv uitzett<strong>en</strong>. De helft van de jonger<strong>en</strong> doet dat. Slechts 1 op de 5 jonger<strong>en</strong> zet de tv niet uit bijhet huiswerk mak<strong>en</strong>.Verschill<strong>en</strong> per geslacht: er zijn nauwelijks verschill<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> jong<strong>en</strong>s <strong>en</strong> meisjes in demanier waarop ze afleiding bij het huiswerk prober<strong>en</strong> te voorkom<strong>en</strong>.Verschill<strong>en</strong> per leeftijd: tuss<strong>en</strong> jongere (10-12) <strong>en</strong> oudere (13-18) kinder<strong>en</strong> zijn er wélsystematische verschill<strong>en</strong>:• kinder<strong>en</strong> van 10 tot 12 jaar zegg<strong>en</strong> vaker dat ze bereikbaar will<strong>en</strong> zijn (via sociale media),<strong>en</strong> dat ze hun computer <strong>en</strong> mobieltje aanhoud<strong>en</strong> om informatie te kunn<strong>en</strong> opzoek<strong>en</strong>;• jonger<strong>en</strong> van 13 jaar <strong>en</strong> ouder pass<strong>en</strong> nag<strong>en</strong>oeg alle anti-afleidings-strategieën vaker toedan kinder<strong>en</strong> van 10 tot 12 jaar.Verschill<strong>en</strong> per onderwijsniveau:• jonger<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> hogere vorm van onderwijs volg<strong>en</strong>, zett<strong>en</strong> de tv eerder uit bij het mak<strong>en</strong>van huiswerk;• terwijl vmbo-jonger<strong>en</strong> de tv juist vaak aan hebb<strong>en</strong>, bij het mak<strong>en</strong> van huiswerk.Vooral bij series of soaps, waarin het belangrijk is om de verhaallijn te volg<strong>en</strong>, kan tv-gebruike<strong>en</strong> negatief effect hebb<strong>en</strong> op de leerprestaties.Wat opvalt: hoe hoger het onderwijsniveau, hoe minder tv. Maar ook: hoe hoger het onderwijsniveau,hoe meer internet-filmpjes <strong>en</strong> sociale media.


72 <strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> • 2015FHouding teg<strong>en</strong>over schoolZoals Figuur 12 laat zi<strong>en</strong>, hebb<strong>en</strong> veel jonger<strong>en</strong> e<strong>en</strong> positieve houding teg<strong>en</strong>over school.(Om alle items e<strong>en</strong>vormig te mak<strong>en</strong>, zijn de items met e<strong>en</strong> sterretje (*) geherformuleerd.)Figuur 12 – Houding teg<strong>en</strong>over schoolik vind naar school gaan belangrijkik vind schoolwerk goed do<strong>en</strong> leukik wil graag veel ler<strong>en</strong>ik werk hard om goede cijfers te hal<strong>en</strong>ik doe mijn best voor school *ik maak mijn schoolwerk meestal netjes *goede cijfers hal<strong>en</strong> kost mij ge<strong>en</strong> moeite *ik leer zo goed als ik kan *ik wil best hard werk<strong>en</strong> *0% 20% 40% 60% 80% 100%geheel one<strong>en</strong>s one<strong>en</strong>s e<strong>en</strong>s noch one<strong>en</strong>s e<strong>en</strong>s geheel e<strong>en</strong>sDus:• driekwart van de jonger<strong>en</strong> vindt school belangrijk;• 6 op de 10 jonger<strong>en</strong> doet zijn best;• de helft maakt zijn werk niet slordig, <strong>en</strong> heeft ge<strong>en</strong> moeite om goede cijfers te hal<strong>en</strong>;• 4 op de 10 jonger<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> hekel aan hard werk<strong>en</strong>;• bijna e<strong>en</strong> kwart van de jonger<strong>en</strong> heeft ge<strong>en</strong> positieve houding teg<strong>en</strong>over school.Verschill<strong>en</strong> per geslacht: in het algeme<strong>en</strong> zijn meisjes positiever over school <strong>en</strong> do<strong>en</strong> ze beterhun best dan jong<strong>en</strong>s. Met nag<strong>en</strong>oeg alle uitsprak<strong>en</strong> (zie Figuur 12) zijn meisjes het vakere<strong>en</strong>s dan jong<strong>en</strong>s.Verschill<strong>en</strong> per leeftijd: jonger<strong>en</strong> van 13 jaar <strong>en</strong> ouder zijn positiever over hun schoolinspanning<strong>en</strong>dan jongere kinder<strong>en</strong>. Die laatst<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> juist meer moeite met goede cijfershal<strong>en</strong>, do<strong>en</strong> minder hun best, werk<strong>en</strong> slordiger, <strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> meer e<strong>en</strong> hekel aan school.Verschill<strong>en</strong> per onderwijsniveau: hoe hoger het onderwijsniveau, hoe positiever de houdingteg<strong>en</strong>over school. Hoger opgeleide respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> will<strong>en</strong> beter hun best do<strong>en</strong>, will<strong>en</strong> meerler<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vind<strong>en</strong> onderwijs belangrijker.


<strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> • 2015E 73<strong>Media</strong>wijsheid op schoolEr zijn heel wat mediawijsheid-onderwerp<strong>en</strong> die jonger<strong>en</strong> graag behandeld zoud<strong>en</strong> will<strong>en</strong>zi<strong>en</strong>. Zie Figuur 13.Figuur 13 – Behoefte aan mediawijsheid op school (gew<strong>en</strong>ste onderwerp<strong>en</strong>)begrijp<strong>en</strong> hoe internet werktler<strong>en</strong> over privacyhandiger met media word<strong>en</strong>mezelf kunn<strong>en</strong> bescherm<strong>en</strong> op internetbeter kunn<strong>en</strong> zoek<strong>en</strong> op internetcreatiever met media word<strong>en</strong>goed ler<strong>en</strong> programmer<strong>en</strong>hoe games gemaakt word<strong>en</strong>telefoon-gebruik verminder<strong>en</strong>0% 20% 40% 60% 80% 100%geheel one<strong>en</strong>s one<strong>en</strong>s e<strong>en</strong>s noch one<strong>en</strong>s e<strong>en</strong>s geheel e<strong>en</strong>sBijna de helft (ruim 4 op de 10 jonger<strong>en</strong>) wil op school ler<strong>en</strong>:• hoe ze hun privacy of hun veiligheid op het internet kunn<strong>en</strong> verbeter<strong>en</strong>;• hoe het internet werkt;• hoe ze handiger of creatiever kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> of beter kunn<strong>en</strong> zoek<strong>en</strong>.En verder:• ongeveer e<strong>en</strong> derde wil ler<strong>en</strong> hoe ze kunn<strong>en</strong> programmer<strong>en</strong> of hoe games gemaakt word<strong>en</strong>;• slechts 18% van de jonger<strong>en</strong> wil via school ler<strong>en</strong> hoe ze het gebruik van hun smartphonebeter kunn<strong>en</strong> reguler<strong>en</strong>;• bijna de helft van de jonger<strong>en</strong> heeft er ge<strong>en</strong> behoefte aan om via school te ler<strong>en</strong> hoe ze hetgebruik van hun smartphone beter kunn<strong>en</strong> reguler<strong>en</strong>.Verschill<strong>en</strong> per geslacht:• jong<strong>en</strong>s hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> voorkeur voor technische vaardighed<strong>en</strong>. Zoals: ler<strong>en</strong> programmer<strong>en</strong>,begrijp<strong>en</strong> hoe internet werkt, ler<strong>en</strong> hoe games gemaakt word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hoe je handiger kuntword<strong>en</strong> met media;• meisjes zegg<strong>en</strong> vaker dat ze will<strong>en</strong> ler<strong>en</strong> over privacy, of hoe je jezelf beter kunt bescherm<strong>en</strong>op het internet;Meisjes kiez<strong>en</strong> dus meer voor sociaal-emotionele mediawijsheid vaardighed<strong>en</strong> dan jong<strong>en</strong>s.Mogelijk heeft dit ook te mak<strong>en</strong> met het gebruik dat jonger<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> van de verschill<strong>en</strong>demediavorm<strong>en</strong>. Als jong<strong>en</strong>s meer bezig zijn met gam<strong>en</strong> <strong>en</strong> computer<strong>en</strong>, is het logisch dat zedaar ook beter in will<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Meisjes zijn daar<strong>en</strong>teg<strong>en</strong> meer geëngageerd in sociale media<strong>en</strong> will<strong>en</strong> mogelijk daarom meer wet<strong>en</strong> over hoe ze zich kunn<strong>en</strong> bescherm<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> de risico’sdie daarmee sam<strong>en</strong>gaan.Verschill<strong>en</strong> per leeftijd: jonger<strong>en</strong> van 13-18 zegg<strong>en</strong> meer behoefte te hebb<strong>en</strong> aan mediawijsheid-less<strong>en</strong>dan kinder<strong>en</strong> van 10-12. Wat praktisch alle bevraagde onderwerp<strong>en</strong> betreft. Met


74 <strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> • 2015Fuitzondering van mediawijsheid-less<strong>en</strong> om de telefoon minder te gebruik<strong>en</strong>. Daarin verschill<strong>en</strong>kinder<strong>en</strong> (10-12) <strong>en</strong> jonger<strong>en</strong> (13-18) niet van elkaar.Wat opvalt: dat jonger<strong>en</strong> van 13-18 meer behoefte hebb<strong>en</strong> aan mediawijsheid-less<strong>en</strong> dan jongerekinder<strong>en</strong> (10-12). Die laatst<strong>en</strong> lop<strong>en</strong> wel meer risico, omdat ze minder ervaring hebb<strong>en</strong>in de online wereld. Mogelijk beseff<strong>en</strong> zij de risico’s van mediagebruik nog niet. Anderzijdszoek<strong>en</strong> jonger<strong>en</strong> van 13-18 juist vaker risico’s op, waaronder ook online-risico’s. Mogelijkbeseff<strong>en</strong> ze dat, <strong>en</strong> will<strong>en</strong> ze weerbaarder word<strong>en</strong>.Verschill<strong>en</strong> per onderwijsniveau: als jonger<strong>en</strong> meer will<strong>en</strong> wet<strong>en</strong> over media, gaat het altijdom jonger<strong>en</strong> van lagere onderwijsniveaus. Mogelijk vind<strong>en</strong> hoger opgeleide jonger<strong>en</strong> dat zij alg<strong>en</strong>oeg van media afwet<strong>en</strong>, of hebb<strong>en</strong> zij al voldo<strong>en</strong>de mediawijsheid-less<strong>en</strong> gehad op school.Privé-gebruik van media in de klasHoewel de meeste jonger<strong>en</strong> positief staan teg<strong>en</strong>over ler<strong>en</strong>, <strong>en</strong> je best do<strong>en</strong> op school, zegt dehelft dat ze media wel e<strong>en</strong>s voor zichzelf gebruik<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s de les. Zie Figuur 14.Figuur 14 – Privé-gebruik van media in de klas706050403020100privé-berichtjesstur<strong>en</strong>Facebook ofInstagramcheck<strong>en</strong>stiekem foto'sof filmpjesmak<strong>en</strong>stiekemfilmpjes kijk<strong>en</strong>telefoner<strong>en</strong>twitter<strong>en</strong>jong<strong>en</strong>s meisjes 10-12 jaar 13-18 jaarFiguur 14 laat zi<strong>en</strong> wat jonger<strong>en</strong> voor zichzelf do<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s de les. De top-3:• bijna de helft (46%) stuurt wel e<strong>en</strong>s privé-berichtjes tijd<strong>en</strong>s de les;• 28% checkt Facebook of Instagram;• 10% maakt wel e<strong>en</strong>s stiekem e<strong>en</strong> filmpje of e<strong>en</strong> foto in de klas.Verschill<strong>en</strong> per geslacht: meisjes do<strong>en</strong> de bov<strong>en</strong>g<strong>en</strong>oemde ding<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong>lijk vaker danjong<strong>en</strong>s.Verschill<strong>en</strong> per leeftijd: kinder<strong>en</strong> van 10 tot 12 jaar zegg<strong>en</strong> vaker dan oudere kinder<strong>en</strong> datzij nooit media voor privé-doeleind<strong>en</strong> gebruik<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s de les. Jonger<strong>en</strong> van 13 jaar <strong>en</strong> ouderzegg<strong>en</strong> vooral dat zij vaker dan jonge kinder<strong>en</strong> privé-berichtjes verstur<strong>en</strong>, kijk<strong>en</strong> of er nieuwepostings op sociale media zijn, filmpjes of series bekijk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> stiekem foto’s of filmpjes in deklas mak<strong>en</strong>.


<strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> • 2015E 75Verschill<strong>en</strong> per onderwijsniveau:• mediagebruik voor privé-doeleind<strong>en</strong> komt meer voor naarmate het onderwijsniveau hoger is;• het gaat dan vooral om berichtjes lez<strong>en</strong> of verstur<strong>en</strong>, postings op sociale media lez<strong>en</strong>, offilmpjes bekijk<strong>en</strong>;• jonger<strong>en</strong> in het hoogste onderwijssegm<strong>en</strong>t zegg<strong>en</strong> vaker dat zij ge<strong>en</strong> stiekeme foto’s <strong>en</strong> filmpjesin de klas mak<strong>en</strong>.Functioneel gebruik van media in de klasLer<strong>en</strong> wordt steeds digitaler:• het smartboard is inmiddels normaal geword<strong>en</strong> (slechts 7% van de respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> meldtdat er bij h<strong>en</strong> nog steeds met schoolbord <strong>en</strong> krijtjes wordt gewerkt);• e<strong>en</strong> derde (33%) van de respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> meldt dat hun school het gebruik van ict-middel<strong>en</strong>(zoals computer, smartphone <strong>en</strong> tablet) voor het mak<strong>en</strong> van huiswerk echt stimuleert;• bijna de helft (47%) van de respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zegt makkelijker te ler<strong>en</strong> wanneer de stof ookin e<strong>en</strong> filmpje wordt behandeld.Toch d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> g<strong>en</strong>uanceerd over het gebruik van beeldschermmedia in hetonderwijs:• 39% zegt moeilijker te ler<strong>en</strong> als er alle<strong>en</strong> maar tekst is;• 31% verkiest filmpjes bov<strong>en</strong> uitleg door de doc<strong>en</strong>t;• 29% zegt makkelijker via computer of tablet te ler<strong>en</strong> dan via boek<strong>en</strong>;• 25% zegt liever op internet naar hulp of uitleg te zoek<strong>en</strong> dan in de schoolboek<strong>en</strong> (bij vrag<strong>en</strong>over de stof).De kwaliteit van de huidige school-apps is nog voor verbetering vatbaar. Vaak zijn het gewoonnog ‘boek<strong>en</strong> achter glas’, zonder (interactieve) meerwaarde:• slechts 11% bevestigt de stelling dat school-apps net zo goed <strong>en</strong> mooi gemaakt zijn als deapps <strong>en</strong> games die ze privé gebruik<strong>en</strong>.Wat opvalt: dat jonger<strong>en</strong> beeldschermmedia voor school wel waarder<strong>en</strong>, maar dat de meerderheidhet ook belangrijk vindt dat er e<strong>en</strong> goede leerkracht is, <strong>en</strong> dat traditionele mediaals boek<strong>en</strong> <strong>en</strong> schrift<strong>en</strong> er ook bij hor<strong>en</strong>. Mogelijk speelt de matige kwaliteit van de huidigeschool-apps (vaak niet meer dan ‘boek<strong>en</strong> achter glas’) daarbij e<strong>en</strong> rol.Verschill<strong>en</strong> per geslacht: jong<strong>en</strong>s <strong>en</strong> meisjes verschill<strong>en</strong> niet van elkaar in hun oordel<strong>en</strong> overgedigitaliseerd onderwijs.Verschill<strong>en</strong> per leeftijd: oudere <strong>en</strong> jongere leerling<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong> niet wez<strong>en</strong>lijk van elkaar.Verschill<strong>en</strong> per onderwijsniveau:• leerling<strong>en</strong> van lagere onderwijsniveaus hebb<strong>en</strong> liever (ook) filmpjes in de klas dan alle<strong>en</strong> e<strong>en</strong>verhaal van de doc<strong>en</strong>t;• vmbo-leerling<strong>en</strong> zegg<strong>en</strong> minder vaak dat zij beter word<strong>en</strong> in Engels dankzij het gebruik vaninternet dan alle andere jonger<strong>en</strong>;• hoger opgeleide jonger<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> wat meer e<strong>en</strong> voorkeur om extra informatie te zoek<strong>en</strong> viahet internet, in plaats van alle<strong>en</strong> uit boek<strong>en</strong>.


76 <strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> • 2015F<strong>Media</strong> <strong>en</strong> gezondheidOp dit mom<strong>en</strong>t is er veel te do<strong>en</strong> over de effect<strong>en</strong> die media kunn<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> op degezondheid. Zoals:• overgewicht door te veel stil zitt<strong>en</strong>, <strong>en</strong> door reclames voor ongezonde product<strong>en</strong>;• gehoorschade door te harde muziek;• RSI-klacht<strong>en</strong> door te veel <strong>en</strong> te e<strong>en</strong>zijdig computergebruik;• onrust door de druk van sociale media;• oogklacht<strong>en</strong> (bijzi<strong>en</strong>dheid) door int<strong>en</strong>sief beeldschermgebruik.Prev<strong>en</strong>tieve maatregel<strong>en</strong>Om na te gaan in hoeverre jonger<strong>en</strong> zulke gezondheidsrisico’s zelf prober<strong>en</strong> te voorkom<strong>en</strong>,is gevraagd welke prev<strong>en</strong>tieve maatregel<strong>en</strong> zij nem<strong>en</strong>. Zie Figuur 15.Figuur 15 – Maatregel<strong>en</strong> om de gezondheid op peil te houd<strong>en</strong>80706050403020100jong<strong>en</strong>s meisjes 10-12 jaar 13-18 jaarAlgem<strong>en</strong>e resultat<strong>en</strong>:• ongeveer 1 op de 7 jonger<strong>en</strong> (14%), vooral jong<strong>en</strong>s, zegt helemaal niets te do<strong>en</strong> om gezondheidsrisico’ste voorkom<strong>en</strong>;• de overige jonger<strong>en</strong> noem<strong>en</strong> gemiddeld drie van zulke maatregel<strong>en</strong>. De meest voorkom<strong>en</strong>deactie om gezond te blijv<strong>en</strong>, is regelmatig sport<strong>en</strong>. Ongeveer 60% van de jonger<strong>en</strong> doet dat(zie Figuur 15);• ruim e<strong>en</strong> derde (36%) zegt dagelijks op tijd naar bed te gaan, terwijl iets minder jonger<strong>en</strong>(30%) ’s avonds bewust hun telefoon uitzett<strong>en</strong> om ongestoord te kunn<strong>en</strong> inslap<strong>en</strong>;• af <strong>en</strong> toe ev<strong>en</strong> rust voor je zelf nem<strong>en</strong> doet ook 30%, terwijl 27% bewust ge<strong>en</strong> appjes stuurttijd<strong>en</strong>s het fiets<strong>en</strong>, <strong>en</strong> bewust het geluid van de mp3-speler of de smartphone onder controlehoudt;• ongeveer 1 op de 5 jonger<strong>en</strong> zegt bewust pauzes te nem<strong>en</strong> bij het computer<strong>en</strong> of gam<strong>en</strong>, <strong>en</strong>ruim 1 op de 10 let erop dat ze dan goed achter hun bureau zitt<strong>en</strong>. Ongeveer 1 op de 20 jonger<strong>en</strong>gebruikt e<strong>en</strong> app om hun sportconditie of gewicht bij te houd<strong>en</strong>.Behalve sport<strong>en</strong>, waar tweederde van de jonger<strong>en</strong> aan doet, lijk<strong>en</strong> jonger<strong>en</strong> dus niet heel erg actiefin de verschill<strong>en</strong>de andere maatregel<strong>en</strong> om hun gezondheid of conc<strong>en</strong>tratie op peil te houd<strong>en</strong>.


<strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> • 2015E 77Verschill<strong>en</strong> per geslacht:• zoals Figuur 15 laat zi<strong>en</strong>, zijn meisjes meestal wel iets actiever dan jong<strong>en</strong>s. Zij zoek<strong>en</strong> significantvaker e<strong>en</strong> rustmom<strong>en</strong>t voor zichzelf, zett<strong>en</strong> ’s avonds de mobiel of computer vaker uit,zett<strong>en</strong> het geluidsvolume minder hoog <strong>en</strong> gebruik<strong>en</strong> vaker e<strong>en</strong> app voor hun sportprestatiesof hun gewicht;• jong<strong>en</strong>s nem<strong>en</strong> daar<strong>en</strong>teg<strong>en</strong> vaker pauzes tijd<strong>en</strong>s het gam<strong>en</strong> of computer<strong>en</strong> dan meisjes, watop zich verklaarbaar is omdat jong<strong>en</strong>s vaker actief zijn in gam<strong>en</strong> <strong>en</strong> op de computer werk<strong>en</strong>dan meisjes.Verschill<strong>en</strong> per leeftijd:• jongere kinder<strong>en</strong> (10-12) pass<strong>en</strong> de meeste maatregel<strong>en</strong> iets vaker toe dan jonger<strong>en</strong> van13-18.Verschill<strong>en</strong> per onderwijsniveau:• lager opgeleide leerling<strong>en</strong> zett<strong>en</strong> vaker hun mobieltje uit als ze gaan slap<strong>en</strong>;• vmbo-leerling<strong>en</strong> vall<strong>en</strong> op doordat zij minder vaak dan andere jonger<strong>en</strong> het geluidsniveauvan hun oordopjes demp<strong>en</strong>, achter e<strong>en</strong> bureau zitt<strong>en</strong> bij computerwerk, gam<strong>en</strong>, pauzesnem<strong>en</strong>, <strong>en</strong> juist vaker hun mobiel gebruik<strong>en</strong> voor berichtjes stur<strong>en</strong> ‘in het verkeer’.Wat opvalt: dat gezondheidsrisico’s door mediagebruik dus wat groter lijk<strong>en</strong> te zijn bijjong<strong>en</strong>s <strong>en</strong> oudere kinder<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zeker het grootst bij vmbo-leerling<strong>en</strong>.


Vraag 31.Welke afsprak<strong>en</strong> over mediagebruikzou jij later met jouw kind mak<strong>en</strong>als jij vader of moeder zou zijn?‘ik zou zegg<strong>en</strong>Onder het et<strong>en</strong> niet<strong>en</strong> e<strong>en</strong> uurper dag familie uur’‘Als ze jong zijnmeekijk<strong>en</strong> bijwat ze do<strong>en</strong>’‘Niet verslaafd word<strong>en</strong>;veel buit<strong>en</strong>spel<strong>en</strong> <strong>en</strong> gezelligmet m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> zijn’‘Is er iets vervel<strong>en</strong>dsgebeurD? Praat erover!’


<strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> • 2015E 79Rol van de oudersOuders zijn de primair-verantwoordelijk<strong>en</strong> voor de manier waarop hun kinder<strong>en</strong> media gebruik<strong>en</strong>.Daartoe do<strong>en</strong> ouders – bewust of onbewust – verschill<strong>en</strong>de ding<strong>en</strong>, die sam<strong>en</strong> ‘mediaopvoeding’vorm<strong>en</strong>.Vaak toegepaste techniek<strong>en</strong> voor mediaopvoeding zijn: gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> stell<strong>en</strong> <strong>en</strong> meekijk<strong>en</strong>. Maarer kan nog veel meer. Zie Figuur 16.Figuur 16 – <strong>Media</strong>opvoeding thuis9080706050403020100jong<strong>en</strong>s meisjes 10-12 jaar 13-18 jaarBij ongeveer driekwart van de jonger<strong>en</strong> geldt de regel dat er ge<strong>en</strong> media gebruikt mog<strong>en</strong>word<strong>en</strong> aan tafel bij het et<strong>en</strong>. Bij jongere kinder<strong>en</strong> geldt deze regel vaker dan bij jonger<strong>en</strong> van13 jaar <strong>en</strong> ouder.Andere restrictieve acties van de ouders kom<strong>en</strong> beduid<strong>en</strong>d minder vaak voor. Ongeveer 1 opde 3 jonger<strong>en</strong> krijgt regelmatig comm<strong>en</strong>taar van de ouders dat ze te veel tijd bested<strong>en</strong> aan demobiel <strong>en</strong> moet ook de mobiele telefoon inlever<strong>en</strong> voor het slap<strong>en</strong> gaan. Dat laatste geldt inveel sterkere mate voor kinder<strong>en</strong> van 10 tot 12 jaar dan voor oudere kinder<strong>en</strong>. Comm<strong>en</strong>taarop te veel tijd bested<strong>en</strong> aan gam<strong>en</strong> krijgt ook bijna e<strong>en</strong> derde van de jonger<strong>en</strong>, maar daarbijgaat het vooral om jong<strong>en</strong>s <strong>en</strong> ook weer om wat jongere kinder<strong>en</strong>.Iets minder dan e<strong>en</strong> kwart van de jonger<strong>en</strong> moet zich houd<strong>en</strong> aan afsprak<strong>en</strong> over wat er gedownloadmag word<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat geldt wederom in zeer sterke mate voor jonger<strong>en</strong> onder de 13 jaar.Bijna 1 op de 5 jonger<strong>en</strong> krijgt van de ouders te hor<strong>en</strong> dat ze minder tv moet<strong>en</strong> kijk<strong>en</strong> <strong>en</strong>nog iets minder jonger<strong>en</strong> moet hun smartphone inlever<strong>en</strong> als ze huiswerk gaan mak<strong>en</strong>.Tuss<strong>en</strong> jongere <strong>en</strong> oudere kinder<strong>en</strong> <strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> jong<strong>en</strong>s <strong>en</strong> meisjes zijn hierbij ge<strong>en</strong> al te groteverschill<strong>en</strong>.Vmbo- <strong>en</strong> havo-leerling<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> vaker dan leerling<strong>en</strong> die hogere vorm<strong>en</strong> van onderwijsvolg<strong>en</strong> hun mobieltje inlever<strong>en</strong> voor het slap<strong>en</strong> gaan of bij het huiswerk mak<strong>en</strong>, <strong>en</strong> mog<strong>en</strong>minder uit zichzelf iets download<strong>en</strong> van het internet. Jonger<strong>en</strong> van vmbo/havo krijg<strong>en</strong> ookvaker te hor<strong>en</strong> dat ze minder tijd moet<strong>en</strong> bested<strong>en</strong> aan hun tablet of mobiel, <strong>en</strong> aan gam<strong>en</strong>.


Vraag 31.Welke afsprak<strong>en</strong> over mediagebruikzou jij later met jouw kind mak<strong>en</strong>als jij vader of moeder zou zijn?‘Dat je ge<strong>en</strong> smartphone krijgt als je 10 b<strong>en</strong>t.Dat is totaal onnodig!’‘Mijn telefoon moet na e<strong>en</strong> bepaaldetijd op “de plank” Dat zou ik laternooit do<strong>en</strong> bij mijn kinder<strong>en</strong>.Ze zoud<strong>en</strong> d<strong>en</strong>k ik meerop hun mobiel mog<strong>en</strong>’‘Zoveel als je wilt,zolangje cijfers erniet onder lijd<strong>en</strong>’‘Ik zou uitlegg<strong>en</strong> wat de gevar<strong>en</strong> zijn van internet,bijv. pikante foto’s, maar ik zou ze vrijheid gev<strong>en</strong>.Ik vertrouw er op dat ze e<strong>en</strong> gezond verstandontwikkel<strong>en</strong> juist met het internet’


<strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> • 2015E 81Actieve mediatieE<strong>en</strong> andere vorm van mediaopvoeding is actieve mediatie, waarbij ouders uitleg gev<strong>en</strong>,norm<strong>en</strong> of waard<strong>en</strong> besprek<strong>en</strong>, of hun kinder<strong>en</strong> wijz<strong>en</strong> op risico’s. Zie Figuur 17.Figuur 17 – Hoe gev<strong>en</strong> ouders mediaopvoeding? (‘Actieve mediatie’)zegg<strong>en</strong> voorzichtig te zijn bij contact<strong>en</strong>waarschuw<strong>en</strong> voor online gevar<strong>en</strong>help<strong>en</strong> bij iets online opzoek<strong>en</strong>zegg<strong>en</strong> na te d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> voor post<strong>en</strong>media voor het slap<strong>en</strong> afrad<strong>en</strong>zegg<strong>en</strong> dat ze me vertrouw<strong>en</strong>help<strong>en</strong> bij het aanmak<strong>en</strong> van accountvrag<strong>en</strong> naar vervel<strong>en</strong>de ervaring<strong>en</strong>wijz<strong>en</strong> op leerzame apps0% 20% 40% 60% 80% 100%nooit soms vaak heel vaakVoor alle activiteit<strong>en</strong> die onder ‘actieve mediatie’ vall<strong>en</strong> (oftewel alle items uit Figuur 17) geldtdat ze bij ongeveer 20% van de jonger<strong>en</strong> nooit word<strong>en</strong> toegepast. Als ouders dit soort ding<strong>en</strong>wél do<strong>en</strong>, is dat volg<strong>en</strong>s de jonger<strong>en</strong> vooral vanuit de bezorgdheid van hun ouders. Namelijk:wijz<strong>en</strong> op de gevar<strong>en</strong> van (sociale) media, <strong>en</strong> vertell<strong>en</strong> dat ze er voorzichtig mee moet<strong>en</strong> omgaan.Ruim 4 op de 10 jonger<strong>en</strong> ervaart dit vaak of heel vaak.In iets mindere mate zijn ouders vaak (of heel vaak) behulpzaam bij het online opzoek<strong>en</strong> vaninformatie, of het aanmak<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> account. Ook adviser<strong>en</strong> ze hun kinder<strong>en</strong> vaak of heel vaakom goed na te d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> over wat ze op sociale media post<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat ze beter ge<strong>en</strong> media voor hetslap<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> gebruik<strong>en</strong>, <strong>en</strong> sprek<strong>en</strong> ze vaak (of heel vaak) hun vertrouw<strong>en</strong> uit in de kinder<strong>en</strong>.Relatief het minst vrag<strong>en</strong> ouders naar ev<strong>en</strong>tuele vervel<strong>en</strong>de online ervaring<strong>en</strong> of wijz<strong>en</strong> ze op leerzamewebsites of apps. Slechts 1 op de 4 jonger<strong>en</strong> merkt dit vaak (of heel vaak) op bij hun ouders.Verschill<strong>en</strong> per geslacht:• meisjes hor<strong>en</strong> iets vaker (dan jong<strong>en</strong>s) dat ze voorzichtig moet<strong>en</strong> zijn met online contact<strong>en</strong>;• meisjes krijg<strong>en</strong> ook vaker te hor<strong>en</strong> dat hun ouders h<strong>en</strong> vertrouw<strong>en</strong> in wat ze online do<strong>en</strong>.• jong<strong>en</strong>s word<strong>en</strong> wat vaker gewaarschuwd voor te veel gam<strong>en</strong>.Verschill<strong>en</strong> per leeftijd: tuss<strong>en</strong> jongere <strong>en</strong> oudere kinder<strong>en</strong> zijn er nauwelijks verschill<strong>en</strong>.Maar:• kinder<strong>en</strong> van 10-12 jaar word<strong>en</strong> wel vaker door hun ouders geholp<strong>en</strong> dan jonger<strong>en</strong> van13-18 jaar als ze iets op internet opzoek<strong>en</strong>;• bij kinder<strong>en</strong> van 10-12 jaar zijn ouders wat behoedzamer voor het gebruik van media voorhet slap<strong>en</strong> gaan.Verschill<strong>en</strong> per schoolniveau: ook hier nauwelijks verschill<strong>en</strong>, maar:• ouders van vmbo-leerling<strong>en</strong> legg<strong>en</strong> wat meer restricties op dan ouders van kinder<strong>en</strong> in dehogere onderwijs-segm<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. (Misschi<strong>en</strong> omdat vmbo-leerling<strong>en</strong> ook daadwerkelijk risicovollergedrag verton<strong>en</strong>, of sneller afgeleid zijn bij hun huiswerk).


STELLINGEN OVERSOCIAL MEDIAHOE ERG BEN JE HET HIERMEE EENS?22%12%18% Ik b<strong>en</strong> doodongelukkig alsde batterij van mijn laptopof mobieltje ope<strong>en</strong>s leeg is<strong>en</strong> er ge<strong>en</strong> stopcontact inde buurt is om op te lad<strong>en</strong>.22%26%6% 4% 16%Als ik iets raars lees overvri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> op socialemedia, dan check ik altijdbij ze of dat wel waar is.34%40%Zeer mee e<strong>en</strong>sE<strong>en</strong>sNiet mee e<strong>en</strong>s, maar ook niet mee one<strong>en</strong>sOne<strong>en</strong>sZeer mee one<strong>en</strong>s


<strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> • 2015E 83CorrelatiesDe rijkdom aan beschikbare data le<strong>en</strong>de zich bij uitstek voor het legg<strong>en</strong> van verband<strong>en</strong>.We onderzocht<strong>en</strong> er twee (die relevant zijn voor het onderwijs):• de sam<strong>en</strong>hang tuss<strong>en</strong> ‘houding teg<strong>en</strong>over school’ <strong>en</strong>erzijds <strong>en</strong> mediagebruik anderzijds;• die aspect<strong>en</strong> van mediagebruik die bepal<strong>en</strong>d zijn voor het gevolgde onderwijsniveau.E<strong>en</strong> toelichting op de gebruikte analyse-method<strong>en</strong> (hiërarchische regressie-analyse <strong>en</strong>discriminant<strong>en</strong>-analyse) valt buit<strong>en</strong> het bestek van deze – publieksgerichte – rapportage.We volstaan met de resultat<strong>en</strong>.‘Houding teg<strong>en</strong>over school’ <strong>en</strong> mediagebruikJonger<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> positieve houding teg<strong>en</strong>over school:• zijn vaker meisjes dan jong<strong>en</strong>s;• bested<strong>en</strong> minder tijd aan gam<strong>en</strong>;• bested<strong>en</strong> meer tijd aan boek<strong>en</strong> (fictie), krant<strong>en</strong>, <strong>en</strong> tv-kijk<strong>en</strong>;• zett<strong>en</strong> stor<strong>en</strong>de media bij het mak<strong>en</strong> van huiswerk uit;• gebruik<strong>en</strong> sociale media voor het del<strong>en</strong> van informatie over schoolwerk;• gebruik<strong>en</strong> diverse media om sam<strong>en</strong> te werk<strong>en</strong> bij het huiswerk.Deze jonger<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> bewust gebruik van media:• ze zett<strong>en</strong> vaker de televisie of hun mobieltje uit;• ze zegg<strong>en</strong> dat ze ge<strong>en</strong> berichtjes will<strong>en</strong> ontvang<strong>en</strong> als ze zich will<strong>en</strong> conc<strong>en</strong>trer<strong>en</strong>;• ze gebruik<strong>en</strong> media functioneel, om beter te kunn<strong>en</strong> prester<strong>en</strong> op school.Typering van onderwijsniveaus op basis van mediagebruikDe verschill<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong> onderwijs (voor jonger<strong>en</strong> van 13-18 jaar) zijn ingedeeld in dri<strong>en</strong>iveaus:• vmbo-kb (kader- <strong>en</strong> beroepsgerichte leerweg), voorhe<strong>en</strong> het lager beroepsonderwijs;• vmbo-tl (theoretische leerweg) <strong>en</strong> onderbouw havo-vwo;• bov<strong>en</strong>bouw havo-vwo, <strong>en</strong> hoger onderwijs.Vervolg<strong>en</strong>s is onderzocht hoe deze onderwijsniveaus getypeerd zoud<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aande hand van mediagebruik. Welke aspect<strong>en</strong> war<strong>en</strong> (statistisch) wel onderscheid<strong>en</strong>d <strong>en</strong> welk<strong>en</strong>iet? Vanzelfsprek<strong>en</strong>d is er gecorrigeerd voor aspect<strong>en</strong> als leeftijd <strong>en</strong> geslacht.Hieronder: eerst e<strong>en</strong> typering van de g<strong>en</strong>oemde onderwijsniveaus aan de hand van aspect<strong>en</strong>van mediagebruik die (statistisch) onderscheid<strong>en</strong>d zijn. Daarna de aspect<strong>en</strong> van mediagebruikdie (statistisch) niet onderscheid<strong>en</strong>d zijn voor de verschill<strong>en</strong>de onderwijsniveaus.Oftewel: die aspect<strong>en</strong> van mediagebruik die op alle onderwijsniveaus ev<strong>en</strong>veel of bijna ev<strong>en</strong>veelvoorkom<strong>en</strong>. Zoals de mate van smartphone-gebruik.<strong>Media</strong>typering van vmbo-kb (kader- <strong>en</strong> beroepsgerichte leerweg):• deze leerling<strong>en</strong> gebruik<strong>en</strong> weinig tablets;• deze leerling<strong>en</strong> gam<strong>en</strong> veel;• deze leerling<strong>en</strong> houd<strong>en</strong> hun telefoon aan (of beschikbaar) bij het huiswerk mak<strong>en</strong>;• deze leerling<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> weinig last van vervel<strong>en</strong>de ervaring<strong>en</strong> met sociale media (althans:dat zegg<strong>en</strong> ze. Of het ook werkelijk zo is, is niet bek<strong>en</strong>d);• deze leerling<strong>en</strong> zegg<strong>en</strong> meer behoefte te hebb<strong>en</strong> aan beeldmateriaal <strong>en</strong> digitale media(in de less<strong>en</strong> <strong>en</strong> de lesstof) dan er gebod<strong>en</strong> wordt.


84 <strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> • 2015F<strong>Media</strong>typering van vmbo-tl (theoretische leerweg), <strong>en</strong> onderbouw havo-vwo:• deze leerling<strong>en</strong> gebruik<strong>en</strong> relatief veel tablets;• deze leerling<strong>en</strong> ervar<strong>en</strong> het meest dat mediagebruik door school wordt gestimuleerd;• deze leerling<strong>en</strong> vermeld<strong>en</strong> het vaakst vervel<strong>en</strong>de ervaring<strong>en</strong> met sociale media.<strong>Media</strong>typering van bov<strong>en</strong>bouw havo-vwo, <strong>en</strong> hoger onderwijs:• deze leerling<strong>en</strong> zett<strong>en</strong> media vaker in voor ler<strong>en</strong> (zoals online oef<strong>en</strong>toets<strong>en</strong> zoek<strong>en</strong><strong>en</strong> gebruik<strong>en</strong>);• deze leerling<strong>en</strong> gebruiker vaker de smartphone voor het mak<strong>en</strong> van huiswerk <strong>en</strong> hetorganiser<strong>en</strong> van sam<strong>en</strong>werking;• deze leerling<strong>en</strong> lez<strong>en</strong> vaker de krant.Niet-onderscheid<strong>en</strong>de aspect<strong>en</strong> war<strong>en</strong>:• de mate van smartphone-gebruik <strong>en</strong> tv-kijk<strong>en</strong>;• bioscoopbezoek (hoger opgeleide jonger<strong>en</strong> gaan iets vaker naar de film maar dat verschilis niet echt typer<strong>en</strong>d);• de hoofdfuncties van smartphones (functioneel gebruik <strong>en</strong> ontspanning);• het gebruik van sociale media vanwege verleg<strong>en</strong>heid;• bewust afleiding zoek<strong>en</strong> bij huiswerk mak<strong>en</strong>;• duidelijk mak<strong>en</strong> dat je niet gestoord wil word<strong>en</strong> als je huiswerk maakt ;• ‘gezond’ mediagebruik <strong>en</strong> gezondheid lev<strong>en</strong> in het algeme<strong>en</strong>;• ouderlijke mediabegeleiding.


<strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> • 2015E 85Sam<strong>en</strong>vatting <strong>en</strong> highlights<strong>Media</strong>• 92% van de jonger<strong>en</strong> van 10-18 jaar heeft e<strong>en</strong> mobiele telefoon, <strong>en</strong> meestal is dat e<strong>en</strong> smartphone.Nog maar 3% heeft e<strong>en</strong> klassiek mobieltje;• er wordt nog steeds veel tv-gekek<strong>en</strong>;• ook gedrukte media zijn nog lang niet weg te d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>.Functies van media• leerling<strong>en</strong> van het vmbo, <strong>en</strong> jong<strong>en</strong>s (van alle onderwijsniveaus) zijn vooral geïnteresseerdin ontspanning <strong>en</strong> vermaak;• meisjes zijn meer geïnteresseerd in de sociale functies van media;• opgeleide jonger<strong>en</strong> zijn eerder g<strong>en</strong>eigd om media functioneel toe te pass<strong>en</strong> voor hunpersoonlijke ontwikkeling dan lager opgeleide jonger<strong>en</strong>.Communicer<strong>en</strong>• bij de toepassing<strong>en</strong> van de smartphone staat ‘berichtjes verz<strong>en</strong>d<strong>en</strong>’ (vooral met WhatsApp)op plaats 1, maar gewoon bell<strong>en</strong> gebeurt ook nog veel (plaats 2);• meisjes communicer<strong>en</strong> meer (via media) dan jong<strong>en</strong>s;• naast tekstberichtjes uitwissel<strong>en</strong> vormt het del<strong>en</strong> van foto’s (waaronder selfies) <strong>en</strong> filmpjese<strong>en</strong> belangrijk deel van de onderlinge communicatie;• WhatsApp <strong>en</strong> andere sociale media (zoals Facebook <strong>en</strong> Instagram) lijk<strong>en</strong> dé lev<strong>en</strong>sadersvoor jonger<strong>en</strong> te zijn;• contact<strong>en</strong> verlop<strong>en</strong> beslist niet alle<strong>en</strong> via sociale media. De meeste jonger<strong>en</strong> vind<strong>en</strong> datmedia ge<strong>en</strong> must zijn, <strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> het liefst direct ( face-to-face) contact;• als jonger<strong>en</strong> moeite hebb<strong>en</strong> met face-to-face contact, bied<strong>en</strong> sociale media h<strong>en</strong> e<strong>en</strong> laagdrempeligevorm van oef<strong>en</strong><strong>en</strong>.Pedagogisch terzijde: uit ander onderzoek 4 is geblek<strong>en</strong> dat wanneer jonger<strong>en</strong> te weinigoef<strong>en</strong><strong>en</strong> met hun sociale vaardighed<strong>en</strong> via face-to-face contact, er meer kans is op het ontwikkel<strong>en</strong>van sociaal-emotionele problem<strong>en</strong>. En: de druk kunn<strong>en</strong> weerstaan om niet constantvia sociale media bereikbaar te zijn (of verwacht<strong>en</strong> dat ander<strong>en</strong> direct reager<strong>en</strong>) lijkt e<strong>en</strong> ietsgroter risico te vorm<strong>en</strong> voor jonger<strong>en</strong> van lagere onderwijsniveaus, <strong>en</strong> kinder<strong>en</strong> tot 12 jaar.Het lijkt daarom belangrijk deze aspect<strong>en</strong> bij deze jonger<strong>en</strong> goed in de gat<strong>en</strong> te houd<strong>en</strong>.<strong>Media</strong>gebruik voor school• jonger<strong>en</strong> van hogere onderwijsniveaus zett<strong>en</strong> media slimmer in dan jonger<strong>en</strong> van lagereonderwijsniveaus. Zowel voor schoolwerk, als huiswerk, als het teg<strong>en</strong>gaan van afleidingbij het huiswerk;• jonger<strong>en</strong> van hogere onderwijsniveaus zijn actiever met media dan jonger<strong>en</strong> van lagereonderwijsniveaus. Zowel bij sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong> (via sociale media) als bij het uitwissel<strong>en</strong> vank<strong>en</strong>nis <strong>en</strong> informatie (ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s via sociale media);• de huidige school-apps zijn vaak niet meer dan ‘boek<strong>en</strong> achter glas’. Slechts 11% van derespond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> vindt dat school-apps net zo goed <strong>en</strong> mooi gemaakt zijn als de apps <strong>en</strong>games die ze privé gebruik<strong>en</strong>.Afleiding• jong<strong>en</strong>s zoek<strong>en</strong> vooral afleiding in gam<strong>en</strong>, terwijl meisjes eerder e<strong>en</strong> boek gaan lez<strong>en</strong>,of sociale media gebruik<strong>en</strong> om berichtjes te stur<strong>en</strong> <strong>en</strong> te lez<strong>en</strong>;• jonger<strong>en</strong> van 13 jaar <strong>en</strong> ouder lat<strong>en</strong> zich vaker bewust afleid<strong>en</strong> dan jongere kinder<strong>en</strong>. Zedo<strong>en</strong> dat met alle mogelijkhed<strong>en</strong> die er zijn, maar minder door tv-kijk<strong>en</strong> <strong>en</strong> boek<strong>en</strong> lez<strong>en</strong>;4. Zoals:• Mol<strong>en</strong>, van der, H. (1997).‘Gebrek aan sociale compet<strong>en</strong>tie:verleg<strong>en</strong>heid’.In: W. Tomic & H. van derMol<strong>en</strong> (eds.) Intellig<strong>en</strong>tie<strong>en</strong> sociale compet<strong>en</strong>tie.Lisse: Swets & Zeitlinger.• Chalmers, J., & Towns<strong>en</strong>d,M. (1990). ‘The effectsof training in social perspectivetaking on sociallymaladjusted girls’. In:Child Developm<strong>en</strong>t, 61,178 - 190.• Wang, H. (2009). ‘Nonverbalcommunicationand the effect on interpersonalcommunication’. In:Asian Social Sci<strong>en</strong>ce,5 (11), 155-159.


86 <strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> • 2015F• hoe hoger het onderwijsniveau, hoe vaker er afleiding wordt gezocht. (Door berichtjes testur<strong>en</strong>, te surf<strong>en</strong>, filmpjes te kijk<strong>en</strong>, sociale media te gebruik<strong>en</strong>, boek<strong>en</strong> te lez<strong>en</strong>, etc.)Hobby’s <strong>en</strong> interesses• media word<strong>en</strong> gebruikt ter ondersteuning van hobby’s <strong>en</strong> interesses;• vooral om informatie te vergar<strong>en</strong>;• eig<strong>en</strong> hobby’s of interesses digitaal uitv<strong>en</strong>t<strong>en</strong> do<strong>en</strong> jonger<strong>en</strong> vrij weinig;• <strong>en</strong> áls ze het do<strong>en</strong>, vrag<strong>en</strong> ze nauwelijks om comm<strong>en</strong>taar of feedback daarop.Wat opvalt: dat hobby’s <strong>en</strong> interesses dus minder online onder de aandacht word<strong>en</strong> gebrachtdan doorgaans wordt aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dat er ook minder om feedback daarover wordt gevraagddan meestal gedacht wordt.Opvatting<strong>en</strong> over school• de respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> (10-18 jaar) zijn mer<strong>en</strong>deels positief gestemd over school. De overgrotemeerderheid wil graag ler<strong>en</strong>, doet zijn best om goede cijfers te hal<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vindt goede prestatiesbelangrijk;• e<strong>en</strong> minderheid is niet zo positief over school <strong>en</strong> ler<strong>en</strong>. Vooral jong<strong>en</strong>s, <strong>en</strong> vooral leerling<strong>en</strong>van lagere onderwijsniveaus;• e<strong>en</strong> meerderheid vindt dat school niet per se media hoeft in te zett<strong>en</strong>. Alle<strong>en</strong> als het echtvan toegevoegde waarde is (naast boek<strong>en</strong>, schrift<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> doc<strong>en</strong>t met e<strong>en</strong> goed verhaal);• vooral de lager opgeleide jonger<strong>en</strong> will<strong>en</strong> mediawijsheid-onderwijs; zowel technisch(vooral jong<strong>en</strong>s) als sociaal-emotioneel (vooral meisjes).Wat opvalt: dat vooral jonger<strong>en</strong> van lagere onderwijsniveaus informatie will<strong>en</strong> over mediawijsheid.Zij will<strong>en</strong> bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> wat meer (meer dan hoger opgeleide jonger<strong>en</strong>) gedigitaliseerdonderwijs. Lager opgeleide jonger<strong>en</strong> ler<strong>en</strong> makkelijker – zegg<strong>en</strong> ze – als ze de stof ook visueelaangebod<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong>.Gezondheid• ongeveer 6 op de 7 respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> bekommert zich om zijn gezondheid (dus 1 op de 7 nietof nauwelijks);• veel jonger<strong>en</strong> sport<strong>en</strong>;• de meeste jonger<strong>en</strong> do<strong>en</strong> nauwelijks hun best om media gezond te gebruik<strong>en</strong>;• hooguit e<strong>en</strong> derde van de jonger<strong>en</strong> d<strong>en</strong>kt na over mediagebruik in het verkeer,of het geluids-niveau bij het luister<strong>en</strong> naar muziek.Wat opvalt: dat er dus nog veel winst geboekt kan word<strong>en</strong> op het gebied van media <strong>en</strong> gezondheid.Vooral bij jonger<strong>en</strong> van lagere onderwijsniveaus zoud<strong>en</strong> gerichte interv<strong>en</strong>ties heelnuttig kunn<strong>en</strong> zijn, omdat deze jonger<strong>en</strong> zich het minst met gezondheid bezighoud<strong>en</strong>.5. Ouders kunn<strong>en</strong> ookpassief (onbewust) aanmediaopvoeding do<strong>en</strong>.Bijvoorbeeld door e<strong>en</strong>Nint<strong>en</strong>do Wii Fit tekop<strong>en</strong>. Of door de eig<strong>en</strong>telefoon uit te zett<strong>en</strong>tijd<strong>en</strong>s het et<strong>en</strong>.Rol van de ouders• hooguit e<strong>en</strong> derde van de ouders doet actief 5 aan mediaopvoeding (zoals: regels afsprek<strong>en</strong>,afsprak<strong>en</strong> mak<strong>en</strong>, <strong>en</strong> comm<strong>en</strong>taar gev<strong>en</strong> op media-uiting<strong>en</strong>);• áls ouders aan (actieve) mediaopvoeding do<strong>en</strong>, focuss<strong>en</strong> ze vooral op de risico’s, <strong>en</strong> bested<strong>en</strong>ze minder aandacht aan de kans<strong>en</strong> <strong>en</strong> het plezier die media kunn<strong>en</strong> bied<strong>en</strong>.Wat opvalt: dat vooral ouders van vmbo-leerling<strong>en</strong> zich het actiefst met de mediaopvoedingvan hun kinder<strong>en</strong> bezighoud<strong>en</strong>. Mogelijk d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> ouders van leerling<strong>en</strong> die hogere niveausvan opleiding volg<strong>en</strong> dat die het – met hun intellig<strong>en</strong>tie – zelf wel redd<strong>en</strong>. Wat echter nietstrookt met de observatie dat juist deze jonger<strong>en</strong> zich het meest lat<strong>en</strong> afleid<strong>en</strong> door media


<strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> • 2015E 87TotaalbeeldAlles overzi<strong>en</strong>d, ontstaat het volg<strong>en</strong>de totaalbeeld:• de meeste jonger<strong>en</strong> gebruik<strong>en</strong> media (vooral de smartphone), bewust <strong>en</strong> g<strong>en</strong>uanceerd.Ze do<strong>en</strong> dat voor: hun persoonlijke ontwikkeling, hun vrije tijd, <strong>en</strong> hun schoolwerk;• meisjes zijn aanzi<strong>en</strong>lijk actiever dan jong<strong>en</strong>s in het gebruik van sociale media <strong>en</strong> het del<strong>en</strong>van hun ervaring<strong>en</strong>;• meisjes, <strong>en</strong> jonger<strong>en</strong> van de lagere onderwijsniveaus, vorm<strong>en</strong> in bepaalde opzicht<strong>en</strong> risicogroep<strong>en</strong>.Want:• meisjes lijk<strong>en</strong> wat meer last te hebb<strong>en</strong> van de druk die sociale media kunn<strong>en</strong> oplegg<strong>en</strong>;• jonger<strong>en</strong> van lagere onderwijsniveaus nem<strong>en</strong> meer risico’s (waaronder ook gezondheidsrisico’s),<strong>en</strong> lijk<strong>en</strong> minder te profiter<strong>en</strong> van de voordel<strong>en</strong> die media kunn<strong>en</strong> bied<strong>en</strong> voor hunschoolprestaties (omdat ze media eerder inzett<strong>en</strong> voor vermaak <strong>en</strong> ontspanning dan voorhun cognitieve ontwikkeling).


Colofon<strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> 2015Het onderzoek ‘<strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong>2015’ is uitgevoerd door stichting K<strong>en</strong>nisnet,in sam<strong>en</strong>werking met <strong>Media</strong>wijzer.net.CoördinatieRemco Pijpers, Solange Jacobs<strong>en</strong>Analyse <strong>en</strong> rapportageprof. dr. Peter Nikk<strong>en</strong>, Hans Crijns<strong>en</strong>(analyse)Observatie, interviews <strong>en</strong> tekstportrett<strong>en</strong> jonger<strong>en</strong>dr. Pauline van Romondt VisLiteratuurstudieMadelon Vriez<strong>en</strong>Tekst <strong>en</strong> eindredactieH<strong>en</strong>k BoekeDataverzameling kwantitatiefonderzoekTNS NipoWet<strong>en</strong>schappelijke adviez<strong>en</strong>dr. Alfons t<strong>en</strong> Brummelhuis,dr. Linda Duits, dr. Sindy SumterAdviseurs <strong>Media</strong>wijzer.netMary Berkhout, John LeekGrafisch ontwerpSuzanne Hertogs <strong>en</strong> Anne de Laat(Ontwerphav<strong>en</strong>)FotografieRodney Kerst<strong>en</strong> (portrett<strong>en</strong>), ShutterstockOver K<strong>en</strong>nisnetK<strong>en</strong>nisnet is de publieke organisatie voor onderwijs& ict. We zorg<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> landelijkeict-basisinfrastructuur <strong>en</strong> del<strong>en</strong> onze k<strong>en</strong>nisnetmet basisonderwijs, voortgezet onderwijs<strong>en</strong> middelbaar beroepsonderwijs. Het onderwijskan bij ons terecht voor ondersteuningbij de inzet van eig<strong>en</strong>tijdse leermiddel<strong>en</strong>, hetslimmer organiser<strong>en</strong> van onderwijs <strong>en</strong> 21steeeuwse vaardighed<strong>en</strong>. Sam<strong>en</strong> met de sectorrad<strong>en</strong>stell<strong>en</strong> we h<strong>en</strong> in staat om hun ambitiesin het onderwijs te realiser<strong>en</strong> met ict.e-mail: info@k<strong>en</strong>nisnet.nlwebsite: www.k<strong>en</strong>nisnet.nlOver <strong>Media</strong>wijzer.net<strong>Media</strong>wijzer.net is het Nederlandse<strong>Media</strong>wijsheid Expertisec<strong>en</strong>trum dat in2008 is opgericht door de Ministeries vanOnderwijs, Cultuur <strong>en</strong> Wet<strong>en</strong>schap <strong>en</strong> <strong>Jeugd</strong><strong>en</strong> Gezin. <strong>Media</strong>wijzer.net heeft tot doelde mediawijsheid van kinder<strong>en</strong> van 0 tot18 jaar te bevorder<strong>en</strong>. Bij het netwerk van<strong>Media</strong>wijzer.net zijn rond de 1000 organisatiesaangeslot<strong>en</strong>, vijf ervan nem<strong>en</strong> deel aande Stuurgroep: ECP (platform voor informatie-sam<strong>en</strong>leving),K<strong>en</strong>nisnet, KoninklijkeBibliotheek, Nederlands Instituut voor Beeld<strong>en</strong> Geluid <strong>en</strong> NTR.e-mail: info@mediawijzer.netwebsite: www.mediawijsheid.nl<strong>en</strong> www.mediawijzer.net (community)Copyright<strong>Monitor</strong> <strong>Jeugd</strong> <strong>en</strong> <strong>Media</strong> 2015 doorStichting K<strong>en</strong>nisnetCreative CommonsNaamsvermelding Ge<strong>en</strong> Afgeleide Werk<strong>en</strong>

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!