06.09.2013 Views

Detector Magazine 70 - De Detector Amateur

Detector Magazine 70 - De Detector Amateur

Detector Magazine 70 - De Detector Amateur

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

<strong><strong>De</strong>tector</strong> magazine<br />

VERENIGINGSBLAD VAN ‘DE DETECTOR AMATEUR’<br />

<strong>70</strong><br />

september 2003


2<br />

Inhoud<br />

<strong>70</strong><br />

S E P T E M B E R 2 0 0 3<br />

PAGINA 30-33<br />

• Van het bestuur 2<br />

• Van onze correspondent 5<br />

• Munten met een verhaal 6<br />

• Zoekdag Oene 8<br />

• Vondstberichten 10<br />

• Wie kent hem niet?! 16<br />

• Munitie (II) 24<br />

• Stille levens beleven 28<br />

• Zegelstempels en zegelringen 30<br />

• Vondst van het jaar 35<br />

• Test “Schatten & Scherven” 40<br />

• Vraagbaak 42<br />

<strong><strong>De</strong>tector</strong> magazine is het verenigingsblad van<br />

‘<strong>De</strong> <strong><strong>De</strong>tector</strong> <strong>Amateur</strong>’ en verschijnt 6 keer per jaar.<br />

Sluitingsdatum kopij en advertenties: 1 oktober<br />

Redactie<br />

C.B. Leenheer (hoofdredacteur), N. Leenheer,<br />

J. Koning, W. Kuypers, W. van den Brandhof,<br />

M. Hoffmann<br />

Adviseurs en medewerkers redactie:<br />

J. Zijlstra, H.J.E. van Beuningen, M.A. Holtman, A. Jager<br />

Redactieadres<br />

<strong>De</strong> <strong><strong>De</strong>tector</strong> <strong>Amateur</strong>, Hanebalken 153,<br />

9205 CL Drachten, Fax (0512) 54 51 17,<br />

e-mail: redactie@detectoramateur.nl<br />

Advertenties<br />

Tarieven op aanvraag bij de redactie. Het bestuur<br />

behoudt zich het recht voor advertenties zonder<br />

opgave van redenen te weigeren.<br />

Vormgeving en layout<br />

Grafisch buro Creatype, Drachten<br />

Druk:<br />

<strong>De</strong> Marne, Leens<br />

ISSN: 1386-5935<br />

© Copyright: Niets uit deze uitgave mag worden verveelvuldigd en/of openbaar<br />

gemaakt door middel van druk, fotografie, microfilm of op welke wijze<br />

dan ook, zonder voorafgaande, schriftelijke toestemming van de redactie.<br />

Van het Bestuur<br />

Voorwoord <strong>70</strong><br />

Wat een vakantieweer hebben we deze zomer weer<br />

gehad. Niet allen konden we lekker bruin worden als we<br />

dat wilden maar het is ook nog eens de reden dat de<br />

oogst al dan niet gedwongen door de droogte eerder<br />

werd/wordt binnen gehaald.<br />

Eind mei bracht ik samen met Kees Leenheer een bezoek<br />

aan de provincaal archeoloog van Overijssel, mevrouw<br />

Suzanne Wentink. Zij zit niet in het provinciehuis maar bij Het<br />

Oversticht. Het adres is: Het Oversticht, Aan de Stadsmuur 79-83,<br />

Zwolle. Het gesprek dat heel construktief verliep had plaats in een<br />

ongedwongen sfeer. Een van haar brandende vragen was waarom ze<br />

zo weinig meldingen binnen kreeg. Wij weten echter dat veel meldingen<br />

gedaan worden bij de vele stadsarcheologen die deze provincie kent.<br />

Ook hier bleek weer dat ze het alleen moet doen, maar ze nodigt toch<br />

iedereen die denkt dat hij iets te melden heeft uit om langs te komen.<br />

Natuurlijk eerst even bellen of mailen voor een afspraak, dan weet je<br />

zeker dat je niet voor de bekende dichte deur staat.<br />

In de zomervakantie bracht ik een bezoek aan prof. J. Butler (Bronstijd),<br />

op de universiteit van Groningen. Hoewel ik privé een afspraak<br />

had voor een eigen vondst, vermoedelijk bronstijdknoop, was hij<br />

helemaal verrukt over een bronzen vlakbijl van een type dat hij nog<br />

niet eerder had gezien. <strong>De</strong>ze vondst komt uit Limburg en kwam ik<br />

tegen bij een lid toen ik daar in de buurt op vakantie was. Wanneer de<br />

bijl door prof. Butler is beschreven, zullen we hier zeker een publicatie<br />

aan wijden. Zelf kreeg ik prof. Michael Erdrich, universiteit van<br />

Nijmegen thuis op bezoek om mijn vondsten van/in de Betuwe eens<br />

door te nemen. Hierbij kwamen interessant dateringen aan het licht.<br />

Kapotte fibulae bleken niet gewoon gebroken te zijn maar waren als<br />

schroot bedoeld om het te hergebruiken. Natuurlijk spraken wij ook<br />

over de DDA en wat we voor elkaar zouden kunnen betekenen. We<br />

houden contact en binnen niet te lange tijd kun je hier meer<br />

over horen of lezen.<br />

Ons nieuwe bestuurslid Hans Elsevier Stokmans heeft op maandag 14<br />

juli 2003 voor het NOS Radio 1 Journaal een gesprek gevoerd met de<br />

Huishoudelijk reglement<br />

■ Vraag altijd toestemming tot zoeken aan de<br />

landeigenaar of beheerder van de grond.<br />

■ Legitimeer je met je lidmaatschapskaart<br />

(ledenpas).<br />

■ Wees voor onze vereniging ‘de <strong><strong>De</strong>tector</strong><br />

<strong>Amateur</strong>’ een detectorambassadeur.<br />

■ Laat munitie liggen; indien nodig de plaats<br />

markeren en de politie waarschuwen.<br />

■ Zoek nooit op archeologische terreinen,<br />

tenzij je toestemming hebt verkregen van<br />

de bevoegde instanties om mee te helpen<br />

bij een archeologische opgraving.<br />

■ Neem zoveel mogelijk het metalen afval,<br />

zoals lood en koper mee. <strong>De</strong>nk om het<br />

milieu.<br />

■ Maak alle gaten weer netjes dicht en wel<br />

zo, dat er geen schade zichtbaar is<br />

(bijvoorbeeld aan een eventuele grasmat).<br />

■ Vondsten, waarvan men redelijkerwijs kan<br />

aannemen of vermoeden dat deze van<br />

wetenschappelijke cultuurhistorische<br />

waarde zijn, moeten binnen drie dagen<br />

gemeld worden bij de burgemeester van de<br />

plaats waartoe het gebied behoort.<br />

■ Bovengenoemde vondsten moeten eveneens<br />

worden aangemeld bij de desbetreffende<br />

archeologische instanties, zoals de<br />

provinciaal archeologen en het KPK.<br />

■ Het ’s nachts zoeken zonder toestemming<br />

van de landeigenaar is verboden. Iemand<br />

die ’s nachts zoekt is verdacht bezig.


wethouder van Gouda en de stadsarcheoloog in een serie over APV.<br />

Het interview zal begin augustus worden uitgezonden. Houd onze site<br />

in de gaten.<br />

<strong>De</strong> zoekdag in Limburg kon helaas niet doorgaan omdat men daar<br />

vergeten was eerst de boer te vragen of die wel toestemming zou geven<br />

voor het gebruik van zijn land. Sneu voor de jongens uit Groningen<br />

die weer per kerende post terug konden naar huis.<br />

Al enige tijd is de heer B. van der Veen, het centrale punt voor ons en<br />

onze leden, bij het Koninklijk Penningkabinet te Leiden, ziek thuis.<br />

Wij wensen hem een spoedig herstel toe zodat hij binnen niet te lange<br />

tijd zijn plaats weer in kan nemen.<br />

Johan Koning<br />

<strong><strong>De</strong>tector</strong> magazine nr. <strong>70</strong> is weer bij u in de brievenbus gevallen. Ik<br />

kan me goed voorstellen dat u er eens lekker voor gaat zitten om het<br />

magazine te lezen. Voor mijzelf is het magazine als het verschijnt<br />

uiteraard oude koek en dat is wel eens jammer. Alle artikelen heb je<br />

van te voren al gelezen, herschreven, gecorrigeerd enz. Wouter van<br />

den Brandhof, één van de redactieleden, vond dat er nu maar eens<br />

een interview van de hoofdredacteur in moest verschijnen en dat ik<br />

het pas mocht lezen als het gedrukt was. Wouter kwam een hele dag<br />

op bezoek, en tijdens het interview heb ik hem van alles verteld over<br />

de ruim 20 jaar dat ik zoek. Tijdens de opmaak van het magazine<br />

werd de inhoud van het interview angstvallig geheim gehouden, ik<br />

mocht alleen de foto’s aanleveren. Dus als het magazine door de<br />

drukker word bezorgd is het ook voor mij gedeeltelijk nieuw.<br />

Waarschijnlijk heeft u als het magazine verschijnt er al wat zoekuurtjes<br />

opzitten. Het zoekseizoen is dit jaar door de droge zomer wel<br />

heel vroeg begonnen. Wat minder leuk is dat veel boeren na het<br />

oogsten de grond gelijk weer bemesten en ploegen. Maar ik hoop dat<br />

het voor een ieder weer een goed zoekseizoen word. Vindt u iets wat<br />

archeologisch interessant is, dan is het een goede zaak dat u dat<br />

meldt bij de archeologische instanties. Het aanmeldingsformulier<br />

en de adressen vindt u ook op onze internetsite: www.detectoramateur.nl<br />

Kees Leenheer<br />

Metaaldetectieverbod in Gouda<br />

Waarschijnlijk heeft u ook in de krant of op internet gelezen dat de<br />

gemeente Gouda met onmiddellijke ingang een verbod heeft ingesteld<br />

op onderzoek met een metaaldetector in historische gebieden.<br />

<strong>De</strong> DDA heeft onmiddellijk gereageerd d.m.v. interviews in de krant<br />

en op de radio (debat met de wethouder van Gouda) en het verzenden<br />

van perspublicaties naar de plaatselijke pers. We hopen z.s.m.<br />

met de gemeente Gouda om tafel te gaan om de APV te bespreken.<br />

Wordt vervolgd.<br />

Lidmaatschap 3<br />

Het lidmaatschap van deze vereniging loopt altijd per kalenderjaar en wordt<br />

zonder opzegging altijd stilzwijgend verlengd met een jaar. <strong>De</strong>genen die in<br />

de loop van het jaar toetreden, ontvangen alle reeds eerder verschenen nummers<br />

van het lopende jaar. Opzegging dient uiterlijk op 1 augustus schriftelijk binnen<br />

te zijn. Per januari 2002 bedraagt de contributie € 26,—.<br />

Prijs steunleden € 8,— en buitenlandse leden € 33,—.<br />

Postbank 1675000 t.n.v. <strong>De</strong> <strong><strong>De</strong>tector</strong> <strong>Amateur</strong>, Leeuwarden<br />

Belangrijke adressen<br />

Veel brieven, vragen enz. komen<br />

nogal eens bij de verkeerde personen<br />

van de vereniging terecht. Vandaar<br />

dat we de adressen weer eens op een<br />

rijtje zetten. Wilt u zoveel mogelijk<br />

schrijven/mailen in plaats van<br />

bellen?!!<br />

Ledenadministratie<br />

Opgave van leden, adreswijzigingen,<br />

vragen over de contributie bij:<br />

W. Woudstra, Melkemastate 16,<br />

8925 AP Leeuwarden.<br />

w.woudstra@detectoramateur.nl<br />

Vragen<br />

Vragen over de vereniging kunt u<br />

kwijt bij onze secretaris:<br />

D. Smilde,<br />

Pr. Bernhardweg 31,<br />

8453 XC Oranjewoud,<br />

tel. (0513) 631978.<br />

d.smilde@detectoramateur.nl<br />

Bestuursleden<br />

Voorzitter<br />

J. Koning<br />

Roodborststraat 20<br />

8916 AG Leeuwarden<br />

Tel. / fax (058) 2165573<br />

j.koning@detectoramateur.nl<br />

Vice-voorzitter & hoofdredacteur<br />

C.B. Leenheer<br />

Hanebalken 153<br />

9205 CL Drachten<br />

Tel (0512) 545377 (na 18.00 uur)<br />

Fax (0512) 545117<br />

redactie@detectoramateur.nl<br />

Bestuurslid<br />

H. Elsevier Stokmans<br />

Mesdaglaan 14<br />

3451 JH Vleuten<br />

Tel. (030) 67<strong>70</strong>524<br />

Bestuurslid/2e secretaris<br />

J. Huls<br />

Groenendael 201<br />

8271 EL IJsselmuiden<br />

Tel. (038) 3311681<br />

j.huls@detectoramateur.nl<br />

Activiteitencommissie<br />

Voor vragen, suggesties enz. over<br />

zoekdagen, determinatiedagen<br />

kunt u terecht bij: G. Lukassen,<br />

Meerpaal 218, 9732 AM Groningen,<br />

Tel. (050) 5413396.<br />

zoekdag@detectoramateur.nl<br />

Advertenties, Opgravertjes,<br />

Occasions, Kopij<br />

Opgave uitsluitend schriftelijk aan:<br />

C.B. Leenheer, Hanebalken 153,<br />

9205 CL Drachten.<br />

Fax (0512) 545117.<br />

redactie@detectoramateur.nl<br />

Vraagbaak<br />

Voor determinatie van door u<br />

gevonden voorwerpen dient u een<br />

foto of duidelijke zwart-wit<br />

tekening op te sturen naar:<br />

J. Koning, Roodborststraat 20<br />

8916 AG Leeuwarden<br />

vraagbaak@detectoramateur.nl<br />

Bestuurslid<br />

J. Bosma<br />

Drachtster Heawei 19a<br />

9213 VE <strong>De</strong> Wilgen<br />

Tel./fax nog niet bekend<br />

j.bosma@detectoramateur.nl<br />

Secretaris<br />

D. Smilde<br />

Pr. Bernhardweg 31<br />

8453 XC Oranjewoud<br />

Tel. (0513) 631978<br />

Fax (0513) 632927<br />

d.smilde@detectoramateur.nl<br />

Penningmeester & ledenadministratie<br />

W. Woudstra<br />

Melkemastate 16<br />

8925 AP Leeuwarden<br />

Tel. (058) 2661818<br />

w.woudstra@detectoramateur.nl<br />

Internet:<br />

www.detectoramateur.nl


Van onze correspondent<br />

TENTOONSTELLING “GEBRUIKT EN GEBROKEN”<br />

In het Archeologisch Centrum C.W. Bruinvis aan de Oudegracht<br />

245 in Alkmaar staan tot het einde van het jaar de<br />

scherven van gebruikt “servies” centraal bij de tentoonstelling<br />

“Gebruikt en Gebroken”. Aan de hand van vondsten uit beerputten<br />

wordt hier een beknopt overzicht gegeven van de<br />

geschiedenis en archeologie van Alkmaar. Voor nadere informatie:<br />

(072) 5154115.<br />

UNIEKE ROMEINSE SANDAAL OPGEDOKEN UIT DE MAAS<br />

<strong>De</strong> afgelopen jaren hebben leden van “Mergor in Mosam”, een<br />

stichting uit Cuijck die zich bezighoudt met onderwaterarcheologie,<br />

regelmatig Romeinse vondsten en gebruiksvoorwerpen<br />

uit de Maas opgedoken. Eén van de meest opzienbarende<br />

vondsten betreft een Romeinse sandaal uit het begin van de<br />

vierde eeuw die in nagenoeg perfecte staat verkeert. In geheel<br />

Europa is niet zo’n uniek exemplaar bekend. <strong>De</strong> sandaal is<br />

opgedoken van een plek waarvan is bekend dat de Romeinen<br />

er hun afval dumpten. Omdat de meeste onderwatervondsten<br />

zijn gedaan in dikke kleilagen zijn ze over het algemeen goed<br />

geconserveerd gebleven.<br />

HOUTEN BATAAFSE GRAFKAMER ONTDEKT IN NIJMEGEN<br />

In het uitbreidingsgebied van Nijmegen, de VINEX-locatie de<br />

Waalsprong, zullen de komende jaren vele duizenden woningen<br />

uit de grond gestampt worden. <strong>De</strong> onverwachte rijkdom<br />

van het archeologisch bodemarchief in dit gebied blijft verbazingwekkend<br />

en tot de verbeelding spreken. <strong>De</strong> ontdekking van<br />

een houten grafkamer van 1,5 bij 1,5 meter op een perceel van<br />

12 bij 12 meter, die deel uitmaakt van een Bataafs grafveld is<br />

zo’n opmerkelijke vondst. Het vermoeden bestaat dat er ook<br />

nog een bescheiden grafheuvel heeft gelegen. <strong>De</strong> grafkamer is<br />

slechts te herkennen door de verkleuringen in de grond. In het<br />

vertrek zelf zijn onder meer een tweetal flesjes voor reukwater<br />

of badolie aangetroffen. Alle voorwerpen die zijn gevonden in<br />

het grafveld zijn van Romeinse origine. Met name een spiegeltje,<br />

een kralensnoer en een bronzen kaarsenstandaard sprin-<br />

INGEZONDEN<br />

In het <strong><strong>De</strong>tector</strong> <strong>Magazine</strong> van maar<br />

2003 stond een artikeltje over gevonden<br />

vogelringen, en het verzoek deze niet n<br />

de rommelbak te deponeren, maar om<br />

hiervan een terugmelding te doen.<br />

Hierbij werd het adres en telefoonnummer<br />

vermeld van dhr. Jaap de Vries te<br />

Zwaagwesteinde.<br />

Ik vind zelf ook regelmatig vogelringen<br />

en meld deze altijd aan via het internet.<br />

Als het een ring van een post- of sier-<br />

duif betreft kun je via http://www.<br />

npo.nl het telefoonnummer opsporen<br />

van de eigenaar van de duif. <strong>De</strong>ze kun je<br />

dan opbellen en doorgeven waar je de<br />

ring gevonden hebt. <strong>De</strong> eigenaar is hier<br />

vaak erg blij mee.<br />

Mocht het een geringde wilde vogel<br />

betreffen dan kun je via het Vogeltrekstation<br />

in Arnhem (htttp://www.vogeltrekstation.nl)<br />

de ring on-line aanmelden.<br />

Het leuke is dat je na een aantal<br />

gen in het oog als zijnde uitzonderlijke vondsten voor het<br />

Bataafse gebied. <strong>De</strong> nauwe contacten tussen de Bataven en de<br />

Romeinen worden hierdoor weer eens onderstreept. Er blijkt<br />

dus een levendige handel te zijn geweest en de Bataven hoefden<br />

slechts de rivier de Waal over te steken om aan allerlei<br />

Romeinse voorwerpen te komen.<br />

ARCHEOLOGISCH ONDERZOEK HERSCHRIJFT<br />

GESCHIEDENIS ARNHEM<br />

Gelderse hoofdstad al sinds de IJzertijd bewoond. Op dit<br />

moment vinden er volop archeologische opgravingen plaats in<br />

het centrum van Arnhem. In het Musiskwartier zijn de nodige<br />

bijzondere ontdekkingen gedaan die een nieuw licht doen<br />

schijnen op de ontstaansgeschiedenis van de hoofdstad van<br />

Gelderland. Een tiental archeologen is dagelijks druk in de<br />

weer in het gebied dat is gelegen tussen de Roggestraat,<br />

Beekstraat, Nieuwstad en de Walstraat. Vanaf een verhoogd<br />

plateau, die is te bereiken via de Beekstraat, zijn de opgravingen<br />

van dichtbij te bekijken. Daarnaast organiseert de gemeente<br />

Arnhem rondleidingen over de opgravingen. In het Historisch<br />

Museum aan de Bovenbeekstraat 21 is een aantal<br />

archeologische vondsten te bezichtigen. Met name de vondsten<br />

aan de kant van de Walstraat spreken tot de verbeelding.<br />

Hier hebben de archeologen sporen aan het licht gebracht uit<br />

de IJzertijd en Romeinse tijd. Dit is heel bijzonder want tot nu<br />

toe werd aangenomen dat Arnhem pas werd bewoond vanaf<br />

de negende eeuw, hetgeen blijkt uit schriftelijke bronnen. <strong>De</strong><br />

oudste bewoningssporen die ooit zijn gevonden in Arnhem<br />

dateren uit de tiende eeuw. Verder zijn in het onderzoeksgebied<br />

veel funderingsresten en scherfmateriaal ontdekt uit de<br />

late Middeleeuwen. Een leuke vondst is de ontdekking van een<br />

oventje uit de achttiende eeuw om glas in te smelten. Ook zijn<br />

er de nodige beerputten gevonden met vele restanten aan<br />

huisraad als kopjes en schoteltjes. Een prachtige metaalvondst<br />

betreft een klein loden Mariabeeld met kind.<br />

weken dan informatie thuis gestuurd<br />

krijgt over wat voor vogel het was en<br />

wanneer en waar hij geringd is.<br />

Vriendelijk groeten,<br />

J.T. Griffioen<br />

Oldeholtpade<br />

5 5


6<br />

Munten met een verhaal<br />

Vondstmelding Johan Koning<br />

Afgelopen jaar werden door mij in de Betuwe de volgende twee<br />

zilveren Romeinse munten gevonden. Tijdens het determineren<br />

op de laatste zoekdag bleek er iets met één van de munten aan de<br />

hand te zijn. Ze werden voor mij door Rob Reijnen als volgt<br />

gedetermineerd:<br />

Om met de dubbelslag te beginnen:<br />

Het gaat hier om een z.g. "legioensdenarius". Op de voorzijde is<br />

een naar rechts varend oorlogsschip met riemen te zien, oftewel<br />

een galei. Daarboven staat van links naar rechts: ANT AVG, wat<br />

staat voor Antonius Augur; onder het schip staat: III . VIR. R.P.C.,<br />

hetgeen betekent TriumVIR Rei Publicae Constituendae.<br />

Het gaat hier dus om Marcus Antonius die behoorde tot de augures,<br />

een belangrijk priestercollege te Rome, dat zich met voorspellingen<br />

bezighield, zieners dus eigenlijk. Daarnaast was hij ook lid<br />

van het driemanschap (tres- of triumvir) dat zich bezighield met de<br />

reorganisatie (constituenda) van de staat (rei publicae, oftewel de<br />

zaak van de staat of het volk; denk aan republiek). <strong>De</strong> andere twee<br />

tresviri waren Octavianus, later keizer Augustus, en Lepidus.<br />

Dit driemanschap hield zich bezig met de reorganisatie van de<br />

Romeinse republiek, totdat in eind jaren ’30 voor Christus de<br />

heren strijd met elkaar kregen. Antonius vluchtte naar het oosten<br />

om zich daar voor te bereiden op oorlog met Octavianus (Lepidus<br />

heeft maar kort een rol gespeeld). Voor de soldaten van zijn<br />

legioenen en oorlogsschepen heeft hij deze munten laten slaan om<br />

de mensen soldij te geven en ze zo aan hem te binden.<br />

Welke troepen er in die tijd waren, kunnen we op de keerzijde van<br />

dit type munt zien. Daar staat een legioensadelaar tussen twee<br />

andere veldtekens afgebeeld. Links staat meestal LEG, afkorting<br />

voor Legioen, en rechts het Romeinse cijfer behorende bij die<br />

afdeling (1 uitzondering: C(o)HORTIVM PRAETORIARVM i.p.v.<br />

legioensaanduiding). Op de munt van jou staat duidelijk LEG- IV,<br />

het 4e legioen Het bijzondere van deze munt is dat het keerzijdestempel<br />

2x op het muntplaatje geslagen is: zowel de legioensadelaar,<br />

als het rechtervaandel, als het cijfer IV zijn duidelijk twee keer<br />

te zien. Vermoedelijk is het muntplaatje bij het slaan een keer in<br />

de voorzijde-stempel vast blijven zitten, waardoor het bij opnieuw<br />

slaan nog een keer in de keerzijde-stempel terecht is<br />

gekomen.Voor de volledigheid volgt hier nog het handboeknr. van<br />

deze munt: Crawford 544/17. Volgens Crawford is de munt ergens<br />

in het oosten geslagen te midden van de troepen die met Marcus<br />

Antonius onderweg waren. Een vaste muntplaats wordt voor dit<br />

soort munten niet aangenomen. <strong>De</strong> munt is vervaardigd in het jaar<br />

32 of 31 v. Chr., in ieder geval vóór 2 september 31 v. Chr., toen<br />

Antonius door Octavianus bij Actium in de pan gehakt werd. Het<br />

is opvallend dat dit soort munten bij ons nog voorkomen in schatvondsten<br />

uit de 3e eeuw na Chr.<br />

<strong>De</strong> 2e munt is een quinarius, of halve denarius, van Octavianus,<br />

uit de tijd kort voordat deze keizer Augustus werd (de denarius<br />

was toen 10 assen - decem asses - waard, de quinarius 5 assen,<br />

quinque asses). Op de voorzijde is de kop van Octavianus naar<br />

rechts te zien, zonder enige krans of hoofddeksel. Achter de kop<br />

valt nog te lezen ESAR van CAESAR, voor de kop hoort te staan:<br />

IMP VII. <strong>De</strong> naam ‘Caesar’ heeft hij overgenomen van Julius<br />

Caesar, IMP VII staat voor 7e keer overwinnaar als opperveldheer<br />

van de troepen.<br />

Op de keerzijde staat wat hij als overwinnaar veroverd heeft,<br />

namelijk ASIA. Gezien de houding van de munt zoals je die<br />

afgebeeld hebt, heb je dat gelezen. Echter, het woord Asia staat<br />

niet boven een afbeelding, maar rechts daarvan, en wel zodanig dat<br />

je het met de klok mee moet lezen. Om de keerzijde goed te<br />

houden moet je afbeelding dan ook een kwart naar beneden<br />

omdraaien.<br />

Wat je dan te zien krijgt is een kist, de z.g. "cista mystica" met<br />

daarop Victoria met krans en palm. Die twee slingers aan weerszijden<br />

daarvan zijn slangen. Voor de duidelijkheid heb ik een tekening<br />

van deze munt meegeleverd. <strong>De</strong> cista mystica is een symbool<br />

van de cultus van Dionyses, die vooral in het oosten vereerd werd.<br />

Hier symboliseert het min of meer Azië als oostelijke provincie<br />

van het rijk. Links van de afbeelding had RECEPTA moeten staan,<br />

maar dat is niet op het muntplaatje terecht gekomen. ASIA -<br />

RECEPTA betekent de terugveroverde provincie Azië, waar Marcus<br />

Antonius tot dan toe overheerser was geweest. <strong>De</strong>ze herovering


van Azië was het gevolg van de overwinning van Octavianus in<br />

Actium in 31 v. Chr. <strong>De</strong>ze munt wordt dan ook gedateerd kort<br />

daarna, ca. 29 -26 v. Chr. Volgens recente gegevens zou hij geslagen<br />

zijn in Brundisium, het tegenwoordige Brindisi in Italië, waar<br />

toen Octavianus' scheepshoofdkwartieren gelegerd zouden zijn<br />

geweest. Dit type munt lijkt vooral in het westen van het rijk als<br />

propagandamiddel gebruikt te zijn, gezien de vrij grote aantallen<br />

die hier gevonden zijn. Het handboeknr. van deze munt is: RIC I<br />

(herziene versie), Augustus nr. 276 (voor de volledigheid: = BMC<br />

I, nrs. 647/649).<br />

Beide munten zijn in vrij grote aantallen geslagen, als een soort<br />

propagandamiddel voor de grote rivalen die om de belangrijkste<br />

functie in het Romeinse rijk streden. Eerst laat Marcus Antonius<br />

zien hoeveel troepen aan zijn kant stonden, later laat Octavianus,<br />

oftewel keizer Augustus, zien dat hij als overwinnaar uit de strijd<br />

was gekomen door Azië terug te veroveren op zijn directe tegenstander.<br />

Zo laten deze twee muntjes duidelijk zien wat er aan belangrijke<br />

gebeurtenissen plaatsvond aan het begin van het Romeinse keizerrijk<br />

en in die zin horen ze een beetje bij elkaar.<br />

Overigens, de quinarius van Augustus lijkt vooral in het westen<br />

van het rijk als propagandamiddel gebruikt te zijn, gezien de vrij<br />

grote aantallen die hier gevonden zijn. Vermoedelijk heeft hij daar<br />

aan de nieuwe onderdanen van het rijk duidelijk gemaakt dat hij<br />

de grote "baas" was.<br />

Rob Reijnen


8<br />

Oene Zoekdag 1 november<br />

In Oene hebben we de beschikking<br />

over een aantal behoorlijk grote<br />

akkers. Tijdens de zoekdag zijn er<br />

prijspenningen verstopt, waarmee<br />

leuke mooie en grote prijzen zijn te<br />

winnen. Veel zoekers komen niet<br />

alleen voor de wedstrijd maar ook<br />

voor de gezelligheid. Onder het<br />

genot van een bakje koffie of een<br />

pilsje kunt u gegevens uitwisselen<br />

met andere zoekers, vondsten<br />

Oene, dorp tussen de<br />

IJssel en Veluwse bossen<br />

Oene is een oud dorpje en ligt ongeveer in<br />

het middelpunt van de driehoek Apeldoorn –<br />

<strong>De</strong>venter – Zwolle. <strong>De</strong> Noord Veluwe, het<br />

gebied waarin Oene ligt is historisch heel<br />

interessant. Er liggen grafheuvels, celtic fields<br />

en eeuwenoude wegen. Oene is een plaatsje<br />

met een oude geschiedenis en heeft een<br />

kerkje uit de 12e eeuw. In de Middeleeuwen<br />

lagen er al akkers rond het dorp. <strong>De</strong>ze akkers<br />

werden eeuwenlang bemest met de mest uit<br />

de stallen en het huishoudafval. Mooie vondsten<br />

kunnen we natuurlijk niet garanderen<br />

maar de kans op interessante vondsten is<br />

natuurlijk groot.<br />

laten determineren, meedoen met<br />

de vondst van de dag, en nog veel<br />

meer. <strong>De</strong> DDA-zoekdag is een<br />

activiteit voor het hele gezin. Mede<br />

daarom zal er ook deze keer weer<br />

een jeugdwedstrijd (t/m 12 jaar)<br />

georganiseerd worden.<br />

<strong>De</strong> zoekdag is ook altijd een ideale<br />

gelegenheid om de nieuwste<br />

modellen detectors te bekijken. <strong>De</strong><br />

importeurs laten u graag het e.e.a.<br />

zien. Natuurlijk kunt u hier ook<br />

allerhande boeken, schepjes,<br />

hoezen, schotels en andere accessoires<br />

kopen.<br />

<strong>De</strong>terminatieteam<br />

Een determinatieteam is aanwezig<br />

om uw vondsten te bekijken. Van<br />

de vondsten kunnen foto’s worden<br />

gemaakt voor het magazine. Onder<br />

voorbehoud zijn aanwezig:<br />

dhr. Holtman sr. en jr. (gewichten),<br />

dhr. dr. E. Kramer (aardewerk,<br />

vuursteen, keramiek),<br />

dhr. J. Zijlstra (alles tot 1900),<br />

dhr. R. Reijnen (Romeins materiaal<br />

met de nadruk op munten),<br />

dhr. A. Van Herwijnen (Middeleeuwse<br />

munten),<br />

dhr. J. Heimgartner (Keltische<br />

munten en voorwerpen).<br />

(<strong>De</strong> vereniging is niet verantwoordelijk<br />

voor eventuele beschadigingen<br />

van voorwerpen tijdens determinatie<br />

of fotografie.)<br />

<strong>De</strong>elname zoekwedstrijden<br />

Prijs: leden en DDA-steunleden<br />

€ 8 p.p. Niet leden € 16. Opgave<br />

als nieuw lid is natuurlijk mogelijk<br />

(betaling lidmaatschap op de<br />

zoekdag). Bezoekers die alleen<br />

voor determinatie, of uit belangstelling<br />

komen, zijn van harte<br />

wekom.<br />

DDA-verenigingstafel<br />

<strong>De</strong> DDA-tafel is natuurlijk ook<br />

weer op de zoekdag te vinden.<br />

U kunt daar terecht voor de<br />

aanschaf van diverse oude magazines<br />

en andere verenigingsuitgaven.<br />

Ook deze keer hanteren wij weer<br />

speciale zoekdag-tarieven.<br />

Enkele van deze speciale tarieven<br />

zijn:<br />

- <strong>Magazine</strong>s 7 t/m 36 € 0,50<br />

- <strong>Magazine</strong>s 37 t/m 66 € 2,50<br />

(eenmalige aanbieding)<br />

- Gehele jaargangen of per zes<br />

nummers, vanaf magazine 36<br />

€ 16,- (Sommige nummers zijn<br />

helaas uitverkocht)<br />

- Verzamelbanden om uw magazines<br />

in te bewaren € 8,-.<br />

- Het boekje 4000 jaar metaal in<br />

Nederland € 5,-.<br />

- DDA-bodywarmers € 30,-.<br />

Programma<br />

9.00 uur Zaal open<br />

10.30 uur Opening door de<br />

voorzitter<br />

10.45 uur Vertrek naar het<br />

zoekveld<br />

11.00-12.30 1e zoekwedstrijd<br />

12.30-12.50 Jeugdwedstrijd<br />

12.30-13.45 Pauze<br />

13.45 uur Vertrek naar<br />

zoekveld<br />

14.00-15.30 2e zoekwedstrijd<br />

16.00 uur Prijsuitreiking,<br />

verloting<br />

Locatie:<br />

Café restaurant ‘Dorpszicht’,<br />

Dorpsstraat 10, 8167 NL Oene.<br />

Oene is bereikbaar via de A50<br />

afslag 27 (Epe), dan borden Oene<br />

volgen.<br />

Mocht de zoekdag op het laatste<br />

moment door onvoorziene<br />

omstandigheden niet doorgaan,<br />

dan wordt dit op onze internetsite,<br />

www.detectoramateur.nl vermeld.


Registratie<br />

Sommige streken bezitten rijke Middeleeuwse<br />

archiefbestanden. Het noorden van Nederland<br />

behoort daar niet bij; het is wat betreft de periodes<br />

voor ± 1500 bronnenarm, d.w.z. er zijn relatief weinig<br />

betrouwbare schriftelijke overleveringen. Elk stukje<br />

informatie is dan ook meer dan welkom. Geregeld<br />

worden Middeleeuwse zegelstempels gedetecteerd<br />

die dergelijke informatie bevatten. Het gaat dan bijv.<br />

om kloosterabten, dorpspastoors, kooplieden of<br />

bestuurders. In 1995 werd een begin gemaakt met<br />

een corpus d.w.z. een registratie van alle bekende<br />

middeleeuwse in Friesland gevonden zegelstempels<br />

(de Vrije Fries LXXV (1995), blz. 37-59).<br />

Het leek een goed idee om deze registratie en publicatie voort te zetten<br />

en enigszins te veralgemeniseren. Gezien de speciale gerichtheid op<br />

metaaldetectie is ons magazine daarvoor bij uitstek geschikt. Ik stel mij<br />

voor d.m.v. een korte geformaliseerde standaardbeschrijving de komende<br />

tijd één en ander in ons blad op te nemen. Daarbij wordt dan doorgaans<br />

niet het stempel zelf maar een afdruk in plasticine (op ware grootte)<br />

afgebeeld. We beginnen de reeks met een bij Menaldum gevonden stuk<br />

van een dorpspastoor uit het Friese Welsrijp.<br />

Vindplaats: Menaldum, Menaldumadeel<br />

Vorm en materiaal: spitsovaal; oog ontbreekt; brons<br />

Collectie/data: Jan Zijlstra<br />

Randschrift: S(IGILLUM) POPTETI . POPTA . IN .<br />

WELRIP<br />

= zegel van Popte (poppe) Popta in<br />

Welsrijp (bij Franeker)<br />

Voorstelling: pelikaan op nest met jongen<br />

(christelijk liefdessymbool)<br />

Datering: 13/14e eeuw<br />

Literatuur: ------<br />

Middeleeuwse<br />

zegelstempels<br />

(Ware grootte)<br />

Opmerkingen:<br />

Waarschijnlijk was Popta een<br />

pastoor die in Welsrijp stond maar<br />

niet uit dat dorp afkomstig was:<br />

dan had er ‘de’ (van) moeten<br />

staan. Het patronaatsrecht van<br />

Welsrijp (het recht om de pastoor<br />

te benoemen) is waarschijnlijk in<br />

de 13e eeuw aan klooster Lidlum<br />

gekomen en Popte was dan ook<br />

wellicht een kanunnik van dat<br />

klooster. Hij wordt echter in de<br />

Vitae van Sibrandus niet<br />

genoemd. In de (schaarse) bronnen<br />

komt de geslachtsnaam Popta<br />

vanaf de 13e eeuw voor.<br />

Jan Zijlstra<br />

9


10<br />

Vondstberichten<br />

Het begrip bracteaat (lat. bractea = dun blik) stamt uit<br />

de numismatiek en met dit woord wordt een middeleeuwse<br />

munt aangeduid die eenzijdig is geslagen uit<br />

dun metaalblik. <strong>De</strong> uitdrukking is later overgegaan op<br />

oudere Vroeg-Middeleeuwse ronde muntachtige<br />

sieraden zoals bracteaatfibulae en bracteaathangers<br />

die in dezelfde “persbliktechniek” zijn vervaardigd.<br />

In beginsel bestaat er afgezien van de draagwijze<br />

geen onderscheid tussen fibulae en hangers. In de<br />

praktijk worden ze echter doorgaans apart behandeld.<br />

Dit artikel gaat over een bracteaathanger met bijzondere<br />

aspecten.<br />

In Nederland zijn nergens zoveel<br />

vroegmiddeleeuwse goudvondsten<br />

gedaan als in de terpen van Noordelijk<br />

Westergo. Ook binnen het<br />

terpengebied waar de vondstomstandigheden<br />

in beginsel gelijk zijn<br />

neemt deze regio een bijzondere<br />

plaats in. <strong>De</strong> bekendste (schat)vondsten<br />

zijn die van Wieuwerd, Dronrijp<br />

en Midlum. Het absolute topstuk is<br />

echter de “koningsfibula” van<br />

Wijnaldum.<br />

In het gebied zijn dus veel zogeheten<br />

prestigegoederen gevonden evenals<br />

relatief zeer veel luxe importceramiek.<br />

Het vermoeden bestaat dan<br />

ook dat in Noordelijk Westergo<br />

topelite met interregionale contacten<br />

woonde. Wellicht lag daar de bakermat<br />

van het Friese koninkrijk waarvan<br />

de ‘capital city” overigens naar<br />

men aanneemt in of bij Utrecht lag.<br />

“Chieftains” reisden in die tijd vaak<br />

heen en weer tussen hun diverse<br />

versterkte nederzettingen. <strong>De</strong> opgravingen<br />

in Wijnaldum (1991-1993)<br />

hebben aangetoond dat zich hier<br />

waarschijnlijk een machtscentrum<br />

bevond, inclusief het atelier van een<br />

goudsmid, die mogelijk onder<br />

koninklijke patronage werkte.<br />

Rond 1995 (eventueel later) vond<br />

G. van Dijk op de opgravingsterp<br />

in Wijnaldum een geheel in elkaar<br />

gevouwen en verfrommeld gouden<br />

Een unieke goudbracteaat uit Wijnaldum<br />

<strong>De</strong> gouden bracteaathanger uit<br />

Wijnaldum, circa 3x vergroot.<br />

Foto: Johan Koning.<br />

door Jan Zijlstra<br />

sieraad. Recentelijk is het voorwerp<br />

uitgevouwen en voor zover mogelijk<br />

in de oorspronkelijke staat teruggebracht.<br />

Het bleek om een helaas<br />

nogal beschadigde bracteaat (munt<br />

of muntachtig voorwerp in persbliktechniek<br />

d.w.z. positief-negatief) te<br />

gaan met een diameter van ca. 2 cm,<br />

exclusief draagoog. Op de bracteaat<br />

is een menselijk figuur (gezicht en<br />

face) met attributen afgebeeld met<br />

daaromheen een soort zigzaglijn,<br />

misschien bedoeld als (pseudo) tekst,<br />

maar meer waarschijnlijk als een<br />

soort stralen- of vlammenkrans. <strong>De</strong><br />

figuur is voorgesteld in een wijdbeense<br />

dansende(?) houding waarbij<br />

zich tussen de benen (of in perspectief<br />

voor de figuur) een min of meer<br />

driehoekig object (altaar?) bevindt.<br />

Rechts zien we iets wat een schild<br />

zou kunnen zijn met eventueel een<br />

4<br />

speer en links een enigszins abstracte<br />

voorstelling van gebogen lijnen.<br />

<strong>De</strong> beschadigingen in de vorm van<br />

gaten, scheuren en vouwribbels<br />

bemoeilijken een iconografische<br />

analyse en interpretatie nogal. <strong>De</strong><br />

figuur of persoon lijkt bijv. een speer<br />

te dragen maar dit kan eventueel een<br />

beschadiging zijn, veroorzaakt door<br />

het (ritueel?) vouwen of verbuigen.<br />

Op Scandinavische bracteaten en<br />

solidi komen vaker dansende menselijke<br />

figuren voor, soms in de<br />

vreemdste houdingen. <strong>De</strong>ze zijn<br />

volgens sommige auteurs van rituele<br />

aard en stellen een godheid of<br />

eventueel een sjamaan voor tijdens<br />

een inwijdingsrite. Dat goden op een<br />

dergelijke haast Dionysische wijze<br />

worden afgebeeld is niet zonder<br />

parallellen; ook de Indische god<br />

Shiva zien we b.v.b. dansend en<br />

omgeven door een krans van vlammen<br />

afgebeeld. <strong>De</strong> meeste voorstellingen<br />

op noordelijke<br />

bracteaten e.d.<br />

gaan terug op<br />

Romeinse prototypes<br />

d.w.z. Laat-<br />

Romeinse gouden munten of<br />

medaillons (multiples), maar zijn<br />

dan wel (vooral later) getransformeerd<br />

of “völlig umgestaltet”.<br />

Bijzonder is dat de Wijnaldumer<br />

bracteaat (waarschijnlijk) vervaardigd<br />

is met een patrixstempel i.p.v. zoals<br />

gebruikelijk met een matrixstempel<br />

(persoonlijke mededeling van Morten<br />

Axboe, Nationaal Museum<br />

Kopenhagen).<br />

Een patrixstempel is een stempel<br />

met een positief reliëf en wordt o.a.<br />

gebruikt bij repousse technieken<br />

voor meestal grotere voorwerpen met<br />

hogere reliëfs die dan veelal worden<br />

nabewerkt om grotere scherpte te<br />

krijgen. Het wordt vaak onder de te<br />

bewerken metaalplaat gelegd en<br />

ondersteund door een zachte bijv.<br />

loden lagering, terwijl de behame-<br />

10


ing van bovenaf gebeurt doormiddel<br />

van een zacht medium bijvoorbeeld<br />

leer en uiteraard een hamer. Een<br />

matrixstempel heeft een negatief of<br />

verdiept reliëf zoals bijvoorbeeld een<br />

muntstempel of zegelstempel. Nu is<br />

het mogelijk met een patrix een<br />

matrix te maken en misschien is dat<br />

bij het Wijnaldumer stuk inderdaad<br />

de bedoeling geweest (zie hierna).<br />

Dat er een patrixprocédé is gevolgd<br />

blijkt onder andere uit het feit dat de<br />

negatieve zijde verreweg de grootste<br />

scherpte heeft en de meeste details<br />

laat zien. Dat betekent dat daar het<br />

stempel direct op de plaat heeft<br />

ingewerkt en dat dat stempel positief<br />

d.w.z. een patrix was. <strong>De</strong> aan de<br />

andere kant van de plaat doorgedrukte<br />

positieve afbeelding (gelijk aan de<br />

patrix) is slechts zeer zwak en vaag<br />

zichtbaar en duidelijk niet nabewerkt.<br />

Wat is nu de voorkant of<br />

frontzijde? <strong>De</strong> sierrand of kabelrand<br />

is aangebracht en slechts zichtbaar<br />

op de vage positieve kant. Dat zou er<br />

dan op zich op wijzen dat dat de<br />

voorkant is. Gezien het onscherpe<br />

beeld is dat echter niet waarschijnlijk.<br />

Ook een mogelijke vergissing<br />

van de goudsmid (het aan de verkeerde<br />

zijde bevestigen van de<br />

sierrand) ligt niet voor de hand. <strong>De</strong><br />

aanwezigheid van een draagoog wijst<br />

er op dat het een afgewerkt en goed<br />

bevonden eindproduct betreft.<br />

<strong>De</strong> scherpe negatieve zijde moet<br />

mijns inziens als de voorzijde worden<br />

gezien en de sierrand als een<br />

versiering van de achterzijde en<br />

vooral als een versteviging van het<br />

geheel. Ook bij fibulae en (munt)<br />

broches zien we wel dit soort keerzijdedecoraties.<br />

<strong>De</strong> vraag rijst nu<br />

waarom men voor een afbeelding in<br />

negatief i.p.v. in positief, zoals<br />

gebruikelijk, heeft gekozen. Een<br />

mogelijk antwoord op deze vraag<br />

werd hierboven wellicht reeds gege-<br />

Vondstberichten<br />

Afb. 2<br />

Getekende impressie en reconstructie van het origineel<br />

(2A) en het positief of de “afdruk” (2B).<br />

ven: de gouden bracteaathanger uit<br />

Wijnaldum zou het karakter kunnen<br />

hebben van een zegelstempel of<br />

signet, feitelijk ook een matrix dus,<br />

of een soort imitatie intaglio in<br />

metaal. Het was dan niet zozeer<br />

bedoeld voor geregeld praktisch<br />

gebruik dan wel als statussymbool.<br />

Zegelstempels uit de vroege middeleeuwen<br />

zijn voornamelijk bekend in<br />

ringvorm, maar komen ook een<br />

enkele keer voor als hanger (bijvoorbeeld<br />

intaglio’s). In bracteaatvorm<br />

zijn ze (mij) verder nauwelijks<br />

bekend.<br />

Het sieraad werd zoals vermeld,<br />

gevonden in dezelfde terp als de<br />

hiervoor genoemde koninklijke<br />

fibula die gerelateerd is aan de godin<br />

Freya. Aan kostbare statussymbolen<br />

ontbrak het dus niet en men kan<br />

zich afvragen of er een verband<br />

tussen die twee voorwerpen zou<br />

kunnen bestaan.<br />

Bij het zoeken naar een prototype<br />

(zie hiervoor) moet uiteraard rekening<br />

gehouden worden met het<br />

spiegelbeeldkarakter van het negatief.<br />

Een afdruk daarvan zou hetzelfde<br />

positieve beeld geven als het<br />

patrixstempel waarmee het waarschijnlijk<br />

werd vervaardigd en dit<br />

positief kan dan worden vergeleken<br />

met laat-Romeinse of eventuele<br />

Byzantijnse munten. <strong>De</strong> transformatie<br />

of omwerking van de voorstelling<br />

maakt een dergelijke vergelijking<br />

echter tot een hachelijke zaak.<br />

Bovendien is het niet 100% zeker dat<br />

een patrixstempel is gebruikt: de<br />

bracteaat (matrijs of zegelstempel?)<br />

kan ook handmatig zijn vervaardigd<br />

en hoeft in dat geval niet spiegelbeeldig<br />

te zijn ten opzichte van het<br />

prototype (de afdruk dan uiteraard<br />

weer wel, afgezien van de theoretische<br />

mogelijkheid van een volkomen<br />

symmetrische afbeelding wat hier<br />

niet het geval is).<br />

Afb. 2A<br />

Afb. 2B<br />

Afb. 3<br />

Germaanse imitatie en transformatie van een Romeinse<br />

solidus (keerzijde). Dit stuk is gevonden in Kälder (Gotland)<br />

en vertoont eveneens een afbeelding van een wijdbeense<br />

(dansende?) figuur (godheid?).<br />

11


12<br />

>><br />

Afb. 4<br />

Op deze solidus van Valentinianus<br />

III uit ca. 430 na Chr. is de<br />

keizer triomferend afgebeeld met<br />

zijn rechtervoet op een slang met<br />

mensengezicht. Het is niet<br />

onmogelijk dat een dergelijke<br />

voorstelling direct of indirect als<br />

voorbeeld of prototype heeft<br />

gediend voor de “dansende<br />

figuur”.<br />

Afb. 5<br />

Ook een tronende keizer (in dit<br />

geval Leo I, ca. 465 na Chr.) in<br />

typische wijdbeense “troonzithouding”<br />

komt misschien als<br />

inspiratiebron in aanmerking.<br />

Op middeleeuwse zegels komen<br />

dergelijke tronende figuren vanaf<br />

de Ottoonse tijd geregeld voor.<br />

Afb. 6<br />

Op één der hoorns van Gallehus<br />

(<strong>De</strong>nemarken) zien we ook<br />

“dansende” godheden of krijgers.<br />

‘Wat leuke voorvallen’<br />

Iedereen heeft er wel enkele. Verhalen over voorvallen, meegemaakt<br />

tijdens zoektochten. Ik zoek nu 15 jaar en heb enkele leuke<br />

voorvallen meegemaakt waar ik achteraf nog steeds om moet<br />

lachen. Ik wil jullie ze niet onthouden dus heb ik besloten ze<br />

eens in <strong><strong>De</strong>tector</strong> <strong>Magazine</strong> te plaatsen.<br />

Boer of boerin?<br />

We zochten al enkele jaren op een akker. <strong>De</strong> boer was inmiddels<br />

een bekende van ons geworden en we zagen hem ieder seizoen<br />

weer. Op een zekere dag, enkele jaren terug, gingen we weer<br />

eens zoeken op de betreffende akker. Ik zag in de verte iemand<br />

Vondstberichten<br />

Conclusie: Het reliëf van de Wijnaldumer<br />

bracteaat is negatief (bedoeld)<br />

en de voorstelling is waarschijnlijk<br />

spiegelbeeldig t.o.v. een eventueel<br />

prototype (als er een patrixstempel is<br />

gebruikt).<br />

Er is een relatief klein bestand<br />

bekend van continentale (eventueel<br />

insulaire) bracteaatsieraden en<br />

daarmee verwante muntsieraden. Ze<br />

zijn deels heidens, deels ook christelijk<br />

te duiden en zijn wellicht een<br />

antwoord op de veel meer voorkomende<br />

Scandinavische bracteaten.<br />

Op grond van de afbeelding zou het<br />

Wijnaldumer stuk wel Scandinavisch<br />

kunnen zijn of op de Scandinavische<br />

voorbeelden teruggaan (die<br />

op hun beurt weer op Romeins<br />

voorbeeld stoelen). Op een solidus<br />

uit Kälder op Gotland en op één der<br />

hoorns van Gallehus komen vergelijkbare<br />

dansende menselijke figuren<br />

voor met dezelfde typische<br />

wijdbeense houding. (zie afb. 3).<br />

Noordelijke bracteaten zijn voor<br />

zover bekend allemaal met een<br />

matrixstempel vervaardigd en tonen<br />

geenszins het signetachtige karakter<br />

van het Wijnaldumer sieraad. Dat<br />

laatste aspect is overigens speculatief;<br />

er bestaat voor zover mij bekend<br />

slechts één bracteaat met een eveneens<br />

verdiept of negatief reliëf en<br />

dus met een mogelijk zegelstempelaspect.<br />

Dit is echter een exemplaar<br />

van zilver met christelijke voorstelling<br />

en gevonden in Spanje. Bovendien<br />

is het een bracteaatfibula d.w.z.<br />

gemonteerd op een onderplaat; al<br />

met al dus niet echt vergelijkbaar.<br />

Hoe het ook zij, voorlopig zal de<br />

Wijnaldumer bracteaat wel een<br />

interessant studieobject blijven.<br />

Gezien het uitzonderlijke karakter<br />

van het stuk dat ruwweg tussen 450-<br />

<strong>70</strong>0 na Chr. te dateren is moeten<br />

definitieve conclusies inzake de<br />

achtergrond hier achterwege blijven.<br />

Het wachten is op nieuwe vondsten<br />

en “voortschrijdend inzicht”.<br />

Korte samenvatting:<br />

Een gouden bracteaathanger met<br />

aan de positieve zijde een sierrand.<br />

Het ligt voor de hand deze zijde als<br />

de “goede kant” of schouwzijde te<br />

zien. Toch is dit wellicht niet het<br />

geval en moet de negatieve zijde die<br />

veel scherper is, als de voorzijde of<br />

voorkant worden beschouwd. Eén en<br />

ander impliceert dat de bracteaat<br />

niet zoals gebruikelijk met een<br />

matrixstempel maar met een patrixstempel<br />

is geslagen.<br />

bij de boerderij en ik ging een praatje maken. Maar tot mijn<br />

verbazing zag ik dat de boer nu in vrouwenkleren op het erf naar<br />

mij toe kwam lopen! Ik moest nog een keer kijken maar de boer<br />

was nu echt gekleed in een lange rok en had pumps aan!<br />

Achteraf bleek dat hij dit gewoon leuk vind en daar ook om<br />

bekend staat in de streek. Hij is er op een gegeven moment<br />

gewoon mee de openbaarheid in gegaan. Hij is een vriendelijke<br />

en behulpzame man maar op dat moment keek ik toch raar op.<br />

Stel je voor, een boer in vrouwenkleren op de tractor. Ik zoek nog<br />

steeds af en toe op de betreffende akker en als ik hem zie, maken<br />

we altijd een praatje!


“Rechercheur”<br />

Ik was eens aan het zoeken op een bouwlocatie in het centrum<br />

van een stad. Ik had toestemming van de projectleider. Op een<br />

zeker moment, het was woensdagmiddag en ik liep alleen op de<br />

braakliggende grond, kwam er een man in een lange, beige<br />

regenjas naar mij toe. Of ik meteen wilde stoppen en weg wilde<br />

gaan. Hij was rechercheur van de politie en het was verboden<br />

daar te zoeken! Hij liet zelfs een identificatiepasje zien. In al mijn<br />

onschuld geloofde ik hem. Het politiebureau was ook nog<br />

vlakbij. Maar eenmaal thuisgekomen had ik zoiets van “maar ik<br />

had toch toestemming!”. Ik dus de dag erop weer terug om het<br />

de projectleider te vragen. Hij moest nogal lachen toen ik hem<br />

dit vertelde. Wat bleek nou, er was een man gearresteerd die zich<br />

voordeed als rechercheur! Hij verzon terplekke verboden en viel<br />

mensen lastig!<br />

Moeras<br />

Veel zoekers die ook bouwplaatsen en grondstorten bezoeken<br />

kennen dit probleem wel. Op sommige plaatsen is modder<br />

vermengd met droge grond waardoor de modder niet altijd goed<br />

te zien is. Ik wist dit en liep voorzichtig om niet weg te zakken en<br />

vast te komen zitten. Nou belde een kennis van mij en die wilde<br />

ook komen kijken en even mee zoeken. Hij was toch in de buurt.<br />

Op gegeven moment, je raadt het al, zakte hij tot zijn knieën weg<br />

in de modder. Nu, dat kan gebeuren. Maar hij had hier geen<br />

Dan de schoenen maar uit!<br />

Waarschijnlijk zult u dit verhaal vol ongeloof lezen, maar toch is<br />

het echt gebeurd. Op een zoektocht van een aantal leden van het<br />

bestuur en activiteitencommissie gebeurde het volgende. Een van<br />

de bestuursleden, waarvan we de naam maar niet zullen noemen,<br />

want anders durft hij op de volgende zoekdag niet meer te komen,<br />

had veel minder geluk dan de andere mensen van de zoekploeg.<br />

Hoewel, minder geluk? Hij vond helemaal niets terwijl de anderen<br />

toch diverse leuke dingen zoals Romeinse munten en zilveren<br />

munten vonden. Eigenlijk had hij het afgelopen half jaar vrijwel<br />

niets meer gevonden. Hij werd er een beetje moedeloos van en<br />

dacht al aan een andere detector.<br />

Ligt het aan de detector, de instelling, de koptelefoon of kan hij<br />

gewoon niet zoeken? U weet hoe het dan gaat. Met koptelefoon,<br />

zonder koptelefoon, alles wordt uitgeprobeerd. Dus ook nu maar<br />

eens even uitproberen met diverse voorwerpjes. Er werd dus een<br />

gaatje gegraven en daar werd een kokertje met een voorwerp in<br />

gezet. We zullen het ongelukkige bestuurslid maar voor het gemak<br />

D. noemen.<br />

D. zwaaide met zijn detector over het gat met het kokertje en kreeg<br />

geen geluid. <strong>De</strong> anderen zwaaiden met de schotel van hun detector<br />

over het gat en kregen allemaal een mooi geluidje. Dan maar<br />

eens de detector van D. uitproberen. Allemaal kregen een mooi<br />

geluidje met de detector van D. Na diverse voorwerpjes uitgeprobeerd<br />

te hebben was D. de enige die geen geluid uit zijn detector<br />

kreeg. Ook met een detector van een ander kreeg D. geen of<br />

ervaring mee en dacht letterlijk dat hij het niet na zou kunnen<br />

vertellen en dat hij dus helemaal weg zou zakken. Het zweet brak<br />

hem uit en hij kon er dus zelf helemaal niet om lachen! Gelukkig<br />

was er een kraan in de buurt die hem eruit kon tillen. Hij kon<br />

ternauwernood nog met zijn handen de laarzen uit de modder<br />

pakken want die waren natuurlijk vast blijven zitten! Ook de<br />

kraanmachinist zag er de humor wel van in. <strong>De</strong>tail is nog dat hij<br />

een net pak aan had. Je kunt je voorstellen hoe dat eruit zag!<br />

Grote boodschap<br />

Op een van onze zoektochten waren we, zoals vaak voorkomt,<br />

weer op zoek naar nieuwe akkers. Op gegeven moment, we<br />

waren wat aan het rondrijden in een polder, zagen we een mogelijk<br />

interessante akker. Er stond een auto geparkeerd in de berm.<br />

Dat was makkelijk dachten we, want dan kunnen we vragen wie<br />

de eigenaar is. Dus wij stopten bij die auto om te kijken of er<br />

iemand was. Op dat moment komt er iemand van achter de auto<br />

vandaan met zijn broek op halfelf. Nou bleek dat wij iemand<br />

gestoord hadden die hier net zijn behoefte zat te doen! Hij had<br />

dus alleen geen tijd meer om het hele zaakje schoon te vegen en<br />

zijn broek fatsoenlijk op te trekken! Het was voor die man nogal<br />

een gênante vertoning maar wij hebben er naderhand nog veel<br />

om gelachen!<br />

weinig geluid. Dit was te zot voor woorden en we hadden zoiets<br />

nog nooit meegemaakt. Het lag niet aan zijn oren en niet aan de<br />

detector. Opeens kreeg een van de mensen een grandioze inval.<br />

Als je eens je schoenen uittrekt, misschien krijg je dan geluid. Daar<br />

werd natuurlijk eerst flink om gelachen, maar warempel, zonder<br />

schoenen tussen de stoppels kreeg D. nu een prima geluidje. <strong>De</strong><br />

schoenen werden van een flinke afstand bekeken, maar daar was<br />

niets aan te zien. Speciale stevige werkschoenen voor in de fabriek<br />

die had hij een half jaar geleden gekocht. Oh ja, ze waren ook antistatisch<br />

zodat ze geen vonken konden veroorzaken.<br />

Dat zal waarschijnlijk de oorzaak geweest zijn. Ook Wil Hofman,<br />

die we er later naar vroegen, had hier nog nooit van gehoord. Antistatische<br />

schoenen die de detector beïnvloeden. Het raadsel is nog<br />

steeds niet opgelost.<br />

D. heeft zijn schoenen maar snel voor laarzen verruild en begon<br />

nu ook opeens weer te vinden. <strong>De</strong> andere dag vond hij zelfs een<br />

prachtige zilveren lakzegelstempel.<br />

Toch denken we dat D. nog wel eens door de andere bestuurs- en<br />

activiteitencommissieleden aan dit voorval zal worden herinnerd.<br />

Dus: als u ook de laatste tijd niets meer heeft gevonden en misschien<br />

ook nieuwe schoenen heeft gekocht.........<br />

13 13


14<br />

Overpeinzingen<br />

Een aantal weken geleden kwam iemand van mijn badmintonclub<br />

naar mij toe en vroeg: “Jij hebt toch een metaaldetector<br />

waarmee jij in de bossen rondloopt?” Toen ik hierop bevestigend<br />

antwoordde, vervolgde hij, “Ik heb op de televisie gezien<br />

dat, wat jij doet, verboden is in Rheinland-Pfalz.” (dit is de<br />

Duitse deelstaat waarin ik woon).<br />

Ik schrok en vroeg mij af of dit wel waar is, want ik heb in het<br />

verleden met de Duitse politie samengewerkt bij het opsporen<br />

van een explosief voorwerp en die hebben mij er voor bedankt<br />

en succes gewenst, maar verder niets verboden.<br />

Nou spelen er bij onze badmintonclub enkele politiemensen en<br />

mijn mixpartner is zelfs commissaris (v) dus ik vroeg bij de<br />

eerstvolgende speelavond direct of dit eens uitgezocht kon<br />

worden, maar zij wist ook van niets. Toen merkte een medelid<br />

op dat ik dat beter aan de heer Schultz kon vragen.<br />

<strong>De</strong> heer en mevrouw Schultz zijn recreanten bij onze vereniging<br />

en ik zocht contact met hen. Het was een schot in de roos!<br />

Hij bleek dr. R. Schultz te zijn, archeoloog en conservator met<br />

als verantwoordelijk gebied het grootste gedeelte van Rheinland<br />

Pfalz.<br />

Na een gesprek nodigde hij mij uit om met al mijn vondsten<br />

naar zijn kantoor te komen in Speyer te komen, waar hij alles<br />

aan een grondig onderzoek onderwierp. Hij legde mij uit dat<br />

zoeken met een metaaldetector in vrijwel geheel Duitsland<br />

verboden is. Bij mijn z.g. verzameling bleek voor hem niet<br />

zoveel interessants te zitten.<br />

In mijn vorige schrijven, een reactie op het stuk van Wouter van<br />

den Brandhof: “Kogels en hulzen, stille getuigen van een<br />

roerige tijd 2” heb ik geschreven, dat ik voornamelijk op oude<br />

slagvelden zoek, het is dus niet verwonderlijk dat ik geen echte<br />

historisch-waardevolle zaken heb, voor mij is het echter zeer<br />

interessant uit te vinden waar precies de “slag” heeft plaatsgevonden<br />

en hoe men te werk is gegaan. Sinds kort zoek ik op het<br />

land van goede vrienden in Worms en daar is in het verleden al<br />

aardig wat gevonden uit de Romeinse tijd en vér daarvoor.Ik<br />

had dus wel wat Romeinse delen van een kan of pot, in brons,<br />

maar die waren voor de heer Schultz niet interessant. Wél heb<br />

ik een goed gesprek gehad en er is mij veel duidelijk geworden.<br />

Ik heb toestemming gekregen (mondeling), met datgene wat ik<br />

tot nu toe deed dóór te gaan, d.w.z. ik mag in de z.g. bewegende<br />

laag zoeken, wat gelijk staat met de diepte die een (normale)<br />

ploeg gaat. <strong>De</strong>ze diepte staat weer gelijk met de doorsnee diepte<br />

die een metaaldetector bereikt. Vind ik iets wat dieper ligt (dus<br />

groter van vorm) dan mag ik dit voorwerp niet opgraven d.w.z.<br />

ik mag het niet uit zijn oorspronkelijke ligplaats verwijderen<br />

omdat het voor de archeologische dienst zeer belangrijk is hóe<br />

een voorwerp gevonden wordt.<br />

Ik markeer en bescherm de plek en waarschuw dan iemand van<br />

de archeologische dienst die dan het voorwerp uitgraaft.<br />

Als voorbeeld werd door de heer Schultz een zwaard genoemd.<br />

Ironisch genoeg, vond ik een week later tussen een aantal<br />

geëxplodeerde Duitse patronen uit de Tweede Wereldoorlog een<br />

middeleeuws zwaard echter hier was duidelijk dat ik niet de<br />

eerste vinder was want het lag in losse aarde op 25 cm diepte,<br />

waarschijnlijk door de eerste vinder niet herkend.<br />

Ik heb dit zwaard aan de archeologische dienst gegeven, het<br />

wordt nu gereinigd en in een vitrine gelegd met mijn naam<br />

erbij als vinder.<br />

<strong>De</strong>ze hele geschiedenis heeft mij aan het denken gezet. Met<br />

uitzondering van de strandzoekers zijn vele detectoramateurs<br />

bezig een soort museum voor zichzelf te organiseren met


voorwerpen die best door iedereen gezien zouden mogen<br />

worden, dus eigenlijk in een museum thuishoren.<br />

Er zijn ook veel detectoramateurs die denken alles van deze<br />

oude zaken af te weten. Ik heb eens van een medezoeker op één<br />

van de zoekdagen te horen gekregen dat een munt, die ik juist<br />

gevonden had, een Belgische frank was uit 1823, bij mijn weten<br />

is België pas in 1839 officieel zelfstandig geworden.<br />

Zo heeft iedereen zijn eigen gevoel en idee bij onze hobby.<br />

Er zijn ook personen die de verwachting hebben een schat te<br />

vinden en dus rijk te worden. Het zijn de handelaren in metaaldetectors<br />

die de verwachting scheppen dat een schat gevonden<br />

zou kunnen worden, waardoor kopers zonder acht te slaan op<br />

de erecode tekeer gaan, waardoor deze handelaren wél een<br />

detector verkopen maar eigenlijk medeverantwoordelijk zijn<br />

voor de conflicten die dan plaatsvinden met de landeigenaren<br />

en de archeologische dienst...<br />

Opmerkingen zoals, 'dit type gaat dieper dan ooit' zonder te<br />

vermelden hóe diep, zijn eigenlijk uit den boze want dat is<br />

afhankelijk van bodem, temperatuur en vochtigheid. Dieper<br />

graven betekent minder terrein afzoeken in dezelfde tijd en<br />

grotere schade aan het landschap en dus vaak conflicten met de<br />

eigenaren(en/of met de archeologische dienst) en dat is weer<br />

slecht voor eventuele andere zoekers.<br />

Bij mij gaat het eigenlijk om het zóeken, het vínden is bijzaak,<br />

maar leuk meegenomen. Het is net als vissen in zoet water, dan<br />

gaat het ook niet om de vis. Ik heb al enorme gewichten aan<br />

musket- en kanonskogels gevonden maar toch vind ik dat elke<br />

keer weer de moeite van het graven waard. Je zult van mij niet<br />

horen: 'ik heb vandaag niet zoveel gevonden, alleen wat duitjes<br />

Museumnieuws<br />

Leeuwarden - 28 juni t/m 21 september 2003<br />

PIEPERVONDSTEN<br />

In het Fries Museum is een tijdelijke tentoonstelling<br />

te bezichtigen van 17 metalen objecten<br />

die met de metaaldetector zijn gevonden. <strong>De</strong><br />

voorwerpen variëren van een fragment van een<br />

V2-raket, een Romeins godenbeeldje tot een<br />

Venetiaanse mantelspeld.<br />

Inlichtingen: Fries Museum, Turfmarkt 11,<br />

Leeuwarden, 058-2555 55 00, www.friesmuseum<br />

Tongeren (België)<br />

25 oktober 2003 t/m 19 september 2004<br />

NEANDERTHALERS IN EUROPA<br />

Het Provinciaal Gallo-Romeins Museum<br />

organiseert in 2003 de eerste grote overzichtstentoonstelling<br />

over de vroegste Europese<br />

prehistorische cultuur: de Neanderthalers.<br />

Veel van het tentoongestelde is gebaseerd op<br />

archeologisch onderzoek van het Labo voor<br />

Prehistorie dat sinds 1998 opgravingen doet in<br />

het Limburgse Veldwezelt. Niet alleen voorwerpen<br />

worden tentoongesteld maar ook 25<br />

en andere middeleeuwse rommel'. Ik ben al blij met één duitje<br />

en ik zoek toch echt al 20 jaar. Anders is het wanneer je naar<br />

iets speciaals zoekt. Ik heb in Australië goud gezocht en dat is<br />

heel wat anders. Dan vind je een paar dagen helemaal niets bij<br />

40 graden Celsius, een duitje is dan fantastisch (als dat kon).<br />

Je betaalt tussen 5 en 15 Australische dollars (hangt van de<br />

plaats af) en je mag alles houden wat je opgraaft (als je wat<br />

vindt), uitvoeren uit Australië is weer wat anders. Maar daar wil<br />

ik wel een andere keer over schrijven.<br />

Ook de opmerking: “Waar vond ik die gouden munt ook al<br />

weer?” bij een GPS. Ik denk dat je dat je hele leven tot op de<br />

centimeter nauwkeurig kan aanduiden, ook zonder GPS.<br />

Het is misschien tegen het zere been van de adverteerders van<br />

'<strong><strong>De</strong>tector</strong> <strong>Magazine</strong>' maar zo is het niet bedoeld. Wat mij ook zo<br />

ergert, ik ben nu toch bezig, is dat bij ieder verhaal medegedeeld<br />

moet worden wat voor een (meestal dure) detector men<br />

bezit. Ik ben buiten badminton- ook golfspeler en schutter bij<br />

een vereniging. Bij deze verenigingen gaat het ook over wie de<br />

duurste en beste spullen heeft alsof je de eerste plaats zou<br />

kunnen kopen terwijl alleen het 'kunstje' wat eenvoudiger<br />

wordt gemaakt. <strong>De</strong> beginneling kijkt meestal niet alleen tegen<br />

de ervaring op maar ook tegen de zeer hoge uitgaven om mee te<br />

kunnen doen, wat niet zelden bijdraagt tot een beëindiging van<br />

het lidmaatschap. En dat is jammer.<br />

Zo, ik heb mijn zegje weer gedaan.<br />

Met vriendelijke groet!<br />

Hans Meulensteen<br />

levensechte figuren die het leven van de<br />

Neanderthalers zeer realistisch in beeld<br />

brengen.<br />

Inlichtingen: Provinciaal Gallo-Romeins Museum,<br />

Kielenstraat 15, Tongeren, +32-12-67 03 30,<br />

www.limburg.be/gallo<br />

Leiden - 15 mei 2003 t/m 15 augustus 2004<br />

MYSTERIE MIDDELEEUWEN<br />

Een spannende tentoonstelling waar kinderen<br />

spelenderwijs kennismaken met de Nederlandse<br />

Middeleeuwen. <strong>De</strong> jonge bezoekers helpen<br />

twee kinderen uit die tijd met het oplossen van<br />

een groot mysterie. Op hun speurtocht door<br />

een drukke middeleeuwse stad, vol met<br />

vreemde kooplieden, kwakzalvers en slimme<br />

gauwdieven, ontdekken de kinderen hoe de<br />

wereld van hun leeftijdgenoten er uitzag.<br />

Daarbij moeten ze niet alleen hun hoofd, maar<br />

vooral hun handen gebruiken.<br />

Inlichtingen: Rijksmuseum van Oudheden,<br />

Rapenburg 29, Leiden, www.rmo.nl<br />

Leiden - 28 januari 2003 t/m 25 januari 2004<br />

VOOR TEMPEL EN KROEG.<br />

ROMEINS GELD UIT DE KEIZERTIJD<br />

In de nieuwe tentoonstelling van Het Koninklijk<br />

Penningkabinet krijgt de bezoeker een<br />

beeld van het eerste uitgebreide en samenhangende<br />

muntstelsel dat in onze streken<br />

bestond.<br />

Inlichtingen: Rijksmuseum Het Koninklijk<br />

Penningkabinet, Rapenburg 28, Leiden, 071-516<br />

09 99, www.penningkabinet.nl<br />

Vlaardingen<br />

6 september t/m 31 december 2003<br />

VEELZEGGEND VUILNIS<br />

Een tentoonstelling in samenwerking met de<br />

Vlaardingse stadsarcheoloog Tim de Ridder,<br />

gebaseerd op de schat aan informatie die uit<br />

historisch afval kan worden gehaald.<br />

Inlichtingen: Visserijmuseum, Westhavenkade 53-<br />

54, Vlaardingen<br />

15


16<br />

Wie kent hem niet?!<br />

Een stille kracht achter de schermen. Dankzij zijn inzet valt er iedere<br />

keer weer een nieuw <strong><strong>De</strong>tector</strong>magazine op de deurmat. Van beroep<br />

is hij graficus en deze man is één van de oprichters van onze vereniging.<br />

We hebben het in dit geval natuurlijk over Kees Leenheer. Een<br />

actieveling ten voeten uit. Niet alleen een detectoramateur, maar ook<br />

kunstschilder én dierenvriend.<br />

Kees Leenheer<br />

1 Gulden 1843, Koning Willem II<br />

Fragmenten glazen armbandjes,<br />

La Tene, ± 200 v. tot 25 na Chr.<br />

Dwerghamsters<br />

Om maar met het laatste te beginnen. In zijn huis<br />

wonen meerdere Russische dwerghamsters (een<br />

soort kleine muizen). Normaal slapen ze overdag. Ik<br />

mag mij echter gelukkig prijzen, want een slaperig<br />

koppie komt nieuwsgierig kijken naar<br />

wat er in de woonkamer<br />

gebeurt. <strong>De</strong> dwerghamster is<br />

niet de enige nieuwsgierige<br />

hier. Na afgereisd te zijn<br />

naar Fryslân wil ik toch ook<br />

wel eens weten wie Kees<br />

nou eigenlijk is en wat hij<br />

zoal doet!<br />

Zoals uit één van de eerste bladzijden<br />

uit het detectormagazine blijkt, is<br />

hij hoofdredacteur. Dit werk houdt in dat Kees samen<br />

met zijn zoon Niels zorgt voor het ontwerp en de layout<br />

van ons blad. Voor zover ik begrijp, is het erg<br />

tijdrovend, maar ook heel leuk werk. "Het is alleen<br />

wel jammer, dat je je nooit meer vol spanning kunt<br />

verheugen op het magazine", aldus Kees. Wat blijkt?<br />

Hij leest alle stukken en ziet alle foto's, er is dus nooit<br />

meer sprake van een verrassing. Zoals al naar voren<br />

kwam, is Kees graficus van beroep. Dat<br />

hangt nauw samen met zijn taken<br />

binnen de vereniging. Wat doet een<br />

graficus eigenlijk? "Van alles. We<br />

hebben een website voor de informatica-afdeling<br />

van de Technische Universiteit<br />

Twente gebouwd en we ontwerpen<br />

schoolgidsen. We zijn nu net<br />

klaar met een lang project, een boek<br />

over de Martini-kerk in Groningen."<br />

Een oude kerk, is dat toevallig? Kees<br />

moet toch wel toegeven dat hij dankzij<br />

de detectorhobby nieuwe klussen krijgt<br />

aangeboden. En over de detectors<br />

gesproken, hoe ging dat nou precies<br />

met de oprichting van de vereniging?<br />

<strong>De</strong> eerste jaren…<br />

We moeten maar even bij het begin beginnen. Als<br />

scholier was Kees alleen maar geïnteresseerd in de<br />

geschiedenisles. "<strong>De</strong> leraar kon daar zo boeiend over<br />

vertellen, de rest kon me eigenlijk gestolen worden."<br />

<strong>De</strong> interesse sluimerde, maar werd uiteindelijk<br />

gewekt toen hij in aanraking kwam met de detectorhobby.<br />

"Eén van mijn twee broers zocht al met zijn<br />

detector in het Haagse bos. Hij vond daar van die<br />

muntjes uit de 17e en de 18e eeuw. Toen was ik<br />

verkocht!", vertelt de oud-Hagenees. Vervolgens<br />

kwam er een onderwaterdetector waarmee de waterzone<br />

bij de recreatiestrandjes werd afgestruind. Kees<br />

vond de nodige moderne gouden ringen, maar echt<br />

intrigerend waren die vondsten niet. Er werd dan ook<br />

snel voor de bossen gekozen, waar de eerste oude<br />

muntjes uit tevoorschijn kwamen. "Die Willemcenten<br />

en duiten die je toen vond, dat was prachtig. Daar<br />

poetste je op tot er niets meer te zien was. En dan<br />

dacht je dat je wat bijzonders gevonden had.", vertelt<br />

Kees enthousiast.<br />

Zilveren boekbeslag, 19e eeuw


Penning Holland Floris V, 1256-1296<br />

Stapje voor stapje vorderde hij in de hobby en kreeg<br />

hij te horen dat er plannen waren om een nieuwe<br />

vereniging op te richten. "Het ging toentertijd financieel<br />

niet zo goed met de Coinhunter Company, de<br />

enige vereniging van detectoramateurs, die er toen<br />

was. Om die reden en om de banden met de archeologie<br />

verder aan te halen, is toen het initiatief genomen<br />

om een nieuwe vereniging op te richten."<br />

En zo werd onder het genot van een glas bier door<br />

een aantal mensen, waaronder Kees, de vereniging<br />

<strong>De</strong> <strong><strong>De</strong>tector</strong> <strong>Amateur</strong> opgericht. <strong>De</strong> detector-importeurs/dealers<br />

zorgden voor de verspreiding van een<br />

mailing: "Wilt u over 5 jaar nog zoeken?", met als<br />

gevolg dat de vereniging als een paddestoel uit de<br />

grond schoot. "Binnen een jaar<br />

waren er al 750 leden, eind<br />

1992 was het aantal van<br />

1000 al bereikt."<br />

Volgens Kees waren er in de<br />

beginfase wel 30 aanmel-<br />

dingen per dag, een duidelijk<br />

teken dat detectorzoekers<br />

waarde hecht(t)en aan een<br />

Gouden ring met steentje,<br />

16-17e eeuw<br />

goede band met de archeologie. <strong>De</strong> eerste jaren<br />

waren wel een zware bevalling: "Ik was bijna dag en<br />

nacht bezig voor de vereniging". Kees verdient dan<br />

ook een grote pluim voor zijn inzet, een bedankje is<br />

zeker op zijn plaats.<br />

Het detectorgebeuren<br />

Kees trekt er nog steeds met zijn detector op uit.<br />

Soms beleeft hij wel speciale dingen. "Een keer zagen<br />

we een erg interessante plek in Kollum, het probleem<br />

was alleen dat we er niet bij konden komen", vertelt<br />

hij vol passie. Wat blijkt? Er waren een paar bulten<br />

met grond, die precies tussen een watervertakking<br />

lagen. "We moesten dan ook het water<br />

oversteken, om bij dat plekje te<br />

Bronzen bijl ± 1500 v. Chr., vondst Engeland tijdens rally<br />

komen." Vervolgens werd er een rubberen bootje<br />

geregeld, de detectors werden ingeladen en het werk<br />

kon beginnen. Er werd gevaren, de detectors gingen<br />

aan wal en al snel kwamen de eerste vondsten tevoorschijn.<br />

Naast tinnen lepels waren onder de vondsten<br />

een aantal flesjes, waar een aardige grap mee werd<br />

uitgehaald. Het bijzondere was dat de kurken nog op<br />

die flesjes zaten. "Toen die er uit werden getrokken,<br />

kwam je een enorme urinestank tegemoet.", vertelt<br />

Kees lachend. Vervolgens werden<br />

stiekem een aantal flesjes in de<br />

auto van een collega-zoeker<br />

gestopt. Hij moet wel erg raar<br />

hebben staan kijken. Gelachen<br />

heeft Kees zeker! Dus pas maar<br />

op als je Kees tegenkomt (grapje).<br />

Een andere leuke anekdote heeft<br />

met een ons allen bekend lid, Dick<br />

Eekhof, te maken. Kees ging samen<br />

met hem en nog een aantal anderen<br />

zoeken in Engeland. " 's Avonds zaten<br />

we in de pub. Dick, een fanatiek<br />

zanger, zag toen een man met<br />

een liedboek. Hij bleek ook op<br />

een koor te zitten. Ze zijn<br />

toen samen gaan zingen."<br />

Of wat te denken van die keer<br />

toen Kees samen met zijn<br />

zoekmaat Johan ging zoeken in de<br />

buurt van Houten? Tijdens de speurtocht kwamen ze<br />

een jonge vrouw tegen die haar horloge kwijt was<br />

geraakt. Het uurwerk had voor haar een grote emotionele<br />

waarde, aangezien ze het ter gelegenheid van<br />

haar huwelijk had gekregen. "Of we het even wilden<br />

opsporen." Natuurlijk wilden Kees en Johan dat. <strong>De</strong><br />

detector werd ingeladen en volgzaam werd achter het<br />

meisje aan gereden. "Het leuke was, dat we tijdens de<br />

daarop volgende zoektocht in aanraking kwamen met<br />

haar vader." Het was volgens Kees wel een erg bijzondere<br />

ervaring. "Op een gegeven moment kwam hij<br />

aanzetten met een sigarendoosje dat vol met bijzondere<br />

voorwerpen zat. Grote Romeinse munten, mooie<br />

kralen, en zelfs een unieke aardewerken fluit." Wat<br />

bleek? <strong>De</strong> man was boer en had alles tijdens de<br />

werkzaamheden op het land gevonden. Dankzij het<br />

terugvinden van het horloge kregen Kees en Johan<br />

toestemming om op de vindplaatsen te zoeken. Er<br />

werd leuk spul gevonden, zoals een Middeleeuws<br />

kopje (linksboven) en Romeinse munten.<br />

Bronzen kruisboogfibula, Romeinse tijd<br />

Bronzen fibula met rivierpatina, Romeinse tijd<br />

17


18<br />

Keltisch AVACIA muntje<br />

Bronzen broche, 19e eeuw<br />

Vondsten<br />

Kees heeft het<br />

nodige gevonden.<br />

Uit een vitrine,<br />

bakjes en zelfs<br />

conservenblikken<br />

komen allerlei<br />

vondsten tevoorschijn.<br />

Wat te denken<br />

van een bijl uit de<br />

bronstijd? <strong>De</strong>ze vondst werd gedaan<br />

tijdens een zoekdag in Engeland. Natuurlijk<br />

is hij daar aangemeld. Tijdens de zoekrally was<br />

het de vondst van de dag, hetgeen Kees nog een fles<br />

wijn opleverde.<br />

Ook erg trots is hij op een Keltisch muntje. Het<br />

verkeert nog in zeer goede staat. Dit muntje is van het<br />

zogenaamde AVAVCIA-type. Het was het kleingeld<br />

in de vroeg-Romeinse tijd waarmee de dagelijkse<br />

transactie werden voltrokken. <strong>De</strong>rgelijke<br />

muntjes zijn weliswaar Keltisch, maar ze<br />

worden vaak in een Romeinse context<br />

gevonden. Waarschijnlijk is de<br />

verklaring dat Keltische stammen<br />

toestemming kregen om dergelijke<br />

muntjes te slaan, omdat de<br />

Romeinen zelf niet voldoende in<br />

de geldbehoefte konden voorzien.<br />

Een interessante vondst, die wordt<br />

geplaatst in de periode van 30 voor<br />

tot 20 na Christus.<br />

Erg blij is Kees met de door hem naar<br />

boven gehaalde fibulae. Hij is al 20 jaar<br />

bezig met de hobby, maar pas na 16 jaar zoeken vond<br />

hij zijn eerste mantelspeld. Voor Kees en waarschijnlijk<br />

voor iedereen een echte droomvondst. Nabij<br />

Zutphen kwam namelijk een enorm grote Laat-<br />

Romeinse knoeperd tevoorschijn! Ook andere fibulae<br />

pronken in Kees' vitrine, waaronder één met een<br />

zogenaamde rivierpatina (zie pag 17). Dat wil zeggen<br />

dat de vondst na een eeuwenlang verblijf in de grond<br />

nog steeds de originele bronskleur heeft. Zie hier hoe<br />

goed de kleigrond conserveert! Ook erg mooi is het<br />

Leerbeslag, 12-13e eeuw<br />

Kledinghaakje 17e eeuw<br />

Gespje, 12-13e eeuw<br />

Gedeelte van een bronzen armbandje,<br />

Romeinse tijd<br />

fragment van een bronzen Romeinse<br />

armband. Je zou je bijna afvragen welke<br />

mooie vrouw die gedragen heeft.<br />

Over verbeelding gesproken. Dat vindt Kees<br />

nou het mooie aan de hobby. Tijdens het zoeken<br />

loopt hij altijd te fantaseren hoe het vroeger in de<br />

nabije omgeving moet zijn geweest. Mooie natuur en<br />

vogelgeluiden maken het feest compleet.<br />

<strong>De</strong> hobby is volgens hem dan ook meer dan alleen<br />

maar zoeken. Het is de combinatie van natuur,<br />

cultuur en spanning.<br />

Feest moet het ook zijn geweest, toen Kees een mooie<br />

gouden ring vond. Dit keer geen moderne, maar<br />

antieke gouden (zie pagina 17). Nog maar twee keer<br />

vond hij echt oude meesterwerkjes van dit<br />

begerenswaardige metaal. Goud, zilver,<br />

bijzonder materiaal, volgens Kees zijn<br />

sommige zoekers hier teveel op<br />

gericht. <strong>De</strong> hebzucht van nooit genoeg<br />

hebben en altijd willen vinden wat<br />

anderen al hebben, is volgens hem<br />

een slechte zaak. Het is en blijft een<br />

hobby, die van tijd tot tijd gerelativeerd<br />

moet worden.<br />

Natuurlijk is het merendeel<br />

van de vondsten niet<br />

super uniek. Dat mag de<br />

pret echter niet drukken.<br />

Met vondsten zoals een<br />

zilveren gulden (zie pag 16) en<br />

kruisjes komt Kees ook tevreden<br />

thuis. Tenslotte rest mij nog te<br />

vertellen dat hij nog tal van metaaltjes,<br />

zoals 19e-eeuwse broches,<br />

bellen (sommige doen het nog!)<br />

en duiten in huis heeft.<br />

Kees, namens alle leden wil ik je<br />

hartelijk bedanken voor je werkzaamheden<br />

binnen de vereniging.<br />

Waarschijnlijk beseft lang niet iedereen hoeveel er<br />

achter de schermen gebeurt. Dit interview lijkt mij<br />

dan ook op zijn plaats.<br />

Wouter van den Brandhof<br />

Bronzen kruisje,<br />

17-18e eeuw


24<br />

Fig. 1<br />

MUNITIE<br />

In deze tweede aflevering over munitie wil ik het hebben over de gevaren die zich<br />

kunnen voordoen bij het zoeken en verzamelen van munitie. Er lopen nogal wat<br />

mensen rond die denken dat munitie die al sinds de Tweede Wereldoorlog in de grond<br />

heeft gezeten niet meer gevaarlijk is. Voor sommige soorten geldt dit inderdaad, voor<br />

andere maakt het verstrijken van de tijd geen verschil, en weer andere soorten munitie<br />

worden zelfs gevaarlijker.<br />

Fosfor<br />

Het is dus belangrijk de gevaarlijke<br />

munitie op tijd te herkennen.<br />

Voor het gemak deel ik de munitie<br />

in twee categorieën in:<br />

1. kaliber t/m 12,7 mm,<br />

2. kaliber groter dan 12,7 mm<br />

(granaten).<br />

In de eerste categorie vallen de<br />

pistool-, geweer- en machinegeweerpatronen.<br />

<strong>De</strong>ze zijn niet zo groot en<br />

lijken daarom niet gevaarlijk. Zoekers<br />

komen af en toe patronen tegen<br />

die een verfmarkering hebben, zoals<br />

een groene projectielspits of blauwe<br />

verf rond het slaghoedje. In het<br />

vorige artikel heb al uitgelegd dat het<br />

hierbij gaat om een aanduiding over<br />

de aard van het projectiel. Helaas<br />

zorgt een langdurig verblijf in de<br />

bodem er vaak voor dat deze markering<br />

niet meer zichtbaar is. Een<br />

zwarte projectielspits is in donkere<br />

bosgrond vaak niet meer te zien.<br />

Zonder herkenbare aanduiding is<br />

het niet duidelijk of het hierbij gaat<br />

om een gevaarlijk of onschuldig<br />

exemplaar. Hieronder volgen een<br />

paar voorbeelden van niet zulke<br />

onschuldige patronen.<br />

Kleine rotzakjes<br />

Een minder onschuldige patroon die<br />

regelmatig gevonden wordt, is de<br />

Duitse P.m.K.-patroon (fig. 1). <strong>De</strong><br />

voluit geschreven naam zegt het al:<br />

Phosphor mit Kern. Het gaat hierbij<br />

om een patroon van het kaliber 7,92<br />

x 57, de standaard Duitse geweerpatroon,<br />

onder meer gebruikt in het<br />

Mausergeweer en de machinegewe-<br />

J. F. vd Weerden<br />

(<strong>De</strong>el 2)<br />

uit de 19e en 20e eeuw<br />

ren MG34 en MG42. <strong>De</strong> patroon is<br />

herkenbaar aan een ring van zwarte<br />

verf om het slaghoedje, terwijl<br />

oudere exemplaren daarnaast nog<br />

een 5 mm brede rode band over de<br />

hulsbodem hebben. Het moge<br />

duidelijk zijn dat de patronen met<br />

alleen de zwarte verf om het slaghoedje<br />

moeilijk te herkennen zijn.<br />

Het losse projectiel is herkenbaar<br />

aan een rond gat aan de zijkant,<br />

opgevuld met lood. Als het projectiel<br />

wordt afgeschoten, smelt het lood<br />

door de wrijvingswarmte in de loop<br />

en komt het witte fosfor in contact<br />

met de zuurstof in de lucht, waarna<br />

het ontbrandt. <strong>De</strong>ze patroon is<br />

ontworpen om brand te stichten. Als<br />

deze patroon in nieuwstaat is, zal hij<br />

niet spontaan ontbranden. Bodemvondsten<br />

zijn echter altijd aangetast<br />

door corrosie.<br />

Fig. 2<br />

Beobachtungspatrone<br />

Fosfor<br />

Springstof<br />

Vooral fosforpatronen die in het<br />

water zijn gevonden zijn verraderlijk.<br />

Een zoekmaat had zijn schuur vol<br />

patronen staan die uit het water<br />

kwamen. Hieraan was op het eerste<br />

gezicht niets te zien. Op een gegeven<br />

ogenblik stond zijn schuur echter vol<br />

met rook. Het bleek dat zich tussen<br />

zijn vondsten een aantal fosforpatronen<br />

bevonden, waarvan door het<br />

langdurige verblijf onder water de<br />

projectielmantels waren aangetast.<br />

<strong>De</strong>ze doorweekte patronen droogden<br />

langzaam op, waarna de fosfor met<br />

zuurstof in aanraking kwam en<br />

ontbrandde. Behalve dat deze patronen<br />

brandgevaar opleveren is de<br />

fosfor ook nog eens giftig. <strong>De</strong> meeste<br />

P.m.K-patronen die ik gezien heb,<br />

hadden de code P120 (Dynamit AG,<br />

Werk Empelde). Tijdens de oorlog<br />

veranderde deze code in “emp”.<br />

Een andere gezellige Duitse patroon<br />

in hetzelfde kaliber is de zgn. Beobachtungspatrone<br />

(B.-Patr., fig. 2).<br />

<strong>De</strong>ze patroon is herkenbaar aan het<br />

feit dat het onderste gedeelte van de<br />

punt zwart is. Oudere, vooroorlogse,<br />

patronen hebben een verchroomde<br />

projectielspits. Het projectiel van<br />

Fig. 3<br />

Patroon voor een Besa-tankmitrailleur<br />

Thermiet


deze patroon is voorzien van een<br />

slagpen, een springlading en een<br />

fosforlading. Ook deze patroon is<br />

bedoeld om brand te stichten. Als<br />

het projectiel na afvuren iets raakt,<br />

slaat de slagpen in de gevoelige<br />

springlading. Door de explosieve<br />

kracht hiervan wordt het projectiel<br />

opengereten, waarna het fosfor<br />

ontbrandt. <strong>De</strong>ze patronen werden in<br />

de oorlog door verschillende fabrieken<br />

gemaakt en vooral tegen vliegtuigen<br />

ingezet (boordmitrailleurs).<br />

Behalve de Duitsers hebben ook de<br />

Engelsen een aantal vernuftige<br />

patronen op de markt gebracht. Een<br />

algemeen voorkomende is de<br />

patroon met brandstichtend projectiel<br />

voor de Besa-tankmitrailleur<br />

(fig. 3). <strong>De</strong>ze is in hetzelfde kaliber<br />

als bovengenoemde Duitse patronen<br />

(7,92 x 57). Dit is niet verwonderlijk,<br />

omdat de Besa een van oorsprong<br />

Tsjechisch ontwerp is. Bij deze<br />

brandstichtende patroon is het<br />

projectiel gevuld met de stof thermiet.<br />

Dit is een brandstichtende stof<br />

die explosieve ontbranding kent. Als<br />

het projectiel iets hards raakt, fungeert<br />

het uiterste puntje als ontsteker<br />

en zal de punt openbarsten en<br />

ontbranden. Gelukkig geven de<br />

Engelsen op de hulsbodem aan welk<br />

projectiel zich op de huls bevindt. In<br />

dit geval geeft een B in het bodemstempel<br />

de brandstichtende functie<br />

aan (bijvoorbeeld K2 43 BIz).<br />

Een aantal kennissen heeft wel eens<br />

geprobeerd een oogje aan een losse<br />

kogelpunt van bovengenoemd type te<br />

solderen. Dit resulteerde in spectaculair<br />

doch ongewenst vuurwerk.<br />

Een tweede Engels patroon is eveneens<br />

brandstichtend. Dit opvallende<br />

patroon is van het kaliber 7,7 x 56<br />

(.303 inch) en heeft in de bodemstempeling<br />

de code BIV of BIVz<br />

(fig. 4). Vooral het projectiel is zeer<br />

herkenbaar. <strong>De</strong> punt loopt niet<br />

vloeiend, maar vertoont een sprong.<br />

<strong>De</strong> inhoud van het projectiel bestaat<br />

voor de helft uit fosfor. Mijn ervaring<br />

is dat deze patronen vaak voorkomen<br />

bij vliegtuigmunitie uit het begin van<br />

de oorlog. Behalve de hier genoemde<br />

algemenere patronen komt er nog<br />

ander in meer of mindere mate<br />

gevaarlijk kleinkalibermunitie voor.<br />

In het algemeen geldt: in geval van<br />

twijfel, neem geen risico. Onlangs<br />

liet iemand mij een munitieonderdeeltje<br />

zien met de vraag of dat<br />

dingetje wel in een kogelpunt thuishoorde.<br />

Het bleek de slagpin uit een<br />

B.-patroon te zijn. Toch knap dat hij<br />

onbeschadigd langs de springstof en<br />

het fosfor is gekomen!<br />

Fig. 4<br />

Fig. 5<br />

Fosfor<br />

Grote jongens<br />

Over de kalibers boven de .50 kan ik<br />

kort zijn: afblijven! <strong>De</strong>ze grote<br />

projectielen (iedereen snapt wel dat<br />

lege hulzen geen gevaar opleveren)<br />

zijn meestal zo verroest dat er geen<br />

merktekens of kleurcodes meer te<br />

herkennen zijn, zoals op deze Duitse<br />

10,5 cm granaat (fig. 5). <strong>De</strong> kans dat<br />

net die ene die jij vindt een onschuldig<br />

oefen- of lichtspoorprojectiel is,<br />

is wel erg klein. <strong>De</strong> kans op fosfor- of<br />

springlading is veel groter. Er is voor<br />

en tijdens de Tweede Wereldoorlog<br />

door alle landen ijverig geëxperimenteerd<br />

met allerlei ladingen en ontstekers.<br />

Vooral de Duitsers, die wapens<br />

en munitie uit alle veroverde landen<br />

in gebruik hadden, hebben in de<br />

Nederlandse bodem een enorme<br />

variatie aan munitie achtergelaten.<br />

Mocht je een granaat tegenkomen,<br />

waarschuw dan de politie. Dit levert<br />

meestal wel wat argwanende blikken<br />

op, maar voorkomt ongelukken later.<br />

Het is namelijk niet zeker of de<br />

zoeker na jou zo verstandig is om<br />

van het projectiel af te blijven. Ik zou<br />

zelf niet graag met de gedachte<br />

rondlopen dat ik een ongeluk had<br />

kunnen voorkomen. Ga trouwens<br />

niet met granaten sjouwen, de kans<br />

bestaat dat de springstof door het<br />

verstrijken van de jaren instabiel en<br />

daardoor uiterst gevoelig is geworden.<br />

Het is beter het projectiel<br />

onopvallend te markeren en daarna<br />

de politie te waarschuwen.<br />

25


<strong>De</strong> Troy Shadow X3<br />

<strong>De</strong> X3 met dezelfde 19 kHz elektronica als de<br />

X5 maar alleen met noodzakelijke afstelmogelijkheden.<br />

Standaard uitgerust met een 18 cm concentrische<br />

zoekschijf om optimaal te kunnen<br />

zoeken naar ‘goede objecten’ tussen ijzerafval.<br />

Introductieprijs € 899,00 incl. acc.<br />

DETECTORNIEUWS<br />

vanaf nu leverbaar bij GELAN <strong>De</strong>tectiesystemen B.V.<br />

Voor meer informatie:<br />

GELAN <strong>De</strong>tectiesystemen B.V.<br />

Het Sterrenbeeld 48<br />

5215 ML ’s-Hertogenbosch<br />

Tel. +31 (0)73 54 81 199<br />

Fax.+31 (0)73 54 81 195<br />

E-mail: info@gelan.nl<br />

Internet: www.gelan.nl<br />

<strong>De</strong> Shadow X3 control panel<br />

HEBT U OOK ZO’N MOOIE OUDE GOUDEN RING GEVONDEN?<br />

En vindt u het ook zo jammer dat deze beschadigd is?<br />

Na al die tijd, dat zo’n sieraad in de grond heeft gezeten, zijn er vaak flink wat<br />

beschadigingen in gekomen. Het kan zijn dat uw ring verbogen is, dat er diepe<br />

krassen in zitten of dat er onderdelen missen.<br />

Als u deze ring weer in z’n oorspronkelijke staat wilt brengen, bent u bij mij aan het<br />

goede adres. Door mijn werk als goud- en zilversmid ben ik in staat allerlei oude<br />

sieraden en gebruiksvoorwerpen te repareren en te restaureren. Dit doe ik naast het<br />

ontwerpen en repareren van ‘gewone’ sieraden en gebruiksvoorwerpen. Ook kan ik<br />

van oud goud iets anders voor u maken.<br />

Missende onderdelen kunnen er<br />

weer bij worden gemaakt, zodat uw<br />

sieraad weer compleet is. <strong>De</strong><br />

oorspronkelijke materialen zoek ik<br />

er weer bij zodat die samen een<br />

passend geheel vormen.<br />

Ik kan uw sieraad zó restaureren<br />

dat het er uit blijft zien als een oud<br />

sieraad, maar het kan ook zijn dat<br />

u wilt dat het sieraad er weer als<br />

nieuw uitziet. Dat is natuurlijk ook<br />

mogelijk.<br />

<strong>De</strong> gevonden sieraden zijn vaak<br />

vuil en moeilijk schoon te maken.<br />

Ik heb de middelen om het sieraad<br />

op de juiste manier schoon te<br />

krijgen.<br />

Omdat u met de goudsmid zelf<br />

overlegt, kunt u uw wensen aan mij<br />

kenbaar maken. Daar wordt dan<br />

ook de prijs op aangepast.<br />

<strong>De</strong> kosten van een reparatie hangen<br />

af van de mate waarin u uw<br />

sieraad gerestaureerd wilt zien.<br />

Op de zoekdag ben ik aanwezig<br />

om vragen te beantwoorden en<br />

eventueel ter plekke kleine reparaties<br />

te verrichten. Grotere opdrachten<br />

vragen meer tijd. In dat geval<br />

maak ik met u een afspraak zodat u<br />

weet wanneer de opdracht klaar is.<br />

Neem dus uw te restaureren,<br />

kapotte sieraden of gebruiksvoorwerpen<br />

mee naar de zoekdag om<br />

ze door mij te laten beoordelen.<br />

Ook kunt u dan oud goud meenemen<br />

om te laten omsmelten.<br />

Eventueel koop ik ook oud goud<br />

op. Pas dan kan ik u vertellen wat<br />

de mogelijkheden zijn!<br />

Sander Medendorp<br />

Goud- en zilversmid<br />

Edelsmederij Sand’or<br />

Informatie is te vinden op<br />

mijn site:<br />

www.edelsmederijsand-or.nl<br />

Voor vragen kunt u bellen naar het<br />

volgende<br />

nummer: 06-29016577<br />

27


28<br />

In het derde deel van Stille Levens Beleven gaan<br />

we een heel eind terug in de schilderkunst. Het<br />

betreft hier een schilderij van Rogier van der<br />

Weyden dat vóór 1443 is geschilderd.<br />

Het schilderij stelt de kruisafneming van Jezus<br />

Christus voor. Dit schilderij hangt in het Museo<br />

del Prado in Madrid.<br />

Op de rechterzijde van het schilderij<br />

staat een wenende vrouw met een<br />

wel heel interessante gordel, die<br />

wordt gesloten met behulp van een<br />

medaillonsluiting. Op de gordel zijn<br />

allemaal letters bevestigd die tezamen<br />

een tekst vormen. Als we goed<br />

kijken zien we: I H E S V S M A R I.<br />

<strong>De</strong> laatste vier letters zullen ongetwijfeld<br />

M A R I A vormen. <strong>De</strong> letters op<br />

de gordel zijn een mooi voorbeeld<br />

van hoe de vaak fraai versierde letters<br />

werden gebruikt. Alhoewel men niet<br />

dagelijks een dergelijke vondst doet,<br />

bedenk dan dat als men één letter<br />

vindt, er wellicht meer kunnen liggen.<br />

<strong>De</strong> afbeeldingen<br />

<strong>De</strong> eerste afbeelding die we hier laten<br />

zien is de letter M. <strong>De</strong> M is gekroond<br />

en aan de achterzijde zijn nog duidelijk<br />

de bevestigingspunten te zien.<br />

Het insigne is afkomstig van het<br />

voormalige kloosterterrein Koningsveld<br />

(KV II). Het insigne is gegoten<br />

en het metaal is van een lood/tin<br />

legering (collectie D. de Jong).<br />

Mart Hoffmann<br />

Stille levens beleven<br />

<strong>De</strong> medaillonsluiting die hier is afgebeeld<br />

is afkomstig uit <strong>De</strong>lft van het<br />

voormalige schuttersveld, waar in<br />

november 2002 grond werd uitgegraven<br />

ten behoeve van nieuwbouw. Het<br />

is niet direct gelijkend aan de medaillonsluiting<br />

van het schilderij, maar dit<br />

komt omdat er veel verschillende<br />

modellen zijn.<br />

Mijn vermoeden is dat mijn vondst<br />

afkomstig is van minder welgestelde<br />

mensen, gezien de soms zeer fraai<br />

bewerkte en van duurder materiaal<br />

uitgevoerde medaillonsluitingen.<br />

<strong>De</strong> medaillonsluiting is gegoten en<br />

<strong>De</strong> Kruisafneming<br />

(detail)<br />

<strong>De</strong> Kruisafneming,<br />

Rogier van der Weyden<br />

het gebruikte metaal is messing of<br />

een koperlegering. Er zijn na het<br />

gieten van de medaillonsluiting<br />

graveringen aangebracht, met in het<br />

hart een gotische N. Een precieze<br />

datering kan ik niet geven maar een<br />

datering tussen 1400-1475 is niet<br />

uitgesloten. Dit baseer ik op de<br />

gegevens van de aardewerk scherven<br />

uit Siegburg in dezelfde partij grond<br />

als waarin ik de medaillonsluiting heb<br />

gevonden.<br />

Bij het vinden van de medaillonsluiting<br />

dacht ik in eerste instantie dat ik<br />

een muurhaak had gevonden. Toch is<br />

<strong>De</strong> letter M<br />

gegoten lood/tin legering


(deel 3)<br />

Medallionsluiting<br />

circa 1400-1475<br />

dit iets om even bij stil te staan, want<br />

het zou mij dan ook niet verbazen als<br />

er zich in diverse collecties nog<br />

medaillonsluitingen bevinden die het<br />

etiket muurhaak hebben gekregen.<br />

(collectie M.J. Hoffmann)<br />

?<br />

Raad de foto (<strong>70</strong>)<br />

Ook nu hebben we weer een object voor de rubriek 'Raad de foto'.<br />

Door middel van een e-mail of brief(kaartje) kan hierop worden gereageerd door leden van onze<br />

vereniging. Onder de goede inzenders zal een boek worden verloot.<br />

Reacties kunnen naar: e-mail j.koning@detectoramateur.nl of J. Koning, Roodborststraat 20,<br />

8916 AG Leeuwarden.<br />

We vragen wel een zo duidelijk mogelijke beschrijving inclusief datering. Dit vergemakkelijkt de<br />

keuze voor de winnaar. <strong>De</strong> inzendtermijn sluit op 1 oktober 2003.<br />

In nummer 69 ging het om een kaarsendover. <strong>De</strong>ze was bevestigd aan een stokje en men<br />

liet het over de vlam heen zakken zodat deze doofde. Datering: 19e eeuws.<br />

Er kwamen ditmaal weinig inzendingen binnen. Dit heeft waarschijnlijk met de<br />

vakantietijd en het mooie weer te maken. Het is geen romeins inktpotje of schenktuit.<br />

Niemand kwam maar in de juiste richting zodat er geen prijs is toegekend.<br />

Nu de nieuwe Raad-de-foto; we zien een voorwerp van gebakken aardewerk met maataanduiding.<br />

We willen weten de datering, en natuurlijk wat het is als het compleet is.<br />

<strong>De</strong> meest uitgebreide beschrijving wint.<br />

29


30<br />

Bodemvondsten worden echter om<br />

allerlei redenen niet aangemeld bij<br />

de SCEZ. Het overgrote deel van de<br />

vondsten verdwijnt ongezien in de<br />

privé-collecties van detectorzoekers,<br />

waarvan er - alleen al in Zeeland -<br />

zo’n honderd actief zijn. <strong>De</strong>ze privécollecties<br />

zijn slechts bij enkele<br />

insiders bekend. <strong>De</strong> archeologisch<br />

en historisch vaak zeer belangwekkende<br />

vondsten daaruit blijven dus<br />

onopgemerkt en zijn niet beschikbaar<br />

voor onderzoek.<br />

Waarschijnlijk gaat het alleen in<br />

Zeeland al om vele duizenden van<br />

dit soort vondsten per jaar. Zich<br />

realiserend dat hiermee onnodig veel<br />

informatie verloren dreigde te gaan,<br />

namen in 1999 enkele leden van de<br />

Archeologische Werkgemeenschap<br />

voor Nederland (AWN) het initiatief<br />

om een werkgroep op te richten met<br />

als doel het verzamelen van gegevens<br />

over metaalvondsten die in het<br />

bezit zijn van particulieren. <strong>De</strong>ze<br />

werkgroep functioneert binnen de<br />

afdeling Zeeland van de AWN.<br />

Als eerste project van de Werkgroep<br />

Metaalvondsten Zeeland (WMZ) is<br />

H. Hendrikse<br />

Zegelstempels en zegelringen uit Zeeuwse bodem<br />

Met de komst van de metaaldetector is het zoeken naar metalen voorwerpen<br />

een populaire hobby geworden in binnen- en buitenland. Vele duizenden<br />

metalen voorwerpen zijn in de laatste twee decennia met behulp van dit<br />

nuttige apparaat opgespoord. Slechts een zeer klein deel hiervan wordt<br />

aangemeld bij de officiële instanties en geregistreerd. In Zeeland moet dit<br />

gebeuren bij de provinciaal archeoloog van de Stichting Cultureel Erfgoed<br />

Zeeland (SCEZ).<br />

Afb.1<br />

Zegelstempel van loodbrons van Jacob[u]s<br />

Alverdoen. Wapenschild met zes jakobsschelpen,<br />

(3:2:1). Vindplaats: Sluis. Datering: 1300-1350.<br />

gekozen voor het onderzoek en de<br />

registratie van in Zeeland gevonden<br />

zegelstempels en zegelringen.<br />

Hiertoe is door de werkgroep een<br />

registratieformulier ontworpen,<br />

conform de richtlijnen betreffende<br />

de registratie van bodemvondsten in<br />

ARCHIS. ARCHIS is het door de<br />

Rijksdienst voor het Oudheidkundig<br />

Bodemonderzoek (ROB) opgezette<br />

en ontwikkelde geautomatiseerde<br />

archeologische informatiesysteem.<br />

Het ARCHIS - formulier is hiervoor<br />

aangevuld met dit formulier om op<br />

de specifieke vragen die aan bepaalde<br />

groepen voorwerpen gesteld<br />

worden een antwoord te kunnen<br />

geven. Andere specifieke groepen<br />

voorwerpen die in aanmerking<br />

komen voor registratie en documentatie<br />

zijn: pelgrimsinsignes, Romeinse<br />

munten, vogeldrinkbakjes of<br />

inktpotjes, muntgewichtjes, kinderspeelgoed<br />

van metaal, penningen,<br />

sleutels, gewichten, enz. Pelgrimsinsignes<br />

bijvoorbeeld geven een beeld<br />

van de devotie in de Middeleeuwen<br />

en van de in de regio en daarbuiten<br />

bezochte bedevaartplaatsen; gewichten<br />

en penningen zijn via ingeslagen<br />

Afb. 2<br />

Zegelstempel van broeder Johannes van het St.<br />

Jans Hospitaal in Aardenburg. Datering: 1275-<br />

1350. Vindplaats: Aardenburg.<br />

merken vaak te relateren aan een<br />

bepaalde stad; kinderspeelgoed<br />

verwijst naar de positie van het kind<br />

in de Laat- Middeleeuwse samenleving.<br />

<strong>De</strong> keuze voor de vondstcategorie<br />

zegelstempels en zegelringen heeft<br />

verschillende redenen. Ten eerste<br />

zijn deze voorwerpen niet alleen bij<br />

het grote publiek weinig bekend,<br />

maar ook bij genealogen, historici en<br />

archiefmedewerkers. Men kent wel<br />

de waszegels die soms met tientallen<br />

aan oorkonden hangen, maar niet de<br />

stempels.<br />

Ten tweede is het soms mogelijk via<br />

bronnenonderzoek informatie te<br />

verkrijgen over de eigenaar van een<br />

stempel, wiens naam, functie en/of<br />

beeldmerk te zien is op het stempelveld.<br />

Dit is tevens interessant voor<br />

een ieder die zich bezig houdt met<br />

historisch onderzoek, want de<br />

bewaard gebleven waszegels bevinden<br />

zich vaak in een slechte staat<br />

omdat zegelwas erg kwetsbaar is en<br />

snel brokkelt. Er zijn nog maar<br />

weinig oorkonden waarvan de<br />

bezegeling nog in gave staat verkeert.<br />

<strong>De</strong> afbeelding op het stempelveld<br />

zou in bepaalde gevallen aanvullende<br />

informatie kunnen bieden. Zo<br />

kunnen schriftelijke bronnen en<br />

archeologische vondsten elkaar<br />

aanvullen of bevestigen.<br />

Ten derde bestaat deze specifieke<br />

groep voorwerpen vrijwel geheel uit


odemvondsten. Naar verwachting<br />

zal de toename van het aantal aangemelde<br />

exemplaren eveneens vrijwel<br />

uitsluitend uit recente bodemvondsten<br />

bestaan.<br />

Omdat regulier archeologisch onderzoek,<br />

geplaagd door geld- en tijdgebrek,<br />

dikwijls andere prioriteiten<br />

heeft, worden deze nieuwe metaalvondsten<br />

bijna zonder uitzondering<br />

door particuliere detectorzoekers<br />

gedaan. <strong>De</strong> grote hoeveelheid voorwerpen<br />

die zich in particulier bezit<br />

bevindt, bracht met zich mee dat er<br />

van de zijde van de werkgroep<br />

bijzonder veel inzet gevraagd werd<br />

om de gewenste informatie te verkrijgen.<br />

Daarbij werd het raadzaam<br />

geacht niet te lang te wachten met<br />

navraag doen naar de vondstgegevens.<br />

Het merendeel van de zoekers<br />

documenteert de vondsten niet,<br />

zodat na een aantal jaren al twijfel<br />

kan ontstaan over de exacte vindplaats.<br />

Door onderlinge ruil en/of<br />

verkoop gaat bijna altijd informatie<br />

verloren. <strong>De</strong> nieuwe eigenaar is vaak<br />

minder geïnteresseerd in de vindplaats<br />

dan in het object zelf en zo<br />

kunnen in korte tijd de vondstgegevens<br />

- en daarmee een belangrijke<br />

bron van informatie - verloren gaan.<br />

Ook bij overlijden en boedelscheiding<br />

verdwijnen veel voorwerpen<br />

omdat de erfgenamen er, als de<br />

geldswaarde gering is, niet in geïnteresseerd<br />

zijn. Daar de vindplaats van<br />

een zegelstempel of zegelring in veel<br />

gevallen te relateren is aan de woonof<br />

verblijfplaats van de stempelvoerder<br />

is de exacte vindplaats van<br />

cruciaal belang om enig succes te<br />

Afb. 3<br />

Zegelstempel van brons, gevonden in Middelburg.<br />

Afbeelding van een staande Maria met<br />

Kind. <strong>De</strong> zegelaar geknield onder een ster.<br />

Datering: 1300-1350.<br />

kunnen boeken bij het bronnenonderzoek.<br />

<strong>De</strong> vindplaats is daarnaast<br />

van belang als nieuw of extra gegeven<br />

ten behoeve van de archeologische<br />

monumentenzorg.<br />

Bij de registratie van de stempels<br />

gold (en geldt) het midden van de<br />

negentiende eeuw als grens. Als<br />

criterium wordt gesteld dat het te<br />

registreren voorwerp een bodemvondst<br />

moet zijn. Uit een onderzoeksronde<br />

langs de verschillende<br />

lokale archieven in Zeeland bleek dat<br />

uit de Middeleeuwen geen enkel<br />

origineel burgerlijk of kerkelijk<br />

zegelstempel bewaard gebleven is.<br />

Wel is een beperkt aantal stadsstempels<br />

nog aanwezig. Uit het grote<br />

aantal nu geregistreerde stempels<br />

blijkt dus dat het bodemarchief heel<br />

wat meer stempels ‘bewaard’ heeft<br />

dan de ‘gewone’ archieven. In het<br />

laatste hoofdstuk van het boek is ter<br />

aanvulling een selectie uit de in de<br />

archieven bewaarde stadsstempels<br />

opgenomen.<br />

Toen na twee jaar de balans van het<br />

zegelstempelproject werd opgemaakt,<br />

bleek dat er een schat aan<br />

informatie boven water was gekomen.<br />

Dankzij het niet aflatende<br />

enthousiasme van de werkgroepleden<br />

en de medewerking van de<br />

particuliere detectorzoekers konden<br />

(tot 01-06- 2003) 275 zegelstempels<br />

en -ringen worden geregistreerd. <strong>De</strong><br />

werkgroep was van mening dat het<br />

jammer zou zijn wanneer de met<br />

veel inzet en investering verkregen<br />

gegevens, net als de voorwerpen zelf,<br />

op hun beurt een verborgen bestaan<br />

zouden gaan leiden in het archief<br />

van de SCEZ of in ARCHIS. Zo<br />

ontstond de wens om de onderzoeksresultaten<br />

van een deel van de<br />

zegelstempels en -ringen te publiceren,<br />

waardoor deze beschikbaar<br />

zouden komen voor een ieder die in<br />

deze materie geïnteresseerd is.<br />

Publicatie zou tevens een stimulans<br />

voor anderen kunnen betekenen tot<br />

nader onderzoek. Immers, de historische<br />

gegevens van de in de catalogus<br />

beschreven stempels zijn summier<br />

en kunnen in een aantal<br />

gevallen nog verder worden uitgediept.<br />

In het tijdsbestek waarin deze<br />

publicatie tot stand gekomen is, kon<br />

door allerlei omstandigheden dit<br />

ingewikkelde en zeer tijdrovende<br />

onderzoek niet plaats vinden.<br />

Zegelstempels en zegelringen<br />

Een zegelstempel of -ring vertegenwoordigt<br />

met een beeldmerk, naam<br />

en/of functie de identiteit van de<br />

eigenaar. <strong>De</strong> afbeelding op het<br />

stempelveld symboliseert de persoon<br />

of de instelling die het zegel voert.<br />

Het randschrift vermeldt de naam<br />

en/of de functie van de bezitter.<br />

Tijdens diens leven of ambtsperiode<br />

werden overeenkomsten met het<br />

stempel in een wasafdruk (zegel)<br />

bewijskrachtig gemaakt. Na overlijden<br />

of beëindiging van de ambtsperiode<br />

moest het stempel ongeldig<br />

gemaakt of vernietigd worden om<br />

misbruik en daarmee frauduleuze<br />

handelingen te voorkomen. Overheidsstempels<br />

daarentegen bleven<br />

vaak als bewijsstuk bewaard. Bij het<br />

onbruikbaar maken, werd in vele<br />

gevallen het stempel met hamer en<br />

beitel bewerkt, in tweeën gehakt of<br />

Afb. 4<br />

Vierlobbig messing zegelstempel, vermoedelijk toebehorend<br />

aan een Spaanse lakenhandelaar. Randtekst: Arias Alfonso.<br />

In het centrum een gaande schaap, daaromheen twee<br />

lakenbalen, een lelie en een burcht (Castilië).<br />

Vindplaats: Sluis. Datering: 1350-1400.<br />

>><br />

31


32<br />

>><br />

werden randschrift en beeldmerk<br />

weggevijld. Onder de gevonden<br />

zegelstempels is er een aantal dat<br />

duidelijk de sporen van bewuste<br />

beschadiging draagt. Omsmelten<br />

was ook een mogelijkheid, hoewel<br />

daar geen gegevens over beschikbaar<br />

zijn. Waarschijnlijk gebeurde dit<br />

alleen wanneer het een stempel van<br />

edelmetaal betrof. Vernietigen<br />

betekende in de praktijk vaak dat het<br />

stempel in een sloot, gracht of zelfs<br />

in een beerput werd gegooid, om na<br />

honderden jaren als bodemvondst<br />

weer aan het licht te komen. Hoewel<br />

de meeste stempels vrij gaaf worden<br />

teruggevonden, afgezien van de<br />

bewust aangebrachte beschadigingen,<br />

hebben de bodemzuren bij een<br />

aantal exemplaren hun werk helaas<br />

grondig gedaan.<br />

Op 01-06-2003 bedroeg het aantal<br />

geregistreerde in Zeeland gevonden<br />

stempels en ringen 275 exemplaren.<br />

Twee jaar geleden, vóór de aanvang<br />

van het project, waren dat er slechts<br />

5! Voor het grootste deel gaat het om<br />

zegelstempels uit de periode 1250-<br />

1500. <strong>De</strong> zegelringen zijn ver in de<br />

minderheid vergeleken met het<br />

aantal stempels. Daarbij is ook het<br />

aantal stempels uit de periode 1500<br />

tot 1900 beperkt.<br />

Zegelringen met gesneden stenen<br />

(gemmen) uit de Romeinse periode<br />

vormen een aparte groep en vallen<br />

niet binnen het kader van ons onderzoek.<br />

Ze zijn dus in deze publicatie<br />

buiten beschouwing gelaten. Wel is<br />

ter illustratie een Romeinse gemme<br />

uit Aardenburg afgebeeld bij het<br />

hoofdstuk over de historische ontwikkeling<br />

van de stempels.<br />

Afb. 5<br />

Spitsovaal zegelstempel van messing met een burcht en<br />

de naam Magri Willi de Dvmbvrg. Datering: 1275-1350.<br />

Vindplaats: Middelburg.<br />

Het zegelen in de Middeleeuwen<br />

Om een afdruk te maken in was is<br />

een stempel nodig. Een metalen<br />

stempel bestond in de Middeleeuwen<br />

uit een plat vlak, waarin een<br />

motto en/of randtekst was aangebracht.<br />

Aan de achterzijde was een<br />

oog meegegoten. Onder invloed van<br />

de gotiek werden de grepen op de<br />

messing stempels hoger. <strong>De</strong> mooiste<br />

exemplaren waren voorzien van een<br />

driepasoog. Het oog gaf de gebruiker<br />

de mogelijkheid om het stempel aan<br />

een ketting met zich mee te dragen.<br />

Zo kon verlies of diefstal worden<br />

voorkomen.<br />

Er werd gestempeld in bijenwas, die<br />

in veel gevallen werd gekleurd met<br />

gele, rode, bruine of zwarte pigmenten.<br />

Alleen de allerhoogste gezagsdragers<br />

zegelden in een afwijkend<br />

materiaal. Zo zijn bijna alle pauselijke<br />

stempelafdrukken die aan oorkonden<br />

hangen van lood. Ook deze<br />

exemplaren - bulla’s genaamd -<br />

komen onder bodemvondsten voor<br />

en zijn in het boek beschreven en<br />

afgebeeld.<br />

Fabricage van zegelstempels<br />

Ter vervaardiging van een stempel<br />

werd eerst een mal gemaakt; daarin<br />

werd vloeibaar metaal gegoten. Het<br />

gieten gebeurde door de brons- of<br />

geelgieter. <strong>De</strong> oudste in Zeeland<br />

gevonden stempels dateren uit de<br />

tweede helft van de 13e eeuw. <strong>De</strong><br />

stempels uit de periode tot ongeveer<br />

1400 zijn vaak van een hogere<br />

kwaliteit dan stempels uit de 15e en<br />

16e eeuw. Stempelsnijders brachten<br />

met een beiteltje een afbeelding aan<br />

in het metaal. Er is ook een methode<br />

beschreven om stempels compleet<br />

met voorstelling te gieten.<br />

Metaaltechnisch onderzoek<br />

Heel vaak worden metalen voorwerpen<br />

die uit de bodem komen alleen<br />

op hun uiterlijke kenmerken beoordeeld.<br />

Aan een voorwerp vervaardigd<br />

uit een koperlegering wordt naargelang<br />

de kleur het predikaat brons of<br />

messing gegeven. Veel van de zegelstempels<br />

worden beschreven als<br />

zijnde bronzen voorwerpen. Om een<br />

betere benaming te geven aan de<br />

zegelstempels is een aantal onderzocht<br />

bij het Instituut Collectiebeheer<br />

Nederland (ICN) in Amsterdam.<br />

<strong>De</strong> resultaten zijn in<br />

verschillende tabellen verwerkt.<br />

Opvallend is het gebruik van lood bij<br />

de bronzen en messing stempels. In<br />

enkele gevallen bestaat het stempel<br />

voor meer dan 50% uit lood.<br />

Vooral bij de middeleeuwse stempels<br />

zijn metaalalliages van zeer wisselende<br />

samenstelling gebruikt. Na<br />

1500 is vooral messing - een legering<br />

van koper en zink - in gebruik.<br />

Ateliers<br />

<strong>De</strong> vindplaatsen van de zegelstempels<br />

en -ringen liggen verspreid over<br />

de gehele provincie Zeeland.<br />

Ondanks de grote hoeveelheid<br />

aangemelde stempels zijn dat er te<br />

weinig om de locatie van productieateliers<br />

vast te stellen. Slechts twee<br />

stempels hebben hetzelfde model en<br />

een gelijkende afbeelding. Ze zijn<br />

door één en dezelfde persoon vervaardigd.<br />

Stempelvormen en -formaten<br />

in de Middeleeuwen<br />

<strong>De</strong> Merovingische en Karolingische<br />

koningen volgen de klassieke traditie<br />

van in gemmen gesneden portretten.<br />

Na verloop van tijd worden deze<br />

Afb. 6<br />

Zegelstempel van Walter de Vos met de<br />

afbeelding van een gaande vos.<br />

Datering: 1300-1350. Vindplaats: Aardenburg.


groter en na het jaar 1000 ontstaat<br />

een nieuw type stempel. Naast het<br />

gebruikelijke ronde stempel verschijnt<br />

ook een spitsovaal model. In<br />

de 13e eeuw worden schildvormige,<br />

vierkante en vijf- tot achthoekige<br />

vormen gebruikt. Bij de spitsovale en<br />

veelhoekige stempels blijft de lage<br />

greep gebruikelijk. Bij het ronde<br />

stempel ontwikkelt de greep zich tot<br />

een hoog type, waarbij het oog soms<br />

fraai is uitgewerkt. Dit type is veelal<br />

in gebruik bij de koop- en ambachtslieden.<br />

Dit is de derde stand naast de<br />

kerkelijke en burgerlijke overheid en<br />

de hoge en lage adel.<br />

<strong>De</strong> vorm van het stempel is soms<br />

een verwijzing naar de gebruiker.<br />

<strong>De</strong> spitsovale modellen tonen vooral<br />

kerkelijke hoogwaardigheidsbekleders,<br />

heiligen en Maria met Kind.<br />

Burgers gebruiken stempels met<br />

afbeeldingen die verwijzen naar hun<br />

naam of beroep.<br />

<strong>De</strong> gevonden stempels zijn in de<br />

regel klein. <strong>De</strong> burgerstempels in de<br />

Middeleeuwen hebben een diameter<br />

tussen de 1,5 en 2,5 cm. <strong>De</strong> hoogte is<br />

gemiddeld 2,5 cm. <strong>De</strong> lage ronde<br />

exemplaren hebben gemiddeld een<br />

iets grotere diameter, waarschijnlijk<br />

omdat ze hierdoor wat gemakkelijker<br />

te hanteren zijn. <strong>De</strong> spitsovale<br />

stempels lijken eveneens iets groter,<br />

maar dat komt omdat de lengtemaat<br />

als uitgangspunt genomen is. Stempels<br />

van na 1600 zijn vanwege de<br />

geringe hoeveelheid beschikbare<br />

exemplaren niet in een tabel verwerkt.<br />

In de 16e eeuw verschijnen er<br />

verschillende nieuwe typen stempels.<br />

Eén van deze typen bestaat uit<br />

een korte bus, waaraan een - meestal<br />

houten - handvat is bevestigd. Een<br />

Afb. 7<br />

Zegelstempel van verguld messing met afhangend getorst<br />

staafje. Afbeelding van een man met baard. Datering<br />

1<strong>70</strong>0-1750. Vindplaats: Sluis.<br />

ander type is het z.g. klapstempel.<br />

Dit bestaat naast de stempelplaat uit<br />

een scharnierend handvat, waardoor<br />

het voorwerp makkelijk op te bergen<br />

is. In de 18e eeuw verschijnt het<br />

kantelstempel met twee of drie<br />

keerbare zijden. Het heeft een<br />

scharnierende greep waardoor het<br />

gewenste stempelvlak naar beneden<br />

kan kantelen. Ook verschijnen er<br />

stempels met voorstellingen die<br />

teruggaan op de klassieke oudheid.<br />

Dit zijn classicistische nabootsingen<br />

van gemmen zoals die in de Griekse<br />

en Romeinse tijd in ringen zijn<br />

gebruikt. Al deze genoemde typen<br />

verschillen sterk met de zegelstempels<br />

die in de Middeleeuwen<br />

gebruikt zijn. <strong>De</strong> laatste zijn vaak<br />

diep uitgesneden omdat er gestempeld<br />

werd in was.<br />

Vanaf de 16e eeuw wordt, voor het<br />

verzegelen van persoonlijke documenten<br />

zoals brieven, lak gebruikt<br />

om in te stempelen. Doordat de lak<br />

na verwarming sterk uitvloeit is het<br />

niet nodig een stempel te gebruiken<br />

dat diep uitgestoken is. Het beeld<br />

toont vaak alleen nog het persoonlijk<br />

wapen of devies, maar geen naam<br />

omdat een brief voorzien werd van<br />

een handtekening. Zegelringen<br />

tonen vaak christelijke voorstellingen,<br />

letters en symbolen zoals een<br />

kroon of lelie.<br />

Om deze verzamelde informatie<br />

beschikbaar te stellen aan een ieder<br />

die wil kennis nemen van dit onderwerp<br />

is, zoals al opgemerkt, door de<br />

werkgroep besloten een publicatie te<br />

vervaardigen.<br />

Meer dan 250 kleurenfoto’s tonen<br />

een prachtig beeld van de ontwikke-<br />

Afb. 8<br />

Messing zegelring met de letter T.<br />

Vindplaats: Aardenburg.<br />

Datering: 1400-1450.<br />

ling van het zegelstempel door de<br />

eeuwen heen. Een derde deel van het<br />

boek bestaat uit een catalogus waarin<br />

een beschrijving en afbeelding van<br />

circa 100 zegelstempels en -ringen is<br />

opgenomen.<br />

In deze publicatie wordt voor het<br />

eerst deze specifieke groep bodemvondsten<br />

uit Zeeland op uitgebreide<br />

wijze beschreven en afgebeeld. <strong>De</strong><br />

winkelprijs bedraagt circa € 19,-.<br />

Het boek verschijnt begin november<br />

bij uitgeverij Apriles bv. en is verkrijgbaar<br />

via de boekhandel.<br />

Henk Hendrikse (Koudekerke, 1952) is<br />

als beheerder van het archeologisch depot<br />

verbonden aan de Stichting Cultureel<br />

Erfgoed Zeeland (SCEZ). Sinds de<br />

tweede helft van de jaren tachtig is hij<br />

betrokken bij talloze archeologische<br />

onderzoeken en opgravingen. <strong>De</strong> auteur<br />

is gespecialiseerd in o.a. middeleeuwse<br />

metalen voorwerpen en werkte mee aan<br />

tal van archeologische publicaties over<br />

Zeeuwse onderwerpen, zoals: ‘Geld uit de<br />

Belt’, ‘Marnix van St. Aldegonde’,<br />

‘<strong>De</strong> onderkant van de Markt’, ‘Verdronken<br />

land. Valkenisse en Keizershoofd’ en<br />

‘Vondsten in Veere’.<br />

Tevens is hij co-auteur van het boek<br />

‘Groeten uit Breskens’(1995), over de<br />

geschiedenis en topografie van Breskens<br />

aan de hand van honderden ansichten<br />

en fotokaarten.<br />

Afb 9<br />

Loden oorkondezegel (bulla) van Paus ALEXANDER VI<br />

(1492-1503). Voorzijde: boven twee bebaarde portretten de<br />

tekst: SPE (Sint Petrus) en SPA (Sint Paulus). Tussen de<br />

beide heiligen een kruis. Keerzijde ALEXANDER PP VI.<br />

Vindplaats: Middelburg. Collectie en foto’s: S. Bostelaar<br />

33


Ingezonden voor de<br />

vondst<br />

jaar<br />

V A N H E T<br />

2003 2003<br />

Van maisplantjes<br />

naar<br />

geïnjecteerde mestlandjes……<br />

11 mei 2003, een vriendelijke boer stond me die middag toe<br />

om tussen de jonge maisplantjes te gaan zoeken.<br />

Een leuk terrein met potscherven en pijpenkopjes<br />

en ja, ook 18 “duiten”. Nou ja duiten…… laten we<br />

het maar koperen schijfjes gaan noemen. Je gaat<br />

dan toch door, want je hoopt op zilver en goud.<br />

Goud<br />

En ja hoor, na een verrot nikkelen dubbeltje uit<br />

1948 kwam de eerste zilveren 10 cent uit 1935 naar<br />

boven. Twee rijtjes mais verder, kreeg laatstgenoemde<br />

gezelschap van een soortgenoot uit 1939.<br />

Zo, het zilver was binnen, nu het goud nog.....<br />

“24” op de display van mijn White’s XLT en daar lag een<br />

mooie gouden trouwring. Datum en naam nog goed leesbaar,<br />

15 mei 1946. <strong>De</strong>ze mensen zouden in principe dus<br />

komende week hun trouwdag vieren. Dus ik heb de volgende<br />

dag naar de burgerlijke stand gebeld en zij konden me<br />

inderdaad aan het huidige adres helpen.<br />

Ik kreeg een dame aan de lijn, die me<br />

inderdaad exact kon vertellen op welke<br />

locatie ze vijftig jaar geleden haar ring<br />

verloren had. Diezelfde ochtend was ze<br />

weer in het bezit van haar ring, ze vertelde<br />

me dat haar man drie jaar geleden<br />

was overleden. Ze had destijds haar ring verloren op een<br />

oranjefeest, tijdens een balspel. Ze vond het geweldig om<br />

haar ring weer in ontvangst te nemen! Zonder goud, maar<br />

met een bijzondere ervaring rijker reed ik weer naar<br />

Emmeloord.<br />

Brons<br />

Een ander apart “welriekend” zoekterrein was een weiland<br />

waar net mest was geïnjecteerd. Een groot voordeel van een<br />

dergelijk terrein is dat de grond voorgesneden is, dus kun je<br />

heel makkelijk een pol gras loswippen. Nadelen kan ik zo<br />

even niet bedenken…..<br />

Om mee te doen met de “Vondst van het jaar” dient u een verhaal, van tenminste 150 woorden,<br />

te schrijven over het door u gevonden object. Natuurlijk stuurt u duidelijke foto’s van het<br />

voorwerp mee. Voorwerpen van archeologische waarde dienen te worden aangemeld.<br />

Vondst van het jaar 2003 wordt gesponsord door de firma <strong>De</strong>tect.<br />

Eén vondst van dit land wil ik benoemen, ik dacht in eerste<br />

instantie, dat ik een ijzeren kruis uit de WO II had opgegraven,<br />

maar toen ik hem thuis schoonmaakte, bleek het om<br />

een bronzen kruis te gaan met het opschrift: “Trouw aan<br />

koning en vaderland”, 1830-1831. Op de andere<br />

zijde een gekroonde W, net als op een<br />

Willemcent. Op internet was de medaille<br />

al gauw gevonden.<br />

Het blijkt te gaan om het Hasseltkruis<br />

(België). Een herinneringskruis,<br />

uitgegeven aan hen<br />

die deelgenomen hadden aan de<br />

tiendaagse veldtocht in België.<br />

Het kruis zou gegoten zijn van<br />

het brons, dat afkomstig was van<br />

twee buitgemaakte Belgische<br />

kanonnen. Of het een unieke<br />

vondst is, weet ik niet, maar ik<br />

vond de achtergrondinformatie<br />

over dit kruis erg leuk.<br />

Zilver<br />

Ook werden in het voorjaar oude graslanden geploegd en<br />

opnieuw ingezaaid. Zo zag ik een boer bezig zijn land te<br />

egaliseren, dus ik rende het land op om te vragen of ik<br />

mocht zoeken. Dat mocht dus alleen die dag, want de volgende<br />

dag zou het worden ingezaaid. Hartstikke leuk,<br />

zoeken op zomaar een landje, ‘intuïtief’ zoeken, volgens het<br />

boekje van Gert Geesink.<br />

En ik had die dag geluk. Na een aantal, wederom, koperen<br />

schijfjes, was ik het eigenlijk wel een beetje zat, maar toch<br />

zocht ik het landje systematisch<br />

af, vooral vanwege de wetenschap<br />

dat ik er<br />

de volgende dag niet<br />

meer op mocht.<br />

En ja hoor, vanuit<br />

een kuiltje grijnsde<br />

mij de mooiste<br />

zilveren gesp toe,<br />

die ik ooit heb<br />

gevonden.<br />

35


36<br />

Er staat een T in, die verwijst naar klein zilver 1780 te<br />

Friesland, verder staat er handmatig gestippeld een F.H. in.<br />

Initialen? <strong>De</strong> gesp is 5,5 bij 4,5 cm. Ik heb me suf gezocht<br />

naar een dergelijk exemplaar op internet, maar kon hiervan<br />

geen broertje of zusje ontdekken, daarom wil ik met deze<br />

vondst graag meedoen met de vondst van het jaar 2003.<br />

Vriendelijke groeten van Robin Dijkstra<br />

Pijpaarden beeldje<br />

Het is alweer een aantal maanden<br />

geleden, dat ik op een maandagmiddag<br />

met mijn metaaldetector, mijn<br />

ogen goed de kost gevend, op een<br />

maisakker in een klein gehuchtje in<br />

Gelderland aan het zoeken was.<br />

Omdat ik al eerder op dit oude<br />

rivierduin een veldverkenning had<br />

uitgevoerd, waren mijn verwachtingen<br />

hoog gespannen.<br />

Want het aardewerk, dat hier<br />

zoal lag, varieerde van inheems<br />

Romeins tot laat-Middeleeuws aardewerk. Dus kon ik hier<br />

van alles verwachten. Zo trof ik hier een aantal artefacten<br />

aan, waaronder een schraper en een vuurstenen kling,<br />

waarvan ik de exacte datering nog niet heb kunnen achterhalen,<br />

maar dat zal ik nog wel eens te weten komen.<br />

Een leuk detail is dat de vuurstenen kling gevonden werd<br />

met de metaaldetector, want op de plek waar ik hem vond,<br />

kreeg ik een signaal van een stukje metaal en toen ik ging<br />

graven kwam ik dus die kling tegen.<br />

Andere leuke oogvondsten waren twee appliques van een<br />

Siegburgkan en vele leuke stukken aardewerk. Verder deed<br />

ik een aantal metaalvondsten waaronder een <strong>De</strong>venter<br />

bracteaat en een schijffibula (brons, emaille); de eerste in al<br />

die jaren dat ik zoek. Verder een middeleeuwse gesp, een<br />

zilveren kwart leeuwengroot (Willem V van Beieren, 1354-<br />

1389), en twee boekbeslagen, die mij zeer oud aandoen.<br />

Maar de absolute topper van die dag was wel een pijpaarden<br />

beeldje, dat ik op de grond zag liggen. In eerste instantie<br />

kon ik nog niet veel waarnemen van het voorwerp omdat<br />

het grotendeels onder de kleigrond zat, maar na het te<br />

hebben schoongemaakt, kwam er een prachtvoorwerp te<br />

voorschijn... Nadat ik deze vondst gedaan had, deed ik mijn<br />

VONDST VAN HET JAAR<br />

best om er wat meer over te weet te komen. Het resultaat<br />

van mijn verdere zoektocht naar informatie over het beeldje<br />

kun je hier lezen…<br />

Beschadigingen<br />

Veel beeldjes en andere voorwerpen, die een rol vervulden<br />

bij de dagelijkse praktijk van de persoonlijke devotie trof<br />

hetzelfde lot als het door mij gevonden beeldje, want wanneer<br />

deze objecten beschadigd raakten of om welke reden<br />

dan ook niet meer aan de smaak van de eigenaren voldeden,<br />

belandden ze samen met ander huisvuil in de beerput of op<br />

een andere vuilstortplaats. Daarom komen deze voorwerpen<br />

dan ook zelden ongeschonden uit de grond, ook zijn er<br />

aanwijzingen dat een deel van deze objecten voor het weggooien<br />

opzettelijk werd beschadigd om de eraan toegeschreven<br />

magische kracht te breken.<br />

Techniek en de productie van het beeldje<br />

Het beeldje is gemaakt van witbakkende klei. <strong>De</strong>ze werd<br />

door de beeldendrukker ingevoerd vanuit o.a. Doornikse<br />

en ook Engeland was een groot leverancier van pijpaarde.<br />

<strong>De</strong>ze klei werd toentertijd ook wel tebeer of toebasceerde<br />

genoemd. We spreken nu over pijpaardewerk, ook als we<br />

het hebben over producten uit witbakkende klei, die werden<br />

gemaakt in een periode waarin kleipijpen nog niet<br />

bestonden.<br />

<strong>De</strong> productie van zo’n beeldje was toentertijd vrij eenvoudig,<br />

men had hiervoor twee mallen die vol gedrukt werden<br />

met klei, vervolgens werden ze tegen elkaar aangedrukt en<br />

gladgestreken. Daarna lieten ze het een poosje drogen,<br />

waardoor het beeldje zelf door het krimpen losliet. Het<br />

bakken van het product vond meestal plaats bij pottenbakkers,<br />

maar ook hadden sommige heiligenbakkers hun eigen<br />

oven. Plaatsen waar heiligenbakkers actief waren zijn o.a.<br />

Utrecht, Kampen, <strong>De</strong>venter, Keulen en Antwerpen. Ook zal<br />

dit ambacht in andere oude steden uitgeoefend zijn, maar<br />

hierover is nog niet zoveel bekend.<br />

Het gebruik<br />

Het ligt voor de hand, dat religieuze beeldjes, naast vele<br />

ander devotionalia, in bedevaartplaatsen te koop werden<br />

aangeboden. Ook talrijke jaarmarkten boden de producenten<br />

een uitstekende gelegenheid om zo hun waar aan de<br />

man te brengen, evenals bij processies op religieuze hoogtijdagen.<br />

<strong>De</strong>ze beeldjes konden de gelovigen helpen bij hun<br />

persoonlijke geloofsbeleving, steun geven in moeilijke<br />

situaties of eenvoudigweg als talisman<br />

in gebruik zijn.


Een bijzonder aspect vormen de talrijke, populaire Jezuskindjes.<br />

Ze konden op een nieuwjaarskoek gebakken, als<br />

geschenk gegeven worden. Maar ook de kerstperiode komt<br />

voor gebruik in aanmerking. In de loop van de 15e en 16e<br />

eeuw hoort het in vrouwenkloosters tot de aandachtoefeningen<br />

om een Jezuskind te wiegen. Het gebruik komt dan ook<br />

voor onder de normale bevolking. Bij dit gebruik hanteerde<br />

men in het algemeen houten wiegjes, waarin het beeldje<br />

werd gelegd. Het door mij gevonden beeldje heeft zelf al<br />

een vorm van een wieg en zal dan ook als zodanig zijn<br />

gebruikt.<br />

Datering<br />

Religieuze pijpaarden beeldjes zijn bekend vanaf de 14e<br />

eeuw. Het vroegste type is tijdens opgravingen bij het<br />

kasteel Voorst te Zwolle uit de grond tevoorschijn gekomen.<br />

Dit beeldje was van voor 1363, want toen werd dit kasteel<br />

met de grond gelijk gemaakt. Het ging hier om een beeldje<br />

van Maria met kind. Verdere publicaties over dit soort<br />

beeldjes brengen ons tot in de 16e eeuw. <strong>De</strong>ze datering is<br />

vrijwel geheel gebaseerd op de veronderstelling dat de<br />

productie van deze voorwerpen in de 17e eeuw nagenoeg<br />

gestaakt zijn, omdat heiligenverering door de reformatie<br />

werd afgewezen. Echter, opgravingen in goed dateerbare<br />

lagen geven aan dat tot in de 18e eeuw nog pijpaarden<br />

plakketen gemaakt werden met religieuze afbeeldingen, dus<br />

we kunnen wel zeggen dat deze beeldjes een lange geschiedenis<br />

kennen. Om het door mij gevonden beeldje te kunnen<br />

dateren, heb ik gezocht naar vergelijkbaar materiaal en<br />

dat vond ik in het archeologisch dagboek van Zwolle,<br />

geschreven door Egbert Dikkens. <strong>De</strong>ze amateurarcheoloog<br />

vond een vergelijkbaar beeldje in de stad Zwolle, dat werd<br />

gedateerd rond 1475. Aangezien ik verder geen enkel vergelijkbaar<br />

stuk tegen ben gekomen, houd ik deze datering dan<br />

ook maar aan. <strong>De</strong> afmetingen van het beeldje zijn: lengte: 5<br />

cm, breedte: 3,1 cm en hoogte: 2,2, cm.<br />

Afbeelding<br />

Jezus Christus in een kribbe met in zijn rechterhand een<br />

rijksappel en met zijn linkerhand maakt hij met zijn vingers<br />

een zegenend gebaar. Zijn hoofd ligt op een kussen.<br />

Ook verdere details van het kind Jezus zijn nog zeer scherp.<br />

Op de bovenzijde van de kribbe bevinden zich aan de randen<br />

versieringen, wat al krullend het beeldje doet opsieren.<br />

Het doet mij denken aan een klimmende sierplant. In de<br />

vier hoeken staat in gotische letters I N R I. Wat staat voor<br />

Jezus Nazarenus Rex Judaeorum. Volgens Johannes de<br />

beginletters van de Latijnse woorden boven het kruis; Jezus<br />

van Nazareth, Koning der Joden.<br />

Alle gedane vondsten zijn aangemeld bij de provinciaal<br />

archeologe te Gelderland. Graag wil ik met het beeldje<br />

meedingen met de vondst van het jaar.<br />

Verder wens ik een ieder en met name Martin en Martin<br />

een goed zoekseizoen toe.<br />

W. Spoelder<br />

VONDST VAN HET JAAR 37<br />

Huistempeltje<br />

Hierbij wil ik mijn vondst insturen voor de<br />

vondst van het jaar 2003. Het betreft een 14eeeuws<br />

huistempeltje, dat helemaal compleet is.<br />

Het materiaal is lood/tin.<br />

Van dhr. Van Beuningen heb ik onderstaande<br />

reactie gehad per e-mail.<br />

Beste Marco Klomp,<br />

Hartelijk dank voor de toezending van de e-mail<br />

inzake het tinnen huistempeltje, waarmee ik u<br />

graag gelukwens. Dat dit type niet in HP1 of<br />

H2 is opgenomen is een gevolg van het feit dat<br />

het geen insigne betreft, dat gedragen werd. Op<br />

zichzelf hebt u een zeer bijzondere vondst<br />

gedaan, want ik ken wel fragmenten van los<br />

van elkaar gevonden onderdelen maar geen<br />

enkel compleet exemplaar. Ik zou het graag<br />

eens willen zien en fotograferen voor mijn<br />

documentatie.<br />

Met vriendelijke groet,<br />

H.J.E. van Beuningen<br />

Het voorwerpje is gevonden in Middelburg in 15e-eeuwse<br />

stortgrond, van net buiten de oude stadsmuren. Het voorwerpje<br />

is al per e-mail aangemeld bij de archeoloog en er is<br />

ook al telefonisch contact over geweest.<br />

Eerdaags ga ik er naar toe omdat de vondst nog maar drie<br />

dagen in mijn bezit is en ik nog zo'n vijf andere bijzondere<br />

vondsten moet aanmelden en de benodigde formulieren<br />

moet invullen.<br />

Met vriendelijke groet,<br />

Marco Klomp<br />

Een geluk na een ongeluk<br />

‘Sneeuw dwarrelde neer op de open plek in het bos.<br />

Aan de rand van de open plek was de sneeuw rood<br />

gekleurd.<br />

<strong>De</strong> in een pels gehulde man was bezig het hert, dat hij<br />

zojuist met zijn speer had gedood, te ontleden. Met zijn<br />

bronzen bijl hakte hij het vlees los van de botten.<br />

<strong>De</strong> huid lag al opgerold klaar om mee te nemen naar de<br />

kraal. Daar zouden ze zich vast verheugen op een koningsmaal<br />

en een warme pels in deze koude dagen.<br />

Plotseling stopte hij met zijn bezigheid. Hoorde hij daar wat<br />

kraken in het bos?<br />

Omzichtig speurde hij de bosrand af, niets te zien. Dus<br />

haalde hij weer uit om verder te hakken. Oei oei, wat een<br />

ramp, met een klap kwam de bijl neer op een deel van de<br />

hoorn en brak af.


38<br />

<strong>De</strong> bijl verdween in de 30 cm dikke sneeuwlaag, de steel<br />

had hij nog in de hand. Hoe hij ook zocht, de bijl werd niet<br />

meer gevonden……..’<br />

Een flinke piep in de<br />

aardappelvoor en graven<br />

maar.<br />

Nu geef ik het dus nooit<br />

op, want een piep is<br />

materiaal. Dus na 40<br />

cm ben ik doorgegaan<br />

tot er een onooglijk stuk<br />

ijzer mee naar boven<br />

kwam.Gooi maar weg,<br />

dacht ik, je hebt veel<br />

werk verricht voor niets. Toch ging er een belletje rinkelen.<br />

Door ervaring wijs geworden, heb ik het stuk ijzer toch<br />

maar even tegen de schop geslagen.Mijn zoekersoog zag<br />

een streepje geel in de zwarte massa, en ja hoor, na ongeveer<br />

4000 jaar is de verloren bijl weer terecht. Nu niet meer<br />

operationeel, maar een sieraad in mijn vitrine.<br />

Eugene Swarts<br />

vondst<br />

jaar<br />

V A N H E T<br />

2003<br />

2003<br />

<strong>De</strong> opzet van de rubriek<br />

‘Vondst van het jaar is vernieuwd’.<br />

<strong>De</strong> reden was dat er<br />

voor sommige categorieën<br />

weinig of niets werd ingezonden.<br />

Er zijn nu 2 categorieën,<br />

t.w. ‘metaalvondsten’ en<br />

‘bijvondsten’ (glas, aardewerk<br />

en voorwerpen uit de steentijd).<br />

D.m.v. een kaart kunnen<br />

de leden volgend jaar hun<br />

keuze voor de leukste, mooiste<br />

of interessantste vondsten<br />

kenbaar maken.<br />

Voor de categorie ‘metaalvondsten’<br />

zijn er 5 prijzen<br />

beschikbaar. <strong>De</strong> hoofdprijs<br />

van 100 euro wordt dit jaar ter<br />

beschikking gesteld door de<br />

firma <strong>De</strong>tect uit Enschede.<br />

<strong>De</strong> firma Creatype stelt een<br />

prijs van 60 euro beschikbaar.<br />

Daarnaast stelt de vereniging<br />

nog 3 boekenpakketten ter<br />

waarde van 50 euro beschikbaar.<br />

Voor de mooiste ‘bijvondsten’<br />

is er een boekenpakket ter<br />

waarde van 50 euro en een<br />

boekenpakket ter waarde van<br />

35 euro.<br />

Om mee te doen met de<br />

‘Vondst van het jaar’ dient u<br />

een verhaal van tenminste 150<br />

woorden te schrijven over het<br />

door u gevonden object.<br />

Natuurlijk stuurt u duidelijke<br />

foto’s van het voorwerp mee.<br />

Voorwerpen van archeologische<br />

waarde dienen te worden<br />

aangemeld.<br />

Natuurlijk kunt u uw inzendingen<br />

ook per e-mail versturen<br />

naar: redactie@detectoramateur.nl<br />

VONDST VAN HET JAAR<br />

Mijn eerste vondst van<br />

zo’n respectabele ouderdom<br />

Het gebeurt niet zo vaak, maar op die bewuste zaterdagmorgen,<br />

29 maart, was het mijn vrouw die mij aanzette om<br />

toch nog eventjes te gaan zoeken met de detector. Het was<br />

goed weer, dus waarom ook niet. <strong>De</strong> meeste akkers waren al<br />

geploegd of ingezaaid en dat beperkt wel je mogelijkheden.<br />

Dus maar zoeken waar het nog kan.<br />

Dat was een stuk grond vlakbij een bos in de omgeving van<br />

Ommen. Ik had er al meer gezocht, maar heb toch weer<br />

even toestemming gevraagd voor de zekerheid. En natuurlijk<br />

mocht het wel. Ik vond centen van de jaren zestig en<br />

oud ijzer.<br />

Op een gegeven moment kreeg ik wel een heel mooi geluid.<br />

Na twee keer spitten kwam er een heel mooi muntje naar<br />

boven en nog van zilver ook. Per ongeluk had ik de tweede<br />

keer de munt op de achterkant geraakt. Jammer, maar niets<br />

aan te doen.<br />

Mijn eerste reactie: een Romeins muntje. Het zag er nog<br />

vrij schoon uit. Thuis heb ik geprobeerd het muntje te<br />

determineren, maar hoe kom je er nu achter wie de persoon<br />

is die afgebeeld staat op de voorkant? Gelukkig hielp Gert<br />

Geesink me uit de droom. Hij vertelde dat het een denarius<br />

was van Antonius Augustus Pius, periode 162–190 na Chr.<br />

Mijn eerste vondst van zo’n respectabele ouderdom. Nadat<br />

ik de munt vond heb ik natuurlijk nog wel een poosje<br />

verder gezocht of er nog meer te vinden was, maar mijn<br />

batterijen lieten het afweten (slordigheidje hè?).<br />

Graag wil ik meedoen met de vondst van het jaar. Uiteraard<br />

heb ik deze munt, in overleg met het KPK, aangemeld.<br />

PS: Het DDA <strong>Magazine</strong> is prachtig, ga zo door.<br />

Jan Scholte<br />

38


40<br />

Test CD-rom:<br />

S c<br />

Een opgraving uitvoeren met enkel een toetsenbord en een<br />

muis? Met de cd-rom Schatten en Scherven kunnen kinderen<br />

van 7 tot 12 jaar in de huid van een archeoloog kruipen. Opgraven,<br />

determineren, proefjes doen en een tentoonstelling inrichten<br />

met de vondsten; het kan allemaal.<br />

<strong>De</strong> cd, die er een is uit een serie, ziet er verzorgd uit evenals de<br />

meegeleverde handleiding. Wij waren natuurlijk benieuwd hoe<br />

de jeugd er op zou reageren en hebben een aantal kinderen<br />

gevraagd om dit spel te spelen. Hieronder een paar reacties:<br />

Recensie van de CD-ROM “Schatten en Scherven”<br />

door Mark Roosjen, 11 jaar, enthousiast detectoramateur en zeer<br />

geïnteresseerd in archeologie.<br />

Goede kanten van het spel:<br />

• Het spel is leerzaam. Je leert veel dingen over verschillende<br />

periodes en hoe archeologen aan het werk zijn bij een opgraving.<br />

• Het spel is leuk om te spelen, want je kan allerlei verschillende<br />

onderzoeken doen en je eigen filmpjes maken.<br />

• Het spel wijst je goed de weg naar de opgraving als je goed<br />

luistert.<br />

• Je komt ook veel dingen te weten over hoe de mensen vroeger<br />

leefden.<br />

Slechte kanten van het spel:<br />

• Het beeld van het spel beslaat maar een gedeelte van het<br />

computerscherm.<br />

• Het is erg belangrijk dat je eerst goed de gebruiksaanwijzing<br />

leest voordat je het spel gaat spelen.<br />

• Je moet niet in het gesavede spel komen als je het spel niet<br />

speelt. Want als je er wel in komt en je klikt iets aan dan moet<br />

je weer helemaal overnieuw beginnen.<br />

• Het spel is gemaakt voor kinderen van 7 tot 12 jaar. Maar ik<br />

vind dat de gebruiksaanwijzing voor een kind van 7 jaar te<br />

moeilijk is om te begrijpen.<br />

Tessa van der Velde, 6 jaar (heeft geen binding met de hobby)<br />

bleef telkens halverwege steken. Dit vond ze erg jammer.<br />

Ze kon zonder hulp van iemand die het al eerder gespeeld had<br />

niet verder.<br />

Gertjan Huls, 14 jaar<br />

Als u uw kinderen een leuk spel wilt laten spelen dan is dit wel<br />

een leuk spel, waar je veel in kan doen. Ik noem een paar dingen<br />

die mij gelijk opvielen toen ik het spel aan het spelen was:<br />

Bestellen<br />

<strong>De</strong> cd-rom Schatten en Scherven is sinds november<br />

2002 te koop in boekhandels en museumwinkels.<br />

Prijs: € 24,75<br />

Toen ik het spel net aan had vond ik dat er leuke muziek bij zat.<br />

Nadat ik was begonnen met het spel te spelen vond ik dat het<br />

ook mooi gemaakt was en ook wel goed afgewerkt.<br />

Ik vond het spel ook niet te moeilijk om te begrijpen zoals bij<br />

andere spellen soms wel is, maar hier wordt je alles goed uitgelegd.<br />

Ik vind in de opgravingen ook wel leuk gemaakt dat je niks<br />

mag beschadigen en zo voorzichtig mogelijk aan het werk moet.<br />

Ook leuk is dat er veel troep bij zat en dan dacht ik: dat is wel<br />

iets moois, terwijl het gewone troep was.<br />

Dit spel is eigenlijk een heel leerzaam spel. Je komt veel over de<br />

geschiedenis te weten want er wordt heel veel daarover uitgelegd,<br />

bijv. hoe oud de aarde is en zo nog veel meer leerzame<br />

dingen. Gelukkig kon ik niets negatiefs vinden omdat het spel<br />

wel goed gemaakt is. Het doel van het spel is eigenlijk dat je<br />

zoveel mooie en waardevolle opgravingen doet en dat dan aan<br />

het museum geeft en kijkt of het waardevol of gewoon troep is.<br />

En mijn conclusie is dan ook, dat het een zeer goed en leuk<br />

geslaagd spel is, echt de moeite waard om het aan te schaffen,<br />

veel succes alvast.


42<br />

VRAAGBAAK<br />

Vraagbaak ?<br />

Aan deze vraagbaak werkten mee: J. Zijlstra, B. te Boekhorst, A. van Herwijnen, J. Koning, D. Eekhof.<br />

Vragen kunt u opsturen naar<br />

J. Koning, Roodborststraat 20,<br />

8916 AG Leeuwarden.<br />

U kunt uw vragen natuurlijk ook d.m.v. een<br />

e-mail naar ons verzenden.<br />

E-mail: vraagbaak@detectoramateur.nl<br />

42<br />

Vraag 1<br />

<strong>De</strong>terminatieteam,<br />

Zouden jullie voor mij willen<br />

proberen deze munt te determineren.<br />

<strong>De</strong> munt is van zilver, diameter<br />

ongeveer 20 mm.<br />

Bij voorbaat dank,<br />

René Brouwer, <strong>De</strong>venter<br />

Antwoord:<br />

René, je zilveren munt is als<br />

volgt gedetermineerd.<br />

Herkomst : Schotland<br />

Muntsoort : Penny zonder jaartal<br />

(tweede aanmunting)<br />

Muntheer : Alexander III (1249-1286)<br />

Literatuur : Sear 5052<br />

Vraag 2<br />

Hallo Johan.<br />

Hierbij stuur ik je twee scans van ik denk een<br />

sleutel. <strong>De</strong> lengte is 85 mm en de breedte is 8<br />

mm. Graag de leeftijd en of het wel een sleutel<br />

is. Ik heb hem gevonden in mijn eigen dorp<br />

op een akker.<br />

Groetjes, Johan Vegelien<br />

Antwoord:<br />

Het heeft even geduurd. Steeds als ik hem<br />

naar voren haalde herkende ik hem niet, doch<br />

ik vermoed dat het, gezien het ronde gat waar<br />

een borgpen in kan, het iets te maken heeft<br />

met een boerenwagen.<br />

Je ziet de vorm ook wel bij oude boerderijen<br />

en wel bij de luiken/ blinden voor de ramen.<br />

<strong>De</strong> blinden rusten als zij niet voor de ramen<br />

zijn op een pen, wat de vorm betreft lijkt het<br />

hierop. Dit is weer een voorwerp wat ik eerst<br />

moet zien en in handen hebben om een<br />

duidelijk beeld te kunnen krijgen. Dus graag<br />

even meenemen naar een determinatiebijeenkomst<br />

en opnieuw laten bekijken.<br />

Vraag 3<br />

Hallo, ik ben Max Lammertink en 14 jaar, ik zoek nu zo'n 1,5 jaar en heb<br />

een C-scope 990 gekocht. Laatst vond ik dit muntje . Ik heb het ook<br />

gevraagd aan mijn buurman die al ± 20 jaar zoekt maar die wist het ook<br />

niet en hij kon het ook niet vinden in de boeken die hij heeft.<br />

Maar misschien weten jullie het. Het muntje is ongeveer<br />

1 cm in doorsnede. Het scannen van het muntje zelf<br />

lukte niet dus heb ik maar geprobeerd het over<br />

te nemen.<br />

Met vriendelijke groet<br />

en bij voorbaat dank,<br />

Max Lammertink<br />

Antwoord:<br />

Het betreft een duit van de Duitse stad Kleef geslagen tussen 1749 en<br />

1753. Dit exemplaar stamt zo te zien uit 1752.<br />

Vraag 4<br />

Geachte heer Koning.<br />

In de maand juni heb ik een zilveren munt gevonden. <strong>De</strong>ze heb ik via email<br />

aangemeld bij het Penningkabinet te Leiden. Ook heb ik gevraagd<br />

of zij in staat zijn deze te benoemen…. Dit kan wel lang duren. Kunt u<br />

voor mij deze munt plaatsen? Graag zie ik uw reactie tegemoet. Diameter<br />

27 mm, zilver.<br />

Hoogachtend, R.W. van Bemmel,<br />

een detectoramateur<br />

Antwoord:<br />

Herkomst: Hertogdom Brabant<br />

Muntsoort: Dubbele stuiver zonder jaartal<br />

Muntheer: Karel de Stoute (1467-1477)<br />

Muntplaats: Leuven (1468-1474)<br />

Literatuur: <strong>De</strong> Wit 503, Van Gelder/Hoc 23<br />

Tekst voorzijde: +KAROLVS:DEI:GRA:DVX:BG:BRAB:Z:LIM<br />

Tekst keerzijde: +SIT:NOMEN:DOMINI:BENEDICTVM:AN


Vraag 5<br />

Hallo mensen van het vraagbaakteam, afgelopen<br />

winter heb ik dit plaatje gevonden rondom Sneek.<br />

Het plaatje heeft aan beide kanten een afbeelding van<br />

figuurtjes, die doen denken aan een voorstelling uit<br />

een ver verleden, zoals je zo ook wel eens ziet op<br />

voorwerpen uit Egypte, maar dan anders. Ik ben zeer<br />

benieuwd wat uw team medewerkers hiervan vindt<br />

en wat de datering en betekenis hiervan zijn. Hoe<br />

kan ik dit plaatje verder conserveren?<br />

Met vriendelijke groet,<br />

Evert Rosien, Sneek<br />

Antwoord:<br />

Evert, jouw plaatje is een schakel van een eind 19e/<br />

begin 20e eeuwse koperen armband bestaande uit<br />

diverse van die plaatjes verbonden door stukjes<br />

ketting. Er staan geen twee afbeeldingen op maar de<br />

afbeelding is in het plaatje gedrukt/ gestansd. <strong>De</strong><br />

Egyptisch getinte afbeelding is een typisch modeverschijnsel<br />

van die tijd. Er zijn een zittend en staand<br />

persoon te zien, vermoedelijk voor een altaar.<br />

Je plaatje zit al in de vaseline dus ik zou er verder<br />

niets meer aan doen.<br />

Vraag 6<br />

Hoi. Ik hoop dat jullie me wat meer<br />

kunnen vertellen over dit stempel.<br />

Het is gevonden in Ospel/Nederweert<br />

in Limburg, en bevat de volgende<br />

letters/tekens: M S en een sterretje en<br />

een hartje met 2 pijlen er doorheen. Ik zit<br />

in de redactie van de archeologische stichting<br />

Peel, Maas & Kempen, en wilde dit<br />

stempel plaatsen in ons blad en het <strong><strong>De</strong>tector</strong><br />

<strong>Magazine</strong>. Ik ben zoveel mogelijk gegevens<br />

aan het verzamelen om het verhaal af te<br />

maken.<br />

Ik hoop dat jullie me kunnen helpen. Als het verhaal<br />

af is stuur ik het wel naar Kees Leenheer. Groeten,<br />

Eddy Nijsen, Nederweert<br />

Antwoord:<br />

Eddy, we hebben te maken met een signet, een klein<br />

zegelstempel wat aan een kettinkje hing. Het hartje<br />

met de pijlen er doorheen kun je lezen als liefde/eeuwige<br />

trouw. <strong>De</strong> afkorting MS zijn initialen die voor<br />

beide geliefde kunnen staan of de afkorting één<br />

hunner namen. Datering is 17e-18e eeuw.<br />

Vraag 7<br />

Hallo determinatieteam,<br />

Graag zou ik de munt van deze tekeningen<br />

gedetermineerd willen zien.<br />

Tjibbe Noppert, Spijk (Gr.)<br />

Daar het jaartal niet goed was af te lezen zond<br />

Tjibbe ons het muntje toe. Toen kon het juiste<br />

jaartal worden vastgesteld en dat was 1633.<br />

Zweedse bezettingsmunt.<br />

Dreipolker (1/24 taler).<br />

Geslagen door Gustav II Adolf (1611-1632).<br />

Aanvulling Vraagbaak magazine 69<br />

Van de heer C. Jansen uit Amerongen kregen we nog een kleine aanvulling<br />

op vraag 4, blz. 36 van nummer 69:<br />

Het getal 96 is inderdaad de 96e aangever en dat is de heer W. Ederveen.<br />

Zoals het kopietje laat zien komt dhr. Ederveen een trekhond<br />

aangeven. <strong>De</strong> eerste drie maanden waren belastingvrij. Daarna moest er<br />

fl. 0,50 worden betaald. Het is dan 1896.<br />

Dhr. Ederveen woonde in Wijk 3, nr. 146. Uit mijn jonge jeugd weet ik<br />

nog dat er een man in mijn geboortedorp langs de deuren ging met een<br />

hondenkar, volgepakt met allerhande spullen. <strong>De</strong> hond liep onder de kar<br />

en zat opgesloten in een kooi van latten. Of de hond ’s avonds onder de<br />

kar vandaan kwam, weet ik niet. <strong>De</strong> hond kon niet links of rechts, alleen<br />

maar vooruit. Het was een naar gezicht dat de hond zo opgesloten zat.<br />

Nu worden ze soms aan een boom vastgebonden. <strong>De</strong> trekhonden behoren<br />

tot het verleden, het vastbinden aan een boom helaas niet.<br />

Nr. 69 zag er weer geweldig uit. Hulde aan de medewerkers.<br />

43


Wordt nu lid van<br />

<strong>De</strong> <strong><strong>De</strong>tector</strong> <strong>Amateur</strong><br />

Wordt nu lid en krijg<br />

het nieuwste<br />

<strong><strong>De</strong>tector</strong> <strong>Magazine</strong> om<br />

de twee maanden<br />

in de bus!<br />

Kijk voor meer<br />

informatie op<br />

www.detectoramateur.nl

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!