amsterdam%20waterbestendig
amsterdam%20waterbestendig
amsterdam%20waterbestendig
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Uitgangspunt is dat het watersysteem op orde is voor gebeurtenissen die zich tot<br />
gemiddeld 1:100 jaar kunnen voordoen. Wanneer deze extreme situatie optreedt,<br />
moeten noodmaatregelen worden genomen. Bij een peil van NAP -0,20 m op het<br />
Noordzeekanaal kan het boezemsysteem van Amstelland-West afgescheiden worden<br />
van het Noordzeekanaal en het Amsterdam-Rijnkanaal door alle sluizen en keringen<br />
van het IJfront (sluizen en keringen tussen de Amsterdamse stadsboezem en het IJ)<br />
en het Amsterdam-Rijnkanaalfront te sluiten en het gebied volledig door het gemaal<br />
Zeeburg te bemalen. Zeeburg maalt dan uit op het IJmeer/Markermeer. Dit komt<br />
hooguit eens in de 1 á 2 jaar voor.<br />
Als deze maatregel niet werkt of onvoldoende helpt, moet gezocht worden naar<br />
waterberging binnen of buiten het systeem. Wanneer deze capaciteit niet wordt<br />
gevonden, neemt de kans op een overstroming vanuit de boezem snel toe. Om die<br />
reden zijn afspraken gemaakt dat in een dergelijke extreme situatie het overtollige<br />
water naar een “calamiteitenpolder” wordt gepompt. Polder De Ronde Hoep is voor<br />
deze functie aangewezen.<br />
De kwetsbaarheid van het watersysteem van Amstelland voor wateroverlast heeft te<br />
maken met een combinatie van factoren:<br />
grote afstanden tot de gemalen (lange kanalen) die een goede afvoer moeilijk<br />
maken;<br />
een flessenhals (bruggen, obstakels in krappe watergangen) in de Amsterdamse<br />
stadsboezem;<br />
geringe mogelijkheden voor peilverschillen, waardoor de bergingscapaciteit in de<br />
boezem zelf beperkt is.<br />
De afvoercapaciteit van het systeem is steeds verder toegenomen, onder andere<br />
door (uitbreiding van) het gemaal bij IJmuiden en gemaal Zeeburg. Omdat de<br />
rest van het watersysteem niet is of kon worden aangepast, onder andere door de<br />
aanwezigheid van monumentale bruggen en nauwe watergangen in de stadsboezem<br />
waarin veel woonboten liggen, ondervindt het water veel weerstand die een goede<br />
afvoer belemmert. Dit betekent dat de bergingscapaciteit afneemt en bovenstrooms<br />
geregeld hoge waterstanden voorkomen.<br />
Het verbeteren van de doorvoercapaciteit (breedte en diepte van het profiel) zijn<br />
nodig om de hoge waterstanden bovenstrooms te beperken en voor het optimaal<br />
benutten van gemaal Zeeburg. Het is ook van belang voor tijdelijke (piek)berging,<br />
met name in die delen van de stad waar vrijwel geen ander water aanwezig is. Ook<br />
dat betekent dat het water vrij moet worden gehouden van belemmeringen.<br />
Gemaal Zeeburg<br />
Waterverversing<br />
Geopende sluis<br />
Gesloten sluis<br />
Verversing van de grachten<br />
In het verleden toen Amsterdam nog in directe verbinding met de Zuiderzee stond,<br />
vond de verversing van de grachten op natuurlijke wijze plaatst door eb en vloed (zie<br />
deel 1 Van moeras tot metropool). Sinds de aanleg van de Oranjesluizen moest het<br />
doorspoelen anders geregeld worden. Het gemaal Zeeburg is zes jaar na de Oranjesluizen<br />
aangelegd voor de afvoer van het water én om IJmeerwater in te laten om de<br />
grachten door te spoelen wanneer het zuurstofgehalte te laag is. Bij het doorspoelen<br />
wordt er zoveel mogelijk gebruik gemaakt van ‘natuurlijk verval’: als het water op het<br />
IJmeer 20 tot 25 cm hoger staat dan in de stad, kunnen de grachten worden ververst<br />
met vrije instroom zonder dat bij gemaal Zeeburg gepompt hoeft te worden. Tijdens<br />
het doorspoelen worden een aantal sluizen langs het Amstel- en IJ-front gesloten.<br />
In de kwalitatieve waterhuishoudkundige situatie van het stadsboezemgebied is ook<br />
het een en ander veranderd. De grachtengordel is van riolering voorzien en daardoor<br />
is minder intensieve verversing nodig. In de winter niet meer zeven, maar twee keer<br />
per week. ‘s Zomers worden de grachten vier keer per week doorgespoeld. Sinds<br />
januari 2010 wordt als proef alleen gespoeld als zuurstofmetingen aangeven dat dit<br />
nodig is. Daardoor is er nog nauwelijks gespoeld in 2010.<br />
33