02.06.2013 Views

Parochie, Eucharistie & Small Christian Communities - MAGIX

Parochie, Eucharistie & Small Christian Communities - MAGIX

Parochie, Eucharistie & Small Christian Communities - MAGIX

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

<strong>Eucharistie</strong>’ (sharing of the Eucharist). Ze observeert dat de <strong>Eucharistie</strong> van twee kanten wordt benaderd.<br />

Enerzijds is zij heilsmiddel, anderzijds een expressie van eenheid. Deze twee benaderingswijzen<br />

hebben verschillende consequenties met betrekking tot het ‘deelnemen aan de <strong>Eucharistie</strong>’. Wanneer<br />

de <strong>Eucharistie</strong> beschouwd wordt als een heilsmiddel lijkt het geen probleem om deze met niet-katholiek<br />

gedoopten te delen. Aan de andere kant, als expressie van eenheid, is het delen van de <strong>Eucharistie</strong> juist<br />

niet mogelijk. Hetgeen gevierd wordt (eenheid) is dan immers niet aanwezig. Wijlens stelt dat er tussen<br />

deze twee benaderingswijzen een ‘creatieve spanning’ (creative tension) zou moeten bestaan. 164<br />

Cooke ziet deze spanning ook maar neemt met betrekking tot de eenheid genoegen met de eenheid die<br />

uit het doopsel blijkt. Hij stelt zich de (retorische) vraag stelt of de Kerk de <strong>Eucharistie</strong> wel zou mogen<br />

weigeren aan een gedoopte. Ook benadrukt hij dat de <strong>Eucharistie</strong> nodig is om tot eenheid te komen. 165<br />

In deze stellingname lijkt hij gebruik te maken van de ruimte die de toevoeging zonder onderscheid laat<br />

in de uitspraak die het Tweede Vaticaans Concilie over deze zaak doet: “het deelnemen aan elkaars<br />

heilige diensten mag niet beschouwd worden als een middel dat men zonder onderscheid kan aanwenden<br />

(indiscretim adhibendum) voor het herstel van de eenheid onder de christenen” (UR 8). Als regel<br />

kan men dus niet aan elkaar diensten deelnemen, toch wordt hiermee niet ontkend dat de <strong>Eucharistie</strong><br />

zowel eenheid uitdrukt als bewerkt.<br />

Wijlens observeert dat de uiteindelijk tot stand gekomen wetgeving zowel negatief als positief gewaardeerd<br />

kan worden. 166 De pessimistische benadering ziet dat de ruimte die het concilie laat om de<br />

<strong>Eucharistie</strong> een werktuig van eenheid te laten zijn, in de wetgeving onbenut blijft. Een creatieve spanning<br />

tussen de twee benaderingen van de <strong>Eucharistie</strong> lijkt afwezig. De wetgeving staat deelname aan<br />

de <strong>Eucharistie</strong> slechts toe in individuele gevallen, gebaseerd op individuele noden. Anderzijds is er<br />

ook een positieve waardering mogelijk. In de wetgeving is namelijk een enorme vooruitgang geboekt,<br />

zeker gezien de complexe oecumenische situatie van het Westen. Waar het concilie alleen over dialoog<br />

spreekt, maakt de wetgeving onderscheid tussen Kerken en kerkelijke gemeenschappen en trekt<br />

daarbij overeenkomstige conclusies. 167<br />

Ten aanzien van de huidige wetgeving maakt Wijlens een drietal opmerkingen. Zo observeert ze een<br />

spanning met betrekking tot deelname aan de <strong>Eucharistie</strong> als heilsmiddel. Deze benadering is individueel<br />

gericht en staat daarmee haaks op de gemeenschaps-gerichtheid van het Tweede Vaticaans<br />

Concilie. Hierbij kan de vraag gesteld worden of de <strong>Eucharistie</strong> als heilsmiddel en als expressie van<br />

eenheid, wel onafhankelijk van elkaar beschouwd kunnen worden. Op de tweede plaats wordt er in de<br />

wetgeving geen rekening gehouden met de situatie van een persoon die in zijn of haar eigen Kerk van<br />

de <strong>Eucharistie</strong> is uitgesloten. En tenslotte merkt Wijlens op dat er met de betrekking tot de creatieve<br />

spanning die tussen de twee benaderingen van de <strong>Eucharistie</strong> aanwezig zou moeten zijn, nog een<br />

uitdaging ligt voor de wetgeving. 168<br />

Enerzijds kunnen we dus concluderen dat de wetgeving een duidelijk standpunt heeft, namelijk dat<br />

deelname aan de <strong>Eucharistie</strong> alleen kan plaatsvinden in individuele gevallen voor individuele (en erkende)<br />

noden. Dit standpunt van het leergezag wordt gedeeld door Ratzinger, Kasper en ook Van<br />

Eijk. 169 Hierbij staat voorop dat de <strong>Eucharistie</strong> een eenheid uitdrukt die aanwezig behoort te zijn. Het is<br />

dan vanwege de waarheid niet mogelijk dat niet-katholieken tot de <strong>Eucharistie</strong> naderen. 170 Anderzijds<br />

164 Myriam Wijlens, Sharing the Eucharist: a theological evaluation of the post conciliar legislation. Lanham: University Press<br />

of America, 2000, 363.<br />

165<br />

Cooke (1966), 347-348.<br />

166<br />

In het bijzonder gaat het hier om CIC\83, c.844.<br />

167<br />

Wijlens (2000), 364-365.<br />

168<br />

Ibid., 365.<br />

169<br />

Zie ook §3.1.3 op p.37 eerder in deze scriptie.<br />

170<br />

Zie bijvoorbeeld: Kasper (2004), 143.<br />

56

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!