Daf trailer Instructieboek - Oudedaftechniek

Pomphandle slaat terug.
In dit geval wordt er vacuum aangezogen. Dit kan een van de volgende oorzaken
hebben:
De zuigklep (6) blilft hangen (blijft dus dicht).Zo dicht mogelijk bij de zuigklep
tegen het pomphuis tikken (aan de onderzijde).
De kleppen (4 en 6) hebben te weinig speling. Laat de dealer de kleppen opnieuw
afstellen.
De glycerine is te dik. Houd de pomphefboom even stil aan het einde van de
zuigslag, dus voor men er aan trekt (persslag), zodat de glycerine toe kan stromen.
Het doorvoerkanaal van de tank naar de pomp is verstopt. Waarschuw een dealer.
De voorsteun wordt niet ingetr,okken na het koppelen aan d,e trekker.
Dit kan drie oorzaken hebben, te weten:
De veer of veren in de voorsteun zijn gebroken of zitten klem. Duw de voorsteun
omhoog met behulp van een hefboom of dergelijke.
De hefboom (13) is niet goed afgesteld of versleten. Dit kan verholpen worden
door de bedieningsstang (9), zie Afb. 9, te verdraaien. Laat de dealer dit zo
spoedig mogelilk nazien.
Sliltage van de drukpen (10) . Verdraai hier eveneens de bedieningsstang (9) en
waarschuw de dealer.
De voorsteun kan niet uitgepompt worden.
Oorzaken kunnen zijn:
Koppelhefboom in cabine staat niet in de middenstand (pompstand). Corrigeer dit.
De drukpen (10) blilft hangen. Verhelp dit door de bedieningsstang (9), zie ook
Afb. 9, te verdraaien.
De zuigklep (6) en de persklep (4) blijven hangen. Verhelp dit door zo dicht
mogelijk bij de kleppen onder tegen het pomphuis te tikken, Lukt dit niet, raad-
, pleeg dan de dealer.
De naaldklep in de omloop,leiding (Afb. 4) staat open of lekt. Draai deze dicht
of in geval van lekkage draai de kopmoer aan en eventueel de koppelingen.
Er is niet voldoende glycerine in de tank.
Lekken van de p,omp.
Dit lekken kan verschillende oorzaken hebben en het is dan ook aan te bevelen zo
spoedig mogelilk een dealer de pomp te laten onderzoeken.
Oplegger z,akt langzaam wanneer voorsteun is uitgepompt.
Oorzaken hiervan kunnen zijn:
De kleppen sluiten niet helemaal. Tik tegen het pomphuis (aan de onderzijde),
zo dicht mogelijk bii de kleppen.
De drukstang (8) blijft hangen en volgt dus niet de drukpen (10) wanneer deze
zakt bii het ontkoppelen van de oplegger. Door de bedieningss,tang (9) linksom
te draaien zal de drukstang (8) ook naar links gaan en de kleppen kunnen zich
sluiten. Lees de hierondef staande waarschuwing. De bewegingen linksom en links
moet U letterlijk uitvoeren en in dit verband niet met de,A,'fb. 19 vergelijken, daar
deze in spiegelbeeld getekend is. Dus naar de voor zijde van de oplegger verdraaien.
Waarschuwingt Zou men de bedieningsstang (9), zie ook Afb. 9, andersom
bewegen, dan openen zich de kleppen van de pomp en zal de
voorsteun ingetrokken worden, wat vooral bij een beladen opleg-
De naardkrep,"s;: ffii":î,"ffi,il H::'$n :?"il"i:l'8.ff ' !:::.Hl"ii"xf"",
de kopmoer aan.
Verder kan het zijn dat de pomp of een van de verbindingen lekt.
De manchet in de voorsteun lekt. Glycerine loopt dan langs de binnenpoot. Laat
de manchet zo'spoedig mogelijk vervangen.
Lekken in leiding€r.
Wanneer een verbinding of koppeling van de persleiding of omloopleiding lekt, dan
moeten de betreffende onderdelen, wartels of wartelmoeren aangehaald worden.
22