Kleur bekennen. Kwalitatief kleuronderzoek en Goethes ...
Kleur bekennen. Kwalitatief kleuronderzoek en Goethes ...
Kleur bekennen. Kwalitatief kleuronderzoek en Goethes ...
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Praktijkonderzoek in<br />
de antropososche<br />
gezondheidszorg<br />
2008<br />
EERSTE STAPPEN IN NEDERLAND IN DE ONTWIKKELING VAN:<br />
! PRACTICE-BASED EVIDENCE<br />
! ONDERSTEUNING IN HET THERAPEUTISCHE BESLUITVORMINGSPROCES<br />
! HET EVALUEREN VAN KWALITEIT EN EFFECT<br />
E.W. Baars & G.H. van der Bie<br />
(eindredactie)
ISBN 9789081070829<br />
NUR 870<br />
©2008, Hogeschool Leid<strong>en</strong>.<br />
Alle recht<strong>en</strong> voorbehoud<strong>en</strong>. Niets uit deze uitgave mag word<strong>en</strong> verveelvoudigd <strong>en</strong>/of op<strong>en</strong>baar<br />
gemaakt, in <strong>en</strong>ige vorm of op <strong>en</strong>ige wijze, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van<br />
Hogeschool Leid<strong>en</strong>, Zernikedreef 11, 2333 CK Leid<strong>en</strong>.<br />
De Stichting Pho<strong>en</strong>ix heeft als hoofdsponsor van deze publicatie e<strong>en</strong> belangrijke<br />
bijdrage geleverd aan de verbetering van de infrastructuur van de antropososche<br />
gezondheidszorg in Nederland.
Inhoudsopgave<br />
Inleiding 9<br />
Leeswijzer 9<br />
1. Antropososche gezondheidszorg 13<br />
1.1 K<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> van de antropososche gezondheidszorg 14<br />
Het zorgveld 14<br />
Gezondheid bevorder<strong>en</strong> 14<br />
Op het individu georiënteerde zorgmethodiek<strong>en</strong> 15<br />
Integratie van k<strong>en</strong>nis in de gezondheidszorgpraktijk 15<br />
1.2 Wet<strong>en</strong>schap van del<strong>en</strong> versus wet<strong>en</strong>schap van gehel<strong>en</strong> 16<br />
Wet<strong>en</strong>schappelijke positionering 16<br />
Wet<strong>en</strong>schap van gehel<strong>en</strong> 16<br />
De professionele ambachtelijkheid van de antropososche<br />
zorgmethodiek<strong>en</strong> 18<br />
1.3 Het lectoraat Antropososche Gezondheidszorg <strong>en</strong> de<br />
opgav<strong>en</strong> van het praktijkonderzoek 19<br />
Praktijkonderzoek 19<br />
Groeipot<strong>en</strong>tie 19<br />
Literatuur 20<br />
2. Het verwerv<strong>en</strong> van practice-based evid<strong>en</strong>ce 21<br />
2.1 Best practices, e<strong>en</strong> aanzet voor k<strong>en</strong>niscirculatie 22<br />
Inleiding 22<br />
Waarom e<strong>en</strong> onderzoek naar best practices? 22<br />
Hoe past dit binn<strong>en</strong> het lectoraat Antropososche<br />
Gezondheidszorg? 22<br />
Wat heeft m<strong>en</strong> in de toekomst hieraan? 22<br />
Wat zijn best practices in het algeme<strong>en</strong>? 23<br />
Hoe is de specieke aanpak binn<strong>en</strong> het lectoraat? 24<br />
Welke thema’s staan binn<strong>en</strong> dit onderzoek c<strong>en</strong>traal? 26<br />
Wat zijn de eerste stapp<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> het onderzoek? 29<br />
Literatuur 31<br />
2.2 Het ontwikkel<strong>en</strong> van practice-based evid<strong>en</strong>ce:<br />
hoe diagnosticer<strong>en</strong>, stur<strong>en</strong> <strong>en</strong> evaluer<strong>en</strong> antropososche<br />
gezondheidswerkers in de praktijk? 32<br />
Inleiding 32<br />
Doelstelling<strong>en</strong> 33<br />
Vraagstelling<strong>en</strong> 34<br />
Materiaal <strong>en</strong> method<strong>en</strong> 34<br />
Resultat<strong>en</strong> 35<br />
Conclusies 47<br />
Discussie 48<br />
Dankwoord 48<br />
Literatuur 49
2.3 De integratie van ervaringsk<strong>en</strong>nis <strong>en</strong> formele k<strong>en</strong>nis voor<br />
het antropososche praktijkonderzoek 50<br />
Inleiding <strong>en</strong> probleemstelling 50<br />
Doelstelling <strong>en</strong> vraagstelling 50<br />
De biljarter <strong>en</strong> de professor 51<br />
Praktijkonderzoek: e<strong>en</strong> methode van b<strong>en</strong>ader<strong>en</strong> 52<br />
Goethe, Steiner, de f<strong>en</strong>om<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> de antroposoe 52<br />
Waarnem<strong>en</strong> 53<br />
Herinner<strong>en</strong> <strong>en</strong> exacte zintuiglijke fantasie 53<br />
Meebeweg<strong>en</strong> 53<br />
Het f<strong>en</strong>ome<strong>en</strong> spreekt zich uit in mij 54<br />
Resultaat: integratie van ervaringsk<strong>en</strong>nis <strong>en</strong> formele k<strong>en</strong>nis 55<br />
Antroposoe als brug 55<br />
Praktische consequ<strong>en</strong>tie 57<br />
Literatuur 57<br />
Literatuur ter nadere bestudering 57<br />
2.4 Antropososche muziektherapie 59<br />
Inleiding 59<br />
F<strong>en</strong>om<strong>en</strong>ologie als wet<strong>en</strong>schappelijke methode van de muziektherapie 59<br />
Het verklaringsmodel van de antropososche muziektherapie 61<br />
Muzikale m<strong>en</strong>skunde <strong>en</strong> de rol ervan in de diagnostiek 63<br />
Pathog<strong>en</strong>etische <strong>en</strong> salutog<strong>en</strong>etische aspect<strong>en</strong> in de muziektherapie 67<br />
Het therapeutisch proces 69<br />
Conclusie 71<br />
Literatuur 72<br />
3. Het ondersteun<strong>en</strong> van het therapeutische besluitvormingsproces 75<br />
3.1 <strong>Kleur</strong> <strong>bek<strong>en</strong>n<strong>en</strong></strong> 76<br />
Introductie 76<br />
Probleemstelling 77<br />
Vraagstelling 77<br />
Materiaal <strong>en</strong> method<strong>en</strong> 77<br />
Resultat<strong>en</strong> 78<br />
Nawoord 91<br />
Literatuur 92<br />
3.2 Zev<strong>en</strong> stapp<strong>en</strong> in het psychotherapeutisch proces aan<br />
de hand van de zev<strong>en</strong> lev<strong>en</strong>sprocess<strong>en</strong> 94<br />
Inleiding 94<br />
Beeld<strong>en</strong> 96<br />
De methodiek 97<br />
Zev<strong>en</strong> vrag<strong>en</strong> 100<br />
E<strong>en</strong> schematische voorstelling van de zev<strong>en</strong> stapp<strong>en</strong> in<br />
het therapeutisch proces 101<br />
Het schema 101<br />
Literatuur 102<br />
3.3 De vaardigheid van het aansluit<strong>en</strong> 103<br />
E<strong>en</strong> verk<strong>en</strong>ning van ‘gezondheid bevorder<strong>en</strong>’ <strong>en</strong> ‘aansluit<strong>en</strong>’ 103<br />
Bij het aansluit<strong>en</strong> bij de ander is de vraag ‘Waar sluit je bij aan?’ 103
Het aansluit<strong>en</strong> in de intuïtieve handeling <strong>en</strong> de reectie daarop:<br />
ervaringsler<strong>en</strong> 107<br />
Inlev<strong>en</strong>d waarnem<strong>en</strong> 107<br />
Inlev<strong>en</strong>d waarnem<strong>en</strong> als oef<strong>en</strong>ing in het ler<strong>en</strong> aansluit<strong>en</strong> 109<br />
Aansluit<strong>en</strong> op het vlak van onderzoek<strong>en</strong>: het ontwikkelingsonderzoek 111<br />
Literatuur 115<br />
3.4 Ontwikkeling van de ATP-2000, e<strong>en</strong> persoonlijkheidstest<br />
om astrale kwaliteit<strong>en</strong> in het karakter van de m<strong>en</strong>s te kunn<strong>en</strong><br />
met<strong>en</strong>; implicaties voor gebruik in de psychotherapie 116<br />
Inleiding 116<br />
Vraagstelling 116<br />
Methode 117<br />
Conclusies <strong>en</strong> discussie 122<br />
Sam<strong>en</strong>vatting 126<br />
Literatuur 126<br />
4. Het evaluer<strong>en</strong> van de kwaliteit <strong>en</strong> het eect 127<br />
4.1 Systematische evaluatie van kwaliteit <strong>en</strong> eectiviteit in de<br />
antropososche kinder- <strong>en</strong> jeugdpsychiatrie 128<br />
Inleiding 128<br />
Methodologische overweging<strong>en</strong> 128<br />
Kwaliteit <strong>en</strong> eectiviteit 130<br />
Eectmeting 134<br />
Resultat<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> pilotproject 135<br />
Slotopmerking<strong>en</strong> 137<br />
Literatuur 138<br />
4.2 Onderzoek naar kleur<strong>en</strong>lichtbad therapie 141<br />
Inleiding 141<br />
Probleemstelling 142<br />
Method<strong>en</strong> 145<br />
Verwachting<strong>en</strong> 148<br />
Evaluatie 150<br />
Dataverwerking 150<br />
Discussie 150<br />
Dankwoord 151<br />
Literatuur 152<br />
4.3 Sociaal-emotionele problem<strong>en</strong> van chronisch zieke kinder<strong>en</strong><br />
in beeld: aangrijpingspunt voor succesvolle begeleiding 153<br />
Inleiding 153<br />
Materiaal <strong>en</strong> method<strong>en</strong> 154<br />
Resultat<strong>en</strong> 156<br />
Conclusies 162<br />
Discussie 164<br />
Dankwoord 165<br />
Literatuur 166<br />
4.4 Ontwikkeling <strong>en</strong> implem<strong>en</strong>tatie van e<strong>en</strong> meetinstrum<strong>en</strong>t op<br />
basis van de heilpedagogische constitutiebeeld<strong>en</strong> 168<br />
Inleiding 168
Constitutie 169<br />
Typologie 170<br />
E<strong>en</strong> concept van gezondheid <strong>en</strong> ziekte 171<br />
Complem<strong>en</strong>taire diagnostiek 171<br />
Bruikbaarheid 174<br />
Behandeling 174<br />
Eectevaluatie 175<br />
Tot slot 176<br />
Literatuur 176<br />
4.5 De ontwikkeling van e<strong>en</strong> meetinstrum<strong>en</strong>t voor<br />
toonhoogtegevoeligheid 178<br />
Inleiding 178<br />
Materiaal <strong>en</strong> method<strong>en</strong> 179<br />
5. Achtergrond<strong>en</strong> 181<br />
5.1 Wat hebb<strong>en</strong> medewerkers met antroposoe? 182<br />
Inleiding 182<br />
Onderzoeksmethode 183<br />
Enige resultat<strong>en</strong> 186<br />
Conclusies <strong>en</strong> discussie 192<br />
Literatuur 193<br />
5.2 Betek<strong>en</strong>is mechanistisch <strong>en</strong> holistisch m<strong>en</strong>sbeeld<br />
voor techniekontwikkeling 195<br />
De historische ontwikkeling van het mechanistisch m<strong>en</strong>s-<br />
<strong>en</strong> wereldbeeld 196<br />
Het mechanistisch m<strong>en</strong>sbeeld in de gezondheidszorg 198<br />
Holistische m<strong>en</strong>sbeeld<strong>en</strong> in de gezondheidszorg 198<br />
Verantwoording van het m<strong>en</strong>sbeeld 199<br />
De verdere toekomst van de techniek 200<br />
E<strong>en</strong> antropososche reectie op de geschetste ontwikkeling 201<br />
Literatuur 202<br />
5.3 Visiedocum<strong>en</strong>t praktijkonderzoek lector<strong>en</strong> Hogeschool Leid<strong>en</strong> 203<br />
Inleiding 203<br />
De onderzoeksfunctie van hogeschol<strong>en</strong> 203<br />
Uitdaging 204<br />
Method<strong>en</strong> van praktijkonderzoek 204<br />
K<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> van practitioner research 205<br />
Literatuur 206<br />
Schema ‘Onderzoekslijn<strong>en</strong> praktijkonderzoek<br />
lectoraat Antropososche Gezondheidszorg’ 208<br />
Epiloog 210<br />
Over de auteurs 212
K<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>d voor muziek is dat alle elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> vorm <strong>en</strong> structuur krijg<strong>en</strong>.<br />
Terwijl klank nog e<strong>en</strong> onmiddellijke gevoelsuiting kan zijn, wordt bij muziek de<br />
gevoelsuiting in e<strong>en</strong> georganiseerd geheel opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Dit wijst erop dat de<br />
gevoelservaring<strong>en</strong> doordrong<strong>en</strong> word<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> stur<strong>en</strong>de kracht, die vorm, maat<br />
<strong>en</strong> afstemming br<strong>en</strong>gt. Zij word<strong>en</strong> verbond<strong>en</strong> met de integrer<strong>en</strong>de kracht van het<br />
ik. Daardoor kan muziek de ‘kunst van het ik’ word<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemd.<br />
Ook het belev<strong>en</strong> van muzikale motiev<strong>en</strong> in relatie tot motiev<strong>en</strong> in de eig<strong>en</strong><br />
biograe <strong>en</strong> het belev<strong>en</strong> van spirituele, morele <strong>en</strong> religieuze ervaring<strong>en</strong> behor<strong>en</strong><br />
tot het niveau van het ik.<br />
Bov<strong>en</strong>staande schets van de muzikale m<strong>en</strong>skunde maakt duidelijk dat muzikale<br />
ervaring <strong>en</strong> spel de verschill<strong>en</strong>de gebied<strong>en</strong> van de m<strong>en</strong>s verbind<strong>en</strong>. Als<br />
bijvoorbeeld e<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s <strong>en</strong>thousiasme muzikaal tot uitdrukking br<strong>en</strong>gt in e<strong>en</strong><br />
lev<strong>en</strong>dig ritme, werkt het van het psychische niveau door tot in het lev<strong>en</strong>sniveau.<br />
En wanneer e<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s schoonheid ervaart, kan hij dat tot in het lichaamsgevoel<br />
als e<strong>en</strong> ord<strong>en</strong><strong>en</strong>de kracht ervar<strong>en</strong>. Of als hij bijvoorbeeld e<strong>en</strong> gevoel van grotere<br />
ruimte <strong>en</strong> vrijheid in zijn spel kan legg<strong>en</strong>, beleeft hij ook e<strong>en</strong> ruimer word<strong>en</strong> van<br />
zijn adem.<br />
Hiermee is het specieke vermog<strong>en</strong> van de muziektherapie tot uitdrukking<br />
gebracht: reguler<strong>en</strong>de kracht<strong>en</strong> van de psychische gezondheid kunn<strong>en</strong><br />
doorstrom<strong>en</strong> tot in het gebied van de lev<strong>en</strong>sprocess<strong>en</strong>. Muziek kan het<br />
zelfg<strong>en</strong>ez<strong>en</strong>de vermog<strong>en</strong> ondersteun<strong>en</strong> vanuit de activiteit van de cliënt zelf.<br />
Muzikaal waarnemingsbeeld<br />
De muziektherapeut kijkt zowel naar hoe de m<strong>en</strong>s als geheel zich muzikaal<br />
manifesteert, als hoe het afzonderlijke symptoom van de klacht zich muzikaal<br />
manifesteert. Binn<strong>en</strong> dit geheel zal hij zowel harmonische als disharmonische<br />
uiting<strong>en</strong> vind<strong>en</strong>. Hij ontmoet dus zowel de gezonde als de uit balans geraakte<br />
m<strong>en</strong>s. In de therapeutische behandeling word<strong>en</strong> de gezonde kracht<strong>en</strong> mee<br />
ingezet om het verstoorde ev<strong>en</strong>wicht te herstell<strong>en</strong> of e<strong>en</strong> nieuw ev<strong>en</strong>wicht te<br />
vind<strong>en</strong>.<br />
Om het muzikale waarnemingsbeeld te mak<strong>en</strong> <strong>en</strong> de karakteristiek ervan te<br />
formuler<strong>en</strong>, gebruikt de muziektherapeut het f<strong>en</strong>om<strong>en</strong>ologische stapp<strong>en</strong>plan:<br />
! Welke muzikale uiting<strong>en</strong> neem ik waar bij de cliënt?<br />
! Kan ik deze waarneming<strong>en</strong> verdiep<strong>en</strong> door erin mee te beweg<strong>en</strong> <strong>en</strong> me erin in<br />
te lev<strong>en</strong>?<br />
! Welke karakteristiek spreekt er uit de waarneming<strong>en</strong>?<br />
Door hier vaak mee te werk<strong>en</strong> leert hij om vanuit de directe waarneming snel de<br />
meest opvall<strong>en</strong>de symptom<strong>en</strong> in het oog te krijg<strong>en</strong>.<br />
65
3. Het ondersteun<strong>en</strong> van het therapeutische<br />
besluitvormingsproces<br />
“Bij het onderzoek dat ondersteun<strong>en</strong>d is voor het ‘decison making process’ in de<br />
beroepspraktijk in de vorm van bijvoorbeeld protocoll<strong>en</strong> <strong>en</strong> richtlijn<strong>en</strong> zijn onder meer<br />
systematische reviews van de literatuur, kwalitatieve onderzoeksmethod<strong>en</strong>, concept<br />
mapping method<strong>en</strong>, <strong>en</strong> expert panels adequate onderzoeksmethod<strong>en</strong>.”<br />
(Uit: Visiedocum<strong>en</strong>t praktijkonderzoek lector<strong>en</strong> Hogeschool Leid<strong>en</strong>, 2008)<br />
75
76<br />
3.1 <strong>Kleur</strong> <strong>bek<strong>en</strong>n<strong>en</strong></strong><br />
<strong>Kwalitatief</strong> <strong>kleuronderzoek</strong> <strong>en</strong> <strong>Goethes</strong> f<strong>en</strong>om<strong>en</strong>ologische methode<br />
Wil Uitgeest<br />
Introductie<br />
Wie is er bang voor rood, geel <strong>en</strong> … blauw?<br />
In de kunstzinnige therapie beeld<strong>en</strong>d spel<strong>en</strong> kleur<strong>en</strong> <strong>en</strong> kleurnuances e<strong>en</strong><br />
belangrijke rol. Uitgangspunt hierbij is dat elke kleur zijn eig<strong>en</strong> kwaliteit heeft<br />
(onder andere Lüscher, 1977; Smits, 1967; zie literatuurlijst voor alle in dit stuk<br />
g<strong>en</strong>oemde auteurs). Door dit verschil in kwaliteit is de werking van elke kleur op<br />
de m<strong>en</strong>s ook verschill<strong>en</strong>d (onder andere Avelingh, 1995; Hauschka, 1981; Mees-<br />
Christeller, 1997). In de kunstzinnige therapie word<strong>en</strong> deze verschill<strong>en</strong> doelbewust<br />
gehanteerd.<br />
Binn<strong>en</strong> de kunstzinnige therapie beeld<strong>en</strong>d wordt de kleur beschouwd als<br />
e<strong>en</strong> werkzame kracht, waar je als m<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> ontmoeting mee kunt hebb<strong>en</strong>.<br />
In die ontmoeting kun je word<strong>en</strong> geraakt, zoals e<strong>en</strong> ontmoeting met e<strong>en</strong><br />
ander m<strong>en</strong>s je kan rak<strong>en</strong>. En de ‘bewog<strong>en</strong>heid’ die hierdoor ontstaat, maakt<br />
veranderingsprocess<strong>en</strong> mogelijk die tot in het fysieke toe merkbaar kunn<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong>. De kunstzinnig therapeut zorgt hierbij in sam<strong>en</strong>werking met de cliënt<br />
dat deze veranderingsprocess<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gericht op herstel van de lichamelijke<br />
<strong>en</strong>/of psychosociale gezondheid van de cliënt, of op begeleiding bij zijn<br />
ontwikkelingsvrag<strong>en</strong>.<br />
De kleur is één van de middel<strong>en</strong> die hierbij kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ingezet, naast andere<br />
factor<strong>en</strong> zoals vorm, soort opdracht, materiaalkeuze <strong>en</strong> de gevraagde werkwijze.<br />
Door mijn eig<strong>en</strong> opleiding <strong>en</strong> ervaring als kunstzinnig therapeut beeld<strong>en</strong>d is mij<br />
duidelijk geword<strong>en</strong> dat er binn<strong>en</strong> dit beroep e<strong>en</strong> heel g<strong>en</strong>uanceerd <strong>en</strong> beweeglijk<br />
beeld van de verschill<strong>en</strong>de kleur<strong>en</strong>/kleurnuances bestaat, met elk e<strong>en</strong> rijkdom<br />
aan kwaliteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> therapeutische mogelijkhed<strong>en</strong>. Deze beeld<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in de<br />
opleiding <strong>en</strong> in de praktijk van de kunstzinnige therapie steeds verder verdiept,<br />
met als methodische basis <strong>Goethes</strong> f<strong>en</strong>om<strong>en</strong>ologische methode.<br />
J.W. von Goethe (1749-1832) heeft grote bek<strong>en</strong>dheid gekreg<strong>en</strong> als dichter/<br />
schrijver, losoof, staatsman <strong>en</strong> natuuronderzoeker. In zijn natuurwet<strong>en</strong>schappelijk<br />
werk combineerde hij de methodische exactheid van e<strong>en</strong> wet<strong>en</strong>schapsm<strong>en</strong>s<br />
met de ontvankelijkheid van e<strong>en</strong> kunst<strong>en</strong>aar. Rudolf Steiner (1861-1921), de<br />
grondlegger van de antroposoe, zag in <strong>Goethes</strong> natuurwet<strong>en</strong>schappelijk werk<br />
e<strong>en</strong> belangrijke kiem voor verdere ontwikkeling van zowel de wet<strong>en</strong>schap als<br />
de kunst. Hij heeft de methode die Goethe van nature eig<strong>en</strong> was, k<strong>en</strong>theoretisch<br />
onderbouwd (Steiner, 1984). Sindsdi<strong>en</strong> staat deze methode bek<strong>en</strong>d als <strong>Goethes</strong><br />
f<strong>en</strong>om<strong>en</strong>ologische methode. Deze onderzoeksmethode is geëig<strong>en</strong>d voor het<br />
onderzoek<strong>en</strong> van vrag<strong>en</strong> die primair gericht zijn op het begrijp<strong>en</strong> van e<strong>en</strong><br />
verschijnsel, <strong>en</strong> niet op het verklar<strong>en</strong> ervan.
Begrijp<strong>en</strong> verlangt inlevingsvermog<strong>en</strong>, waardoor uiteindelijk de ess<strong>en</strong>tie van e<strong>en</strong><br />
verschijnsel gevat kan word<strong>en</strong>. Bij het onderzoek<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> kleur in het kader van<br />
de kunstzinnige therapie gaat het in eerste instantie om het vatt<strong>en</strong> van de ess<strong>en</strong>tie<br />
van die kleur, die zich manifesteert in e<strong>en</strong> veelheid aan verschijnsel<strong>en</strong>, nuances <strong>en</strong><br />
kwaliteit<strong>en</strong>. Dit vatt<strong>en</strong> van de ess<strong>en</strong>tie maakt deel uit van het leerproces waarin<br />
de aankom<strong>en</strong>d kunstzinnig therapeut uiteindelijk het vermog<strong>en</strong> ontwikkelt om<br />
de werking van de kleur in e<strong>en</strong> grote verscheid<strong>en</strong>heid aan situaties te kunn<strong>en</strong><br />
herk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> <strong>en</strong> toe te pass<strong>en</strong>.<br />
Het belang van mijn bijdrage ligt in de poging om (a) de visie op kleur die binn<strong>en</strong><br />
de kunstzinnige therapie geldt, (b) de methode van onderzoek die hierbij wordt<br />
gebruikt, (c) het beeld van de kleur als kwalitatief f<strong>en</strong>ome<strong>en</strong> (ess<strong>en</strong>tie, nuances,<br />
kwaliteit<strong>en</strong>) dat door dit onderzoek ontstaat, <strong>en</strong> (d) de toepassing van de kleur<br />
in de concrete therapie- of begeleidingspraktijk verder te expliciter<strong>en</strong> <strong>en</strong> te<br />
onderbouw<strong>en</strong>.<br />
In dit hoofdstuk zal alle<strong>en</strong> subvraag b nader word<strong>en</strong> uitgewerkt. Het gehele<br />
onderzoeksverslag zal in verband met de te grote omvang in e<strong>en</strong> aparte publicatie<br />
verschijn<strong>en</strong>.<br />
Probleemstelling<br />
De vraag die in mijn (complete) bijdrage c<strong>en</strong>traal staat, luidt:<br />
Hoe wordt de kleur binn<strong>en</strong> de kunstzinnige therapie werkzaam <strong>en</strong> vanuit welke<br />
achterligg<strong>en</strong>de opvatting<strong>en</strong> wordt dit inzichtelijk?<br />
Subvrag<strong>en</strong>:<br />
a. Hoe wordt binn<strong>en</strong> de kunstzinnige therapie naar het f<strong>en</strong>ome<strong>en</strong> kleur gekek<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> hoe is dit wet<strong>en</strong>schapslososch te plaats<strong>en</strong>/te onderbouw<strong>en</strong>?<br />
b. Wat zijn de k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> van de methode waarmee de kleur als kwalitatief<br />
f<strong>en</strong>ome<strong>en</strong> kan word<strong>en</strong> onderzocht?<br />
c. Wat is het resultaat van deze onderzoeksmethode? Hoe ziet het beeld van de<br />
kleur eruit dat langs deze weg kan word<strong>en</strong> verkreg<strong>en</strong>?<br />
d. Hoe word<strong>en</strong> de verschill<strong>en</strong>de kwaliteit<strong>en</strong> van de kleur werkzaam in de<br />
kunstzinnige therapie? (Wat is het terrein van de mogelijkhed<strong>en</strong>, waar ligg<strong>en</strong><br />
de gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong>?)<br />
In deze publicatie wordt alle<strong>en</strong> subvraag b beantwoord. Hierbij wordt als<br />
voorbeeld de kleur blauw als de te onderzoek<strong>en</strong> kleur c<strong>en</strong>traal gesteld.<br />
Vraagstelling<br />
Wat zijn de k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> van de methode waarmee de kleur als kwalitatief<br />
f<strong>en</strong>ome<strong>en</strong> kan word<strong>en</strong> onderzocht?<br />
Materiaal <strong>en</strong> method<strong>en</strong><br />
Voorafgaand aan de beantwoording van subvraag b zal ter introductie eerst nader<br />
word<strong>en</strong> ingegaan op het waarom van de keuze voor <strong>Goethes</strong> f<strong>en</strong>om<strong>en</strong>ologische<br />
methode bij het <strong>kleuronderzoek</strong> binn<strong>en</strong> de kunstzinnige therapie beeld<strong>en</strong>d. E<strong>en</strong><br />
77
78<br />
toelichting hierbij is van belang, omdat de keuze voor deze minder algeme<strong>en</strong><br />
bek<strong>en</strong>de <strong>en</strong> toegepaste methode op het eerste gezicht niet voor de hand lijkt te<br />
ligg<strong>en</strong>. In de hierop volg<strong>en</strong>de publicatie zal dit onderwerp bij de beantwoording<br />
van subvraag a uitgebreider aan de orde kom<strong>en</strong>.<br />
Bij de beschrijving van de methode kan ik mij baser<strong>en</strong> op bestaande<br />
beschrijving<strong>en</strong> van <strong>Goethes</strong> f<strong>en</strong>om<strong>en</strong>ologische methode.<br />
Na het beschrijv<strong>en</strong> van de verschill<strong>en</strong>de stapp<strong>en</strong> zal ik tracht<strong>en</strong> duidelijk te mak<strong>en</strong><br />
hoe deze stapp<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> verbijzonderd om het onderzoek<strong>en</strong> van de<br />
kleur blauw als kwalitatief f<strong>en</strong>ome<strong>en</strong> mogelijk te mak<strong>en</strong>.<br />
Bij deze beschrijving maak ik naast wat ik door studie heb kunn<strong>en</strong> verwerv<strong>en</strong>,<br />
gebruik van mijn ervaring<strong>en</strong> met kleur in mijn werk als beeld<strong>en</strong>d kunst<strong>en</strong>aar <strong>en</strong><br />
als kunstzinnig therapeut. Maar ook van de ervaring<strong>en</strong> die ik opdeed in het kader<br />
van mijn werk als doc<strong>en</strong>t schilder<strong>en</strong> <strong>en</strong> kleur<strong>en</strong>leer binn<strong>en</strong> de opleiding voor<br />
kunstzinnige therapie beeld<strong>en</strong>d aan Hogeschool Leid<strong>en</strong>. Mijn functie als doc<strong>en</strong>t<br />
maakte het noodzakelijk, de methodische stapp<strong>en</strong> in het onderzoek met behulp<br />
van <strong>Goethes</strong> f<strong>en</strong>om<strong>en</strong>ologische methode te expliciter<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ze in vere<strong>en</strong>voudigde<br />
vorm aan te bied<strong>en</strong> als basis voor de less<strong>en</strong> schilder<strong>en</strong>/kleur<strong>en</strong>leer.<br />
Resultat<strong>en</strong><br />
Introductie<br />
<strong>Goethes</strong> f<strong>en</strong>om<strong>en</strong>ologische methode <strong>en</strong> kwalitatief <strong>kleuronderzoek</strong><br />
Als je kijkt naar de kleur blauw, dan kun je constater<strong>en</strong> dat de ess<strong>en</strong>tie van<br />
deze kleur niet e<strong>en</strong>voudig te vind<strong>en</strong> is. Zowel in de natuur als in culturele<br />
voortbr<strong>en</strong>gsel<strong>en</strong> kom je de kleur blauw teg<strong>en</strong> op de meest onverwachte plaats<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> word<strong>en</strong> er teg<strong>en</strong>strijdige ding<strong>en</strong> over verteld. Je kunt blauw word<strong>en</strong> van de<br />
kou, maar de blauwe vlam van het gas is heter dan het rode vuur. De mantel van<br />
de heilige maagd is vaak blauw, maar de schilderij<strong>en</strong> met afdrukk<strong>en</strong> van door Yves<br />
Klein (1928-1962) met blauwe verf ingesmeerde blote dames zijn ook blauw. Het<br />
blauwe licht dat volg<strong>en</strong>s het Tibetaans dod<strong>en</strong>boek de ziel tegemoet schijnt als<br />
hij zijn reis tuss<strong>en</strong> dood <strong>en</strong> nieuwe geboorte begint, is het licht van g<strong>en</strong>ade dat<br />
schijnt uit het hart van de god Vairocanas. Maar de blauwe dwaallicht<strong>en</strong> waarvan<br />
wordt verteld dat ze onschuldige m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> het moeras in lokk<strong>en</strong>, zijn allesbehalve<br />
g<strong>en</strong>adig.<br />
Om met deze teg<strong>en</strong>strijdige gegev<strong>en</strong>s iets te kunn<strong>en</strong> beginn<strong>en</strong>, lijkt het zinvol om<br />
op zoek te gaan naar de ess<strong>en</strong>tie van blauw, waardoor de innerlijke verwantschap<br />
van deze uite<strong>en</strong>lop<strong>en</strong>de betek<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> begrep<strong>en</strong> kan word<strong>en</strong>. Want zonder deze<br />
sam<strong>en</strong>hang hebb<strong>en</strong> al die verschill<strong>en</strong>de blauwervaring<strong>en</strong> eig<strong>en</strong>lijk kop noch<br />
staart. Dan is het in zekere zin alsof je de onderdel<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> motor voor je ziet<br />
ligg<strong>en</strong>, zonder er e<strong>en</strong> auw vermoed<strong>en</strong> van te hebb<strong>en</strong> dat er e<strong>en</strong> idee voorhand<strong>en</strong><br />
is waardoor alles in elkaar zou blijk<strong>en</strong> te pass<strong>en</strong>, <strong>en</strong> je er nog mee kunt rijd<strong>en</strong> ook.
Zolang dit verbind<strong>en</strong>de idee niet wordt gevond<strong>en</strong>, kun je eig<strong>en</strong>lijk alle<strong>en</strong><br />
constater<strong>en</strong> dat kleurervaring<strong>en</strong> puur subjectief zijn <strong>en</strong> dat de betek<strong>en</strong>is ervan<br />
tijd- <strong>en</strong> cultuurgebond<strong>en</strong> is. Ik wil niet ontk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> dat ook subjectiviteit <strong>en</strong> zelfs<br />
willekeur e<strong>en</strong> rol spel<strong>en</strong> bij de toepassing <strong>en</strong> beleving van kleur, hoewel ik d<strong>en</strong>k<br />
dat ook hier de schijn kan bedrieg<strong>en</strong>. In onze cultuur wordt blauw bijvoorbeeld<br />
soms met het mannelijke, soms met het vrouwelijke geassocieerd. Dat lijkt op<br />
willekeur. Maar als je kijkt welke kwaliteit<strong>en</strong> m<strong>en</strong> hierbij voor og<strong>en</strong> heeft, blijkt het<br />
om verschill<strong>en</strong>de kwaliteit<strong>en</strong> te gaan. Het ‘mannelijk’ blauw wordt geassocieerd<br />
met de deugd<strong>en</strong> van arbeid <strong>en</strong> geest (Heller, 1990), zoals conc<strong>en</strong>tratie, sportiviteit,<br />
zelfstandigheid, moed <strong>en</strong> prestatie. Naast het wit wordt dit blauw geassocieerd<br />
met verstandigheid, wet<strong>en</strong>schappelijkheid, nauwkeurigheid <strong>en</strong> stiptheid (Heller,<br />
1990). Bij het ‘vrouwelijk’ blauw word<strong>en</strong> kwaliteit<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemd als ontvankelijkheid,<br />
overgave, passiviteit, aantrekkingskracht, niet-attaquer<strong>en</strong>d, wijk<strong>en</strong>d, verlokk<strong>en</strong>d of<br />
verleidelijk, omhull<strong>en</strong>d <strong>en</strong> ruimtebied<strong>en</strong>d (onder andere Heller, 1990; Bruns, 1998;<br />
Goethe, 2000).<br />
Met dit voorbeeld wil ik illustrer<strong>en</strong> dat de visie die ervan uitgaat dat de beleving<br />
van kleur puur subjectief <strong>en</strong> tijd-/cultuurgebond<strong>en</strong> is, niet altijd het hele verhaal<br />
vertelt. Want in deze visie wordt onvoldo<strong>en</strong>de recht gedaan aan de archetypische<br />
kracht van de kleur, die voor veel m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> e<strong>en</strong> ervaringsfeit is.<br />
Goethe <strong>en</strong> het intellectus archetypus<br />
Letterlijk betek<strong>en</strong>t het woord archetype: pre-exist<strong>en</strong>te vorm. Jung (2003) beschrijft<br />
het archetype als e<strong>en</strong> vormgev<strong>en</strong>de kracht die in het collectief onbewuste<br />
voorhand<strong>en</strong> is <strong>en</strong> zich in het bewustzijn uitdrukt in e<strong>en</strong> veelheid aan onderling<br />
verwante beeld<strong>en</strong> <strong>en</strong> ervaring<strong>en</strong>. Deze beeld<strong>en</strong> <strong>en</strong> ervaring<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> per<br />
periode <strong>en</strong> cultuur verschill<strong>en</strong>, maar het archetype dat ze met betek<strong>en</strong>is vult, blijft<br />
hetzelfde. Hij noemt bijvoorbeeld het archetype van de Vader, van de Reus/de<br />
Geweld<strong>en</strong>aar, de Femme Fatale, <strong>en</strong>zovoort.<br />
E<strong>en</strong> kunstwerk wordt meer ‘onsterfelijk’ naarmate de beeld<strong>en</strong> die word<strong>en</strong> gebruikt,<br />
meer rak<strong>en</strong> aan archetypische beeld<strong>en</strong>, aldus Jung. Het kunstwerk belichaamt<br />
dan iets dat de toeschouwers bek<strong>en</strong>d voorkomt <strong>en</strong> raakt. E<strong>en</strong> guur als Hamlet<br />
herleeft niet voor niets steeds opnieuw in de theaters, terwijl zijn schepper allang<br />
begrav<strong>en</strong> is. Hamlet heeft aan Shakespeare k<strong>en</strong>nelijk niet zijn bestaan, maar vooral<br />
zijn naam <strong>en</strong> taal te dank<strong>en</strong>.<br />
In de vorige eeuw is door beeld<strong>en</strong>d kunst<strong>en</strong>aars opnieuw ontdekt dat de kleur,<br />
los van de vorm, e<strong>en</strong> dergelijke archetypische werking kan hebb<strong>en</strong>. M<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />
als Barnett Newman, Mark Rothko <strong>en</strong> Yves Klein mak<strong>en</strong> dit voor vele m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />
ervaarbaar.<br />
In de losoe komt het begrip archetype na e<strong>en</strong> lange tijd weer terug bij<br />
Descartes, John Locke <strong>en</strong> Immanuel Kant. In de tweede helft van Kants “Kritik der<br />
Urteilskraft” (Kant, 1952, voor het eerst gepubliceerd in 1790) bespreekt hij het<br />
onderscheid tuss<strong>en</strong> het intellectus ectypus <strong>en</strong> het intellectus archetypus.<br />
79
80<br />
Het eerste zoekt het geme<strong>en</strong>schappelijke in de verscheid<strong>en</strong>heid door abstractie<br />
<strong>en</strong> reductie. Terwijl het intellectus archetypus in de verscheid<strong>en</strong>heid van de ding<strong>en</strong><br />
de idee (in platoonse zin) kan herk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> ess<strong>en</strong>tieel verschil tuss<strong>en</strong> de visie<br />
van Kant <strong>en</strong> die van Goethe is dat Kant de m<strong>en</strong>s niet in staat achtte tot deze laatste<br />
vorm van k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>. Want Kant wilde het antwoord op dergelijke vrag<strong>en</strong> aan God<br />
lat<strong>en</strong>. Terwijl voor Goethe deze wijze van k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> juist de meest natuurlijke wijze<br />
van k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> was, die de m<strong>en</strong>s tot het antwoord op de diepste vrag<strong>en</strong> kon leid<strong>en</strong>.<br />
Als het over kleur gaat, zul je in het eerste geval (intellectus ectypus) alle ervaring<strong>en</strong><br />
die m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> beschrijv<strong>en</strong>, <strong>en</strong> alle betek<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> die in hed<strong>en</strong> <strong>en</strong> verled<strong>en</strong> met<br />
e<strong>en</strong> bepaalde kleur verbond<strong>en</strong> zijn geweest, onder één of e<strong>en</strong> paar noemer(s)<br />
prober<strong>en</strong> te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Dit is met betrekking tot kleur ook geprobeerd (Birr<strong>en</strong>,<br />
1961; Smits, 1967; Lüscher, 1977; Heller, 1990). Hun bevinding<strong>en</strong> zijn op het eerste<br />
gezicht niet e<strong>en</strong>duidig.<br />
In het tweede geval (intellectus archetypus) kun je doordring<strong>en</strong> tot de ess<strong>en</strong>tie van<br />
de kleur, waardoor je zijn beweging<strong>en</strong> meer van binn<strong>en</strong>uit kunt ler<strong>en</strong> plaats<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
begrijp<strong>en</strong>. Dan wordt er e<strong>en</strong> verwantschap ervaarbaar tuss<strong>en</strong> wat kunst<strong>en</strong>aars,<br />
wet<strong>en</strong>schappelijk onderzoekers <strong>en</strong> andere deskundig<strong>en</strong> over de kleur blauw<br />
bewer<strong>en</strong>. Bortoft (1996) spreekt in dit verband over de “unity without unication”.<br />
Bij het ervar<strong>en</strong> van deze verwantschap is het van groot belang dat de onderzoeker<br />
ge<strong>en</strong> ‘buit<strong>en</strong>staander’ blijft, maar zelf de kleur aan d<strong>en</strong> lijve heeft ler<strong>en</strong> k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>. Dit<br />
kan onder andere door zelf kleurstudies te mak<strong>en</strong>.<br />
Het intellectus archetypus heeft mijns inzi<strong>en</strong>s raakvlakk<strong>en</strong> met iets dat<br />
toneelspelers overkomt, wanneer ze zich zo in hun rol hebb<strong>en</strong> ingeleefd dat ze<br />
hun hele houding, mimiek, gebar<strong>en</strong> <strong>en</strong> intonatie kunn<strong>en</strong> lat<strong>en</strong> ‘beweg<strong>en</strong>’ door het<br />
personage dat ze spel<strong>en</strong>. Het ler<strong>en</strong> k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> kleur heeft hier mijns inzi<strong>en</strong>s<br />
grote verwantschap mee; de kleur is dan het te spel<strong>en</strong> personage.<br />
Goede acteurs k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> hun personage uiteindelijk zo van binn<strong>en</strong>uit, dat ze heel<br />
verschill<strong>en</strong>de kant<strong>en</strong> van zijn psyche volkom<strong>en</strong> overtuig<strong>en</strong>d voor het voetlicht<br />
kunn<strong>en</strong> br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Het personage blijft lev<strong>en</strong>secht, terwijl het zich bijvoorbeeld<br />
soms als e<strong>en</strong> Don Juan, soms als e<strong>en</strong> wanhopige ontheemde <strong>en</strong> dan weer als<br />
e<strong>en</strong> wijze helper <strong>en</strong> raadgever manifesteert. En e<strong>en</strong> speler kan zelfs vanuit dat<br />
personage blijv<strong>en</strong> reager<strong>en</strong> als er ding<strong>en</strong> gebeur<strong>en</strong> die niet in zijn rol staan. Deze<br />
manier van k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> ontstaat door int<strong>en</strong>sief waarnem<strong>en</strong> <strong>en</strong> inlev<strong>en</strong>/incorporer<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> kan e<strong>en</strong> aanvulling zijn op het k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> dat juist door distantie ontstaat.<br />
In de kunstzinnige therapie zijn beide vorm<strong>en</strong> van k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> van belang. Maar<br />
bij het onderzoek<strong>en</strong> van de kleur als kwalitatief f<strong>en</strong>ome<strong>en</strong> gaat het erom door<br />
int<strong>en</strong>sief waarnem<strong>en</strong> <strong>en</strong> inlev<strong>en</strong> de kleur van binn<strong>en</strong>uit te ler<strong>en</strong> k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>. <strong>Goethes</strong><br />
f<strong>en</strong>om<strong>en</strong>ologische methode biedt deze manier van k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> e<strong>en</strong> methodisch<br />
fundam<strong>en</strong>t. Dit maakt het begrijpelijk dat in het <strong>kleuronderzoek</strong> binn<strong>en</strong> de<br />
kunstzinnige therapie <strong>Goethes</strong> f<strong>en</strong>om<strong>en</strong>ologische methode als methode wordt<br />
gehanteerd.
<strong>Goethes</strong> f<strong>en</strong>om<strong>en</strong>ologische methode bestaat uit drie stapp<strong>en</strong>, waarbij steeds e<strong>en</strong><br />
andere innerlijke dynamiek van de onderzoeker wordt gevraagd (onder andere<br />
Amons e.a., 1981). De stapp<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> in de praktijk soms ook naast elkaar of in<br />
e<strong>en</strong> andere volgorde word<strong>en</strong> doorlop<strong>en</strong>.<br />
Na deze stapp<strong>en</strong> volgt er nog e<strong>en</strong> fase, die als zodanig niet meer tot het k<strong>en</strong>proces<br />
behoort, maar dit in zekere zin wel afrondt. Dit betreft het inpass<strong>en</strong> van de<br />
opgedane inzicht<strong>en</strong> in relevante (d<strong>en</strong>k)kaders <strong>en</strong> het gaan overzi<strong>en</strong> van de<br />
betek<strong>en</strong>is <strong>en</strong>/of de consequ<strong>en</strong>ties van deze nieuwe inzicht<strong>en</strong>.<br />
Ik zal hieronder eerst e<strong>en</strong> schets gev<strong>en</strong> van de drie methodische stapp<strong>en</strong> in<br />
<strong>Goethes</strong> f<strong>en</strong>om<strong>en</strong>ologische methode <strong>en</strong> vervolg<strong>en</strong>s lat<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> hoe deze stapp<strong>en</strong><br />
kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ingevuld wanneer het gaat om het onderzoek<strong>en</strong> van de kleur<br />
blauw als kwalitatief f<strong>en</strong>ome<strong>en</strong>.<br />
De methodische stapp<strong>en</strong><br />
Stap 1<br />
In de eerste fase gaat het om het exact waarnem<strong>en</strong> van het onderzochte<br />
verschijnsel, met terughouding van het eig<strong>en</strong> oordeel. Het resultaat van deze fase<br />
is dat alle aspect<strong>en</strong> van dit verschijnsel zo exact mogelijk in het voorstellingslev<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Niet alle<strong>en</strong> het oog, maar zo veel mogelijk zintuig<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />
in dit proces ingeschakeld.<br />
Dit is echter gemakkelijker gezegd dan gedaan, want doorgaans heb je allerlei<br />
begripp<strong>en</strong> klaarligg<strong>en</strong> die onmiddellijk toeschiet<strong>en</strong> om de onrust die het ‘nietwet<strong>en</strong>’<br />
veroorzaakt, weg te nem<strong>en</strong>: “O, daar staat e<strong>en</strong> eik, <strong>en</strong> dat is e<strong>en</strong> hek.” Niets<br />
bijzonders dus.<br />
Deze fase van onderzoek vereist het ler<strong>en</strong> terughoud<strong>en</strong> van dit automatisch<br />
etiketter<strong>en</strong> <strong>en</strong> het terugleid<strong>en</strong> van de aandacht naar de waarneming zelf. Want als<br />
je het etiket leest dat op e<strong>en</strong> es wijn zit, <strong>en</strong> zegt: “Dit is e<strong>en</strong> Bordeaux uit 2000 van<br />
Château Late-Rothschild”, dan klinkt dat wel deskundig, maar je glas wordt er nog<br />
niet door gevuld. In dit geval is het heel duidelijk dat het woord niet de ervaring is.<br />
Maar in veel gevall<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> de woord<strong>en</strong> ook in plaats van de ervaring. Want het<br />
kunn<strong>en</strong> b<strong>en</strong>oem<strong>en</strong> van de ding<strong>en</strong> geeft je al gauw het gevoel dat je de wereld wel<br />
zo ongeveer in je zak hebt, <strong>en</strong> dat er eig<strong>en</strong>lijk weinig nieuws onder de zon is.<br />
Ook verklaring<strong>en</strong> of interpretaties kunn<strong>en</strong> de verwondering afdicht<strong>en</strong> <strong>en</strong> de<br />
verdere waarneming hierdoor bemoeilijk<strong>en</strong> of haast onmogelijk mak<strong>en</strong>. E<strong>en</strong><br />
voorbeeld hiervan: “De groei van e<strong>en</strong> embryo wordt veroorzaakt door celdeling.”<br />
Of: “<strong>Kleur</strong><strong>en</strong> ontstaan door breking van het licht.” Waar wellicht, maar heb je<br />
hiermee nu ook begrép<strong>en</strong> wat er gebeurt? Kun je het innerlijk mee-voltrekk<strong>en</strong>?<br />
Als het lukt om dergelijke direct opkom<strong>en</strong>de verklaring<strong>en</strong> terug te houd<strong>en</strong>, dan<br />
kan dit leid<strong>en</strong> tot de ontdekking dat de wonder<strong>en</strong> de wereld nog lang niet uit zijn;<br />
dat we ermee zijn omringd, maar dat we ze zelf de wereld hebb<strong>en</strong> uitgekek<strong>en</strong>.<br />
81
82<br />
Om deze verwondering <strong>en</strong> daardoor de waarneming met zo veel mogelijk<br />
zintuig<strong>en</strong> gaande te houd<strong>en</strong>, kan het help<strong>en</strong> om het te onderzoek<strong>en</strong> verschijnsel<br />
op de e<strong>en</strong> of andere manier te herschepp<strong>en</strong>, bijvoorbeeld door te gaan tek<strong>en</strong><strong>en</strong>,<br />
schilder<strong>en</strong>, muziek te mak<strong>en</strong> of te beweg<strong>en</strong>.<br />
In deze eerste stap wordt gebruikgemaakt van wat door Baars (2006) perceptief<br />
d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> wordt g<strong>en</strong>oemd. Dit is e<strong>en</strong> omkering van wat het d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> normaal<br />
gesprok<strong>en</strong> doet, wanneer het de waarneming direct interpreteert of verklaart<br />
door middel van de begripp<strong>en</strong> die we in de loop van ons lev<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> gevormd.<br />
Hier is het de bedoeling dat ons d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> ontvankelijk blijft, alsof we iets zi<strong>en</strong> dat<br />
we nog niet k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> <strong>en</strong> waar we ons over verwonder<strong>en</strong>. Hierdoor geef je het te<br />
onderzoek<strong>en</strong> verschijnsel de kans, in al zijn rijkdom <strong>en</strong> nuances tot je bewustzijn<br />
door te dring<strong>en</strong>, zonder dat de waarneming mete<strong>en</strong> door interpretaties <strong>en</strong><br />
verklaring<strong>en</strong> verschraalt, of zelfs wordt verhinderd. Er wordt gekek<strong>en</strong>, geluisterd,<br />
gevoeld, geproefd, <strong>en</strong>zovoort, <strong>en</strong> conclusies word<strong>en</strong> teruggehoud<strong>en</strong> uit interesse<br />
voor wat het verschijnsel wellicht nog meer in petto heeft.<br />
Stap 2<br />
In stap 2 word<strong>en</strong> de herinneringsbeeld<strong>en</strong> van de vorige fase steeds opnieuw in het<br />
bewustzijn opgeroep<strong>en</strong>. Goethe noemt dit de fase van de innerlijke nabootsing.<br />
Dit is e<strong>en</strong> int<strong>en</strong>sieve vorm van inlev<strong>en</strong>, die maakt dat na verloop van tijd e<strong>en</strong><br />
bepaalde dynamiek in de herinneringsbeeld<strong>en</strong> uit de eerste fase ervaarbaar<br />
wordt. Hierdoor wordt e<strong>en</strong> bepaalde innerlijke sam<strong>en</strong>hang tuss<strong>en</strong> deze beeld<strong>en</strong><br />
waarneembaar, die eerder niet kon word<strong>en</strong> opgemerkt.<br />
E<strong>en</strong> kort citaat om te illustrer<strong>en</strong> wat hier met naboots<strong>en</strong> wordt bedoeld:<br />
“Zoals e<strong>en</strong> spons water opneemt, zo nam ik m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> in mij op. (…) Het lop<strong>en</strong>,<br />
het kijk<strong>en</strong>, het beweg<strong>en</strong> met de hand<strong>en</strong>, de klank van stemm<strong>en</strong> … ik kon er niet<br />
g<strong>en</strong>oeg van krijg<strong>en</strong>. Als mij in de stad e<strong>en</strong> of ander typetje intrigeerde, liep ik er soms<br />
strat<strong>en</strong>lang achteraan, om precies aan de weet te kom<strong>en</strong> hoe hij liep. Alle gebar<strong>en</strong>, elke<br />
uitdrukking van zijn gezicht nam ik gretig in mij op, <strong>en</strong> als ik thuis kwam, deed ik zo’n<br />
typetje na. (…). Het beeld van het manneke zat in me, <strong>en</strong> als ik het opriep kwam het<br />
naar buit<strong>en</strong> <strong>en</strong> nam het onmiddellijk de juiste gestalte aan (Hermans, 1992, p. 32).”<br />
“(…) Soms ging ik nog verder dan imitaties van het beweg<strong>en</strong>de lev<strong>en</strong>, soms deed ik<br />
ook ding<strong>en</strong> na, e<strong>en</strong> schemerlamp of e<strong>en</strong> ouwe stoel, of ik probeerde te kijk<strong>en</strong> zoals<br />
ouwe scho<strong>en</strong><strong>en</strong> kijk<strong>en</strong>, want al heel vroeg leerde ik begrijp<strong>en</strong> dat de ding<strong>en</strong> e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong><br />
taal hebb<strong>en</strong>, die ons soms nog duidelijker aan kan sprek<strong>en</strong> dan de taal van woord<strong>en</strong>,<br />
omdat de ding<strong>en</strong> zonder tuss<strong>en</strong>komst van geformuleerde klank in volslag<strong>en</strong> stilte<br />
rechtstreeks onze gevoel<strong>en</strong>s aansprek<strong>en</strong>.”<br />
“Ik voel ook duidelijk dat er e<strong>en</strong> heel ander sfeertje over mijn huid strijkt als ik ouwe<br />
afgedrag<strong>en</strong> scho<strong>en</strong><strong>en</strong> imiteer, dan wanneer ik de vlucht van e<strong>en</strong> vlinder tracht te<br />
illustrer<strong>en</strong> (Hermans, 2001, p. 60).”<br />
Deze speelse ervaring van het naboots<strong>en</strong> verbindt zich in stap 2 met de w<strong>en</strong>s, e<strong>en</strong><br />
verschijnsel langs deze weg van binn<strong>en</strong>uit te ler<strong>en</strong> k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>. Hierdoor verinnerlijkt
het naboots<strong>en</strong> zich gaandeweg tot e<strong>en</strong> int<strong>en</strong>se vorm van inlev<strong>en</strong>. Elk zintuiglijk<br />
waarneembaar verschijnsel, zowel in de natuur als door m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> vervaardigd,<br />
is het resultaat van e<strong>en</strong> hele serie (on)bewuste keuzes of krachtwerking<strong>en</strong>, die<br />
op e<strong>en</strong> bepaald mom<strong>en</strong>t de verschijningsvorm van het betre<strong>en</strong>de verschijnsel<br />
bepaalt. Als deze keuzes <strong>en</strong>/of krachtwerking<strong>en</strong> anders word<strong>en</strong> of war<strong>en</strong> geweest,<br />
dan verandert het resultaat ook. Door je in te lev<strong>en</strong> in de dynamische process<strong>en</strong><br />
die in het onderzochte verschijnsel tot uitdrukking kom<strong>en</strong>, kun je sam<strong>en</strong>hang<strong>en</strong><br />
op het spoor kom<strong>en</strong> die op het eerste gezicht niet waarneembaar zijn.<br />
Stel dat het verschijnsel dat je onderzoekt e<strong>en</strong> dier is, bijvoorbeeld e<strong>en</strong> hert. Door<br />
je in te lev<strong>en</strong> kun je gaan mee-ervar<strong>en</strong> hoe rank, slank, waakzaam <strong>en</strong> w<strong>en</strong>dbaar<br />
dat dier is! En als je dan de ervaring van het hert innerlijk langzaam omvormt naar<br />
de ervaring van e<strong>en</strong> koe, dan ervaar je ‘aan d<strong>en</strong> lijve’ hoe wez<strong>en</strong>lijk anders die koe<br />
is.<br />
De vorm van hun gestalte lijkt hierbij niet willekeurig te zijn. Als e<strong>en</strong> hert de<br />
gestalte van e<strong>en</strong> koe zou hebb<strong>en</strong>, dan zou hij zijn innerlijk wez<strong>en</strong> niet kunn<strong>en</strong><br />
uitlev<strong>en</strong>. En voor de koe geldt hetzelfde. Verder kun je ervar<strong>en</strong> dat ook hun<br />
natuurlijke omgeving niet willekeurig is. E<strong>en</strong> koe in het bos of e<strong>en</strong> hert in e<strong>en</strong><br />
omheinde wei zonder bom<strong>en</strong> <strong>en</strong> struik<strong>en</strong> zou doodongelukkig <strong>en</strong> ziek word<strong>en</strong>.<br />
Beide dier<strong>en</strong> blijk<strong>en</strong> e<strong>en</strong> e<strong>en</strong>heid te zijn van begeerte, vorm, bewegingsdynamiek<br />
<strong>en</strong> leefomgeving.<br />
Als tweede voorbeeld kan e<strong>en</strong> onderzoeker ook geïnteresseerd zijn in de biograe<br />
van iemand. Door zich int<strong>en</strong>sief in te lev<strong>en</strong> in de (vaak onbewuste) keuzes die<br />
deze m<strong>en</strong>s in zijn lev<strong>en</strong> maakte als reactie op wat er vanuit de omgeving op hem<br />
afkwam, kan hij de innerlijke dynamiek ler<strong>en</strong> k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> die zich in deze keuzes<br />
uitdrukt. De onderzoeker kan hierdoor zelfs de noodzakelijkheid of de logica<br />
van keuzes mee-ervar<strong>en</strong>, die hij in zijn eig<strong>en</strong> lev<strong>en</strong> nooit zou kunn<strong>en</strong> of will<strong>en</strong><br />
mak<strong>en</strong>. En hierdoor kan de onderzoeker in de op het eerste gezicht los van elkaar<br />
staande gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> die deel uitmak<strong>en</strong> van iemands biograe, e<strong>en</strong> wonderlijke<br />
sam<strong>en</strong>hang gaan ervar<strong>en</strong>.<br />
In deze stap wordt gebruikgemaakt van wat door Baars (2006) het perceptief<br />
voel<strong>en</strong> wordt g<strong>en</strong>oemd. Dit is e<strong>en</strong> omkering van het subjectieve voel<strong>en</strong>, dat zich<br />
vaak direct in min of meer sterke sympathieën <strong>en</strong> antipathieën doet geld<strong>en</strong>. Bij<br />
het perceptief voel<strong>en</strong> word<strong>en</strong> deze gevoelsoordel<strong>en</strong> teruggehoud<strong>en</strong>, zodat het<br />
gevoelslev<strong>en</strong> ontvankelijk kan blijv<strong>en</strong> voor wat er tot uitdrukking komt in de<br />
zintuiglijk waarneembare hoedanighed<strong>en</strong> van het onderzochte verschijnsel. Uit<br />
interesse voor wat je onderzoekt wordt hier de keuze gemaakt om je tijdelijk<br />
niet te richt<strong>en</strong> op wat er in jezelf omgaat, maar op wat er leeft in het door jou<br />
onderzochte verschijnsel.<br />
Stap 3<br />
De kwaliteit van de derde fase is er e<strong>en</strong> van ontvang<strong>en</strong>.<br />
In fase 2 ontstaat er na verloop van tijd e<strong>en</strong> soort spanning. Dit komt omdat in<br />
83
84<br />
alles wat is opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> <strong>en</strong> verinnerlijkt met betrekking tot het onderzochte<br />
verschijnsel, zich iets lijkt te will<strong>en</strong> ton<strong>en</strong>, maar de onderzoeker ‘ziet’ het nog niet.<br />
Het vereist e<strong>en</strong> innerlijk rijpingsproces om innerlijk zodanig ‘gelijk te word<strong>en</strong>’ aan<br />
het door jou onderzochte verschijnsel, dat je de taal ervan kunt verstaan. En het<br />
ontbreekt je daarbij niet meer aan gegev<strong>en</strong>s, maar aan begrip.<br />
Maar als de onderzoeker volhoudt <strong>en</strong> kan wacht<strong>en</strong>, dan komt toch e<strong>en</strong> keer het<br />
mom<strong>en</strong>t dat de onderzoeker de geest of de ‘wil’ herk<strong>en</strong>t die spreekt uit alles wat<br />
aan het onderzochte verschijnsel is waarg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Dit is e<strong>en</strong> ontmoeting met<br />
iets wat onbek<strong>en</strong>d was <strong>en</strong> dus ook niet kon word<strong>en</strong> uitgedacht. Maar als het zich<br />
e<strong>en</strong>maal aandi<strong>en</strong>t, is er vreemd g<strong>en</strong>oeg toch sprake van herk<strong>en</strong>ning, omdat de<br />
ess<strong>en</strong>tie blijkbaar onbewust al in e<strong>en</strong> eerder stadium werd ervar<strong>en</strong>. Eig<strong>en</strong>lijk ruimt<br />
de onderzoeker in het onderzoek gaandeweg de barrières in zijn innerlijk op, die<br />
hem scheid<strong>en</strong> van het bewust kunn<strong>en</strong> waarnem<strong>en</strong> van de ess<strong>en</strong>tie.<br />
Het moeilijke van deze methode is dat je er niet komt met hard studer<strong>en</strong>, of<br />
met het ontwikkel<strong>en</strong> van interessante m<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> of gedacht<strong>en</strong>. Het in zijn volle<br />
omvang toelat<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> verschijnsel is ge<strong>en</strong> geringe zaak. Het is ook niet<br />
vrijblijv<strong>en</strong>d; meestal vraagt het van je om je innerlijke ruimte e<strong>en</strong> heel stuk groter<br />
te mak<strong>en</strong>, omdat je het verschijnsel anders bij lange na niet kunt ‘bevatt<strong>en</strong>’. Maar<br />
juist dat vergrot<strong>en</strong> van die innerlijke ruimte is ook de winst van deze methode. In<br />
die zin is mijns inzi<strong>en</strong>s de uitspraak van Goethe te begrijp<strong>en</strong>: “Het gelijke herk<strong>en</strong>t<br />
het gelijke.”<br />
Omdat de onderzoeker aanvankelijk de ess<strong>en</strong>tie niet k<strong>en</strong>t die werkzaam is in<br />
het onderzochte verschijnsel, is het belangrijk om hier ook niet over te gaan<br />
speculer<strong>en</strong>. Het perceptieve will<strong>en</strong> komt hierin naar vor<strong>en</strong>. Dit houdt in dat de<br />
eig<strong>en</strong> wil wordt teruggehoud<strong>en</strong>, om in het innerlijk de ruimte onbezet te lat<strong>en</strong><br />
waar het verschijnsel zich kan ton<strong>en</strong> als de tijd er rijp voor is.<br />
Slotfase: recht do<strong>en</strong> aan de ess<strong>en</strong>tie<br />
Met het ontmoet<strong>en</strong> van de ‘wil’ of het wez<strong>en</strong> dat zich in het onderzochte<br />
verschijnsel uitspreekt, is het eig<strong>en</strong>lijke k<strong>en</strong>proces t<strong>en</strong> einde. Maar e<strong>en</strong> dergelijke<br />
ontmoeting is in feite e<strong>en</strong> buit<strong>en</strong>talig gebeur<strong>en</strong> <strong>en</strong> daardoor is het voor de<br />
onderzoeker nog e<strong>en</strong> aparte taak om de opgedane ervaring<strong>en</strong>/inzicht<strong>en</strong> zo goed<br />
mogelijk te verwoord<strong>en</strong>.<br />
Het krijg<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> vraag kan hierbij e<strong>en</strong> sterke stimulans zijn. Want dan kunn<strong>en</strong><br />
de woord<strong>en</strong> <strong>en</strong> vorm<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gezocht die in de specieke context van de vraag<br />
relevant zijn. Hierdoor kom<strong>en</strong> de ervaring<strong>en</strong> <strong>en</strong> inzicht<strong>en</strong> van de onderzoeker op<br />
de grond <strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> ze hun werkzaamheid in relevante studie- of werkgebied<strong>en</strong><br />
gaan bewijz<strong>en</strong>.<br />
Intermezzo: <strong>Goethes</strong> f<strong>en</strong>om<strong>en</strong>ologische methode, perceptief will<strong>en</strong> <strong>en</strong> het scheppingsproces<br />
<strong>Goethes</strong> f<strong>en</strong>om<strong>en</strong>ologische methode vraagt e<strong>en</strong> synergie van vermog<strong>en</strong>s die
van oudsher als polair word<strong>en</strong> beschouwd: wet<strong>en</strong>schappelijke <strong>en</strong> kunstzinnige<br />
vermog<strong>en</strong>s. Onderscheidingsvermog<strong>en</strong>, exactheid <strong>en</strong> methodisch bewustzijn<br />
naast ontvankelijkheid, verbeeldingskracht <strong>en</strong> passie. De synergie van deze<br />
vermog<strong>en</strong>s speelt mijns inzi<strong>en</strong>s niet alle<strong>en</strong> in <strong>Goethes</strong> f<strong>en</strong>om<strong>en</strong>ologische methode<br />
e<strong>en</strong> rol, maar altijd als het om schepp<strong>en</strong>de activiteit gaat, zowel in kunst als in<br />
wet<strong>en</strong>schap. M<strong>en</strong>s<strong>en</strong> die uitvinding<strong>en</strong> do<strong>en</strong> of nieuwe theorieën ontwikkel<strong>en</strong>,<br />
kunn<strong>en</strong> dit alle<strong>en</strong> doordat zij niet alle<strong>en</strong> doelgericht <strong>en</strong> methodisch te werk<br />
gaan, maar zich daarnaast ook kunn<strong>en</strong> lat<strong>en</strong> overrompel<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> volkom<strong>en</strong><br />
nieuwe zi<strong>en</strong>swijze. E<strong>en</strong> kunst<strong>en</strong>aar tracht vorm te gev<strong>en</strong> aan iets dat hij nog nooit<br />
heeft gezi<strong>en</strong>; in het proces van gestalte gev<strong>en</strong> onthult hij in de eerste plaats aan<br />
zichzelf wat hem heeft voortgedrev<strong>en</strong>. En het kunstwerk kan alle<strong>en</strong> goed word<strong>en</strong><br />
als de kunst<strong>en</strong>aar zijn vermog<strong>en</strong>s di<strong>en</strong>stbaar weet te mak<strong>en</strong> aan wat zich ton<strong>en</strong><br />
wil, <strong>en</strong> er niet met eig<strong>en</strong> verzinsels tuss<strong>en</strong>komt. E<strong>en</strong> prachtige manier om dat te<br />
zegg<strong>en</strong> komt van Mart<strong>en</strong> Toonder (1912-2005): “E<strong>en</strong> goed verhaal schrijft zichzelf.<br />
Dus als die eig<strong>en</strong>wijze v<strong>en</strong>t die in mijn grijze celletjes woont er nou niet teveel<br />
tuss<strong>en</strong>komt, dan wordt het e<strong>en</strong> goed verhaal.”<br />
Bij deze schepp<strong>en</strong>de process<strong>en</strong> dringt de onderzoeker in het verschijnsel door,<br />
doordat het verschijnsel ook in de onderzoeker kan doordring<strong>en</strong>. Voor het k<strong>en</strong>n<strong>en</strong><br />
dat in <strong>Goethes</strong> f<strong>en</strong>om<strong>en</strong>ologische methode wordt nagestreefd, <strong>en</strong> voor de<br />
schepp<strong>en</strong>de activiteit in kunst <strong>en</strong> wet<strong>en</strong>schap überhaupt is dit vermog<strong>en</strong> mijns<br />
inzi<strong>en</strong>s dus e<strong>en</strong> noodzakelijke ingrediënt.<br />
De stapp<strong>en</strong> in <strong>Goethes</strong> f<strong>en</strong>om<strong>en</strong>ologische methode, verbijzonderd naar het onderzoek<br />
naar blauw als kwalitatief f<strong>en</strong>ome<strong>en</strong><br />
Hieronder wordt alle<strong>en</strong> de methodische kant van het blauwonderzoek belicht<br />
(subvraag b). In dit hoofdstuk wordt dus nog ge<strong>en</strong> beeld gegev<strong>en</strong> van de wereld<br />
van blauw met al zijn kwaliteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> mogelijkhed<strong>en</strong> (antwoord op subvraag c),<br />
dat als resultaat van de hier beschrev<strong>en</strong> methodische weg in de onderzoeker<br />
kan ontstaan. Dit moet wacht<strong>en</strong> tot de volg<strong>en</strong>de publicatie, waarin antwoord zal<br />
word<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> op alle subvrag<strong>en</strong> <strong>en</strong> daarmee op de hoofdvraag.<br />
Stap 1<br />
In de eerste fase van het onderzoek<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> kleur is er e<strong>en</strong> onuitputtelijke reeks<br />
waarneming<strong>en</strong> te do<strong>en</strong>. Deze waarneming<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> uit verschill<strong>en</strong>de gebied<strong>en</strong><br />
voortkom<strong>en</strong>. Hieronder volgt e<strong>en</strong> opsomming van de gebied<strong>en</strong> die ik zelf heb<br />
bestudeerd; deze lijst is niet volledig, er zijn zeker nog meer mogelijkhed<strong>en</strong>.<br />
! Blauw in de natuur.<br />
Lucht, water, vuur, st<strong>en</strong><strong>en</strong>, bloem<strong>en</strong>, dier<strong>en</strong>, og<strong>en</strong>, <strong>en</strong>zovoort.<br />
! Blauw als natuurkundig f<strong>en</strong>ome<strong>en</strong>.<br />
Wat is er over blauw te zegg<strong>en</strong> vanuit natuurkundig gezichtspunt, <strong>en</strong> hoe ‘gedraagt’<br />
blauw zich in experim<strong>en</strong>t<strong>en</strong> op het gebied van optica <strong>en</strong> kleur<strong>en</strong>leer?<br />
! Classicatiesystem<strong>en</strong>: hoeveel nuances blauw onderscheidt m<strong>en</strong>?<br />
Het ACC-systeem bijvoorbeeld (Acoat Colour Codication) gebruikt e<strong>en</strong> driedim<strong>en</strong>sionaal<br />
cilindermodel dat het mogelijk maakt elke d<strong>en</strong>kbare kleurschake-<br />
85
86<br />
ring nauwkeurig te b<strong>en</strong>oem<strong>en</strong> <strong>en</strong> in e<strong>en</strong> logische rangschikking te codicer<strong>en</strong>.<br />
Het rangschikt kleur<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s hun drie voornaamste k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>, namelijk<br />
kleurtoon, verzadiging <strong>en</strong> helderheid.<br />
! De geschied<strong>en</strong>is van de kleur blauw.<br />
Wanneer werd de kleur voor het eerst b<strong>en</strong>oemd? Hoe werd de kleur vervaardigd,<br />
wat war<strong>en</strong> de gebruik<strong>en</strong>, de verhal<strong>en</strong> <strong>en</strong> de betek<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> rond de kleur<br />
blauw?<br />
! Het gebruik van blauw in de (westerse) kunst.<br />
“Als de vorm vergaat, zijn haar wortels eeuwig”, Mario Merz, 1982-1989<br />
“Neonbuiz<strong>en</strong> met blauw licht”, Peggy Gugg<strong>en</strong>heim-collectie V<strong>en</strong>etië<br />
!!!!!! ! !!!!!!!!! !!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!<br />
Hierbij wordt niet gekek<strong>en</strong> naar gebruik van de kleur volg<strong>en</strong>s de waarneming<br />
(zoals bij het schilder<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> blauwe lucht), maar waar sprake was van e<strong>en</strong><br />
keuze, e<strong>en</strong> gewoonte of e<strong>en</strong> (religieus) voorschrift.<br />
! Het speciek gebruik van blauw in de teg<strong>en</strong>woordige (Nederlandse) leefomgeving.<br />
In Nederlandse trein<strong>en</strong> heb je bij de deur<strong>en</strong> bijvoorbeeld e<strong>en</strong> gele knop om ze<br />
te op<strong>en</strong><strong>en</strong>, e<strong>en</strong> blauwe om ze te sluit<strong>en</strong>. En de noodrem is rood. In het verkeer<br />
zijn bij ons de aanwijsbord<strong>en</strong> blauw, de ge- <strong>en</strong> verbodsbord<strong>en</strong> rood.<br />
! Verhal<strong>en</strong> over blauw of over blauwe zak<strong>en</strong>.<br />
Het cichoreiplantje met z’n prachtige blauwe bloem<strong>en</strong> bijvoorbeeld was<br />
volg<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> oud volksverhaal e<strong>en</strong> prinses die e<strong>en</strong> arme ridder minde. Maar dat<br />
kon niet, de ridder werd gedood. Zij wilde echter niet meer bij hem vandaan,<br />
<strong>en</strong> veranderde in e<strong>en</strong> (cichorei)plant die groeide in de aarde waar hij rustte. De<br />
blauwe bloem<strong>en</strong> vertell<strong>en</strong> van haar trouw.<br />
! Uitdrukking<strong>en</strong> in de (Nederlandse) taal waarin het woord blauw voorkomt.<br />
Bij nader onderzoek blijkt namelijk dat deze uitdrukking<strong>en</strong> vaak zijn ontstaan<br />
als reactie op wellicht onbewust ervar<strong>en</strong> kwaliteit<strong>en</strong> van de kleur (e<strong>en</strong>
lauwtje lop<strong>en</strong>: e<strong>en</strong> kwetsuur, e<strong>en</strong> blauwe plek). Soms zijn ze ook ontstaan<br />
in sam<strong>en</strong>hang met bepaalde sociaal-maatschappelijke ontwikkeling<strong>en</strong><br />
(blauwkiel<strong>en</strong>: blauw was goedkope verfstof), of verwijz<strong>en</strong> ze naar letterlijk<br />
zichtbare kleur (blauwbekk<strong>en</strong>). Dit kan dus interessante gegev<strong>en</strong>s oplever<strong>en</strong>.<br />
Naast waarneming <strong>en</strong> studie zie ik het bij e<strong>en</strong> dergelijk onderzoek als noodzakelijk<br />
dat de onderzoeker zelf ook actief in de kleur onderduikt. Het schilder<strong>en</strong>d<br />
verk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> van het gebied van het blauw, met al zijn nuances <strong>en</strong> zijn gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> naar<br />
het zwart, het wit, het violet (door toevoeging van steeds meer rood) <strong>en</strong> het gro<strong>en</strong><br />
(door toevoeging van geel), maakt dat de onderzoeker het hele gebied van de<br />
kleur blauw aan d<strong>en</strong> lijve gaat ervar<strong>en</strong>.<br />
Wat ook heel werkzaam kan zijn, is het langdurig werk<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> grote<br />
blauwstudie, naast andere oef<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>. In de opleiding voor kunstzinnige therapie<br />
is hiermee ervaring opgedaan. Tijd<strong>en</strong>s de kleur<strong>en</strong>leerless<strong>en</strong> werkt<strong>en</strong> de stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />
gedur<strong>en</strong>de de hele blauwe periode (ti<strong>en</strong> wek<strong>en</strong>) gemiddeld anderhalf uur per<br />
week aan één grote blauwstudie (A1-formaat). Hierdoor kon de beleving zich<br />
steeds verder verdiep<strong>en</strong>. De opdracht was om in het rond te werk<strong>en</strong> van buit<strong>en</strong><br />
naar binn<strong>en</strong> <strong>en</strong> van donker naar licht, waardoor er uiteindelijk iets ontstond dat<br />
leek op e<strong>en</strong> blauw licht dat in het donker sche<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> voorbeeld:<br />
!<br />
!<br />
Dit ‘grote blauw’ werd licht opgezet, met waterverf in de kleur<strong>en</strong> indigo,<br />
ultramarijn <strong>en</strong> kobalt; er werd ook wel Pruisisch, peacock <strong>en</strong> cerulean blauw<br />
gebruikt. Langzaam werd de kleur laag over laag opgebouwd, tot er e<strong>en</strong> int<strong>en</strong>se,<br />
stral<strong>en</strong>de kracht was bereikt. E<strong>en</strong> bijzonder mom<strong>en</strong>t in dit proces was het mom<strong>en</strong>t<br />
waarop het laatste wit in het midd<strong>en</strong> weg moest word<strong>en</strong> geschilderd. Stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />
kond<strong>en</strong> daar soms echt teg<strong>en</strong>op zi<strong>en</strong>, omdat ze het gevoel hadd<strong>en</strong> dat alle licht<br />
87
88<br />
dan uit het werk zou verdwijn<strong>en</strong>. Het was echter vaak e<strong>en</strong> hele belev<strong>en</strong>is om te<br />
ervar<strong>en</strong> dat dit niet het geval was; als het wit was verdw<strong>en</strong><strong>en</strong>, begon het blauw<br />
zelf op te licht<strong>en</strong> vanuit het omring<strong>en</strong>de duister.<br />
Stap 2<br />
Als gevolg van het verinnerlijk<strong>en</strong> van de grote verscheid<strong>en</strong>heid aan<br />
waarneming<strong>en</strong> in stap 1 word<strong>en</strong> gaandeweg bepaalde sam<strong>en</strong>hang<strong>en</strong> beleefbaar.<br />
De kleur blijkt niet willekeurig op te duik<strong>en</strong>, er zit e<strong>en</strong> zekere lijn in. Hierdoor is het<br />
mogelijk om na verloop van tijd e<strong>en</strong> aantal gebied<strong>en</strong> te gaan herk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, waar de<br />
kleur blauw zich in het bijzonder manifesteert. E<strong>en</strong> voorbeeld van zo’n gebied:<br />
Vroeger werd<strong>en</strong> de keuk<strong>en</strong>s van boerderij<strong>en</strong> blauw geschilderd teg<strong>en</strong> de vlieg<strong>en</strong>.<br />
Vlieg<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> af op geurtjes, voedsel, warmte <strong>en</strong> morsigheid. Blauw lijkt koel,<br />
schoon <strong>en</strong> helder in plaats van morsig, vuil <strong>en</strong> warm. En blauw voedsel is er niet of<br />
nauwelijks. Voor ongedierte niet aantrekkelijk dus <strong>en</strong> blijkbaar ‘wet<strong>en</strong>’ ze dat; ze<br />
blijv<strong>en</strong> weg bij blauw.<br />
Vroeger ded<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> blauwsel in de witte was. Dan leek het witter, omdat het<br />
het vergel<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>ging. En e<strong>en</strong> blauwige weerschijn in de plooi<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> wit<br />
lak<strong>en</strong> werd als reiner ervar<strong>en</strong> dan e<strong>en</strong> gelige. Blauw associeert eerder met frisheid.<br />
Blauw bloed is e<strong>en</strong> term uit de tijd dat adeldom nog verplichtte. De adel werd<br />
geacht zijn drift- <strong>en</strong> begeertelev<strong>en</strong> te kunn<strong>en</strong> beheers<strong>en</strong> <strong>en</strong> dus het hoofd ‘koel’<br />
te kunn<strong>en</strong> houd<strong>en</strong>. Verder was de huid van de adel bleek, omdat deze niet in de<br />
buit<strong>en</strong>lucht hoefde te werk<strong>en</strong>. En daardoor zag je de ader<strong>en</strong>, die blauw door de<br />
huid he<strong>en</strong> sch<strong>en</strong><strong>en</strong>.<br />
E<strong>en</strong> zekere afstand tot het drift- <strong>en</strong> begeertelev<strong>en</strong> zie je ook bij de blauwkous, die<br />
liever in de boek<strong>en</strong> zit dan mann<strong>en</strong> versiert, bij de Zwolse blauwvinger, die zijn<br />
beheersing overdrijft <strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> vrek verwordt, <strong>en</strong> bij de Blauwe Knoop, e<strong>en</strong><br />
bond die teg<strong>en</strong> alcohol was, <strong>en</strong> belangrijk was in de tijd dat alcoholmisbruik vaak<br />
gepaard ging met armoede <strong>en</strong> slechte leefomstandighed<strong>en</strong>. (In Nederland is<br />
begin oktober 1999 het laatste alcoholvrije hotel, Het Blauwe Kruis, geslot<strong>en</strong>.)<br />
De blauwe vlag hoort ook in dit rijtje thuis. Het gaat hierbij om e<strong>en</strong> tek<strong>en</strong> van<br />
milieubewustzijn <strong>en</strong> zuiverheid. E<strong>en</strong> tek<strong>en</strong> dat er niet maar aangerotzooid wordt,<br />
maar dat het handel<strong>en</strong> in zekere mate door ideal<strong>en</strong> wordt gestuurd.<br />
Het kunn<strong>en</strong> ervar<strong>en</strong> van de innerlijke dynamiek van het blauw is het uiteindelijke<br />
doel van deze tweede stap. Het gaan herk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> van de gebied<strong>en</strong> waarin het blauw<br />
zich vooral manifesteert, is hierbij e<strong>en</strong> begin. Het je inlev<strong>en</strong> in (expressionistische)<br />
kunstwerk<strong>en</strong> waarin de kleur blauw e<strong>en</strong> belangrijke rol speelt, is ook e<strong>en</strong> goede<br />
ingang om de innerlijke dynamiek van deze kleur verder te onderzoek<strong>en</strong>. De blauwe<br />
periode van Picasso bestaat uit schilderij<strong>en</strong> waar melancholie, armoede, e<strong>en</strong>zaamheid<br />
<strong>en</strong> gebrekkigheid op te zi<strong>en</strong> zijn. Hoe is het als je die schilderij<strong>en</strong> (innerlijk) in<br />
oranjetint<strong>en</strong> voor je gaat zi<strong>en</strong>? Het eect blijkt te zijn dat deze werk<strong>en</strong> dan e<strong>en</strong> deel<br />
van hun kracht verliez<strong>en</strong>, omdat kleur <strong>en</strong> beeld elkaar als het ware teg<strong>en</strong>sprek<strong>en</strong>.
Het lez<strong>en</strong> van literatuur over onderzoek naar de ervaring<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> bij de<br />
kleur blauw kan daarnaast als e<strong>en</strong> toets voor de eig<strong>en</strong> ervaring<strong>en</strong> di<strong>en</strong><strong>en</strong>.<br />
Het voornaamste hulpmiddel om deze innerlijke dynamiek te kunn<strong>en</strong> gaan<br />
ervar<strong>en</strong>, is mijns inzi<strong>en</strong>s echter het eig<strong>en</strong> schilderkundig onderzoek naar de<br />
uitdrukkingskracht van de kleur. Het schilder<strong>en</strong> van het blauwgebied tuss<strong>en</strong> waar<br />
het overgaat in gro<strong>en</strong> aan de <strong>en</strong>e kant <strong>en</strong> in paars aan de andere kant. Het gebied<br />
van het blauw tuss<strong>en</strong> wit <strong>en</strong> zwart, het ervar<strong>en</strong> van het eect van andere kleur<strong>en</strong><br />
op verschill<strong>en</strong>de blauwnuances <strong>en</strong> het schilder<strong>en</strong> van allerlei variaties maakt dat je<br />
de kleur leert k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> zoals je bij wijze van sprek<strong>en</strong> e<strong>en</strong> ander m<strong>en</strong>s leert k<strong>en</strong>n<strong>en</strong><br />
door hem mee te mak<strong>en</strong> in allerlei situaties.<br />
Welke stemming<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> met de verschill<strong>en</strong>de blauw<strong>en</strong> word<strong>en</strong> uitgedrukt,<br />
<strong>en</strong> welke juist niet? Als ik me bijvoorbeeld voorstel om de humor van blauw op<br />
het doek te zett<strong>en</strong>, dan komt er eerder e<strong>en</strong> innerlijk stral<strong>en</strong> bij me op dat zich kan<br />
uitdrukk<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> glimlach, dan dat ik e<strong>en</strong> geweldige schaterlach voor me ga zi<strong>en</strong>.<br />
Terwijl oprechtheid, ontvankelijkheid, melancholie of devotie stemming<strong>en</strong> zijn die<br />
toch wat gemakkelijker uit de (blauwe) verf kom<strong>en</strong>. Dit hangt wellicht sam<strong>en</strong> met<br />
het wijk<strong>en</strong>de, meer introverte karakter van deze kleur.<br />
Ter illustratie twee werk<strong>en</strong> van stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van de opleiding kunstzinnige therapie.<br />
De opdracht was om e<strong>en</strong> van de blauwkwaliteit<strong>en</strong> die ze hadd<strong>en</strong> ervar<strong>en</strong>,<br />
zichtbaar te mak<strong>en</strong>:<br />
!! !<br />
Monnik Resonantie<br />
Door je op deze wijze int<strong>en</strong>sief met de kleur te verbind<strong>en</strong> komt er op d<strong>en</strong> duur e<strong>en</strong><br />
soort ‘herk<strong>en</strong>ning’ op gang. Ik heb bijvoorbeeld meegemaakt dat ik regelmatig op<br />
lmsets aanwezig was <strong>en</strong> begon te glimlach<strong>en</strong> als ik zag dat de cameramann<strong>en</strong><br />
weer met ongeschor<strong>en</strong> kopp<strong>en</strong> in blauwe spijkerbroek<strong>en</strong> <strong>en</strong> donkerblauwe<br />
trui<strong>en</strong> met hun camera’s om zeer verzorgde acteurs in bontgekleurde gewad<strong>en</strong><br />
he<strong>en</strong> draaid<strong>en</strong>. Die glimlach ontstond omdat ik me<strong>en</strong>de hierin e<strong>en</strong> stukje van de<br />
89
90<br />
dynamiek van het blauw terug te vind<strong>en</strong>: het blauw wijkt, wil naar de achtergrond<br />
<strong>en</strong> voelt zich in principe prettiger in e<strong>en</strong> meer di<strong>en</strong>stbare rol.<br />
Stap 3<br />
Aan het einde van fase 2 is er vaak onbewust al e<strong>en</strong> vermoed<strong>en</strong> van iets<br />
ess<strong>en</strong>tieels dat zich in al die blauwnuances uitspreekt, maar de onderzoeker ‘ziet’<br />
het nog niet. Het moet zich als het ware nog uit onbewuste lag<strong>en</strong> omhoogwerk<strong>en</strong><br />
naar de waarneming toe. De losoof Martin Buber (1878-1965) zegt over de<br />
oorsprong van kunst, dat deze ge<strong>en</strong> product is van de ziel van de kunst<strong>en</strong>aar.<br />
Volg<strong>en</strong>s hem komt er iets op hem af dat niet zintuiglijk waarneembaar is, <strong>en</strong> werk<br />
van hem vereist zodat het gestalte kan aannem<strong>en</strong> (Buber, 2004). De aandacht<br />
moet in deze fase niet verslapp<strong>en</strong>, maar aan de andere kant helpt het ook niets<br />
om er de hele tijd mee bezig te zijn. E<strong>en</strong> plant komt ook de grond niet uit als je er<br />
voortdur<strong>en</strong>d bov<strong>en</strong>op blijft zitt<strong>en</strong>.<br />
In dit stadium moet e<strong>en</strong> onderzoeker mijns inzi<strong>en</strong>s do<strong>en</strong> wat hij nog nodig d<strong>en</strong>kt<br />
te hebb<strong>en</strong> om te bevorder<strong>en</strong> dat er licht in de zaak komt. Ik heb veel naar kunst<br />
gekek<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> ander gaat schilder<strong>en</strong> of nog iets bestuder<strong>en</strong>.<br />
In deze fase kan het werkzaam zijn om m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> te bestuder<strong>en</strong> die zelf hebb<strong>en</strong><br />
getracht het wez<strong>en</strong> van de kleur onder woord<strong>en</strong> te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Goethe (2000),<br />
Steiner (1988), Collot d’Herbois (1982, 1985), Bruns (1998) <strong>en</strong> Itt<strong>en</strong> (1998)<br />
hebb<strong>en</strong> vanuit de door hun ontwikkelde kleur<strong>en</strong>ler<strong>en</strong> hierover veel te vertell<strong>en</strong>.<br />
En kunst<strong>en</strong>aars als Kandinsky (2006), Marc (onder andere Partsch, 1993) <strong>en</strong><br />
Klein (onder andere Weitemeier, 2001) hebb<strong>en</strong> ook uitsprak<strong>en</strong> gedaan over de<br />
kwaliteit<strong>en</strong> van blauw. En hoe groot de eerbied ook kan zijn die je voor dergelijke<br />
grote geest<strong>en</strong> voelt, in dit geval is het belangrijk dat je toch kijkt of er vanuit<br />
je eig<strong>en</strong> nog onbewuste wet<strong>en</strong> e<strong>en</strong> ‘nee of e<strong>en</strong> ja’ als antwoord komt op de<br />
bewering<strong>en</strong> van deze m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>. Dit valt te rechtvaardig<strong>en</strong> vanuit het feit dat het<br />
hier om e<strong>en</strong> wet<strong>en</strong> gaat dat in feite ge<strong>en</strong> ‘persoonlijk eig<strong>en</strong>dom’ is.<br />
Het kan ook zijn dat de onderzoeker ervoor kiest om deze bronn<strong>en</strong> pas (of weer)<br />
te gebruik<strong>en</strong> in stap 4, om zijn eig<strong>en</strong> bevinding<strong>en</strong> te kunn<strong>en</strong> plaats<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> breed<br />
scala van onderzoek van andere deskundig<strong>en</strong>.<br />
Yves Klein (1928-1962):<br />
“Blauw heeft ge<strong>en</strong> dim<strong>en</strong>sies.<br />
Het is het zichtbaar word<strong>en</strong>de onzichtbare.”<br />
Het gaan zi<strong>en</strong> van de ess<strong>en</strong>tie kan geleidelijk<br />
gaan, omdat de innerlijke ruimte die het<br />
verschijnsel kan bevatt<strong>en</strong>, langzaam groter<br />
wordt <strong>en</strong> de juiste ‘vorm’ vindt. Het kan ook zijn<br />
dat er vrij plotseling licht in de zaak komt, <strong>en</strong><br />
dat gebeurt meestal op e<strong>en</strong> mom<strong>en</strong>t dat de<br />
aandacht er niet op was gericht.
Als resultaat van deze stap met betrekking tot het blauw wordt het mogelijk, de<br />
e<strong>en</strong>heid te belev<strong>en</strong> in de grote verscheid<strong>en</strong>heid aan ‘blauwe’ verschijnsel<strong>en</strong> die<br />
in stap 1 gevond<strong>en</strong> zijn. Vanuit het ervar<strong>en</strong> van deze e<strong>en</strong>heid of ess<strong>en</strong>tie kunn<strong>en</strong><br />
dan zelfs teg<strong>en</strong>strijdig lijk<strong>en</strong>de verschijnsel<strong>en</strong> word<strong>en</strong> begrep<strong>en</strong> als verschill<strong>en</strong>de<br />
manifestaties van de kleur. Dit kun je vergelijk<strong>en</strong> met het begrijp<strong>en</strong> van je eig<strong>en</strong><br />
handel<strong>en</strong>, je eig<strong>en</strong> manifestaties in de wereld: als je gedrag vertoont dat voor e<strong>en</strong><br />
buit<strong>en</strong>staander teg<strong>en</strong>strijdig is, kan het zijn dat je dit zelf heel anders ziet, omdat<br />
je je eig<strong>en</strong> motiev<strong>en</strong> meer van binn<strong>en</strong>uit k<strong>en</strong>t.<br />
Slotfase bij het onderzoek naar blauw als kwalitatief f<strong>en</strong>ome<strong>en</strong><br />
Zoals eerder beschrev<strong>en</strong> heeft deze stap betrekking op het in e<strong>en</strong> bepaalde<br />
context verwoord<strong>en</strong> of gebruik<strong>en</strong> van wat in stap 3 aan inzicht is ontstaan.<br />
In de opleiding voor kunstzinnige therapie gebeurt dit onder andere door<br />
de stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> opdracht<strong>en</strong> te gev<strong>en</strong>, waarin ze kunn<strong>en</strong> ton<strong>en</strong> in hoeverre ze<br />
de ess<strong>en</strong>tie van de kleur hebb<strong>en</strong> ler<strong>en</strong> k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> van die opdracht<strong>en</strong> kan<br />
bijvoorbeeld zijn om zwart-witfoto’s te zoek<strong>en</strong> in de krant <strong>en</strong> in andere blad<strong>en</strong>,<br />
waar onmisk<strong>en</strong>baar e<strong>en</strong> blauwstemming uit spreekt. Die word<strong>en</strong> dan uitgeknipt.<br />
Het gaat dus niet om de oorspronkelijke kleur<strong>en</strong>, maar om de stemming of<br />
sfeer die uit de zwart-witafbeelding als geheel spreekt: dat moet e<strong>en</strong> echte<br />
blauwstemming zijn. Zulke afbeelding<strong>en</strong> zijn er in e<strong>en</strong> groot aantal variëteit<strong>en</strong>,<br />
omdat de wereld van blauw vele stemming<strong>en</strong> omvat. Maar er zijn ook veel<br />
afbeelding<strong>en</strong> die er echt buit<strong>en</strong> vall<strong>en</strong>, <strong>en</strong> om dit onderscheidingsvermog<strong>en</strong> gaat<br />
het in deze opdracht. Van de afbeelding<strong>en</strong> wordt vervolg<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> collage gemaakt,<br />
waarbij de vormgeving ook moet pass<strong>en</strong> bij blauw.<br />
In de praktijk van de kunstzinnige therapie wordt het inzicht in de kleurkwaliteit<strong>en</strong><br />
b<strong>en</strong>ut in individuele therapietraject<strong>en</strong>. De cliënt stelt dan de vraag waardoor het<br />
toepass<strong>en</strong> van dit inzicht relevant wordt, <strong>en</strong> de werkzaamheid ervan zal als het<br />
goed is in het therapietraject zichtbaar word<strong>en</strong>.<br />
Nawoord<br />
Hiermee is in dit onderzoeksverslag e<strong>en</strong> poging gedaan om de<br />
onderzoeksmethode te beschrijv<strong>en</strong> die voor het onderzoek<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> kleur<br />
als kwalitatief f<strong>en</strong>ome<strong>en</strong> gehanteerd kan word<strong>en</strong> (antwoord op subvraag b). In<br />
de publicatie die later zal word<strong>en</strong> uitgebracht, zull<strong>en</strong> ook de subvrag<strong>en</strong> a, c <strong>en</strong><br />
d word<strong>en</strong> beantwoord. Ik hoop in subvraag c dan ook te kunn<strong>en</strong> beschrijv<strong>en</strong><br />
wat je over de kleur blauw <strong>en</strong> z’n kwaliteit<strong>en</strong> aan de weet kunt kom<strong>en</strong> door het<br />
toepass<strong>en</strong> van de hier beschrev<strong>en</strong> methode.<br />
De bedoeling van deze publicatie is om deze methode, die vaak impliciet<br />
wordt gehanteerd, te expliciter<strong>en</strong>; maar ook om het mogelijk te mak<strong>en</strong> dat<br />
deze beschrijving aangevuld <strong>en</strong> verbeterd kan word<strong>en</strong> door ander<strong>en</strong>. Op die<br />
manier hoop ik hiermee e<strong>en</strong> bijdrage te hebb<strong>en</strong> geleverd aan de methodische<br />
verheldering van het <strong>kleuronderzoek</strong>; <strong>en</strong> daarmee aan de verheldering van de<br />
methodische basis van de kunstzinnige therapie.<br />
91
92<br />
Literatuur<br />
Amons, F., Beekman, W., Romunde, D. van (1981). Antroposoe <strong>en</strong><br />
natuurwet<strong>en</strong>schap. Zeist: Vrij Geesteslev<strong>en</strong>.<br />
Avelingh, M. (1995). Schilder<strong>en</strong>, boetser<strong>en</strong> <strong>en</strong> tek<strong>en</strong><strong>en</strong> als kunstzinnige therapie. Zeist:<br />
Christofoor.<br />
Baars, E. (2006). De zorgmethodiek wet<strong>en</strong>schappelijk verantwoord. In: E. Baars<br />
(red.) Goede Zorg (tweede druk). Zeist: Christofoor, hoofdstuk 8.<br />
Birr<strong>en</strong>, F. (1961). Color psychology and color therapy. A factual study of the inu<strong>en</strong>ce<br />
of color on human life. (derde druk). New Hyde Park, NY: University Books, Inc.<br />
Bortoft, H. (1996). The whol<strong>en</strong>ess of nature. Goethe’s way of sci<strong>en</strong>ce. Edinburgh: Floris<br />
Books <strong>en</strong> New York: Lindifarne Press.<br />
Bruns, M. (1998). Das Rätsel Farbe (tweede druk). Stuttgart: Philipp Reclam.<br />
Buber, M. (2004). Ik <strong>en</strong> jij (ti<strong>en</strong>de druk). Utrecht: Bijleveld.<br />
Collot d’Herbois, L. (1982). Licht, kleur <strong>en</strong> duisternis. Drieberg<strong>en</strong>: Stichting Mag<strong>en</strong>ta.<br />
Collot d’Herbois, L. (1985). <strong>Kleur</strong><strong>en</strong> in de atmosfeer. Drieberg<strong>en</strong>: Stichting Mag<strong>en</strong>ta.<br />
Goethe, J.W. (2000). <strong>Kleur</strong><strong>en</strong>leer (derde druk). Zeist: Vrij Geesteslev<strong>en</strong>.<br />
Hauschka, M. (1981). Kunstzinnige therapie. Zeist: Vrij Geesteslev<strong>en</strong>.<br />
Heim<strong>en</strong>dahl, E. (1961). Licht und Farbe. Ordnung und Function der Farbwelt. Berlijn:<br />
De Gruyter.<br />
Heller, E. (1990). <strong>Kleur</strong>: symboliek, psychologie, toepassing (vertaald uit het Duits<br />
door E. Stev<strong>en</strong>s). Utrecht: Het Spectrum.<br />
Hermans, T. ( 1992). Verhal<strong>en</strong> uit mijn lev<strong>en</strong>. Baarn: Fontein, p. 36.<br />
Hermans, T. ( 2001). Ik heb het lev<strong>en</strong> lief. Baarn: Fontein, p. 60.<br />
Itt<strong>en</strong>, J. (1998). <strong>Kleur</strong><strong>en</strong>leer (derti<strong>en</strong>de druk). De Bilt: Cantecleer.<br />
Jung, C.G. (2003). Archetyp<strong>en</strong>. Rotterdam: Lemniscaat.<br />
Kandinsky, W. (2006). Spiritualiteit <strong>en</strong> abstractie in de kunst (vierde druk; vertaald uit<br />
het Duits door C. W<strong>en</strong>tinck). Zeist: Christofoor.<br />
Kant, E. (1952). The critique of judgem<strong>en</strong>t (vertaling van Kritik der Urteilskraft door
J.C. Meredith). New York: Oxford University Press.<br />
Lüscher, M. (1977). De vierkleur<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s. Baarn: Meul<strong>en</strong>ho.<br />
Mees-Christeller, E. (1997). G<strong>en</strong>ez<strong>en</strong> met kunst. Zeist: Vrij Geesteslev<strong>en</strong>.<br />
Partsch, S. (1993). Franz Marc. Keul<strong>en</strong>: Tasch<strong>en</strong>.<br />
Smits, W.C.M. (1967). Symboliek van kleur. Amsterdam: Argus.<br />
Steiner, R. (1984). Waarnem<strong>en</strong> <strong>en</strong> d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>. Schets van e<strong>en</strong> k<strong>en</strong>nistheorie naar<br />
aanleiding van <strong>Goethes</strong> wereldbeschouwing. Zeist: Vrij Geesteslev<strong>en</strong>.<br />
Steiner, R. (1988). Het wez<strong>en</strong> van de kleur<strong>en</strong>. Werk<strong>en</strong> <strong>en</strong> voordracht<strong>en</strong>. Zeist: Vrij<br />
Geesteslev<strong>en</strong>.<br />
Weitemeier, H. (2001). Yves Klein. Keul<strong>en</strong>: Tasch<strong>en</strong>.<br />
93
216<br />
Colofon<br />
ISBN 9789081070829<br />
NUR 870<br />
Vormgeving/opmaak<br />
Creja ontwerp<strong>en</strong><br />
Uitgever<br />
Hogeschool Leid<strong>en</strong><br />
Zernikedreef 11, 2333 CK Leid<strong>en</strong><br />
Postbus 382, 2300 AJ Leid<strong>en</strong><br />
telefoon: 071-5188800<br />
E-mail: infohl@hsleid<strong>en</strong>.nl<br />
Internet: www.hsleid<strong>en</strong>.nl