05.09.2013 Views

ZE-no4 dec 2010 - Stichting Cultureel Erfgoed Zeeland

ZE-no4 dec 2010 - Stichting Cultureel Erfgoed Zeeland

ZE-no4 dec 2010 - Stichting Cultureel Erfgoed Zeeland

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

jaargang 10, maart 2011 01<br />

NIEUWSBRIEF VAN DE STICHTING<br />

CULTUREEL ERFGOED <strong>ZE</strong>ELAND


ARCHEOLOGIECULTUURHISTORIEERFGOEDEDUCATIEMONUMENTENMUSEASTREEKTALEN<br />

Inhoudsopgave<br />

2 SCEZpresse<br />

MUSEA<br />

3 Recordaantal bezoekers Zeeuwse musea<br />

5 Jaar van het Vrijwilligerswerk<br />

• Bezuinigingen voor Zeeuwse musea in 2011 vallen mee<br />

6 Immaterieel erfgoed en de Unesco Conventie<br />

• Plusregeling Cultuurparticipatie voor volkscultuur<br />

ARCHEOLOGIE<br />

7 Vondst voor het voetlicht: Een middeleeuwse barbecue in Zierikzee<br />

8 Fortennacht Staats-Spaanse Linies 10 september 2011<br />

• Onderzoek Romeins Aardenburg, Odyssee-project<br />

9 Walcherse Archeologische Dienst (WAD) lanceert website<br />

• Onderzoek en meldingen<br />

10 Opgraving vroegmiddeleeuwse Duinburg in Domburg<br />

STREEKTALEN<br />

12 Cursus ‘Kennismaking met het Zeeuws’<br />

• Nieuws uit de Zeeuwse Dialect Vereniging<br />

13 Schelden doet geen zeer! Hoe wij elkaar typeren<br />

ERFGOEDEDUCATIE<br />

14 Je eigen omgeving door het oog van de camera<br />

• Uitleen <strong>Erfgoed</strong>mobiel stopt na 1 juli<br />

MONUMENTEN<br />

15 Monumenten waar muziek in zit...<br />

• Staatsbosbeheer krijgt subsidie voor restauratie fort Rammekens<br />

16 Brochure over herbestemming van monumentale boerderijen<br />

• Dreigende sloop van mogelijk oudste huis van Heikant<br />

toont noodzaak gemeentelijk monumentenbeleid<br />

17 <strong>Stichting</strong> Behoud Kerkelijke Gebouwen in de provincie <strong>Zeeland</strong><br />

18 Restaureren: roeping, voorrecht of uitdaging?<br />

CULTUURHISTORIE<br />

19 Vroege krimp<br />

20 Cursus over groene geschiedenis afgerond<br />

MONUMENTEN<br />

20 Landelijk dekkend netwerk interieurwacht?<br />

21 Rott(ig)e kelderluiken<br />

• Seizoensproblemen in en rond uw monument<br />

22 Winnaars fotowedstrijd ‘De smaak van de 19e eeuw in <strong>Zeeland</strong>’<br />

<strong>Erfgoed</strong> Allerlei<br />

23 Publicaties<br />

26 Bij de Omslag<br />

• Kerken in krimpscenario<br />

27 Colofon<br />

• Kortelings<br />

In 2002 verscheen het eerste nummer van<br />

Zeeuws <strong>Erfgoed</strong>. In dat jaar werd ook gebouw De Burg door de SCEZ in<br />

gebruik genomen. Dat verklaart de afbeelding van dit voormalige hotel<br />

op de omslag van het eerste nummer. De nieuwsbrief is inmiddels toe aan<br />

zijn tiende jaargang en op 1 april bestaat de SCEZ ook precies tien jaar.<br />

Gebouw De Burg is een functioneel, sober gebouwd pand.<br />

Toch zijn ook hier interessante interieurelementen te vinden,<br />

waaronder de vier gebrandschilderde raampjes uit circa 1952<br />

in de voormalige bruidssuite.<br />

SCEZpresse<br />

Wie gewend is met erfgoed om te gaan, die denkt in termen van duurzaamheid<br />

en dan is tien jaar niet meer dan een stipje op een lange, lange lijn.<br />

Wie gewend is met erfgoed om te gaan, die denkt in eeuwen en niet in jaren.<br />

Verantwoord beheer en goed rentmeesterschap zijn zaken van lange adem.<br />

Vanuit dat perspectief beschouwd is het feit dat de SCEZ op 1 april<br />

aanstaande tien jaar bestaat niet echt indrukwekkend. Ook in vergelijking<br />

met collega-instellingen is tien jaar weinig bijzonder. Het Zeeuws Museum<br />

bestaat dit jaar 50 jaar en Het Zeeuwse Landschap zelfs 75 jaar. Dan hebben<br />

we het nog niet eens over de Zeeuwse Bibliotheek, inmiddels 152 jaar oud.<br />

Die tien jaar van de SCEZ kan met goed fatsoen nog wel wat worden<br />

verlengd, want haar rechtsvoorganger is de <strong>Stichting</strong> Monumentenwacht<br />

<strong>Zeeland</strong> en die is in 1977 opgericht. Maar toch, het aantal jaren blijft<br />

bescheiden. Leeftijd zegt daarentegen ook weer niet alles. Ook in een beperkt<br />

aantal jaren kan het nodige tot stand worden gebracht. Bladerend in de<br />

tientallen afleveringen van Zeeuws <strong>Erfgoed</strong> en terugdenkend aan de veelheid<br />

aan projecten en activiteiten die, samen met andere instellingen en<br />

organisaties en met medewerking van heel veel betrokken burgers zijn<br />

gerealiseerd, de netwerkstructuren die zich hebben gevormd en het draagvlak<br />

dat is opgebouwd, kom ik tot de conclusie dat we met elkaar in het afgelopen<br />

<strong>dec</strong>ennium in <strong>Zeeland</strong> heel veel tot stand hebben gebracht. <strong>Erfgoed</strong> doet<br />

ertoe in <strong>Zeeland</strong> en daar zullen we dit lustrumjaar zeker nog de aandacht op<br />

vestigen. Als lezer van Zeeuws <strong>Erfgoed</strong> zult u dat in het bijzonder merken,<br />

want voor het septembernummer is een samenwerkingsverband aangegaan<br />

met de <strong>Stichting</strong> Zeeuws Tijdschrift. Lezers van Zeeuws <strong>Erfgoed</strong> (jaargang 10)<br />

en lezers van het Zeeuws Tijdschrift (jaargang 61) kunnen in september iets<br />

moois op de deurmat verwachten.<br />

Een van de aspecten van de Modernisering van de Monumentenzorg die dit<br />

jaar zijn beslag krijgt is een vereenvoudiging van de regelgeving, waaronder<br />

ook monumentenvergunningen. Die vereenvoudiging houdt onder andere in<br />

dat eigenaren klein onderhoud en kleine wijzigingen aan hun rijksmonument<br />

in het vervolg zonder vergunning kunnen realiseren. Daar zijn risico’s aan<br />

verbonden, want niet altijd heeft de eigenaar bij een interne verbouwing<br />

voldoende zicht op de cultuurhistorische waarde van interieuronderdelen, wat<br />

kan leiden tot ongewilde vernietiging van erfgoed. Wijzigingen in de structuur<br />

van het gebouw (bijvoorbeeld het doorbreken van een muur) blijven overigens<br />

gewoon vergunningplichtig. De grootste groep monumenteigenaren is de<br />

groep particuliere eigenaren, voor wie het rijksmonument in de eerste plaats<br />

woonhuis is. Deze groep heeft vaak bewust gekozen voor het wonen in een<br />

monumentenpand en is over het algemeen ook zeer geïnteresseerd in de<br />

geschiedenis van het gebouw. Maar onbekend maakt onbemind. Vanuit dat<br />

besef moet, juist bij een soepeler vergunningplicht, worden ingezet op<br />

kennisoverdracht. Eigenaren moeten kunnen beschikken over goede<br />

informatie en deskundig advies over de cultuurhistorische waarde van<br />

hun monument. Dat betreft dan niet alleen de buitenkant, maar ook<br />

de binnenkant. Ik vind dat we de daar<br />

de komende tijd voor <strong>Zeeland</strong> krachtig<br />

op in moeten zetten. Met kennisoverdracht<br />

en bewustwording is nog<br />

veel te bereiken, zeker als een<br />

vergunningstelsel in de praktijk niet<br />

is te handhaven. Vandaar dat ik een<br />

ontwikkeling als de interieurwacht,<br />

elders in Zeeuws <strong>Erfgoed</strong> toegelicht,<br />

van harte toejuich. Vanouds is de<br />

monumentenwacht sterk in<br />

bouwkundige inspecties. Dat zou<br />

uitgebreid kunnen worden met<br />

inspecties van het historische interieur.<br />

Wim Scholten, directeur


Recordaantal bezoekers Zeeuwse musea<br />

De 43 Zeeuwse musea hebben in <strong>2010</strong> zo’n 60.000 bezoekers meer<br />

getrokken dan in 2009. Totaal passeerden bijna 475.000 bezoekers<br />

de entree van een museum in <strong>Zeeland</strong>. Dat is een toename van ruim<br />

15% t.o.v. de ruim 411.000 bezoekers in het jaar daarvoor, zo blijkt<br />

uit een inventarisatie van de SCEZ, begin januari.<br />

Een bijzondere prestatie in een jaar waarin de verwachting was dat door<br />

de crisis de bezoekcijfers zouden stagneren of teruglopen. Maar misschien<br />

ligt in die crisis ook een deel van de toename. De 43 Zeeuwse musea<br />

passen goed bij het aanbod van kleinere Zeeuwse dagattracties.<br />

Het museumbezoek is daarmee een leuk en betaalbaar uitstapje gebleven,<br />

in vergelijking met de vaak duurdere grote dagattracties.<br />

Top 5 musea in <strong>Zeeland</strong><br />

Een echte uitschieter is het in 2009 heropende Watersnoodmuseum<br />

met ruim 62.000 bezoekers, dat daarmee in <strong>dec</strong>ember <strong>2010</strong> als eerste<br />

museum in <strong>Zeeland</strong> in de Top 55 van Nederlandse musea is gekomen.<br />

Het Watersnoodmuseum in Ouwerkerk (met een winst van 9.000 ten<br />

opzichte van het jaar ervoor) wordt gevolgd door het Spoorwegmuseum<br />

Stoomtrein Goes-Borsele dat <strong>2010</strong> afsloot met ruim 47.000 bezoekers,<br />

een winst van 2.000 ten opzichte van 2009. De vanouds grootste musea<br />

in <strong>Zeeland</strong>, Zeeuws Museum in Middelburg en Zeeuws maritiem<br />

mu<strong>ZE</strong>Eum in Vlissingen, sloten <strong>2010</strong> beide af met ruim 38.000<br />

bezoekers. De Top 5 in <strong>Zeeland</strong> wordt voltooid door Terra Maris,<br />

museum voor natuur en landschap in Oostkapelle, dat het bezoekersaantal<br />

weer boven de 30.000 wist te krijgen.<br />

Zeeuws <strong>Erfgoed</strong> 3 maart 2011/01 • MUSEA<br />

Musea<br />

Speciale vermelding verdienen het Dijk- en Oorlogsmuseum<br />

Het Polderhuis in Westkapelle (vierde in <strong>2010</strong> zijn 5-jarig bestaan)<br />

met ruim 30.000 bezoekers, het in <strong>2010</strong> door bezuinigingen bedreigde<br />

Historisch Museum De Bevelanden in Goes met ruim 21.000<br />

bezoekers en Bevrijdingsmuseum <strong>Zeeland</strong> in Nieuwdorp met ruim 18.000<br />

bezoekers (10 keer meer dan voor de heropening in 2009).<br />

Inventarisatie museumbezoek<br />

Op 21 <strong>dec</strong>ember publiceerde de Nederlandse Museumvereniging een<br />

overzicht van de bezoekcijfers bij de 55 grootste musea in Nederland.<br />

Daaruit bleek dat landelijk de bezoekersaantallen met ruim 4% zijn<br />

gestegen. Uit de inventarisatie van de SCEZ blijkt nu dat de stijging in<br />

<strong>Zeeland</strong> dus veel hoger uitkomt, maar liefst ruim 15%. De Nederlandse<br />

Museumvereniging geeft aan dat de groei van de bezoekersaantallen<br />

voor een belangrijk deel op het conto van de Museumkaart komt.<br />

Voor zover de top van de Zeeuwse musea de Museumkaart accepteert,<br />

stemt dit landelijke beeld overeen met <strong>Zeeland</strong>. Het Zeeuws Museum<br />

in Middelburg kende in <strong>2010</strong> het hoogste aantal bezoeken met een<br />

Museumkaart in <strong>Zeeland</strong> (36%), gevolgd door het mu<strong>ZE</strong>Eum in<br />

Vlissingen (16%). Stoomtrein Goes-Borsele kende 100% betaalde entree.<br />

Het Watersnoodmuseum ontving ruim 80% betalende bezoekers.<br />

Een noemenswaardige trend is dat de musea in de top van de Zeeuwse<br />

ranglijst vrijwel allemaal inhaakten op het ‘Zeeuws jaar van de fiets’, door<br />

het samenstellen van fietsarrangementen ter verkenning van het cultureel<br />

erfgoed in de regio. Een aantal fietstochten is nog steeds te vinden op de<br />

provinciale website <strong>Zeeland</strong>Museumland.nl.<br />

w w w . z e e l a n d m u s e u m l a n d . n l<br />

1<br />

Het Watersnoodmuseum besteedde tijdens de Week van de Geschiedenis<br />

in oktober <strong>2010</strong> veel aandacht aan het thema ‘Land en Water’. Er kwamen<br />

ruim 2.100 bezoekers op af. Tijdens de MuseumNa/8 werd een scène uit<br />

de musical ‘Dijkval’ uitgevoerd, een voor de vele aanwezigen<br />

indrukwekkend moment.<br />

2<br />

Stoomtrein Goes-Borsele ontving op 11 <strong>dec</strong>ember van het afgelopen jaar<br />

de Stimuleringsprijs <strong>2010</strong> van het Prins Bernhard Cultuurfonds <strong>Zeeland</strong>.<br />

Aan de prijs is een bedrag van 10.000 euro verbonden (in <strong>2010</strong> eenmalig<br />

verhoogd tot 15.000 euro vanwege het 70-jarig bestaan van het fonds),<br />

dat wordt besteed aan de aankoop van historisch verantwoorde uniformen<br />

van het treinpersoneel (foto Ed Aartse).


3<br />

Een van de tentoonstellingen waarmee het Zeeuws Museum <strong>2010</strong> afsloot was<br />

‘Soort van steen’, met als bijzonder onderdeel het werk van Maartje Korstanje.<br />

2011 wordt een heel bijzonder jaar voor het museum, want in oktober viert<br />

het zijn 50-jarig bestaan. Er zullen vele activiteiten rondom dit jubileum<br />

plaatsvinden (foto Anda van Riet, Zeeuws Museum).<br />

5<br />

Terra Maris, museum voor natuur en landschap, wist met de tentoonstelling<br />

‘Zilt en Wild’ in <strong>2010</strong> weer boven de 30.000 bezoekers te komen.<br />

Deze tentoonstelling gaat over de échte wilde natuur in <strong>Zeeland</strong>, over<br />

het leven op de platen en schorren in de Oosterschelde en de Westerschelde<br />

(foto Peter Steutel).<br />

Zeeuws <strong>Erfgoed</strong> 4 maart 2011/01 • MUSEA<br />

4<br />

Het Zeeuws maritiem mu<strong>ZE</strong>Eum was in <strong>2010</strong> een van de locaties voor het<br />

project ‘Vrijdag Museumdag’, waarbij bewoners van verpleeghuizen en<br />

zorgcentra werden getrakteerd op een speciale ochtend in het museum.<br />

Een van de bezochte tentoonstellingen was ‘Han Reijnhout,<br />

een Zeeuws meester in detail’ (foto Zeeuws maritiem mu<strong>ZE</strong>Eum).<br />

Geregistreerd Museum<br />

Bevrijdingsmuseum <strong>Zeeland</strong> is in <strong>2010</strong> officieel toegelaten tot het<br />

Nederlands Museumregister. Om in aanmerking te komen voor deze<br />

waardering, moet een museum voldoen aan allerlei kwaliteitscriteria.<br />

Op 29 oktober <strong>2010</strong> is door cultuurgedeputeerde<br />

Harry van Waveren het muurschildje met registratielogo aan de gevel<br />

van het museumgebouw in Nieuwdorp geschroefd.<br />

Daarna overhandigde hij namens de <strong>Stichting</strong> Nederlands<br />

Museumregister aan het museumbestuur het officiële certificaat<br />

‘Geregistreerd Museum’.


Jaar van het Vrijwilligerswerk<br />

2011 is het Europees Jaar van het Vrijwilligerswerk.<br />

Dat jaar creëert een goed podium om ook de Zeeuwse<br />

museumvrijwilligers eens in het zonnetje te zetten.<br />

Vrijwilligerswerk<br />

In de Zeeuwse musea zijn ruim 1.500 vrijwilligers actief.<br />

Zij zetten zich in om de musea draaiende te houden.<br />

Taken als baliemedewerker, collectiebeheerder of<br />

onderhoudsmedewerker zijn van onschatbare waarde.<br />

Veel musea in <strong>Zeeland</strong> zijn geheel van vrijwilligers<br />

afhankelijk. In 2011 willen wij iedereen laten zien hoe<br />

belangrijk vrijwilligers voor de Zeeuwse musea zijn.<br />

De Zeeuwse museumvrijwilligers verdienen een groot<br />

compliment. Menigeen besteedt er vele uren tijd aan,<br />

investeert er eigen kennis in en zorgt voor promotie<br />

van het museum. Gelukkig krijgt men hier ook wat voor<br />

terug: sociale contacten, werkervaring, nieuwe kennis en<br />

vaardigheden en uiteraard een plezierige tijdsbesteding.<br />

De waardering zit hem in de gezelligheid, aandacht en<br />

betrokkenheid.<br />

Maatschappelijke stage<br />

Vanaf schooljaar 2011-2012 is de maatschappelijke stage<br />

verplicht voor leerlingen uit het voorgezet onderwijs.<br />

De maatschappelijke stage houdt in dat jongeren<br />

vrijwilligerswerk doen tijdens hun schoolcarrière. Dat is<br />

voor hun persoonlijke ontwikkeling en uiteraard ook<br />

goed voor anderen. Het levert meer belangstelling voor<br />

vrijwilligerswerk op. De jongeren van nu zijn de<br />

vrijwilligers van morgen!<br />

Rondom de MuseumNa|8 (Zeeuwse Museumnacht,<br />

afgelopen jaar op 22 oktober) was ook een maatschappelijk<br />

stagiair voor de SCEZ actief. Tara Coppoolse heeft<br />

geholpen met de organisatie van dit jaarlijkse evenement;<br />

door een bijdrage te leveren aan de verzending van de<br />

affiches, het maken van een sfeerverslag en analyse van<br />

de publieksenquête. Deze versterking is zo goed bevallen<br />

dat we voor volgend jaar al weer een nieuwe<br />

maatschappelijk stagiair hebben!<br />

Heeft u interesse voor vrijwilligerswerk in een museum<br />

bij u in de buurt? Kijk op www.zeelandmuseumland.nl<br />

voor informatie over de musea.<br />

Bezuinigingen voor Zeeuwse musea in 2011 vallen mee<br />

Sinds het kabinet Rutte op 14 oktober <strong>2010</strong> aantrad,<br />

zijn de aangekondigde bezuinigingen op de culturele<br />

sector (200 miljoen vanaf 2014) hoofdonderwerp van<br />

gesprek. Een van de daarbij gehanteerde argumenten is<br />

dat de overheid in de loop der jaren steeds meer subsidie<br />

aan cultuur is gaan geven, maar dat dat niet heeft geleid<br />

tot een stijging van het aantal bezoekers. In de landelijke<br />

politiek lijkt het beeld te bestaan dat de bezuiniging<br />

vooral ten koste van de podiumkunsten gaat, omdat het<br />

kabinet niet wil bezuinigen op musea. Daarnaast gaat ook<br />

de btw op kaartjes voor culturele voorstellingen omhoog.<br />

Maar op provinciaal of lokaal niveau zouden de<br />

verhoudingen wel eens heel anders kunnen liggen.<br />

In <strong>Zeeland</strong> ontvangt geen enkel museum structurele<br />

subsidie van de rijksoverheid. Eén museum ontvangt<br />

structurele subsidie van de provincie en de meerderheid<br />

van de musea ontvangt alleen subsidie van de<br />

gemeentelijke overheid. En juist daar zit wel een<br />

knelpunt, want ook de provincie en gemeenten worden<br />

de komende jaren flink gekort en dat vertaalt zich al snel<br />

naar bezuinigingen op gemeentelijke cultuur.<br />

Uit inventarisaties vanuit heel Nederland blijkt dat die<br />

bezuinigingen toch al snel oplopen van 10 tot 25%.<br />

De SCEZ inventariseerde eind <strong>2010</strong> onder de Zeeuwse<br />

musea welke gevolgen de bezuinigingen voor hen in 2011<br />

hebben. Daaruit blijkt dat het voor dit jaar in de Zeeuwse<br />

gemeenten gelukkig meevalt. De bezuinigingen variëren<br />

tussen de 2 en 10%. Voor de jaren daarna zijn de zorgen<br />

groter, met name waar het gaat om de huur van de<br />

museumgebouwen, energiekosten en voor een aantal<br />

musea de personeelskosten. De grootste zorgen waren er<br />

op de Bevelanden, waar lange tijd een bezuiniging van<br />

150.000 euro boven een begroting van 560.000 euro<br />

hing, een bezuiniging van 27%. Bij het ter perse gaan<br />

van deze Zeeuws <strong>Erfgoed</strong> leek het tij van deze Bevelandse<br />

bezuiniging wat te keren. De komende drie jaar zal,<br />

buiten de generieke bezuiniging van 2%, voor het<br />

Historisch Museum De Bevelanden en het<br />

Fruitteeltmuseum geen extra bezuiniging worden<br />

doorgevoerd.<br />

Zeeuws <strong>Erfgoed</strong> 5 maart 2011/01 • MUSEA<br />

Het Industrieel Museum wordt momenteel verplaatst naar de voormalige suikerloods<br />

in Sas van Gent. Over drie jaar moet daar het nieuwe Industrieel Museum <strong>Zeeland</strong> verrijzen.<br />

Vrijwilligers hebben honderden uren gestoken in de conservering en demontage van de<br />

stoomgenerator uit het bedrijf Heros. Ze bouwen nu weer op, wat eerst heel voorzichtig<br />

werd gedemonteerd (foto Gemeente Terneuzen).


Hoeveel snikkeraars<br />

telt <strong>Zeeland</strong> nog?<br />

Immaterieel erfgoed en de Unesco Conventie<br />

Immaterieel erfgoed - zoals tradities, rituelen en<br />

streektalen - staat meer dan ooit in de belangstelling.<br />

Het is erfgoed dat leeft, dat onderdeel uitmaakt van<br />

ons leven, dat we willen doorgeven aan komende<br />

generaties. Het besef groeit dat het belangrijk is voor<br />

culturele diversiteit in de wereld, maar ook vluchtig<br />

en kwetsbaar.<br />

Sinds de inwerkingtreding in 2006 van het Verdrag<br />

ter Bescherming van het Immateriële <strong>Erfgoed</strong> van de<br />

Mensheid (uit 2003) heeft Unesco er twee lijsten bij:<br />

de Representatieve lijst, met een breed overzicht van<br />

het immaterieel erfgoed, en de Urgentielijst, met een<br />

overzicht van immaterieel erfgoed dat dringend<br />

bescherming behoeft; erfgoed dat ondanks pogingen<br />

van de gemeenschap moeilijk in stand te houden is.<br />

In november <strong>2010</strong> maakte Unesco een aantal<br />

internationale tradities bekend die opgenomen werden<br />

in de Representatieve lijst. Uit Europa waren deze<br />

voordrachten onder andere de Franse keuken, de Spaanse<br />

flamenco, bij onze zuiderburen het Feest van Krakelingen<br />

en Tonnekensbrand in Geraardsbergen en het Aalster<br />

Carnaval.<br />

Nederland<br />

Nederland heeft het verdrag nog steeds niet ondertekend,<br />

maar de voorbereidingen hiervoor zijn wel in gang gezet.<br />

Ons land heeft toegezegd het immaterieel erfgoed voor<br />

de toekomst te willen gaan waarborgen en het verdrag te<br />

Plusregeling Cultuurparticipatie voor volkscultuur<br />

De Plusregeling Cultuurparticipatie is een subsidieregeling voor<br />

projecten die actieve cultuurparticipatie in Nederland stimuleren en<br />

van belang zijn voor de ontwikkeling van actieve cultuurparticipatie<br />

in Nederland. Het gaat om projecten die mensen aanzetten tot<br />

actieve participatie op het gebied van amateurkunst, cultuureducatie<br />

of volkscultuur in Nederland.<br />

Het Fonds voor Cultuurparticipatie wil de komende twee jaren naast<br />

provincies en gemeenten ook culturele organisaties subsidies verlenen.<br />

Het fonds hanteert voor deze zogenaamde Plusregeling<br />

Cultuurparticipatie drie belangrijke criteria:<br />

- het project bewerkstelligt een bredere bekendheid en waardering<br />

voor volkscultuur waarbij samengewerkt kan worden met andere<br />

spelers uit het culturele veld;<br />

Zeeuws <strong>Erfgoed</strong> 6 maart 2011/01 • MUSEA<br />

gaan ondertekenen. Een lidstaat is niet verplicht om<br />

voordrachten te doen voor de internationale lijsten van<br />

Unesco en Nederland ziet hier voorlopig van af. Samen<br />

met het Nederlands Centrum voor Volkscultuur wordt<br />

in 2011 en 2012, de ‘Jaren van het Immaterieel <strong>Erfgoed</strong>’,<br />

gekeken welke tradities, gewoontes en rituelen de moeite<br />

waard zijn te registreren en te documenteren.<br />

Het immateriële erfgoed is moeilijk te benoemen omdat<br />

het niet tastbaar is, het is een deel van ons verleden dat<br />

we geërfd hebben en wij door willen geven aan anderen.<br />

<strong>Erfgoed</strong> is overdraagbaar en van ons allemaal. Tradities<br />

kunnen niet geconserveerd of kunstmatig levend<br />

gehouden worden. Het zichtbaar maken en het doorgeven<br />

aan de jongere generatie is essentieel. De plaatselijke<br />

gemeenschappen, de dragers van het erfgoed, moeten dit<br />

zelf ook in stand willen houden. Hun betrokkenheid is<br />

belangrijk evenals de participatie van mensen, jong en<br />

oud. Tevens moet het erfgoed dynamisch zijn en met de<br />

tijd mee ontwikkelen, want des te groter is de kans dat<br />

het erfgoed kan overleven en zich door de nieuwe<br />

generatie eigen wordt gemaakt. Het weer onder de<br />

aandacht brengen van tradities is niet altijd gemakkelijk,<br />

maar het vergroten van cultuurparticipatie kan nieuwe<br />

invalshoeken opleveren.<br />

Zeeuwse tradities op Nederlandse erfgoedlijst<br />

Onze provincie is rijk aan tradities en heeft haar eigen<br />

culturele kenmerken en identiteit. De komende twee jaren<br />

zullen de Zeeuwse gewoontes en tradities worden bekeken<br />

en geïnventariseerd. Uw hulp als drager van dit erfgoed is<br />

onmisbaar en van groot belang. De SCEZ wil graag weten<br />

wat u als inwoner, familie, groep of vereniging voor<br />

<strong>Zeeland</strong> op de inventarislijst zou willen zetten. Meld ons<br />

wat u belangrijk vindt om voor de toekomst vast te leggen<br />

of te behouden. Dat kunt u doen door een bericht met<br />

uw motivatie en uw kennis over de traditie, gewoonte of<br />

ritueel te sturen naar info@tradities.nl. Voor informatie<br />

kunt u contact opnemen met Hesther van den Donk,<br />

adviseur volkscultuur, 0118-670617,<br />

hpsm.vanden.donk@scez.nl. Samen met de landelijke<br />

experts en het Nederlands Centrum voor Volkscultuur zal<br />

worden gekeken wat uit de verschillende deelgebieden op<br />

de Nederlandse erfgoedlijst gezet kan worden.<br />

- het project zorgt voor cultuurparticipatie waarbij zoveel mogelijk<br />

mensen worden aangezet om actief deel te nemen en nieuwe<br />

doelgroepen bereikt worden;<br />

- het project is onderscheidend of voorbeeldstellend door een nieuwe<br />

vorm van overdracht, opzet of presentatie. Het legt nieuwe verbindingen<br />

of het zorgt voor een kader of een duurzame verankering.<br />

De aanvraag wordt beoordeeld op inhoud waarbij een goed plan van<br />

aanpak hoort. Het moet realistisch worden begroot en het volksculturele<br />

project moet haalbaar zijn. Meer informatie vindt u op de website van<br />

het fonds, www.cultuurparticipatie.nl. Op deze website kunt u de<br />

subsidiewijzer raadplegen en lezen aan welke voorwaarden uw aanvraag<br />

moet voldoen, ook kunt u speciale formulieren downloaden.


Vondst voor het voetlicht<br />

Een middeleeuwse barbecue in Zierikzee<br />

Het vorige nummer van Zeeuws <strong>Erfgoed</strong> (<strong>2010</strong>-4) besteedde<br />

aandacht aan een bijzonder middeleeuws vuurscherm uit Sluis.<br />

De vondst die nu voor het voetlicht komt is een laatmiddeleeuwse<br />

spitsteun uit Zierikzee: eveneens een attribuut dat bij de haard<br />

hoorde.<br />

In 2003 zijn in de Korte Nobelstraat in Zierikzee twee rijkversierde<br />

voorwerpen gevonden van roodgebakken klei. Het bleken fragmenten<br />

van twee verschillende spitsteunen of spitdragers te zijn. Het voorwerp<br />

diende om het vlees aan het spit op de juiste afstand van het vuur te<br />

houden, zodat het niet verbrandde. Door gaten of holtes in de steun<br />

werd een draaispit gestoken waaraan het vlees werd gespietst. Door<br />

het spit rond te draaien werd het vlees gelijkmatig gaar. Vaak stond<br />

een vetvanger onder het gebraad om de sappen op te vangen.<br />

Het meest complete exemplaar van de<br />

twee is klein en zal gebruikt zijn om<br />

kleine stukjes vlees te roosteren.<br />

De grotere - helaas zwaar beschadigde<br />

- steun heeft een verbrede basis<br />

en was bedoeld voor grotere<br />

stukken vlees. Deze steun wordt<br />

hier niet verder besproken.<br />

De kleine spitdrager is een<br />

trapeziumvormige ‘baksteen’.<br />

Het standvlak is 14 x 6,5 centimeter<br />

en de hoogte is 11,3 centimeter.<br />

Het voorwerp is niet compleet.<br />

Het vertoont op 8 en 9,5<br />

centimeter hoogte vanaf het<br />

standvlak een gat of holte met een<br />

doorsnede van 2,5 centimeter.<br />

Al naar gelang het gewenste niveau<br />

kon het spit erdoor worden gestoken.<br />

Spitsteunen zijn tamelijk zeldzaam. De twee<br />

uit Zierikzee zijn voor zover bekend de enige Zeeuwse uit een<br />

archeologische context. Elders zijn spitsteunen gevonden met meerdere<br />

gaten op verschillende hoogten, wat het gebruik van meer dan één spit<br />

tegelijk aannemelijk maakt.<br />

Versiering<br />

Het meest opvallend is de versiering. Op het standvlak na is geen<br />

stukje van het voorwerp onversierd. Men spreekt in dit geval wel<br />

van ‘horror vacui’, de afschuw voor het ledige. Voor het aanbrengen<br />

van de versiering zijn drie soorten gereedschap gebruikt: messen,<br />

een paar passers en stempels. Verspreid over de zijkanten zien we een<br />

onregelmatig patroon van kleine en iets grotere mespuntindrukken<br />

en ingekraste lijnen. De voor- en achterzijde vertonen naast de<br />

mespuntindrukken een wielvormige figuur en een rechthoek,<br />

uitgesneden in zogenaamde ‘Kerbschnitt’ (kerfsnede). Duidelijk is<br />

te zien dat er eerst met een passer een cirkel in de klei werd getrokken<br />

waarna de figuur door middel van kerfsneden werd aangebracht.<br />

Ook de rechthoeken en rijen driehoekige kerfsnedepatronen zijn<br />

langs tevoren aangebrachte lijnen uitgestoken.<br />

Het aanbrengen van de versiering in de nog natte, leerdroge klei moet<br />

arbeidsintensief zijn geweest. Van massaproductie lijkt dan ook geen<br />

sprake te zijn geweest. De spitsteun was niet geglazuurd, maar met<br />

een crèmekleurige engobe (kleipap) bedekt die nog aanwezig is in de<br />

Zeeuws <strong>Erfgoed</strong> 7 maart 2011/01 • ARCHEOLOGIE<br />

verdiepte delen. Er zijn geen brand- of roetsporen te zien. Stempelindrukken<br />

zijn niet aanwezig.<br />

Bijgeloof<br />

Er is een samenhang tussen de geometrische figuren op de spitdrager<br />

en het haardvuur: de figuren zijn magische (afweer)tekens.<br />

Ze verwijzen naar het als vaag bijgeloof overgebleven idee van de haard<br />

als woning van de vooroudergeesten. Deze figuren komen ook voor<br />

op vuurklokken, dovers en kandelaars van gebakken klei.<br />

Opmerkelijk is dat er spitsteunen zijn gevonden met antropomorfe<br />

kopjes als versiering. Ook op het vuurscherm uit Sluis kijkt een<br />

menselijk gezicht de beschouwer aan.<br />

Spitdragers waren waarschijnlijk<br />

in gebruik in rijkere huishoudens,<br />

want vers vlees werd<br />

niet vaak gegeten. ‘Gewone’<br />

mensen aten gezouten of<br />

gedroogd vlees dat eerst<br />

moest worden gekookt.<br />

De vindplaatsen zijn te<br />

relateren aan de baksteenen<br />

tegelproductiecentra,<br />

vooral in verstedelijkte<br />

gebieden. Bakstenen<br />

spitsteunen werden<br />

vervaardigd van de<br />

dertiende tot de<br />

zestiende eeuw.<br />

De Zierikzeese<br />

spitsteunen dateren<br />

uit de vijftiende eeuw.<br />

Na de vijftiende eeuw<br />

zijn de bakstenen dragers<br />

verdrongen door ijzeren<br />

dragers, die overigens al veel langer bestonden. Niet lang daarna<br />

verdwenen eveneens de hierboven genoemde overige haardattributen<br />

van gebakken klei. In die tijd namen de bevolking en de welvaart<br />

(weer) toe, waardoor meer mensen zich vers vlees konden permitteren<br />

en er meer vraag was naar spitdragers. Waarom verdwenen de<br />

bakstenen dragers? Waren ze uit de mode? Of was het voor de<br />

baksteenindustrie te veel werk om deze dragers te maken?<br />

We weten het gewoon niet.<br />

Leida Goldschmitz-Wielinga<br />

Archeologische Werkgemeenschap Nederland, afdeling <strong>Zeeland</strong><br />

Literatuur<br />

Maria Garthoff-Zwaan, Communicerende vaten: beeldtaal<br />

van slibversiering op laat-middeleeuws aardewerk in de Nederlanden,<br />

Rotterdam 1988.<br />

H.A. Heidinga en E.H. Smink, ‘Brick Spit-supports in<br />

the Netherlands (13th-16th century)’, in: J.G.N. Renaud (red.),<br />

Rotterdam Papers IV. A contribution to medieval archaeology,<br />

Rotterdam 1982.<br />

Bart Klück, ‘Huis en Haard’, in: H.L. de Groot, (red.),<br />

Het Vuur Beschouwd, Rotterdam 1990.


Archeologie<br />

Archeologisch Nieuws<br />

Ook over het Verdronken<br />

Land van Saeftinghe<br />

verscheen al eens een<br />

album van het befaamde<br />

duo Suske en Wiske.<br />

De Kruisdijkschans bij<br />

Sluis. Deze schans werd in<br />

1997 als een van de eerste<br />

verdedigingswerken van de<br />

Staats-Spaanse Linies<br />

gedeeltelijk gereconstrueerd<br />

(foto Provincie <strong>Zeeland</strong>).<br />

Terra sigillata met<br />

het stempel van Polionibus.<br />

‘Herbestemming, ‘Conflict’, Suske en Wiske<br />

Fortennacht Staats-Spaanse Linies 10 september 2011<br />

In het kader van het grensoverschrijdende project<br />

‘Forten en Linies in Grensbreed Perspectief’ wordt in<br />

de participerende provincies in Nederland en Vlaanderen<br />

op 10 september 2011 voor de eerste maal de Fortennacht<br />

georganiseerd. Deze vestigt de aandacht op de forten en<br />

linies als herinneringsplekken en dragende monumenten<br />

Terra sigillata (‘gestempelde aarde’), roodglanzend luxe<br />

aardewerk uit de Romeinse tijd, is in Aardenburg in grote<br />

hoeveelheden gevonden. Dit aardewerk is voor een deel<br />

voorzien van naamstempels van pottenbakkers of fabriekseigenaren<br />

(vandaar de naam); een ander deel heeft aan de<br />

buitenzijde een reliëfversiering met ornamenten en veelal<br />

mythologische voorstellingen. Binnen het Odyssee-project<br />

is het te onderzoeken gedeelte van het terra sigillataaardewerk<br />

nu geïnventariseerd en de papieren<br />

documentatie ervan gedigitaliseerd. Toenmalig<br />

provinciaal-archeoloog Jan Trimpe Burger,<br />

de grote opgraver van Romeins Aardenburg,<br />

was terra sigillata-specialist en heeft een grote<br />

hoeveelheid documentatie nagelaten.<br />

Dit archief is onmisbaar bij de uitwerking van<br />

de opgravingen. Aan de hand van de versieringen<br />

en de pottenbakkersstempels kunnen<br />

productieplaats en vaak ook de<br />

producent worden bepaald, en dus ook de<br />

datering. De nauwkeurig te dateren terra<br />

sigillata biedt zo een uitstekend handvat bij<br />

het ontrafelen van de sporen van gebouwen<br />

en structuren in en om het Romeinse castellum.<br />

Het grootste deel van de Aardenburgse terra<br />

sigillata komt uit het Duitse Rijngebied, van twee<br />

grote productieplaatsen Rheinzabern en Trier. Deze<br />

exporteerden vooral vanaf de tweede helft van de tweede<br />

eeuw na Chr. tot in de tweede helft van de derde eeuw.<br />

In de voorafgaande periode is dit aardewerk vooral<br />

afkomstig uit productieplaatsen in Midden- en Zuid-<br />

Frankrijk. Dat er in Aardenburg veel minder terra sigillata<br />

van cultuurhistorie, natuur en landschap. De nacht wordt<br />

gecombineerd met de Open Monumentendagen en<br />

daarmee corresponderende thema’s, in Nederland het<br />

thema ‘Herbestemming’, in Vlaanderen ‘Conflict’.<br />

Vier locaties in Zeeuws-Vlaanderen herbergen in deze<br />

‘nacht’ van 18.00 uur tot 24.00 uur een keur van<br />

activiteiten: het zijn vesting Aardenburg met de<br />

Olieschans, vesting IJzendijke met de Jonkvrouwschans,<br />

de forten Sint-Jacob, Sint-Jozef, Sint-Livinus en Moerspui<br />

te Koewacht en vesting Hulst. De activiteiten, gepland<br />

door de werkgroep Fortennacht en vier comités, variëren<br />

van natuurexcursies tot muziekuitvoeringen en van<br />

poëzievoordrachten tot culinaire proeverijen.<br />

Voorafgaand is de provinciale opening van Open<br />

Monumentendag, vermoedelijk in Hulst, ook deels gewijd<br />

aan het thema ‘Herbestemming’ en de Fortennacht.<br />

Op deze bijeenkomst wordt een nieuwe Suske en Wiske<br />

gepresenteerd over de Staats-Spaanse Linies en de<br />

Tachtigjarige Oorlog. Deze Suske en Wiske is tijdens<br />

de Fortennacht gratis verkrijgbaar.<br />

Het terra sigillata-aardewerk<br />

Onderzoek Romeins Aardenburg, Odyssee-project<br />

Zeeuws <strong>Erfgoed</strong> 8 maart 2011/01 • ARCHEOLOGIE<br />

uit deze regio’s gevonden is, maakt duidelijk dat de<br />

Romeinse nederzetting in de vroegere perioden nog geen<br />

belangrijke plaats was. Van de versierde terra sigillata en<br />

de pottenbakkersstempels verschijnt in het kader van<br />

dit onderzoek een catalogus.<br />

Het onderzoek wordt mede mogelijk gemaakt door<br />

de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk<br />

Onderzoek en de Provincie <strong>Zeeland</strong>.<br />

Terra sigillata-kom van het type Dragendorff 37,<br />

met erotisch motief.


Walcherse Archeologische Dienst (WAD) lanceert website<br />

De Walcherse Archeologische Dienst, die nu vier jaar<br />

bestaat, heeft een eigen website:<br />

www.archeologiewalcheren.nl. De website biedt informatie<br />

over de WAD zelf, de Walcherse historie en bodem,<br />

het archeologiebeleid en de verschillende archeologische<br />

projecten.<br />

Gedurende vier jaar WAD is veel gebeurd op het vlak<br />

van de Walcherse archeologie. Gedetailleerde<br />

verwachtingskaarten zijn opgesteld en vormen met de<br />

Walcherse onderzoeksagenda de basis voor een degelijk<br />

beleidskader, dat nu in nagenoeg alle bestemmingsplannen<br />

verankerd is. Advisering voor de diverse overheden en<br />

particulieren gebeurt snel en op maat.<br />

Naast beleidsmatig werk zijn verschillende projecten<br />

uitgevoerd, zoals de opgravingen van kruitmolen<br />

De Eendracht, Hof Ramsburg en Hof Essenvelt in<br />

Onderzoek en meldingen<br />

SCHOUWEN-DUIVELAND<br />

‘Eerste’ Romeinse vondst uit Ouwerkerk!<br />

De heer R. van der Zande uit Ouwerkerk meldde de<br />

vondst van zeker zes Romeinse munten, een fragment<br />

van een Romeinse fibula (mantelspeld), enkele<br />

middeleeuwse muntjes en andere metalen<br />

voorwerpen uit de vroege en late middeleeuwen.<br />

Hij vond deze in <strong>2010</strong> met behulp van een<br />

metaaldetector op een akker bij Ouwerkerk.<br />

Aan de oppervlakte van de akker lag bovendien<br />

een groot aantal aardewerkfragmenten uit<br />

verschillende perioden, merendeels na 1500.<br />

Met name de Romeinse munten wekten verbazing,<br />

daar dit de eerste keer was dat uit dat deel van<br />

Schouwen-Duiveland Romeins materiaal is aangetroffen.<br />

ZUID-BEVELAND<br />

Romeinse munt uit de omgeving van Ouwerkerk.<br />

Metaalvondsten centrum Goes<br />

De heren P. Pinxteren uit Kloetinge en P. Hengsdijk uit<br />

Goes meldden vele metaalvondsten uit de binnenstad van<br />

Goes. Ze zijn in hoofdzaak afkomstig uit de Korte<br />

Vorststraat, waar rioleringswerkzaamheden plaatsvonden,<br />

<strong>ZE</strong>EUWS-VLAANDEREN<br />

Archeologisch onderzoek door het Zeeuwse advies- en<br />

onderzoeksbureau Artefact in bouwplan ‘Hart van Sluis’<br />

te Sluis. Onder zeer slechte weersomstandigheden worden<br />

fundamenten van een middeleeuwse stadswoning<br />

opgegraven. Te zien is onder meer de bakstenen vloer<br />

van de woning (foto Henk Hendrikse).<br />

Middelburg, de Spuistraat en het Scheldekwartier in<br />

Vlissingen en onlangs van een deel van de vroegmiddeleeuwse<br />

ringwalburg ‘de Duinburg’ te Domburg (zie ook<br />

verderop). Het archeologisch onderzoek aan de N57<br />

bracht een nieuwe kijk op Walcheren in de ijzertijd<br />

en Romeinse tijd.<br />

Verschillende luisterrijke zeventiende- en achttiendeeeuwse<br />

buitenplaatsen zijn in ere hersteld dankzij het<br />

project ‘Verborgen Buitens’ van en in samenwerking<br />

met <strong>Stichting</strong> Landschapsbeheer <strong>Zeeland</strong>. Daarnaast zijn<br />

op tal van plekken interessante vondsten gedaan en<br />

vastgelegd.<br />

Voor bewoners en bezoekers van Walcheren hield de<br />

WAD rondleidingen op opgravingen en lezingen.<br />

Zij publiceerde brochures en een eerste publieksboek in<br />

de reeks Archeologie op Walcheren. Twee andere boeken<br />

zijn in voorbereiding.<br />

en dateren uit de late middeleeuwen en nieuwe tijd.<br />

Mevrouw M. Vanhommerig van de gemeente Goes had<br />

al eerder een hoeveelheid aardewerkfragmenten bij de<br />

SCEZ aangemeld, afkomstig van dezelfde locatie.<br />

Zeeuws <strong>Erfgoed</strong> 9 maart 2011/01 • ARCHEOLOGIE<br />

Vondstmeldingen en<br />

archeologisch spreekuur<br />

Melding van archeologische<br />

vondsten dient te<br />

geschieden bij de SCEZ.<br />

Het materiaal wordt<br />

wanneer nodig geregistreerd<br />

en gedocumenteerd,<br />

maar blijft altijd in<br />

het bezit van de melder,<br />

tenzij deze het zelf wil<br />

afstaan. Uw melding<br />

van vondst(en) of<br />

waarneming(en) kan ook<br />

schriftelijk of telefonisch<br />

geschieden bij:<br />

SCEZ<br />

Postbus 49<br />

4330 AA<br />

Middelburg<br />

T 0118-670870<br />

E j.jongepier@scez.nl<br />

Daarnaast houdt de<br />

SCEZ op elke eerste<br />

dinsdagmiddag van de<br />

maand een archeologisch<br />

spreekuur. U kunt het<br />

spreekuur in locatie<br />

De Burg<br />

Groenmarkt 13<br />

te Middelburg<br />

bezoeken om voorwerpen<br />

te laten determineren<br />

(geldwaarde wordt niet<br />

getaxeerd), vondstmeldingen<br />

te doen, of allerlei<br />

vragen op het gebied van<br />

de Zeeuwse archeologie<br />

voor te leggen.<br />

De eerstvolgende<br />

archeologische<br />

spreekuren vinden<br />

plaats op de<br />

dinsdagmiddagen<br />

5 april, 3 mei, 7 juni<br />

en 5 juli van 15.30<br />

tot 16.30 uur.<br />

Dank voor uw<br />

medewerking!


WALCHEREN Domburg na de Vikingtijd<br />

Opgraving vroegmiddeleeuwse<br />

Duinburg in Domburg<br />

Résidence Wijngaerde<br />

in ontwikkeling.<br />

In het centrum van Domburg ontwikkelt ARCUS<br />

exploitatie bv Résidence Wijngaerde. Hier is in<br />

november/<strong>dec</strong>ember <strong>2010</strong> een archeologisch<br />

onderzoek uitgevoerd door Archaeological Research<br />

and Consultancy bv (ARC bv) en de Walcherse<br />

Archeologische Dienst. Op deze plek is zo’n<br />

elfhonderd jaar geleden een grote ronde versterking<br />

aangelegd tegen de invallen van de Vikingen, de<br />

zogenaamde ringwalburg. De onderzoekslocatie<br />

bevindt zich in het noordwestelijke kwart van de burg.<br />

Hoewel resten van de Duinburg op verschillende locaties<br />

in Domburg zijn opgetekend blijft onze kennis over de<br />

ringwalburgen en de bewoners beperkt. Voor de opgraving<br />

bij ‘t Groentje is de bodem uitgegraven tot op het niveau<br />

van de aan te leggen parkeerkelder. Hierbij hebben de<br />

archeologen meerdere bewoningsniveaus binnen de burg<br />

opgegraven. De onderste (en oudste) niveaus bevinden<br />

zich nog dieper en blijven in de bodem bewaard, onder<br />

de vloeren van de nieuwbouw. Nooit eerder kon de burg<br />

op zo’n grote schaal bestudeerd worden.<br />

Cirkelvormige versterkingen<br />

Vanaf de negende eeuw teisterden de Vikingen<br />

of Noormannen de kust- en rivierengebieden van<br />

West-Europa. Ook de rijke handelsnederzetting<br />

Walichrum bij Domburg werd hierbij niet gespaard.<br />

Als reactie wierp men, vermoedelijk onder centraal<br />

bestuur van de graaf van Walcheren, aan het eind van de<br />

negende eeuw drie ringwalburgen op: de zuidelijke burg<br />

te Souburg, de middelste te Middelburg en de duinburg<br />

te Domburg. Aanvankelijk hadden de burgen enkel een<br />

verdedigende functie. De burgen van Middelburg en<br />

Souburg waren al snel na hun oprichting bewoond;<br />

die van Domburg is pas vanaf 1000 na Chr. bebouwd.<br />

De burgen bestonden uit cirkelvormige aarden wallen,<br />

met een gracht en een houten palissade. In het centrum<br />

stonden huizen. Twee hoofdwegen kruisten elkaar in het<br />

centrum en gaven uit op een toegangspoort. Vanuit de<br />

ringwalburgen ontwikkelden zich de Walcherse dorpen<br />

en steden.<br />

De Duinburg verviel snel. Vanaf de elfde eeuw is de<br />

locatie herhaaldelijk overstoven met duinzand. In de<br />

dertiende eeuw werd de burg definitief verlaten.<br />

Een bron uit 1235 spreekt van Domburg ‘infra castellum’<br />

en ‘extra castellum’ (Domburg binnen en buiten de wal).<br />

Zeeuws <strong>Erfgoed</strong> 10 maart 2011/01 • ARCHEOLOGIE<br />

De wal was in die tijd dus nog zichtbaar, want vormde<br />

de scheiding tussen een westelijke parochie met als<br />

moederkerk die van Westkapelle en een oostelijke<br />

parochie met als moederkerk die van Oostkapelle.<br />

In 1320 verplaatste men de oostelijke parochiekerk,<br />

gewijd aan Sint Agatha, meer inlands naar het huidige<br />

Aagtekerke.<br />

Het nieuwe Domburg ontwikkelde zich ten westen<br />

van de burg, rond de kerk. Het centrale wegenpatroon<br />

van de Duinburg is nog herkenbaar in het huidige<br />

stratenpatroon.<br />

‘De Noormannen voor Dorestad’, een bekende schoolplaat<br />

van J.H. Isings, circa 1928.<br />

Impressie van het leven in de ringwalburg<br />

van Oost-Souburg (tekening C. de Jonge).<br />

Boerderijen<br />

Het archeologisch onderzoek op de Duinburg leverde<br />

spectaculaire resultaten op. Ondanks het winterse weer is<br />

nagenoeg het hele terrein onderzocht en in kaart gebracht.<br />

Op basis van de eerste bevindingen zou het onderzochte<br />

niveau rond 1100 na Chr. dateren, de jongste bewoningsfase<br />

van de burg. Verder onderzoek moet dit uitwijzen.


Boerderij in de Duinburg, Domburg (foto WAD).<br />

Wanden van houten stammen en vlechtwerk,<br />

bekleed met mest en/of klei (foto WAD).<br />

Detail van een vlechtwerkwand (foto ARC bv).<br />

In deze tijd stonden langs de noord-zuidelijke hoofdweg,<br />

de huidige Badstraat, minstens twee grote boerderijen,<br />

elk met eigen erf. Omdat de structuren zich op meer dan<br />

vier meter onder het huidige maaiveld bevonden, onder<br />

grondwaterniveau, bleef de toestand van het constructiehout<br />

uitermate goed.<br />

De huizen waren gebouwd van grotendeels onbewerkte<br />

houten stammen van onder meer iep. Tussen de stammen<br />

waren kleine staakjes geslagen, waartussen zorgvuldig<br />

houten twijgen waren gevlochten. Deze vlechtwerkwanden<br />

waren waarschijnlijk met mest en/of klei bekleed.<br />

De muurbasis werd verstevigd met plaggen. Een van de<br />

boerderijen lijkt aan de binnenzijde eerst te zijn verdiept,<br />

waarna een vloer van op elkaar gestapelde plaggen is<br />

aangelegd. Het lijkt erop dat deze boerderij meerdere<br />

fases van herstel heeft gekend. De boerderijen hadden<br />

waarschijnlijk ook een stalgedeelte, getuige dikke mestpakketten<br />

in bepaalde zones. Op de erven zijn sporen<br />

gevonden van afrasteringen en kleine bijgebouwen.<br />

Mogelijk was er zelfs een smidse. Opvallend is de grote<br />

hoeveelheid dierlijk botmateriaal in deze zones.<br />

De huizen werden goed schoon gehouden, het slachtafval<br />

belandde buiten op het erf. Uit deze zones komen ook<br />

enkele mooie vondsten, met name fraai ge<strong>dec</strong>oreerde<br />

mantelspelden (fibulae).<br />

De komende maanden buigen archeologen en specialisten<br />

zich over alle documentatie en vondsten.<br />

De WAD-website www.archeologiewalcheren.nl zal<br />

regelmatig een ‘update’ bieden.<br />

Fragment van een fibula (mantelspeld)<br />

uit de Duinburg (foto WAD).<br />

Zeeuws <strong>Erfgoed</strong> 11 maart 2011/01 • ARCHEOLOGIE


Streektalen<br />

STREEKTAAL VARIA<br />

Enthousiaste deelnemers<br />

tijdens de laatste cursusdag<br />

in <strong>dec</strong>ember <strong>2010</strong>.<br />

•<br />

Cursus ‘Kennismaking met het Zeeuws’<br />

In het najaar van <strong>2010</strong> verzorgde de <strong>Stichting</strong> Zeeuwse<br />

Volksuniversiteit (ZVU) in samenwerking met de SCEZ<br />

een cursus ‘Kennismaking met het Zeeuws’. Voor de<br />

cursus, mede mogelijk gemaakt door de Provincie<br />

<strong>Zeeland</strong>, schreven achttien bereidwillige of nieuwsgierige<br />

dialectliefhebbers zich in. Een kwart van hen sprak zelf<br />

geen Zeeuws en/of was niet in <strong>Zeeland</strong> geboren en<br />

opgegroeid. De meesten woonden op Walcheren en<br />

Zuid-Beveland. Een dappere Zeeuws-Vlaming maakte zes<br />

keer de oversteek naar de overkant.<br />

In zes avonden van twee uur kregen de deelnemers inzicht<br />

in de geschiedenis van de dialecten in het algemeen en<br />

van het Zeeuws in het bijzonder. Per regio kwamen<br />

uitspraak, grammatica en woordenschat aan bod.<br />

Ook dialectspelling kwam even aan de orde. In de mate<br />

van het mogelijke werden de cursisten bij de cursus<br />

betrokken. Sommigen vertelden een verhaal in hun dialect<br />

dat als uitgangspunt voor de regionale beschrijving<br />

diende; anderen gaven een bijdrage over hun eigen<br />

specifieke dialect, zoals het dialect van Westkapelle.<br />

De cursisten hadden het niet getroffen met het weer.<br />

Toch trotseerden de meeste deelnemers sneeuwbuien,<br />

gladde wegen, hagel en regen om zo veel mogelijk<br />

aanwezig te zijn op die maandagavonden.<br />

Het smaakt naar meer. Zowel de lesgever als de cursisten<br />

waren enthousiast. Uiteraard waren er ook wat<br />

minpuntjes, het was immers de eerste keer dat deze cursus<br />

werd aangeboden. De aangeboden stof was soms iets te<br />

moeilijk, maar over het algemeen waren de evaluaties<br />

positief tot zeer positief.<br />

De SCEZ overweegt om een dergelijke cursus ook te<br />

verzorgen op Schouwen-Duiveland en in Zeeuws-<br />

Vlaanderen, als er voldoende belangstelling is. Bent u<br />

geïnteresseerd in een cursus over het Zeeuws, dan horen<br />

we dat graag (v.de.tier@scez.nl). Samen met de ZVU<br />

wordt dan nagegaan waar de cursus kan worden<br />

aangeboden.<br />

Nieuws uit de Zeeuwse Dialect Vereniging<br />

Adri Scheele uit Axel wordt de nieuwe voorzitter van de Zeeuwse Dialect<br />

Vereniging. We wensen hem veel boeiende uren en hopen dat hij net als<br />

zijn voorganger heel wat mooie initiatieven neemt samen met zijn<br />

bestuur.<br />

Rinus Willemsen, de secretaris van de vereniging, ging eind <strong>2010</strong> op<br />

pensioen als leerkracht. Rinus is altijd al heel bedrijvig geweest in de<br />

vereniging. Hij is niet alleen secretaris, maar ook eindredacteur voor het<br />

dialectgedeelte in het tijdschrift Nehalennia (het ledenblad van de<br />

vereniging). Verder houdt hij zich bezig met geschiedenis, schrijft hij<br />

columns in de PZC en is hij verhalenteller. Nu hij op rust is, zullen we<br />

ongetwijfeld nog meer van hem horen in de dialectwereld. We wensen<br />

hem veel plezier en succes in deze nieuwe periode in zijn leven.<br />

Rinus Willemsen nam eind <strong>2010</strong> afscheid van zijn collega’s in het onderwijs.<br />

Zeeuws <strong>Erfgoed</strong> 12 maart 2011/01 • STREEKTALEN


11de Nederlandse Dialectendag in Delft<br />

Schelden doet geen zeer!<br />

Hoe wij elkaar typeren<br />

Op 26 maart 2011 is het weer zover. De tweejaarlijkse<br />

Nederlandse Dialectendag wordt zoals altijd in de<br />

maand maart gehouden. Dit jaar is de <strong>Stichting</strong><br />

Nederlandse Dialecten (SND) te gast in Delft in<br />

het Unesco-IHE Institute for Water Education.<br />

Voor de Zeeuwse dialectliefhebbers valt de afstand<br />

dus mee, dit jaar.<br />

Het thema van deze elfde dialectendag is ‘Schelden doet<br />

geen zeer! Hoe wij elkaar typeren’. Hoe typeren we<br />

anderen in de diverse dialecten. Scheldwoorden, schimpnamen,<br />

vloeken, het uiten van gevoelens, enz.<br />

zijn geen objectieve taaluitingen. Mensen worden meestal<br />

getypeerd aan de hand van (afwijkende) karaktereigenschappen<br />

of uiterlijke kenmerken. Die spelen ook bij het<br />

schelden, het vloeken of het geven van bijnamen een rol.<br />

Je emoties uitdrukken door te schelden, te vloeken of<br />

door het uitvergroten van handelingen en toestanden kent<br />

in de taal heel wat variatie. Op deze elfde dialectendag<br />

komen enkele facetten hiervan aan bod.<br />

In het ochtendprogramma kunt u luisteren naar drie<br />

plenaire lezingen. Na de verwelkoming door de voorzitter<br />

en de directeur van het erfgoedhuis Zuid-Holland, leert<br />

Piet van Sterkenburg ons emowoorden kennen in<br />

‘Emoties, karaktereigenschappen en kalmeringsmiddelen<br />

voor nerveuze en agressieve neigingen’.<br />

Karaktereigenschappen zijn verantwoordelijk voor allerlei<br />

soorten taal. Wanneer iemand een afwijkende eigenschap<br />

bezit, willen we die uitvergroten. Karaktereigenschappen<br />

zijn niet alleen het voorwerp van spot en uitvergroting.<br />

Zij doen nog veel meer; zij verrijken onze taal met veel<br />

woorden en vaste verbindingen voor positieve en<br />

negatieve emoties, de emowoorden.<br />

Siemon Reker, oud-voorzitter van de <strong>Stichting</strong>, heeft het<br />

over woorden als strontbezopen, ladderzat, poedelnaakt in<br />

het noorden en zuiden van het taalgebied: ‘Dronkener<br />

dan dronken, moeër dan moe en nog naakter dan naakt.<br />

‘Dikke’ woorden in enkele dialecten van het Nederlandse<br />

taalgebied’.<br />

Willy Van Langendonck neemt ons mee naar de<br />

schoolbanken en onderzoekt op welke manier scholieren<br />

en studenten bijnamen verzinnen voor hun leraars.<br />

In zijn bijdrage ‘Motivaties in bijnamen van Vlaamse<br />

leerkrachten’ toont hij aan dat jongeren focussen op<br />

uiterlijke, vooral lichamelijke kenmerken, op opvallend<br />

gedrag of een speciaal karakter. Wellicht herkennen we<br />

hier en daar een leraar uit onze schooltijd.<br />

Als afsluiter van het ochtendprogramma is er Sjaak Bral,<br />

bekend van het Groen Geile Boekie. Deze bekende<br />

Nederlandse cabaretier/columnist/schrijver zal ons<br />

ongetwijfeld onderhouden over zijn liefde voor de<br />

Haagse taal: ‘Haags: de oeâhtaal der mensheid’.<br />

Na tien dialectendagen heeft de SND besloten het<br />

concept van het middagprogramma te veranderen. Na<br />

de lunch vervallen de traditionele workshops en het café<br />

chantant. De infomarkt blijft behouden maar is nu enkel<br />

te bezoeken vanaf 13.00 uur tot 15.00 uur.<br />

Op de infomarkt zelf zullen enkele korte presentaties van<br />

een kwartier te zien of te volgen zijn. Deze presentaties<br />

kunt u naar eigen voorkeur volgen tussen 14.00 uur en<br />

15.00 uur. U hoeft zich niet vooraf aan te melden, maar u<br />

kiest op de dag zelf. Bij de bevestiging van uw deelname,<br />

ontvangt u wel al een lijst van wat er allemaal te beleven<br />

is. U krijgt de mogelijkheid om drie of vier interessante<br />

presentaties te volgen. De SND heeft uiteraard ook de<br />

Zuid-Hollandse (dialect)verenigingen uitgenodigd voor<br />

deze dialectencarrousel. Hebt u zelf iets dat u wilt laten<br />

zien aan dialectliefhebbers, neem dan contact op met het<br />

bestuur van de SND. Een presentatie mag niet langer<br />

duren dan een kwartier. De SCEZ laat hier bijvoorbeeld<br />

de Zeeuwse Klapbank zien en beluisteren.<br />

Van 15.00 uur tot 15.45 uur luisteren we in het<br />

auditorium naar de Haagse flamencogroep de Régâhs.<br />

Daarna is er een dialectquiz waaraan bekende en minder<br />

bekende dialectliefhebbers zullen deelnemen, maar waarbij<br />

ook het publiek actief zal betrokken worden. Wie liever<br />

de stad Delft wil bezoeken, kan deelnemen aan de geleide<br />

wandeling. Deze wandeling van 1,5 uur kost 3 euro per<br />

persoon en vertrekt om 13.30 uur.<br />

Het dialectenboek krijgt na tien kleurige en altijd dikker<br />

wordende boekjes een nieuwe vorm en lay-out. Hoe het<br />

nieuwe boek er uit zal zien, ziet u pas op de dialectendag<br />

zelf. Uiteraard vindt u er weer de lezingen van het<br />

ochtendprogramma in. In het regionale gedeelte komen<br />

veel diverse kleinere artikelen, anekdotes, columns<br />

enzovoort. Het boek zal na 26 maart te koop zijn voor<br />

20 euro. Als u het boek op de dialectendag zelf<br />

meeneemt, krijgt u 25% korting en betaalt u 15 euro.<br />

Wil u erbij zijn op 26 maart, dan kunt u een inschrijfformulier<br />

aanvragen bij adviseur streektalen<br />

Veronique De Tier, of downloaden vanaf www.scez.nl.<br />

Inschrijven kost 17,50 euro per persoon (inclusief koffie<br />

en lunch). Voor meer informatie kunt u ook bij de<br />

adviseur terecht: v.de.tier@scez.nl. Meer informatie ook<br />

op www.scez.nl of www.nederlandsedialecten.be of<br />

www.erfgoedhuis-zh.nl.<br />

Zeeuws <strong>Erfgoed</strong> 13 maart 2011/01 • STREEKTALEN


De tweede module ‘Vensters op Zeeuws <strong>Erfgoed</strong>’,<br />

met zes vensters uit de Zeeuwse Canon,<br />

waaronder de VOC (2008).<br />

<strong>Erfgoed</strong>educatie<br />

Je eigen omgeving<br />

door het oog van de camera<br />

Het hele schooljaar <strong>2010</strong>-2011 is de <strong>Erfgoed</strong>mobiel<br />

in gebruik op scholen in de gemeentes<br />

Veere en Vlissingen. Kunsteducatie Walcheren<br />

koppelt aan dit erfgoedproject een schitterend<br />

fotografieproject.<br />

De <strong>Erfgoed</strong>mobiel is ingericht met de Zeeuwse<br />

Canon. Zes vensters uit die canon zijn in deze<br />

trailer verder uitgediept. Basisscholen in de<br />

gemeentes Veere en Vlissingen krijgen dit project<br />

dit schooljaar aangeboden binnen het cultuurmenu<br />

via Kunsteducatie Walcheren. De lessen<br />

starten met een introductieles van een gastdocent.<br />

Zo ontvangt Peter Blom, archivaris van het<br />

Zeeuws Archief, schoolgroepen voor een les in de<br />

<strong>Erfgoed</strong>mobiel. De leerlingen worden door Peter<br />

met veel voorbeelden gewezen op de geschiedenis<br />

van hun omgeving. Vervolgens gaan de leerlingen<br />

zelf in de trailer aan het werk met de opdrachtenboekjes<br />

en de vele bronnen in de vensters. De verwerkingsles<br />

die daarna volgt, ‘Venster op de eigen<br />

omgeving’, is door fotografe Karin den Boer met<br />

de leerlingen uitgevoerd in een fotoproject.<br />

Voor het fotoproject bekijken de leerlingen het<br />

erfgoed in de eigen omgeving. Ze verkennen de<br />

omgeving van hun school en brengen onder andere<br />

een bezoek aan de Oudheidkamer in de toren<br />

van de PKN-kerk in Oostkapelle. Enthousiast<br />

hebben jonge onderzoekers dit cultureel erfgoed<br />

vastgelegd in foto’s. De resultaten zijn dan ook<br />

erg geslaagd.<br />

De kijk van leerlingen op het erfgoed van hun<br />

eigen omgeving:<br />

Brug Westhove, door Sjoerd en Angelon<br />

van obs De Regenboog.<br />

Toren, door Sander en Jeffrey<br />

van obs De Knotwilg.<br />

Stilleven, door Swen en Loen<br />

van obs De Knotwilg.<br />

Plant met fossiel, door Simon<br />

van obs De Regenboog.<br />

Uitleen <strong>Erfgoed</strong>mobiel stopt na 1 juli<br />

Het project ‘Collecties Onderweg’, waarbinnen de <strong>Erfgoed</strong>mobiel is ontwikkeld, stopt na dit schooljaar.<br />

De subsidie die door het ministerie van OCW en de Provincie <strong>Zeeland</strong> is verstrekt voor de uitvoering<br />

van dit project, is dan helemaal besteed. Vanaf 2001 is gestart met de ontwikkeling van het project en<br />

vanaf 2004 is de <strong>Erfgoed</strong>mobiel uitgezet in het onderwijs. Tweederde van de scholen in <strong>Zeeland</strong> heeft<br />

gewerkt met de modules ‘Uit de put’ (archeologie) en ‘Vensters op Zeeuws <strong>Erfgoed</strong>’ (Zeeuwse Canon).<br />

Voor veel leerlingen heeft dit project een leuke en leerzame kennismaking betekend met het erfgoed in<br />

<strong>Zeeland</strong>.<br />

In 2008 maakten studenten van de Rotterdamse Hogeschool Inholland een promotiefilmpje over<br />

‘Vensters op Zeeuws <strong>Erfgoed</strong>’. Dit is te bekijken op YouTube via de zoekterm ‘erfgoedmobiel’.<br />

Met deze foto’s kijken we kort terug op dit mooie project.<br />

In juni 2005 is er hoog bezoek voor de <strong>Erfgoed</strong>mobiel. Voormalig staatssecretaris van cultuur,<br />

Medy van der Laan, komt op bezoek, terwijl leerlingen werken met de eerste module, ‘Uit de put’.<br />

Leerlingen van de Pontes Scholengroep Zierikzee<br />

gaan de <strong>Erfgoed</strong>mobiel in (2004).<br />

Zeeuws <strong>Erfgoed</strong> 14 maart 2011/01 • ERFGOEDEDUCATIE<br />

Leerling van groep vijf aan het werk met de vensters (2009).


Monumenten<br />

Monumenten waar muziek in zit…<br />

Een categorie monumenten waar vaak - zowel letterlijk als figuurlijk -<br />

aan voorbij gegaan wordt, vormen de muziektenten. Een opmerkelijk<br />

gegeven als men bedenkt dat deze objecten vaak centraal in een stad<br />

of dorp gelegen zijn.<br />

Maar zoals voor andere monumenten ook geldt, speelt de herbestemmingsproblematiek<br />

de muziektenten al enige tijd parten. Sinds enkele<br />

<strong>dec</strong>ennia raken muziektenten steeds meer in onbruik, waardoor menig<br />

exemplaar al het veld heeft moeten ruimen; vaak vormen ze een<br />

sta-in-de-weg bij nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen, en daarbij zijn<br />

de onderhoudskosten meestal onevenredig hoog.<br />

In <strong>Zeeland</strong> staat nog een aanzienlijk aantal muziektenten, waarvan<br />

enkele op zeer markante locaties zoals in Groede en Nisse. En hoewel<br />

muziektenten ogenschijnlijk allemaal gelijk aan elkaar lijken te zijn,<br />

zijn er bij nader inzien verschillen in datering, materiaalgebruik en soms<br />

detaillering. De vormgeving is in <strong>Zeeland</strong> vaak gelijk, een achthoekige<br />

grondvorm met een licht verhoogde vloer (podium). Daarentegen kan<br />

het materiaal van zowel de kolommen als het dak verschillen.<br />

Zo hebben de meeste muziektenten in Zeeuws-Vlaanderen gegoten<br />

ijzeren kolommen, terwijl de kolommen van de tenten op Zuid-Beveland<br />

veelal van hout zijn. De meeste Zeeuwse muziektenten zijn overigens<br />

gebouwd tussen 1900 en 1960, waarbij de tenten uit de wederopbouwperiode<br />

opvallen door het gebruik van ruitpanelen, dit om de<br />

muzikanten zoveel mogelijk tegen wind en regen te beschermen.<br />

Het merendeel van de ooit in <strong>Zeeland</strong> gebouwde houten en bakstenen<br />

muziektenten is anno 2011 verdwenen. Van de exemplaren die de tand<br />

des tijds hebben doorstaan, zijn er een paar die een gemeentelijke of<br />

rijksbeschermde status hebben. De overige ‘muziektempels’ genieten geen<br />

juridische bescherming en zouden relatief eenvoudig uit het straatbeeld<br />

kunnen verdwijnen. Dat is jammer, aangezien muziektenten een<br />

belangrijke cultuurhistorische waarde hebben. Het zijn in eerste instantie<br />

Staatsbosbeheer heeft op 13 januari uit handen van staatssecretaris<br />

Zijlstra van OCW een subsidie gekregen van 1.406.392 euro voor de<br />

restauratie van fort Rammekens bij Ritthem. Het oudste zeefort van<br />

West-Europa verkeert al jaren in vervallen staat; door de verstrekking<br />

van deze incidentele rijkssubsidie zal hier binnenkort een einde aan<br />

komen.<br />

Uniek fort<br />

Fort Rammekens is als verdedigingswerk uniek omdat het een van de<br />

weinige bewaard gebleven forten is dat in Italiaanse renaissancestijl is<br />

opgetrokken. Het werd in 1547 in opdracht van landvoogdes Maria van<br />

Hongarije gebouwd op de zuidoostpunt van Walcheren, een strategische<br />

locatie aan de toegangspoort tot de Zeeuwse Delta. Vanuit hier konden<br />

de economisch belangrijke vaarverbindingen en de plaatselijke bevolking<br />

beveiligd worden. Ontwerper van het fort was Donato de Boni di<br />

Pellezuoli, een Italiaanse ingenieur in Spaanse dienst die eveneens het<br />

Keizersbolwerk in Vlissingen (1548) ontwierp. Het fort, dat ook enige<br />

tijd in Engelse en Franse handen was, werd in 1869 als vesting opgeheven.<br />

Vervolgens werd het onder andere gebruikt als kruitmagazijn en als<br />

champignonkwekerij. In 1972 kwam het fort in beheer van<br />

Staatsbosbeheer.<br />

Publieksfunctie<br />

De restauratie van fort Rammekens biedt betere mogelijkheden voor het<br />

publiek en voor het organiseren van evenementen. Op dit punt werkt<br />

Staatsbosbeheer intensief samen met het Zeeuws maritiem mu<strong>ZE</strong>Eum,<br />

voorbeelden van klein erfgoed, met architectonische waarde wat betreft<br />

vorm en details. Daarnaast hangt de geschiedenis ervan nauw samen met<br />

die van de plaatselijke muziekvereniging en meer in het algemeen met die<br />

van de dorpsgemeenschap. Het is daarom belangrijk dit gebouwde erfgoed<br />

te koesteren en eveneens zorg te dragen voor instandhouding en een goed<br />

hergebruik en/of goede herbestemming.<br />

De achthoekige muziektent van Nieuwvliet,<br />

in 1950 gebouwd in wederopbouwstijl.<br />

Staatsbosbeheer krijgt subsidie voor restauratie van fort Rammekens<br />

Zeeuws <strong>Erfgoed</strong> 15 maart 2011/01 • MONUMENTEN<br />

dat de openstelling en de pr voor het fort verzorgt. Het ligt in de<br />

verwachting dat het aantal bezoekers de komende jaren zal toenemen,<br />

zeker nadat het Nationaal Historisch Museum fort Rammekens vorig<br />

jaar heeft aangewezen als zogenaamde ‘plaats van herinnering’.<br />

De restauratie van het fort zal overigens niet geheel met rijksgelden<br />

bekostigd worden; naast het ministerie van OCW hebben ook de<br />

Provincie <strong>Zeeland</strong>, de gemeente Vlissingen, het havenbedrijf <strong>Zeeland</strong><br />

Seaports en Staatsbosbeheer zelf financiële middelen beschikbaar gesteld.<br />

De werkzaamheden zullen naar verwachting na de zomervakantie starten.<br />

www.fortrammekens.nl<br />

Van de oorspronkelijke aanleg van fort Rammekens is, behalve<br />

twee halfbastions met kazematten, de natuurstenen toegangspoort in<br />

vroege renaissancestijl overgebleven.


Het vervallen woonhuis<br />

aan de Julianastraat 109<br />

in Heikant is<br />

karakteristiek voor de<br />

streek en heeft een hoge<br />

cultuurhistorische waarde.<br />

Sloop lijkt echter<br />

onvermijdelijk<br />

(foto Gerry van Eeden).<br />

Brochure over herbestemming<br />

van monumentale boerderijen<br />

Steeds meer boerderijen verliezen hun oorspronkelijke<br />

agrarische functie. Naar verwachting zullen de<br />

komende 15 jaar ten minste 17.000 boerderijen in<br />

de verkoop komen, zo blijkt uit een onderzoek van<br />

de Universiteit Wageningen.<br />

Vooral de schaalvergroting in de landbouw en de gestage<br />

afname van het aantal agrariërs liggen ten grondslag aan<br />

deze ontwikkeling. Om verval en sloop van cultuurhistorisch<br />

waardevolle boerderijen zoveel mogelijk te<br />

voorkomen is het belangrijk een goede herbestemming<br />

voor deze objecten te vinden. Het betreft dan niet alleen<br />

het boerenwoonhuis, maar ook de bijgebouwen, zoals in<br />

<strong>Zeeland</strong> onder andere de landbouwschuur, het wagenhuis<br />

en het varkenshok.<br />

Herbestemming stelt echter nieuwe eisen aan een<br />

gebouw, zoals extra daglicht of meer wooncomfort.<br />

De aanpassingen die dat met zich meebrengt vragen om<br />

het maken van afwegingen, waarbij de historische en<br />

architectonische waarden van het monumentale object bij<br />

voorkeur onderkend en gerespecteerd worden. Dit vraagt<br />

om de juiste kennis en een goede voorbereiding. Ervaring,<br />

dialoog, samenwerking en vakmanschap vormen de basis<br />

Vorig jaar september werd bij het Meldpunt <strong>Erfgoed</strong><br />

<strong>Zeeland</strong> melding gemaakt van de dreigende sloop van<br />

mogelijk het oudste huis van Heikant. Nadat in eerste<br />

instantie de sloop werd stilgelegd, werd half november<br />

door de gemeente Hulst een omgevingsvergunning<br />

voor sloop verleend.<br />

‘Eenvoudig woonhuis’<br />

Het eeuwenoude pand, gelegen aan de Julianastraat nabij<br />

de Belgische grens, heeft in het verleden niet alleen dienst<br />

gedaan als boerenwoonhuis, maar volgens sommigen ook<br />

als tolhuis. Hoewel het pand door jarenlange leegstand<br />

enigszins in verval is geraakt, kan het desalniettemin als<br />

authentiek en karakteristiek voor de regio bestempeld<br />

worden. Dit geldt zowel voor het interieur als voor het<br />

exterieur.<br />

Zeeuws <strong>Erfgoed</strong> 16 maart 2011/01 • MONUMENTEN<br />

van een geslaagde herbestemming.<br />

Om zowel de boerderijeigenaar als overheden en<br />

professionals (onder anderen architecten) een praktische<br />

handreiking te bieden heeft de Rijksdienst voor het<br />

<strong>Cultureel</strong> <strong>Erfgoed</strong> een brochure uitgegeven. De brochure<br />

met de titel Een toekomst voor boerderijen laat zien hoe de<br />

verbouwing en herbestemming van monumentale<br />

boerderijen uitgevoerd kunnen worden. Een vastomlijnd<br />

recept daarvoor bestaat niet; in de monumentenzorg<br />

staat maatwerk immers voorop. Toch zijn er belangrijke<br />

algemene uitgangspunten, richtlijnen en tips die maken<br />

dat een verbouwings- of herbestemmingsproject een<br />

succes kan worden. In de brochure zijn deze richtlijnen<br />

en tips samengebracht.<br />

De brochure is te raadplegen als pdf-document op de<br />

website van de Rijksdienst (www.cultureelerfgoed.nl).<br />

U kunt via deze website ook een exemplaar bestellen.<br />

Meer informatie over (de herbestemming van) Zeeuwse<br />

boerderijen kunt u vinden op:<br />

www.boerderijenzeeland.nl<br />

Dreigende sloop van mogelijk oudste huis van Heikant<br />

toont noodzaak gemeentelijk monumentenbeleid<br />

Helaas spreekt een ‘eenvoudig woonhuis’ zoals dit object<br />

minder tot de verbeelding dan een kerk, molen of kasteel.<br />

En dit wordt nog eens versterkt als de staat van<br />

onderhoud slecht is. Toch is het jammer dat op deze<br />

manier behoudenswaardige objecten voor de gemeenschap<br />

verloren gaan. Want in opgeknapte staat en mét meer<br />

kennis over de geschiedenis van een dergelijke pand<br />

zouden beduidend meer inwoners zich sterk maken<br />

voor behoud. Daarentegen gaat nu een historisch pand<br />

verloren, zelfs zonder dat het goed voor het nageslacht<br />

is vastgelegd.<br />

Belang gemeentelijke inventarisatie<br />

In een reactie aan het voorportaal van het Meldpunt<br />

<strong>Erfgoed</strong> <strong>Zeeland</strong> heeft de ambtenaar belast met<br />

monumenten laten weten dat de gemeente sloop niet kan<br />

weigeren. Tevens gaf de ambtenaar aan dat de gemeente<br />

het desbetreffende pand niet als bijzonder of behoudenswaardig<br />

beschouwt en nu eenmaal niet alles behouden<br />

kan blijven. De coördinator van het Meldpunt kan zich<br />

in deze laatste uitspraak vinden. Voorwaarde is dan wel<br />

dat bij de gemeente bekend is welke behoudenswaardige<br />

objecten zich in de gemeente bevinden. Zolang er geen<br />

goede inventarisatie heeft plaatsgevonden en een<br />

gemeentelijk monumentenbeleid ontbreekt zal van een<br />

goede afweging bij sloopaanvragen geen sprake kunnen<br />

zijn.<br />

Hopelijk zal in 2011 het behoud van het gebouwde<br />

erfgoed in de gemeente Hulst beter gewaarborgd kunnen<br />

worden. Helaas zal een dergelijke veiligstelling voor<br />

het pand aan de Julianastraat te laat komen…<br />

www.meldpunterfgoedzeeland.nl


MONUMENTENRONDE<br />

<strong>Stichting</strong> Behoud Kerkelijke<br />

Gebouwen in de provincie <strong>Zeeland</strong><br />

De <strong>Stichting</strong> Behoud Kerkelijke Gebouwen in de provincie <strong>Zeeland</strong><br />

(SBKGZ) zet zich in om eigenaren van kerkelijke gebouwen in<br />

de provincie <strong>Zeeland</strong> behulpzaam te zijn bij onderhoud, restauratie<br />

en verbouwing, bij subsidieaanvragen en bij onderhoudsplanning.<br />

De stichting is in 1990 officieel opgericht als Hervormde <strong>Stichting</strong><br />

tot Behoud van Kerkelijke Gebouwen in <strong>Zeeland</strong>, maar is al actief<br />

sinds 1988. In 2007 is door een statutenwijzing de doelgroep van<br />

kerken vergroot.<br />

Werkzaamheden<br />

De diensten van de stichting bestaan onder andere uit het verstrekken<br />

van adviezen bij:<br />

- het opstellen van (bouwkundige) onderhoudsplannen en de<br />

begeleiding van de uitvoering van onderhoud, de projectbegeleiding<br />

van verbouw- en restauratieplannen; advisering bij de uitvoering<br />

van restauraties en bij het opstellen en uitvoeren van<br />

restauratieplannen.<br />

- de begeleiding en uitvoering van verbouwplannen,<br />

het werven van subsidies en fondsen voor bovengenoemde<br />

plannen (bijv. de Brim-regeling), het<br />

oplossen van specifieke technische problemen.<br />

De adviezen kunnen ook over incidentele zaken gaan. Ook de beoordeling<br />

van uitgebrachte offertes, prijsaanbiedingen of advies behoort tot de<br />

mogelijkheden. De beslissing op welke manier de problemen worden<br />

opgelost ligt bij de kerkrentmeesters. In eerste instantie werkt de SBKGZ<br />

binnen het verband van de Protestantse Kerken in Nederland, maar ook<br />

andere kerkgenootschappen kunnen van haar diensten gebruik maken.<br />

Dit alles gebeurt in goed overleg met de Vereniging voor Kerkrentmeesterlijk<br />

Beheer (VKB) afd. <strong>Zeeland</strong>, de Gemeenteadviseur Kerkbeheer<br />

Zuid Nederland van de PKN, het Regionaal College voor de Behandeling<br />

van Beheerszaken (RCBB) en de Regionale Werkgroep Kerkbouw <strong>Zeeland</strong><br />

(RWKZ).<br />

De stichting is verder vertegenwoordigd in het landelijke OVO<br />

(Overleg Orgaan <strong>Stichting</strong>en Behoud Kerkelijke Gebouwen), het<br />

Meldpunt <strong>Erfgoed</strong> <strong>Zeeland</strong> en het Platform Historische Kerken <strong>Zeeland</strong>.<br />

Aanpak<br />

De stichting doet haar werk met de hulp van vrijwilligers. De adviezen<br />

worden tegen een geringe vergoeding uitgebracht door de twee<br />

vrijwillige technische adviseurs.<br />

Het bestuur bestaat ook uit vrijwilligers. De voor het functioneren<br />

van de stichting benodigde gelden worden verkregen uit donaties van<br />

de kerkelijke gemeenten. De jaarlijkse bijdrage bedraagt 15 euro per<br />

kerkelijke gemeente.<br />

Activiteiten<br />

De advisering door de technische adviseurs betreft voor een belangrijk<br />

deel monumentale gebouwen, maar adviseren over gebouwen zónder<br />

monumentale status gebeurt ook. Daarnaast wordt jaarlijks een<br />

nieuwsbrief uitgebracht met daarin aandacht voor wet- en regelgeving,<br />

vergunningen, gebruiksvoorschriften, subsidieregelingen, inspectie,<br />

onderhoud en planning, brandpreventie enzovoort.<br />

Omdat uit de contacten met de kerkelijke gemeenten de indruk was<br />

ontstaan dat er behoefte bestond aan informatie over en hulp bij het<br />

aanvragen van een Brim-subsidie (Besluit rijkssubsidiëring instandhouding<br />

monumenten) is eind 2009 begin <strong>2010</strong> een schriftelijke enquête gehouden<br />

onder 116 kerkrentmeesters van de PKN-kerken in <strong>Zeeland</strong>. Doel van het<br />

onderzoek was na te gaan hoe het stond met de voorbereidingen voor<br />

de Brim-aanvragen. Van 93% van de kerken werd een reactie ontvangen.<br />

Aan de hand van de antwoorden zijn gericht brieven verstuurd waarin<br />

hulp wordt aangeboden en wordt gewezen op een tijdige en juiste<br />

aanvraag van subsidie. Op deze brief is in ruime mate positief gereageerd.<br />

De Catharinakerk in Zoutelande.<br />

Toekomst<br />

Het is de bedoeling om in nog nauwere samenwerking met de VKB,<br />

het RCBB en de gemeenteadviseur de dienstverlening aan<br />

de kerkrentmeesters verder uit te bouwen en te intensiveren.<br />

Contact<br />

www.SBKGZ.nl<br />

Secretariaat<br />

Marga Klompélaan 10<br />

4385 JL Vlissingen<br />

E info@sbkgz.nl<br />

T 0118-465637<br />

Technisch adviseurs<br />

Classis IJzendijke (en Tholen)<br />

De heer M.P. Vermaire<br />

E mpvermaire@zeelandnet.nl<br />

T 0118-626937<br />

Classes Goes/Middelburg/Zierikzee<br />

De heer J.M. Huige<br />

E jaaphuige@zeelandnet.nl<br />

T 0118-616876<br />

Zeeuws <strong>Erfgoed</strong> 17 maart 2011/01 • MONUMENTEN


Tentoonstellingszaal<br />

met zestiende-eeuwse<br />

kapconstructie van eiken.<br />

Restaureren: roeping, voorrecht of uitdaging?<br />

Een van de belangrijkste<br />

monumenten van de stad<br />

Zierikzee is toch wel<br />

het oude stadhuis. Het<br />

oudste gedeelte, het oorspronkelijke vleeshuis en het<br />

benedenstuk van de toren, dateert van 1550-1554 en<br />

is in sobere renaissancestijl uitgevoerd. Het gebouw<br />

met de imposante houten kapconstructie vormde ruim<br />

twee jaar een opleidingsproject voor leerlingen in de<br />

restauratie.<br />

Verbouwingen en bestemmingen<br />

De achthoekige toren werd medio zestiende eeuw<br />

voorzien van een bekroning van waarop de zeegod<br />

Neptunus uitkijkt over de stad. In 1661 is er een<br />

burgemeesterskamer toegevoegd. In de periode 1772-1779<br />

is het stadhuis nog grondig verbouwd. In het stadhuis<br />

zetelde niet alleen het stadsbestuur maar hadden ook de<br />

rechtbank en het waterschap hun onderkomen. Sinds de<br />

gemeentelijke herindeling is Zierikzee opgegaan in de<br />

gemeente Schouwen-Duiveland en beschikt ze over een<br />

nieuw modern gemeentehuis. Het oude stadhuis had zijn<br />

functie verloren en werd ingericht als museum onder de<br />

naam ‘Stadhuismuseum’.<br />

Museum op zich<br />

Zowel aan de buiten- als binnenkant is het gebouw een<br />

museum op zich. In de hal beneden zijn op de balken<br />

de wapens van de steden en heerlijkheden van Schouwen-<br />

Duiveland te zien. Op de eerste verdieping zijn zalen te<br />

zien die in Lodewijk XV-stijl zijn verbouwd. De oude<br />

spiltrap leidt ons naar de zolderverdieping waar men zicht<br />

heeft op een imposante zestiende-eeuwse eiken<br />

kapconstructie. Het is indrukwekkend om te zien hoe<br />

vakmensen in die tijd dit hebben kunnen realiseren;<br />

indrukwekkend zijn niet alleen de verbindingen in de<br />

constructie maar is ook het gewicht van de diverse<br />

onderdelen.<br />

In het Stadhuismuseum is een vaste expositie te zien van<br />

de rijke geschiedenis van de stad Zierikzee. Thema’s zijn<br />

onder andere het verbouwen en verwerken van de<br />

meekrap, de watersnoodramp van 1953 en de strijd<br />

tegen het water. Op Schouwen-Duiveland was Zierikzee<br />

een belangrijke stad, hier werd de oogst van de boeren<br />

verhandeld en verscheept.<br />

ROP-project<br />

In augustus 2009 is er wederom gestart met een<br />

restauratie. Deze restauratie werd uitgevoerd door<br />

Zeeuws <strong>Erfgoed</strong> 18 maart 2011/01 • MONUMENTEN<br />

Aannemersbedrijf Huurman uit Delft en is begin 2011<br />

afgerond. Op dit project werden twee leerlingen<br />

restauratietimmeren en één leerling restauratiemetselen<br />

opgeleid. Opgemerkt moet worden dat door de<br />

opdrachtgever, de gemeente Schouwen-Duiveland, het<br />

project in de besteksvoorwaarden al aangemerkt was als<br />

restauratie opleidingsproject.<br />

In de restauratie kwamen de leerlingen veel onderdelen<br />

tegen zoals herstel van het metselwerk van de gevels,<br />

herstel van de balklagen en vloeren, herstel van de<br />

dakconstructie en aanbrengen van natuurstenen<br />

elementen. Omdat het Stadhuismuseum na restauratie<br />

weer toegang moet bieden aan publiek, zijn er<br />

voorzieningen getroffen zoals toiletgroepen die ook<br />

geschikt zijn voor mindervaliden. Eveneens zijn er<br />

voorzieningen in de vloeren aangebracht voor de<br />

liftinstallatie en voldoet het pand aan de huidige<br />

brandveiligheidseisen.<br />

Het moet haast wel een roeping zijn om een opleiding<br />

in de restauratie te willen volgen, het is in ieder geval een<br />

voorrecht om op een project te mogen werken als het<br />

Stadhuismuseum in Zierikzee en het vormt een uitdaging<br />

om dit historisch verantwoord te restaureren!<br />

Leerling metselen brengt de nokvorsten opnieuw aan onder<br />

toezicht van de leermeester (foto Arie Bijl).<br />

Leerlingen timmeren bezig met het vervangen en aanpassen<br />

van de balklaag (foto Arie Bijl).


Vroege krimp<br />

Al enige tijd waart het rond als een spook, vooral in de -<br />

vanuit de Randstad zo beschouwde - buitengewesten, en<br />

dus ook in <strong>Zeeland</strong>: krimp! In onze provincie is het vooral<br />

Zeeuws-Vlaanderen waar men met dit verschijnsel wordt<br />

geconfronteerd. De bevolking vergrijst, met als gevolg<br />

leegstand, verkrotting en uiteindelijk afbraak van<br />

woningen, en sluiting van scholen en andere<br />

voorzieningen. Het zijn enkele onderdelen van een<br />

doemscenario dat al werkelijkheid wordt. In het oog<br />

springend zijn bovendien kerksluitingen en samenvoeging<br />

van parochies. Ook dat begon in alle hevigheid in<br />

Zeeuws-Vlaanderen, maar inmiddels doet ook <strong>Zeeland</strong><br />

boven de Westerschelde mee met parochies die, mede<br />

uit financiële nood, tot schaalvergroting moeten overgaan.<br />

Het komt een historicus bekend voor, want het is eerder<br />

vertoond in <strong>Zeeland</strong>, weliswaar onder heel andere<br />

omstandigheden maar met enkele opvallende<br />

overeenkomsten.<br />

Sinds de twaalfde, dertiende eeuw beschikte vrijwel elk<br />

Zeeuws dorp, hoe klein ook en hoe nabij soms ook het<br />

buurdorp, over een eigen parochiekerk. De meest toegepaste<br />

plaatsnaam in onze provincie eindigde niet voor<br />

niets op -kerke. In geen enkel ander gewest is dat type<br />

naam zo rijk vertegenwoordigd als hier. De kerk kwam<br />

in het hart van de samenleving te staan, op veel plaatsen<br />

- (kerk)ringdorpen! - zelfs ook letterlijk in het hart van het<br />

dorp. Maar al spoedig bleek dat er teveel kerken waren<br />

gesticht. In enkele dorpen staken als gevolg van geringe<br />

toeloop al snel financiële problemen de kop op.<br />

Doorslaggevend voor de toekomst van kerk en dorp was<br />

de beginfase van de Opstand tegen Spanje, de jaren<br />

1572-1577. De strijdende partijen, Geuzen tegenover<br />

Spanjaarden, voerden toen op het Zeeuwse platteland<br />

een guerrillaoorlog waarbij vrijwel alle kerkgebouwen<br />

het moesten ontgelden. Na het luwen van de strijd was<br />

<strong>Zeeland</strong> een waar ‘kerkenkerkhof’. Geldgebrek was de<br />

belangrijkste reden dat niet elk beschadigd kerkgebouw<br />

op restauratiesteun vanuit Middelburg kon rekenen.<br />

De Zeeuwse Staten namen toen besluiten met uiteindelijk<br />

ver strekkende gevolgen: slechts een beperkt aantal kerken<br />

mocht - soms in verkleinde vorm - worden hersteld, van<br />

andere trok de overheid haar handen af. Nog sterker:<br />

enkele kerken dan wel dorpen werden bewust afgebroken.<br />

Dat gebeurde bijvoorbeeld met het Walcherse<br />

Boudewijnskerke en Sint-Janskerke. Op Schouwen<br />

mochten de kerkruïnes van Nieuwerkerke, Duivendijke,<br />

Brijdorpe en Looperskapelle (verder) worden afgebroken.<br />

En op Tholen moesten de inwoners van Schakerloo<br />

voortaan maar ter kerke in de stad Tholen.<br />

Het gevolg was schaalvergroting. Want met het verlies<br />

van de kerk verloor het dorp de toen belangrijkste<br />

voorziening. Een voorziening met veel meer dan alleen<br />

religieuze betekenis, want in of bij de kerk werd<br />

bijvoorbeeld ook recht gesproken. Het hart verdween<br />

uit zo’n dorp waarna het ten dode was opgeschreven.<br />

De bevolking vertrok uit de kerkloze dorpen en vestigde<br />

zich in plaatsen waar de kerk wél op steun kon rekenen.<br />

Wat na leegloop overbleef kromp ineen tot een gehucht<br />

of nog minder. Had Walcheren ooit 36 parochies geteld,<br />

eind zestiende, begin zeventiende eeuw was eenderde<br />

daarvan opgeheven en samengevoegd tot een nieuwe -<br />

Cultuurhistorie<br />

inmiddels hervormde - kerkgemeente. Op de andere<br />

eilanden ging het niet anders. En met de wereldlijke<br />

gemeenten ging het trouwens, met enige vertraging,<br />

net zo. Ook daar was schaalvergroting aan de orde.<br />

De herinneringen aan deze ingrijpende ontwikkelingen<br />

zijn, voor wie daar oog voor heeft, overal in <strong>Zeeland</strong><br />

zichtbaar. Een weinig opvallende verhoging in de vorm<br />

van een voormalig kerkhof, in het gunstigste geval<br />

gemarkeerd door een plaatsnaambord. Een bord<br />

bijvoorbeeld met Nieuwerkerke, maar de kerk zelf is al<br />

in geen eeuwen en in geen velden of wegen meer te zien.<br />

Terug naar de krimp van vandaag. Welke les die ons<br />

leert is nog niet duidelijk. Bestuurders spreken graag van<br />

kansen die de krimp biedt in plaats van bedreigingen.<br />

Maar in het perspectief van de vroegere krimp valt in<br />

elk geval wel te hopen dat de toekomst van de kerken<br />

beter is gegarandeerd. Zoals de gewestelijke overheid<br />

toen met veel kerken is omgesprongen lijkt vandaag<br />

ondenkbaar. De religieuze rol van steeds meer kerken<br />

mag dan anno 2011 zijn uitgespeeld, andere functies<br />

bieden hoopvolle perspectieven. Zo kan de kerk - figuurlijk<br />

én letterlijk - blijven waar ze sinds de middeleeuwen<br />

stond: in het midden van het Zeeuwse dorp.<br />

Aad de Klerk,<br />

adviseur cultuurhistorie en landschap<br />

Zeeuws <strong>Erfgoed</strong> 19 maart 2011/01 • CULTUURHISTORIE<br />

Boudewijnskerke<br />

(Walcheren): voorbeeld<br />

van een gekrompen dorp.<br />

De kerk (nog altijd) in<br />

het midden van het dorp<br />

(Koudekerke)<br />

(luchtfoto Jacqueline<br />

Midavaine).


Cursisten op excursie in<br />

het winterse Slikkenbosch<br />

bij Oostkapelle<br />

(foto Maurits Schipper).<br />

Cursus over groene geschiedenis afgerond<br />

Onder uitzonderlijke omstandigheden werd op zaterdag<br />

27 november <strong>2010</strong> de succesvolle cursus ‘Grepen uit<br />

de groene geschiedenis van Walcheren’ afgerond.<br />

De eerstgevallen sneeuw van het seizoen maakte de<br />

omgeving van de eendenkooi in het Slikkenbosch bij<br />

Oostkapelle tot een waar sprookje. Anton van Haperen<br />

leidde daar de cursisten rond.<br />

Er waren vier cursusavonden aan voorafgegaan; elk<br />

daarvan was gewijd aan een thema op het snijvlak<br />

van geschiedenis en ecologie: de buitenplaatsen in de<br />

Manteling; de wegbeplanting in de (voormalige) Tuin<br />

van <strong>Zeeland</strong>; de naoorlogse kreekgebieden; en het<br />

duingebied tussen Westkapelle en Vrouwenpolder.<br />

Twintig deelnemers volgden de cursus - georganiseerd in<br />

een samenwerkingsverband van Staatsbosbeheer, SCEZ<br />

en <strong>Stichting</strong> Zeeuwse Volksuniversiteit dat voor herhaling<br />

vatbaar is. Een vervolg op de cursus behoort dus zeker<br />

tot de mogelijkheden. De groene geschiedenis van<br />

Walcheren, van <strong>Zeeland</strong> biedt nog tal van kansen!<br />

Landelijk dekkend netwerk interieurwacht?<br />

Historische interieurs staan steeds meer in de belangstelling,<br />

zeker sinds 2001, het Jaar van het Historisch<br />

Interieur. Sindsdien zijn een groot aantal initiatieven<br />

ontplooid om de belangstelling voor en de kennis<br />

over historische interieurs te stimuleren.<br />

Vaak door onwetendheid, maar ook door renovatiewoede<br />

van nieuwe eigenaren van monumentale panden,<br />

verdwijnen delen van of soms zelfs complete historisch<br />

waardevolle interieurs. Dat komt omdat deze interieurs<br />

niet beschreven staan als onderdeel van het rijksmonument,<br />

maar ook omdat de nieuwe eigenaren hier geen<br />

weet van hebben.<br />

Op 25 november <strong>2010</strong> vond ten kantore van de<br />

Rijksdienst voor het <strong>Cultureel</strong> <strong>Erfgoed</strong> (RCE) in<br />

Amersfoort een symposium plaats met de titel<br />

‘Interieurwacht moet monumenten van binnen<br />

beschermen’. Ook werd er het rapport Landelijke<br />

interieurwacht: een publieke zaak? gepresenteerd.<br />

Dit rapport onderstreept het belang van het opzetten<br />

van een landelijk netwerk van interieur-wachters dat<br />

ervoor kan zorgen dat de nog aanwezige<br />

bijzondere historische interieurs van tienduizenden<br />

Nederlandse en ook Zeeuwse rijksbeschermde<br />

monumenten behouden blijven. Dit kunnen de<br />

interieurs betreffen van kastelen, kerken, woonhuizen,<br />

(voormalige)overheidsgebouwen, maar ook historische<br />

boerderijen en scholen. Het rapport is opgesteld door<br />

de rijksdienst en Monumentenwacht Nederland.<br />

Door achterstallig onderhoud, slechte klimatologische<br />

omstandigheden, onachtzaamheid of onwetendheid<br />

van eigenaren en het ontbreken van periodieke inspecties,<br />

ontstaat aan monumentale interieurs vaak onnodig veel<br />

en soms onherstelbare schade. Eigenaren en beheerders<br />

willen graag de juiste maatregelen treffen, maar hebben<br />

vaak niet de kennis of de mogelijkheden om verantwoord<br />

onderhoud te plegen.<br />

Zoals elke provincie in Nederland een eigen monumentenwacht<br />

heeft die de buitenkant van monumenten<br />

Zeeuws <strong>Erfgoed</strong> 20 maart 2011/01 • CULTUURHISTORIE | MONUMENTEN<br />

inspecteert, noodreparaties uitvoert en eigenaren adviseert<br />

over het onderhoud ervan, zo zou een landelijk dekkend<br />

netwerk van provinciale interieurwachten in navolging<br />

van de reguliere monumentenwachten wenselijk zijn.<br />

In Noord-Brabant en Vlaanderen zijn al enkele jaren<br />

interieurwachters actief, wat een groot succes blijkt te zijn.<br />

Hun inspectierapporten zorgen voor duurzaam behoud<br />

van de historische interieurs.<br />

Het rapport is te downloaden vanaf de website van<br />

de RCE, www.cultureelerfgoed.nl (zie: actueel/persberichten/interieurwacht<br />

moet monumenten van<br />

binnen en buiten beschermen).<br />

Een papieren exemplaar is aan te schaffen bij de balie<br />

van de SCEZ aan de Groenmarkt 13 in Middelburg<br />

voor 7,50 euro.


Rott(ig)e kelderluiken<br />

Veel panden in historische binnensteden zijn onderkelderd.<br />

Een waar genot als de kelder droog is en blijft, en voldoende<br />

stahoogte heeft. Het gebruik ervan is legio; was in het verleden<br />

de kelder het werkterrein van de dienstbode of de voorraadopslag<br />

van kolen voor de kachel, tegenwoordig dient de kelder tal van<br />

andere uiteenlopende doelen.<br />

De monumentenwacht komt tijdens haar inspecties allerlei vormen van<br />

keldergebruik tegen. Deze variëren van restaurant tot opslagruimte, van<br />

wijnkelder tot werkplaats en van kunstgalerie tot oefenruimte voor een<br />

muziekbandje.<br />

Essentieel voor het functioneel gebruik van zo’n kelderruimte is de<br />

bereikbaarheid ervan. De toegang tot de kelder van binnenuit is vaak<br />

gesitueerd in de gang van het pand, waar men via een trap naar de<br />

onderliggende ruimte kan afdalen. Maar vaak is er ook een toegang van<br />

buitenaf, vooral bij monumentale panden in de binnenstad. Aan de<br />

straatzijde zijn dan een paar horizontale luiken aanwezig, meegenomen<br />

in de bestrating, of de luiken zijn schuin tegen de voorgevel geplaatst.<br />

Via deze luiken kwamen de voorraad kolen of andere goederen in de<br />

kelder onder het betreffende pand.<br />

De luiken zijn meestal van hout en staan dag in dag uit bloot aan weer<br />

en wind. Horizontale luiken hebben het daarbij extra te verduren door<br />

bijvoorbeeld regenwater dat erop blijft staan of schuifelende kindervoetjes.<br />

Dergelijke gebouwonderdelen hebben veel onderhoud nodig.<br />

Het schilderwerk heeft veel te lijden en houtrot ligt op de loer.<br />

De grootste boosdoener is vocht, vooral bij de schuinliggende kelderluiken,<br />

waarvan de houten onderzijde op de bestrating rust. In de<br />

dagelijkse praktijk van de monumentenwacht blijkt juist op deze plaats<br />

in veel gevallen houtrot voor te komen.<br />

Monumenten<br />

Zeeuws <strong>Erfgoed</strong> 21 maart 2011/01 • MONUMENTEN<br />

Om dit te voorkomen heeft de monumentenwacht de volgende tip: zorg<br />

dat de luiken niet op het straatwerk rusten, maar één tot enkele<br />

centimeters vrij liggen. Dit is eenvoudig te realiseren door aan de<br />

onderzijde van de luiken stootdopjes te schroeven, de rubberen dopjes<br />

die ook in gebruik zijn als deurstopper of die op de muur worden<br />

aangebracht op de plaats waar de deurkruk tegen de wand stoot.<br />

Door deze dopjes aan de onderzijde te bevestigen, rusten de houten luiken<br />

niet meer direct op de bestrating en ontstaat er een kier tussen de luiken<br />

en de bestrating. Hierdoor blijft het kwetsbare houtwerk droog en kan de<br />

kelder enigszins ventileren, wat op zijn beurt van belang is voor een goed<br />

binnenklimaat in de kelder. Een investering van enkele euro’s kan u in<br />

ieder geval hele dure reparaties aan uw kelderluiken besparen.<br />

Seizoensproblemen in en rond uw monument<br />

Natuurlijk groen zoals bomen en struikgewas vormt samen met monumentale objecten<br />

een prachtige combinatie die de onderlinge beleving versterkt. Maar zoals zo vaak bij<br />

goede combinaties, kunnen ze elkaar ook tot last zijn.<br />

Bomen en struiken die te dicht bij gebouwen in de buurt staan, kunnen overlast geven en<br />

schade aan de gebouwen veroorzaken. Kijkt u eens naar de vorm van beplanting in de buurt<br />

van uw pand, nu de bomen en struiken nog niet vol in blad staan. Zijn er overhangende<br />

takken die uw pand kunnen beschadigen of die in de herfst de goten met hun blad kunnen<br />

verstoppen? Bedenk ook dat de takken van bomen in blad zwaarder worden en gaan<br />

‘doorhangen’. Hierbij kunnen ze, door de wind geholpen, tegen uw pand gaan schuren en<br />

het schilderwerk van goten, gevelbeschietingen en kozijnen, of zelfs de gehele gevel, lelijk<br />

beschadigen. Door de bomen iets terug te snoeien of een enkele tak flink in te korten,<br />

kunt u al veel ‘seizoensschade’ voorkomen.<br />

Medio <strong>dec</strong>ember <strong>2010</strong> barstte de winter in volle hevigheid los. Wind, sneeuw en vorst<br />

waren aan de orde van de dag, met alle leuke en minder leuke gevolgen die daarbij horen.<br />

Bij de inval van de dooi kwamen bij de SCEZ diverse telefoontjes binnen van eigenaren<br />

van panden die al dan niet bij de monumentenwacht aangesloten zijn. Het ging vooral om<br />

problemen met de afvoer van smeltwater van de daken van monumentale objecten en de<br />

daarmee gepaard gaande lekkages. Door bladval in de herfst waren verscheidene goten vol<br />

geraakt en soms zelfs verstopt. De afvoerpijpen van de meeste dakgoten hebben een diameter<br />

die varieert van zeven tot tien centimeter. Dat is erg klein als u bedenkt dat er soms maar één<br />

afvoer aan de goot van een pand aanwezig is. Door vallend blad kan de opening van de afvoer<br />

makkelijk afgedekt raken in het najaar. Bij regen is er een kans dat het blad wegspoelt en de<br />

opening van de afvoerpijp weer vrij komt. Maar de afgelopen winter vroor en dooide het<br />

geregeld. In de gootbodem vastgevroren bladeren kunnen de opening naar de afvoerpijp<br />

hermetisch afsluiten. Met daarop nog een sneeuwdek van tien of meer centimeter zoals<br />

afgelopen <strong>dec</strong>ember het geval was, is de mogelijkheid om het smeltwater af te voeren<br />

volledig geblokkeerd. Vergeet dus niet geregeld de openingen van hemelwaterafvoeren vrij<br />

te maken en de goten schoon te houden en voorkom zo nare lekkages.


Winnaars fotowedstrijd<br />

‘De smaak van de 19e eeuw in <strong>Zeeland</strong>’<br />

‘Detail van een grote boerenschuur’ - Matty Geschiere, 60 jaar<br />

Bij het detail van de grote, prachtig gerestaureerde negentiende-eeuwse landbouwschuur<br />

van boerderij Land en Zeezicht in Kamperland was de jury<br />

getroffen door de eenvoud in kleurstelling. Matty Geschiere heeft met vier<br />

structuren - een schuurraam, gepotdekseld houtwerk, een wolkenpartij en een<br />

dakraam - een monumentaal, maar ook ongewoon beeld weten vast te leggen.<br />

Bijzonder is de op het eerste gezicht tweedimensionale compositie van een<br />

viertal elementen, die sámen een onverwachte dieptewerking aan deze foto<br />

geeft. Om deze doorkijk met luchtweerspiegeling zo te kunnen vastleggen,<br />

heeft de fotografe haar positie vooraf zorgvuldig bepaald, dat kan niet anders.<br />

Geheel terecht dat Matty Geschiere haar foto “Een plaatje!” noemt.<br />

‘De smaak van de 19e eeuw?!’ - Céline den Engelsman, 15 jaar<br />

De gedenknaald voor Filips van Marnix, heer van Sint-Aldegonde en West-<br />

Souburg, past naadloos in de negentiende eeuw, de tijd van het ontluikende<br />

nationale gevoel. Het vrij onbekende monument op het Marnixplein in West-<br />

Souburg krijgt op de foto van Céline den Engelsman de extra aandacht die het<br />

verdient. Het monument is in 1872 opgericht op initiatief van de Antwerpse<br />

Geuzenbond, een liberale groepering die zich sterk maakte voor de positie van<br />

het Nederlands in Vlaanderen en België. In 1898 werd er ter herdenking van<br />

Marnix’ 300e sterfdag nog een bronzen lauwertak op aangebracht. Vanwege de<br />

gangbare traditionele stijl is de titel “De smaak van de 19e eeuw?!” goed gekozen.<br />

Een mooie foto van Céline den Engelsman.


Unaniem<br />

juryoordeel<br />

Tot 1 oktober <strong>2010</strong> kon iedereen meedoen aan de<br />

fotowedstrijd van de SCEZ rond het thema van<br />

Open Monumentendag <strong>2010</strong>: ‘De smaak van de 19e<br />

eeuw in <strong>Zeeland</strong>’. De uitdaging was om een bijzondere,<br />

aansprekende, eigenzinnige of gewoon een heel mooi foto<br />

te maken van een monument of historisch object uit de<br />

negentiende eeuw. De jury - bestaande uit vakfotografe<br />

Mechteld Jansen, oud-wethouder Gerrit Schoenmakers en<br />

Tony Veenstra, SCEZ-sectorhoofd instandhouding - heeft<br />

uit een voorselectie van tien foto’s twee winnaars gekozen.<br />

De winnaar voor de categorie jeugd is Céline den<br />

Engelsman uit Oost-Souburg geworden; de andere winnaar<br />

is mevrouw Matty Geschiere uit Grijpskerke. Beiden<br />

hebben uit handen van Wim Scholten, directeur van de<br />

SCEZ, op 24 november hun prijs in ontvangst genomen.<br />

De twee winnaars van een cadeaubon voor een iPod.<br />

Rechts op de foto Céline den Engelsman. Mevrouw Geschiere<br />

kon niet bij de uitreiking aanwezig zijn, zij werd<br />

vertegenwoordigd door haar echtgenoot.<br />

Het juryberaad, met (v.l.n.r.) Tony Veenstra,<br />

Gerrit Schoenmakers en Mechteld Jansen.<br />

Eervolle vermelding (midden v.l.n.r.)<br />

Drie inzenders kregen van de jury een eervolle<br />

vermelding:<br />

• ‘Ku(n)stlicht’ - Niek Beeke, 48 jaar.<br />

• ‘Middelburgs contrast’ - Jelte Mense, 20 jaar.<br />

• ‘Broeksknopen van mijn overgrootvader’<br />

- Jordy Eggebeen, 11 jaar.<br />

Overige kanshebbenden (onder v.l.n.r.)<br />

• ‘Interieur van de mooie kamer van Hoeve Van der Meulen<br />

in ’s-Heer Abtskerke’ - Piet Grim, 67 jaar.<br />

• ‘Zeeuwse muziekschool in Goes’ - Mark Joosse, 11 jaar.<br />

• ‘Vismarkt of Sint-Jacobshofje aan de Sint-Domusstraat<br />

in Zierikzee’ - Jörgen Heming, 38 jaar.<br />

• ‘Middelburg’ - Jack Gravenmaker, 59 jaar.<br />

• ‘Huis aan de Seissingel in Middelburg’<br />

- Jacqueline Pruijsers, 54 jaar.<br />

<strong>Erfgoed</strong> Allerlei<br />

PUBLICATIES<br />

SCEZ kan geen aanvullende informatie<br />

verstrekken over de verkoop van verschenen<br />

publicaties.<br />

• Boeken<br />

en eenmalige uitgaven<br />

Ben van den Aarssen (red.) et al.,<br />

Grepen uit Oud-Vossemeers verleden. Jaarboek<br />

Heemkundekring Stad en Lande van Tholen,<br />

vol. 7 (Tholen: Heemkundekring Stad en Lande<br />

van Tholen, <strong>2010</strong>) 60 pag.; ill., foto’s; 978-90-<br />

808651-8-1. In dit jaarboek onder meer<br />

bijdragen over de wiellerronde van 31 augustus<br />

1948, de mensen achter de wapens op de<br />

schouw in het ambachtsherenhuis, het leven<br />

op het stoomgemaal, straatnamen in<br />

Oud-Vossemeer en de vos in het wapen<br />

van Oud-Vossemeer.<br />

Rinus Antonisse, Echt Zeeuws?! (Huizen:<br />

Contour uitgevers, <strong>2010</strong>) 64 pag.; ill., foto’s;<br />

ISBN 978-94-6132-002-5. Uitgegeven in<br />

samenwerking met de SCEZ en het Nederlands<br />

Centrum voor Volkscultuur. In dit boekje zijn -<br />

in het kader van het Jaar van de Tradities (2009)<br />

- Zeeuwse tradities in tien groepen en evenzoveel<br />

hoofdstukken ingedeeld: volkssporten,<br />

streekproducten, streekdrachten, streektaal,<br />

volkskunst, volksfeesten, jaargebruiken, spelen,<br />

religieuze tradities en fietsen.<br />

Michal Bauwens, Tussen theocratie en tolerantie.<br />

De classis Walcheren en haar invloed op religieuze<br />

coëxistentie in Walcheren en Staats-Vlaanderen.<br />

Met bijlage (1602-1630) (Gent: Michal<br />

Bauwens, <strong>2010</strong>) 162 + 183 pag.; ill., foto’s, krt.,<br />

grav., tab. In deze thesis van de Universiteit<br />

Gent gaat de auteur in op de Reformatie, de<br />

verhouding tussen kerk en staat en de omgang<br />

met dissidente religieuze groeperingen. Bevat<br />

een bibliografie en een uitgebreide bijlage in<br />

een aparte bundel.<br />

Johan D.C. Berrevoets, Schouwen-Duiveland<br />

in de jaren 1970-1990 gezien door de ogen van<br />

fotograaf Johan D.C. Berrevoets met teksten van<br />

Marijke Vael. Omslagtitel: Het juiste moment<br />

(Zierikzee: JeVanHet, 2009) 62 pag.; ill., foto’s.<br />

Fotoboek van de Schouwen-Duivelandse<br />

fotograaf Berrevoets met veel aandacht voor<br />

personen, waterstaatkundige werken, en andere<br />

historisch belangrijke evenementen die plaats<br />

hadden.<br />

Dick en Joan Blonk-van der Wijst, Zelandia<br />

comitatus. Geschiedenis en Cartobibliografie van<br />

de provincie <strong>Zeeland</strong> tot 1860 (Houten: HES &<br />

de Graaf, <strong>2010</strong>) 513 pag.; ill., foto’s, krt., grav.;<br />

ISBN 978-90-6194-240-5. Fraai gebonden<br />

standaardwerk over de cartografie van <strong>Zeeland</strong>.<br />

Na een inleidend hoofdstuk over de kartering<br />

van <strong>Zeeland</strong> in de periode 1549-1860 waarin<br />

alle kaartenmakers de revue passeren, volgt een<br />

chronologische cartobibliografie, lijst van<br />

historische kaarten en deelkaarten.<br />

Met summary, lijst van bibliotheken,<br />

beeldverantwoording, lijst van kaarttitels,<br />

literatuur en register.<br />

Barbara Van den Bossche en Rinus<br />

Willemsen, Biervliet tussen eb en overvloed<br />

(Terneuzen: Gemeente Terneuzen, <strong>2010</strong>) 238<br />

pag.; ill., foto’s, krt., tek.; ISBN 978-90-<br />

804637-4-5. Geschiedenisboek van Biervliet<br />

in dertien hoofdstukken. Hierin onder meer<br />

aandacht voor de geografische situering,<br />

Zeeuws <strong>Erfgoed</strong> 23 maart 2011/01 • ERFGOED ALLERLEI<br />

het twaalfde-eeuwse Biervliet, de ontwikkeling<br />

van de stad, stormvloeden, de Tachtigjarige<br />

Oorlog, de Staatse Tijd (1573-1794), de Franse<br />

Tijd, onderdeel van het Koninkrijk der<br />

Nederlanden en drie hoofdstukken over de<br />

laatste anderhalve eeuw. Bijlagen bevatten lijsten<br />

van onder meer pastoors, predikanten en<br />

burgemeesters. Bevat verder een kalendarium,<br />

begrippenlijst en index.<br />

Carlo Buijsrogge, Lamswaarde door de jaren<br />

heen (Lamswaarde: [s.n.], <strong>2010</strong>) 365 pag.; ill.,<br />

foto’s, krt., tab.; ISBN 978-90-9025390-2.<br />

De geschiedenis van Lamswaarde in dertien<br />

hoofdstukken over onder meer de geschiedenis<br />

van de abdij Boudelo, natuur- en oorlogsgeweld<br />

in de zestiende en zeventiende eeuw, het bestuur<br />

van het Hulsterambacht, de parochie Hulst,<br />

onderwijs, veldwachters, de Tweede Wereldoorlog,<br />

de watersnood van 1953 en overige<br />

buurtschappen. Met voorwoord, nawoord<br />

en lijst van geraadpleegde werken.<br />

Jacques Cats, De Schelde schrijft geschiedenis<br />

(Middelburg: Jacques Cats, <strong>2010</strong>) 162 pag.; ill.,<br />

foto’s; ISBN 978-90-815856-1-3. De geschiedenis<br />

van de scheepswerf verteld in korte stukjes<br />

thematische tekst van telkens twee pagina’s.<br />

Hierbij komen niet alleen gebouwen en schepen<br />

aan de orde, maar ook vliegtuigbouw, werknemers,<br />

het dopen van schepen en andere zaken.<br />

Clifford Crane Bear, Caroline van Santen<br />

en Lea Zuyderhoudt (tekst), Ivo Wennekes<br />

(foto’s), Zwartvoet indianen. De collectie Sprenger<br />

(Middelburg: Zeeuws Museum, <strong>2010</strong>) 65 pag.;<br />

ill., foto’s; ISBN 978-90-74038-21-8. De in<br />

deze publicatie opgenomen Zwartvoet citaten<br />

zijn afkomstig uit een in 2009 en <strong>2010</strong><br />

uitgevoerd film- en onderzoeksproject door de<br />

auteurs die hen de objecten uit de verzameling<br />

lieten zien. Alle afgebeelde objecten behoren<br />

tot de collectie van het Koninklijk Zeeuwsch<br />

Genootschap der Wetenschappen en werden in<br />

<strong>2010</strong> tentoongesteld in het Zeeuws Museum.<br />

Frans P.J. Doeleman, Met oog voor detail. 25<br />

jaar Middelburgs Theater (Middelburg:<br />

Middelburgs Theater, <strong>2010</strong>) 80 pag., ill., foto’s.<br />

Gaat in op de 25-jarige geschiedenis van het<br />

theater in de Zeeuwse hoofdstad dat is ontstaan<br />

uit de fusie van drie theaterverenigingen. Het<br />

boek bezit geen inhoudsopgave.<br />

Marjan Groothuis (et al.), In het licht van<br />

Walcheren. Schildersweek Domburg <strong>2010</strong><br />

(Domburg: <strong>Stichting</strong> Art & Performance, <strong>2010</strong>)<br />

96 pag.; ill., foto’s, tek.; ISBN 978-90-79875-<br />

11-5. Overzicht van de schildersweek die van<br />

7 tot en met 16 mei van <strong>2010</strong> werd gehouden<br />

in Domburg. Daarnaast komen alle 25 deelnemende<br />

kunstenaars en hun werk aan bod.<br />

De getoonde werken van de kunstenaars vormen<br />

tezamen een caleidoscopisch beeld van postimpressionistische<br />

taferelen tot modernistisch<br />

realistische schilderkunst.<br />

Ludo Haers, Bloewoste mee juun = Bloedworst<br />

met uitjes. Een culinaire biografie, een passie voor<br />

eten en drinken (Sas van Gent: Ludo Haers,<br />

<strong>2010</strong>) 120 pag.; ill., foto’s. Ludo Haers, geboren<br />

en getogen in Zeeuws-Vlaanderen, beschrijft in<br />

dit boek zijn herinneringen aan zijn prilste<br />

jeugd tot heden. Bovenal gaat dit boek echter<br />

over eten en drinken, wijnreizen, en recepten en<br />

anekdotes in het restaurant. Een bijzondere biografie<br />

waar niet de persoon maar het culinaire<br />

gedeelte de rode draad vormt.


Piet van der Have, Marijke van<br />

Hamelsveld* en Simon van der<br />

Haagen* (samenst. inventarisatie en<br />

fotografie *), De monumenten van de<br />

watersnood 1953. Omslag en titelblad<br />

vermelden tevens ‘het water, de storm,<br />

de stilte’ (Ouwerkerk:<br />

Watersnoodmuseum, <strong>2010</strong>) 310 pag.;<br />

ill., foto’s, tab., krt., tek.; ISBN 978-<br />

90-807535-2-5. Bevat een opsomming<br />

van alle monumenten voor slachtoffers,<br />

helpers maar ook monumenten<br />

geschonken uit dank van getroffenen.<br />

Alle monumenten uit <strong>Zeeland</strong>, Noord-<br />

Brabant en Zuid- en Noord-Holland<br />

staan vermeld met daarbij gegevens<br />

als lijsten van omgekomen personen,<br />

plaats, kunstenaar, details en materiaal.<br />

Met register van kunstenaars en<br />

plaatsnamen.<br />

Peter Heijkoop & Jeroen Rijpsma,<br />

De Atlantikwall op Schouwen-<br />

Duiveland. Planning en realisatie<br />

1940-1945 (Middelburg: Heijkoop<br />

en Rijpsma, <strong>2010</strong>) 240 pag.; ill., foto’s,<br />

tek., krt.; ISBN 978-90-78012-07-8.<br />

Het boek over de bouw en planning<br />

van de Duitse verdedigingsmuur op<br />

Schouwen tijdens de Tweede Wereldoorlog<br />

bevat dertien hoofdstukken over<br />

onder meer de komst van de Duitsers<br />

in 1940, de kustverdediging, het<br />

Atlantikwall bouwprogramma, het<br />

vliegveld Haamstede, commandovoering,<br />

de watervoorziening en<br />

bunkers. Verder een epiloog, literatuuren<br />

bronnenlijst, fotoverantwoording en<br />

een legenda van bunkerplattegronden.<br />

Jan Hutsebaut (red., et al.), Verstild<br />

versteend verleden. Monumenten in<br />

Knokke-Heist, Damme, Maldegem,<br />

Sint-Laureins en Sluis (S.l.: [s.n.], <strong>2010</strong>)<br />

44 pag.; ill., foto’s. Korte beschrijving<br />

van twintig bezienswaardige monumenten,<br />

voorzien van kleurrijke foto’s,<br />

gepubliceerd naar aanleiding van<br />

Open Monumentendag.<br />

Jet Idskes, Van zwartwit naar kleur.<br />

50 jaar jachtclub Veere, 1960-13<br />

februari <strong>2010</strong> (Veere: 50 jarig Jubileum<br />

Jachtclub Veere, <strong>2010</strong>) 304 pag.; ill.,<br />

foto’s, tab., tek. Het jubileum van de<br />

jachtclub was aanleiding tot een uitgave<br />

waarin alle mogelijke facetten op en<br />

rondom de jachtclub aan bod komen.<br />

Hierbij wordt een deel van de leden<br />

nader geïntroduceerd, heden en verleden<br />

van de haven en van de club<br />

besproken, het dichten van de<br />

Veersegatdam en de gevolgen, de vloot,<br />

de havenmeesters en de sociëteit van<br />

de club. Tevens is het rijk geïllustreerde<br />

boek voorzien van allerhande kaderteksten<br />

over diverse onderwerpen.<br />

Sunny J. Jansen (tekst), Jan<br />

Braamhorst (ill.), Paniek op het<br />

slagveld. De strijd van Jacoba van<br />

Beieren (Amsterdam: SWP, <strong>2010</strong>)<br />

64 pag., ill., tek., krt., ISBN 978-90-<br />

8560-541-6. Historische roman voor<br />

kinderen vanaf 10 jaar. Dit deel uit<br />

de serie ‘Historische helden’ gaat over<br />

Jacoba van Beieren (1401-1436) en<br />

haar jarenlange strijd tegen haar neef<br />

Filips de Goede, die haar graafschappen<br />

wil besturen. Het begint in 1425 met<br />

Jacoba’s ontsnapping uit het<br />

Gravensteen in Gent waar Filips haar<br />

had opgesloten en eindigt in 1434<br />

met haar huwelijk met een ridder.<br />

Het kerkje (tekst: Recht door zee, foto’s:<br />

Jan en Annelies) (Sas van Gent: Recht<br />

door zee, <strong>2010</strong>) 66 pag.; ill., foto’s.<br />

Beschrijving van de voormalige<br />

Nederlands Hervormde Kerk in Sas<br />

van Gent, die na een grondige<br />

verbouwing in gebruik is genomen<br />

als kantoor en woning. Bevat de<br />

geschiedenis van de kerk, een hoofdstuk<br />

over de besluitvorming en de<br />

verbouwing en verhalen over missers<br />

tijdens de verbouwing.<br />

Jacomien Kodde, Zeeuwse ridders<br />

[DVD] (S.l.: Art & Film Support,<br />

<strong>2010</strong>) 73 min.; kleur. Documentaire<br />

over de passie voor de traditie van het<br />

ringsteken door een inkijk in het leven<br />

van een aantal betrokkenen. We zien<br />

de schoonheid van deze populaire<br />

traditie en sport maar ook hoe deze<br />

de actualiteit van het moderne leven<br />

soms moet zien te weerstaan.<br />

Kees de Koning en Kees Droogers,<br />

Oud-Vossemeer 1962. Handboek bij<br />

de film “Oud-Vossemeer 1962” (Oud-<br />

Vossemeer: K. Droogers, <strong>2010</strong>) 94<br />

pag.; ill., foto’s, tab. Bevat een<br />

uitgewerkte tabel met alle personen<br />

die per minuut op de film uit 1962<br />

zijn te zien. Verder zijn er inleidende<br />

hoofdstukjes over het ontstaan van de<br />

film, het dorp omstreeks 1962,<br />

winkels en de school.<br />

Jan J.B. Kuipers, ‘Ik ben een stenenbikker’<br />

Peter de Jong (1920-1990),<br />

beeldhouwer (Vlissingen: Den Boer/De<br />

Ruiter, <strong>2010</strong>) 64 pag., ill., foto’s, ISBN<br />

978-90-79875-23-8. De Hagenees<br />

Peter de Jong kwam na de oorlog naar<br />

Middelburg en werkte <strong>dec</strong>ennia lang<br />

als restaurator aan het stadhuis.<br />

Daarnaast realiseerde hij tientallen<br />

bekende kunstwerken in de stad, de<br />

provincie en in Nederland, waaronder<br />

de Dijkwerkers bij de Veersegatdam en<br />

de Middelburgse bijdrage aan het<br />

Vredespark in Nagasaki. Kuipers gaat<br />

in deze biografie onder meer in op<br />

het restauratiewerk aan het stadhuis,<br />

het werk als docent, opdrachten en<br />

exposities.<br />

Marc Legendre (tek.) en René Broens<br />

(tekst), Reynaert de Vos (Amsterdam:<br />

Atlas, <strong>2010</strong>) 130 pag.; ill., tek.; ISBN<br />

978-90-450-5940-2. Realistisch<br />

getekend beeldverhaal van de Reynaert<br />

sage waarin de vos de zwaktes van zijn<br />

tegenhangers - jambische viervoeters -<br />

ruikt en uitbuit. De strip is op eigentijdse<br />

wijze weergegeven. Bevat een<br />

nawoord van de schrijver.<br />

Ben Muller, Stützpunkt Groede van<br />

artillerieopstelling in de Atlantikwall tot<br />

Groede Podium 1942-<strong>2010</strong> 2 de herz.<br />

dr. (Middelburg: Ben Muller, <strong>2010</strong>) 56<br />

pag.; ill., foto’s, krt., tek., tab.; ISBN<br />

978-90-804294-3-7. Herziene herdruk<br />

van een in 1998 uitgegeven boekje dat<br />

opnieuw is uitgegeven door de<br />

Werkgroep Militaire Historie <strong>Zeeland</strong>.<br />

Met voorwoord, inleiding en nawoord.<br />

Vertelt de geschiedenis van de verdedigingswerken<br />

van de Atlantikwall.<br />

Museumgids Terneuzen = Museum<br />

Directory Terneuzen (Terneuzen:<br />

Gemeente Terneuzen en Samenwerkende<br />

musea Terneuzen, 2009)<br />

24 p.; ill., foto’s, krt. Teksten in het<br />

Nederlands met daaronder de Engelse<br />

vertaling. Geeft een kort overzicht van<br />

alle tien musea in de gemeente<br />

Terneuzen, inclusief een kaartje van<br />

de omgeving.<br />

Harold A.E. Sarneel, Sarneel:<br />

genealogie: ’s HeerNeels, Tserneels,<br />

Serneels: over de oorsprong en de<br />

afstammeling uit het Land van Mechelen<br />

van de families Sarneel in Nederland:<br />

feiten, foto’s en verhalen (Middelburg:<br />

H.A.E. Sarneel, cop. <strong>2010</strong>) 184 pag.;<br />

ill., foto’s, tek., krt., tab.<br />

Familiegenealogie die teruggaat tot<br />

voor 1600 met aandacht voor de<br />

herkomst van de naam en de generaties<br />

Sarneel via de Zeeuws-Brabantse lijn,<br />

de Vlissingse lijn, de Maastrichtse lijn<br />

en enkele onbekende Sarneels, samengebracht<br />

in tien hoofdstukken.<br />

Ton Roos en Margje Eshuis, Os<br />

Capaixabas Holandeses. Uma história<br />

holandesa no Brasil (Barneveld:<br />

Koninklijke BDU, 2008) 160 pag.; ill.,<br />

foto’s, tab., krt., tek.; ISBN 978-90-87-<br />

88055-2. Uitgegeven ter gelegenheid<br />

van 150 jaar Nederlandse emigranten<br />

in de staat Espírito Santo in Brazilië.<br />

Portugese vertaling van: Op een dag<br />

zullen ze ons vinden. Een Zeeuwse<br />

geschiedenis in Brazilië. In vijftien<br />

hoofdstukken en drie delen wordt de<br />

emigratiegeschiedenis van Zeeuwen<br />

naar de Braziliaanse provincie Espírito<br />

Santo uit de doeken gedaan. Met vier<br />

bijlagen, bibliografie en illustratieverantwoording.<br />

Roel Rozenburg (foto’s), Groeten<br />

uit Vlissingen. Een eeuw verstreken<br />

(Den Haag: Hannaboek, 2009) 88<br />

pag.; ill., foto’s; ISBN 978-90-76915-<br />

36-4. Historisch fotoboek van<br />

Vlissingen, waarbij de aangezichten<br />

uit het verleden worden vergeleken<br />

met hetzelfde camerastandpunt nu.<br />

Paul de Schipper, De Sterke van<br />

Saeftinghe (Amsterdam/Anwerpen:<br />

Atlas, <strong>2010</strong>) 333 pag.; ill., foto’s, krt.;<br />

ISBN 978-90-450-1605-4. Dit boek is<br />

een familiekroniek met de Scheldedelta<br />

bij het Verdronken Land van<br />

Saeftinghe als natuurhistorische achtergrond.<br />

Een actueel onderwerp, want<br />

het handelt over de streek waarin de<br />

Hertogin Hedwigepolder ligt, waarover<br />

het kabinet op 9 oktober 2009 besloot<br />

deze onder water te zetten. Het boek is<br />

in drie delen opgezet: ‘Grensgevallen’,<br />

‘Het spoor van Ran’ en ‘De klokkenluider’,<br />

waarin de auteur de familie<br />

De Maayer haar verhaal laat vertellen<br />

bij monde van drie generaties in de<br />

vorm van Staf de Sterke (stroper,<br />

baggeraar en stamvader), diens zoon<br />

Ran (smokkelaar en baggeraar) en<br />

schoonzoon Richard Bleijenberg<br />

(baggeraar en later natuurgids).<br />

Kees Slager, Matty Verkamman<br />

(eindred), Watersnood (Kats:<br />

deBuitenspelers, <strong>2010</strong>) 672 pag.; ill.,<br />

foto’s, krt., tek.; ISBN 978-90-71359-<br />

13-2. Een 4,5 kg. zwaar fotoboek over<br />

alle watersnoden in het deltagebied met<br />

de nadruk op de watersnood van 1953.<br />

Uitgegeven in samenwerking met het<br />

Watersnoodmuseum in Ouwerkerk.<br />

Bevat veel nog niet eerder bekende of<br />

gepubliceerde kleurenfoto’s van onder<br />

meer Rykel ten Kate. Na een korte<br />

Zeeuws <strong>Erfgoed</strong> 24 maart 2011/01 • ERFGOED ALLERLEI<br />

inleiding volgen enkele overzichten van<br />

verdronken dorpen en stormvloeden,<br />

waarna de kern van het boek aan bod<br />

komt. De overstroomde regio’s van<br />

1953 zijn in dertien gebieden onderverdeeld<br />

waarbij alle steden en dorpen<br />

afzonderlijk worden besproken en van<br />

foto’s voorzien. Daarnaast zijn er<br />

thematische hoofdstukken over bijvoorbeeld<br />

de evacuatie, hulpverlening,<br />

media, slachtoffers, dijkherstel etc. Als<br />

laatste zijn enkele moderne hoofdstukken<br />

toegevoegd over onder andere het<br />

Deltaplan en het Watersnoodmuseum.<br />

Bevat een namenregister, colofon,<br />

verantwoording en intekenlijst.<br />

Ria Sponselee-van Geertruij, Arie en<br />

George Sponselee, De geschiedenis van<br />

de parochie Stoppeldijk. Uitgebracht bij<br />

gelegenheid van het 150-jarig bestaan<br />

van de parochiekerk (Stoppeldijk:<br />

Personele Unie van de parochies<br />

Boschkapelle, Hengstdijk en<br />

Stoppeldijk, <strong>2010</strong>) 160 pag.; ill., foto’s,<br />

krt., tek.; ISBN 978-90-816108-1-0.<br />

Bevat grotendeels de tekst van het<br />

boekje van G.J.G. Bongenaar dat de<br />

kerkelijke geschiedenis tot 1959 vertelt.<br />

De huidige auteurs nemen de laatste<br />

vijftig jaar voor hun rekening. Met lijst<br />

van geraadpleegde bronnen.<br />

Wilma Valk, Reggie Corijn en Frans<br />

Meijaard, Over Bresjes. Een greep uit<br />

historie en heden van een bruisend dorp<br />

(Breskens: <strong>Stichting</strong> Op Bresjes, <strong>2010</strong>)<br />

ISBN 978-90-816042-1-5. Bevat geen<br />

inhoudsopgave of indeling. In het boek<br />

worden markante personages<br />

besproken, bedrijven, belangrijke<br />

historische gebeurtenissen in heden en<br />

verleden, verenigingsleven, anekdotes,<br />

de veerdienst, visserij et cetera. Met<br />

tijdtafel, personenregister, lijst van<br />

gebruikte bronnen.<br />

C.J.P. van Westreenen, Persoonlijke<br />

notitie aangaande het bombardement<br />

van Middelburg (Laren: Van<br />

Westreenen, 2009) 10, 7 blz.; ill.,<br />

luchtfoto’s, krt. Korte persoonlijke<br />

analyse over de Duitse opmars in<br />

<strong>Zeeland</strong> en de gebeurtenissen in<br />

Middelburg rond de meidagen van<br />

1940. Met literatuurlijst.<br />

• Tijdschriften<br />

<strong>Zeeland</strong> 19/3 (<strong>2010</strong>) 81-119. Het<br />

tijdschrift bevat ditmaal diverse<br />

onderwerpen, zoals een artikel over<br />

de aanschaf van de tazza van de familie<br />

Courten door Katie Heyning, een<br />

bijdrage over standshuwelijken op het<br />

platteland van de Zeeuwse eilanden<br />

tussen 1835 en 1921 van Jan Zwemer,<br />

een geografische schets over Hendrick<br />

Thibaut (1604-1667) door R.H.M.<br />

van Immerseel en een artikeltje over<br />

het Leidens ontzet door de Zeeuwse<br />

vloot (1574) door Doeke Roos.<br />

Archief. Mededelingen van het<br />

Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der<br />

Wetenschappen (2009) 222 pag.;<br />

ISSN0166-594X. Deze jaargang bevat<br />

een zestal iets kleinere artikelen dan<br />

gebruikelijk: Sjoerd Faber, ‘De zaak van<br />

de Zeeuwse meisjes (1870-1970) en de<br />

grenzen van het strafrecht’, Jeanine<br />

Dekker, ‘Florentinus Marinus Wibaut:<br />

een kosmopoliet in Middelburg’, Jan<br />

Zwemer, ‘Floor Wibaut in het politieke<br />

krachtenveld van zijn (Middelburgse)


tijd en omgeving, Johan de Koning,<br />

‘Volkshuisvesting onder invloed van<br />

Wibaut’, Huib Zuidervaart, ‘Het in<br />

1658 opgerichte theatrum anatomicum<br />

te Middelburg’ en Lo van Driel,<br />

‘Zelfportret in brieven’, over de<br />

correspondentie van D.A. Poldermans<br />

met P.J. Meertens.<br />

Jan de Kort en Jan Lockefeer,<br />

‘Cornelius Jansenius van Hulst 1510-<br />

1576, Theoloog en Pastor, Bisschop<br />

van Gent’, in: Jaarboek Oudheidkundige<br />

Kring ‘De Vier Ambachten’ (2009-<br />

<strong>2010</strong>).<br />

Cornelius Jansenius van Hulst was<br />

hoogleraar theologie in Leuven en<br />

eerste besschop van Gent. Hij was een<br />

medespeler in de strijd tussen<br />

reformatie en contrareformatie. Bevat<br />

zes hoofdstukken over Jansenius in zijn<br />

samenleving, bestuur in Hulst, familie<br />

en contact met de stad Hulst, pastoor<br />

en prelaat in de Reformatietijd, carrière<br />

en de geestelijke nalatenschap.<br />

Met bibliografie, bronnenlijst, register<br />

op persoons- en plaatsnamen, illustratieverantwoording<br />

en kaarten.<br />

Zeeuws Tijdschrift 60/ 5/6 (<strong>2010</strong>) 1-82.<br />

Dit nummer staat in zijn geheel in het<br />

teken van de Zeeuwse illuminator,<br />

kaartenmaker, tekenaar en boekhandelaar<br />

Cornelius Markée (1710-1769).<br />

Uit de collectie van het Koninklijk<br />

Instituut voor Taal-, Land- en<br />

Volkenkunde zijn vele fraaie<br />

achttiende-eeuwse tekeningen van<br />

zijn hand weergegeven die ons planten,<br />

vruchten, insecten, rupsen en vlinders<br />

tonen. Alle in kleur.<br />

• Heem-<br />

en oudheidkundige bladen<br />

Schouwen-Duiveland<br />

In Stad en Lande, Historische bijdragen<br />

en mededelingen van de Vereniging Stad<br />

en Lande van Schouwen-Duiveland<br />

(november <strong>2010</strong>), vertelt R. van<br />

Langeraad KAzn. ons over de rooie<br />

rakker uit Dreischor: Krijn Adriaan<br />

van Langeraad (1837-1919). Onder<br />

het pseudoniem Opmerker of K. van<br />

Schouwen publiceerde hij kritische<br />

artikelen over het landbouwbeleid in<br />

Nederland en over het marxisme in<br />

de wereldpolitiek. Tot zijn overlijden<br />

in 1943 behield hij een ongebroken<br />

vertrouwen in de komst van een<br />

socialistische wereldorde.<br />

W. Schackman schrijft over de mensen<br />

van Schouwen-Duiveland die vanaf<br />

1818 naar de landbouwkoloniën<br />

Frederiksoord, Willemsoord en<br />

Wilhelminaoord trokken. Zij zochten<br />

daar een nieuw bestaan. Ondanks een<br />

streng regiem bleven verschillende<br />

mensen de koloniën trouw: je had er<br />

de zekerheid van werk, de gezondheidszorg<br />

was goed en er was zelfs leerplicht,<br />

wat in de rest van Nederland nog niet<br />

bestond.<br />

Over de lotgevallen van het standbeeld<br />

van Jacob Cats in Brouwershaven<br />

verschaft H. Uil ons bijzonderheden.<br />

Voorafgaand lezen we uitgebreid over<br />

de levensloop en het werk van de<br />

zeventiende-eeuwse dichter en<br />

staatsman.<br />

F. Westra schrijft over een aantal<br />

gedenkstenen en gedenkplaten in<br />

Noordwelle en Viane en B. Bijkerk<br />

licht ons in over de geschiedenis van<br />

de beplanting van de dorpskom in<br />

Burgh.<br />

Sint-Philipsland<br />

In de Cronicke van den lande van<br />

Philippuslandt, uitgave van de<br />

heemkundekring Philippuslandt<br />

(<strong>dec</strong>ember <strong>2010</strong>) geeft de voorzitter<br />

van het bestuur, F. Vleghels, een<br />

overzicht van de stand van zaken<br />

betreffende de weegbrug aan de<br />

Oostdijk bij de haven. De gemeente<br />

Tholen wil de brug graag overnemen<br />

van de huidige eigenaar. Het is een<br />

stuk cultureel erfgoed, belangrijk om<br />

te bewaren en te restaureren, waarvoor<br />

de heemkundekring zich graag wil<br />

inzetten.<br />

In het volgende artikel wordt het<br />

bezoek van Koning Willem III aan<br />

Anna Jacobapolder op 29 mei 1862<br />

verhaald. Daarna wordt het hele<br />

nummer gevuld met ‘…..dat er bij<br />

Pieter een stamhouder geboren zou<br />

worden’, verteld door J. Kempeneers.<br />

Het gaat over bewoners van het eiland<br />

en hun familie op de buureilanden en<br />

op de vaste wal van Brabant.<br />

Walcheren<br />

Den Spiegel, orgaan van de Vereniging<br />

Vrienden van het mu<strong>ZE</strong>Eum en het<br />

Gemeentearchief Vlissingen (2011, 1),<br />

opent met een artikel met de opruiende<br />

titel ‘Slaat ze dood, de sterrendragers!’<br />

door J. Braat. Het gaat over onlusten<br />

onder militairen aan het eind van de<br />

Eerste Wereldoorlog in Vlissingen en<br />

Souburg. Een wonder kan het<br />

uitbreken van ongeregeldheden niet<br />

genoemd worden: de militairen waren<br />

al vier jaar op hun post om de vijand<br />

op te wachten, en ze waren de<br />

omstandigheden beu. Het intrekken<br />

van de verloven en voedselschaarste<br />

deden rellen uitbreken in Amersfoort,<br />

Den Bosch, Harskamp, Utrecht,<br />

Hellevoetsluis en op Walcheren.<br />

J. Simons vervolgt met ‘Van<br />

Koudekerkse Speelhof tot Vlissingse<br />

Scoutingboerderij’. Naar aanleiding<br />

van het 100-jarig bestaan van Scouting<br />

Nederland beschrijft hij de geschiedenis<br />

van de voormalige buitenplaats en<br />

boerenwoning Mon Repos, die door<br />

vier scoutinggroepen uit Vlissingen als<br />

thuisbasis gebruikt wordt. Van de<br />

eerste eigenaar van de speelhof Maerten<br />

Simons in 1648, komen we via<br />

volgende eigenaren uit bij de familie<br />

Van Vlaanderen, die in 1805 Mon<br />

Repos in handen kreeg. De Van<br />

Vlaanderens bleven eigenaar tot 1973,<br />

daarna kocht de gemeente het bezit,<br />

en verhuurde het in 1976 aan de<br />

plaatselijke scouting.<br />

In het artikel van P. van Druenen,<br />

‘Mailboten en treinen in Vlissingen’<br />

lezen we hoe de komst van dammen<br />

en spoorlijnen ervoor zorgde dat<br />

Vlissingen de belangrijkste posthaven<br />

van West-Europa werd.<br />

In Arneklanken, het kwartaalblad van<br />

de historische vereniging Arnemuiden<br />

(<strong>dec</strong>ember <strong>2010</strong>) vertelt G. de Nooijer<br />

over het zware werk dat drie<br />

Arnemuidse dames moeten verzetten<br />

om de liefhebbers van zeekraal tevreden<br />

te stellen.<br />

P.J. Feij beschrijft wat Koning Lodewijk<br />

Napoleon voor Nederland heeft gedaan<br />

tijdens zijn regeerperiode (1806-1810).<br />

De koning blijkt een sociaal bewogen<br />

mens te zijn die probeerde maatregelen<br />

te nemen die nijverheid en landbouw<br />

nieuwe impulsen zouden geven.<br />

Tijdens zijn regeerperiode is men<br />

begonnen te vaccineren tegen pokken,<br />

het onderwijs te verbeteren en hij wilde<br />

een betere organisatie van armenzorg.<br />

De vissers uit Arnemuiden werd het<br />

echter niet gemakkelijk gemaakt om<br />

hun beroep lucratief uit te oefenen<br />

door de strenge maatregelen die<br />

communicatie met ‘vijanden van<br />

het Rijk verboden’.<br />

B. Janson geeft bijzonderheden over<br />

drie kostbare gouden munten,<br />

gevonden bij opgravingen aan de<br />

Clasinastraat, en L. van Belzen leert<br />

ons de spelregels van ‘Pot en bure’,<br />

een oud gezelschapsspel.<br />

J. Adriaanse vertelt over de jaren 1888,<br />

1889 en 1890 in Arnemuiden, toen het<br />

er op economisch gebied niet zo slecht<br />

uitzag. Op kerkelijk terrein was het een<br />

nogal rumoerige periode. Ook<br />

bewerkte deze auteur een artikel dat<br />

geleverd werd door P. Baaijens over de<br />

middenstand in Arnemuiden in 1938;<br />

het eerste deel ervan vindt u in dit<br />

nummer.<br />

J. Simons Siereveld weet alles over<br />

Suzanna, de vrouw van Daniël<br />

Radermacher, de eigenaar van het<br />

schorgebied dat na inpoldering de<br />

Suzannapolder werd. De aanleg van<br />

een dam en een spoorlijn, oorlogsgeweld<br />

en stormvloeden hebben invloed<br />

gehad op dit gebied, dat doorsneden<br />

wordt door de A58 en de spoorlijn.<br />

Natuurlijk vervolgt A. Verouden zijn<br />

‘kerkenraadsnotulen’, deze keer over de<br />

jaren 1606-1609 en G. van de Ketterij<br />

laat zien hoeveel er uit een opschrift op<br />

een grafzerk uit de oude kruiskerk valt<br />

af te leiden.<br />

In een bijlage bij Arneklanken geeft<br />

L. van Belzen de ‘Bewoners<br />

Arnemuiden 1830’, een vervolg op zijn<br />

onderzoeken uit voorgaande jaren, die<br />

in de jaren 2001-2007 in het tijdschrift<br />

verschenen.<br />

Het Polderhuis Blad, informatieblad<br />

over Westkapelle (<strong>dec</strong>ember <strong>2010</strong>), is<br />

voornamelijk gevuld met huishoudelijke<br />

zaken. Er wordt hard gewerkt<br />

door de vrijwilligers van <strong>Stichting</strong><br />

VerBEELDing Charley Toorop om<br />

een beeld van deze schilderes in<br />

Westkapelle te krijgen, en een verslag<br />

over de stand van zaken vinden we in<br />

dit nummer.<br />

In januari is een nieuwe tentoonstelling<br />

ingericht met de titel ‘Stilstaande bij<br />

de Beweging’. De schilderijen zijn<br />

gemaakt door Rob Meijer, kunstenaar<br />

en vader van een bevlogen vrijwilligster<br />

van het Polderhuis, vormgeefster Ingrid<br />

Meijer, die in 2007 veel te jong is<br />

overleden.<br />

In de koffiekamer van het Polderhuis<br />

is een grote verzameling kranten aanwezig,<br />

nog steeds aangevuld door<br />

schenkingen van particulieren. Er zijn<br />

158 Zeeuwse kranten en 161 landelijke<br />

bladen, Duitse en Engelse kranten,<br />

verzetsbladen en NSB-materiaal.<br />

De Bevelanden<br />

In De Spuije, het tijdschrift van de<br />

Heemkundige Kring de Bevelanden<br />

en de Vereniging Vrienden van het<br />

Historisch Museum De Bevelanden<br />

(winter <strong>2010</strong>), gaat J. de Ruiter van<br />

start met ‘Bevelandse weesjongens voor<br />

Zeeuws <strong>Erfgoed</strong> 25 maart 2011/01 • ERFGOED ALLERLEI<br />

Napoleon’. Het Franse leger had<br />

voortdurend gebrek aan manschappen<br />

en uit de vazalstaten zoals Holland<br />

werden weesjongens naar militaire<br />

scholen gestuurd. Na de inlijving<br />

bij Frankrijk vormden ze een apart<br />

regiment dat een opleiding kreeg in<br />

Versailles. De Ruiter heeft uitgezocht<br />

welke jongens uit <strong>Zeeland</strong> naar<br />

Frankrijk werden gestuurd en hoe<br />

het hen daar verging.<br />

A.Willeboordse leverde het artikel<br />

‘Wes vrouwe schelt, sal den steen<br />

dragen’ (deel 1). Uit zijn stuk blijkt<br />

dat er in de vijftiende eeuw een groot<br />

verschil bestond tussen mannen en<br />

vrouwen, en ook in de straffen die<br />

opgelegd werden. De auteur brengt<br />

ons op de hoogte van veel gekrakeel en<br />

andere narigheid in Reimerswaal en<br />

de straffen die daarvoor werden uitgesproken.<br />

Een van de voorkomende<br />

schandstraffen, speciaal voor vrouwen,<br />

was het ‘steendragen’, waarover tot in<br />

de achttiende eeuw veel rechtsteksten<br />

zijn bewaard gebleven. Twee van die<br />

teksten, opgetekend in twee<br />

verordeningen uit Reimerswaal, zijn in<br />

juridische studies niet genoemd. In een<br />

volgend nummer van het tijdschrift<br />

zullen we meer lezen over hoe ruziezaken<br />

concreet werden aangepakt door<br />

de bestuurders en wat de oorsprong en<br />

historische achtergrond was van het<br />

‘steendragen’.<br />

Het Historisch Museum, dat 150 jaar<br />

bestaat, krijgt de nodige aandacht in<br />

dit nummer. Er is een prachtige<br />

tentoonstelling ingericht met bekende<br />

en minder bekende stukken uit de<br />

immense verzameling. Daar meer<br />

dan de helft van de bezoekers van het<br />

museum van buiten <strong>Zeeland</strong> komt, is<br />

het ook als toeristische attractie zeer de<br />

moeite waard en betekent het een ramp<br />

als het voortbestaan van dit mooie<br />

museum in gevaar is.<br />

Zeeuws-Vlaanderen<br />

In de Nieuwsbrief van de<br />

Heemkundige Vereniging Terneuzen<br />

(<strong>dec</strong>ember <strong>2010</strong>) begint R. Willemsen<br />

met een verhaal over ’t Hoog Huis -<br />

‘t ‘Ôôguus - in de Helenapolder onder<br />

Biervliet. Hij schrijft over de gebouwen<br />

en de bewoners. Op een kaart van<br />

1692 staat het Hoog Huis aangegeven<br />

als eigendom van Zacharias Paspoort.<br />

De auteur volgt de opeenvolgende<br />

bewoners tot op heden, nu het gebouw<br />

bewoond wordt door de familie<br />

Goossens.<br />

Een volgend artikel is van H. Sakkers:<br />

‘Koude oorlog in Oost-Zeeuws-<br />

Vlaanderen’. Het gaat over de betonnen<br />

palen van de Mijnen Uitkijk Dienst en<br />

de luchtwachttorens in Oost-Zeeuws-<br />

Vlaanderen. Van beide is de huidige<br />

conditie verre van rooskleurig, maar in<br />

elk geval is er in Zeeuws-Vlaanderen<br />

nog een illustratief beeld van te krijgen,<br />

iets wat ergens anders niet meer<br />

mogelijk is.<br />

In Zaamslag zijn weer overblijfselen<br />

aangetroffen van de commanderij van<br />

de Tempeliers laat J. van Houdt ons<br />

weten. J. de Zeeuw brengt verslag uit<br />

over het jaarlijkse uitstapje van de<br />

leden van de vereniging naar het<br />

Watersnoodmuseum.<br />

J.A. Oostdijk en S.J.P. Oostdijk-de<br />

Kraker beginnen met een genealogisch<br />

verslag over de familie van onderwijzer<br />

meester Gerard Versloot. Daarna wordt


zijn reilen en zeilen als schoolmeester<br />

verhaald. F. Inniger biedt ons een lijst<br />

met autochtone namen uit het Land<br />

van Axel en hun oorspronkelijke<br />

herkomst.<br />

De Oudheidkundige Kring De Vier<br />

Ambachten stuurde het Jaarboek 2009-<br />

<strong>2010</strong> met de titel Cornelius Jansenius<br />

van Hulst 1510-1576. Theoloog en<br />

Pastor Bisschop van Gent. Cornelius<br />

was een kernfiguur in de zuidelijke<br />

Nederlanden van die tijd.<br />

Zijn dagelijkse zorg ging uit naar<br />

slachtoffers van de pest en de<br />

armoedige levensomstandigheden van<br />

velen. Hij was ervan overtuigd dat de<br />

Bijbelse benadering van het geloof aan<br />

christenen de basis gaf om niet op te<br />

geven in die onrustige tijden.<br />

Tegenover de Calvinisten was hij een<br />

bekwame gesprekspartner, maar ook<br />

belangrijk was zijn duidelijkheid<br />

tegenover de katholieken.<br />

Hij verafschuwde afwijkingen als<br />

visioenen, bijgeloof en waarzeggerij.<br />

Verschillende auteurs schrijven over de<br />

veranderende samenleving in zijn tijd,<br />

de geschiedenis van de familie in Hulst<br />

en het reilen en zeilen van bestuurders:<br />

schepenen, notabelen en landsheren.<br />

Ook wordt een uitgebreide biografie<br />

van Cornelius Jansenius van Hulst<br />

gegeven.<br />

Kerken in krimpscenario<br />

Tijdschrift, het Bulletin van de<br />

Heemkundige Kring West-Zeeuws-<br />

Vlaanderen (<strong>2010</strong>, 4), bevat een<br />

‘In memoriam Willy Wintein’, oudbestuurslid<br />

van de Heemkundige kring,<br />

aan wie nog heel lang met dankbaarheid<br />

gedacht zal worden (auteur<br />

A. Bauwens), gevolgd door de laatste<br />

bijdrage van Wintein aan het<br />

Tijdschrift : ‘Nieuwe inzichten over<br />

het ontstaan van het landschap in<br />

de Zwinstreek’.<br />

Na een wat sombere dag voor Nout<br />

Eikenhout op de fiets volgt een verhaal<br />

‘Over een schoenmaker te Schoondijke<br />

in de eerste helft van de twintigste<br />

eeuw’ van I.H.J. Poissonnier.<br />

‘Van vet zand en vruchtbare jonge<br />

zeeklei: de Austerlitzpolder van<br />

generaal Vandamme’ is van de hand<br />

van M. de Groote. Zij beschrijft de<br />

herkomst van de naam, de bedijkingsgeschiedenis<br />

en de eigenaren, pachters<br />

en bestuurders van de polder.<br />

A.R. Bauwens levert ‘Naar Nunspeet<br />

eind <strong>dec</strong>ember 1914. Over Belgische<br />

vluchtelingen en het speciaal voor hen<br />

gebouwde kamp’. Na de historische<br />

gebeurtenissen geeft de auteur een<br />

rapportage die hij in het archief van<br />

J.N. Pattist vond, dat bewaard wordt<br />

in het Zeeuws Archief. Het verslag is<br />

geschreven door het toenmalige hoofd<br />

van de lagere school te Eede, C.C.<br />

Op donderdag 17 maart 2011 houdt de Vereniging van Beheerders<br />

van Monumentale Kerkgebouwen in Nederland (VBMK) een<br />

regiobijeenkomst, bedoeld voor kerkbeheerders en belangstellenden<br />

uit <strong>Zeeland</strong>. De VBMK heeft de bijeenkomst georganiseerd in<br />

samenwerking met het Platform Historische Kerken <strong>Zeeland</strong>,<br />

de Protestantse Gemeente Middelburg en de SCEZ. Plaats van<br />

samenkomst is de Oostkerk te Middelburg.<br />

Sinds het Jaar van het Religieus <strong>Erfgoed</strong> in 2008 wordt er veel nagedacht<br />

over de toekomst van monumentale kerkgebouwen. In <strong>Zeeland</strong> heeft het<br />

Platform Historische Kerken de discussie hierover aangezwengeld en<br />

afstemming gerealiseerd met en tussen de kerkelijke en de burgerlijke<br />

overheid. In de provinciale en gemeentelijke bijeenkomsten van het<br />

platform wordt informatie uitgewisseld en worden ervaringen gedeeld<br />

op het terrein van instandhouding, nevengebruik en herbestemming.<br />

Een van de pijlers van de nieuwe Modernisering Monumentenzorg is<br />

herbestemming. De Provincie <strong>Zeeland</strong> draagt bij aan een landelijke pilot<br />

‘Behoud en Herbestemming Religieus <strong>Erfgoed</strong>’, die voorziet in scans van<br />

historisch kerkgebouwen op behoudsmogelijkheden. In de laatste bijeenkomst<br />

van het platform, op 4 november vorig jaar in de monumentale<br />

katholieke kerk in Philippine, is daarover informatie gegeven.<br />

Het vraagstuk hoe monumentale kerkgebouwen in een situatie van<br />

krimp (afnemende middelen, afnemend aantal lidmaten en parochianen)<br />

te behouden, staat centraal in de regiobijeenkomst van 17 maart.<br />

De Protestantse Gemeente te Middelburg heeft een plan van aanpak<br />

voor reorganisatie en wil dat graag met de Oostkerk als voorbeeld voor<br />

het voetlicht brengen. Aansluitend zal ook zo’n plan van aanpak<br />

gepresenteerd worden vanuit de Rooms-katholieke Kerk. De VBMK<br />

zal een beeld schetsen van de landelijke situatie en tevens ingaan op wat<br />

de organisatie voor de kerkbeheerders kan betekenen.<br />

De bijeenkomst start om 13.30 uur en wordt om 17.00 uur afgesloten.<br />

Aan deelname zijn geen kosten verbonden. Aanmelden kan via<br />

vbmk@erfgoedhuis-zh.nl. Verdere informatie is te vinden op de<br />

www.vbmk.nl.<br />

Nagel, en gaat over de reis met 103<br />

Belgische vluchtelingen van Oostburg<br />

naar ’t vluchtelingenkamp te Nunspeet.<br />

Van de <strong>Stichting</strong> Heemkundige Kring<br />

Sas van Gent is de Kroniek <strong>2010</strong><br />

verschenen. Zoals altijd een goed<br />

gevuld jaarboek met verslagen over<br />

de financiën, excursies, mutaties<br />

enzovoort.<br />

G. Vogelvanger leverde een verslag<br />

over een reis naar Polen in 1925.<br />

M. Erpelink doet uit de doeken<br />

waaraan de Tiendstraat en de<br />

Leepstraat hun naam danken, en<br />

hij geeft ook de geschiedenis van<br />

‘Royal Axminster. De Tapijtfabriek in<br />

Sas van Gent’.<br />

J.G.M. van Hecke interviewde Jeanette<br />

de Roos over het ontstaan van de<br />

huidige zaak Tonijn Bloemwerken.<br />

In een ander artikel beschrijft hij hoe<br />

een glas-in-loodraam als industrieel<br />

erfgoed werd veiliggesteld. Dit raam<br />

bevindt zich nu in het Industrieel<br />

Museum te Sas van Gent.<br />

In het jaarboek is veel fotomateriaal te<br />

bewonderen: foto’s van de glasplaten<br />

die door de heer Neeteson geschonken<br />

zijn, foto’s van de Walzenmolen, de<br />

meelfabriek van Sas van Gent, van de<br />

winter <strong>2010</strong> en van ‘wat er ging en<br />

kwam in 2009-<strong>2010</strong>’.<br />

De Heemkundige Kring heeft ook een<br />

Zeeuws <strong>Erfgoed</strong> 26 maart 2011/01 • ERFGOED ALLERLEI<br />

schrift uitgegeven, met verhalen en<br />

liedjes van Eugenie Sophie van den<br />

Abeele. Zij schonk het schrift aan de<br />

heer F. Puylaert, waarna J. Vinke en<br />

A. Korst zorgden voor de vormgeving<br />

en het met medewerking van de<br />

Heemkundige Kring Sas van Gent kon<br />

worden uitgegeven.<br />

Bij de Omslag Collage van eerder<br />

verschenen afleveringen<br />

van Zeeuws<br />

<strong>Erfgoed</strong> vanaf jaargang<br />

2 (zie achterpagina<br />

linksboven)<br />

tot en met jaargang<br />

9. In dit kader de<br />

eerste 3 nummers.<br />

De Oostkerk is in 1648-1667 speciaal voor de protestantse eredienst gebouwd,<br />

naar een ontwerp van Bartholomeus Drijfhout en Arend van<br />

’s-Gravesande. De koepel met lantaarn en de rijke verziering met<br />

classicistische stijlelementen zijn karakteristiek voor dit fraaie monument.<br />

Op de regiobijeenkomst van 17 maart gaat het over het behoud van<br />

monumentale kerkgebouwen, waaronder ook de Oostkerk.


Colofon<br />

Zeeuws <strong>Erfgoed</strong> is een uitgave van <strong>Stichting</strong> <strong>Cultureel</strong> <strong>Erfgoed</strong> <strong>Zeeland</strong><br />

en verschijnt vier keer per jaar. Deze nieuwsbrief informeert over<br />

archeologie, cultuurhistorie, erfgoededucatie, monumenten,<br />

musea en streektalen in <strong>Zeeland</strong>. Zeeuws <strong>Erfgoed</strong> wordt mede mogelijk<br />

gemaakt door de Provincie <strong>Zeeland</strong>.<br />

Abonnementen en adreswijzigingen alleen schriftelijk<br />

via postbus 49 o.v.v. Zeeuws <strong>Erfgoed</strong>.<br />

redactie Marinus van Dintel, Aad de Klerk, Jan Kuipers,<br />

Veronique De Tier, Tony Veenstra en Janneke de Wit<br />

eindredactie Saskia Buitenkamp, Aad de Klerk en Jan Kuipers<br />

foto’s <strong>Stichting</strong> <strong>Cultureel</strong> <strong>Erfgoed</strong> <strong>Zeeland</strong>, tenzij anders vermeld.<br />

De SCEZ streeft er met de uiterste zorgvuldigheid naar om<br />

voorafgaand aan het moment van publicatie contact op te nemen<br />

met de rechthebbenden.<br />

De SCEZ kan op geen enkele wijze aansprakelijk worden gesteld voor<br />

beeldmateriaal, door derden aangeleverd, waarop auteursrecht berust.<br />

opmaak <strong>dec</strong>reet, Ramon de Nennie, Middelburg<br />

druk Verhage & Zoon, Middelburg<br />

contact <strong>Stichting</strong> <strong>Cultureel</strong> <strong>Erfgoed</strong> <strong>Zeeland</strong><br />

Postbus 49 4330 AA Middelburg<br />

Bezoekadres locatie De Burg, Groenmarkt 13<br />

T 0118-670870 | F 0118-670880 | E info@scez.nl<br />

www.scez.nl<br />

Zeeuws <strong>Erfgoed</strong><br />

jaargang 10 nr. 1 • maart 2011<br />

Meegezonden<br />

- Zeeuws Archief Nieuws nr. 49<br />

Zeeuws <strong>Erfgoed</strong> 27 <strong>dec</strong>ember <strong>2010</strong>/04 • COLOFON | KORTELINGS<br />

Aan dit nummer droegen bij<br />

• ARCHEOLOGIE Guus Besuijen (Hazenberg Archeologie),<br />

Robert van Dierendonck, Leida Goldschmitz-Wielinga (AWN),<br />

Henk Hendrikse, Hans Jongepier, Jan Kuipers, Bernard Meijlink<br />

(WAD) en Bram Silkens (WAD)<br />

• CULTUURHISTORIE Aad de Klerk<br />

• ERFGOEDEDUCATIE Josien Pootjes<br />

• MONUMENTEN Marinus van Dintel, Hans van Houte (SBKGZ),<br />

Wim Jakobsen, Tony Veenstra en Jan van Zon<br />

• MUSEA Leo Adriaanse, Hesther van den Donk en Janneke de Wit<br />

• STREEKTALEN Veronique De Tier<br />

• ALLERLEI Johan Francke en Truus Trimpe Burger-Mekking<br />

Aanlevering van kopij<br />

Voor het volgende nummer en/of reacties op deze nieuwsbrief bij<br />

voorkeur digitaal tot 18 april 2011, zeeuwserfgoed@scez.nl of<br />

via postbus 49, 4330 AA Middelburg o.v.v. kopij Zeeuws <strong>Erfgoed</strong>.<br />

KORTelings in dienst<br />

Aukje-Tjitske Dieleman-Hovinga,<br />

projectmedewerker registratie<br />

In Het Schuitvlot, tegenover het bureau van de depotbeheerder,<br />

zit Aukje-Tjitske Dieleman-Hovinga (26 jaar), sinds <strong>2010</strong> projectmedewerker<br />

registratie binnen het project ‘Probleemloos Toegankelijk’.<br />

Ze helpt met het verwerken van de registratieachterstanden in het<br />

Provinciaal Archeologisch Depot (PAD) en het Zeeuws Archeologisch<br />

Archief (ZAA).<br />

Hiervoor werkte Aukje-Tjitske bijna anderhalf jaar lang als laborante<br />

voor pollenanalyse en als manusje van alles (onder andere assistent<br />

dendrochronologisch onderzoek) bij het Vlaams Instituut voor het<br />

Onroerend <strong>Erfgoed</strong> (VIOE) in Brussel, een behoorlijk eind bij<br />

Leiden vandaan, waar ze destijds archeologie studeerde.<br />

In 2008 startte ze Semper Scribo Tekst- en Redactiebureau op en werd<br />

zo tekstschrijfster, naast haar andere baan als archeologe.


MOnuMENTaal<br />

(foto’s Ramon de Nennie)

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!