Jaardocument stichting Diakonessenhuis 2008
Jaarverslag 2008 - Diakonessenhuis
Jaarverslag 2008 - Diakonessenhuis
- No tags were found...
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
<strong>Jaardocument</strong> <strong>stichting</strong> <strong>Diakonessenhuis</strong> <strong>2008</strong>
<strong>Jaardocument</strong> <strong>stichting</strong> <strong>Diakonessenhuis</strong> <strong>2008</strong><br />
deel 1 maatschappelijk jaarverslag
Inhoud deel 1*<br />
Voorwoord Raad van Bestuur 7<br />
1 Uitgangspunten van de verslaggeving<br />
1.1 Opbouw en inrichting <strong>Jaardocument</strong> 9<br />
2 Profiel van de organisatie<br />
2.1 Algemene identificatiegegevens 11<br />
2.2 Structuur van het concern 11<br />
2.3 Kerngegevens<br />
2.3.1 Kernactiviteiten en nadere typering 13<br />
2.3.2 Werkgebieden en marktaandeel 15<br />
2.4 Belanghebbenden 16<br />
2.5 Strategische samenwerkingsverbanden 17<br />
3 Bestuur, toezicht en bedrijfsvoering<br />
3.1 Bestuur en toezicht 20<br />
3.1.1 Zorgbrede Governancecode 20<br />
3.1.2 Raad van Bestuur 20<br />
3.1.3 Raad van Toezicht 21<br />
3.2 Bedrijfsvoering 24<br />
3.2.1 Organisatieontwikkeling en besturingsmodel 24<br />
3.2.2 Risicomanagement 27<br />
3.2.3 Planning en control 28<br />
3.3 Ondernemingsraad 30<br />
3.4 Cliëntenraad 32<br />
3.5 Bestuur medische staf 33<br />
4.5 Algemeen kwaliteitsbeleid 55<br />
4.6 Kwaliteitsbeleid ten aanzien van patië nten 57<br />
4.6.1 Kwaliteit van zorg 57<br />
4.6.2 Klachten 59<br />
4.6.3 Toegankelijkheid 61<br />
4.6.4 Veiligheid 63<br />
4.7 Kwaliteit ten aanzien van medewerkers 67<br />
4.7.1 Personeelsgegevens 67<br />
4.7.2 Kwaliteit van het werk 68<br />
4.8 Samenleving 70<br />
4.8.1 Cliënten 70<br />
4.8.2 Maatschappij 70<br />
4.8.3 Milieu 71<br />
4.9 Financieel beleid 73<br />
4.9.1 Algemeen beeld 73<br />
4.9.2 Opbrengsten 74<br />
4.9.3 Kosten 74<br />
4.9.4 Productie 76<br />
4.9.5 Analyse investeringen 77<br />
Bijlage Publicaties <strong>2008</strong> leden medische staf <strong>Diakonessenhuis</strong> 79<br />
* deel 2 bevat de jaarrekening <strong>2008</strong><br />
4 Beleid, inspanningen en prestaties<br />
4.1 Missie en visie 36<br />
4.2 Meerjarenbeleid 36<br />
4.3 Inspanningen en prestaties patiëntenzorg 37<br />
4.4 Inspanningen en prestaties ondersteuning patiëntenzorg 43<br />
4.4.1 Geestelijke verzorging 43<br />
4.4.2 Facilitaire voorzieningen 45<br />
4.4.3 Opleidingen 46<br />
4.4.4 ICT 49<br />
4.4.5 HRM-beleid 52<br />
4.4.6 Nieuw- en verbouw en vastgoed 53
Voorwoord<br />
Voor u ligt het jaar maatschappelijk jaarverslag en de jaarrekening van het <strong>Diakonessenhuis</strong> over<br />
<strong>2008</strong>. In de nieuwe frisse huisstijl die vanaf <strong>2008</strong> in fases wordt ingevoerd.<br />
We kunnen terugkijken op een jaar waarin we trots mogen zijn op ons ziekenhuis. Immers we<br />
zijn door het Algemeen Dagblad uitgeroepen tot het beste ziekenhuis van Nederland. Dat is een<br />
prachtige waardering voor iedereen die in ons ziekenhuis werkt. Daarnaast won het reanimatieteam<br />
de eerste prijs in de Nationale Reanimatie Competitie, behaalde de afdeling verloskunde<br />
het WHO/Unicef borstvoedingscertificaat, ontving de kinderdagbehandeling een Smiley van de<br />
vereniging Kind en Ziekenhuis en gaven patiënten opnieuw hun Vaatkeurmerk aan de afdeling<br />
vaatchirurgie.<br />
Dat hield niet in dat we in <strong>2008</strong> achterover leunden. Er is hard gewerkt aan het afronden en in<br />
gang zetten van talloze verbeteringen en vernieuwingen. De nieuwbouw van de ziekenhuisapotheek<br />
werd afgerond, waardoor het ziekenhuis over een van de modernste apotheken van Midden<br />
Nederland beschikt. Op de locatie Zeist is de nieuwbouw van een polikliniekgebouw in volle<br />
gang. De oplevering staat gepland in de tweede helft van 2009. De polikliniek gaat papierloos<br />
werken en daarvoor zijn in <strong>2008</strong> de ontwikkeling en implementatie van een verpleegkundig en<br />
medisch elektronisch patiëntendossier in gang gezet. Voor de locatie Utrecht zijn de plannen<br />
voor een nieuw te bouwen Acuut centrum uitgewerkt. De start van de bouw begint naar verwachting<br />
in 2009 en de oplevering zal in 2012 plaatsvinden.<br />
Veel werk is verricht voor de voorbereidingen van de ziekenhuisbrede NIAZ-accreditatie. De<br />
NIAZ-accreditatie is een belangrijk instrument om onder andere te laten zien dat op het gebied<br />
van patiëntenzorg een goede kwaliteit en veiligheid wordt geleverd.<br />
Omdat de vraag van patiënten naar behandeling en zorg vanuit meerdere disciplines sterk toeneemt,<br />
analyseren we hoe we deze multidisciplinaire zorg beter kunnen inrichten en stroomlijnen.<br />
Voorbeelden hier van zijn onder meer het diagnostisch dagcentrum ouderengeneeskunde,<br />
de bundeling van kennis en deskundigheid van vaatchirurgen en dermatologen op het<br />
gebied van spataderbehandeling en het multidisciplinaire expertise centrum U-TRIC voor tuberculose<br />
en respiratoire infecties.<br />
Centraal in <strong>2008</strong> stond de verdere ontwikkeling van een procesgestuurde organisatie met een<br />
gedifferentieerde aansturing en minder managementlagen. Hiervoor is een besturingsmodel<br />
beschreven waarin de samenwerking tussen de verschillende organisatieonderdelen in kaart is<br />
gebracht. Uitgangspunt is transparant om te gaan met de tijd en energie van medewerkers en<br />
doelmatig gebruik te maken van de beschikbare middelen. Belangrijk daarbij is het stellen van<br />
de juiste prioriteiten en het durven maken van keuzes. Aansluitend hierop is voor de begroting<br />
2009 een nieuwe systematiek gebruikt op basis van jaarplannen met een cijfermatige onderbouwing<br />
van inkomsten en uitgaven.<br />
Na de vele bestuurswisselingen in de afgelopen jaren werd in december <strong>2008</strong> de benoeming<br />
van de heer W. Hustinx als tweede lid van de Raad van Bestuur afgerond. In 2009 start een tweehoofdige<br />
Raad van Bestuur die verder gaat bouwen aan de duurzame ontwikkeling van het<br />
<strong>Diakonessenhuis</strong>.<br />
Wij danken onze patiënten, verwijzers en verzekeraars voor het vertrouwen dat zij in ons ziekenhuis<br />
hebben. Dit is bereikt met de inzet van deskundige, betrokken en gemotiveerde medewerkers.<br />
Daar kunnen we met recht trots op zijn.<br />
Raad van Bestuur <strong>Diakonessenhuis</strong><br />
R. Florijn, voorzitter<br />
W. Hustinx, lid<br />
voor woord
1<br />
1<br />
Uitgangspunten van de verslaggeving<br />
1.1 Opbouw en inrichting <strong>Jaardocument</strong><br />
Het <strong>Jaardocument</strong> van het <strong>Diakonessenhuis</strong> volgt de hoofdindeling van het CIBG.<br />
De hoofdonderdelen zijn:<br />
• Deel 1: het Maatschappelijk verslag<br />
• Deel 2: de Jaarrekening<br />
Het Maatschappelijk verslag bevat naast de verplichte onderdelen ook onderdelen die het<br />
<strong>Diakonessenhuis</strong> relevant vindt in het kader van de jaarverslaggeving, zoals de activiteiten van<br />
de ondernemingsraad en de medische staf van het ziekenhuis. De hoofdstukken ‘Bedrijfsvoering’<br />
en ‘Beleid, inspanningen en prestaties’ zijn onderverdeeld op basis van ontwikkelingen in <strong>2008</strong><br />
op deelgebieden die voor het <strong>Diakonessenhuis</strong> relevant zijn.<br />
De inhoud van het <strong>Jaardocument</strong> kwam tot stand op basis van rapportages van verantwoordelijken<br />
over de activiteiten binnen de organisatieonderdelen van het ziekenhuis. Het verslag heeft<br />
betrekking op het boekjaar <strong>2008</strong>.<br />
Het maatschappelijk jaarverslag is vastgesteld door de Raad van Bestuur van het <strong>Diakonessenhuis</strong><br />
op 18 mei 2009 en goedgekeurd door de Raad van Toezicht op 27 mei 2009.<br />
1.2 Publieksjaarverslag<br />
Het <strong>Jaardocument</strong> is tevens het publieksjaarverslag van het <strong>Diakonessenhuis</strong>. Het is te vinden op<br />
onze website www.diakonessenhuis.nl<br />
u i tgangspunten van de verslaggeving
2<br />
Profiel van de organisatie<br />
Oudste <strong>Diakonessenhuis</strong> in Nederland<br />
Het <strong>Diakonessenhuis</strong> is opgericht in 1844 en is daarmee het oudste <strong>Diakonessenhuis</strong> in Nederland.<br />
Hoogleraar B.F. Suerman nam indertijd de medische behandeling van de patiënten op zich<br />
en gaf de diakonessen les aan het bed. De historie van het <strong>Diakonessenhuis</strong> is onlosmakelijk<br />
verbonden met de inzet en toewijding van de diakonessen.<br />
Al zijn de diakonessen tegenwoordig niet meer actief in de patiëntenzorg, het ziekenhuis heeft<br />
nog wel relaties met de diakonessen. Zo waren er in <strong>2008</strong> verschillende zusteruren waaraan<br />
diakonessen deelnamen. Ook vond op 15 maart de jaarlijkse Diakonessendag plaats, die velen<br />
van hen bijwoonden. Eind <strong>2008</strong> bestond de diakonessenkring uit 24 leden.<br />
Activiteiten<br />
• In mei <strong>2008</strong> organiseerde het bestuur van de Diakonessenkring een voorjaarsuitstapje.<br />
• Op 1 en 2 november vierden de diakonessen het 164ste Jaarfeest van het <strong>Diakonessenhuis</strong>.<br />
• Tijdens een jubileumviering op 1 november werd herdacht dat Riek Nijboer en Jo Stroom-<br />
Krijger beiden zestig jaar geleden in het <strong>Diakonessenhuis</strong> met hun opleiding begonnen. De<br />
zusters bleven sindsdien aan het <strong>Diakonessenhuis</strong> verbonden. Door de Raad van Bestuur werd<br />
bij deze gelegenheid uitvoerig stilgestaan.<br />
• Op 2 november vond een kerkdienst plaats waarin dominee Kruijne de motivatie en inzet van<br />
de diakonessen memoreerde sinds 1844. De diakonessen gaven het beste van zichzelf in hun<br />
diakonessenwerk.<br />
2<br />
2.1 Algemene identificatiegegevens<br />
De verslaggevende rechtspersoon is de <strong>stichting</strong> <strong>Diakonessenhuis</strong>, gevestigd aan de Bosboomstraat<br />
1, 3582 KE te Utrecht.<br />
Telefoon: (030) 256 65 66.<br />
Identificatienummer KvK: H 30172727<br />
Mailadres: info@diakhuis.nl<br />
Website: www.diakonessenhuis.nl<br />
De <strong>stichting</strong> <strong>Diakonessenhuis</strong> exploiteert een algemeen ziekenhuis op drie locaties: Utrecht,<br />
Zeist en Doorn (buitenpolikliniek). Er is sprake van één toelating ex WTZi. De bekostiging van de<br />
zorg vindt plaats op basis van de Zorgverzekeringswet en de Wet marktordening gezondheidszorg<br />
en − voor zover van toepassing − de AWBZ.<br />
2.2 Structuur van het concern<br />
Het concern is een privaatrechtelijke <strong>stichting</strong>.<br />
Het concern wordt bestuurd door de Raad van Bestuur. De Raad van Toezicht houdt daarop toezicht.<br />
Voor de samenstelling van de Raad van Bestuur en de Raad van Toezicht in <strong>2008</strong> wordt<br />
verwezen naar figuur 5 en 6 .<br />
p ro f i e l van de org a n i s a t i e 11
2.3 Kerngegevens<br />
Het <strong>Diakonessenhuis</strong> beschikt over een toelating volgens de WTZi.<br />
De Raad van Bestuur geeft leiding aan:<br />
• de zorgduo’s (zorgondernemer en medisch manager) van de tien patiëntencategorieën, de<br />
divisiemanager Acuut en Intensief en de leidinggevenden van de medisch-ondersteunende<br />
diensten<br />
• de leidinggevenden van de stafdiensten, waaronder de concerndienst (financieel-economische<br />
zaken, markt en verkoop en ICT), PO&O (personeel, organisatie en opleidingen), het bureau<br />
bestuursondersteuning en het facilitair bedrijf.<br />
2.3.1 Kernactiviteiten en nadere typering<br />
Het <strong>Diakonessenhuis</strong> verleent medisch-specialistische zorg en de bijbehorende verpleegkundige<br />
en paramedische zorg en verzorging. Vrijwel alle medische specialismen zijn in het ziekenhuis<br />
aanwezig. Daarnaast verzorgt het <strong>Diakonessenhuis</strong> opleidingen en verricht men onderzoek,<br />
veelal in samenwerking met andere ziekenhuizen.<br />
Figuur 2a Kerngegevens capaciteit, productie, personeel en opbrengsten<br />
Capaciteit<br />
Figuur 1 Organogram<br />
Aantal beschikbare bedden 559<br />
Raad van Toezicht<br />
waarvan bedden voor hartbewaking 7<br />
waarvan bedden voor intensive care met mogelijkheid van beademing 8<br />
Verpleegkundige<br />
raad<br />
Cliëntenraad<br />
Raad van Bestuur<br />
OR<br />
Bestuur<br />
medische staf<br />
waarvan bedden voor intensive care zonder mogelijkheid van beademing 2<br />
Budgetparameters<br />
Aantal opnamen exclusief dagverpleging 24.980<br />
Aantal dagverplegingen 26.593<br />
Bestuursondersteuning<br />
Concerndienst PO&O Bouw<br />
Zorg<br />
en kwaliteit<br />
Communicatie<br />
Facilitair<br />
bedrijf<br />
Aantal eerste polikliniekbezoeken 157.851<br />
Aantal overige polikliniekbezoeken 238.195<br />
Aantal klinische verpleegdagen 138.641<br />
Gemiddelde verpleegduur<br />
5.6 dagen<br />
Electieve<br />
chirurgie (U/Z)<br />
Interne<br />
geneeskunde<br />
(U/Z)<br />
MDLgeneeskunde<br />
(U/Z)<br />
Algemene<br />
heelkunde<br />
(U/Z)<br />
Oncologie (U)<br />
Vrouw/kind<br />
(U/Z)<br />
Ouderengeneeskunde<br />
(Z)<br />
Neurologie<br />
(U/Z)<br />
Cardiologie<br />
(U/Z)<br />
Longziekten<br />
(U/Z)<br />
Personeel<br />
Aantal personeelsleden in loondienst exclusief medisch specialisten 2.618<br />
Medisch<br />
ondersteundende<br />
diensten<br />
Divisie<br />
acuut &intensief<br />
Aantal FTE personeelsleden in loondienst exclusief medisch specialisten 1.778<br />
Aantal medisch specialisten (loondienst + inhuur + vrij beroep) 156<br />
Aantal FTE medisch specialisten (loondienst + inhuur + vrij beroep) 134<br />
functionele relatie<br />
hierarchische relatie<br />
Productie<br />
Aantal geopende DBC’s 215.931<br />
De medezeggenschap van de medewerkers vindt plaats via een ondernemingsraad, die functioneert<br />
op basis van de Wet op de Ondernemingsraden (WOR).<br />
De medezeggenschap van cliënten vindt plaats via een cliëntenraad, die functioneert op basis<br />
van de Wet Medezeggenschap Cliënten Zorgsector (WMCZ).<br />
Waarvan in het A-segment 185.152<br />
Waarvan in het B-segment 30.779<br />
Aantal gesloten DBC’s 218.245<br />
Waarvan in het A-segment 191.551<br />
Waarvan in het B-segment 26.694<br />
12 j a a rd o c u m e n t <strong>stichting</strong> diak o n e s s e n h u i s <strong>2008</strong><br />
p ro f i e l van de org a n i s a t i e 13
Bedrijfsopbrengsten<br />
Totaal bedrijfsopbrengsten <strong>2008</strong> 162.201.644<br />
Waarvan wettelijk budget aanvaardbare kosten 103.868.339<br />
Waarvan opbrengst B-segment 37.579.900<br />
Waarvan overige bedrijfsopbrengsten 20.753.405<br />
Figuur 2b Kerngegevens opleidingen<br />
Medische opleidingen<br />
Arts-assistenten in opleiding 1e en 2e tranche 37,67<br />
waarvan Anesthesie 4,96<br />
Heelkunde 10,42<br />
Interne 10,36<br />
KNO 1,0<br />
Med. Microbiologie 0,25<br />
Verloskunde & Gynaecologie 5,26<br />
Ziekenhuisapotheker 1,0<br />
Klinisch Chemicus 1,0<br />
SEH arts in opleiding 3,12<br />
GZ psycholoog in opleiding 0,30<br />
Verpleegstages voor medisch studenten 28<br />
Co-assistenten 283<br />
2.3.2 Werkgebieden en marktaandeel<br />
Het <strong>Diakonessenhuis</strong> is een algemeen ziekenhuis, met locaties in Utrecht, Zeist en Doorn. Naast<br />
het algemene karakter om de meeste zorgvragen te beantwoorden, kent het <strong>Diakonessenhuis</strong><br />
enkele speerpunten, zoals electieve chirurgie, vrouw en kind en oncologie. Het <strong>Diakonessenhuis</strong><br />
richt zich vooral op een omgeving die zich kenmerkt door zowel grootstedelijkheid (gemeente<br />
Utrecht) als kleinschaligheid (Utrechtse Heuvelrug). De gemeenten die tot het verzorgingsgebied<br />
behoren genereren zo’n 90% van de eerste polikliniekbezoeken en opnamen (kliniek en<br />
dagverpleging) in het <strong>Diakonessenhuis</strong>. De overige instroom komt van gemeenten net buiten<br />
het verzorgingsgebied en een klein percentage uit de rest van Nederland. De bevolking in het<br />
verzorgingsgebied groeide de afgelopen jaren.<br />
De prognose van de bevolkingsomvang in het verzorgingsgebied vertoont groei, vooral in de<br />
gemeente Utrecht. Onderstaande figuur toont de bevolkingsomvang van de gemeenten in het<br />
verzorgingsgebied.<br />
Figuur 3 Bevolkingsomvang gemeenten verzorgingsgebied<br />
Beroepsopleidingen<br />
Verpleegkundige niveau 4 10<br />
Radiologie 6<br />
Operatie assistent 8<br />
Anesthesie assistent 3<br />
Anesthesie medewerker 3<br />
Klinische Neurofysiologie laborant 1<br />
Longfunctie laborant 2<br />
Apothekers assistent 2<br />
Hartfunctie laborant 4<br />
Verpleegkundige vervolgopl.<br />
CCU 3<br />
IC 8<br />
SEH 8<br />
Oncologie 6<br />
Kinder 2<br />
O&G 3<br />
Recovery 1<br />
Stagiaires<br />
Verpleegkundige niveau 4 45<br />
Vepleegkundige niveau 5 56<br />
Overige stages 64<br />
In het verzorgingsgebied had het <strong>Diakonessenhuis</strong> in <strong>2008</strong> een marktaandeel op basis van eerste<br />
polikliniekbezoeken van gemiddeld 40%. De verdeling van marktaandelen per gemeente in het<br />
verzorgingsgebied is weergegeven in figuur 4.<br />
14 j a a rd o c u m e n t <strong>stichting</strong> diak o n e s s e n h u i s <strong>2008</strong><br />
p ro f i e l van de org a n i s a t i e 15
Figuur 4 marktaandelen eerste polikliniekbezoeken per gemeente<br />
Gemeente Utrecht<br />
Het <strong>Diakonessenhuis</strong> participeert in een netwerk van instellingen op het gebied van zorg en<br />
welzijn, opgezet door de gemeente Utrecht.<br />
Zorgverzekeraars<br />
Reguliere onderhandelingen over de financiering van de zorg en productieafspraken vinden<br />
plaats in het Lokaal Overleg met de zorgverzekeraars. De onderhandelingen over het B-segment<br />
vinden plaats op basis van een offerte van het <strong>Diakonessenhuis</strong> aan individuele zorgverzekeraars.<br />
Onderwerpen zijn onder meer kwaliteit, volume en prijs. Naast de productieafspraken<br />
stellen de zorgverzekeraars een budget beschikbaar voor zorgvernieuwingsprojecten. De zorgverzekeraars<br />
en patiëntenverenigingen krijgen jaarlijks een overzicht van deze projecten. Zorgverzekeraar<br />
Agis presenteerde in <strong>2008</strong> zijn accountplan aan het <strong>Diakonessenhuis</strong>. In dit kader is<br />
gesproken over inkoopbeleid, kwaliteit en veiligheid van zorg en adherentieontwikkelingen.<br />
Toezichthouders<br />
De Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) brengt twee keer per jaar een algemeen inspectiebezoek<br />
aan het ziekenhuis. Verder is er overleg over specifieke onderwerpen en zijn er landelijke<br />
thematische onderzoeken van de inspectie.<br />
Daarnaast overlegt het <strong>Diakonessenhuis</strong> met de Nederlandse Zorgautoriteit over de bekostiging<br />
van de zorg en met het ministerie van VWS over landelijke beleidsvorming en ontwikkelingen in<br />
de innovatie van de zorg.<br />
2.5 Strategische samenwerkingsverbanden<br />
2.4 Belanghebbenden<br />
Het <strong>Diakonessenhuis</strong> heeft te maken met belanghebbenden uit verschillende doelgroepen:<br />
Patiënten<br />
Patiënten zijn formeel vertegenwoordigd in de Cliëntenraad. Daarnaast is er structureel overleg<br />
over patiëntenparticipatie, zijn er tevredenheidsmetingen en is er een overlegstructuur in de<br />
‘Zorgdriehoek’ met zorgverzekeraars, zorgaanbieders en patiëntenorganisaties over de kwaliteit<br />
van zorg vanuit patiëntenperspectief. Met de Nederlandse Patiënten Consumenten Federatie<br />
(NPCF) werkt het ziekenhuis structureel samen aan een klantgerichte inrichting van de verschillende<br />
processen binnen de ziekenhuiszorg. Het programma Klantwaarde is samen met de NPCF<br />
ontwikkeld en ingevoerd.<br />
Verwijzers<br />
In het Medisch Coördinatie Centrum (MCC) vindt overleg plaats met een vertegenwoordiging<br />
van de huisartsen uit de regio Utrecht. Doel is de tevredenheid van (huis)artsen over de kwaliteit<br />
van zorg te vergroten. Thema’s die in het overleg aan de orde komen zijn: bevorderen van de<br />
communicatie tussen medisch specialisten en huisartsen, ontwikkelen en uitwisselen van transmurale<br />
zorg, bevorderen van de samenwerking tussen huisartsen en medisch specialisten en<br />
stimuleren van kennisoverdracht.<br />
De keuze voor schaalvergroting, al of niet in de vorm van een netwerkorganisatie, met als basislocaties<br />
Utrecht en Zeist, betekent volgens de Raad van Bestuur dat het <strong>Diakonessenhuis</strong> actief<br />
moet zoeken naar andere locaties dan de huidige om nieuwe faciliteiten te ontwikkelen. Dat<br />
houdt in dat de locatie Utrecht een centrale rol moet kunnen vervullen in het bieden van faciliteiten<br />
en efficiënte functies die andere locaties kunnen gebruiken. De locatie Utrecht krijgt daardoor<br />
het karakter van een ‘shared service centre’, met faciliteiten op het gebied van onderwijs,<br />
opleiding en training, vergaderzalen, apotheek, research en andere dienstverlenende zaken. Dat<br />
maakt de locatie Utrecht niet per se belangrijker, maar wel een complex waar veel functies moeten<br />
worden ontwikkeld.<br />
Het <strong>Diakonessenhuis</strong> verkende en startte in <strong>2008</strong> een aantal strategische samenwerkingsverbanden.<br />
Als partner in de samenwerkingsverbanden wil het ziekenhuis een smaakmakende rol<br />
spelen en een drijvende kracht zijn achter de ontwikkeling van vernieuwende zorgprojecten. Zo<br />
zijn er allianties met het UMC Utrecht, Altrecht, Aveant (thuis- en ouderenzorg), de Hogeschool<br />
Utrecht, de Stichting Vita Valley en de <strong>stichting</strong> Rhijnhuysen. Dit samenwerkingsverband van regionale<br />
zorgaanbieders wil de zorg- en dienstverlening aan de patiënt verbeteren. Zo ontwikkelen<br />
zij ketenprogramma’s om de zorgprocessen beter te laten aansluiten op de wens van de<br />
zorgvrager. Verder werkt het <strong>Diakonessenhuis</strong> samen met <strong>stichting</strong> Warande aan de reactivering<br />
van patiënten na een medisch-specialistische behandeling. Ook is er een samenwerkingsverband<br />
met de revalidatieartsen van revalidatiecentrum De Hoogstraat. Dit samenwerkingsverband geeft<br />
invulling aan het zorgproces in diverse zorglijnen, zoals: multi-disciplinaire aanpak van de diabetische<br />
voetpolikliniek, pijnpolikliniek en vaatproblematiek. Verder werkt het <strong>Diakonessenhuis</strong> samen<br />
met het Integraal Kankercentrum Midden-Nederland (IKMN) en het Helen Downing Instituut<br />
op het gebied van oncologische en palliatieve zorg voor kankerpatiënten.<br />
16 j a a rd o c u m e n t <strong>stichting</strong> diak o n e s s e n h u i s <strong>2008</strong><br />
p ro f i e l van de org a n i s a t i e 17
Projecten in <strong>2008</strong>:<br />
• Universitair Medisch Centrum Utrecht (UMC Utrecht). Als opleidingsziekenhuis heeft het<br />
<strong>Diakonessenhuis</strong> een goede samenwerking met het UMC Utrecht. In <strong>2008</strong> tekenden<br />
het UMC Utrecht en het <strong>Diakonessenhuis</strong> een intentieverklaring ter verkenning van<br />
een nadere samenwerking op het gebied van opleiding, onderwijs, innovatieve zorgconcepten,<br />
ketenvorming, kwaliteit en patiëntveiligheid. Intensivering van de samenwerking<br />
zal naar verwachting leiden tot betere zorg, meer efficiëntie en versterking<br />
van de opleidingsfunctie. Gestreefd wordt naar een krachtige bestuurlijke samenwerking,<br />
waarbij de twee ziekenhuizen wel als afzonderlijke organisaties met een<br />
eigen identiteit blijven functioneren.<br />
• Centraal Laboratorium Nederland (CLN). In <strong>2008</strong> hebben het <strong>Diakonessenhuis</strong>, Meander<br />
Medisch Centrum, Tergooi Ziekenhuizen en UMC Utrecht een businessplan geschreven voor<br />
de oprichting van een centraal laboratorium voor deze vier ziekenhuizen. Aanleiding hiervoor<br />
zijn de wezenlijke veranderingen die de laatste jaren in de zorg zijn doorgevoerd (de<br />
invoering van de DBC’s en de nieuwe zorgverzekeringswet) waarmee wordt beoogd dat er<br />
concurrentie in de zorg gaat optreden. Door het uitbreiden van de huidige samenwerking<br />
tussen de verschillende laboratoria kan voordeel voor de patiënt en de aanvragende specialist<br />
worden bereikt. Door samen te werken kan efficiënter worden gewerkt, neemt de al hoge<br />
kwaliteit toe en ontstaat capaciteitsvoordeel bij het invoeren en in stand houden van kwaliteitssystemen.<br />
In 2009 wordt een implementatieplan uitgewerkt om te komen tot een bundeling<br />
van de laboratoria.<br />
3<br />
18 j a a rd o c u m e n t <strong>stichting</strong> diak o n e s s e n h u i s <strong>2008</strong>
3 Bestuur, toezicht en bedrijfsvoering<br />
3.1 Bestuur en toezicht<br />
3.1.1 Zorgbrede Governancecode<br />
Het <strong>Diakonessenhuis</strong> hanteert de Zorgbrede Governancecode om goed bestuur te garanderen,<br />
inclusief verantwoording en toezicht. Het <strong>Diakonessenhuis</strong> wordt bestuurd op basis van het Raad<br />
van Toezichtmodel. De reglementen van de Raad van Bestuur en de Raad van Toezicht zijn aan de<br />
code aangepast. In het reglement zijn de verantwoordelijkheden van de Raad van Bestuur en de<br />
Raad van Toezicht expliciet vermeld. Kernelementen van het reglement zijn de verhouding tot<br />
de Raad van Toezicht, verantwoording, taakverdeling, functioneren, besluitvorming en (het ontbreken<br />
van) belangenverstrengeling. Ook zijn instrumenten ontwikkeld om deze elementen in<br />
te vullen, bijvoorbeeld profielschetsen en de evaluatie van het eigen functioneren van de (leden<br />
van de) Raad van Toezicht en de Raad van Bestuur.<br />
3.1.2 Raad van Bestuur<br />
De Raad van Bestuur heeft verantwoordelijkheid op strategisch niveau, zowel professioneel-inhoudelijk<br />
als bedrijfsmatig en financieel-economisch. De Raad van Bestuur legt formeel, overwegend<br />
achteraf, financiële en maatschappelijke verantwoording af aan de Raad van Toezicht.<br />
Daarnaast legt zij verantwoording af aan stakeholders, onder meer via publicatie van het <strong>Jaardocument</strong>.<br />
Beslissingen van de Raad van Bestuur met vergaande consequenties voor het (strategisch)<br />
beleid of het aangaan van aanmerkelijke financiële verplichtingen, worden vooraf ter<br />
goedkeuring voorgelegd aan de Raad van Toezicht. De bevoegdheden van de Raad van Bestuur<br />
zijn beschreven in de statuten van de <strong>stichting</strong> <strong>Diakonessenhuis</strong> en het reglement van de Raad<br />
van Bestuur. De Raad van Toezicht benoemt de leden van de Raad van Bestuur voor bepaalde<br />
tijd en stelt hun bezoldiging vast op basis van de adviesregeling van de NVZD. Eenmaal per jaar<br />
evalueert de Raad van Toezicht het functioneren van de (leden van de) Raad van Bestuur.<br />
De Raad van Bestuur vergadert tweewekelijks met het managementteam Zorg, het managementteam<br />
Concern en het bestuur van de medische staf (Stafbestuur). In <strong>2008</strong> bespraken zij<br />
onder andere de volgende thema’s:<br />
• besturingsfilosofie<br />
• strategische en financiële kaders<br />
• nieuw-/verbouw en terreinontwikkeling<br />
• kwaliteit en patiëntveiligheid<br />
• decentralisatie van taken en bevoegdheden<br />
• personeels- en opleidingsbeleid<br />
• ICT (waaronder elektronisch patiëntendossier en verpleegkundig dossier)<br />
• kostenbeheersing en financiële verantwoording<br />
• planning en controlcyclus<br />
• planning en controlcyclus<br />
• begroting en begrotingssystematiek<br />
Figuur 5 Samenstelling Raad van Bestuur<br />
Naam Bestuursfunctie Nevenfuncties 1<br />
Dhr. R.A. Steenbergen voorzitter • Voorzitter Raad van Toezicht Gezondheidshuis<br />
tot 1 juli <strong>2008</strong><br />
Stadshagen, Zwolle<br />
• Secretaris Raad van Toezicht Jeugd Penetentiaire<br />
Inrichting De Sprengen, Zutphen-Wapenveld<br />
• Voorzitter Bewonersvereniging Binnenstad<br />
Zwolle<br />
• Lid Raad van Commissarissen Zuiderzeehaven<br />
Dhr. N.M.H. Hoefsmit lid ad interim -<br />
MBA , arts tot 1 mei <strong>2008</strong><br />
Dhr. drs. R. Florijn lid vanaf 1 mei <strong>2008</strong> • Voorzitter Stichting VitaValley tot 1 juli <strong>2008</strong><br />
voorzitter vanaf • Vice-voorzitter Stichting Reinalda Zorggroep<br />
1 juli <strong>2008</strong> • Lid Raad van Toezicht Stichting Activite<br />
• Lid Raad van Toezicht Stichting GGZ Westelijk<br />
Noord-Brabant<br />
• Lid Raad van Toezicht Stichting Lindenhout<br />
• Member Non-executive Board Early Sense (Isr)<br />
tot 1 mei <strong>2008</strong><br />
• Lid Raad van Advies voor de Accreditatie Bedrijfswetenschappen<br />
en Economie Radboud<br />
Universiteit Nijmegen<br />
• Voorzitter Commissie van Beheer Christelijk<br />
Gereformeerde Kerk<br />
• Voorzitter Bestuur Vitality Investment Fund<br />
tot 1 oktober <strong>2008</strong><br />
1<br />
niet aan de hoofdfunctie gerelateerd<br />
3.1.3 Raad van Toezicht<br />
De Raad van Toezicht houdt toezicht op de voorbereiding en uitvoering van het beleid van de<br />
Raad van Bestuur en de algemene gang van zaken binnen het ziekenhuis. Daarnaast adviseert de<br />
Raad van Toezicht de Raad van Bestuur en functioneert hij als klankbord. De bevoegdheden en<br />
verantwoordelijkheden zijn beschreven in de statuten van de <strong>stichting</strong> <strong>Diakonessenhuis</strong> en het<br />
reglement Raad van Toezicht: besluiten over het aannemen, beoordelen, schorsen en ontslaan<br />
van de leden van de Raad van Bestuur, toetsen en vooraf goedkeuren van beslissingen van de<br />
Raad van Bestuur met vergaande consequenties voor het (strategisch) beleid of het aangaan van<br />
aanmerkelijke financiële verplichtingen en het goedkeuren van de jaarrekening als onderdeel<br />
van het <strong>Jaardocument</strong>.<br />
Bij het aantreden - in de loop van 2006 - van de Raad van Toezicht in een volledig nieuwe samenstelling,<br />
was zijn hoofddoelstelling een bijdrage te leveren aan de totstandkoming van rust,<br />
bestuurlijke continuïteit en onderling vertrouwen tussen personen en organen in de organisatie.<br />
Daarvoor werd in het algemeen de zorgvuldige hantering van procedures bevorderd, in het bijzonder<br />
bij benoemingen en grote financiële beslissingen, en het optimaliseren van onderlinge<br />
20 j a a rd o c u m e n t <strong>stichting</strong> diak o n e s s e n h u i s <strong>2008</strong><br />
b e s t u u r, toezicht en bedrijfs voering 21
verhoudingen, zowel formeel als informeel. Ook is besloten, na de vele bestuurswisselingen in<br />
het <strong>Diakonessenhuis</strong> de afgelopen jaren, een tweehoofdige Raad van Bestuur te benoemen die<br />
behoorlijk wat jaren in functie kan en wil zijn, het vertrouwen van de organisatie heeft en daarmee<br />
samen gaat bouwen aan de duurzame (door-)ontwikkeling van het <strong>Diakonessenhuis</strong>.<br />
In <strong>2008</strong> heeft dit ondermeer tot het volgende geleid:<br />
• Benoeming en afscheid Raad van Bestuur<br />
Per 1 mei <strong>2008</strong> is door de Raad van Toezicht een nieuwe voorzitter van de Raad van Bestuur<br />
benoemd: drs. R. Florijn. Verder is in december <strong>2008</strong> de werving en selectie voor een tweede<br />
lid van de Raad van Bestuur afgerond met de benoeming van dr. W. Hustinx per 1 april 2009.<br />
Alle belanghebbende partijen zijn zorgvuldig en met behoud van verantwoordelijkheden bij<br />
de procedure betrokken. R.A. Steenbergen, die sinds 15 april 2005 voorzitter en enig lid van de<br />
Raad van Bestuur was, heeft per 1 juli <strong>2008</strong> afscheid genomen vanwege het bereiken van de<br />
pensioengerechtigde leeftijd. Op 29 april <strong>2008</strong> ontving hij een koninklijke onderscheiding, mede<br />
vanwege zijn verdiensten voor het <strong>Diakonessenhuis</strong>.<br />
• Vernieuwing bestuursmodel; nieuwe statuten en reglementen<br />
De Raad van Toezicht heeft nagedacht over de betekenis van de Healthcare Governancecode<br />
voor het toezicht op het <strong>Diakonessenhuis</strong>. Deze code regelt met name de verantwoordelijkheden<br />
van en verhoudingen tussen de Raad van Bestuur en de Raad van Toezicht. De Raad<br />
van Bestuur bestuurt en geeft leiding, de Raad van Toezicht adviseert (geeft steun of onthoudt<br />
zich van steun) en verleent in specifieke gevallen goedkeuring. De discussies hierover in de Raad<br />
van Toezicht leidden tot duidelijke uitgangspunten voor de statuten en nieuwe reglementen<br />
van de <strong>stichting</strong> voor de Raad van Bestuur en de Raad van Toezicht. Hoofddoel van de nieuwe<br />
formulering is een heldere verhouding te geven tussen de twee organen, zodat duidelijk is wat<br />
hun afzonderlijke taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden zijn. Verder is in het voorstel<br />
tot aanpassing van de statuten de nieuwe wetgeving in de gezondheidszorg meegenomen, met<br />
name de Kwaliteitswet en de positie van de Raad van Bestuur en het vastleggen van de juiste<br />
verhouding met de medisch specialisten verbonden aan het ziekenhuis en hun vertegenwoordiging.<br />
De nieuwe statuten en reglementen worden in 2009 in concept voorgelegd aan de adviesorganen<br />
van het ziekenhuis.<br />
• Kwaliteit en veiligheid<br />
Met prioriteit stelde de Raad van Toezicht de thema’s kwaliteit en veiligheid (vooral in de<br />
patiëntenzorg) aan de orde, omdat daarover steeds vaker vragen worden gesteld en de Raad van<br />
Toezicht een proactief beleid voorstaat - met erkenning van de uiteenlopende verantwoordelijkheden<br />
van de Raad van Bestuur en andere geledingen, groeperingen en individuen. In september<br />
<strong>2008</strong> riep de Raad van Toezicht een eigen auditcommissie Veiligheidszorg in het leven.<br />
• Financiële structuur en vernieuwing huisvesting<br />
De Raad van Toezicht ondersteunde de door de Raad van Bestuur geïnitieerde vernieuwing voor<br />
de gezonde financiële structuur en de financiëel-bedrijfsmatige onderbouwing van de voorgenomen<br />
nieuwbouw. Op basis van transparante en goed onderbouwde rapportages van de Raad van<br />
Bestuur zijn eind <strong>2008</strong> vooral voor de (nieuw)bouw en investeringen een aantal besluiten genomen.<br />
• Relaties met belangrijke organen<br />
In <strong>2008</strong> onderhield de Raad van Toezicht - naast de intensieve raadplegingen over de twee<br />
benoemingen voor de Raad van Bestuur - contacten met de ondernemingsraad (twee keer per<br />
jaar bijwonen van de overlegvergadering), het stafbestuur, de cliëntenraad en managers van de<br />
patiëntencategorieën.<br />
22 j a a rd o c u m e n t <strong>stichting</strong> diak o n e s s e n h u i s <strong>2008</strong><br />
Figuur 6 Raad van Toezicht<br />
Naam Functie Nevenfuncties<br />
Dhr. dr. J.G.F. Veldhuis voorzitter • Voorzitter bestuur Stichting Quality Assurance Netherlands<br />
Voormalige hoofdfunctie:<br />
Voorzitter van het<br />
College van Bestuur van<br />
de Universiteit Utrecht<br />
(tot 2003)<br />
RvT<br />
Universities (QANU) Utrecht<br />
• Plv. voorzitter Raad van Toezicht Netherlands University<br />
Foundation for International Cooperation (NUFFIC) Den Haag<br />
• Lid/Voorzitter bestuur Radboud Stichting, Utrecht-Vught<br />
• Lid Raad van Toezicht Nederlandse Organisatie voor<br />
Toegepast Natuurwetenschappelijk Onderzoek (TNO) Delft<br />
• Lid Commissie van Advies Nederlands Instituut voor<br />
Oorlogsdocumentatie (NIOD) Amsterdam<br />
• Lid bestuur Roosevelt Study Centre (RSC) Middelburg<br />
• Lid Evaluatiecommissie KNAW<br />
• Lid Auditcommissie Universiteit Gent<br />
• Lid Raad van Toezicht KPC-groep, ’s Hertogenbosch<br />
• Voorzitter Raad van Toezicht Stichting Carmelcollege<br />
Hengelo<br />
• Voorzitter bestuur Nederlands Genootschap Internationale<br />
Zaken (NGIZ) dept. Utrecht, en lid algemeen bestuur NGIZ,<br />
Den Haag<br />
• Lid Raad van Advies Catharijne Stichting van het Universitair<br />
Medisch Centrum Utrecht<br />
• Lid bestuur Stichting Fonds (Ziekenhuis) St. Antoniushove,<br />
Leidschendam<br />
Dhr. prof. dr. J.B.L. Hoekstra vice- • Lid beroepsgenoot Centraal Tuchtcollege voor de<br />
Hoofdfunctie:<br />
voorzitter Gezondheidszorg te Den Haag<br />
Hoogleraar Algemene<br />
Inwendige Geneeskunde,<br />
AMC Amsterdam<br />
RvT • Lid Commissie C.O.I.G. van de Nederlandsche Internisten<br />
Vereeniging<br />
• Lid bestuur Stichting dr. F. Gerritzen prijs<br />
• Lid bestuur Netherlands Foundation for<br />
Cardiovasculair Excellence<br />
Dhr. mr. J.A. Hulsenbek lid RvT • Voorzitter bestuur Stichting ‘t Hoogt (filmtheater Utrecht)<br />
Hoofdfunctie: Vice-voorzitter<br />
van de Onderzoeksraad<br />
voor Veiligheid, Den Haag<br />
• Lid Raad van Advies Stichting Maatschappij Veiligheid en<br />
Politie Dordrecht<br />
• Lid Bestuur Stichting Realisatie Artplex Utrecht<br />
Mw. prof. dr. lid RvT • Voorzitter van de ZonMW programmacommissie<br />
B. Meyboom-de Jong Nationaal Programma Ouderenzorg<br />
Voormalige hoofdfunctie:<br />
Hoogleraar huisartsengeneeskunde<br />
Rijksuniversiteit<br />
Groningen (tot 2004)<br />
• Voorzitter Raad van Toezicht Huisartsenpost Groningen<br />
• Lid Wetenschappelijke Raad van KWF- kankerbestrijding<br />
en voorzitter van de beoordelingscommissie Psychosociale<br />
Oncologie<br />
• Lid van het Stichtingbestuur Kinderoncologie Groningen<br />
(SKOG)<br />
• Lid van de Redactie van Bijblijven, een nascholingsblad voor<br />
huisartsen uitgegeven door Bohn, Stafleu en van Loghum<br />
• Lid van de Raad voor Civiel-Militaire Zorg en Onderzoek (RZO)<br />
Dhr. drs. M. Niggebrugge lid RvT • Lid Raad van Commissarissen Boskalis<br />
Hoofdfunctie: Directielid NV<br />
Nederlandse Spoorwegen<br />
• Voorzitter Raad van Commissarissen Strukton<br />
• Lid Dagelijks en Algemeen Bestuur VNO-NCW<br />
b e s t u u r, toezicht en bedrijfs voering 23
Overlegvormen<br />
De vergaderingen van de Raad van Toezicht met de Raad van Bestuur zijn het centrale instrument<br />
voor informatievoorziening, overleg en beleidsvorming. Daarnaast overlegt de voorzitter van de<br />
Raad van Toezicht maandelijks met de Raad van Bestuur. De Raad van Toezicht vergaderde in<br />
<strong>2008</strong> zes keer. Op de agenda stonden onder meer: de benoemingen in de Raad van Bestuur, de<br />
jaarrekening 2007, de begroting <strong>2008</strong> en het productiviteitsmodel, de Kaderbrief en begroting<br />
2009, kwartaalrapportages, verantwoording regeling AO/IC, risicobeheersing, project Centraal<br />
Laboratorium Nederland, de intentieverklaring voor samenwerking met het UMC Utrecht, huisvesting<br />
en vastgoedontwikkeling, het concept besturingsmodel en de vernieuwing van statuten<br />
en reglementen.<br />
De Raad van Toezicht stelde twee auditcommissies in:<br />
• Financiële commissie<br />
De financiële commissie heeft de volgende aandachtsgebieden: beoordelen van de jaarrekening<br />
en de begroting en bespreken van de risicoanalyse en de kwaliteit van de administratieve<br />
en organisatorische interne beheersing. De commissie bestaat uit twee leden van de Raad van<br />
Toezicht. De voorzitter van de Raad van Bestuur, de directeur concerndienst, de interne auditor<br />
en het hoofd bestuursondersteuning zijn altijd bij de vergadering aanwezig en zo nodig ook de<br />
externe accountant. In <strong>2008</strong> vergaderde de financiële commissie vier keer.<br />
• Commissie veiligheidszorg<br />
Ook deze commissie bestaat uit twee leden van de Raad van Toezicht. De voorzitter van<br />
de Raad van Bestuur en het hoofd bestuursondersteuning zijn altijd aanwezig bij de vergaderingen<br />
en op verzoek de medisch manager patiëntveiligheid en/of de programmamanager<br />
patiëntveiligheid. In <strong>2008</strong> vergaderde de commissie twee keer, onder meer over onderzoek<br />
kwaliteit medische apparatuur, veiligheidsplan nieuwbouw, kwaliteit en patiëntveiligheid.<br />
Daarnaast vormen de voorzitter en de vice-voorzitter de personele commissie Raad van Toezicht<br />
(‘renumeratiecommissie’) die benoeming en ontslag van de leden van de Raad van Bestuur<br />
voorbereidt, functioneringsgesprekken voert met de leden van de Raad van Bestuur en voorstellen<br />
doet aan de gehele Raad van Toezicht voor het bezoldigingsbeleid en daarop ook toezicht<br />
houdt.<br />
Twee keer per jaar vond een bespreking plaats met het bestuur van de medische staf. Eenmaal<br />
per jaar evalueert de Raad van Toezicht zijn eigen functioneren en het functioneren van de Raad<br />
van Bestuur. Bij de jaarlijkse evaluatie stelde de Raad van Toezicht vast dat er een constructieve<br />
samenwerking is tussen de Raad van Toezicht en Raad van Bestuur. Ook sprak de Raad van Toezicht<br />
zijn waardering uit voor het beleid en de manier waarop dat wordt uitgevoerd.<br />
3.2 Bedrijfsvoering<br />
3.2.1 Organisatieontwikkeling en besturingsmodel<br />
Algemeen<br />
Het <strong>Diakonessenhuis</strong> werkt sinds 2005 aan een organisatieontwikkeling van de patiëntenzorg.<br />
Centraal daarin staat de ontwikkeling van een procesgestuurde organisatie, op basis van patiëntencategorieën<br />
en een gedifferentieerde aansturing met minder managementlagen. Dit leidde<br />
in de loop der jaren tot een topstructuur waarin de strategische sturing bij de Raad van Bestuur<br />
lag en de tactische sturing bij de directie.<br />
In 2007 startte het ziekenhuis met de verdere ontwikkeling van de managementstructuur. Daarin<br />
zijn de verschuiving van taken en verantwoordelijkheden op het gebied van patiëntenzorg<br />
verder uitgewerkt.<br />
Sinds januari <strong>2008</strong> functioneren tien patiëntencategorieën als resultaatverantwoordelijke eenheden<br />
(RVE’s); zij ‘runnen’ een eigen bedrijfsonderdeel.<br />
Voorjaar <strong>2008</strong> gaf de Raad van Bestuur UMC-Consult opdracht het functioneren van de zorgduo’s<br />
(zorgondernemer en medisch manager) per patiëntencategorie te onderzoeken in het licht van<br />
de besturingsfilosofie. Daaruit blijkt onder meer dat de beleids- en besturingscyclus nog onvoldoende<br />
functioneert.<br />
Als vervolg op dit onderzoek is een nieuw besturingsmodel beschreven, waarin de samenwerking<br />
tussen de verschillende organisatieonderdelen en beschikbare sturingsmiddelen in kaart is<br />
gebracht.<br />
In de tweede helft van <strong>2008</strong> zijn de volgende thema’s verder uitgewerkt:<br />
• organisatie- en ordeningsstructuur<br />
• integraal management en medische participatie<br />
• beleidscyclus<br />
• overlegstructuur<br />
• professionele besluitvorming en medezeggenschap in basisspelregels<br />
• werkafspraken voor de verschillende organisatieonderdelen<br />
Uitgangspunt is op een transparante manier omgaan met de tijd en energie van de medewerkers<br />
en doelmatig gebruikmaken van de beschikbare middelen. Daarbij is het belangrijk om de<br />
juiste prioriteiten te stellen en keuzes te durven maken.<br />
24 j a a rd o c u m e n t <strong>stichting</strong> diak o n e s s e n h u i s <strong>2008</strong><br />
b e s t u u r, toezicht en bedrijfs voering 25
Organisatie- en ordeningsstructuur<br />
In <strong>2008</strong> zijn zoals vermeld de kaders voor de besturing van het <strong>Diakonessenhuis</strong> opnieuw gedefinieerd.<br />
Daarbij gaat het niet enkel om de structuur, maar ook om de rolverdeling in de besturing.<br />
Het <strong>Diakonessenhuis</strong> onderscheidt maximaal drie leidinggevende niveaus in de organisatie:<br />
• Raad van Bestuur<br />
• management (patiëntencategorie, zorgdivisie, lijnstafdienst)<br />
• afdelingshoofd of teamhoofd<br />
Op leidinggevende niveaus bestaat onderscheid in:<br />
• strategisch niveau: de Raad van Bestuur bepaalt de strategische koers, stemt die af met de<br />
omgeving en schept de condities waaronder de organisatie de afgesproken resultaten kan<br />
behalen.<br />
• tactisch niveau: de managers (zorgduo, leiding zorgdivisie en hoofd van (lijn)stafdiensten)<br />
zijn verantwoordelijk voor het dagelijks functioneren van het ziekenhuis binnen de kaders<br />
van de Raad van Bestuur.<br />
• operationeel niveau: de afdelings- of teamhoofden zijn verantwoordelijk voor de uitvoering<br />
en het functioneren van de eigen afdeling (team) in meest brede zin.<br />
De primaire zorg voor patiënten is georganiseerd in tien patiëntencategorieën en twee divisies:<br />
medisch ondersteunende diensten (nucleaire geneeskunde, radiologie, laboratoria en<br />
apotheek) en acute en intensieve zorg.<br />
Patiëntencategorieën<br />
Een patiëntencategorie is een organisatorische eenheid. De leiding van een patiëntencategorie<br />
is verantwoordelijk voor het operationele resultaat (het verschil tussen externe (DBC-)opbrengsten<br />
en (doorbelaste) kosten). Binnen een patiëntencategorie wordt de medische zorg<br />
voor een samenhangende groep (potentiële) patiënten op een planmatige en zorginhoudelijk<br />
effectieve en efficiënte manier georganiseerd.<br />
Zorgduo’s<br />
De patiëntencategorieën worden aangestuurd door zorgduo’s, die bestaan uit een zorgondernemer<br />
en een medisch manager. Zorgondernemers geven leiding aan de teamhoofden en medewerkers<br />
van de patiëntencategorie.<br />
De zorgduo’s zijn integraal verantwoordelijk voor hun patiëntencategorie en vormen een resultaatverantwoordelijke<br />
eenheid (RVE) die onder de Raad van Bestuur valt. RVE’s zijn taak- en resultaatverantwoordelijk<br />
en hebben van de Raad van Bestuur - binnen daarvoor gestelde kaders<br />
- gedelegeerde bevoegdheden gekregen. De zorgduo’s leggen periodiek (per kwartaal) verantwoording<br />
af aan de Raad van Bestuur. Deze verantwoording vindt plaats op basis van duidelijke<br />
afspraken tussen de Raad van Bestuur en het zorgduo.<br />
Zorgondersteunende divisies<br />
Het <strong>Diakonessenhuis</strong> kende drie zorgdivisies:<br />
• acuut & intensief: SEH, OK en IC<br />
• medisch-ondersteunende afdelingen (KCL, MMI, PA, nucleaire geneeskunde, radiodiagnostiek,<br />
apotheek, hygiëne en infectiepreventie)<br />
• zorgondersteuning: onder meer medische psychologie, diëtetiek, psychiatrie, fysiotherapie,<br />
geestelijke verzorging, maatschappelijk werk<br />
De afdelingen van de divisie zorgondersteuning zijn eind <strong>2008</strong> ondergebracht bij een van de<br />
patiëntencategorieën.<br />
Lijnstafdiensten<br />
De Raad van Bestuur en het management worden ondersteund door een aantal lijnstafdiensten:<br />
• Personeel, Organisatie & Opleidingen (PO&O).<br />
• De Concerndienst, waaronder ICT, marketing & verkoop, business control en het financial<br />
service center.<br />
• Het facilitair bedrijf, waaronder het facilitair servicebureau, inkoop en medische elektronica.<br />
De lijnstafdiensten vallen hiërarchisch, operationeel en functioneel onder de Raad van Bestuur.<br />
De lijnstafdiensten dragen een specifieke en onderscheiden verantwoordelijkheid voor het beleid<br />
en de bedrijfsvoering. Dit alles binnen de strategische kaders van de Raad van Bestuur. De<br />
lijnstafdiensten hebben een operationele verantwoordelijkheid in de advisering en ondersteuning<br />
van de Raad van Bestuur en het management. Daarnaast hebben zij een functionele bevoegdheid,<br />
waarbij ze vanuit hun vakmanschap de patiëntencategorieën adviseren bij de vertaling<br />
van vastgesteld(e) beleid en kaders. Zo nodig kunnen zij dwingende richtlijnen opstellen<br />
over de professionele spelregels. Dit vindt zijn weerslag in het uitvaardigen van beleid, procedures,<br />
(kwaliteits)richtlijnen, voorstellen voor aanpassing van het budget en de manier waarop<br />
verantwoording wordt afgelegd over het beleid en de overeengekomen taakstelling (planning<br />
en control).<br />
Ondersteuning Raad van Bestuur<br />
De Raad van Bestuur wordt verder ondersteund door het bureau Bestuursondersteuning, de afdeling<br />
communicatie, de afdeling internal audit, het stafbureau zorg en kwaliteit en het bouwbureau.<br />
3.2.2 Risicomanagement<br />
Risico’s zijn inherent aan ondernemerschap – ook aan maatschappelijk ondernemerschap – en<br />
zijn dus niet geheel uit te sluiten. Flexibel en slagvaardig omgaan met risico’s is even belangrijk<br />
als risico’s minimaliseren.<br />
De Raad van Bestuur is zich ervan bewust dat de bedrijfsvoering risico’s met zich meebrengt en<br />
richtte een systeem van interne controle en planning en control in om risico’s tijdig te onderkennen<br />
en te beheersen.<br />
Belangrijke elementen daarin zijn de planning en controlcyclus, de maandelijkse rapportages<br />
over productie, financiën en steeds meer ook prestatieindicatoren, ingestelde functiescheidingen<br />
en procuratierichtlijnen. Daarnaast volgt het ziekenhuis externe ontwikkelingen en beoordeelt<br />
de impact van deze veranderingen op de bedrijfsvoering. Deze instrumenten geven de Raad van<br />
Bestuur voldoende zekerheid om risico’s tijdig te onderkennen en te beheersen. Daarnaast heeft<br />
het ziekenhuis een internal auditor die processen en hun controlemaatregelen beoordeelt. Ook<br />
toetst deze auditor de betrouwbaarheid van informatie en bewaakt de compliance en het risicomanagement.<br />
Ondanks al deze maatregelen blijft een kans op risico’s en calamiteiten onvermijdelijk<br />
bestaan. Vermogensvorming en verzekering kunnen de risico’s over het algemeen afdekken.<br />
De externe omgeving verandert snel en dat leidt tot toenemende bedrijfsrisico’s en aansprakelijkstelling.<br />
Het <strong>Diakonessenhuis</strong> heeft dan ook specifieke behoefte aan risicomanagement<br />
om via risicoanalyses risico’s te achterhalen die de bedrijfsvoering negatief beïnvloeden. Waar<br />
mogelijk en wenselijk kunnen deze risico’s proactief worden verminderd. Door risico’s centraal<br />
26 j a a rd o c u m e n t <strong>stichting</strong> diak o n e s s e n h u i s <strong>2008</strong><br />
b e s t u u r, toezicht en bedrijfs voering 27
inzichtelijk te maken kan de Raad van Bestuur prioriteiten stellen en de beheersing en bewaking<br />
van de verschillende risico’s coördineren.<br />
Het <strong>Diakonessenhuis</strong> voerde in <strong>2008</strong> risicoanalyses uit voor verschillende onderdelen. Onder<br />
meer in het kader van de financiering van het ziekenhuis en de geplande specifieke nieuwbouw,<br />
DBC-registratie, fiscale risico’s en informatiebeveiliging (NEN7510). Ook op zorgafdelingen waar<br />
de risico’s relatief groot zijn, worden risicoanalyses uitgevoerd. Dat gebeurt achteraf, maar in toenemende<br />
mate ook vooraf. In praktijk blijkt dat hieruit veel lessen zijn te trekken, niet alleen voor<br />
de betreffende afdeling, maar voor de gehele organisatie.<br />
Het NIAZ-kwaliteitssysteem en het veiligheidsmanagementsysteem (VMS) zijn belangrijke instrumenten<br />
om het risico van bedrijfsschade en imagoschade te minimaliseren. Ze maken<br />
daarom deel uit van het risicomanagementsysteem. Het <strong>Diakonessenhuis</strong> bevindt zich in een<br />
vergevorderd stadium van een ziekenhuisbrede NIAZ- accreditatie. Ook financieel geldt dezelfde<br />
kwaliteitssystematiek.<br />
De Raad van Bestuur ziet het overheidsbeleid op het gebied van de bekostiging overigens als<br />
grootste risico. Enerzijds is sprake van kortingen op de ziekenhuisbudgetten vanwege volumegroei<br />
waarop ziekenhuizen nauwelijks invloed hebben. Deze kortingen zijn dermate omvangrijk<br />
dat het hoge eisen stelt aan de interne besturing en flexibiliteit om die tijdig te kunnen opvangen.<br />
Anderzijds werkt de overheid aan een nieuw stelsel voor de bekostiging van de ziekenhuizen<br />
waarvan niet, of niet tijdig, bekend is hoe het concreet vorm krijgt. Dit leidt tot inherente<br />
risico’s voor het ziekenhuis. De Raad van Bestuur heeft beleid geformuleerd over de overgang<br />
naar integrale tarieven, inclusief kapitaallasten.<br />
3.2.3 Planning en control<br />
Concreet houdt de begrotings- en rapportagecyclus het volgende in:<br />
• sturen vanuit ambitie en doelstellingen van de organisatie<br />
• vooraf plannen en afstemmen met afdelingen<br />
• monitoren van de uitvoering, signaleren van risico’s en weten welke kwaliteitseisen worden<br />
gesteld<br />
• verantwoorden, breder dan enkel over financiële verantwoordelijkheden<br />
• bijsturing mogelijk maken, gericht op de verschillende beleidsniveaus<br />
De begrotings- en rapportagecyclus ondersteunt de realisering van vaak complexe organisatiedoelstellingen<br />
van het <strong>Diakonessenhuis</strong>. Om te zorgen dat doelstellingen door de hele organisatie<br />
gelijkgericht zijn en mensen en middelen elkaar versterken, wordt via deze cyclus de samenhang<br />
aangebracht. Strategische keuzes en beoogde maatschappelijke effecten van de Raad van<br />
Bestuur worden vertaald naar organisatiedoelstellingen per jaar, per patiëntencategorie, divisie<br />
of dienst. Deze doelstellingen worden weer omgezet naar prestaties van afdelingen.<br />
Figuur 7 De begroting- & rapportagecyclus<br />
Begroting<br />
Organisatie<br />
doelstelling<br />
& begroting<br />
Jaarverslag<br />
Rapportage<br />
Raad van Bestuur<br />
Algemeen<br />
Het <strong>Diakonessenhuis</strong> wil de begrotings- en rapportagecyclus benutten als het door de Raad van<br />
Bestuur vastgelegde proces waarlangs het strategische, tactische en operationele beleid wordt<br />
bepaald en de decentrale begrotingen voor de organisatieonderdelen worden opgesteld en<br />
goedgekeurd. Op basis van deze decentrale begrotingen worden de activiteiten uitgevoerd en<br />
waar nodig bijgestuurd. De begrotings- en rapportagecyclus is van belang voor afdelingen en<br />
organisatie-eenheden. Zo komen zij doelen en resultaten overeen en kunnen hierover aan elkaar<br />
verantwoording afleggen. Dit is een grote verbetering vergeleken met voorgaande jaren en is<br />
mede ontwikkeld op basis van de evaluatie van het zorgmanagement, opgesteld door de organisatieafdeling<br />
van het UMC Utrecht.<br />
Productieplannen<br />
Afdelingsplannen<br />
& SLA’s<br />
Kwartaalrapportages<br />
Afdelingsrapportages<br />
Zorgduo’s<br />
verantwoordelijken<br />
divisies, diensten<br />
(hoofdbudgethouders)<br />
Teamhoofden/<br />
afdelingshoofden<br />
(budgethouders)<br />
Begroting is het formuleren van organisatiebeleid waarbinnen ambitie, doelstellingen en verwachte<br />
resultaten worden aangegeven. De Raad van Bestuur communiceert via de kaderbrief<br />
de ambitie en doelstellingen op organisatieniveau, die van belang zijn voor de patiëntencategorieën,<br />
divisies en diensten. Dit wordt uitgewerkt voor iedere organisatie-eenheid. In de begrotingsfase<br />
vindt besluitvorming hierover plaats.<br />
In de rapportagefase worden de behaalde resultaten en de geplande resultaten vergeleken en<br />
beoordeeld. Het proces krijgt een cyclisch karakter, doordat behaalde resultaten kunnen leiden<br />
tot bijsturing en herformulering van toekomstige doelstellingen.<br />
Beleidscyclus voor 2009<br />
De begroting voor 2009 is voorbereid in het najaar van <strong>2008</strong>. Voor het eerst is de begroting gebaseerd<br />
op jaarplannen van de diverse organisatie-eenheden en een cijfermatige opstelling van<br />
inkomsten en uitgaven. Deze koppeling is van belang om de begroting per categorie, divisie of<br />
dienst goed te kunnen toetsen en volgen. Voor 2009 is deze cijfermatige opstelling nog overwegend<br />
op kosten gebaseerd.<br />
28 j a a rd o c u m e n t <strong>stichting</strong> diak o n e s s e n h u i s <strong>2008</strong><br />
b e s t u u r, toezicht en bedrijfs voering 29
In het jaarplan voor 2009 was ruimte om per organisatie-eenheid het volgende aan te geven:<br />
ambitie van de organisatie-eenheid, bij voorkeur SMART gemaakte doelstellingen en activiteiten<br />
om deze doelstellingen te halen. Belangrijke thema’s hierbij zijn: realiseren van productiedoelstellingen,<br />
voldoen aan de gestelde kwaliteits- en outputparameters, wijzigingen in beleid of<br />
activiteiten samen met andere eenheden en de financiële onderbouwing van ingediende begrotingsaanvragen.<br />
Hoewel niet alle organisatie-eenheden de jaarplannen volledig hebben ingevuld, bleek de begrotingscyclus<br />
2009 een goede stap om financiële aanvragen te koppelen aan beleid en activiteiten<br />
op diverse gebieden. Voor zowel organisatie-eenheden als stafdiensten was deze werkwijze<br />
nieuw, wat in combinatie met de nieuwe bezetting en rol van de Raad van Bestuur zorgde<br />
voor een enerverend begrotingsproces.<br />
Uit de uitgebreide evaluatie van het begrotingsproces kwamen behalve positieve reacties ook<br />
de nodige verbeterpunten, zoals meer tijd voor het begrotingsproces, meer informatie over het<br />
proces en over verantwoordelijkheden en rollen daarin. De evaluatie vormt een belangrijk uitgangspunt<br />
bij de rapportagecyclus in 2009 en de begrotingscyclus van 2010.<br />
In 2009 dient de beleids- en rapportagecyclus als leidraad voor de beleidsactiviteiten voor en<br />
door categorieën, divisies en diensten. Onderdeel hiervan is de verantwoording die het management<br />
aflegt door kwartaalrapportages over de behaalde resultaten. De verantwoording gaat<br />
over de volledige breedte van het jaarplan en beslaat de productie, kwaliteit, patiëntveiligheid,<br />
klantwaarden, HRM en financiën. Deze kwartaalrapportages worden besproken in kwartaaloverleggen<br />
met de Raad van Bestuur.<br />
3.3 Ondernemingsraad<br />
De Ondernemingsraad (OR) is een zelfstandig adviesorgaan dat enkel bestaat uit gekozen leden.<br />
Het ziekenhuis voorziet in het ambtelijk secretariaat van de OR. De ondernemingsraad brengt<br />
een eigen jaarverslag uit.<br />
Figuur 8 Het dagelijks bestuur van de OR in <strong>2008</strong><br />
naam<br />
functie<br />
Mw. N. Janssen voorzitter tot 1 februari <strong>2008</strong><br />
Dhr. J. Rutgers voorzitter vanaf 1 februari <strong>2008</strong><br />
Mw. E. Syrier-Bogaard vice-voorzitter vanaf 1 februari <strong>2008</strong><br />
Mw. N. Leunk<br />
Dhr. F. van de Spek<br />
secretaris<br />
ambtelijk secretaris<br />
De OR functioneert op strategisch niveau als adviesorgaan van de Raad van Bestuur. In de Wet op<br />
de Ondernemingsraden (WOR) zijn bepalingen opgenomen die het overleg tussen OR en Raad<br />
van Bestuur regelen. Hierin zijn ook de bevoegdheden van de OR vastgelegd (advies- en instemmingsrecht)<br />
die de belangen van de medewerkers borgen. De OR kan onder meer gevraagd en ongevraagd<br />
advies uitbrengen en heeft bij specifieke voorgenomen besluiten instemmingsrecht.<br />
Eén keer per maand vindt op woensdag de overlegvergadering plaats met de bestuurder. In de<br />
overlegvergadering worden de onderwerpen die volgens de Wet op de Ondernemingsraden<br />
advies- of instemmingsplichtig zijn, tenminste één keer besproken. Zo nodig vindt tweewekelijks<br />
informeel overleg plaats tussen het dagelijks bestuur van de OR en de voorzitter van de<br />
Raad van Bestuur. Twee keer per jaar is een delegatie van de Raad van Toezicht aanwezig bij de<br />
overlegvergadering.<br />
Op de andere woensdagen vergadert de OR binnen de eigen geledingen en in commissieverband.<br />
De OR werkt met vier commissies:<br />
• VGWM/sociaal<br />
• financieel/organisatorisch<br />
• PR/achterban<br />
• verkiezingen<br />
De OR heeft een eigen budget binnen de ziekenhuisbegroting. Jaarlijks volgen de leden van de<br />
OR cursussen deskundigheidsbevordering.<br />
Adviezen van de ondernemingsraad<br />
De OR bracht in <strong>2008</strong> adviezen uit of verleende instemming aan de Raad van Bestuur. Niet altijd<br />
verleende zij direct een positief advies of instemming. Het gebeurde regelmatig dat de OR<br />
aanvullende gegevens vroeg en/of voorwaarden verbond aan een advies. Waar mogelijk werd<br />
het advies opgenomen in het definitieve besluit van de Raad van Bestuur. Dit leidde in sommige<br />
gevallen tot verbetering van het besluit door bijvoorbeeld een evaluatiemoment af te spreken<br />
bij doorgevoerde wijzigingen.<br />
Figuur 9 Overzicht advies en instemming OR over <strong>2008</strong><br />
datum<br />
onderwerp<br />
28/02/08 Advies conceptprofiel 2e lid RvB en toevoeging aan procedure<br />
08/04/08 Instemming poliklinische avondspreekuren<br />
26/03/08 Advies huisvestings- en vastgoedbeleid <strong>Diakonessenhuis</strong><br />
20/05/08 Advies intentieverklaring en verder onderzoek naar oprichting<br />
gezamenlijk laboratorium<br />
23/04/08 Advies wijzigingsvoorstellen bedrijfsplan PO&O 2006<br />
29/05/08 Instemming rooster afdeling Voedingslogistiek<br />
11/06/08 Advies benoeming lid Raad van Bestuur<br />
07/07/08 Advies decentrale afsprakenplanning<br />
14/07/08 Advies Ondernemingsraad d.d. 26 maart 2006 over<br />
huisvestings- en vastgoedbeleid<br />
14/07/08 Instemming arbeidstijdenregeling<br />
14/08/08 Intentieverklaring samenwerking UMCU<br />
23/09/08 Instemming verplichte verlofdagen<br />
08/10/08 Instemming regeling ‘Grensoverschrijdend gedrag’ en regeling<br />
12/11/08 ‘Individuele klachten medewerkers’<br />
10/12/08 Advies benoeming 2e lid Raad van Bestuur<br />
30 j a a rd o c u m e n t <strong>stichting</strong> diak o n e s s e n h u i s <strong>2008</strong><br />
b e s t u u r, toezicht en bedrijfs voering 31
De Raad van Bestuur besprak de advies- en instemmingsplichtige onderwerpen zoveel mogelijk<br />
vooraf in het informeel overleg of in de overlegvergadering, wat een spoedige besluitvorming<br />
bewerkstelligde. In sommige gevallen leidde dit tot meerdere overlegrondes.<br />
De OR heeft over al deze zaken positief geadviseerd. De OR is voor de Raad van Bestuur een kritische<br />
gesprekspartner met wie zij op een prettige en constructieve manier samenwerkt.<br />
3.4 Cliëntenraad<br />
Voor de uitvoering van de bepalingen van de Wet Medezeggenschap Cliënten Zorgsector is voor<br />
het <strong>Diakonessenhuis</strong> een cliëntenraad ingesteld. De samenstelling van de cliëntenraad dient een<br />
representatieve vertegenwoordiging te zijn van het cliëntenbestand van het <strong>Diakonessenhuis</strong>,<br />
rekening houdend met de drie locaties van het ziekenhuis (Utrecht, Zeist, Doorn) en de samenstelling<br />
van de bevolking in het adherentiegebied.<br />
De cliëntenraad bestond in <strong>2008</strong> uit zes personen. In de loop van het jaar stelden twee leden<br />
hun zetels in de raad beschikbaar. De betreffende vacatures zijn begin 2009 vervuld en ook vond<br />
een uitbreiding tot zeven leden plaats. De samenstelling van de cliëntenraad in <strong>2008</strong> staat in<br />
onderstaande tabel.<br />
Figuur 10 Samenstelling van de Cliëntenraad in <strong>2008</strong><br />
Naam<br />
Bestuursfunctie<br />
Mw. I. M.E. van Kints voorzitter tot 15 september <strong>2008</strong><br />
Dhr. prof.dr. J.A.M. Winnubst voorzitter vanaf 15 september <strong>2008</strong><br />
Mw. A.M.J. Winckers-Stinkens<br />
Dhr. drs. E. Groosman<br />
secretaris<br />
Dhr. mr. M.J.A.H. Kling lid tot 1 september <strong>2008</strong><br />
Mw. drs. C. Terwiel<br />
Figuur 11 In <strong>2008</strong> bracht de cliëntenraad adviezen uit over:<br />
lid<br />
lid<br />
Adviezen uitgebracht door de cliëntenraad<br />
• het voornemen tot vorming van een centraal laboratorium in samenwerking met drie andere<br />
ziekenhuizen<br />
• het besturingsmodel voor het <strong>Diakonessenhuis</strong><br />
• het beleid m.b.t. functiedifferentiatie in de basiszorg<br />
• benoeming voorzitter en lid Raad van Bestuur<br />
• beleidsnotitie klantwaarden<br />
• zorg rond de stervende patiënt<br />
• huisvestings- en vastgoedbeleid <strong>Diakonessenhuis</strong><br />
Er is een reglement vastgesteld op basis waarvan de cliëntenraad zijn functie voor het ziekenhuis<br />
vervult. Het ziekenhuis stelt vergaderruimte beschikbaar voor de cliëntenraad, plus ambtelijke<br />
en secretariële ondersteuning. De leden ontvangen voor hun werkzaamheden een onkostenvergoeding.<br />
De cliëntenraad vergadert maandelijks.<br />
Met de Raad van Bestuur vond in <strong>2008</strong> tweemaal een overlegvergadering plaats. Daarin is vooral<br />
aandacht besteed aan belangrijke strategische ontwikkelingen die van invloed kunnen zijn op<br />
de organisatie van de patiëntenzorg.Ook sprak een delegatie van de cliëntenraad met het externe<br />
auditteam over de NIAZ-accreditatie.<br />
In <strong>2008</strong> beraadde de cliëntenraad zich intensief op de aandachtsgebieden waarop men zich de<br />
komende jaren wil concentreren. Het beleid van het ziekenhuis met betrekking tot de kwaliteit<br />
van de patiëntenzorg heeft daarin een centrale plaats. Er is geen commissie van vertrouwenslieden,<br />
zoals bedoeld in de WMCZ, en het ziekenhuis is nog niet aangesloten bij een landelijke<br />
commissie.<br />
3.5 Bestuur medische staf<br />
Het Bestuur van de medische staf (stafbestuur) is een belangrijke gesprekspartner voor de Raad<br />
van Bestuur bij strategische en beleidsmatige keuzes. In het tweewekelijkse beleidsoverleg tussen<br />
stafbestuur en Raad van Bestuur vindt overleg plaats over beleidsvoornemens en lopende<br />
zaken. Regulier informeel overleg vindt tweewekelijks plaats tussen de voorzitter van de Raad van<br />
Bestuur en de voorzitter en vice-voorzitter van het stafbestuur. Het stafbestuur vertegenwoordigt<br />
de leden van de medische staf. De taken en werkwijze van het stafbestuur zijn vastgelegd<br />
in een reglement. Aan de werkconferentie van het stafbestuur in <strong>2008</strong>, waarin lange-termijnbeleidsonderwerpen<br />
zijn besproken, nam de voorzitter van de Raad van Bestuur gedeeltelijk<br />
deel.<br />
Figuur 12 Samenstelling Bestuur medische staf<br />
Naam<br />
Dhr. dr. F.T.J. Boereboom, internist<br />
Dhr. dr. D.R. Colnot, kno-arts<br />
Bestuursfunctie<br />
voorzitter<br />
vice-voorzitter/penningmeester<br />
Dhr. dr. A.J. van Houte, medisch immunoloog secretaris tot 1 juli <strong>2008</strong><br />
Dhr. D.B. Naafs, radioloog secretaris vanaf 1 juli <strong>2008</strong><br />
Dhr. dr. P.H.P. Davids, chirurg<br />
Dhr. dr. R.C.J.M. Donders, neuroloog<br />
lid<br />
lid<br />
De medische staf kent een kernstaf, die bestaat uit gemandateerde vertegenwoordigers van alle<br />
vakgroepen of maatschappen. Zij komen maandelijks bij elkaar. In deze vergaderingen vindt<br />
besluitvorming plaats over adviesaanvragen van de Raad van Bestuur, beleidsvoornemens en<br />
zorginhoudelijke kwesties. Onderwerpen op het gebied van kwaliteit en patiëntveiligheid domineren<br />
de agenda. Deze vergaderingen zijn verder informatief van karakter. Tweemaal per jaar<br />
zijn er themabijeenkomsten voor alle leden van de medische staf. Ook die staan in het teken van<br />
kwaliteit en patiëntveiligheid.<br />
Leden van de medische staf participeren in een groot aantal ziekenhuiscommissies en leveren<br />
in sommige gevallen de voorzitter, zoals bij de MIP-commissie, de oncologiecommissie en de<br />
geneesmiddelencommissie.<br />
32 j a a rd o c u m e n t <strong>stichting</strong> diak o n e s s e n h u i s <strong>2008</strong><br />
b e s t u u r, toezicht en bedrijfs voering 33
Wetenschappelijk onderzoek in het ziekenhuis wordt gestimuleerd door de <strong>stichting</strong> Wetenschappelijk<br />
Onderzoek <strong>Diakonessenhuis</strong> Utrecht, waarin diverse medisch specialisten bestuursfuncties<br />
vervullen.<br />
Het stafbestuur overlegt twee keer per jaar met de Raad van Toezicht (in aanwezigheid van de<br />
Raad van Bestuur), de ondernemingsraad en de cliëntenraad.<br />
Belangrijke adviezen en richtlijnen in <strong>2008</strong>:<br />
• Het stafbestuur heeft aan de Raad van Toezicht advies uitgebracht in de sollicitatieprocedures<br />
voor de voorzitter en een tweede lid Raad van Bestuur.<br />
• Het stafbestuur heeft aan de Raad van Bestuur een advies uitgebracht over het opstellen van<br />
criteria voor het toetsen van verzoeken van medisch specialisten om werkzaamheden buiten<br />
het <strong>Diakonessenhuis</strong> te verrichten.<br />
• De medische staf stelde in nauwe samenspraak met de Raad van Bestuur als een van de<br />
eerste ziekenhuizen in Nederland een richtlijn hoofd- en medebehandelaarschap op en stelde<br />
deze via de beroepsvereniging Orde van Medisch Specialisten beschikbaar aan andere<br />
medische staven.<br />
• Met het oog op openheid en transparantie worden met ingang van <strong>2008</strong> de aanbevelingen<br />
uit de kwaliteitsvisitaties besproken in aanwezigheid van de voorzitter en de portefeuillehouder<br />
kwaliteit van de vakgroep, de voorzitter van de Raad van Bestuur, een lid van het<br />
stafbestuur en een lid van de stafcommissie kwaliteit. Indien het een gecombineerde kwaliteits-<br />
en opleidingsvisitatie betreft, is ook de opleider daarbij aanwezig.<br />
Overige onderwerpen uit het overleg van het stafbestuur en de Raad van Bestuur zijn: veiligheid,<br />
kwaliteit, casuïstiek vakgroepen, profielen nieuwe medisch specialisten, financiën, vastgoed en<br />
huisvesting, en organisatorische kwesties.<br />
Bijlage 1 bevat een overzicht van publicaties van leden van de medische staf in <strong>2008</strong>.<br />
4<br />
34 j a a rd o c u m e n t <strong>stichting</strong> diak o n e s s e n h u i s <strong>2008</strong>
4 Beleid, inspanningen en prestaties<br />
4.1 Missie en visie<br />
Het <strong>Diakonessenhuis</strong> heeft de volgende missie:<br />
• De primaire taak van het <strong>Diakonessenhuis</strong> is kwalitatief hoogwaardige medische en verpleegkundige<br />
zorg leveren op de juiste plaats en toegankelijk voor iedereen.<br />
• Het <strong>Diakonessenhuis</strong> doet dit vanuit een professionele, respectvolle en mensgerichte houding,<br />
met zelfstandige en resultaatgerichte medewerkers in een ‘lerende organisatie’.<br />
Achter het meerjarenbeleid van het <strong>Diakonessenhuis</strong> zit de volgende visie:<br />
• Het <strong>Diakonessenhuis</strong> wil een aantrekkelijk ziekenhuis zijn voor patiënten, hun ‘achterban’,<br />
professionals en partners in de zorg.<br />
• In het <strong>Diakonessenhuis</strong> staat de mens centraal en niet de behandeling.<br />
• Het <strong>Diakonessenhuis</strong> wil een ondernemende en resultaatgerichte organisatie zijn, met vakmensen<br />
die een krachtig collectief vormen en plezier hebben in hun werk.<br />
• Het <strong>Diakonessenhuis</strong> wil een ‘leerwerkplaats’ bieden aan zijn medewerkers.<br />
De missie mondt uit in vier kernwaarden waarop alle medewerkers van het <strong>Diakonessenhuis</strong> zich<br />
willen laten aanspreken:<br />
• gastvrij<br />
• vakkundig<br />
• ondernemend<br />
• resultaatgericht<br />
Deze kernwaarden vormen de cultuurdragers van het <strong>Diakonessenhuis</strong>.<br />
4.2 Meerjarenbeleid<br />
Het <strong>Diakonessenhuis</strong> is een perifeer stadsziekenhuis dat algemene ziekenhuiszorg levert. Het<br />
heeft een goede reputatie en de zorgprocessen zijn efficiënt ingericht.<br />
Het meerjarenbeleid van het ziekenhuis steunt op de volgende langetermijndoelstellingen:<br />
• de zorg beter afstemmen op vragen vanuit de markt, dus van patiënten en verwijzers uit de<br />
verzorgingsgebieden.<br />
• het behandel- en zorgproces van de patiënt is bepalend voor de werkwijze van de organisatie<br />
en de professionals.<br />
• de doelmatigheid verbeteren van de inzet van middelen (gebouwen, personeel, apparatuur).<br />
In praktijk betekent dit dat het beleid is gericht op de vorming van patiëntencategorieën, die zijn<br />
onderverdeeld in samenhangende patiëntenstromen met een zo optimaal mogelijke logistiek<br />
rondom de zorg voor de patiënt. Een ‘zorgduo’ geeft leiding aan deze patiëntencategorieën. Een<br />
zorgduo bestaat uit een zorgondernemer en een (parttime) medisch manager. De patiëntencategorieën<br />
functioneren als resultaatverantwoordelijke eenheden (RVE), met verantwoordelijkheid<br />
voor afstemming van de zorg op de markt,voor de inzet van capaciteit, voor kwaliteit van<br />
zorg en voor budgetverantwoordelijkheid.<br />
Bij de inzet van middelen richt het beleid zich op een doelmatige huisvesting en herontwikkeling<br />
van het vastgoed in samenwerking met derde partijen. Dit om de kapitaallasten te beheersen in<br />
het licht van de gewijzigde bekostigingssystematiek. Daarnaast moet het beleid het inzicht in de<br />
relatie tussen geleverde zorg en bijbehorende kosten verbeteren, mede vanwege de introductie<br />
van marktwerking in de gezondheidszorg.<br />
Voor de medewerkers wil het <strong>Diakonessenhuis</strong> een inspirerende en lerende organisatie zijn. Een<br />
van de strategische speerpunten is het verder versterken van de opleidingsfunctie. Dit betekent<br />
voor de opleidingsorganisatie een verdere integratie en gezamenlijke aanpak met het UMC<br />
Utrecht.<br />
De inspanningen en prestaties <strong>2008</strong>, beschreven in de volgende paragrafen van hoofdstuk 4, zijn<br />
afgeleid van deze beleidsdoelstellingen voor de langere termijn.<br />
4.3 Inspanningen en prestaties Patiëntenzorg <strong>2008</strong><br />
Zorg voor zorgvernieuwing<br />
Het <strong>Diakonessenhuis</strong> hecht veel waarde aan zorgvernieuwing. Dit hoofdstuk biedt een overzicht<br />
van de meest aansprekende en innovatieve projecten in de patiëntenzorg in het <strong>Diakonessenhuis</strong><br />
in <strong>2008</strong>.<br />
36 j a a rd o c u m e n t <strong>stichting</strong> diak o n e s s e n h u i s <strong>2008</strong> b e l e i d, inspanningen en pre s t a t i e s 37
Nieuwe poliklinieken in <strong>2008</strong><br />
Het <strong>Diakonessenhuis</strong> opende opnieuw meerdere poliklinieken om patiënten met bepaalde aandoeningen<br />
nog beter van dienst te kunnen zijn.<br />
• Vrouwen met klachten rond de menstruatie kunnen snel terecht bij de menstruatiepolikliniek.<br />
Daar komen al het noodzakelijke onderzoek, de diagnose en het behandelplan aan<br />
bod tijdens het eerste bezoek;<br />
• Mensen die mogelijk lijden aan COPD én mensen die COPD hebben maar slecht op de ingezette<br />
behandeling reageren, zijn welkom bij de COPD-analysepolikliniek. Daar vindt in ruim<br />
twee uur al het noodzakelijke onderzoek plaats en krijgt de patiënt meteen leefstijladviezen<br />
en instructies voor medicijngebruik mee;<br />
• Mensen die last hebben van snurken en stokkende ademhaling kunnen zich tijdens de slaap<br />
multidisciplinair laten onderzoeken in de polikliniek voor snurken en slaapapneu. Daar werken<br />
een KNO-arts, longarts en diëtist samen om snel de meest geschikte behandelmethode<br />
te bepalen;<br />
• In de predialysepolikliniek van Dianet en het <strong>Diakonessenhuis</strong> krijgen patiënten met chronisch<br />
nierfalen een betere begeleiding in de overgang van een leven zonder, naar een leven<br />
mét dialyse. In overleg met de patiënt gaan internistnefrologen, verpleegkundigen, een diëtist<br />
en een maatschappelijk werker na welke therapievorm het beste bij iemand past;<br />
• De neurologen van het <strong>Diakonessenhuis</strong> starten in samenwerking met huisartsen een<br />
speciaal herniaspreekuur. Daar kunnen patiënten met aanhoudende pijn snel terecht voor<br />
een MRI-scan en indien nodig een operatie.<br />
Basiszorg in ontwikkeling<br />
Het <strong>Diakonessenhuis</strong> wil iedereen die is opgenomen in het ziekenhuis gastvrije zorg rondom<br />
het bed aanbieden. Deze basiszorg wordt nu zowel door verpleegkundigen als door voedingsassistenten,<br />
afdelingsassistenten en soms ook schoonmaakpersoneel geboden. In <strong>2008</strong> zijn de<br />
eerste voorbereidingen getroffen voor een andere, meer patiëntvriendelijke én efficiënte werkwijze.<br />
Hierbij past ook een nieuwe functie. Een zorgassistent gaat de taken van voedingsassistent<br />
en afdelingsassistent combineren. Patiënten krijgen zo met minder mensen te maken. Een bijkomend<br />
voordeel is dat verpleegkundigen meer tijd zullen krijgen voor hun eigenlijke werk. In<br />
2009 gaan drie verpleegafdelingen proefdraaien met zorgassistenten, die tegelijkertijd een op<br />
maat gemaakte scholing volgen.<br />
Specialisten werken aan kwaliteit<br />
Enkele tientallen medisch specialisten en arts-assistenten volgden in <strong>2008</strong> de communicatietraining<br />
‘Video on the job’. Zij lieten zich filmen tijdens hun spreekuur en bespraken door henzelf<br />
uitgekozen fragmenten met een interne communicatietrainer. Een tweede opname wijst uit of<br />
diens adviezen in de praktijk worden toegepast. De training wordt regelmatig aangeboden, zodat<br />
in de loop van de tijd alle artsen zich (opnieuw) kunnen scholen in een effectievere gespreksvoering<br />
tijdens hun consulten.<br />
Nieuw sinds <strong>2008</strong> zijn de functioneringsgesprekken tussen specialisten. Na een training in de<br />
methode Appraisal & Assessment evalueren de specialisten elkaar, in een gesprek waarbij ook<br />
informatie uit de directe omgeving van de deelnemende arts aan bod komt. Het resultaat van<br />
het hele traject van evaluatie en reflectie vormt de basis voor een persoonlijk ontwikkelingsplan,<br />
met verbeteracties voor de medisch specialist in kwestie. Evaluatie van het individueel functioneren<br />
van een medisch specialist is een belangrijk onderdeel van het integrale kwaliteitsbeleid<br />
en geldt vanaf 2009 bovendien als landelijke prestatie-indicator.<br />
Scholing over interculturele zorg<br />
Vooral in het <strong>Diakonessenhuis</strong> Utrecht krijgen zorgverleners veel patiënten met een andere culturele<br />
achtergrond. Cultuurverschillen kunnen het verlenen van de beste zorg of de genezing<br />
soms in de weg staan. Onbegrip en onwetendheid aan beide kanten kunnen bovendien leiden<br />
tot communicatieproblemen. Om die reden heeft het <strong>Diakonessenhuis</strong> in <strong>2008</strong> meerdere activiteiten<br />
ontplooid om interculturele zorg - zorg op maat voor patiënten met een andere culturele<br />
achtergrond - beter mogelijk te maken. Een goed bezocht symposium, voorlichting aan patiëntenvervoerders,<br />
informatiepakketten voor verpleegafdelingen - zo schoolde de werkgroep interculturele<br />
zorg de zorgverleners bij, mede dankzij LPT-gelden van de zorgverzekeraars.<br />
Signalering kindermishandeling<br />
Het <strong>Diakonessenhuis</strong> ondertekende eind 2007 een provinciaal convenant om de signalering<br />
van kindermishandeling en de doorverwijzing naar hulp te verbeteren. Het vroegtijdig herkennen<br />
van kindermishandeling in een ziekenhuis, vooral bij de spoedeisende hulp, is een essentiële<br />
schakel in de hulpverlening. Medewerkers die met kinderen werken, zijn daarom in <strong>2008</strong><br />
geschoold in het herkennen van kindermishandeling en het voeren van het moeilijke gesprek<br />
waarin dit vermoeden aan de ouder of verzorger wordt verteld. Een elektronisch registratiesysteem<br />
is opgezet, nieuwe protocollen zijn geschreven en een coördinator signalering kindermishandeling<br />
is aangesteld. Tijdens een minisymposium kregen alle belangstellenden uitgebreide<br />
achtergrondinformatie. Ook dit project werd mede mogelijk door de LPT-gelden van de zorgverzekeraars.<br />
Verwenavond (ex)borstkankerpatiënten<br />
Het mammateam van het <strong>Diakonessenhuis</strong> organiseerde voor het tweede jaar een verwenavond<br />
voor (ex)borstkankerpatiënten. Ruim 150 mensen namen deel aan het uitgebreide en gevarieerde<br />
programma. De creatieve workshops, ontspannende behandelingen en make-up adviezen<br />
trokken veel belangstelling. Op de grote informatiemarkt konden bezoekers terecht voor<br />
informatie over ziektegerelateerde producten, zoals borstprotheses, (op maat gemaakte) lingerie,<br />
pruiken en mooie hoeden. In de vergaderzalen vonden doorlopend lezingen plaats over voeding<br />
bij kanker, hormonale therapie, de psychologische verwerking van kanker en de gevolgen<br />
van chemotherapie. In het restaurant stonden verschillende organisaties en <strong>stichting</strong>en uit de<br />
regio. Hier kon men terecht voor informatie over psychosociale zorg bij en na het doormaken<br />
van kanker, informatie over lotgenotencontact en specifieke informatie voor bijvoorbeeld jonge<br />
vrouwen met borstkanker. Uit de reacties na afloop viel op te maken dat de – overwegend vrouwelijke<br />
– bezoekers zeer enthousiast waren over de avond.<br />
Huisartsensymposium over colorectale maligniteit<br />
Chirurgen en MDL-artsen boden zo’n honderd huisartsen een interessante avond aan rond de<br />
patiënt met darmkanker. MDL-arts Ronald Breumelhof legde met cijfers en feiten de basis voor<br />
de avond. Het aantal patiënten met colorectale maligniteit stijgt. Momenteel zijn er zo’n 10.000<br />
nieuwe patiënten per jaar, in 2015 zijn dat er naar verwachting 14.000. Een vroege diagnose door<br />
bevolkingsonderzoek en adequate diagnostiek bij de bekende alarmsymptomen is van groot<br />
belang. Chirurg Paul Davids liet zien hoe laparoscopische chirurgie bij colorectale maligniteit in<br />
zijn werk gaat. De voordelen van deze behandeling zijn evident: minder pijn, kortere opname<br />
en sneller herstel. Maar de operatie duurt langer en is technisch moeilijker. Dit vraagt dus zeer<br />
specifieke expertise, die in het <strong>Diakonessenhuis</strong> aanwezig is. Voor en na de operatie neemt de<br />
patiënt deel aan het colonherstelprogramma, waarbij voorlichting door MDL-verpleegkundigen<br />
38 j a a rd o c u m e n t <strong>stichting</strong> diak o n e s s e n h u i s <strong>2008</strong> b e l e i d, inspanningen en pre s t a t i e s 39
Bewegingsprogramma’s voor COPD- en hartfalenpatiënten<br />
Kortademigheid, een slechte conditie, benauwdheid: symptomen die vaak voorkomen bij<br />
COPD- en hartfalenpatiënten. Regelmatig bewegen is een prima manier om de dagelijkse bezigheden<br />
weer beter te kunnen uitvoeren. Het <strong>Diakonessenhuis</strong> biedt daarom – mede dankzij LPTfinanciering<br />
– speciale bewegingsprogramma’s aan. Een groep mensen met hartfalen traint drie<br />
maanden lang eenmaal per week, onder begeleiding van een fysiotherapeut. Voor, tijdens en na<br />
deze periode worden de patiënten intensief getest. Na afloop blijkt hun uithoudingsvermogen<br />
significant verbeterd.<br />
Het revalidatieprogramma op de longafdeling duurt ook drie maanden en is bestemd voor mensen<br />
met een ernstige vorm van COPD. Longarts, diëtist en fysiotherapeut werken in dit programma<br />
nauw samen. De revalidatie bestaat naast voedingsadvies en medicijnen uit een intensief<br />
bewegingsprogramma. Drie keer per week krijgt een groep van vijftien patiënten anderhalf uur<br />
training onder begeleiding van een fysiotherapeut. Ook deze groep wordt voor, tijdens en na de<br />
trainingsperiode uitvoerig getest, met positief resultaat.<br />
Noninvasieve beademing COPD-patiënten<br />
COPD-patiënten met een plotselinge verergering (exacerbatie) van hun ziekte kunnen sinds<br />
begin <strong>2008</strong> niet alleen op de IC, maar ook op de verpleegafdeling ondersteuning krijgen met<br />
noninvasieve beademing (NPPV). NPPV ondersteunt de ademhaling met positieve druk via een<br />
gezichtsmasker. Uit onderzoek blijkt dat NPPV leidt tot een snellere afname van kortademigheid,<br />
een kortere opnameduur en minder kans op overplaatsing naar een intensieve zorgafdeling.<br />
Internationaal zien deskundigen NPPV daarom ook als de grootste doorbraak sinds de vernevelingen<br />
en de steroïden bij de behandeling van exacerbatie COPD. De longartsen en intensivisten<br />
van het <strong>Diakonessenhuis</strong> lopen hiermee voorop in de regio.<br />
Sterilisatie van mannen in single visit<br />
Mannen die ouder zijn dan dertig jaar kunnen zich - zonder voorafgaand intakegesprek - tijdens<br />
één bezoek laten steriliseren als zij aan bepaalde voorwaarden voldoen. Uiteraard blijft<br />
ook de standaardvariant mogelijk: polikliniekbezoek en enkele weken later de behandeling.<br />
en de eigen invloed op het herstel door de patiënt zeer positief werken. Ook de transanale endoscopische<br />
microchirurgie (TEM), de chirurgische behandeling van levermetastasen en de verbeteringen<br />
in de chemotherapie kwamen aan bod. Chirurgen en MDL-artsen kondigden aan de<br />
MDL-zorg nog verder te stroomlijnen, zodat elke patiënt met een buikprobleem via triage langs<br />
één telefoonnummer goed en snel geholpen kan worden.<br />
Gezonde verbeelding bij hartoperaties<br />
Met ontspanningsoefeningen en voorlichting bereidt de afdeling cardiologie hartpatiënten voor<br />
op een openhartoperatie. Uit onderzoek blijkt dat deze oefeningen in combinatie met voorlichting<br />
over angst en stress een gunstig effect hebben. Er treedt ook kostenbesparing op: minder<br />
postoperatieve pijnmedicatie, sneller herstel, kortere ligduur. Als een van de eerste ziekenhuizen<br />
in Nederland nam het <strong>Diakonessenhuis</strong> daarom in <strong>2008</strong> de cd ‘Gezonde verbeelding bij hartoperaties’<br />
(ontwikkeld in samenwerking met het Van Praag Instituut) als mind-bodytechniek op in<br />
het zorgaanbod. De operaties zelf vinden plaats in het UMC Utrecht of het St. Antonius Ziekenhuis<br />
in Nieuwegein, maar de voor- en nazorg is in handen van de afdeling cardiologie van het<br />
<strong>Diakonessenhuis</strong>.<br />
VNUS Closure voor spataderen<br />
Vaatchirurgen en dermatologen van het <strong>Diakonessenhuis</strong> hebben hun kennis en deskundigheid<br />
op het gebied van spataderen gebundeld. Zeker 10% van de bevolking heeft last van spataderen,<br />
vooral vrouwen en ook al op jonge leeftijd. In 80% van de gevallen is het erfelijk. Zwangerschappen,<br />
zwaarlijvigheid en beroepen waarbij lang achtereen gestaan of gezeten moet worden, zijn<br />
de belangrijkste risicofactoren. Een betrouwbare, veilige en minimaal invasieve poliklinische methode<br />
van spataderbehandeling is de VNUS Closure. De vaatspecialisten van het <strong>Diakonessenhuis</strong><br />
hebben op basis van wetenschappelijk onderzoek voor deze methode gekozen.<br />
Netwerk looptherapie<br />
De afdeling vaatchirurgie van het <strong>Diakonessenhuis</strong> heeft in <strong>2008</strong> een regionaal netwerk looptherapie<br />
opgezet voor patiënten met perifeer arterieel vaatlijden (PAV), ofwel etalagebenen.<br />
Deze aandoening gaat gepaard met veel pijn, waardoor mensen soms nog geen vijftig meter<br />
vooruit kunnen komen. Ruim dertig fysiotherapiepraktijken in de regio zijn door het ziekenhuis<br />
geschoold in het geven van looptherapie, zodat patiënten twee keer per week terechtkunnen bij<br />
een praktijk in de buurt. Looptherapie verbetert de algemene conditie en de manier van lopen,<br />
waardoor mensen op den duur weer steeds verder kunnen lopen.<br />
Zorg voor kwetsbare ouderen<br />
De vergrijzing in Nederland neemt toe, ook in het verzorgingsgebied van het <strong>Diakonessenhuis</strong>.<br />
Het <strong>Diakonessenhuis</strong> stelde zich daarom enkele jaren geleden al de uitdaging om de zorg aan<br />
kwetsbare ouderen te verbeteren. In <strong>2008</strong> volgde aansluiting bij het Nationaal Programma<br />
Ouderenzorg en zijn een aantal mijlpalen gerealiseerd, zoals het diagnostisch dagcentrum<br />
ouderengeneeskunde (DDO) en een valpreventieprogramma.<br />
Het DDO is een dagcentrum voor ouderen met problemen bij wie een normaal polikliniekbezoek<br />
niet toereikend is. De patiënt komt een hele dag naar het DDO. Een multidisciplinair team<br />
40 j a a rd o c u m e n t <strong>stichting</strong> diak o n e s s e n h u i s <strong>2008</strong> b e l e i d, inspanningen en pre s t a t i e s 41
engt de problemen in kaart en de patiënt gaat, aan het eind van de dag, met een diagnose en<br />
behandelplan naar huis. Bij het DDO kunnen patiënten terecht voor valdiagnostiek, geheugendiagnostiek<br />
en sinds 2009 ook polyfarmacie - het gebruik van vijf of meer verschillende geneesmiddelen.<br />
Ouderen die het afgelopen jaar zonder duidelijke oorzaak twee of meer keer zijn gevallen, komen<br />
in aanmerking voor valdiagnostiek. Tijdens dit spreekuur onderzoekt de geriater de patiënt<br />
en bepaalt de risicofactoren om te vallen. De geriatrische verpleegkundige neemt een uitgebreide<br />
valanamnese af en een fysiotherapeut doet samen met de patiënt loopoefeningen. In<br />
een multidisciplinair overleg komen zij tot een advies dat ze aan het eind van het bezoek aan het<br />
DDO Valdiagnostiek met de patiënt bespreken, zoals een bezoek aan de oogarts, looptraining of<br />
een verandering in medicatie.<br />
In <strong>2008</strong> ontving de polikliniek geheugendiagnostiek haar vijftigste patiënt. Elke donderdag kunnen<br />
daar twee mensen met geheugenproblemen terecht. Geriater, neuroloog en gespecialiseerde<br />
verpleegkundigen onderzoeken de patiënt, onder meer met verschillende diagnostische<br />
tests. Na multidisciplinair overleg volgt ’s middags het adviesgesprek met de patiënt en diens<br />
familie. Het is een intensieve, soms confronterende dag. De zorgvuldige begeleiding en de duidelijkheid<br />
na afloop worden bijzonder gewaardeerd, blijkt uit tevredenheidsonderzoek.<br />
Verpleegkundigen op risicoafdelingen zijn geschoold in het voorkomen van vallen. Er is een intern<br />
netwerk valpreventie opgericht, dat bestaat uit verpleegkundigen die als aandachtsfunctionaris<br />
het valpreventieprogramma op alle risicoafdelingen zullen implementeren.<br />
Informatieavond over multiple sclerose (MS)<br />
Multiple sclerose: leven met ups en downs. Dat was het thema van de informatieavond over<br />
MS in Zeist in november, georganiseerd door de afdeling neurologie. Mensen met MS voelen<br />
zich elke dag anders. Op de informatiemarkt stonden patiëntenverenigingen, vertegenwoordigers<br />
van het loket WMO van de gemeente Zeist en de afdelingen fysiotherapie, ergotherapie<br />
en logopedie. Centraal stonden vier korte presentaties. Neuroloog Roderick Blom vertelde over<br />
de eerste symptomen, diagnostiek en behandelmogelijkheden van MS. MS-verpleegkundigen<br />
Maya Hofstra en Willeke Admiraal behandelden het beloop en de gevolgen van de ziekte in het<br />
dagelijks leven. Bert Kap, revalidatiearts in het <strong>Diakonessenhuis</strong> en in de Hoogstraat, gaf informatie<br />
over de multidisciplinaire revalidatiemogelijkheden in de Hoogstraat. Een medewerker van<br />
de gemeente Zeist lichtte de WMO toe. Na afloop waren er veel positieve reacties van bezoekers.<br />
Zo’n informatieavond voorziet duidelijk in een behoefte.<br />
Nieuwe bereidingsunit in ziekenhuisapotheek<br />
Eind november werd de nieuwe bereidingsunit in Utrecht in gebruik genomen. Het bereiden van<br />
medicijnen vond jarenlang plaats in een te kleine ruimte, die niet langer voldeed aan de strenge<br />
kwaliteitseisen van deze tijd. Een confronterend gesprek met de Inspectie gaf de aanzet tot<br />
een ingrijpend verbouwingsproject. De nieuwe bereidingsunit is daarvan een eerste resultaat.<br />
De lucht en hygiënische omstandigheden zijn hier zodanig dat bacteriële besmetting vrijwel is<br />
uitgesloten. Een aantal veelgebruikte perfusorspuiten voor de afdeling Intensive Care – en op<br />
termijn ook voor de OK en andere verpleegafdelingen – kunnen nu onder optimale omstandigheden<br />
in de apotheek worden bereid. De kant-en-klare spuiten zijn bovendien voorzien van een<br />
etiket met barcode, zodat ook fouten door slecht leesbare etiketten worden voorkomen. Al met<br />
al is een grote vooruitgang geboekt voor de medicatieveiligheid. Ook dit project is mede mogelijk<br />
gemaakt door de LPT-gelden van zorgverzekeraars.<br />
Presentatie LPT-projecten<br />
In het voorjaar van <strong>2008</strong> nodigde het <strong>Diakonessenhuis</strong> zorgverzekeraars en vertegenwoordigers<br />
van patiëntenverenigingen voor het eerst uit voor het zogeheten driehoeksoverleg. Het <strong>Diakonessenhuis</strong><br />
wil hiermee de onderhandelingen over de lokale productiegebonden toeslag (LPT)<br />
ondersteunen. Tijdens de bijeenkomst presenteerden medewerkers van het <strong>Diakonessenhuis</strong><br />
een groot aantal innovatieve zorgprojecten. Zo kwamen de vier instrumenten in het klantwaardenmodel<br />
aan bod, te weten de Quick Scan vragenzuil, focusgroep, shadowing en patiëntenbuddy.<br />
De signalering van kindermishandeling, het senior friendly hospital en ondervoeding zijn<br />
drie voorbeelden van ingediende projecten. Zowel de zorgverzekeraars als de patiëntenvertegenwoordigers<br />
waren enthousiast over het driehoeksoverleg en namen de geboden informatie<br />
graag ter harte.<br />
Tot slot: blijken van waardering in <strong>2008</strong><br />
• Het <strong>Diakonessenhuis</strong> stond weer op nummer 1 in de AD Ziekenhuis Top-100.<br />
• De afdeling verloskunde/couveuses behaalde het WHO/Unicef borstvoedingscertificaat.<br />
• Patiënten gaven opnieuw hun Vaatkeurmerk aan de afdeling vaatchirurgie.<br />
• De kinderdagbehandeling kreeg een Smiley van de vereniging Kind en Ziekenhuis.<br />
• Het reanimatieteam won opnieuw de eerste prijs in de Nationale Reanimatie Competitie.<br />
• Het CCKL-auditbezoek aan het laboratorium medische microbiologie en immunologie<br />
verliep positief.<br />
4.4 Inspanningen en prestaties ondersteuning patiëntenzorg<br />
4.4.1 Geestelijke verzorging<br />
Een ziekenhuisopname maakt dat mensen op zichzelf worden teruggeworpen.<br />
Het is vaak een crisissituatie die iets doet met iemands levensoriëntatie en -perspectief. Het is<br />
dan van belang dat er mensen zijn die hiervoor oog en oor hebben en samen met de patiënt zoeken<br />
naar zin en betekenis. Een zinsperspectief, al dan niet religieus, is bepalend voor hoe mensen<br />
kunnen omgaan met ziekte en lijden. Dit is de specialiteit van de geestelijk verzorger.<br />
De geestelijk verzorger is te vergelijken met een ‘mental coach’ voor mensen die een topprestatie<br />
moeten leveren, zowel fysiek als geestelijk. Dit is immers wat wordt gevraagd van mensen als<br />
ziekte inbreekt in hun leven.<br />
Gezien de steeds korter wordende opnameduur hebben de geestelijk verzorgers zich gespecialiseerd<br />
in gesprekken die snel tot de kern komen. Daarnaast is geestelijke verzorging juist ook<br />
ingesteld op begeleiding van mensen die onverhoopt langer in het ziekenhuis liggen, om hen te<br />
begeleiden, soms tot sterven aan toe. De geestelijk verzorgers bezochten dit jaar 1500 patiënten<br />
en legden 3000 bezoeken af met 2.46 fte. Ook vinden er wekelijks in Utrecht en Zeist kerkdiensten<br />
plaats. Er is dus duidelijk vraag naar geestelijke verzorging. Verder valt op dat geestelijke<br />
verzorging aan mensen zonder kerkelijke achtergrond of die niet religieus zijn, significant is toegenomen<br />
(zie figuur 14, 15 en 16).<br />
42 j a a rd o c u m e n t <strong>stichting</strong> diak o n e s s e n h u i s <strong>2008</strong> b e l e i d, inspanningen en pre s t a t i e s 43
Figuur 14 Jaarcijfers geestelijke verzorging Utrecht en Zeist<br />
Figuur 15 Geloof/levensbeschouwing in <strong>2008</strong><br />
Figuur 16 Kerkdienstbezoek Utrecht<br />
2006 2007 <strong>2008</strong><br />
Aantal bezochte personen 1813 1385 1479<br />
Aantal gesprekken 2994 2993 3068<br />
Semafoonoproepen 17 geen gegevens 26<br />
PKN 477 Moslim 13<br />
RK 359 Hum 1<br />
Ev 24 Anders 53<br />
G.Gez 16 Geen 74<br />
Rem 16 Onbekend 376<br />
2006 2007 <strong>2008</strong><br />
Aanmeldingen 1047 1091 1172<br />
Aantal kerkbezoekers 780 808 850<br />
De vakgroep geestelijke verzorging is goed ingebed in de organisatie. Geestelijk verzorgers zitten<br />
in verschillende commissies en vervullen verschillende functies.<br />
• Deelname ethische commissie. De ethische commissie organiseerde tweemaal een ‘Ethiek<br />
café’ over palliatieve sedatie. Daaruit voortvloeiend startte op verschillende afdelingen<br />
moreel beraad, zowel in Utrecht als in Zeist. Een geestelijk verzorger verleende hieraan<br />
medewerking.<br />
• Klankbordwerkgroep multiculturele en religieuze zorg (twee geestelijk verzorgers). Met LPTgelden<br />
is samen met andere disciplines een symposium georganiseerd over multiculturele<br />
en religieuze zorg.<br />
• Vertrouwenspersoon. Eén geestelijk verzorger vervulde deze functie.<br />
• Lidmaatschap medische staf. Eén geestelijk verzorger vertegenwoordigde de vakgroep.<br />
• Klinische lessen. Verpleegkundigen en arts-assistenten hebben les gekregen over geestelijke<br />
verzorging en multiculturele en religieuze zorg.<br />
• Intervisie. Er was intervisie met oncologieverpleegkundigen op de locatie Zeist.<br />
• Ondersteuning medewerkers. Bij ethische dilemma’s of traumatische ervaringen rond de<br />
patiëntenzorg geven geestelijk verzorgers ondersteuning aan medewerkers.<br />
Verdere bijzonderheden<br />
• Geestelijke verzorging is in <strong>2008</strong> geauditeerd.<br />
• Vanuit de beroepsvereniging VGVZ is een register voor geestelijk verzorgers geopend met<br />
het oog op (her)registratie en kwaliteitsbewaking.<br />
• In Zeist is het tienjarig bestaan van het Stiltecentrum feestelijk gevierd op 5 oktober met een<br />
kerkdienst, in aanwezigheid van de voorzitter van de Raad van Bestuur en de burgemeester<br />
van Zeist.<br />
• In oktober <strong>2008</strong> werd de voorzitter van de Raad van Bestuur leidinggevende van de geestelijke<br />
verzorging.<br />
4.4.2 Facilitaire voorzieningen<br />
Het facilitair bedrijf zette in <strong>2008</strong> een nieuwe koers in, die in 2009 verder vorm krijgt. Vanuit de<br />
speerpunten klant, medewerkers en bedrijfsvoering worden verbeteringen in gang gezet die<br />
ook in de ondersteuning van de patiëntenzorg zichtbaar worden. Individuele patiëntenzorg<br />
vraagt om maatwerk. Ook van voorzieningen die het facilitair bedrijf aan de patiënt levert. De<br />
broodbuffetwagen die men in Zeist gebruikt en die momenteel in Utrecht wordt ingevoerd is<br />
hiervan een goed voorbeeld. De klinische patiënt kan zelf aangeven waarin hij trek heeft. Het<br />
blijkt dat de patiënt daardoor beter eet, wat de behandeling ten goede komt.<br />
Naast voeding heeft het facilitair bedrijf een belangrijke taak in het voorkomen van blootstelling<br />
aan ziektekiemen. Via intensieve samenwerking met de afdeling hygiëne en infectiepreventie<br />
worden werkmethodieken verbeterd, waardoor beter wordt schoongemaakt. Een groot project<br />
als de invoering in <strong>2008</strong> van het microvezelsysteem is hiervan een concreet voorbeeld. Bij dit<br />
systeem worden voor elke kamer schone doeken gebruikt. De doeken worden niet in een emmer<br />
uitgespoeld, dus eventueel aanwezige micro-organismen worden niet via het sop of de uitgespoelde<br />
werkdoek verspreid. De kans op kruisbesmetting is daardoor minimaal. Het gereinigde<br />
oppervlak blijft met microvezel ook nagenoeg droog achter, waardoor de kans op valincidenten<br />
door uitglijden op een natte vloer aanzienlijk kleiner wordt. Omdat het systeem geen reinigingsmiddelen<br />
gebruikt, is een besparing tot 50% op chemicaliën haalbaar. Naast een belangrijke<br />
kostenbesparing komt dat vooral ten goede aan het milieu.<br />
Het is in het belang van de patiënt en van de organisatie te beschikken over faciliteiten en voorzieningen<br />
van goede kwaliteit, maar waarvoor zo laag mogelijke kosten worden doorberekend.<br />
Het facilitair bedrijf startte in <strong>2008</strong> met het maken van realistische kostprijsberekeningen. Dit<br />
geeft een beter inzicht in de prijs van het geleverde product. Kwaliteit en prijs zijn op zijn minst<br />
marktconform. De activiteiten van het facilitair bedrijf worden door het samenwerkingsproject<br />
met het UMC Utrecht naar een hoger plan getrokken. Vakmensen vanuit het UMC Utrecht<br />
worden ingezet in het <strong>Diakonessenhuis</strong> en passen hun expertise toe. In ruil daarvoor biedt het<br />
<strong>Diakonessenhuis</strong> hun ontwikkelingskansen, doordat zij nieuwe ervaring opdoen in een ander<br />
ziekenhuis. Het <strong>Diakonessenhuis</strong> is bezig zijn inkoopfunctie grotendeels uit te besteden naar het<br />
UMC Utrecht, waarbij nog wordt uitgewerkt om welke activiteiten het gaat.<br />
Door kunst in huis krijgt het ziekenhuis een aangename uitstraling, wat bijdraagt aan ieders welbevinden.<br />
De kunstcommissie stimuleert dat door openbare ruimtes te verlevendigen met kunst.<br />
Met de kunstuitleen is in <strong>2008</strong> een nieuw contract voor beide locaties getekend. Daarnaast gaan<br />
de tijdelijke exposities gewoon door. Vanwege de verbouwingen waren in Zeist tijdelijk geen<br />
extra exposities mogelijk.<br />
Patiënten moeten zich veilig weten in het <strong>Diakonessenhuis</strong>. Helaas zijn niet alle incidenten te<br />
voorkomen, zoals vermissing en diefstal van persoonlijke eigendommen. Het ziekenhuis met<br />
zijn open structuur is daartegen niet volledig te beveiligen. Door het inzetten van beveiliging en<br />
toepassen van gebouwgebonden maatregelen als compartimentering, wordt de werk- en ver-<br />
44 j a a rd o c u m e n t <strong>stichting</strong> diak o n e s s e n h u i s <strong>2008</strong> b e l e i d, inspanningen en pre s t a t i e s 45
niet enkel meer om het opleiden van individuele professionals (teaching), maar ook om het ontwikkelen<br />
van een leerwerkplaats waar professionals met en van elkaar leren. Een plek waar zij<br />
samen kennis ontwikkelen ter verbetering en innovatie van de zorg.<br />
‘Teaching & learning hospital <strong>2008</strong>-2012’ omvat vier resultaatgebieden. Die zijn in onderstaande<br />
tabel schematisch weergegeven, in onderlinge samenhang.<br />
Figuur 17 Teaching & Learning Hospital <strong>2008</strong>-2012<br />
Zorgprofessionals<br />
Prof. onderst. diensten<br />
1 Werkend leren<br />
Bekwaam worden (kwalificeren)<br />
2 Onderzoekend werkend leren<br />
Kennis ontwikkelen en productief maken<br />
4 Organisatieontwikkeling<br />
Leiderschapsontwikkeling<br />
Projectmatig werken<br />
Kwaliteit en veiligheid<br />
3 Werkend verder leren<br />
Bekwaam blijven - Vervolgkwalificaties - Loopbaanontwikkeling<br />
blijfsomgeving veiliger. De kans op vermissing of diefstal van persoonlijke eigendommen nam in<br />
<strong>2008</strong> af. Ook is minder vaak melding gemaakt van ongewenst gedrag. De in <strong>2008</strong> nieuw ontwikkelde<br />
medewerkerspas met foto moet fors gaan bijdragen aan de sociale controle en dus de veiligheid.<br />
De doorgevoerde optimalisering van de bedrijfshulpverlening maakt dat medewerkers<br />
adequaat kunnen reageren bij een incident of calamiteit.<br />
4.4.3 Opleidingen<br />
Businessplan<br />
In 2007 is een visie en benadering ontwikkeld voor het concretiseren van de ambitie van het<br />
<strong>Diakonessenhuis</strong> om een teaching & learning hospital te worden. In <strong>2008</strong> is daaraan inhoud gegeven,<br />
zijn werkwijzen veranderd en processen opnieuw ingericht.<br />
Om het teaching & learningconcept verder te implementeren en te borgen, is het voor de komende<br />
jaren belangrijk te inspireren en te verbinden. Dan gaat het om het verbinden van mensen,<br />
thema’s en belangen en het steeds beter op elkaar afstemmen van vraag en aanbod. Opleiden,<br />
leren en ontwikkelen wordt dan ook geplaatst in de context van personeels- en loopbaanontwikkeling.<br />
Van belang is de ontwikkeling van een samenhangend geheel van personeelsinstrumenten,<br />
die de medewerkers ook als een logisch, ondersteunend geheel moeten ervaren.<br />
In <strong>2008</strong> is een businessplan gemaakt, waarbij de missie, visie, organisatiedoelen en kernwaarden<br />
van het <strong>Diakonessenhuis</strong> het kader vormen. Deze richten zich op het optimaliseren van het vakmanschap<br />
en het bevorderen van een productief en uitnodigend leerklimaat. In dit businessplan<br />
is de ambitie van het <strong>Diakonessenhuis</strong> vastgelegd een teaching, learning en research hospital te<br />
worden; een lerend ziekenhuis waar patiëntgebonden onderzoek plaatsvindt. De toevoeging<br />
‘learning en research’ is essentieel, omdat die een nieuw, breder perspectief inbrengt. Het gaat<br />
Op basis van het Businessplan zijn in <strong>2008</strong> de volgende resultaten bereikt:<br />
Leiderschap<br />
In <strong>2008</strong> is een visie op leiderschap ontwikkeld en zijn competenties benoemd die belangrijk<br />
zijn voor leidinggevenden binnen het <strong>Diakonessenhuis</strong>. De centrale vraag was: welk type leiderschap<br />
is nodig om leiding te geven aan het primaire proces, uitgaande van de visie, missie,<br />
kernwaarden en organisatiedoelstellingen. Deze visie diende in <strong>2008</strong> als leidraad bij gesprekken<br />
tussen deelnemers aan het leermenu leiderschap en hun leidinggevende.<br />
Bibliotheek<br />
De medische bibliotheek ging een traject in van ver(der)gaande digitalisering. Zo is er in <strong>2008</strong><br />
een loket op het Diakweb gemaakt, van waaruit medewerkers een aantal tijdschriften en boeken<br />
online kunnen inzien. Verder wordt verwezen naar links, zoals PubMed, UptoDate en the Cochrane<br />
Library. Ook zijn diverse online abonnementen aangeschaft en vindt ook de attendering<br />
per mail plaats.<br />
Leerwerkplaats<br />
In <strong>2008</strong> vonden twintig studenten een stageplek op de leerwerkplaats bij de afdeling neurologie.<br />
Dit zijn studenten uit het derde en vierde leerjaar, zowel van de Hogeschool Utrecht als van het<br />
ROC Midden-Nederland. Acht studenten vonden na afloop een baan in het <strong>Diakonessenhuis</strong>.<br />
Verbeteren leerklimaat<br />
In <strong>2008</strong> zijn binnen patiëntencategorieën twaalf nieuwe decentrale praktijkopleiders geïnstalleerd.<br />
Deze functie wordt gekoppeld aan een professional, die werkzaam is in de praktijk en gedeeltelijk<br />
is vrijgemaakt voor praktijkopleiderstaken. Samen met de opleidingsadviseurs zorgen<br />
de praktijkopleiders voor een optimale verbinding tussen leren en werken in de praktijk.<br />
46 j a a rd o c u m e n t <strong>stichting</strong> diak o n e s s e n h u i s <strong>2008</strong> b e l e i d, inspanningen en pre s t a t i e s 47
Leermenu leiderschap<br />
In 2007 is onder de noemer ‘Leermenu leiderschap <strong>2008</strong>’ een (door)start gemaakt om het leiderschap<br />
van alle managers in het ziekenhuis te vergroten. Directe aanleiding was ook de nieuwe<br />
organisatiestructuur in patiëntencategorieën en de bijbehorende nieuwe managementniveaus<br />
teamhoofd en zorgondernemer. Daarnaast past dit bij een van de peilers van het <strong>Diakonessenhuis</strong>:<br />
het duurzaam ontwikkelen van medewerkers.<br />
De eerste leergang bestond uit twaalf trainingen op het gebied van kernwaarden, bedrijfsvoering<br />
en personeelsmanagement, zoals de modules verandermanagement, onderhandeling en<br />
conflicthantering, of verzuim en reïntegratie. Naast het aanleren van kennis en vaardigheden<br />
is een belangrijk doel om met elkaar te leren en leidinggevenden binnen het <strong>Diakonessenhuis</strong><br />
meer met elkaar te verbinden en de samenhang te bevorderen.<br />
Aan het programma <strong>2008</strong> namen 120 leidinggevenden (van de 130) deel. De leergang <strong>2008</strong> is<br />
positief geëvalueerd (met een 8,2 gemiddeld) en er is grote vraag naar een vervolg.<br />
Teamontwikkeltrajecten<br />
Om ontwikkeling binnen teams tot stand te brengen, vond in <strong>2008</strong> op achttien afdelingen een<br />
teamontwikkeltraject plaats. Deze waren veelal gericht op het invullen van de kernwaarden gastvrij,<br />
ondernemerschap en resultaatgericht en ook op communicatie en samenwerking. In teamontwikkeltrajecten<br />
wordt werken en leren nadrukkelijk met elkaar verbonden.<br />
Softwaretrainingen<br />
In <strong>2008</strong> volgden 230 medewerkers een training in het gebruik van het elektronische ziekenhuisinformatiesysteem.<br />
Vooral nieuwe medewerkers volgden deze maandelijks aangeboden training<br />
in het gebruik van verschillende softwareapplicaties. Het ging om de volgende gebruikersgroepen:<br />
artsen, arts-assistenten, medewerkers polikliniek en kliniek.<br />
Kwaliteit<br />
• In <strong>2008</strong> waren er trainingen voor auditoren en secretaresses ter voorbereiding van de NIAZaccreditatie.<br />
• De vakgroep heelkunde startte in september met een digitaal portfolio, waarin aio’s nauwkeuriger<br />
worden begeleid en beoordeeld. Een digitaal portfolio zorgt voor een overzicht van<br />
verschillende beoordelingen, zoals aantal operaties, klinisch functioneren, technisch handelen<br />
en gespreksvoering.<br />
Veiligheid<br />
Op het gebied van veiligheid vinden vele scholingen en trainingen plaats. Enkele voorbeelden:<br />
een programma om kindermishandeling te signaleren, veilig werken met cytostatica, weerbaarheidstrainingen,<br />
valpreventie, veilig incident melden (VIM) en bedrijfshulpverlening.<br />
Bedrijfshulpverlening<br />
In 2007 startte het facilitair bedrijf met de opzet van een BHV-organisatie (bedrijfshulpverlening)<br />
binnen het <strong>Diakonessenhuis</strong>. Scholing van bedrijfshulpverleners en instructie van overige medewerkers<br />
vormen daarbij een substantieel onderdeel. Eind <strong>2008</strong> werden 254 van de 350 BHV’ers<br />
getraind.<br />
Om alle medewerkers op de hoogte te houden van de actuele procedure bij calamiteiten en<br />
incidenten, werden aanvankelijk bijeenkomsten georganiseerd in het UMC Utrecht (in samenwerking<br />
met hulpdiensten). Inmiddels is dit geïntegreerd in de afdelingsinstructie en -oefening.<br />
Sinds 1 januari 2009 is ook een veiligheidsinstructie opgenomen in de introductiedag.<br />
E-learning en voorbehouden handelingen<br />
In <strong>2008</strong> is met ondersteuning van LPT-gelden een leermanagementsysteem gekocht ten behoeve<br />
van voorbehouden handelingen en verpleegkundig rekenen.<br />
Kindermishandeling<br />
In <strong>2008</strong> volgden 160 medewerkers de workshop kindermishandeling.<br />
4.4.4 ICT<br />
De rol van ICT groeit sterk in het <strong>Diakonessenhuis</strong>. Zonder goed functionerende ICT-voorzieningen<br />
valt het ziekenhuis in korte tijd stil, of wordt het geplaagd door beveiligingslekken. Veel verbeteringsplannen<br />
in het primaire proces leunen sterk op ICT-ondersteuning. Deze strategische<br />
rol van ICT komt tot uiting in de volgende ontwikkelingen in <strong>2008</strong>.<br />
Meerjarenbeleidsplan<br />
In een meerjarenbeleidsplan zijn in <strong>2008</strong> de inhoudelijke en financiële kaders vastgelegd voor<br />
de ICT-ontwikkeling in de komende vier jaar. Daarmee wordt richting gegeven aan initiatieven<br />
op vele gebieden en voorkomen dat er een inefficiënte en dure lappendeken ontstaat van losstaande<br />
applicaties. Vooral onderwerpen als de ontwikkeling van het elektronisch patiëntendossier<br />
(EPD), transmurale communicatie en gegevensbeveiliging worden onder de centrale regie<br />
van dit meerjarenbeleid geplaatst. Verder houdt het beleidsplan vast aan de sterk doorgevoerde<br />
standaardisatie van de infrastructuur. Deze standaardisatie wierp samen met de investeringen<br />
48 j a a rd o c u m e n t <strong>stichting</strong> diak o n e s s e n h u i s <strong>2008</strong> b e l e i d, inspanningen en pre s t a t i e s 49
in overbodige apparatuur in <strong>2008</strong> zijn vruchten af in de vorm van vermindering van het aantal<br />
gemelde storingen, verhoging van de beschikbaarheid van systemen naar 99,4% en verdere verlaging<br />
van de beheerkosten van de infrastructuur. Het gebruik van de ICT-systemen groeide in<br />
<strong>2008</strong> zeer sterk, vooral te zien in het fors toegenomen netwerkverkeer en de behoefte aan server-<br />
en opslagcapaciteit. De mogelijkheden van de bestaande applicaties worden steeds beter<br />
benut, wat is te zien in de kostenstijging van applicatieontwikkeling en -beheer.<br />
Ontwikkeling EPD<br />
Het <strong>Diakonessenhuis</strong> versnelde de EPD-ontwikkeling in <strong>2008</strong>. Bij de spoedeisende hulp (SEH)<br />
en een verpleegafdeling gebruikte men al een papierloos dossier. In <strong>2008</strong> is het verpleegkundig<br />
dossier verder geïmplementeerd. Voorzieningen voor draadloze toepassing en mobiel werken<br />
zijn getest en in productie genomen. Eind <strong>2008</strong> beschikte 30% van de verpleegafdelingen over<br />
een draadloos elektronisch dossier.<br />
Voor het medisch deel van het EPD is bepalend dat de nieuwe polikliniek in Zeist wordt gebouwd<br />
zonder voorzieningen voor papieren dossiers. In <strong>2008</strong> startte een projectenprogramma, dat erop<br />
is gericht dat de specialismen die eind 2009 de nieuwe polikliniek betrekken hun bevindingen<br />
geheel elektronisch kunnen vastleggen. Er was een onderzoek naar het laten scannen van documenten<br />
om ook de bestaande papieren dossiers elektronisch te kunnen raadplegen. Inmiddels<br />
is ook de besluitvorming afgerond over nieuwe programmatuur voor het voorschrijven van medicatie.<br />
In 2009 start de polikliniek met deze programmatuur als onderdeel van het EPD.<br />
Op een aantal afdelingen zijn systemen die noodzakelijk zijn voor het EPD geïmplementeerd.<br />
Zo is een cardiovasculair systeem in gebruik genomen bij cardiologie en een systeem om deze<br />
beelden uit te wisselen met andere ziekenhuizen. De besluitvorming over een vernieuwd ECGsysteem<br />
werd in <strong>2008</strong> afgerond en leidt tot implementatie in 2009.<br />
Op de intensive care is besloten een nieuw PDMS (monitoringsysteem) te implementeren.<br />
Managementinformatie<br />
De gewijzigde besturingsfilosofie van het ziekenhuis vraagt om aangepaste managementrapportages.<br />
In nauwe samenwerking met de afdeling business control is in <strong>2008</strong> een samenhangende<br />
set rapportages ontwikkeld, waarbij zowel kosten als baten aan profitcenters worden<br />
doorbelast. De zorgondernemers in het ziekenhuis worden daarmee in staat gesteld te sturen op<br />
resultaat. Met de ontwikkelde rapportages wordt ervaring opgedaan in 2009, wat als uitgangspunt<br />
zal dienen bij de begrotingsbesprekingen voor 2010. In <strong>2008</strong> is een keuze gemaakt voor<br />
een set rapportagetools en een uitbreiding van het datawarehouse die het mogelijk maken om<br />
financiële, personele en capaciteitsgegevens in overzichten met elkaar te combineren. De bouw<br />
van een samenhangende set rapportages op basis van deze architectuur startte in <strong>2008</strong> en zal<br />
medio 2009 worden afgerond.<br />
Telecommunicatievoorzieningen<br />
Het ziekenhuis verwacht dat een decentralisatie van afspraken- en opnamebureaus kan leiden tot<br />
een verbetering van de service aan patiënten. Om in een gedecentraliseerde omgeving telefonisch<br />
toch goed bereikbaar te zijn, is de telefoniecentrale geheel gemoderniseerd en uitgebreid. In<br />
overleg met teamhoofden zijn per polikliniek doorschakelingen-op-maat ingericht. De leiding van<br />
de polikliniek kan inmiddels online de telefonische bereikbaarheid van het ziekenhuis volgen en<br />
bijsturen. Dit leidde tot aanpassingen in werkprocessen en verbetering van de bereikbaarheid.<br />
De communicatiemogelijkheden zijn verder uitgebreid, doordat het nu mogelijk is via teleconferencing<br />
te vergaderen, zowel extern als intern tussen de locaties Utrecht en Zeist.<br />
Transmurale communicatie<br />
Het <strong>Diakonessenhuis</strong> neemt samen met het St. Antonius Ziekenhuis, huisartsenposten (<strong>stichting</strong><br />
Primair) en huisartsenvereniging (kring Midden-Nederland) deel aan een koploperproject voor<br />
regionale gegevensuitwisseling. De geplande uitrol van aansluitingen en programmatuur vond<br />
niet plaats, mede door herbezinning op de koers binnen de kring Midden-Nederland.<br />
In <strong>2008</strong> is besluitvorming afgerond om met een zorgportaal en webservices te kunnen aansluiten<br />
op nieuwe regionale ontwikkelingen.<br />
Het pathologisch-anatomisch laboratorium verricht sinds half <strong>2008</strong> de onderzoeken voor het<br />
ziekenhuis in Tiel. Daarvoor is in <strong>2008</strong> een laboratoriumsysteem geïmplementeerd dat de workflow<br />
voor externe productie kan afhandelen. Het order- en uitslagenverkeer met de systemen in<br />
het Rivierenlandziekenhuis is geautomatiseerd.<br />
Beveiliging<br />
Doordat steeds meer gegevens elektronisch worden opgeslagen, verschuift de aandacht voor<br />
gegevensbeveiliging steeds meer naar ICT-voorzieningen. Er is een inventarisatie gemaakt van<br />
noodzakelijke acties in het kader van de NEN-norm gegevensbeveiliging. Het <strong>Diakonessenhuis</strong><br />
sluit zich aan bij de invulling volgens de startnorm, zoals de NVZ adviseert. In <strong>2008</strong> zijn de maatregelen<br />
genomen om aan die startnorm te voldoen, voor zover die al niet waren geïmplementeerd.<br />
Zo voerde het <strong>Diakonessenhuis</strong> in <strong>2008</strong> een strikt wachtwoordbeleid in.<br />
In <strong>2008</strong> is de brandbeveiliging in de centrale computerruimte in gebruik genomen en zijn veel<br />
netwerkcomponenten redundant uitgevoerd, zodat bij falen van een component automatisch<br />
wordt overgeschakeld op de reservecomponent.<br />
Samenvattend werden in <strong>2008</strong> de mogelijkheden van de in 2007 volledig gemoderniseerde infrastructuur<br />
volop in gebruik genomen en zijn de bouwstenen gelegd voor grote sprongen voorwaarts,<br />
vooral op het gebied van EPD-ontwikkeling in 2009.<br />
50 j a a rd o c u m e n t <strong>stichting</strong> diak o n e s s e n h u i s <strong>2008</strong> b e l e i d, inspanningen en pre s t a t i e s 51
4.4.5 HRM-beleid<br />
In <strong>2008</strong> realiseerde het <strong>Diakonessenhuis</strong> een aantal voorwaarden om een modern en adequaat<br />
HRM-beleid te ontwikkelen. Een belangrijke voorwaarde was het verbeteren van de brede administratieve<br />
en operationele dienstverlening, onder meer door een digitaal werving- en selectiesysteem,<br />
het digitaliseren van mutaties en verbeteren van de informatievoorzienning over regelingen<br />
in <strong>2008</strong>. Zo is een basis gelegd voor beleidsontwikkeling.<br />
Om richting te geven aan de ontwikkeling van HRM-beleid, zijn in <strong>2008</strong> vier strategische pijlers<br />
vastgesteld.<br />
• Duurzaam development: het <strong>Diakonessenhuis</strong> wil zich onderscheiden van zijn omgeving<br />
door duurzaam te investeren in leren en professionalisering van interne medewerkers.<br />
• Brede inzetbaarheid: het <strong>Diakonessenhuis</strong> wil vraag en aanbod van werk zodanig organiseren<br />
dat personeel breed inzetbaar is. Voortdurende samenwerking, flexibiliteit, gezondheid<br />
en talentontwikkeling staan daarbij voorop.<br />
• Eigen verantwoordelijkheid: het <strong>Diakonessenhuis</strong> wil in zijn cultuur ‘intrinsiek leiderschap’<br />
uitdragen, waardoor handelen, denken en communicatie met elkaar over de koers van de<br />
organisatie en ieders positie daarin een cruciale rol spelen.<br />
• Wederzijds commitment: het <strong>Diakonessenhuis</strong> wil in samenspraak over zijn werkgever- en<br />
werknemerschap maatwerk creëren, zodat zowel de geboeide als de verbonden medewerker<br />
zich persoonlijk aangesproken voelen en zich blijvend aan de organisatie committeren.<br />
Figuur 18 Dominante HRM thema’s op organisatieniveau<br />
Dominante HRM thema’s voor 2009<br />
• Personeelsplanning<br />
• Begeleiding van personeel<br />
• Leiderschapsontwikkeling<br />
• Opleiding & ontwikkeling<br />
• Functiestructurering<br />
• Gezondheidsmanagement<br />
Deze thema’s zijn in het laatste kwartaal van <strong>2008</strong> binnen de patiëntencategorieën en divisies<br />
vertaald in een sociale paragraaf, als onderdeel van het jaarplan. Vervolgens zijn deze omgezet<br />
in activiteitenplannen op afdelingsniveau. Hiermee is een start gemaakt met de koppeling van<br />
organisatiebeleid aan gerichte HRM-activiteiten.<br />
4.4.6 Nieuw- en verbouw en vastgoed<br />
Het <strong>Diakonessenhuis</strong> profileert zich als het ziekenhuis voor de stad Utrecht en de Utrechtse Heuvelrug,<br />
met traditioneel goede zorg en speerpunten op deelgebieden met een landelijke uitstraling.<br />
Om dat profiel waar te maken, heeft de organisatie diverse veranderingen ingezet en<br />
huisvestingsplannen opgesteld voor de locaties Utrecht en Zeist; deze bouwplannen worden<br />
momenteel uitgevoerd of voorbereid. De investeringen geven het ziekenhuis de ruimte om de<br />
zorgverlening te blijven faciliteren door huisvesting die de toekomstige ontwikkelingen in de<br />
zorg kan opvangen.<br />
Het <strong>Diakonessenhuis</strong> ontwikkelt voor de locatie Utrecht de huisvesting van de toekomst. De afgelopen<br />
jaren, inclusief <strong>2008</strong> is de locatie Zeist voor een belangrijk deel vernieuwd. Daar is een<br />
ziekenhuislocatie gecreëerd die op de lokale markt is toegesneden. Voor de locatie Utrecht zijn<br />
in <strong>2008</strong> bouwplannen uitgewerkt voor een nieuw acuut centrum.<br />
Het ziekenhuis is ondernemer geworden waar het gaat om zijn vastgoed. De veranderde wet- en<br />
regelgeving heeft mogelijkheden geschapen om vastgoed gericht in te zetten om de organisatiedoelen<br />
te verwezenlijken. Vanuit economisch perspectief betekent dit dat kapitaal moet worden<br />
ingezet om meerwaarde voor het ziekenhuis te creëren. In het strategisch vastgoedbeleid,<br />
dat is vastgesteld in <strong>2008</strong>, gaat de Raad van Bestuur uit van een verdere verbetering van de<br />
huisvesting van het ziekenhuis. Daarbij moet ruimte worden gemaakt voor verdere groei. Een<br />
belangrijk uitgangspunt is – mede gezien de ondernemingsrisico’s – dat de ziekenhuisfunctie de<br />
kosten van de huisvestingsplannen kan dragen.<br />
Het <strong>Diakonessenhuis</strong> hanteert de volgende uitgangspunten voor zijn vastgoedstrategie:<br />
• Het <strong>Diakonessenhuis</strong> hanteert specifieke locatieprofielen voor de twee ziekenhuislocaties.<br />
Het vastgoed heeft een ondersteunende rol om deze locatieprofielen zichtbaar en<br />
werkbaar te maken.<br />
• Aanwezigheid in de stad als stadsziekenhuis is een strategische keuze die bepalend is voor<br />
het <strong>Diakonessenhuis</strong> en zijn vastgoedstrategie.<br />
• Het <strong>Diakonessenhuis</strong> biedt de zorg aan vanuit integraal resultaatverantwoordelijke eenheden<br />
(RVE) die de zorgprocessen ziekenhuisbreed en over de locaties heen aansturen. De<br />
52 j a a rd o c u m e n t <strong>stichting</strong> diak o n e s s e n h u i s <strong>2008</strong> b e l e i d, inspanningen en pre s t a t i e s 53
Raad van Bestuur schept richtinggevende kaders waarbinnen deze RVE opereren. Voor vastgoedontwikkeling,<br />
outsourcing van ondersteunende diensten en het gebruik van kapitaalintensieve<br />
voorzieningen wordt een systeem van kostenallocatie opgezet. De Raad van<br />
Bestuur stuurt daarmee op doelmatige inzet van middelen.<br />
• Het <strong>Diakonessenhuis</strong> blijft zijn zorgverlening en organisatie ontwikkelen. Het vastgoed moet<br />
die dynamiek faciliteren, bijvoorbeeld via flexibiliteit.<br />
• Naast ziekenhuisfuncties zijn nevenfuncties noodzakelijk om het ziekenhuis te exploiteren.<br />
Voorzien in parkeerplaatsen, commerciële publieksvoorzieningen en ruimte voor ketenpartners<br />
kan leiden tot de ontwikkeling van een geïntegreerd zorgpark in de wijk.<br />
De Raad van Bestuur formuleerde op basis van deze uitgangspunten de Huisvestingsplannen<br />
<strong>2008</strong>-2017.<br />
Huisvestingsplan <strong>2008</strong>-2017<br />
Het <strong>Diakonessenhuis</strong> heeft een huisvestingsplan voor de lange termijn opgesteld. Dit bevat de<br />
volgende onderdelen:<br />
• Realisering van het H-gebouw om spoedeisende hulp, operatiekamercomplex en centrale<br />
sterilisatie en intensive care onder te brengen, plus spreekuurfaciliteiten, onderzoeks- en<br />
behandelfuncties en facilitaire functies. Daarnaast een grondstrook aanschaffen aan de<br />
Fockema Andreaelaan.<br />
• Slopen van de noodgebouwen (U en L) en herhuisvesting van de functies die daarin zijn gevestigd<br />
(59 klinische bedden, een dialyseafdeling van zes bedden en spreekuurfaciliteiten<br />
voor de afdeling neurologie).<br />
• Renovatie van de overige afdelingen om voorzieningen in stand te houden.<br />
• Afronding van de derde fase in Zeist door renovatie van de spreekuurfuncties in gebouw D0<br />
tot een polikliniek voor de toekomst. Daarbij wordt een backofficelaag gemaakt voor de herhuisvesting<br />
van artsenkamers en spreekuurondersteuning.<br />
• Herinrichting van het terrein in Zeist.<br />
Deze plannen zijn in <strong>2008</strong> besproken met de ondernemingsraad, medische staf en cliëntenraad.<br />
Deze bestuurlijke organen reageerden op hoofdlijnen positief en zien alle uit naar de realisatie<br />
van de in hun ogen noodzakelijke voorzieningen.<br />
Huisvesting/bouw locatie Zeist<br />
Op de locatie Zeist vindt een renovatie plaats van vrijwel het hele ziekenhuis. Deze renovatie bestaat<br />
uit drie fasen. De eerste fase is in 2006 afgerond. In de tweede fase in 2007 zijn onder meer<br />
beddenafdelingen en de hoofdingang opgeleverd en in gebruik genomen. In <strong>2008</strong> kwam het<br />
gebouw dat tijdens de bouwwerkzaamheden tijdelijk werd gebruikt als beddenafdeling vrij voor<br />
de poliklinieken, die plaats moesten maken vanwege verbouwingsfase drie. Met de bouw van de<br />
nieuwe ingang voor spoedzorg, de aanleg van parkeerterrein P2 met regenwaterinfiltratiebedden<br />
en de tuin aan de boszijde van het ziekenhuis eindigde in <strong>2008</strong> de tweede fase.<br />
Daarna startte de derde fase van de renovatie. Die betreft nieuwe ruimten voor de poliklinieken<br />
en medische secretariaten, werkplekken voor onder meer de specialisten en overlegruimten.<br />
Deze worden medio 2009 in gebruik genomen.<br />
Huisvesting/bouw locatie Utrecht<br />
Op de locatie Utrecht bleven de utvoeringswerkzaamheden beperkt tot het verder vrijmaken van<br />
de bouwlocatie voor het gebouw voor acute zorgfuncties op de hoek van de Fockema Andreaelaan<br />
en Bosboomstraat. De huisvestingsplannen zijn, inclusief de betreffende financieringsvraagstukken,<br />
opgenomen in een uitgebreid verzoek aan externe bedrijven om ideeën te ontwikkelen<br />
en het ziekenhuis aanbiedingen te doen. Drie consortia van samenwerkende externe bedrijven<br />
deden in <strong>2008</strong> in concurrentie een aanbieding. Deze betroffen niet alleen de realisatie van het<br />
gebouw voor acute zorgfuncties, maar ook andere projecten die voor een belangrijk deel betrekking<br />
hebben op de herontwikkeling van het voorterrein. Die bestaat onder meer uit het oplossen<br />
van de parkeerproblematiek, voorzien in vervangende huisvesting voor functies uit oude<br />
gebouwen en ruimte voor uitbreiding van het ziekenhuis. Het <strong>Diakonessenhuis</strong> beoordeelde de<br />
aanbiedingen en startte eind <strong>2008</strong> gesprekken met de betreffende partijen.<br />
4.5 Algemeen kwaliteitsbeleid<br />
Het beleid van het <strong>Diakonessenhuis</strong> is erop gericht voortdurend te (laten) toetsen of de patiëntenzorg<br />
en ondersteunende dienstverlening voldoen aan actuele eisen van veiligheid en kwaliteit.<br />
Het gaat daarbij zowel om inhoudelijke als procesmatige kwaliteit.<br />
Bij de interne toetsing maakt het ziekenhuis gebruik van het instrument van de audits op basis<br />
van de NIAZ-zelfevaluaties. Afdelingen van het ziekenhuis worden door een intern auditteam<br />
getoetst op basis van de kwaliteitsnormen van het NIAZ. De uitkomsten worden in een auditrapportage<br />
beschreven, bestemd voor de afdelingsleiding. Het auditteam doet daarin aanbevelingen<br />
ter verbetering van onderdelen die (nog) niet aan de normen voldoen. Doel is om alle<br />
afdelingen van het ziekenhuis op deze manier te toetsen en in een volgende cyclus te checken<br />
of de aanbevelingen hebben geleid tot verbetering van de kwaliteit.<br />
In <strong>2008</strong> zijn de in figuur 19 opgenomen afdelingen intern getoetst aan de NIAZ-eisen. Het betrof<br />
zowel zorggerelateerde als ondersteunende afdelingen.<br />
Figuur 19 Afdelingen getoetst aan NIAZ-eisen<br />
Audits<br />
1 Inkoop<br />
2 Raad van Bestuur<br />
3 PO&O<br />
4 Poli oogheelkunde<br />
5 Pijnbehandeling<br />
6 Verpleegafdeling 1AB/1CD (chirurgie U)<br />
7 Poli reumatologie<br />
8 Medisch electronische dienst<br />
9 Gipskamers<br />
10 Poli chirurgie/POK<br />
11 CCU, afdeling cardio + poli cardio<br />
12 Ouderengeneeskunde Z<br />
13 Geestelijke verzorging<br />
14 Afdeling B4 Orthop/chir Z (orthopedie/chirurgie Z)<br />
15 Arbo en milieu<br />
16 Voedingsdienst<br />
17 Hygiëne en infectie preventie<br />
54 j a a rd o c u m e n t <strong>stichting</strong> diak o n e s s e n h u i s <strong>2008</strong> b e l e i d, inspanningen en pre s t a t i e s 55
In december <strong>2008</strong> vond het externe accreditatiebezoek plaats van een NIAZ-auditteam in het<br />
kader van de NIAZ-accreditatie. De rapportage van dit bezoek wordt half 2009 uitgebracht.<br />
Opleidings- en kwaliteitsvisitaties<br />
De kwaliteit van de medisch-specialistische zorg wordt extern getoetst via opleidings- en kwaliteitsvisitaties<br />
van de betreffende beroepsverenigingen. In <strong>2008</strong> vonden de volgende visitaties plaats:<br />
Figuur 20 Opleidings- en kwaliteitsvisitaties<br />
Opleidingsvisitaties<br />
Heelkunde<br />
Ziekenhuisapotheek<br />
SEH-artsen<br />
Interne geneeskunde<br />
Gynaecologie<br />
KNO (uitbreiding locatie Zeist)<br />
Medische Immunologie<br />
Kwaliteitsvisitaties<br />
Heelkunde<br />
Kaakchirurgie<br />
De aanbevelingen uit deze visitaties worden besproken in aanwezigheid van de voorzitter en de<br />
portefeuillehouder kwaliteit van de vakgroep, de Raad van Bestuur, een lid van het stafbestuur<br />
en een lid van de stafcommissie kwaliteit.<br />
MDL<br />
Interne geneeskunde<br />
4.6 Kwaliteitsbeleid ten aanzien van patiënten<br />
4.6.1 Kwaliteit van zorg<br />
Programma Klantwaarde<br />
Sinds begin <strong>2008</strong> is het programma Klantwaarde volledig operationeel en kent het <strong>Diakonessenhuis</strong><br />
een ziekenhuisbrede borging van patiëntenparticipatie en tevredenheidsmetingen. Het<br />
programma is ontwikkeld in samenwerking met de Nederlandse Patiënten Consumenten Federatie<br />
(NPCF).<br />
Patiënten ervaren kwaliteit van zorg aan de hand van vier parameters:<br />
• patiëntgerichtheid<br />
• toegankelijkheid<br />
• doelmatigheid<br />
• veiligheid<br />
Via een breed instrumentarium, waaronder Quick Scan, focusgroepinterview, shadowing en patiëntenbuddy,<br />
meet het <strong>Diakonessenhuis</strong> binnen elke patiëntencategorie voortdurend waar de<br />
wensen en behoeften van klanten liggen en hoe zij de geleverde zorg en service ervaren. In<br />
de jaarplannen van elke patiëntencategorie komen activiteiten terug op het gebied van klantwaarde.<br />
Ook in de managementkwartaalrapportages is klantwaarde een van de onderwerpen<br />
waarover het management rapporteert aan de Raad van Bestuur.<br />
IGZ prestatie-indicatoren<br />
Prestatie-indicatoren zijn signalen op grond waarvan men een indruk krijgt van de geleverde<br />
veiligheid, doelmatigheid en effectiviteit van de zorg. Ziekenhuizen moeten prestatie-indicatoren<br />
sinds 2003 jaarlijks rapporteren en dat maakt de zorg transparanter. Naast deze externe<br />
verantwoording wil het <strong>Diakonessenhuis</strong> interne kwaliteitsverbetering stimuleren. De ziekenhuisorganisatie<br />
en medische staf werken daarbij samen. De rapportage van de indicatoren van<br />
de basisset 2007 gebeurt via de website www.ziekenhuizentransparant.nl<br />
Het Algemeen Dagblad stelt op basis van de prestatie-indicatoren jaarlijks een top-100 van beste<br />
Nederlandse ziekenhuizen op. Het <strong>Diakonessenhuis</strong> behaalde in <strong>2008</strong> de eerste plaats, net als in<br />
2004. Daarmee staat het ziekenhuis al vijf jaar in de top-10.<br />
Het <strong>Diakonessenhuis</strong> leverde in <strong>2008</strong> de prestatie-indicatoren aan de Inspectie voor de Gezondheidszorg<br />
(IGZ). Ook de ontwikkelingen met betrekking tot zichtbare zorg, gericht op transparantie<br />
van de zorg aan de hand van aandoeningsspecifieke indicatoren, volgt de Inspectie op de<br />
voet.<br />
Met specifieke behandelingen scoort het <strong>Diakonessenhuis</strong> goed. Voor de behandeling van patiënten<br />
met liesbreuken, staar, meniscusproblemen en borstkanker ontving het ziekenhuis het<br />
Menzis Topzorgpredikaat. Dit betekent dat de behandeling volgens de nieuwste inzichten en<br />
met de hoogste kwaliteit wordt geleverd. Zorgverzekeraar Menzis deed vergelijkend onderzoek<br />
en koos het <strong>Diakonessenhuis</strong> als voorkeurszorgaanbieder voor de genoemde behandelingen in<br />
de regio Utrecht.<br />
56 j a a rd o c u m e n t <strong>stichting</strong> diak o n e s s e n h u i s <strong>2008</strong> b e l e i d, inspanningen en pre s t a t i e s 57
Quick Scan<br />
Via ‘touch-screenschermen’ in de centrale hal van de lokaties Utrecht en Zeist kunnen sinds<br />
februari <strong>2008</strong> alle patiënten bij vertrek (en ook tijdens hun verblijf) de zorg en service een rapportcijfer<br />
geven. Dit gebeurt aan de hand van enkele eenvoudige vragen over wachttijden,<br />
patiëntenvoorlichting, tijd en aandacht, privacy en respectvolle behandeling. Via intranet worden<br />
deze cijfers dagelijks aan alle medewerkers bekendgemaakt. Zo krijgen zij inzicht in de tevredenheid<br />
van hun ‘eigen’ patiënten én worden ze zich bewust van hun invloed daarop als individu.<br />
Inmiddels gaven al 5500 patiënten hun mening via de Quick-Scanzuilen, met een 8 gemiddeld<br />
(schaal van 1 tot 10). Via het managementinformatiesysteem van het ziekenhuis kunnen alle betrokkenen<br />
voortdurend inzicht krijgen in de resultaten. De trends per specialisme en afdeling<br />
zijn duidelijk zichtbaar en zo kunnen verbeteractiviteiten worden ingezet.<br />
Twee maatschappen gebruikten de Quick Scan om de kwaliteit per individu/arts te meten onder<br />
patiënten.<br />
Focusgroepinterview<br />
Het <strong>Diakonessenhuis</strong> heeft veel ervaring met focusgroepinterviews bij de herinrichting van de zorg<br />
in patiëntencategorieën en –stromen. Bij de focusgroepinterviews in het <strong>Diakonessenhuis</strong> zijn altijd<br />
professionals uit het betreffende zorgproces aanwezig als toehoorder. Meerwaarde daarvan is<br />
dat de medewerkers direct feedback krijgen op hun handelen binnen een veilige omgeving.<br />
De volgende onderwerpen kwamen in een focusgroep aan de orde:<br />
• mammacare<br />
• dagbehandeling oncologie<br />
• hartrevalidatie<br />
• prostaatzorg<br />
• perifeer arteriëel vaatlijden<br />
• coloncarcinoom<br />
Shadowing<br />
Shadowing is een intensief, maar bijzonder waardevol instrument. Bij shadowing volgt een medewerker<br />
(bij voorkeur zonder achtergrond in de zorg) een patiënt tijdens het totale zorgproces<br />
en noteert elke observatie op het gebied van logistiek, organisatie, bejegening en informatie.<br />
Shadowing is gebruikt bij:<br />
• de evaluatie van het Opnameplein<br />
• de evaluatie van het Slaap-snurkcentrum<br />
• de verpleegafdeling ouderengeneeskunde<br />
• de invoering van basiszorg op verpleegafdelingen<br />
Patiëntenbuddy<br />
De patiëntenbuddy is een vorm van patiëntenparticipatie waarbij een patiënt of ervaringsdeskundige<br />
tijdelijk deelneemt aan een project en actief meedenkt over de (her)inrichting van<br />
specifieke zorg voor de patiënt. Het idee patiëntenbuddy is afgeleid van de succesvolle ‘burgerbuddy’.<br />
De patiëntenbuddy wordt ‘op maat’ gezocht, afhankelijk van de vraag. Het kan een<br />
vertegenwoordiger van een patiëntenvereniging zijn, maar ook een chronische patiënt met een<br />
bedrijfslevenachtergrond. Zo worden op een innovatieve en interpersoonlijke manier wensen en<br />
ideeën ingebracht over eventuele herinrichting van zorgprocessen.<br />
Tevredenheidsmetingen<br />
Ieder ziekenhuis meet de tevredenheid van patiënten via enquêtes. Het <strong>Diakonessenhuis</strong> gebruikte<br />
daarvoor in de kliniek jarenlang een afgeleide van de tevredenheidsenquête van de NVZ.<br />
Binnen het programma Klantwaarde wordt een nieuw systeem ontwikkeld om online tevredenheidsmetingen<br />
uit te voeren, met gebruik van unieke codes per patiënt. Ook de bevraging van de<br />
tevredenheid onder huisartsen is daarmee verder te ontwikkelen. Groot voordeel van zo’n systeem<br />
is dat alle data in één database worden verzameld, van waaruit relatief makkelijk rapportages zijn<br />
te maken. De Quick Scan blijft daarnaast actief als aanvullend instrument voor de poliklinieken.<br />
Patiëntenorganisaties<br />
Naast structurele samenwerking met de NPCF heeft het programma Klantwaarde regelmatig<br />
contact met aandoeningsspecifieke patiëntenorganisaties en met <strong>stichting</strong> Cliëntenbelang<br />
Utrecht. Patiëntenparticipatie en aanvullende tevredenheidsmetingen staan daarbij centraal.<br />
Klantwaarde en de huisarts<br />
Klantwaarde is een bewust gekozen term. Klant is een breder begrip dan patiënt en omvat dus<br />
ook andere belangrijke klanten: de verwijzers. Het <strong>Diakonessenhuis</strong> kent meerdere activiteiten<br />
om verwijzers structureel bij de organisatie te betrekken.<br />
In het Medisch Coördinatie Centrum wisselen specialisten en vertegenwoordigers van huisartsen<br />
van gedachten over hun werkafspraken en andere signalen met betrekking tot de wederzijdse<br />
samenwerking.<br />
In de elektronische nieuwsbrief worden alle korte nieuwsfeiten die relevant zijn voor huisartsen<br />
verzameld en per mail verspreid onder de huisartsen in de regio.<br />
Klantwaarde en de zorgverzekeraar<br />
Zorgverzekeraars zijn steeds meer op zoek naar inzichtelijke kwaliteit van zorg. Zij betrekken<br />
zelfs patiëntenorganisaties bij kwaliteitstrajecten rond de zorginkoop. De verhouding tussen efficiency<br />
en ervaren kwaliteit is daarbij steeds in beeld. Het <strong>Diakonessenhuis</strong> onderhoudt nauwe<br />
contacten met patiëntenorganisaties én zorgverzekeraars en wil in deze zorgdriehoek met betrokken<br />
partijen steeds in gesprek blijven over innovatieve projecten en structurele patiëntenparticipatie.<br />
Zo probeert het <strong>Diakonessenhuis</strong> samen met zorgverzekeraar Agis de kwaliteitscriteria<br />
van aandoeningsspecifieke patiëntenorganisaties te integreren in het zorginkoopbeleid<br />
van Agis. Het ziekenhuis gaat daarvoor in gesprek met de betrokken patiëntenorganisaties.<br />
4.6.2 Klachten<br />
Het <strong>Diakonessenhuis</strong> kent een klachtencommissie op grond van de Wet Klachtrecht Cliënten<br />
Zorgsector. De klachtencommissie bestaat uit een onafhankelijke voorzitter (jurist), een medisch<br />
specialist, een verpleegkundige, een huisarts en een cliënt. Voor alle leden, met uitzondering van<br />
de voorzitter, is een plaatsvervangend lid benoemd. De commissie wordt bijgestaan door een<br />
ambtelijk secretaris (jurist). De klachtencommissie werkt volgens een reglement dat is opgesteld<br />
door de Raad van Bestuur en voldoet aan de wet.<br />
De klachtencommissie neemt schriftelijke klachten van patiënten in behandeling en doet − op<br />
basis van schriftelijke en mondelinge hoor en wederhoor − een uitspraak over de gegrondheid<br />
van de betreffende klacht(en). De uitspraak en eventuele adviezen van de commissie worden bekendgemaakt<br />
aan de betrokkenen en aan de Raad van Bestuur. Die neemt zo nodig maatregelen<br />
ter verbetering van de kwaliteit.<br />
58 j a a rd o c u m e n t <strong>stichting</strong> diak o n e s s e n h u i s <strong>2008</strong> b e l e i d, inspanningen en pre s t a t i e s 59
Naast de klachtencommissie werken in het ziekenhuis klachtenfunctionarissen. Zij vangen klachten<br />
van patiënten en hun familieleden of vertegenwoordigers op en bemiddelen zo nodig tussen<br />
klager en ziekenhuismedewerkers tegen wie de klacht is gericht. Anders dan de klachtencommissie<br />
doet de klachtenfunctionaris geen uitspraak over de gegrondheid van een klacht. Klagers<br />
kunnen rechtstreeks terecht bij de klachtenfunctionaris. Om dit laagdrempelig te houden, zijn<br />
er geen regels over de manier waarop iemand een klacht moet indienen; dit kan mondeling,<br />
telefonisch of schriftelijk.<br />
De klachtenfunctionaris informeert de klager, registreert alle klachten, brengt anoniem verslag<br />
uit aan de Raad van Bestuur, de zorgduo’s en het bestuur van de medische staf, signaleert knelpunten<br />
en heeft een adviserende functie voor de medewerkers. De afhandelingstermijn van een<br />
klacht is over het algemeen kort (variërend van dezelfde dag tot acht weken).<br />
De ervaring leert dat patiënten slechts een zeer klein deel van alle klachten aan de klachtencommissie<br />
voorleggen. Voor het merendeel van de klachten biedt de laagdrempelige hulp van de<br />
klachtenfunctionarissen een bevredigende oplossing, zowel voor klagers als beklaagden.<br />
Klachtenfunctionarissen<br />
Bij de klachtenfunctionarissen zijn in <strong>2008</strong> door 399 klagers 482 klachten ingediend. Dat is vrijwel<br />
gelijk aan de aantallen in 2007 (380 klagers en 471 klachten).<br />
Figuur 21 Klachten<br />
Onderverdeling klachten %<br />
Relationeel 44<br />
Organisatorisch 20<br />
Vakinhoudelijk 18<br />
Tevredenheid 5<br />
Financieel 5<br />
Veiligheid 3<br />
Doelen van het indienen<br />
van een klacht %<br />
Herhaling voorkomen 58<br />
Antwoord/uitleg krijgen 20<br />
Een oplossing voor een<br />
probleem verkrijgen 17<br />
Schadevergoeding krijgen 2<br />
Excuses ontvangen 1<br />
Wijze waarop klachten<br />
werden ingediend %<br />
Persoonlijk bezoek 13<br />
E-mail 26<br />
Schriftelijk 26<br />
Telefonisch 33<br />
Tevredenheid over wijze<br />
waarop klacht is behandeld %<br />
Tevreden 87<br />
Niet tevreden 5<br />
Onbekend 5<br />
Door naar de<br />
klachtencommissie 2<br />
Claim ingediend 1<br />
Het merendeel van de klachten heeft betrekking op relationele aspecten. Daaronder vallen<br />
klachten over begeleiding, bejegening, informatieverstrekking en privacy. Door terugkoppeling<br />
aan de betrokken medewerkers en leidinggevenden en via de kwartaalrapportages vragen de<br />
klachtenfunctionarissen voortdurend aandacht voor verbetering op dit gebied.<br />
Een belangrijk deel van de organisatorische klachten heeft betrekking op de organisatie van de<br />
medische zorg. Daarin is een algemene parallel te zien met de klachten die de klachtencommissie<br />
heeft behandeld. De bovengenoemde verbeteringsmaatregelen zijn ook hierop van toepassing.<br />
Een ander deel heeft betrekking op de parkeerfaciliteiten. Het beleid dat het ziekenhuis enkele<br />
jaren geleden inzette is om bij het bieden van parkeermogelijkheden voorrang te geven aan<br />
patiënten en bezoekers. Toch blijft het aantal parkeerplaatsen te gering in verhouding tot het<br />
aantal patiënten dat op het <strong>Diakonessenhuis</strong> is georiënteerd.<br />
Klachtencommissie<br />
Hoe het <strong>Diakonessenhuis</strong> met klachten omgaat, is beschreven in een voorlichtingsbrochure die<br />
patiënten krijgen bij opname of via het patiënteninformatiecentrum.<br />
De resultaten van de klachtenbehandeling door de klachtencommissie zijn als volgt:<br />
• In <strong>2008</strong> zijn bij de klachtencommissie zeven nieuwe klachten ingediend; dat zijn er negen<br />
minder dan in 2007. Begin <strong>2008</strong> waren nog tien klachten in behandeling die in 2007 waren<br />
ingediend. Eind <strong>2008</strong> had de commissie nog één ingediende klacht niet afgehandeld.<br />
• Van de ingediende klachten in <strong>2008</strong> werd één klacht door de klager ingetrokken tijdens de<br />
behandeling door de klachtencommissie.<br />
• De vijftien klachten waarover de commissie in <strong>2008</strong> een uitspraak deed, hadden betrekking<br />
op totaal 47 klachtonderdelen. De klachtencommissie verklaarde daarvan 23 gegrond en zes<br />
deels gegrond.<br />
• Van de (deels) gegrond verklaarde klachtonderdelen gingen er tien over bejegening en communicatie,<br />
elf over medisch handelen, vijf over de organisatie van de zorg, één over nazorg,<br />
één over voorlichting en één over voedingsaangelegenheden.<br />
• Naar aanleiding van de gegrond verklaarde klachtonderdelen en de aanbevelingen van de<br />
klachtencommissie nam het ziekenhuis onder meer de volgende maatregelen:<br />
– assistent-geneeskundigen krijgen voortaan een inwerkprogramma voordat zij bij de<br />
patiëntenzorg worden ingezet.<br />
– er is een richtlijn opgesteld over het hoofdbehandelaarschap en de communicatie daarover.<br />
– er is een richtlijn opgesteld over de minimale inhoud van het klinisch medisch patiëntendossier.<br />
4.6.3 Toegankelijkheid<br />
De toegankelijkheid van het <strong>Diakonessenhuis</strong> vertaalt zich in toegangstijden voor poliklinieken,<br />
medische onderzoeken en wachttijden voor opnames. De goede naam van het ziekenhuis in het<br />
land zorgt voor aanwas van patiënten, waardoor de zorgvraag toeneemt. Het <strong>Diakonessenhuis</strong><br />
streeft naar de Treeknorm van vier weken voor toegangstijden tot de polikliniek en zeven weken<br />
voor wachttijden voor opnames. Voor de meeste specialismen voldoet het ziekenhuis aan deze<br />
norm, afhankelijk van de locatie Utrecht, Zeist of Doorn. Bij de specialismen ouderengeneeskunde,<br />
reumatologie en revalidatie zijn de toegangstijden tot de polikliniek langer dan vier weken.<br />
Bij KNO, orthopedie en plastische chirurgie zijn de wachttijden voor opnames langer dan zeven<br />
weken. De locatie Doorn vertoont langere toegangstijden dan Utrecht en Zeist.<br />
60 j a a rd o c u m e n t <strong>stichting</strong> diak o n e s s e n h u i s <strong>2008</strong> b e l e i d, inspanningen en pre s t a t i e s 61
Figuur 22 Toegankelijkheid polikliniek en wachttijden opnames<br />
Toegangstijden en wachttijden<br />
Toegangstijd polikliniek - treeknorm 4 weken 82%<br />
Wachttijden opnames - treeknorm 7 weken 57%<br />
Figuur 24 Gemiddelde toegangstijd diagnostiek <strong>2008</strong><br />
Diagnostiek Utrecht Zeist<br />
MRI-scan 10 -<br />
CT-scan 2 1<br />
Gastroscopie 2 2<br />
Figuur 23 Gemiddelde toegangstijd polikliniek in weken<br />
Specialismen Utrecht Zeist Doorn<br />
Allergologie 3 3 -<br />
Cardiologie 3 5 -<br />
Chirurgie 1 1 2<br />
Dermatologie 2 2 3<br />
Gynaecologie 2 2 2<br />
Interne Geneeskunde 2 2 3<br />
K.N.O. heelkunde 2 2 2<br />
Kaakchirurgie 4 3 -<br />
Kindergeneeskunde 2 2 2<br />
Longziekten 4 4 3<br />
Maag-Darm-Leverziekten 5 6 -<br />
Neurochirurgie 4 - -<br />
Neurologie 2 3 4<br />
Oogheelkunde 4 7 9<br />
staar 2 2 2<br />
Ouderengeneeskunde - 20 -<br />
Orthopedie 3 3 4<br />
Pijnbehandeling 4 2 2<br />
Plastische Chirurgie 1 3 4<br />
Psychiatrie 2 5 -<br />
Reumatologie 20 27 25<br />
Revalidatie 9 7 5<br />
Urologie 1 2 1<br />
Definitie toegangstijd polikliniek: de tijd tussen de peildatum en de derde mogelijke afspraak.<br />
Wat openingstijden betreft, zijn er diverse avondspreekuren om meer service aan de patiënten<br />
te verlenen, dit geldt voor de specialismen dermatologie, gynaecologie en sinds december ook<br />
reumatologie.<br />
In het Diagnostisch Centrum Utrecht krijgen patiënten via één ingang snel toegang tot uiteenlopende<br />
medische onderzoeken.<br />
4.6.4 Veiligheid<br />
De kerntaak van het <strong>Diakonessenhuis</strong> is de behandeling en verzorging van patiënten. Aan dit<br />
complexe proces zijn voor patiënten risico’s verbonden. Artsen, verpleegkundigen en paramedici<br />
nemen soms beslissingen die achteraf niet de juiste blijken, of zij werken in een omgeving die<br />
fouten in de hand werkt. Het vergt ieders voortdurende inspanning om risico’s tot een aanvaardbaar<br />
minimum terug te brengen, met de erkenning dat fouten onlosmakelijk zijn verbonden met<br />
menselijk handelen. Daarom moet het ziekenhuis de zorgprocessen zodanig inrichten dat menselijke<br />
fouten worden opgevangen of ontdekt, voordat zij schade veroorzaken aan de patiënt.<br />
De veiligheid in een ziekenhuis kent de volgende essentiële uitgangspunten:<br />
• bij patiëntveiligheid ligt de aandacht op het verbeteren van het zorgproces en niet op het<br />
aanwijzen van een schuldige.<br />
• iedereen die bewust een handeling verricht (of nalaat) die de patiëntenveiligheid kan beïnvloeden,<br />
is verantwoordelijk voor de consequenties.<br />
• de Kwaliteitswet stelt dat de Raad van Bestuur eindverantwoordelijk is voor patiëntveiligheid.<br />
• het <strong>Diakonessenhuis</strong> werkt met een veiligheidsmanagementsysteem (VMS), omdat het<br />
ziekenhuis op een gestructureerde manier wil leren van de fouten die worden gemaakt.<br />
Vanwege het belang van toezicht op kwaliteit en patiëntveiligheid riep de Raad van Toezicht een<br />
auditcommissie veiligheidszorg in het leven. De auditcommissie volgt de ontwikkelingen op het<br />
gebied van patiëntveiligheid op de voet en kan de organisatie direct vragen om aanvullende<br />
informatie.<br />
Figuur 25 Projecten programma Werken aan Veiligheid<br />
Projecten<br />
1 Werken aan veiligheid<br />
2 Organisatie incidenten, klachten, claims<br />
3 Veilig incident melden<br />
4 Prospectieve risicoinventarisatie<br />
5 Medicatieveiligheid<br />
6 Complicatieregistratie<br />
7 Decubitus preventie<br />
8 Vermindering post-operatieve wondinfectie<br />
9 Valpreventie<br />
62 j a a rd o c u m e n t <strong>stichting</strong> diak o n e s s e n h u i s <strong>2008</strong> b e l e i d, inspanningen en pre s t a t i e s 63
Deze bijeenkomsten werden goed bezocht. Ook het veilig melden op afdelingsniveau droeg bij<br />
aan de gewenste veiligheidscultuur. Daardoor nam het aantal meldingen in het ziekenhuis van<br />
(bijna)incidenten in de patiëntenzorg toe.<br />
Veilig incidenten melden<br />
Door openheid over dat wat niet goed gaat in de zorgverlening, kan het ziekenhuis maatregelen<br />
treffen om te voorkomen dat vergelijkbare incidenten zich opnieuw voordoen. Binnen het ziekenhuis<br />
zijn VIM-commissies ingesteld voor alle patiëntgebonden afdelingen. Deze commissies<br />
houden zich bezig met meldingen van de eigen afdelingen, analyseren van deze meldingen en<br />
formuleren van verbetervoorstellen. In <strong>2008</strong> zijn vijftien VIM-commissies geschoold om meldingen<br />
zelf af te handelen. De overige afdelingen krijgen deze scholing in 2009. In <strong>2008</strong> kwamen er<br />
1.923 meldingen binnen; dat is een toename van 69% ten opzichte van 2007.<br />
Figuur 26 Meldingen incidenten<br />
2006 2007 <strong>2008</strong><br />
Aantal meldingen 875 1325 1923<br />
Deze meldingen worden ingevoerd in het elektronische meldingssysteem (IMS). Dit systeem registreert<br />
ook klachten. Op basis van de ernst en frequentie van een aantal incidentmeldingen gaf<br />
de MIP-commissie in <strong>2008</strong> opdracht drie SIRE-onderzoeken uit te voeren.<br />
Om ook van andere ziekenhuizen te leren en samen te werken, neemt het <strong>Diakonessenhuis</strong><br />
deel aan het VMS Netwerk Midden Oost, samen met Ziekenhuisgroep Twente, Streekziekenhuis<br />
Koningin Beatrix, Gelre ziekenhuizen en Ziekenhuis Gelderse Vallei.<br />
Het invoeren en borgen van de resultaten van de diverse projecten staat nu centraal.<br />
Verder werd in <strong>2008</strong> duidelijk hoe het landelijke VMS-programma eruitziet en welke doelstellingen<br />
moeten worden gehaald. Het ziekenhuis heeft zich daaraan gecommitteerd en streeft naar<br />
een vermindering van de vermijdbare schade met 50%.<br />
Invoering veiligheidsmanagementsysteem<br />
Begin <strong>2008</strong> vormde patiëntveiligheid nog geen integraal onderdeel van de patiëntenzorg. De activiteiten<br />
die het ziekenhuis ondernam om de patiëntveiligheid te verbeteren, waren veelal geïsoleerde<br />
bezigheden. Een proactief beleid op het gebied van patiëntveiligheid op afdelingsniveau<br />
ontbrak vooralsnog. Met de formulering van patiëntveiligheidsbeleid op ziekenhuisniveau<br />
en de vertaling daarvan richting patiëntencategorieën, is het <strong>Diakonessenhuis</strong> gestart om daarin<br />
verandering aan te brengen. Patiëntveiligheid is sindsdien een vast onderdeel van de jaarplannen<br />
van elke patiëntencategorie.<br />
Cultuur<br />
Uit de cultuurmeting in 2006 binnen het programma Werk aan veiligheid blijkt dat het <strong>Diakonessenhuis</strong><br />
(net zoals ander ziekenhuizen) moet werken aan de veiligheidscultuur. Medewerkers<br />
handelen vooral reactief bij incidenten en het ontbreekt nog te veel aan een proactieve,<br />
open houding die veilig werken stimuleert. In <strong>2008</strong> waren er verschillende themabijeenkomsten<br />
voor medewerkers om het veilig melden van incidenten en omgaan met klachten te bespreken.<br />
Figuur 27 Functie van de melder<br />
aantal per jaar<br />
onbekend<br />
2007 <strong>2008</strong> 2009 (januari-maart)<br />
arts assistent overig arts verpleegkundige<br />
Bij SIRE (Systematische Incident Reconstructie Evaluatie) worden alle aan het incident bijgedragen<br />
oorzaken met elkaar in verband gebracht en wordt de samenhang bestudeerd. Op basis<br />
hiervan worden verbeteracties geformuleerd.<br />
Tot op heden maken vooral verpleegkundigen melding van incidenten. Dat is ook terug te<br />
zien in de aard van meldingen. Het grootste deel houdt verband met de zorg en behandeling,<br />
gevolgd door incidenten die betrekking hebben op medicatie en valincidenten.<br />
64 j a a rd o c u m e n t <strong>stichting</strong> diak o n e s s e n h u i s <strong>2008</strong> b e l e i d, inspanningen en pre s t a t i e s 65
Figuur 28 Aard van de meldingen<br />
4.7 Kwaliteit ten aanzien van medewerkers<br />
4.7.1 Personeelsgegevens<br />
behandeling/verzorging<br />
bloedproducten<br />
medicatie/intraveneuze medicatie/infusie<br />
overig<br />
techniek en onderhoud<br />
vallen<br />
Op 31 december <strong>2008</strong> telde het personeelsbestand 2618 medewerkers (2183,49 fte). Dit is zonder<br />
de medewerkers die in <strong>2008</strong> uit dienst traden.<br />
In- en uitstroom<br />
Figuur 29 De sexe verhouding in het <strong>Diakonessenhuis</strong><br />
Man/vrouw Aantal %<br />
Man 391 15<br />
Prospectieve risicoanalyse<br />
Binnen het programma Werk aan veiligheid is een handboek ontwikkeld op basis van SAFER<br />
(Scenario, Analyse, Faalwijze, Effecten en Risico’s). Dit handboek beschrijft hoe het ziekenhuis<br />
proactief kan kijken naar risicovolle processen. Het is mede gebaseerd op bevindingen van een<br />
SAFER-onderzoek naar het reanimatieproces op de locatie Zeist. Op basis daarvan is een SAFERonderzoek<br />
gestart naar het peri-operatief proces.<br />
Patiëntenparticipatie<br />
Het <strong>Diakonessenhuis</strong> vindt het belangrijk om patiënten te betrekken bij de veiligheid van hun<br />
zorg. Op diverse afdelingen werd daarom de patiëntveiligheidskaart uitgereikt, ontwikkeld door<br />
de Nederlandse Patiënten Consumenten Federatie (NPCF). Het is een hulpmiddel voor patiënten<br />
en hun naasten om mee te werken aan de veiligheid van hun eigen zorg. In 2009 vindt een evaluatie<br />
plaats van het gebruik van deze kaart.<br />
Zorginhoudelijke thema’s VMS Zorg<br />
Verschillende projecten en activiteiten van het ziekenhuis sluiten aan bij de zorginhoudelijke<br />
thema’s die vanuit VMS Zorg als speerpunt zijn benoemd. Het programma Werk aan veiligheid<br />
startte al met een groot aantal thema’s. Zo vond op de locatie Utrecht bij een aantal afdelingen<br />
een pilot plaats met het spoedinterventieteam (SIT). De resultaten waren positief, reden waarom<br />
het SIT verder wordt uitgerold in Utrecht. Ook het initiatief voor de invoering van medicatieverificatie<br />
op het Opnameplein in Zeist, sluit goed aan bij de VMS-thema’s. Een apothekersassistente<br />
voert een gesprek met alle patiënten die voor een geplande operatie komen en langer dan één<br />
dag blijven. Samen bespreken zij het medicatieoverzicht dat vanuit de openbare apotheek is<br />
aangeleverd, om zeker ervan te zijn dat het medicatieoverzicht volledig en actueel is.<br />
Naast deze zorginhoudelijke thema’s signaleerde de MIP-commissie een aantal trends in de<br />
klachten en claims. Daarop is actie ondernomen. Een van die acties leidde tot de invoering van<br />
een inwerkprogramma van een maand voor nieuwe arts-assistenten. Veel incidenten zijn terug<br />
te voeren op onbekendheid met de organisatie en beperkte ervaring in de zorg, bleek uit de<br />
meldingen van incidenten.<br />
Vrouw 2227 85<br />
Figuur 30 Leeftijdsopbouw<br />
Leeftijd Man Vrouw Totaal %<br />
15 - 20 17 60 77 2,94<br />
21 - 30 76 566 642 24,52<br />
31 - 40 95 463 558 21,31<br />
41 - 50 105 619 724 27,65<br />
51 - 60 93 456 549 20,97<br />
60 - 81 5 63 68 2,60<br />
Totaal 391 2227 2618 100,0<br />
Figuur 31 Duur dienstverband<br />
Jaren in dienst Aantal %<br />
0 - 5 1221 46,64<br />
6 - 10 604 23,07<br />
11 - 15 249 9,51<br />
16 - 20 257 9,82<br />
21 - 25 117 4,47<br />
26 - 30 82 3,13<br />
31 - 35 64 2,44<br />
36 - 40 19 0,73<br />
40 + 5 0,19<br />
2618 100,0<br />
66 j a a rd o c u m e n t <strong>stichting</strong> diak o n e s s e n h u i s <strong>2008</strong> b e l e i d, inspanningen en pre s t a t i e s 67
In <strong>2008</strong> kwamen 850 nieuwe medewerkers in dienst (494,8 fte). Onder hen waren 105 vakantiekrachten<br />
(die tellen net als oproepkrachten niet mee voor het aantal fte) en 59 aio’s/agnio’s.<br />
Daarnaast werden 139 stagiaires aangenomen.<br />
De totale uitstroom in <strong>2008</strong> was 841 medewerkers (444,4 fte). Onder hen waren 105 vakantiekrachten<br />
(tellen net als oproepkrachten niet mee in het aantal fte) en 56 aio’s/agnio’s (57 fte). Zonder<br />
aio’s (hun uitstroom is vastgelegd en niet te beïnvloeden) komt het verloop op 388 fte (17,7%).<br />
4.7.2 Kwaliteit van het werk<br />
Opleiding<br />
Het <strong>Diakonessenhuis</strong> leverde in <strong>2008</strong> een extra opleidingsinspanning. Voor een overzicht van de<br />
resultatie zie paragraaf 4.4.3.<br />
Verzuim<br />
In oktober 2006 vond een bijeenkomst plaats over verzuim- en arbobeleid. Daarbij waren medewerkers<br />
aanwezig van de Raad van Bestuur en het management, de ondernemingsraad en de<br />
afdeling PO&O. Zij maakten met elkaar afspraken over de wenselijke en haalbare verzuimdoelstellingen<br />
voor de volgende drie jaar. Dat resulteerde in de volgende targets.<br />
Figuur 32 Verzuim <strong>Diakonessenhuis</strong><br />
2006 2007 <strong>2008</strong> 2009<br />
Doelstelling 5,5 % 4,8% 4,3% 3,8%<br />
Realiteit 5,5% 4,4% 4,5%<br />
In 2007 en <strong>2008</strong> is hard gewerkt om medewerkers in het <strong>Diakonessenhuis</strong> gezond te laten werken<br />
en het verzuim te verlagen. Beleid, uitvoering en registratie van verzuim en herstel verbeterden<br />
dan ook sterk. Deze cultuurverandering is terug te zien in de verzuimcijfers van 2007 en<br />
<strong>2008</strong>, zeker in de patiëntenzorg (verzuim <strong>2008</strong>: 3,99%) waar de meeste medewerkers werken.<br />
Jaargesprekken<br />
Het <strong>Diakonessenhuis</strong> vindt het van groot belang dat iedere medewerker tenminste één gesprek<br />
per jaar heeft over functionerings- en ontwikkelingsvraagstukken. In <strong>2008</strong> is een nieuw formulier<br />
ingevoerd voor het voeren van jaargesprekken, met een handleiding voor medewerkers en<br />
leidinggevenden. Doel daarvan is, naast de vaste CAO-onderwerpen, leidinggevenden en medewerkers<br />
handvatten te geven voor een constructief gesprek over verwachtingen en resultaten.<br />
Het nieuwe jaargesprek legt meer nadruk dan voorheen op persoonlijke ontwikkeling en<br />
gedrag. Het streven is op medewerkersniveau een koppeling te maken met de kernwaarden van<br />
het <strong>Diakonessenhuis</strong>: resultaatgericht, vakkundig, ondernemend en gastvrij.<br />
Introductieprogramma<br />
In <strong>2008</strong> paste het <strong>Diakonessenhuis</strong> zijn introductieprogramma aan, aangezien de eerste kennismaking<br />
met de organisatie van groot belang is. Het ziekenhuis wil nieuwe medewerkers bij de<br />
start een goed beeld geven van de organisatie en van wat het <strong>Diakonessenhuis</strong> belangrijk vindt.<br />
Het introductieprogramma besteedt aandacht aan de historie van het <strong>Diakonessenhuis</strong>, aangezien<br />
de oorsprong van het ziekenhuis een belangrijke succesfactor is. Ook wordt informatie gegeven<br />
aan de inrichting van de organisatie, aan de kernwaarden en aan het thema Veiligheid. Na<br />
het algemene introductieprogramma werkt de eigen afdeling de nieuwe medewerker verder in.<br />
Werkklimaat<br />
Elf medewerkers van het <strong>Diakonessenhuis</strong> benaderden in <strong>2008</strong> een vertrouwenspersoon. In<br />
<strong>2008</strong> waren Jeanette Eras (locatie Zeist) en Willeke Oldenhof (locatie Utrecht) de vertrouwenspersonen<br />
in het <strong>Diakonessenhuis</strong>. Ook is in <strong>2008</strong> hard gewerkt aan regelingen op het gebied van<br />
gedrag om het werkklimaat in het <strong>Diakonessenhuis</strong> te verbeteren. De individuele leidinggevenden<br />
hebben aandacht besteed aan de kernwaarden en het gedrag dat daarbij wenselijk is, met<br />
als eerste aanzet de ‘kernwaardenwaaier’.<br />
Ongewenst gedrag, agressie en geweld<br />
Sinds <strong>2008</strong> kent het <strong>Diakonessenhuis</strong> de mogelijkheid om ongewenst gedrag, agressie en geweld<br />
te melden. Sindsdien worden incidenten gemeld. In vrijwel alle gevallen ging het in <strong>2008</strong><br />
om agressie van patiënten of bezoekers tegen een medewerker.<br />
Incidenten melden<br />
Het melden van incidenten is in <strong>2008</strong> verbeterd via het Incident Management Systeem (IMS).<br />
Medewerkers kunnen de volgende incidenten melden via het Diakweb (intranet): arbeidsongevallen,<br />
prikaccidenten en grensoverschrijdend gedrag (seksuele intimidatie, agressie en geweld,<br />
pesten en discriminatie). Zie ook hoofdstuk 4.6.4.<br />
Ergocoaches<br />
In <strong>2008</strong> zijn nieuwe ergocoaches opgeleid om de fysieke belasting te verminderen, zowel voor<br />
68 j a a rd o c u m e n t <strong>stichting</strong> diak o n e s s e n h u i s <strong>2008</strong> b e l e i d, inspanningen en pre s t a t i e s 69
eeldschermwerk als in de zorg (twee verschillende trainingen). Ook was er een interne ergocoachdag,<br />
waarin de ergocoaches de wens uitten om beter te functioneren binnen het <strong>Diakonessenhuis</strong>.<br />
Samen met de afdeling Gezondheidsmanagement hebben de ergocoaches acties<br />
ondernomen om de samenwerking en kwaliteit van de werkzaamheden op de afdelingen te<br />
verbeteren. Er is een speciale website voor ergocoaches op het Diakweb, met een forum waarop<br />
ergocoaches (beschermd) met elkaar kunnen discussiëren. Sinds juni vindt eens per kwartaal<br />
een ergocoachlunch plaats in Zeist en Utrecht. Daarin worden actuele thema’s besproken en is<br />
ruimte voor intervisie en kennisuitwisseling.<br />
4.8 Samenleving<br />
4.8.1 Cliënten<br />
Het <strong>Diakonessenhuis</strong> wil een algemeen ziekenhuis zijn waarin medewerkers zorg op maat geven<br />
aan patiënten (zorg door mensen aan mensen). Centraal daarin staat dat de zorg wordt afgestemd<br />
op de reële zorgvraag van de patiënt. Via het model Klantwaarden toetst het ziekenhuis<br />
voortdurend of de geboden zorg voldoet aan de verwachtingen van cliënten/patiënten. Ook de<br />
betrokkenheid van de Cliëntenraad bij de organisatie en kwaliteit van de ziekenhuiszorg zorgt<br />
voor een goede invulling van de maatschappelijke verantwoordelijkheid als zorginstelling. Door<br />
signalen vanuit de klachtenbehandeling terug te koppelen in de organisatie en zo nodig zaken<br />
aan te passen, blijft het ziekenhuis gericht op verbetering van de patiëntenzorg.<br />
4.8.3 Milieu<br />
Handhaving en vergunningverlening<br />
In <strong>2008</strong> bezocht de afdeling Handhaving van de gemeente de locaties Zeist en Utrecht. De inrichting<br />
was over het algemeen in orde. De gemeente keek specifiek naar de koelmachines. Het<br />
onderhoud bleek niet in alle gevallen te voldoen. Dat wordt momenteel aangepast. Punt van<br />
aandacht is het hoge energiegebruik. Besloten is een energiecoördinator aan te trekken, die<br />
beleid ontwikkelt voor structurele bezuinigingsmaatregelen. Om het dreigende tekort aan parkeerplaatsen<br />
op te vangen vanwege de verdwijning van parkeerterrein P3, realiseerde Utrecht<br />
49 extra parkeerplaatsen. Om deze te kunnen gebruiken, is een vrijstelling aangevraagd van de<br />
Algemene Leefmilieuverordening (ALMV). Ook is een melding gedaan in het kader van de Milieuvergunning.<br />
De beslissing van de gemeente over beide aanvragen is nog niet binnen. In Zeist<br />
constateerde de inspecteur Handhaving nog een aantal vooral administratieve tekortkomingen..<br />
Zo kon het ziekenhuis een aantal keuringsrapporten van de stook- en koelinstallaties niet direct<br />
tonen, maar dat is inmiddels op orde.<br />
Waterbemonstering<br />
De reguliere bemonsteringen van afvalwater zijn volgens de eisen uitgevoerd. In Zeist bleek de<br />
concentratie vluchtige organochloorverbindingen hoger dan toegestaan, maar de oorzaak werd<br />
niet gevonden. De tweede meting viel ruim binnen de norm. Ook de som aromaten bleek bij<br />
twee metingen verhoogd. De oorzaak wordt nog onderzocht. In Utrecht viel de bemonstering<br />
van BTEX de eerste keer iets hoger uit. De tweede meting viel ruim binnen de norm.<br />
4.8.2 Maatschappij<br />
Het <strong>Diakonessenhuis</strong> wil zijn maatschappelijke verantwoordelijkheid waarmaken door de beste<br />
kwaliteit te leveren tegen zo laag mogelijke kosten. Dat houdt onder meer in dat de zorg, waar<br />
mogelijk, in een poliklinische setting wordt verleend en dat een opname, waar mogelijk, in dagbehandeling<br />
plaatsvindt. Bij een klinische opname wordt de verpleegduur tot een aanvaardbaar<br />
minimum beperkt. Zo maakt het ziekenhuis optimaal gebruik van de beschikbare capaciteiten<br />
(voorzieningen, professionals en middelen) voor de zorgverlening aan patiënten.<br />
Gegevens in figuur 33 tonen aan dat de doelstellingen in <strong>2008</strong> in grote lijnen zijn gerealiseerd.<br />
Figuur 34 Energiegebruiken periode 2003 t/m <strong>2008</strong> locatie Utrecht<br />
energiedrager<br />
milieubelasting<br />
warmte<br />
elektra gas warmte gecorr. water CO 2<br />
NO X<br />
en SO 2<br />
jaar [kWh] [m3] [GJ] [GJ] [m3] [ton] [ze]<br />
2006 6.556.503 475.547 28.038 32.311 50.840 4.740 149.676<br />
2007 7.373.725 402.409 25.742 29.618 58.852 5.070 163.168<br />
<strong>2008</strong> 7.550.399 434.482 28.386 28.044 60.159 5.235 167.953<br />
Figuur 33 Beschikbare capaciteit in <strong>2008</strong><br />
Ontwikkelingen beschikbare capaciteit t.o.v. 2007<br />
• het aantal eerste polikliniekbezoeken is gestegen met 5,3%<br />
• het aantal herhalingsbezoeken is afgenomen met 9%<br />
• het aantal dagbehandelingen is toegenomen met 10 %<br />
• het aantal klinische opnamen is toegenomen met 2,5 %<br />
• de gemiddelde verpleegduur is gelijk gebleven en bedraagt 5,6 dagen.<br />
Figuur 35 Warmteverbruik Utrecht<br />
procentuele stijgingen/dalingen<br />
elektra gas warmte<br />
warmte<br />
gecorr. CO 2<br />
NO X<br />
en SO 2<br />
2006 t.o.v. 2005 -4,7% -5,8% -8,7% -5,6% -4,9% -4,8%<br />
2007 t.o.v. 2006 12,5% -15,4% -8,2% -8,3% 7,0% 9,0%<br />
<strong>2008</strong> t.o.v. 2007 2,4% 8,0% 10,3% -5,3% 3,3% 2,9%<br />
70 j a a rd o c u m e n t <strong>stichting</strong> diak o n e s s e n h u i s <strong>2008</strong> b e l e i d, inspanningen en pre s t a t i e s 71
Figuur 36 Energiegebruiken periode 2003 t/m <strong>2008</strong> locatie Zeist<br />
energiedrager<br />
milieubelasting<br />
elektra gas gas gecorr. water CO 2<br />
NO X<br />
en SO 2<br />
jaar [kWh] [m3] [m3] [m3] [ton] [ze]<br />
2006 2.969.086 683.143 786.980 15.856 3.068 86.024<br />
2007 3.014.139 652.193 750.674 15.502 3.033 85.718<br />
<strong>2008</strong> 3.002.257 795.240 785.649 16.387 3.308 91.060<br />
Figuur 37 Warmteverbruik Zeist<br />
procentuele stijgingen/dalingen<br />
elektra gas gas gecorr. CO 2<br />
NO X<br />
en SO 2<br />
2006 t.o.v. 2005 19,2% 5,1% 8,6% 12,5% 14,4%<br />
2007 t.o.v. 2006 1,5% -4,5% -4,6% -1,1% -0,4%<br />
<strong>2008</strong> t.o.v. 2007 -0,4% 21,9% 4,7% 9,1% 6,2%<br />
Papier& karton: Stijging van 24% door grotere aanvoer goederen in <strong>2008</strong><br />
Grof vuil: Stijging van 34% door toename van bouwactiviteiten<br />
4.9 Financieel Beleid<br />
4.9.1 Algemeen beeld<br />
Het <strong>Diakonessenhuis</strong> werkt aan een financieel gezonde balans, die het ziekenhuis in staat stelt de<br />
risico’s die marktwerking in de zorg met zich meebrengen beheersbaar te houden en de financiering<br />
voor vernieuwbouwprojecten mogelijk te maken. Criteria voor financiële gezondheid zijn:<br />
• een groeiende solvabiliteit in meerjarig perspectief<br />
• een positieve financiële marge waarbij productie en uitgaven in balans zijn<br />
• een goede liquiditeit waarbij het werkkapitaal is geminimaliseerd en uitgaande en inkomende<br />
geldstromen zijn beheerst.<br />
De solvabiliteit (weerstandsvermogen) gemeten in percentage van de omzet van het <strong>Diakonessenhuis</strong><br />
verbeterde in <strong>2008</strong> fors: van 6,2% eind 2007 naar 8,9% in <strong>2008</strong>.<br />
Ontwikkeling resultaat<br />
Toelichting bij warmteverbruik:<br />
Het <strong>Diakonessenhuis</strong> heeft in <strong>2008</strong> meer warmte gebruikt. Maar in verhouding tot het aantal<br />
graaddagen waren we zuiniger dan vorig jaar.<br />
Figuur 38 Afval<br />
stijging c.q.<br />
Afval 2006 2007 <strong>2008</strong> daling t.o.v.<br />
<strong>Diakonessenhuis</strong><br />
vorig jaar<br />
Restafval 510.370 548.540 568.200 4%<br />
Specifiek<br />
ziekenhuisafval 31.657 30.675 46.375 51%<br />
Glas 3.645 5.930 3.580 -40%<br />
Gevaarlijk afval 12.842 12.317 12.185 -1%<br />
Papier & karton 115.380 113.140 139.890 24%<br />
Grof vuil 29.000 31.580 42.200 34%<br />
Toelichting bij figuur afval<br />
Restafval: Stijging van 4%. Oorzaak ligt voornamelijk in de gemiddelde groei van 3% van het<br />
<strong>Diakonessenhuis</strong> en afvoeren van glas bij het restafval.<br />
SZA: stijging van 51% komt door nieuwe richtlijnen landelijke afvalplan (LAB 2007) voor specifiek<br />
ziekenhuis afval en gedecontamineerde afval afvoeren van MMI na afschaf autoclaaf. De<br />
hoeveelheid SZA zal naar verwachting verder stijgen als gevolg van strengere controles op het<br />
bedrijfsafval.<br />
Glas: wordt bij het restafval afgevoerd vanwege de verontreinigingen in het glas afkomstig van<br />
ziekenhuizen. De AVI kan binnen de bedrijfsafvalstroom tot 5% glas verwerken.<br />
Figuur 39 Jaarresultaat <strong>2008</strong><br />
in € x 1 miljoen <strong>2008</strong> 2007 %<br />
Opbrengsten<br />
A-segment 103,8 111,9 -7,2%<br />
B-segment 37,6 16,0 135,0%<br />
Overige bedrijfsopbrengsten 20,8 17,3 20,2%<br />
Totaal opbrengsten 162,2 145,2 11,7%<br />
Kosten<br />
Fte’s 1.778 fte 1.728 fte<br />
Personeelskosten 93,1 85,7 8,6%<br />
Afschrijvingen 11,7 10,3 13,6%<br />
Bedrijfskosten 49,3 45,2 9,1%<br />
Financiële baten en lasten 3,4 3,2 6,3%<br />
157,5 144,4 9,1%<br />
Resultaat 4,7 0,8 487,5%<br />
72 j a a rd o c u m e n t <strong>stichting</strong> diak o n e s s e n h u i s <strong>2008</strong> b e l e i d, inspanningen en pre s t a t i e s 73
De jaarrekening <strong>2008</strong> sluit met een positief saldo van € 4,7 miljoen. Het resultaat is voor € 3,0 miljoen<br />
positief beïnvloed door baten WMG-budget uit voorgaande jaren. Daarnaast wordt het resultaat<br />
<strong>2008</strong> voor € 1,3 miljoen positief beïnvloed, vanwege de hogere baten kapitaalvergoeding<br />
B-segment. In het totaal zijn daarmee voor € 4,3 miljoen aan incidentele baten meegenomen in<br />
het resultaat over <strong>2008</strong>. Daarnaast zijn voor € 1,2 miljoen incidentele lasten meegenomen. Hiermee<br />
bedraagt het operationele resultaat voor incidentele lasten € 1,6 miljoen.<br />
Het totale resultaat is toegevoegd aan het eigen vermogen, wat een positief effect heeft op de<br />
omvang van het eigen vermogen en daarmee de solvabiliteit van het ziekenhuis. Het eigen vermogen<br />
van het <strong>Diakonessenhuis</strong> stijgt hierdoor van € 7,7 miljoen naar € 12,4 miljoen. De solvabiliteit<br />
(weerstandsvermogen als percentage van de omzet) neemt toe van 6,7% in 2007 naar 8,9%<br />
in <strong>2008</strong>. Onderdeel van het weerstandsvermogen is een achtergestelde lening van de Stichting<br />
Vrienden van het <strong>Diakonessenhuis</strong>. De stijging van de solvabiliteit is noodzakelijk voor de financiering<br />
en bekostiging van investeringen in het Acuut centrum (gepland 2009-2011).<br />
4.9.2 Opbrengsten<br />
Het wettelijk budget voor aanvaardbare kosten daalde in <strong>2008</strong> met € 8,0 miljoen tot een bedrag<br />
van € 103,8 miljoen. Deze daling bestaat uit de volgende onderdelen:<br />
• verlaging budget:<br />
– schoning door invoering B-segment € 18,7 miljoen<br />
– prestatiecontract / kortingsmaatregel € 1,8 miljoen<br />
– overig € 1,3 miljoen<br />
• verhoging budget:<br />
– budgetwaarde variabele productie + € 3,3 miljoen<br />
– overheidsbijdrage in arbeidsontw./prijsindex + € 3,2 miljoen<br />
– nacalculatie kapitaallasten + € 1,9 miljoen<br />
– dure geneesmiddelen + € 1,4 miljoen<br />
– nacalulatie voorgaande jaren + € 3,0 miljoen<br />
– overig + € 1,0 miljoen<br />
De opbrengsten B-segment namen in <strong>2008</strong> toe met € 21,6 miljoen. Hiervan heeft € 15,9 miljoen betrekking<br />
op de invoering 2e tranche in <strong>2008</strong> en € 4,6 miljoen op de stelwijziging kapitaalslasten. De<br />
‘autonome’ groei voor <strong>2008</strong> is dus € 1,1 miljoen, ofwel een groei (inclusief indexering) van circa 7%.<br />
De overige bedrijfsopbrengsten stegen met € 3,5 miljoen tot € 20,8 in <strong>2008</strong>. Een positief effect<br />
heeft de afschaffing van de lumpsum voor honorering specialisten in loondienstverband van<br />
€ 2,4 miljoen, de invoering 2e tranche opleidingen van € 0,4 miljoen en de doorberekening van<br />
de salariskosten personeel van € 0,7 miljoen. Een negatief effect van € 1,0 miljoen heeft het uitfaseren<br />
van de maaltijdverstrekking aan derden.<br />
4.9.3 Kosten<br />
De lasten stegen in <strong>2008</strong> met 9,1% van € 144,4 miljoen naar € 157,5 miljoen. De personele lasten<br />
stegen met 8,6% naar € 93,1 miljoen, de bedrijfskosten met 9,1% naar € 49,3 miljoen, terwijl de<br />
kapitaallasten in <strong>2008</strong> stegen met 13,6% naar € 11,7 miljoen.<br />
Figuur 40 Personeelskosten<br />
in € x 1 miljoen <strong>2008</strong> 2007 %<br />
Totale kosten 93,1 85,7 8,6%<br />
Personeel niet in loondienst 3,9 3,4 14,7%<br />
Geschoonde personeelskosten 89,2 82,3 8,4%<br />
Fte’s 1.778 fte 1.728 fte 2,9%<br />
Bedrag per fte 50,17 47,63 5,3%<br />
De personele kosten stegen van € 85,7 miljoen in 2007 naar € 93,1 miljoen in <strong>2008</strong>. Dit betekent<br />
een toename van € 7,4 miljoen, ofwel 8,6%. Dit wordt veroorzaakt door:<br />
• indexeringen lonen met € 2,4 miljoen<br />
• toename personeel met 50 fte (2,9%), ofwel € 2,2 miljoen<br />
• voorziening vakantiedagen € 0,7 miljoen<br />
• toename personeel niet in loondienst met € 0,5 miljoen<br />
• periodieke salarisverhogingen met name anciënniteitstijging € 0,4 miljoen<br />
• premie sociale lasten stijging € 0,8 miljoen.<br />
De formatie in de zorg nam in <strong>2008</strong> toe met 53 fte, ofwel 3,8%. De niet-zorggebonden fte’s daalden<br />
met 3 fte ten opzichte van 2007. Hoewel in 2007 nog sprake was van een lichte daling van<br />
de productiviteit (-0,3%), nam de productiviteit (gemeten per patiënteneenheid) in <strong>2008</strong> toe met<br />
1,1%.<br />
De loonsom per fte steeg in <strong>2008</strong>. Deze stijging is een gevolg van meerdere factoren, waaronder<br />
de nieuwe CAO <strong>2008</strong>/2009, een stijging van de premies voor de sociale lasten (premie WW,<br />
premie WAO en werkgeversbijdrage ZVW) en een endogene stijging van de salariskosten (vooral<br />
anciëniteiten). De nieuwe CAO <strong>2008</strong>/2009, waarin een salarisverhoging is afgesproken van 3,25%<br />
per 1 juni <strong>2008</strong> en een eenmalige uitkering in oktober van 1%, heeft het grootste aandeel in de<br />
totale stijging.<br />
Figuur 41 Bedrijfskosten<br />
in € x 1 miljoen <strong>2008</strong> 2007 %<br />
Totale kosten 49,3 45,2 9,1%<br />
Kosten voedingsmiddelen en<br />
andere hotelmatige kosten 6,8 7,2 -5,6%<br />
Algemene kosten 9,9 9,6 3,1%%<br />
Patiënt- en bewonersgebonden kosten 26,7 23,5 13,6%<br />
Terrein- en gebouwgebonden kosten 4,9 3,4 44,1%<br />
Overige bedrijfskosten 1,0 1,5 -33,3%<br />
74 j a a rd o c u m e n t <strong>stichting</strong> diak o n e s s e n h u i s <strong>2008</strong> b e l e i d, inspanningen en pre s t a t i e s 75
4.9.5 Analyse investeringen<br />
In <strong>2008</strong> investeerde het <strong>Diakonessenhuis</strong> € 7,4 miljoen aan medische inventaris, € 1,8 miljoen<br />
in ICT, € 3,3 miljoen in gebouwen en installaties en € 3,9 miljoen in nieuwbouw Zeist. Duidelijk<br />
is dat de inhaalslag van voorgaande jaren nog steeds actueel is; de investeringen in medische<br />
inventaris stegen in <strong>2008</strong> met € 0,4 miljoen tot € 7,4 miljoen, terwijl dit in 2007 € 6,6 miljoen was.<br />
De investeringen in ICT (€ 1,8 miljoen) betroffen onder meer de voorbereidingen voor het EPD<br />
en de uitbreiding van de telefoniecentrale. Dit heeft vooral te maken met de nieuwbouw van de<br />
polikliniek en het opnameplein op de locatie Zeist.<br />
In 2009 zijn investeringen gepland in medische inventaris, ICT, gebouwen en installaties en de<br />
verdere oplevering in Zeist van € 10 miljoen, waarvan € 3,9 miljoen aan ICT, vooral in verband<br />
met de verdere uitrol van het EPD.<br />
Voor de locatie Utrecht is in 2009 de bouw van een geheel nieuw Acuut centrum gepland. Via<br />
een concurrentiegerichte dialoog is daarvoor een aanbestedingstraject afgerond. Momenteel<br />
vindt afstemming met een van de inschrijvers plaats en is men in gesprek met een bank over de<br />
financiering. Het nieuw te bouwen Acuut centrum zal een behoorlijke weerslag hebben op alle<br />
financiële parameters, zoals solvabiliteit, weerstandsvermogen, omzet, liquiditeit, debt coverage<br />
ratio en kapitaallasten. Hiertoe is een uitgebreid businessplan opgesteld dat ook met de banken<br />
is besproken. Onderdeel van het businessplan is een meerjarenoverzicht van capaciteitsbezetting,<br />
kasstromen, balans en resultatenrekening, waarbij wordt aangetoond dat de geplande investeringen<br />
in nieuwbouw, binnen de gestelde randvoorwaarden, zijn te dragen.<br />
Afschrijvingskosten<br />
De bedrijfskosten namen in <strong>2008</strong> toe met € 4,1 miljoen, ofwel 9,1%. Dit wordt als volgt verklaard:<br />
• toename dure medicijnen € 0,9 miljoen<br />
• toename verbruik implantaten € 0,7 miljoen<br />
• toename overige patiëntgebonden kosten € 1,4 miljoen<br />
• toename energiekosten met € 0,6 miljoen<br />
• toename dotatie onderhoudsvoorziening met € 0,7 miljoen<br />
• daling kosten voedingsmiddelen met € 0,2 miljoen.<br />
De afschrijvingen op vaste activa stegen met € 1,4 miljoen, waarvan € 0,2 miljoen is nagecalculeerd.<br />
Het restant van € 1,2 miljoen wordt veroorzaakt door het afschrijven van investeringen in<br />
medische en overige inventarissen en ICT.<br />
4.8.4 Productie<br />
De stijging in patiënteenheden is in <strong>2008</strong> 4,0% ten opzichte van een groei van 3,4% in 2007 en<br />
2006. Een patiënteenheid is samengesteld uit 1,22 epb, 3,4 dagverpleging, 10 gewogen opnamen<br />
en 0,49 verpleegdagen. Alle parameters groeiden in <strong>2008</strong>, zij het in verschillende mate. De<br />
groei binnen patiëntencategorieën lag tussen 1% en 5%, waarbij de specialismen longziekten en<br />
MDL een fors hogere groei kenden.<br />
Verwachtingen<br />
De begroting 2009 is vastgesteld met een positief resultaat van € 1,9 miljoen. Realisatie van dit<br />
resultaat is sterk afhankelijk van de productiegroei en de uitkomsten in de onderhandelingen<br />
met zorgverzekeraars. De onderhandelingen met betrekking tot het B-segment zijn nog niet afgerond,<br />
waardoor onzekerheid bestaat over de hoogte van de verkoopprijzen in dit segment. De<br />
prijzen voor de zorg die met ingang van 2009 is overgeheveld van het A- naar het B-segment,<br />
zijn voor het eerst op basis van lokale profielen vastgesteld. Dat geeft in ieder geval veel inzicht<br />
in zorg waarin het <strong>Diakonessenhuis</strong> een sterke concurrentiepositie heeft.<br />
Bij de vaststelling van de begroting 2009 is uitgegaan van een groei van de productie van 3,4%<br />
in het A-segment en 3% in het B-segment. Dit stemt in grote mate overeen met de jaarplannen<br />
van de verschillende patiëntencategorieën.<br />
De wet- en regelgeving zal ook in 2009 dynamisch blijken. Zo wordt de concrete vertaling van<br />
het advies van de commissie Havermans verwacht in het WMG - budget. Daarnaast zijn eventuele<br />
kortingen die door het ministerie van VWS worden opgelegd nog niet bekend, maar de<br />
ervaring leert dat die elk jaar worden doorgevoerd.<br />
Daarnaast worden in 2009 de nodige voorbereidingen getroffen om de declaratie van nieuwe<br />
zorgproducten mogelijk te maken per 1 januari 2011: de DBC’s op weg naar transparantie. Het<br />
<strong>Diakonessenhuis</strong> houdt rekening met een groot aantal nieuwe zorgactiviteiten die de bestaande<br />
kostprijzen en bedrijfsvoering flink wijzigen.<br />
Met betrekking tot de lasten is nog niet duidelijk welke effecten de nieuwe CAO per 1 juni 2009<br />
geeft. Het groeiende verbruik van dure geneesmiddelen is een risico, vanwege de hoge lasten<br />
die daarmee samengaan. De inzet van personeel is overwegend nog niet genormeerd, hoewel<br />
76 j a a rd o c u m e n t <strong>stichting</strong> diak o n e s s e n h u i s <strong>2008</strong> b e l e i d, inspanningen en pre s t a t i e s 77
het ziekenhuis hiermee in <strong>2008</strong> is gestart. Instrumenten zijn ingericht om daarmee verder te<br />
gaan in 2009. Met deze effecten is deels rekening gehouden in de begroting van 2009.<br />
Op het gebied van bedrijfsvoering verwacht het <strong>Diakonessenhuis</strong> in 2009 de administratie om<br />
te zetten naar resultaatverantwoordelijke eenheden (RVE): een structuur waarin per afdeling alle<br />
baten en lasten worden toegerekend. Op deze manier wordt meer transparantie verkregen in<br />
de toegevoegde waarde per afdeling. Deze overgang vormt een van de peilers waarop in 2009<br />
strakker gaat worden gestuurd en waardoor sturing nog meer bij het management komt te liggen.<br />
Bijlage<br />
Publicaties <strong>2008</strong><br />
leden medische staf <strong>Diakonessenhuis</strong><br />
78 j a a rd o c u m e n t <strong>stichting</strong> diak o n e s s e n h u i s <strong>2008</strong> b e l e i d, inspanningen en pre s t a t i e s 79
Publicaties <strong>2008</strong> leden medische staf<br />
d.d. 18-03-2009/N. Meijer<br />
De Boer I.P., Zeestraten E.C., Lopriore E., Van Kamp E., Kanhai H.H., Walther F.J. Pediatric<br />
outcome in Rhesus hemolytic disease treated with and without intrauterine transfusion.<br />
American Journal of Obstetrics and Gynecology, 198(1), 54.e1-4.<br />
Leijser L.M., Liauw L., Veen S., de Boer I.P., Walther F.J., Van Wezel-Meijler G. Comparing brain<br />
white matter on sequential cranial ultrasound and MRI in very preterm infants. Neuroradiology<br />
<strong>2008</strong>;50(9):799-811. Epub <strong>2008</strong> Jun 11.<br />
Chan A., Vanlemmens L., Conte P., Beith J., ten Bokkel Huinink D., Samonigg H., Verma S.,<br />
Srimuninnimit V., Martoni A., Miles D.W. Efficacy of bevacizumab (BV) plus docetaxel (D) does<br />
not correlate with hypertension (HTN) or G-CSF use in patients (pts) with locally recurrent (LR)<br />
or metastatic breast cancer (mBC) in the AVADO phase III study. San Antonio Breast Cancer<br />
Symposium USA; Abstract <strong>2008</strong>.<br />
Simkens L.H.J., Koopman M., Mol L., Derleyn V.A., Depres-Brummer P., Muller E.W., Veldhuis G.J.,<br />
ten Bokkel Huinink D., Antoninie N.F., Punt C. Influence of body surface area (BSA) and body<br />
mass index (BMI) on toxicity and survival in advanced colorectal cander (ACC) patients receiving<br />
chemotherapy. (Poster) American Society of Clinical Oncology <strong>2008</strong>.<br />
Bossink A.W., Deege M., Thijssen S.F. A possible role for Epstein-Barr virus infection in COPD?<br />
Eur Respir J. <strong>2008</strong>;32(5):1411-2; author reply 1413.<br />
Kösters K., Nau R., Bossink A., Greiffendorf I., Jentsch M., Ernst M., Thijsen S., Hinks T., Lalvani A.,<br />
Lange C. Rapid Diagnosis of CNS Tuberculosis by a T-Cell Interferon-gamma Release Assay on<br />
Cerebrospinal Fluid Mononuclear Cells. Infection <strong>2008</strong>;36(6):597-600. Epub <strong>2008</strong> Jan 12.<br />
Ruiter G., Vonk Noordegraaf A., Paul M.A., Bossink A.W.J. A patient with an inspiratory stridor 25<br />
years after lung surgery. Braethe <strong>2008</strong>;5:171-5.<br />
Burgmans J.P.J., Clevers G.J., Verleisdonk E.J.M.M., Davids P.H.P. Endoscopische liesbreukchirurgie:<br />
minder chronische pijnklachten en een snellere reïntegratie in het arbeidsproces.<br />
Tijdschrift voor Bedrijfs- en Verzekeringsgeneeskunde <strong>2008</strong>;16(9):393-5.<br />
Elshof J.W., Keus F., Burgmans J.P., Clevers G.J., Davids P.H., van Dalen T. Feasibility of<br />
right-sided total extraperitoneal procedure for inguinal hernia repair after appendectomy:<br />
a prospective cohort study. Surg Endosc. <strong>2008</strong>;5. Epub ahead of print.<br />
Scholtes V.P.W., Vermeulen G.M., Sonneveld D.J.A., Clevers G.J., Moojen M.J. Geïsoleerde<br />
scafoiddislocatie met axiale carpale dissociatie. Nederland Tijdschrift Traumatol. <strong>2008</strong>;16:151.<br />
Ten Duis K., Clevers G.J. Avulsiefractuur van spina iliaca anterior superior bij een 19-jarige<br />
sporter.Nederland Tijdschrift Traumatol. <strong>2008</strong>;16:12.<br />
Van Dalen T., Twigt B., ten Bokkel Huinink D. Uit de praktijk; een carcinoommetastase in de<br />
oksel van een onbekende origine: het voordeel (?!) van de twijfel. Kanker <strong>2008</strong>;32:18-19.<br />
Ten Duis K., van Dalen T. Een man met een zwelling in de bilnaad. Ned Tijdschr Geneeskd.<br />
<strong>2008</strong>;152:1322.<br />
Bult M.F.J., van Dalen T., Muller A.F. Surgical treatment of obesity. Eur J Endocrinol.<br />
<strong>2008</strong>;158(2):135-45.<br />
Eshuis E.J., Bemelman W.A., van Bodegraven A.A., Sprangers M.A., Bossuyt P.M., van Milligen de<br />
Wit A.W., Crolla R.M., Cahen D.L., Oostenbrug L.E., Sosef M.N., Voorburg A.M., Davids P.H., van<br />
der Woude C.J., Lange J., Mallant R.C., Boom M.J., Lieverse R.J., van der Zaag E.S., Houben M.H.,<br />
Vecht J., Pierik R.E., van Ditzhuijsen T.J., Prins H.A., Marsman W.A., Stockmann H.B., Brink M.A.,<br />
Consten E.C., van der Werf S.D., Marinelli A.W., Jansen J.M., Gerhards M.F., Bolwerk C.J., Stassen<br />
L.P., Spanier B.W., Bilgen E.J., van Berkel A.M., Cense H.A., van Heukelem H.A., van de Laar A., Slot<br />
W.B., Eijsbouts Q.A., van Ooteghem N.A., van Wagensveld B., van den Brande J.M., van Geloven<br />
A.A., Bruin K.F., Maring J.K., Oldenburg B., van Hillegersberg R., de Jong D.J., Bleichrodt R., van<br />
der Peet D.L., Dekkers P.E., Goei T.H., Stokkers P.C. Laparoscopic ileocolic resection versus<br />
infliximab treatment of distal ileitis in Crohn’s disease: a randomized multicenter trial (LIR!Ctrial).<br />
BMC Surg. <strong>2008</strong>;8:15.<br />
Van Hooft J.E., Fockens P., Marinelli A.W., Timmer R., van Berkel A.M., Bossuyt P.M., Bemelman<br />
W.A.; Dutch Colorectal Stent Group (Davids P.). Early closure of a multicenter randomized<br />
clinical trial of endoscopic stenting versus surgery for stage IV left-sided colorectal cancer.<br />
Endoscopy. <strong>2008</strong>;40:184-91.<br />
Bouwman J.J., Visseren F.L., Bouter K.P., Diepersloot R.J. Infection-induced inflammatory<br />
response of adipocytes in vitro. Int J Obes (Lond) <strong>2008</strong>;32(6):892-901.<br />
Van Elden L.J., Sachs A.P., van Loon A.M., Haarman M., van de Vijver D.A., Kimman T.G., Zuithoff<br />
P., Schipper P.J., Verheij T.J., Nijhuis M. Enhanced severity of virus associated lower respiratory<br />
tract disease in asthma patients may not be associated with delayed viral clearance and<br />
increased viral load in the upper respiratory tract. J Clin Virol. <strong>2008</strong>;41(2):116-21.<br />
Endeman H., Schelfhout V., Voorn G.P., van Velzen-Blad H., Grutters J.C., Biesma D.H. Clinical<br />
features predicting failure of pathogen identification in patients with community acquired<br />
pneumonia. Scand J Infect Dis. <strong>2008</strong>;40(9):715-20.<br />
Endeman H., Ligtenstein D.A., Oudemans-van Straaten H.M. Spontaneous perforation of<br />
the cystic duct in streptococcal toxic shock syndrome: a case report. J Med Case Reports.<br />
<strong>2008</strong>;29;2:338.<br />
Endeman H., Herpers B.L., de Jong B.A., Voorn G.P., Grutters J.C., van Velzen-Blad H., Biesma D.H.<br />
Mannose-binding lectin genotypes in susceptibility to community-acquired pneumonia. Chest<br />
<strong>2008</strong>;134(6):1135-40. Epub <strong>2008</strong> Jul 18.<br />
Endeman H., Schraverus P.J., Attema-de Jonge M.E., Franssen E.J.F., Bosman R.J. en Oudemansvan<br />
Straaten H.M. Systemic tobramycin concentrations in critically ill patients treated with<br />
selective decontamination of the digestive tract. Intens. Care Med <strong>2008</strong>;34(suppl 1)0107:S31.<br />
Van de Garde E.M., Endeman H., van Hemert R.N., Voorn G.P., Deneer V.H., Leufkens H.G., van<br />
80 j a a rd o c u m e n t <strong>stichting</strong> diak o n e s s e n h u i s <strong>2008</strong><br />
p u b l i c a t i e s 81
den Bosch J.M., Biesma D.H. Prior outpatient antibiotic use as predictor for microbial aetiology<br />
of community-acquired pneumonia: hospital-based study. Eur J Clin Pharmacol. <strong>2008</strong>;64(4):405-<br />
10. Epub 2007 Nov 30.<br />
Van de Garde E.M., Endeman H., Deneer V.H., Biesma D.H., Sayed-Tabatabaei F.A., Ruven H.J.,<br />
Leufkens H.G., van den Bosch J.M. Angiotensin-converting enzyme insertion/deletion<br />
polymorphism and risk and outcome of pneumonia. Chest. <strong>2008</strong>;133(1):220-5. Epub 2007 Oct 1.<br />
Van de Garde E.M.W., Endeman H., van Hemert R.N., Voorn G.P., Deneer V.H.M., Leufkens H.G.M.,<br />
van den Bosch J.M.M., Biesma D.H. Antibioticagebruik voor ziekenhuisopname voorspellend<br />
voor microbiologische etiologie van pneumonie. Pharmaceutisch Weekblad <strong>2008</strong>; 220;2(5):109-<br />
11.<br />
Herpers B.L., Endeman H., de Jong B.A.W., van Hannen E.J., Rijkers G.T., van Velzen-Blad H.,<br />
Biesma D.H., Grutters J.C., Voorn G.P., de Jongh B.M. Pathogen-related association of<br />
mannose-binding lectin efficiency with community-acquired pneumonia. Acta Physiologica<br />
<strong>2008</strong>;194:Suppl 665.<br />
Madsen E.V., van Dalen J., van Gorp J., Borel Rinkes I.H., van Dalen T. Strategies for optimizing<br />
pathologic staging of sentinel lymph nodes in breast cancer patients. Virchows Arch. <strong>2008</strong>;453:<br />
17-24.<br />
Goldschmidt H., Lokhorst H.M., Bertsch U., van der Holt B., el Jarari L., Salwender H.J.,<br />
Zweegman S., Vellenga E., Schubert J., Blau I.W., Jie A., Beverloo B., Hose D., van de Velde H.,<br />
Schaafsma M.R., Kersten M.J., Delforge M., de Weerdt O., van der Griend R., Wijermans P., Martin<br />
H., Scheid C., Hänel M., Schmidt-Wolf I.G.H., Sonneveld P., for the HOVON and GMMG group.<br />
Successful Harvesting of Peripheral Hematopoietic Stem Cells after Induction Treatment with<br />
Bortezomib, Adriamycin, Dexamethasone (PAD) in Patients with Newly Diagnosed Multiple<br />
Myeloma. Blood. <strong>2008</strong>;112(11);Abstract 3470 (50th American Society of Hematology Annual<br />
Meeting).<br />
Wijermans P., Schaafsma M., van Norden Y., Ammerlaan R., Wittebol S., Sinnige H., Zweegman<br />
S., van Marwijk Kooi M., van der Griend R., Lokhorst H., Sonneveld P. Melphalan + Prednisone<br />
Versus Melphalan + Prednisone + Thalidomide in Induction Therapy for Multiple Myeloma<br />
in Elderly Patients: Final Analysis of the Dutch Cooperative Group HOVON 49 Study. Blood.<br />
<strong>2008</strong>;112(11); Abstract 649 (50th American Society of Hematology Annual Meeting).<br />
Wijermans P., Schaafsma M., van Norden Y., Ammerlaan R., Sonneveld P., Wittebol S., Sinnige H.,<br />
Huijgens P., van Marwijk Kooy M., van der Griend R. Melphalan prednisone versus melphalan<br />
prednisone thalidomide in induction therapy for multiple myeloma in elderly patients: first<br />
interim results of the Dutch cooperative group HOVON. 13th Congress European Hematology<br />
Association, Copenhagen, Denmark <strong>2008</strong>;Abstract 440.<br />
Van der Spek E., van der Griend R. Comment to: Secondary malignancies after treatment for<br />
indolent non-Hodgkin’s lymphoma: a 16-year follow-up study. Haematologica. <strong>2008</strong>;93:e57;<br />
author reply e58.<br />
Wobbes M.H., van der Griend R. Extramedullary plasmacytomas. ASH Image Bank. <strong>2008</strong>;8-00042.<br />
Sonneveld P., van der Holt B., Schmidt-Wolf I.G.H., Bertsch U., el Jarari L., Salwender H-J.,<br />
Zweegman S., Vellenga E., Schubert J., Blau I.W., Jie G.S.K., Beverloo B., Jauch A., Hose D.,<br />
Schaafsma R., Kersten M.J., Delforge M., de Weerdt O., van der Griend R., Wijermans P.W., Martin<br />
H., van der Velde H., Lokhorst H.M., Goldschmidt H. First Analysis of HOVON-65/GMMG-HD4<br />
Randomized Phase III Trial Comparing Bortezomib, Adriamycine, Dexamethasone (PAD) Vs VAD<br />
as Induction Treatment Prior to High Dose Melphalan (HDM) in Patients with Newly Diagnosed<br />
Multiple Myeloma. Blood. <strong>2008</strong>;112 (11); Abstract 653 (50th American Society of Hematology<br />
Annual Meeting).<br />
Klomp J.M., Verbruggen B.S.M., Korporaal H., Boon M.E., de Jong P., Kramer G.C., van Haaften<br />
M., Heintz A.P.M. Gardnerella vaginalis and Lactobacillus sp in liquid-based cervical samples in<br />
healthy and disturbed vaginal flora using cultivation-independent methods. Diagn Cytopathol.<br />
<strong>2008</strong>;36(5):277-84.<br />
Klomp J.M., Boon M.E., van Haaften M., Heintz A.P. Cytologically diagnosed Gardnerella<br />
vaginalis infection and cervical (pre)neoplasia as established in population-based cervical<br />
screening. Am J Obstet Gynecol. <strong>2008</strong>;199(5):480.e1-5. Epub <strong>2008</strong> Jun 20.<br />
Koot R.W., Habraken J.B., Hulshof M.C., Paans A.M., Bosch D.A., Pruim J. What is the value of<br />
emission tomography studies in patients with a primary glioblastoma multiforme treated by<br />
192Ir brachytherapy? Acta Neurochir. <strong>2008</strong>;150:345-9.<br />
Verberne H.J., Habraken J.B., van Eck-Smit B.L., Agostini D., Jacobson A.F. Variations in 123Imetaiodobenzylguanidine<br />
(MIBG) late heart mediastinal ratios in chronic heart failure: a need<br />
for standardisation and validation. Eur J Nucl Med Mol Imaging. <strong>2008</strong>;35:547-53.<br />
Lindauer R.J., Booij J., Habraken J.B., van Meijel E.P., Uylings H.B., Olff M., Carlier I.V., den Heeten<br />
G.J., van Eck-Smit B.L., Gersons B.P. Effects of psychotherapy on regional cerebral blood flow<br />
during trauma imagery in patients with post-traumatic stress disorder: a randomized clinical<br />
trial. Psychol Med. <strong>2008</strong>;38:543-54.<br />
Post I.L., Siccama I., Houweling P.L. Intra-operative hypotension in patients with high<br />
preoperative blood pressure may increase the risk of anastomotic leakage after major<br />
gastrointestinal surgery. Abstract, Proceedings Anesthesiologiedagen mei <strong>2008</strong>.<br />
Bijker J., van Klei W., Houweling P.L., Kalkman C.J. The discrepancy between self-reported<br />
definitions of intra-operative hypotension and theoretical treatment thresholds for low blood<br />
pressure. Abstract, Proceedings Anesthesiologiedagen mei <strong>2008</strong>.<br />
Zuidema X., Houweling P.L., Tromp Meesters R.C., Siccama I., van Woerkens E.C.S.M. A<br />
web-based preoperative assessment system for anesthetic risk management, patient<br />
information service and a cost effective process of care. EJA <strong>2008</strong>;25: Supplement 44<br />
Bijker J.B, M.D., van Klei W.A., M.D., Ph.D., Houweling P.L., M.D., Ph.D., Kalkman C.J., M.D.,<br />
Ph.D. Intraoperative hypotension, how low do we go?: a questionnaire amongst anesthesia<br />
personnel. Abstract of Scientific Papers <strong>2008</strong>, ASA annual meeting Orlando <strong>2008</strong>.<br />
Bijker J.B, M.D., van Klei W.A., M.D., Ph.D., Houweling P.L., M.D., Ph.D., Kalkman C.J., M.D., Ph.D.<br />
82 j a a rd o c u m e n t <strong>stichting</strong> diak o n e s s e n h u i s <strong>2008</strong><br />
p u b l i c a t i e s 83
Self reported definitions of hypotension and actual treatment thresholds for low blood<br />
pressure. Abstract of Scientific Papers <strong>2008</strong>, ASA annual meeting Orlando <strong>2008</strong>.<br />
Zuidema X., Houweling P., Tromp Meesters R., van Woerkens E.C.S.M., Siccama I. A web-based<br />
preoperative assessment system for anaesthetic risk management, patient information.<br />
Management service and a cost effective process of care. Anesthesiologendagen <strong>2008</strong> en ESA<br />
<strong>2008</strong>.<br />
Hugenholtz G.W.K., Bogers J.P.A.M. Switchen bij antipsychoticagebruik: handvatten voor rationele<br />
keuzes. Psyfar <strong>2008</strong>;3:40-3.<br />
Holländer V., Hugenholtz G.W.K. Paradoxale reacties bij benzodiazepines. Psyfar <strong>2008</strong>;3:38-41.<br />
Hustinx W.N.M. Pneumonie door atypische verwekkers. Regionale Nieuwsbrief Infectieziekten<br />
voor huisartsen Provincie Utrecht <strong>2008</strong>;No 13, juli <strong>2008</strong>:2-3.<br />
Koeman M., Ven A.J.A.M., van der Hak E., Joore J.C.A., Kaasjager H.A.H., de Smet A.M.G.A.,<br />
Ramsay G., Dormans T.P.J., Aarts L.P.H.J, de Bel E.E., Hustinx W.N.M., van der Tweel I., Hoepelman<br />
I.M., Bonten M.J.M. Minder beademingspneumonieën door gebruik van chloorhexidine; een<br />
gerandomiseerde studie. Ned Tijdschr Geneeskd. <strong>2008</strong>;152;752-9.<br />
Venhuizen A.C., Hustinx W.N.M., van Houte A.J., Veth G., van der Griend R. Three cases of<br />
Pneumocystis jirovecii pneumonia (PCP) during first-line treatment with rituximab in combination<br />
with CHOP-14 for agressive B-cell non-Hodgkin’s lymphoma. Eur J Haematol. <strong>2008</strong>;80:275-6.<br />
Oosterheert J.J., Bonten M.J.M., Schneider M.M.E., Buskens E., Lammers J.W.J., Hustinx W.N.M.,<br />
Kramer M.H.H., Prins J.M., Slee PhTh., Kaasjager K., Hoepelman I.M. Vroege omschakeling van intraveneuze<br />
naar orale antibiotica even effectief als standaard intraveneuze therapie bij ernstige,<br />
buiten het ziekenhuis opgelopen, pneumonie. Ned Tijdschr Geneeskd. <strong>2008</strong>;152:269-74.<br />
Kaan J.A., van Dijk Y., Mascini E.M., van Kessel R.P.M., Schellekens J.F.P. Een verloskundige betrokken<br />
bij patiënten met kraamvrouwenkoorts in drie verschillende ziekenhuizen. Ned Tijdschr<br />
Geneeskd. <strong>2008</strong>;152(41):2245-8<br />
Van Laarhoven A., Kaan J.A., Schippers H.M., Mager H.J., van der Meulen M.F.G. Drie patiënten<br />
met tuberculeuze meningitis; behandeling al starten bij waarschijnlijkheidsdiagnose. Ned<br />
Tijdsch Geneeskd. <strong>2008</strong>;152(25);1445-6.<br />
Van der Bruggen T., Kaan J.A., Heddema E.R., van Hannen E.J., de Jongh B.M. Snelle diagnostiek<br />
van psittacose met behulp van een recent ontwikkelde realtime-PCR. Ned Tijdschr Geneeskd.<br />
<strong>2008</strong>;152(34):1866-8.<br />
Timmermans A., van Doorn L.C., Opmeer B.C., Kroeks M.V., Duk M.J., Bouwmeester A.M.,<br />
Kruitwagen R.F., Dijkhuizen F.P., Mol B.W.; Dutch Study in Postmenopausal Bleeding (DUPOMEB).<br />
Follow-up of women after a first episode of postmenopausal bleeding and endometrial<br />
thickness greater than 4 millimeters. Obstet Gynecol. <strong>2008</strong> Jan;111(1):137-43.<br />
Van der Eerden P.A., Lohuis P.F.J.F., Hart A.A.M., Mulder W.C., Vuyk H.D. Secondary intention<br />
healing after excision of non-melanoma skin cancer of the head and neck; statistical<br />
evaluation of prognostic values of wound characteristics on final cosmetic results. Plast<br />
Reconstr Surg. <strong>2008</strong>;122(6):747-55.<br />
Kreeft A., Lohuis P.J.F.M., Smeele L.E. Stent repair of an anastomotic pseudoaneurysm of the<br />
carotid artery after free fibula transplantation. Br J Oral Maxillofac Surg. <strong>2008</strong>;19. Epub ahead of<br />
print. Balm A.J.M., Smeele L.M., Lohuis P.J.F.M. Optimizing exposure of the posterolateral<br />
maxillary and pterygoid region: the lower cheek flap. Eur J Surg Oncol. <strong>2008</strong>;34(6):699-703.<br />
Bremer H.G., Canninga van Dijk M.R., Strackee S., Lohuis P.J.F.M. Haemangioom of vaatmalformatie<br />
van het os nasale. Ned Tijdschr KNO <strong>2008</strong>;4:237-241.<br />
Wreesmann V.B., Smeele L.M., Hilgers F.J.M., Lohuis P.J.F.M. Closure of tracheoesophageal fistula<br />
with prefabricated revascularized bilaminar radial forearm free flap. Head Neck <strong>2008</strong>; Dec 15.<br />
Epub ahead of print.<br />
Klop W.M.C., van der Veen J.P.W., Balm A.J.M., Lohuis P.J.F.M. Keratoacanthoma; excideren of<br />
afwachten. KNO-vergadering, N’gein <strong>2008</strong>; Abstract.<br />
Russell N., Hoving S., Woerdeman L., Hage J., Heeneman S., de Bree R., Lohuis P.J.F.M., Smeele<br />
L.E., Daeman M.J., Stewart F. Medium-sized arteries develop a thicker neo-intima following<br />
irradiation. ESTRO, Göteborg <strong>2008</strong>; Abstract.<br />
Kreeft A., Vos J.A., Tan I.B., de Lange C.A.H., Lohuis P.J.F.M., Smeele L.E. An anastomotic<br />
pseudo-aneurysm of the external carotid artery as an early complication after free<br />
revascularized osseocutaneous fibula transplantation, successfully treated with endovascular<br />
stent placement. KNO-vergadering, N’gein <strong>2008</strong>; Abstract.<br />
Klop W.M.C., van Velthuysen M.L.F., Lohuis P.J.F.M., Balm A.J.M., van den Brekel M.W.M.<br />
(Amsterdam, NKI/AvL-AMC). Myositis Ossificans van de musculus masseter. KNO-vergadering,<br />
Maastricht <strong>2008</strong>; Abstract.<br />
Muller A.F., Berghout A., Wiersinga W.M., Kooy A., Smit J.W.A., Hermus A.R.M.M., on behalf of the<br />
working group ‘Thyroid Function Disorders’ of the Netherlands Association of Internal Medicine.<br />
Thyroid function disorders - Guidelines of the Netherlands Association of Internal Medicine.<br />
Neth J Med. <strong>2008</strong>;66(3):134-42.<br />
Huijbregts H.J., Bots M.L., Wittens C.H., Schrama Y.C., Moll F.L., Blankestijn P.J.; CIMINO study<br />
group (collaborators: Nagesser S.K. e.a). Hemodialysis arteriovenous fistula patency revisited:<br />
results of a prospective, multicenter initiative. Clin J Am Soc Nephrol. <strong>2008</strong>;3:714-9.<br />
Oudejans J.J., Muris J.J., Cillessen S.A., Meijer C.J. T-cell response in B-cell lymphomas: favorable<br />
or unfavorable? Clin Cancer Res. <strong>2008</strong>;14:2514.<br />
Verbeek W.H., van de Water J.M., Al-Toma A., Oudejans J.J., Mulder C.J., Coupé V.M. Incidence of<br />
enteropathy-associated T-cell lymphoma: a nation-wide study of a population-based registry in<br />
The Netherlands. Scand J Gastroenterol. <strong>2008</strong>;43:1322-8.<br />
84 j a a rd o c u m e n t <strong>stichting</strong> diak o n e s s e n h u i s <strong>2008</strong><br />
p u b l i c a t i e s 85
Van Houdt I.S., Sluijter B.J., Moesbergen L.M., Vos W.M., de Gruijl T.D., Molenkamp B.G., van den<br />
Eertwegh A.J., Hooijberg E., van Leeuwen P.A., Meijer C.J., Oudejans J.J. Favorable outcome in<br />
clinically stage II melanoma patients is associated with the presence of activated tumor<br />
infiltrating T-lymphocytes and preserved MHC class I antigen expression. Int J Cancer. <strong>2008</strong>;<br />
123:609-15.<br />
Van Galen J.C., Hoefnagel J.J., Vermeer M.H., Willemze R., Dijkman R., Tensen C.P., de Boer W.P.,<br />
Meijer C.J., Oudejans J.J. Profiling of apoptosis genes identifies distinct types of primary<br />
cutaneous large B cell lymphoma. J Pathol. <strong>2008</strong>;215:340-6.<br />
Van Galen J.C., Muris J.J., Giroth C.P., Vos W., Ossenkoppele G.J., Meijer C.J., Oudejans J.J.<br />
Expression of TNF-receptor associated factor 2 correlates with poor progression-free survival<br />
time in ABC-like primary nodal diffuse large B-cell lymphomas. Histopathology <strong>2008</strong>;52:578-84.<br />
Wondergem M.J., Stevens S.J., Janssen J.J., Oudejans J.J., Ossenkoppele G.J., Middeldorp J.M.,<br />
Zweegman S. Monitoring of EBV reactivation is justified in patients with aplastic anemia treated<br />
with rabbit ATG as a second course of immunosuppression. Blood. <strong>2008</strong>;111:1739.<br />
Verbeek W.H., Goerres M.S., Von Blomberg B.M., Oudejans J.J., Scholten P.E., Hadithi M.,<br />
Al-Toma A., Schreurs M.W., Mulder C.J. Flow cytometric determination of aberrant intraepithelial<br />
lymphocytes predicts T-cell lymphoma development more accurately than T-cell<br />
clonality analysis in Refractory Celiac Disease. Clin Immunol. <strong>2008</strong>;126:48-56.<br />
Cillessen S.A., Reed J.C., Welsh K., Pinilla C., Houghten R., Hooijberg E., Deurhof J., Castricum K.C.,<br />
Kortman P., Hess C.J., Ossenkoppele G.J., Meijer C.J., Oudejans J.J. Small-molecule XIAP<br />
antagonist restores caspase-9 mediated apoptosis in XIAP-positive diffuse large B-cell<br />
lymphoma cells. Blood. <strong>2008</strong>;111:369-75.<br />
Navarro L.R., Pekelharing-Berghuis M., de Waal W.J., van de Vijver D.A.M.C., Thijsen S.F. Epidemiologie<br />
van bacteriële kolonisatie bij neonaten na overname uit een NICU. Tijdschr Kindergeneeskd.<br />
<strong>2008</strong>;suppl (abstract)1;69.<br />
Peuscher R., Pekelharing-Berghuis M., de Waal W.J., Thijsen S.F. Zwemmen in open water.<br />
Tijdschr Kindergeneeskd. <strong>2008</strong>;suppl 1(abstract);112.<br />
Schiphorst A.H.W., Pronk A., Ruitenberg H.M., Spliet W.G.M., Sonneveld E. Abdominaal cavernous<br />
lymfangioom bij een volwassene: een zeldzame cysteuze afwijking. Ned Tijdschr Heeld.<br />
<strong>2008</strong>;17:238-42.<br />
Alizadeh Dehnavi R., Beishuizen E.D., van de Ree M.A., Le Cessie S., Huisman M.V., Kluft C.,<br />
Princen H.M., Tamsma J.T. The impact of metabolic syndrome and CRP on vascular phenotype in<br />
type 2 diabetes mellitus. Eur J Intern Med. <strong>2008</strong>;19:115-21.<br />
Ros F.E., Weits T.D., Huisman H. An unusual case of unilateral ptosis. Posterpresentation. World<br />
Ophthalmology Congres June <strong>2008</strong>. Hongkong.<br />
Langemeijer M.E., de Rijk N.X., Fijen J.W. Necrotizing pneumonia in a previously healthy young<br />
adult. Neth J Crit Care <strong>2008</strong>;12:337-8.<br />
Ten Duis K., de Borst G.J., Scholten P.C., Clevers G.J., Sonneveld D.J. Buikpijn en passagestoornissen<br />
na een laparoscopische ingreep: denk aan een troicart hernia. Ned Tijdschr Geneeskd.<br />
<strong>2008</strong>;152:1649-52.<br />
Schuitemaker N.W.E., Derks J.B., van Lonkhuijzen L.R.C.W., van Roosmalen J., van Woerden E.E.<br />
Test nu uw kwaliteit van zorg bij obstetrisch bloedverlies! Nieuwe audit HPP. NTOG <strong>2008</strong>;121:<br />
170-1.<br />
Schutte J., Schuitemaker N.W.E., van Roosmalen J., Steegers E.A.P. Substandard care in maternal<br />
mortality due to hypertensive disease in pregnancy in the Netherlands. BJOG <strong>2008</strong>;115:732-6.<br />
Schutte J.M., Schuitemaker N.W.E., Steegers E.A.P., van Roosmalen J. Maternal death after<br />
oocyte donation at high maternal age: Case report. Reproductive Health <strong>2008</strong>;5:12.<br />
Trappenburg J.C., Niesink A., de Weert- van Oene G.H., van der Zeijden H., van Snippenburg R.,<br />
Peters A., Lammers J.W., Schrijvers A.J. Effects of telemonitoring in patients with chronic<br />
obstructive pulmonary disease. Telemed J E Health. <strong>2008</strong>;14(2):138-46.<br />
Thijsen S.F.T., M.D. PhD. & Deege M.P.D. Molecular diagnosis of Epstein–Barr virus infections.<br />
Expert Opin Med Diagn. <strong>2008</strong>;2(1): 21-31.<br />
Thijsen S.F., van Rossum S.V., Arend S., Koster B., Machiels A.M., Bossink A.W. The Value of<br />
Inter-feron Gamma Release Assays for Diagnosis Infection With Mycobacterium Tuberculosis<br />
During an Annual Screening of Health Care Workers. J Occup Environ Med. <strong>2008</strong>;50(11):1207-8.<br />
Franken W.P., Arend S.M., Thijsen S.F., Bouwman J.J., Koster B.F., van Dissel J.T., Bossink A.W.<br />
Interferon-gamma release assays during follow-up of tuberculin skin test-positive contacts.<br />
Int J Tuberc Lung Dis. <strong>2008</strong>;12(11):1286-94.<br />
Abrahams A.C., Thunnissen P.L.M., Pruijt J.F.M., Boelens J.J. Diagnostiek en behandeling van<br />
hemofagocytaire lymfohistiocytose. Ned Tijdschr Hematologie <strong>2008</strong>;5:305-13.<br />
Abrahams A.C., Thunnissen P.L.M., Boelens J.J. Clinical reasoning and decision-making in<br />
practice. A patient with fever and pancytopenia. Ned Tijdschr Geneeskd. <strong>2008</strong>;152:1853-4.<br />
Verhagen M., Thijsen S. Diagnostiek en behandeling Helicobacter Pylori. Infectieziekten.<br />
Nieuwsbrief voor huisartsen provincie Utrecht <strong>2008</strong>;12(1)1-2.<br />
Van Schaik F.D.M., Verhagen M.A.M.T., Siersema P.D., Oldenburg B. High prevalence of low<br />
bone mineral density in patients with inflammatory bowel disease in the setting of a peripheral<br />
Dutch hospital. J of Crohn’s and Colitis <strong>2008</strong>;2:208-13.<br />
Metz R., Verleisdonk E.J., van der Heijden G.J., Clevers G.J., Hammacher E.R., Verhofstad M.H.,<br />
van der Werken C. Acute Achilles tendon rupture: minimally invasive surgery versus<br />
nonoperative treatment with immediate full weightbearing--a randomized controlled trial. Am J<br />
Sports Med. <strong>2008</strong>;36:1688-94.<br />
Tuinema R.M., Scholtes V.P.W., (Verleisdonk E.J., van Dalen T.). Een gecompliceerde luxatiefractuur<br />
van de enkel. Nederlands Tijdschrift Traumatol. <strong>2008</strong>;6:177.<br />
86 j a a rd o c u m e n t <strong>stichting</strong> diak o n e s s e n h u i s <strong>2008</strong><br />
p u b l i c a t i e s 87
Rijbroek A., Boellaard R., Vriens E.M., Lammertsma A.A., Rauwerda J.A. Peroperative<br />
neuromonitoring during Carotid Endarterectomy in relation to preoperative Positron Emission<br />
Tomography findings. Eur J Vasc Endovasc Surg. <strong>2008</strong>;35:652-60.<br />
Van der Maten T.J./Zhu Y., de Waal W.J., Mathijssen I.M.J. Een pasgeborene met het Apertsyndroom.<br />
Ned Tijdschr Geneeskd Stud. <strong>2008</strong>;11:77-9.<br />
Kneyber, Van Woensel, Uijtendaal, Uiterwaal, Kimpen on behalf of the Dutch Antibiotics in RSV<br />
Trial (DART) Research Group (De Waal c.s). Azithromycine does not improve disease course in<br />
hospitalized infants with respiratory syncytial virus (RSV) lower respiratory tract disease: an<br />
randomized equivalence trial. Pediatri Pulmonol <strong>2008</strong>;43:142-9.<br />
Van Woerkens E.C., Megens J.H. Just a grommet: cardiac arrest in a healthy adolescent. Eur J<br />
Anaesthesiol. <strong>2008</strong>;25(10):860-1.<br />
Hogewind B.F., Zijlstra C., Klevernig B.J., Hoyng C.B. Intravitreal Triamcinolone for the treatment<br />
of refractory macular edema in ideopathic intermediate or posterior uveitis. Eur J Ophthalmol.<br />
<strong>2008</strong>;18(3):429-34.<br />
Locaties<br />
Locatie Utrecht<br />
Bosboomstraat 1<br />
Postbus 80250<br />
3508 TG Utrecht<br />
Telefoon 030 256 65 66<br />
Locatie Zeist<br />
Prof. Lorentzlaan 76<br />
Postbus 1002<br />
3700 BA Zeist<br />
Telefoon 030 698 99 11<br />
Locatie Doorn<br />
Bergweg 2<br />
Postbus 1002<br />
3700 BA Zeist<br />
Telefoon 0343 523 33<br />
Colofon<br />
Eindredactie<br />
Bureau Bestuursondersteuning, <strong>Diakonessenhuis</strong><br />
Tekst<br />
Intercom journalistiek & voorlichting, Nijmegen<br />
Vormgeving<br />
ter Haar Romeny & Ketel, Nijmegen<br />
Fotografie<br />
Frank van der Ham, <strong>Diakonessenhuis</strong><br />
© 2009 <strong>Diakonessenhuis</strong><br />
www.diakonessenhuis.nl<br />
88 j a a rd o c u m e n t <strong>stichting</strong> diak o n e s s e n h u i s <strong>2008</strong>