Meer aandacht voor aansluiting - Technische Universiteit Eindhoven
Meer aandacht voor aansluiting - Technische Universiteit Eindhoven
Meer aandacht voor aansluiting - Technische Universiteit Eindhoven
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
IN GESPREK<br />
dus ook het kleinste en het armst. Dat lijkt hand in hand<br />
te gaan. Het nieuwe Milieu- en Natuurplanbureau is drie<br />
keer zo groot.<br />
Verwondering<br />
Onlangs hield Paul Schnabel een rede tijdens de lustrumdiesviering<br />
van de <strong>Universiteit</strong> Utrecht. Het ging over<br />
verwondering en verlichting in de wetenschap. ‘De basis<br />
van wetenschap is de verwondering’, is zijn conclusie.<br />
‘Gerard ’t Hooft, onze Nobelprijswinnaar, zei onlangs in<br />
een interview: ‘Toen ik een jaar of drie was, zag ik een<br />
driewieler. Ik hoefde er niet op te zitten, maar ik vroeg<br />
me wel af waarom dat ding wielen heeft: wat maakt het<br />
wiel zo handig?’ Het is een beetje bizar om die vraag op je<br />
derde te stellen, maar daar ben je Nobelprijswinnaar <strong>voor</strong>.<br />
Het zijn deze vragen die <strong>voor</strong>bijgaan aan de evidenties,<br />
die vertellen wat wetenschap is. Als je de wielen beter<br />
wil maken, dan ben je met techniek bezig. Maar de vraag<br />
wat rollen precies is en hoe dat werkt, is wetenschap. Het<br />
antwoord op de vragen is bijzonder complex, maar zelfs<br />
alleen de vraag is al verpletterend.’<br />
Wetenschap is die verwondering die je laat zoeken naar<br />
een antwoord op vragen, definieert de professor. ‘Die<br />
verwondering kan zijn om iets wat geen probleem is:<br />
waarom is een wiel zo handig? Een andere verwondering<br />
is die <strong>voor</strong>tkomt uit de praktijk, zoals onderzoek naar<br />
aids. Bij het wiel is de praktijk opgelost en is er een theoretisch<br />
vraagstuk, bij aids is er een praktisch en maatschappelijk<br />
vraagstuk waar<strong>voor</strong> onderzoek nodig is om er<br />
greep op te krijgen. Wat is hier aan de hand? Hoe ontstaat<br />
de ziekte? Wat kunnen we eraan doen? De eerste twee<br />
vragen zijn beantwoord, de derde vraag nog maar heel<br />
gedeeltelijk.’<br />
De paradox die Schnabel ziet ontstaan, is dat er tegen-<br />
1 0 M A T R I X / 2 / 2 0 0 6<br />
Schnabel: ‘Een mooi<br />
boek schrijven geldt<br />
niet meer – het gaat<br />
om artikelen.’<br />
woordig wel veel geld beschikbaar wordt gesteld <strong>voor</strong> de<br />
tweede vraag; die van maatschappelijke problemen. ‘Maar<br />
tegelijkertijd moet dat met de geest van ’T Hooft, iemand<br />
die gewend is door te denken en vanuit de eigen vraagstellingen<br />
zaken te ontwikkelen. Dat is riskant omdat<br />
je helemaal niet weet of je het vraagstuk kunt oplossen,<br />
terwijl de gever van het geld hoopt op doorbraaktechnologieën.<br />
Maar wetenschap kan die garantie niet geven. De<br />
samenleving verwacht vaak te veel resultaat - ze wil oplossingen<br />
kopen. Het is dan ook niet vreemd dat veel stimuleringsprogramma’s<br />
op het grensvlak van wetenschap en<br />
praktijk minder opleveren dan men verwacht of hoopt.<br />
Nuttig<br />
Er wordt dus volgens de directeur van het Sociaal en<br />
Cultureel Planbureau in de beoordeling van wetenschap<br />
te snel gedacht aan oplossingen. ‘De nutvraag wordt in<br />
wetenschap vaak gesteld, terwijl je nog helemaal niet kan<br />
weten wanneer iets nuttig zal zijn. Je ziet dat heel mooi<br />
in de farmacie; er worden geneesmiddelen ontwikkeld<br />
<strong>voor</strong> een specifiek probleem. Die blijken soms dan daar<strong>voor</strong><br />
niet te werken, maar <strong>voor</strong> een andere ziekte juist<br />
heel geschikt te zijn Bijna alle geneesmiddelen in de<br />
psychiatrie bij<strong>voor</strong>beeld zijn toevalstreffers en bijna alle<br />
pogingen om systematisch een psychofarmacon te ontwikkelen<br />
zijn bij mijn weten mislukt. Daarin zie je dat de<br />
nutbepaling heel moeilijk is. Wetenschap bestaat grotendeels<br />
uit doodlopende weggetjes, maar heel soms blijkt er<br />
aan de zijkant plotseling nog een tuinhekje te zitten, dat<br />
toegang geeft tot een nieuw en onbekend gebied. Dat is<br />
niet te <strong>voor</strong>spellen. Daarom moet er altijd ruimte blijven<br />
<strong>voor</strong> wetenschap wat geen direct nut heeft. Als je al weet<br />
welk nut kennis moet hebben, dan zit je al op het niveau<br />
van techniek: je hoeft het alleen nog maar te maken.<br />
Moeilijk genoeg overigens, hoor.’<br />
Het is <strong>voor</strong> Schnabel soms moeilijk om uit te leggen wat<br />
wetenschappelijk onderzoek in zijn vakgebied oplevert;<br />
wat het nut is. ‘We krijgen er meer kennis door, maar dat<br />
is lastig te kwantificeren. Het is eigenlijk net als met veel<br />
producten; het wordt als vanzelfsprekend genomen dat<br />
we een bijzonder klein en licht apparaatje als de mobiele<br />
telefoon gebruiken. Het is een deel van de omgeving<br />
geworden en valt nauwelijks nog op. In de sociale wetenschappen<br />
gebeurt dat met kennis. Onze kennis wordt een<br />
deel van het gewone discours. Mensen spreken gemakkelijk<br />
over sociale cohesie, over stigma, over charisma, over<br />
begrippen als bureaucratie en technocratie. Een idioom<br />
dat onmiskenbaar uit de sociale wetenschappen komt.<br />
Men beseft vaak niet dat het denken is gebaseerd op<br />
kennis en inzichten die er vroeger niet waren. Dat is de<br />
praktische waarde van mijn vakgebied, naast te laten zien<br />
natuurlijk hoe de samenleving in elkaar zit en wat sociale<br />
processen zijn.’