29.08.2013 Views

Overijsselse Historische Bijdragen - Historisch Centrum Overijssel

Overijsselse Historische Bijdragen - Historisch Centrum Overijssel

Overijsselse Historische Bijdragen - Historisch Centrum Overijssel

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

112 e stuk<br />

1997<br />

o <<br />

rD ....,<br />

--<br />

\--


Vereeniging tot beoefening van <strong>Overijssel</strong>sch Regt en Geschiedenis<br />

Beschermvrouwe H.M. de Koningin<br />

Bestuur<br />

drs. F.e. Berkenvelder, voorzitter<br />

drs. F.D. Zeiler, secretaris<br />

jhr. A.J. Gevers, penningmeester<br />

mevr. drs. M.H. Breitbarth-van der Stok<br />

mevr. drs. E.M. Kalsbeek-barones Schimmelpenninck van der Oije<br />

jhr. drs. J. van Lidth de [eude<br />

prof. dr. F. van der Pol<br />

mr. E.W. Roessingh<br />

mevr. mr. dr. F.A.J. van der Ven<br />

mr. drs. R.G. Welten<br />

Secretariaat<br />

drs. F.D. Zeiler, postbus I227, 800I BE Zwolle<br />

Financiën<br />

jhr. A.J. Gevers, Praubstraat 25, 80II PN Zwolle<br />

Contributie<br />

f 50,- per jaar; partner: f 5,-<br />

Redactiecommissie<br />

dr. M.A.M.Franken, voorzitter<br />

A.J. Mensema, secretaris<br />

mr. E.D.Eijken<br />

drs. e. Gietman<br />

mevr. M.A.W. Mengelberg-van Haeren<br />

dr. H. Peeters<br />

dr. F.W. Schmidt<br />

mevr. drs. E.T. Suir<br />

drs. A.L.A. Wevers.<br />

Bibliotheek<br />

gevestigd bij de Stads- of Athenaeumbibliotheek<br />

Klooster 12, postbus 35I, 7400 AT Deventer, tel. 0570 - 693 887.<br />

Uitgave en druk<br />

© Vereeniging tot beoefening van <strong>Overijssel</strong>sch Regt en Geschiedenis<br />

Waanders b.v. 1997. Vormgeving M.M. Franken-Rios. Overname of<br />

vermenigvuldiging van artikelen is alleen toegestaan na schriftelijke<br />

toestemming van de redactie.<br />

Leden van de Vereeniging ontvangen het jaarboek<br />

'<strong><strong>Overijssel</strong>se</strong> <strong><strong>Historisch</strong>e</strong> <strong>Bijdragen</strong>' gratis.<br />

Losse nummers: f52,50'<br />

ISBN 9°4°0 9196 x


<strong><strong>Overijssel</strong>se</strong> <strong><strong>Historisch</strong>e</strong> <strong>Bijdragen</strong>


Boven de linker man: 'Wat dych sunt selten scheede I Meynst du dat yck I hab keyn hende'<br />

en boven de rechter: 'Dat my bescheydt ytzunder I Edder dusse kanne wyl maken wunder:<br />

(<strong>Overijssel</strong>s Liedboek, fol. 133)


<strong><strong>Overijssel</strong>se</strong><br />

<strong><strong>Historisch</strong>e</strong><br />

<strong>Bijdragen</strong><br />

Verslagen en mededelingen<br />

van de Vereniging tot beoefening van<br />

<strong>Overijssel</strong>sch Regt en Geschiedenis<br />

112e stuk 1997<br />

Waanders Uitgevers, Zwolle 1997


Inhoud<br />

In memoriam R. van Beek<br />

dr.AD. Verlinde<br />

Mander 797-1997.<br />

Een hoogbejaarde boerschap in Noordoost-Twente<br />

M. Paskamp-van Santen<br />

De Holterdijk.<br />

Een verrassend middeleeuws object van zorg<br />

ir.D.M. van der Schrier<br />

Stad en Platteland in de late middeleeuwen<br />

drs.js. Mooijweer<br />

Het '<strong>Overijssel</strong>s Liedboek', 1551-159°<br />

AJ. Mensema<br />

Johannes Coccius 1626-1678.<br />

Portret uit brieven van een Zwollenaar<br />

ProfG.R. W. Dibbets<br />

Carl Sophronius Philipp graaf van Flodorf en Wartensleben<br />

en de admissie tot de Ridderschap van <strong>Overijssel</strong> (1720-1732)<br />

drs.H.D. Dalhuisen<br />

Een serie plafondschilderingen in het Drostenhuis te Zwolle<br />

mevrouw drs.L. van Dijk<br />

Terug bij af? De patriottenbeweging in Zwolle<br />

en in de Republiek. Een reactie<br />

dr.M.AM. Pranken<br />

Jurjen Nanninga Uitterdijk (1848-1919),<br />

archivaris, organisator en publicist<br />

jhr.AJ. Gevers<br />

Literatuursignalement<br />

Archeologische kroniek van <strong>Overijssel</strong>over 1996<br />

dr.AD. Verlinde<br />

Jaarverslag 1996<br />

Auteurs<br />

5<br />

9<br />

33<br />

49<br />

79<br />

125<br />

131<br />

149<br />

153<br />

J71


dr. A.D. Verlinde<br />

In memoriam R. van Beek<br />

(1915-1997)<br />

Voor intimi toch niet geheel onverwacht<br />

overleed Ruud van Beek op<br />

22 maart na een kortstondige opname<br />

in het ziekenhuis van Zwolle.<br />

Hij, geboortig uit de middenstand<br />

van Alkmaar, was in Zwolle en Salland<br />

zo vanzelfsprekend en nadrukkelijk<br />

aanwezig, dat de tijd zal moeten<br />

uitmaken dat hij er niet meer is.<br />

En dat vooral in noordelijk Salland,<br />

waar hij zich nauw mee verbonden<br />

voelde, veel meer dan met zijn<br />

geboorteplaats en -streek.<br />

De betreurde was een veelzijdig en<br />

gedreven mens, vooral doch niet uitsluitend<br />

op het gebied van archeologie<br />

en geschiedenis, misschien<br />

toch wel met de meeste betrokkenheid rond het raakvlak van deze verschillende<br />

disciplines met hetzelfde einddoel. Zijn belangstelling voor het vergeten<br />

verleden was intens en kwam van heel diep en was zeker geen 'vlucht uit de<br />

werkelijkheid'. Daarop wijst onder meer zijn 'zendingsdrang', waarmee hij op<br />

vrijwel alle denkbare wijzen de archeologie uitdroeg. Steeds opnieuw fungeerde<br />

hij als stimulator.<br />

Toch is zijn gepassioneerde belangstelling voor en zijn verbondenheid met het<br />

verleden, niet alleen maar wel vooral Noord-Salland betreffend, pas manifest<br />

geworden voor de buitenwereld omstreeks 1960, toen hij dus al 45 jaar was.<br />

Deze nogal late opbloei laat zich ongetwijfeld wel verklaren door de tijdspanne<br />

waarin hij leefde, toen de archeologie nog niet zo dicht bij publiek en maatschappij<br />

stond. In weerwil van zijn late opbloei werd Van Beek dank zij zijn<br />

gedrevenheid de eerste amateur-archeoloog in Noord-Salland, die op ruime<br />

schaal als zodanig bekend werd. Mede vanwege door hem ingeleide 'leerlingen'<br />

kan hij worden betiteld als de nestor van de amateur-archeologen in deze<br />

regio. Voor zover wij kunnen vaststellen, heeft hij zich niet kunnen optrekken<br />

aan een andere archeoloog uit de regio (zo iemand ontbrak), en heeft hij zich<br />

min of meer autonoom ontwikkeld.<br />

Ruud van Beek's vooruitstrevendheid en veelzijdigheid blijken op meerdere<br />

punten. Wat mij destijds, eind jaren zestig, het meest trof was, dat hij als enige<br />

in heel<strong>Overijssel</strong>, zijn vindplaatsen, toen al ruim in aantal, had gekarteerd en<br />

van coördinaten had voorzien. Hij was hierbij nooit op een fout te betrappen.<br />

Aan deze werkwijze is zijn landmeetkundige achtergrond uiteraard niet vreemd<br />

OHB 112e stuk 1997 In memoriam R. van Beek


geweest, maar toch ... Ook zijn houding ten aanzien van vondsten was toen al<br />

'modern' te noemen. Hij beschouwde zijn vondsten niet zoals vele anderen als<br />

een 'postzegelverzameling', maar als 'documenten', waar een verhaal uit het<br />

verleden achter zat. Illustratief voor deze opstelling was de donatie van zijn colleetie<br />

aan het Provinciaal<strong>Overijssel</strong>s Museum, nadat hij vertrouwen had gekregen<br />

in het nieuwe archeologie- en depotbeleid van het museum, een en ander<br />

in samenwerking met de Rijksdienst Oudheidkundig Bodemonderzoek.<br />

Meer nog dan door zijn fanate beoefening van de veldarcheologie en de direct<br />

daaruit voortvloeiende gevolgen, heeft Van Beek bekendheid gekregen door<br />

zijn al vermelde 'zendingsdrang'. Iedereen diende te weten, welke interessante<br />

cultuurresten er in de Sallandse bodem verborgen lagen en werden bedreigd.<br />

Op alle niveau's heeft hij dienaangaande van zich laten horen, al dan niet in<br />

teamverband: talrijke publicaties in krant en tijdschrift (met name in de jaarbundel<br />

van de VORG en in Westerheem, het verenigingsblad van de Archeologische<br />

Werkgemeenschap Nederland), meerdere exposities, het waarschuwen<br />

en informeren van beroeps-archeologen alom in den lande, het enthousiasmeren<br />

van leken tot amateur-archeologen, lobbyen waar hij kon en de uitoefening<br />

van bestuurlijke functies in verenigingsverband. Zijn functie gedurende twee<br />

termijnen van eind 1974 tot 1983 in het bestuur van de VORG, als opvolger van<br />

de archeoloog G.D. van der Heide, mag hier niet onvermeld blijven.<br />

Wee degene, die het archeologisch belang minder hoog inschatte dan hij, de<br />

beklagenswaardige kreeg een briesende, soms zelfs onbeheerste Van Beek<br />

tegenover zich. Het pad van Van Beek kende dan ook de nodige scherven in de<br />

relatiesfeer. die hem pijnlijk hebben getroffen en die door hem ook niet altijd<br />

begrepen werden of wilden worden. Maar desondanks heeft hij velen weten te<br />

stimuleren of tenminste weten te beïnvloeden. Dat blijkt wel uit het in de loop<br />

der jaren geformeerde legertje van 'zijn' leerlingen uit de regio, alsmede uit<br />

enkele bestuurlijke beslissingen. Dat Zwolle in 1986/87 een Gemeentelijke<br />

Archeologische Dienst heeft ingesteld is mede aan de invloed van Van Beek te<br />

danken. Insiders weten hoe geslaagd die bestuurlijke beslissing is geworden.<br />

In zijn integere, eigenzinnige, maar soms wat onbehouwen karakter zat een<br />

opmerkelijke contradictie verborgen. Dat betrof de afhankelijke waarde die hij<br />

geruime tijd hechtte aan zijn geloof in de gesproken of geschreven mening van<br />

vakarcheologen, vooral van de 'echte geleerden'. Dat kwam vooral in discussies<br />

nogal eens naar voren. Het was niettemin duidelijk, dat Ruud zich goed met<br />

hen kon meten, maar toch zag hij enigszins op tegen hen, die iets hadden<br />

gestudeerd wat hij moest missen. Ruud heeft deze omissie uit zijn leven<br />

bepaald als bezwaarlijk ervaren en hij is pas later, toen hij 'gewend' was geraakt<br />

aan interne kritiek binnen de kring van vakarcheologen. ook kritischer gaan<br />

staan tegen meningen uit de kring der professionals.<br />

Reeds lang overigens hebben deze vakbroeders (evenals 'de maatschappij') de<br />

verdiensten van Ruud van Beek erkend. Mede dank zij hem werd, in samenwerking<br />

met (toen nog) drs. W. van Es, in 1960 de eerste Germaanse nederzetting<br />

uit <strong>Overijssel</strong> bloot gelegd, en wel in Dalfsen-Welsum, met toevalligerwijs<br />

tevens een regionaal topstuk als resultaat: het bronzen Mercuriusbeeldje van<br />

Dalfsen. Maar ook de onderzoeken in de gassleuven door de Varsener es bij<br />

6 dr. A.D. Vertinde


Ommen en de opgraving van het kasteel Voorst bij Westenholte waren waarschijnlijk<br />

zonder de inmenging van Van Beek niet of minder goed tot stand<br />

gekomen. Voor zijn vele verdiensten heeft de gemeente Zwolle hem de erepenning<br />

van de stad uitgereikt.<br />

Op latere leeftijd is Van Beek, volgens de normen des tijds hoe langer hoe vaker<br />

Ruud genoemd, zieh geleidelijk aan meer op Zwolle gaan concentreren, enerzijds<br />

omdat hij het reizen bezwaarlijk vond gaan worden, anderzijds omdat er<br />

in Zwolle ruim voldoende werk aan de winkel bleek te zijn. Bij dit alles heeft<br />

zijn vrouw Tineke hem binnen zekere grenzen vrijheid van handelen gegund,<br />

hetgeen een humane en verstandige beslissing van haar is geweest. Pas in de<br />

laatste paar jaren, toen de werkzaamheden in de opgravingsputten te bezwaarlijk<br />

voor hem zijn gaan worden, zagen wij Ruud, zittend naast de opgraving,<br />

intensiever naar zijn schetsboek grijpen. Want tekenen en aquarelleren had hij<br />

ook al in de vingers.<br />

Ruud van Beek heeft veel bijgedragen aan de wisselwerking tussen amateurarcheoloog<br />

en vakareheoloog. Een samen- en wisselwerking, waarbij ik de hoop<br />

wil uitspreken, dat zij in dit tijdsgewricht niet teloor zal gaan.<br />

I" memoriam R. va" Beek 7

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!