Projectrapport natuurinrichting Zwarte Beek - april 2002 - Vlaamse ...
Projectrapport natuurinrichting Zwarte Beek - april 2002 - Vlaamse ...
Projectrapport natuurinrichting Zwarte Beek - april 2002 - Vlaamse ...
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Figuur 1: De geologische opbouw en ligging van de Boomse klei<br />
PEDOGENESE EN PEDOLOGIE (KAART 5, KAART 6)<br />
Volgens de digitale Bodemkaart van België (I.W.O.N.L. 5 , schaal 1:20.000) komen er 5<br />
textuurklassen voor in het projectgebied: veen (ca. 275 ha, 41%), zand (ca. 191 ha, 28%),<br />
landduinen (ca. 125 ha, 19%), lemig zand (ca. 55 ha, 8%) en licht zandleem (ca. 25 ha, 4%).<br />
Er is slechts 2 ha gronden gekarteerd als vergraven gronden.<br />
Over bijna de hele lengte van de vallei van de <strong>Zwarte</strong> <strong>Beek</strong> treft men centraal veen aan. Het<br />
bestaat vooral uit riet/zeggeveen en in de randen ook uit houtveen. De diepte van de<br />
veenlagen varieert sterk tot een maximaal geregistreerde dikte van 7 m. De uitgangsbasis<br />
van de veenvorming was een langzaamstromend open water (‘doorstroomveen’)<br />
(Natuurreservaten vzw, 1995). De profielontwikkeling en draineringsklasse van deze gronden<br />
is niet gegeven. Ze zijn van nature zeer nat door hun sterk waterabsorberend vermogen.<br />
Verder komen er binnen de vallei voornamelijk alluviale afzettingen voor. Deze hebben een<br />
licht zandlemige of lemig zandige textuur, zijn nat tot zeer nat en hebben geen<br />
profielontwikkeling (profielontwikkeling p). Op de valleiflanken treft men de drogere bodems<br />
aan. De zuidelijke valleiflank is vlakker en bestaat hoofdzakelijk uit matig natte tot matig<br />
droge podzolbodems. Tussen de Molendijk en het Hemelrijk hebben deze bodems een lemig<br />
zandige textuur en hebben bijgevolg een zwakke humus en/of ijzer B horizont<br />
(profielontwikkeling f). Op enkele plaatsen treft men een diepe antropogene humus A<br />
horizont aan (profielontwikkeling m). Meer stroomopwaarts hebben de bodems een zandige<br />
textuur en een duidelijke humus en/of ijzer B horizont (profielontwikkeling g). Ter hoogte van<br />
het Hemelrijk zijn er enkele natte zandbodems met een sterk gevlekte textuur B-horizont<br />
(profielontwikkeling c).<br />
Op het Kempens Plateau (Koerselse Heide en omgeving Fonteintje) treft men matig droge<br />
tot zeer droge podzolbodems (profielontwikkeling g) en duincomplexen (X) aan. De<br />
duincomplexen behoren tot de niet gedifferentieerde terreinen waarvan de<br />
profielontwikkeling en draineringsklasse niet bepaald zijn. Volgens Baeyens (1977) omvatten<br />
ze jonge, niet gefixeerde stuifzandduinen en afgestoven podzolen. De draineringsklassen<br />
variëren van zeer droog tot matig nat volgens de specifieke ligging in het landschap.<br />
5 Instituut tot aanmoediging van het Wetenschappelijk Onderzoek in Nijverheid en Landbouw<br />
<strong>Zwarte</strong> <strong>Beek</strong> 23<br />
<strong>Projectrapport</strong> - Analyse