Detector Magazine 70 - De Detector Amateur
Detector Magazine 70 - De Detector Amateur
Detector Magazine 70 - De Detector Amateur
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
<strong><strong>De</strong>tector</strong> magazine<br />
VERENIGINGSBLAD VAN ‘DE DETECTOR AMATEUR’<br />
<strong>70</strong><br />
september 2003
2<br />
Inhoud<br />
<strong>70</strong><br />
S E P T E M B E R 2 0 0 3<br />
PAGINA 30-33<br />
• Van het bestuur 2<br />
• Van onze correspondent 5<br />
• Munten met een verhaal 6<br />
• Zoekdag Oene 8<br />
• Vondstberichten 10<br />
• Wie kent hem niet?! 16<br />
• Munitie (II) 24<br />
• Stille levens beleven 28<br />
• Zegelstempels en zegelringen 30<br />
• Vondst van het jaar 35<br />
• Test “Schatten & Scherven” 40<br />
• Vraagbaak 42<br />
<strong><strong>De</strong>tector</strong> magazine is het verenigingsblad van<br />
‘<strong>De</strong> <strong><strong>De</strong>tector</strong> <strong>Amateur</strong>’ en verschijnt 6 keer per jaar.<br />
Sluitingsdatum kopij en advertenties: 1 oktober<br />
Redactie<br />
C.B. Leenheer (hoofdredacteur), N. Leenheer,<br />
J. Koning, W. Kuypers, W. van den Brandhof,<br />
M. Hoffmann<br />
Adviseurs en medewerkers redactie:<br />
J. Zijlstra, H.J.E. van Beuningen, M.A. Holtman, A. Jager<br />
Redactieadres<br />
<strong>De</strong> <strong><strong>De</strong>tector</strong> <strong>Amateur</strong>, Hanebalken 153,<br />
9205 CL Drachten, Fax (0512) 54 51 17,<br />
e-mail: redactie@detectoramateur.nl<br />
Advertenties<br />
Tarieven op aanvraag bij de redactie. Het bestuur<br />
behoudt zich het recht voor advertenties zonder<br />
opgave van redenen te weigeren.<br />
Vormgeving en layout<br />
Grafisch buro Creatype, Drachten<br />
Druk:<br />
<strong>De</strong> Marne, Leens<br />
ISSN: 1386-5935<br />
© Copyright: Niets uit deze uitgave mag worden verveelvuldigd en/of openbaar<br />
gemaakt door middel van druk, fotografie, microfilm of op welke wijze<br />
dan ook, zonder voorafgaande, schriftelijke toestemming van de redactie.<br />
Van het Bestuur<br />
Voorwoord <strong>70</strong><br />
Wat een vakantieweer hebben we deze zomer weer<br />
gehad. Niet allen konden we lekker bruin worden als we<br />
dat wilden maar het is ook nog eens de reden dat de<br />
oogst al dan niet gedwongen door de droogte eerder<br />
werd/wordt binnen gehaald.<br />
Eind mei bracht ik samen met Kees Leenheer een bezoek<br />
aan de provincaal archeoloog van Overijssel, mevrouw<br />
Suzanne Wentink. Zij zit niet in het provinciehuis maar bij Het<br />
Oversticht. Het adres is: Het Oversticht, Aan de Stadsmuur 79-83,<br />
Zwolle. Het gesprek dat heel construktief verliep had plaats in een<br />
ongedwongen sfeer. Een van haar brandende vragen was waarom ze<br />
zo weinig meldingen binnen kreeg. Wij weten echter dat veel meldingen<br />
gedaan worden bij de vele stadsarcheologen die deze provincie kent.<br />
Ook hier bleek weer dat ze het alleen moet doen, maar ze nodigt toch<br />
iedereen die denkt dat hij iets te melden heeft uit om langs te komen.<br />
Natuurlijk eerst even bellen of mailen voor een afspraak, dan weet je<br />
zeker dat je niet voor de bekende dichte deur staat.<br />
In de zomervakantie bracht ik een bezoek aan prof. J. Butler (Bronstijd),<br />
op de universiteit van Groningen. Hoewel ik privé een afspraak<br />
had voor een eigen vondst, vermoedelijk bronstijdknoop, was hij<br />
helemaal verrukt over een bronzen vlakbijl van een type dat hij nog<br />
niet eerder had gezien. <strong>De</strong>ze vondst komt uit Limburg en kwam ik<br />
tegen bij een lid toen ik daar in de buurt op vakantie was. Wanneer de<br />
bijl door prof. Butler is beschreven, zullen we hier zeker een publicatie<br />
aan wijden. Zelf kreeg ik prof. Michael Erdrich, universiteit van<br />
Nijmegen thuis op bezoek om mijn vondsten van/in de Betuwe eens<br />
door te nemen. Hierbij kwamen interessant dateringen aan het licht.<br />
Kapotte fibulae bleken niet gewoon gebroken te zijn maar waren als<br />
schroot bedoeld om het te hergebruiken. Natuurlijk spraken wij ook<br />
over de DDA en wat we voor elkaar zouden kunnen betekenen. We<br />
houden contact en binnen niet te lange tijd kun je hier meer<br />
over horen of lezen.<br />
Ons nieuwe bestuurslid Hans Elsevier Stokmans heeft op maandag 14<br />
juli 2003 voor het NOS Radio 1 Journaal een gesprek gevoerd met de<br />
Huishoudelijk reglement<br />
■ Vraag altijd toestemming tot zoeken aan de<br />
landeigenaar of beheerder van de grond.<br />
■ Legitimeer je met je lidmaatschapskaart<br />
(ledenpas).<br />
■ Wees voor onze vereniging ‘de <strong><strong>De</strong>tector</strong><br />
<strong>Amateur</strong>’ een detectorambassadeur.<br />
■ Laat munitie liggen; indien nodig de plaats<br />
markeren en de politie waarschuwen.<br />
■ Zoek nooit op archeologische terreinen,<br />
tenzij je toestemming hebt verkregen van<br />
de bevoegde instanties om mee te helpen<br />
bij een archeologische opgraving.<br />
■ Neem zoveel mogelijk het metalen afval,<br />
zoals lood en koper mee. <strong>De</strong>nk om het<br />
milieu.<br />
■ Maak alle gaten weer netjes dicht en wel<br />
zo, dat er geen schade zichtbaar is<br />
(bijvoorbeeld aan een eventuele grasmat).<br />
■ Vondsten, waarvan men redelijkerwijs kan<br />
aannemen of vermoeden dat deze van<br />
wetenschappelijke cultuurhistorische<br />
waarde zijn, moeten binnen drie dagen<br />
gemeld worden bij de burgemeester van de<br />
plaats waartoe het gebied behoort.<br />
■ Bovengenoemde vondsten moeten eveneens<br />
worden aangemeld bij de desbetreffende<br />
archeologische instanties, zoals de<br />
provinciaal archeologen en het KPK.<br />
■ Het ’s nachts zoeken zonder toestemming<br />
van de landeigenaar is verboden. Iemand<br />
die ’s nachts zoekt is verdacht bezig.
wethouder van Gouda en de stadsarcheoloog in een serie over APV.<br />
Het interview zal begin augustus worden uitgezonden. Houd onze site<br />
in de gaten.<br />
<strong>De</strong> zoekdag in Limburg kon helaas niet doorgaan omdat men daar<br />
vergeten was eerst de boer te vragen of die wel toestemming zou geven<br />
voor het gebruik van zijn land. Sneu voor de jongens uit Groningen<br />
die weer per kerende post terug konden naar huis.<br />
Al enige tijd is de heer B. van der Veen, het centrale punt voor ons en<br />
onze leden, bij het Koninklijk Penningkabinet te Leiden, ziek thuis.<br />
Wij wensen hem een spoedig herstel toe zodat hij binnen niet te lange<br />
tijd zijn plaats weer in kan nemen.<br />
Johan Koning<br />
<strong><strong>De</strong>tector</strong> magazine nr. <strong>70</strong> is weer bij u in de brievenbus gevallen. Ik<br />
kan me goed voorstellen dat u er eens lekker voor gaat zitten om het<br />
magazine te lezen. Voor mijzelf is het magazine als het verschijnt<br />
uiteraard oude koek en dat is wel eens jammer. Alle artikelen heb je<br />
van te voren al gelezen, herschreven, gecorrigeerd enz. Wouter van<br />
den Brandhof, één van de redactieleden, vond dat er nu maar eens<br />
een interview van de hoofdredacteur in moest verschijnen en dat ik<br />
het pas mocht lezen als het gedrukt was. Wouter kwam een hele dag<br />
op bezoek, en tijdens het interview heb ik hem van alles verteld over<br />
de ruim 20 jaar dat ik zoek. Tijdens de opmaak van het magazine<br />
werd de inhoud van het interview angstvallig geheim gehouden, ik<br />
mocht alleen de foto’s aanleveren. Dus als het magazine door de<br />
drukker word bezorgd is het ook voor mij gedeeltelijk nieuw.<br />
Waarschijnlijk heeft u als het magazine verschijnt er al wat zoekuurtjes<br />
opzitten. Het zoekseizoen is dit jaar door de droge zomer wel<br />
heel vroeg begonnen. Wat minder leuk is dat veel boeren na het<br />
oogsten de grond gelijk weer bemesten en ploegen. Maar ik hoop dat<br />
het voor een ieder weer een goed zoekseizoen word. Vindt u iets wat<br />
archeologisch interessant is, dan is het een goede zaak dat u dat<br />
meldt bij de archeologische instanties. Het aanmeldingsformulier<br />
en de adressen vindt u ook op onze internetsite: www.detectoramateur.nl<br />
Kees Leenheer<br />
Metaaldetectieverbod in Gouda<br />
Waarschijnlijk heeft u ook in de krant of op internet gelezen dat de<br />
gemeente Gouda met onmiddellijke ingang een verbod heeft ingesteld<br />
op onderzoek met een metaaldetector in historische gebieden.<br />
<strong>De</strong> DDA heeft onmiddellijk gereageerd d.m.v. interviews in de krant<br />
en op de radio (debat met de wethouder van Gouda) en het verzenden<br />
van perspublicaties naar de plaatselijke pers. We hopen z.s.m.<br />
met de gemeente Gouda om tafel te gaan om de APV te bespreken.<br />
Wordt vervolgd.<br />
Lidmaatschap 3<br />
Het lidmaatschap van deze vereniging loopt altijd per kalenderjaar en wordt<br />
zonder opzegging altijd stilzwijgend verlengd met een jaar. <strong>De</strong>genen die in<br />
de loop van het jaar toetreden, ontvangen alle reeds eerder verschenen nummers<br />
van het lopende jaar. Opzegging dient uiterlijk op 1 augustus schriftelijk binnen<br />
te zijn. Per januari 2002 bedraagt de contributie € 26,—.<br />
Prijs steunleden € 8,— en buitenlandse leden € 33,—.<br />
Postbank 1675000 t.n.v. <strong>De</strong> <strong><strong>De</strong>tector</strong> <strong>Amateur</strong>, Leeuwarden<br />
Belangrijke adressen<br />
Veel brieven, vragen enz. komen<br />
nogal eens bij de verkeerde personen<br />
van de vereniging terecht. Vandaar<br />
dat we de adressen weer eens op een<br />
rijtje zetten. Wilt u zoveel mogelijk<br />
schrijven/mailen in plaats van<br />
bellen?!!<br />
Ledenadministratie<br />
Opgave van leden, adreswijzigingen,<br />
vragen over de contributie bij:<br />
W. Woudstra, Melkemastate 16,<br />
8925 AP Leeuwarden.<br />
w.woudstra@detectoramateur.nl<br />
Vragen<br />
Vragen over de vereniging kunt u<br />
kwijt bij onze secretaris:<br />
D. Smilde,<br />
Pr. Bernhardweg 31,<br />
8453 XC Oranjewoud,<br />
tel. (0513) 631978.<br />
d.smilde@detectoramateur.nl<br />
Bestuursleden<br />
Voorzitter<br />
J. Koning<br />
Roodborststraat 20<br />
8916 AG Leeuwarden<br />
Tel. / fax (058) 2165573<br />
j.koning@detectoramateur.nl<br />
Vice-voorzitter & hoofdredacteur<br />
C.B. Leenheer<br />
Hanebalken 153<br />
9205 CL Drachten<br />
Tel (0512) 545377 (na 18.00 uur)<br />
Fax (0512) 545117<br />
redactie@detectoramateur.nl<br />
Bestuurslid<br />
H. Elsevier Stokmans<br />
Mesdaglaan 14<br />
3451 JH Vleuten<br />
Tel. (030) 67<strong>70</strong>524<br />
Bestuurslid/2e secretaris<br />
J. Huls<br />
Groenendael 201<br />
8271 EL IJsselmuiden<br />
Tel. (038) 3311681<br />
j.huls@detectoramateur.nl<br />
Activiteitencommissie<br />
Voor vragen, suggesties enz. over<br />
zoekdagen, determinatiedagen<br />
kunt u terecht bij: G. Lukassen,<br />
Meerpaal 218, 9732 AM Groningen,<br />
Tel. (050) 5413396.<br />
zoekdag@detectoramateur.nl<br />
Advertenties, Opgravertjes,<br />
Occasions, Kopij<br />
Opgave uitsluitend schriftelijk aan:<br />
C.B. Leenheer, Hanebalken 153,<br />
9205 CL Drachten.<br />
Fax (0512) 545117.<br />
redactie@detectoramateur.nl<br />
Vraagbaak<br />
Voor determinatie van door u<br />
gevonden voorwerpen dient u een<br />
foto of duidelijke zwart-wit<br />
tekening op te sturen naar:<br />
J. Koning, Roodborststraat 20<br />
8916 AG Leeuwarden<br />
vraagbaak@detectoramateur.nl<br />
Bestuurslid<br />
J. Bosma<br />
Drachtster Heawei 19a<br />
9213 VE <strong>De</strong> Wilgen<br />
Tel./fax nog niet bekend<br />
j.bosma@detectoramateur.nl<br />
Secretaris<br />
D. Smilde<br />
Pr. Bernhardweg 31<br />
8453 XC Oranjewoud<br />
Tel. (0513) 631978<br />
Fax (0513) 632927<br />
d.smilde@detectoramateur.nl<br />
Penningmeester & ledenadministratie<br />
W. Woudstra<br />
Melkemastate 16<br />
8925 AP Leeuwarden<br />
Tel. (058) 2661818<br />
w.woudstra@detectoramateur.nl<br />
Internet:<br />
www.detectoramateur.nl
Van onze correspondent<br />
TENTOONSTELLING “GEBRUIKT EN GEBROKEN”<br />
In het Archeologisch Centrum C.W. Bruinvis aan de Oudegracht<br />
245 in Alkmaar staan tot het einde van het jaar de<br />
scherven van gebruikt “servies” centraal bij de tentoonstelling<br />
“Gebruikt en Gebroken”. Aan de hand van vondsten uit beerputten<br />
wordt hier een beknopt overzicht gegeven van de<br />
geschiedenis en archeologie van Alkmaar. Voor nadere informatie:<br />
(072) 5154115.<br />
UNIEKE ROMEINSE SANDAAL OPGEDOKEN UIT DE MAAS<br />
<strong>De</strong> afgelopen jaren hebben leden van “Mergor in Mosam”, een<br />
stichting uit Cuijck die zich bezighoudt met onderwaterarcheologie,<br />
regelmatig Romeinse vondsten en gebruiksvoorwerpen<br />
uit de Maas opgedoken. Eén van de meest opzienbarende<br />
vondsten betreft een Romeinse sandaal uit het begin van de<br />
vierde eeuw die in nagenoeg perfecte staat verkeert. In geheel<br />
Europa is niet zo’n uniek exemplaar bekend. <strong>De</strong> sandaal is<br />
opgedoken van een plek waarvan is bekend dat de Romeinen<br />
er hun afval dumpten. Omdat de meeste onderwatervondsten<br />
zijn gedaan in dikke kleilagen zijn ze over het algemeen goed<br />
geconserveerd gebleven.<br />
HOUTEN BATAAFSE GRAFKAMER ONTDEKT IN NIJMEGEN<br />
In het uitbreidingsgebied van Nijmegen, de VINEX-locatie de<br />
Waalsprong, zullen de komende jaren vele duizenden woningen<br />
uit de grond gestampt worden. <strong>De</strong> onverwachte rijkdom<br />
van het archeologisch bodemarchief in dit gebied blijft verbazingwekkend<br />
en tot de verbeelding spreken. <strong>De</strong> ontdekking van<br />
een houten grafkamer van 1,5 bij 1,5 meter op een perceel van<br />
12 bij 12 meter, die deel uitmaakt van een Bataafs grafveld is<br />
zo’n opmerkelijke vondst. Het vermoeden bestaat dat er ook<br />
nog een bescheiden grafheuvel heeft gelegen. <strong>De</strong> grafkamer is<br />
slechts te herkennen door de verkleuringen in de grond. In het<br />
vertrek zelf zijn onder meer een tweetal flesjes voor reukwater<br />
of badolie aangetroffen. Alle voorwerpen die zijn gevonden in<br />
het grafveld zijn van Romeinse origine. Met name een spiegeltje,<br />
een kralensnoer en een bronzen kaarsenstandaard sprin-<br />
INGEZONDEN<br />
In het <strong><strong>De</strong>tector</strong> <strong>Magazine</strong> van maar<br />
2003 stond een artikeltje over gevonden<br />
vogelringen, en het verzoek deze niet n<br />
de rommelbak te deponeren, maar om<br />
hiervan een terugmelding te doen.<br />
Hierbij werd het adres en telefoonnummer<br />
vermeld van dhr. Jaap de Vries te<br />
Zwaagwesteinde.<br />
Ik vind zelf ook regelmatig vogelringen<br />
en meld deze altijd aan via het internet.<br />
Als het een ring van een post- of sier-<br />
duif betreft kun je via http://www.<br />
npo.nl het telefoonnummer opsporen<br />
van de eigenaar van de duif. <strong>De</strong>ze kun je<br />
dan opbellen en doorgeven waar je de<br />
ring gevonden hebt. <strong>De</strong> eigenaar is hier<br />
vaak erg blij mee.<br />
Mocht het een geringde wilde vogel<br />
betreffen dan kun je via het Vogeltrekstation<br />
in Arnhem (htttp://www.vogeltrekstation.nl)<br />
de ring on-line aanmelden.<br />
Het leuke is dat je na een aantal<br />
gen in het oog als zijnde uitzonderlijke vondsten voor het<br />
Bataafse gebied. <strong>De</strong> nauwe contacten tussen de Bataven en de<br />
Romeinen worden hierdoor weer eens onderstreept. Er blijkt<br />
dus een levendige handel te zijn geweest en de Bataven hoefden<br />
slechts de rivier de Waal over te steken om aan allerlei<br />
Romeinse voorwerpen te komen.<br />
ARCHEOLOGISCH ONDERZOEK HERSCHRIJFT<br />
GESCHIEDENIS ARNHEM<br />
Gelderse hoofdstad al sinds de IJzertijd bewoond. Op dit<br />
moment vinden er volop archeologische opgravingen plaats in<br />
het centrum van Arnhem. In het Musiskwartier zijn de nodige<br />
bijzondere ontdekkingen gedaan die een nieuw licht doen<br />
schijnen op de ontstaansgeschiedenis van de hoofdstad van<br />
Gelderland. Een tiental archeologen is dagelijks druk in de<br />
weer in het gebied dat is gelegen tussen de Roggestraat,<br />
Beekstraat, Nieuwstad en de Walstraat. Vanaf een verhoogd<br />
plateau, die is te bereiken via de Beekstraat, zijn de opgravingen<br />
van dichtbij te bekijken. Daarnaast organiseert de gemeente<br />
Arnhem rondleidingen over de opgravingen. In het Historisch<br />
Museum aan de Bovenbeekstraat 21 is een aantal<br />
archeologische vondsten te bezichtigen. Met name de vondsten<br />
aan de kant van de Walstraat spreken tot de verbeelding.<br />
Hier hebben de archeologen sporen aan het licht gebracht uit<br />
de IJzertijd en Romeinse tijd. Dit is heel bijzonder want tot nu<br />
toe werd aangenomen dat Arnhem pas werd bewoond vanaf<br />
de negende eeuw, hetgeen blijkt uit schriftelijke bronnen. <strong>De</strong><br />
oudste bewoningssporen die ooit zijn gevonden in Arnhem<br />
dateren uit de tiende eeuw. Verder zijn in het onderzoeksgebied<br />
veel funderingsresten en scherfmateriaal ontdekt uit de<br />
late Middeleeuwen. Een leuke vondst is de ontdekking van een<br />
oventje uit de achttiende eeuw om glas in te smelten. Ook zijn<br />
er de nodige beerputten gevonden met vele restanten aan<br />
huisraad als kopjes en schoteltjes. Een prachtige metaalvondst<br />
betreft een klein loden Mariabeeld met kind.<br />
weken dan informatie thuis gestuurd<br />
krijgt over wat voor vogel het was en<br />
wanneer en waar hij geringd is.<br />
Vriendelijk groeten,<br />
J.T. Griffioen<br />
Oldeholtpade<br />
5 5
6<br />
Munten met een verhaal<br />
Vondstmelding Johan Koning<br />
Afgelopen jaar werden door mij in de Betuwe de volgende twee<br />
zilveren Romeinse munten gevonden. Tijdens het determineren<br />
op de laatste zoekdag bleek er iets met één van de munten aan de<br />
hand te zijn. Ze werden voor mij door Rob Reijnen als volgt<br />
gedetermineerd:<br />
Om met de dubbelslag te beginnen:<br />
Het gaat hier om een z.g. "legioensdenarius". Op de voorzijde is<br />
een naar rechts varend oorlogsschip met riemen te zien, oftewel<br />
een galei. Daarboven staat van links naar rechts: ANT AVG, wat<br />
staat voor Antonius Augur; onder het schip staat: III . VIR. R.P.C.,<br />
hetgeen betekent TriumVIR Rei Publicae Constituendae.<br />
Het gaat hier dus om Marcus Antonius die behoorde tot de augures,<br />
een belangrijk priestercollege te Rome, dat zich met voorspellingen<br />
bezighield, zieners dus eigenlijk. Daarnaast was hij ook lid<br />
van het driemanschap (tres- of triumvir) dat zich bezighield met de<br />
reorganisatie (constituenda) van de staat (rei publicae, oftewel de<br />
zaak van de staat of het volk; denk aan republiek). <strong>De</strong> andere twee<br />
tresviri waren Octavianus, later keizer Augustus, en Lepidus.<br />
Dit driemanschap hield zich bezig met de reorganisatie van de<br />
Romeinse republiek, totdat in eind jaren ’30 voor Christus de<br />
heren strijd met elkaar kregen. Antonius vluchtte naar het oosten<br />
om zich daar voor te bereiden op oorlog met Octavianus (Lepidus<br />
heeft maar kort een rol gespeeld). Voor de soldaten van zijn<br />
legioenen en oorlogsschepen heeft hij deze munten laten slaan om<br />
de mensen soldij te geven en ze zo aan hem te binden.<br />
Welke troepen er in die tijd waren, kunnen we op de keerzijde van<br />
dit type munt zien. Daar staat een legioensadelaar tussen twee<br />
andere veldtekens afgebeeld. Links staat meestal LEG, afkorting<br />
voor Legioen, en rechts het Romeinse cijfer behorende bij die<br />
afdeling (1 uitzondering: C(o)HORTIVM PRAETORIARVM i.p.v.<br />
legioensaanduiding). Op de munt van jou staat duidelijk LEG- IV,<br />
het 4e legioen Het bijzondere van deze munt is dat het keerzijdestempel<br />
2x op het muntplaatje geslagen is: zowel de legioensadelaar,<br />
als het rechtervaandel, als het cijfer IV zijn duidelijk twee keer<br />
te zien. Vermoedelijk is het muntplaatje bij het slaan een keer in<br />
de voorzijde-stempel vast blijven zitten, waardoor het bij opnieuw<br />
slaan nog een keer in de keerzijde-stempel terecht is<br />
gekomen.Voor de volledigheid volgt hier nog het handboeknr. van<br />
deze munt: Crawford 544/17. Volgens Crawford is de munt ergens<br />
in het oosten geslagen te midden van de troepen die met Marcus<br />
Antonius onderweg waren. Een vaste muntplaats wordt voor dit<br />
soort munten niet aangenomen. <strong>De</strong> munt is vervaardigd in het jaar<br />
32 of 31 v. Chr., in ieder geval vóór 2 september 31 v. Chr., toen<br />
Antonius door Octavianus bij Actium in de pan gehakt werd. Het<br />
is opvallend dat dit soort munten bij ons nog voorkomen in schatvondsten<br />
uit de 3e eeuw na Chr.<br />
<strong>De</strong> 2e munt is een quinarius, of halve denarius, van Octavianus,<br />
uit de tijd kort voordat deze keizer Augustus werd (de denarius<br />
was toen 10 assen - decem asses - waard, de quinarius 5 assen,<br />
quinque asses). Op de voorzijde is de kop van Octavianus naar<br />
rechts te zien, zonder enige krans of hoofddeksel. Achter de kop<br />
valt nog te lezen ESAR van CAESAR, voor de kop hoort te staan:<br />
IMP VII. <strong>De</strong> naam ‘Caesar’ heeft hij overgenomen van Julius<br />
Caesar, IMP VII staat voor 7e keer overwinnaar als opperveldheer<br />
van de troepen.<br />
Op de keerzijde staat wat hij als overwinnaar veroverd heeft,<br />
namelijk ASIA. Gezien de houding van de munt zoals je die<br />
afgebeeld hebt, heb je dat gelezen. Echter, het woord Asia staat<br />
niet boven een afbeelding, maar rechts daarvan, en wel zodanig dat<br />
je het met de klok mee moet lezen. Om de keerzijde goed te<br />
houden moet je afbeelding dan ook een kwart naar beneden<br />
omdraaien.<br />
Wat je dan te zien krijgt is een kist, de z.g. "cista mystica" met<br />
daarop Victoria met krans en palm. Die twee slingers aan weerszijden<br />
daarvan zijn slangen. Voor de duidelijkheid heb ik een tekening<br />
van deze munt meegeleverd. <strong>De</strong> cista mystica is een symbool<br />
van de cultus van Dionyses, die vooral in het oosten vereerd werd.<br />
Hier symboliseert het min of meer Azië als oostelijke provincie<br />
van het rijk. Links van de afbeelding had RECEPTA moeten staan,<br />
maar dat is niet op het muntplaatje terecht gekomen. ASIA -<br />
RECEPTA betekent de terugveroverde provincie Azië, waar Marcus<br />
Antonius tot dan toe overheerser was geweest. <strong>De</strong>ze herovering
van Azië was het gevolg van de overwinning van Octavianus in<br />
Actium in 31 v. Chr. <strong>De</strong>ze munt wordt dan ook gedateerd kort<br />
daarna, ca. 29 -26 v. Chr. Volgens recente gegevens zou hij geslagen<br />
zijn in Brundisium, het tegenwoordige Brindisi in Italië, waar<br />
toen Octavianus' scheepshoofdkwartieren gelegerd zouden zijn<br />
geweest. Dit type munt lijkt vooral in het westen van het rijk als<br />
propagandamiddel gebruikt te zijn, gezien de vrij grote aantallen<br />
die hier gevonden zijn. Het handboeknr. van deze munt is: RIC I<br />
(herziene versie), Augustus nr. 276 (voor de volledigheid: = BMC<br />
I, nrs. 647/649).<br />
Beide munten zijn in vrij grote aantallen geslagen, als een soort<br />
propagandamiddel voor de grote rivalen die om de belangrijkste<br />
functie in het Romeinse rijk streden. Eerst laat Marcus Antonius<br />
zien hoeveel troepen aan zijn kant stonden, later laat Octavianus,<br />
oftewel keizer Augustus, zien dat hij als overwinnaar uit de strijd<br />
was gekomen door Azië terug te veroveren op zijn directe tegenstander.<br />
Zo laten deze twee muntjes duidelijk zien wat er aan belangrijke<br />
gebeurtenissen plaatsvond aan het begin van het Romeinse keizerrijk<br />
en in die zin horen ze een beetje bij elkaar.<br />
Overigens, de quinarius van Augustus lijkt vooral in het westen<br />
van het rijk als propagandamiddel gebruikt te zijn, gezien de vrij<br />
grote aantallen die hier gevonden zijn. Vermoedelijk heeft hij daar<br />
aan de nieuwe onderdanen van het rijk duidelijk gemaakt dat hij<br />
de grote "baas" was.<br />
Rob Reijnen
8<br />
Oene Zoekdag 1 november<br />
In Oene hebben we de beschikking<br />
over een aantal behoorlijk grote<br />
akkers. Tijdens de zoekdag zijn er<br />
prijspenningen verstopt, waarmee<br />
leuke mooie en grote prijzen zijn te<br />
winnen. Veel zoekers komen niet<br />
alleen voor de wedstrijd maar ook<br />
voor de gezelligheid. Onder het<br />
genot van een bakje koffie of een<br />
pilsje kunt u gegevens uitwisselen<br />
met andere zoekers, vondsten<br />
Oene, dorp tussen de<br />
IJssel en Veluwse bossen<br />
Oene is een oud dorpje en ligt ongeveer in<br />
het middelpunt van de driehoek Apeldoorn –<br />
<strong>De</strong>venter – Zwolle. <strong>De</strong> Noord Veluwe, het<br />
gebied waarin Oene ligt is historisch heel<br />
interessant. Er liggen grafheuvels, celtic fields<br />
en eeuwenoude wegen. Oene is een plaatsje<br />
met een oude geschiedenis en heeft een<br />
kerkje uit de 12e eeuw. In de Middeleeuwen<br />
lagen er al akkers rond het dorp. <strong>De</strong>ze akkers<br />
werden eeuwenlang bemest met de mest uit<br />
de stallen en het huishoudafval. Mooie vondsten<br />
kunnen we natuurlijk niet garanderen<br />
maar de kans op interessante vondsten is<br />
natuurlijk groot.<br />
laten determineren, meedoen met<br />
de vondst van de dag, en nog veel<br />
meer. <strong>De</strong> DDA-zoekdag is een<br />
activiteit voor het hele gezin. Mede<br />
daarom zal er ook deze keer weer<br />
een jeugdwedstrijd (t/m 12 jaar)<br />
georganiseerd worden.<br />
<strong>De</strong> zoekdag is ook altijd een ideale<br />
gelegenheid om de nieuwste<br />
modellen detectors te bekijken. <strong>De</strong><br />
importeurs laten u graag het e.e.a.<br />
zien. Natuurlijk kunt u hier ook<br />
allerhande boeken, schepjes,<br />
hoezen, schotels en andere accessoires<br />
kopen.<br />
<strong>De</strong>terminatieteam<br />
Een determinatieteam is aanwezig<br />
om uw vondsten te bekijken. Van<br />
de vondsten kunnen foto’s worden<br />
gemaakt voor het magazine. Onder<br />
voorbehoud zijn aanwezig:<br />
dhr. Holtman sr. en jr. (gewichten),<br />
dhr. dr. E. Kramer (aardewerk,<br />
vuursteen, keramiek),<br />
dhr. J. Zijlstra (alles tot 1900),<br />
dhr. R. Reijnen (Romeins materiaal<br />
met de nadruk op munten),<br />
dhr. A. Van Herwijnen (Middeleeuwse<br />
munten),<br />
dhr. J. Heimgartner (Keltische<br />
munten en voorwerpen).<br />
(<strong>De</strong> vereniging is niet verantwoordelijk<br />
voor eventuele beschadigingen<br />
van voorwerpen tijdens determinatie<br />
of fotografie.)<br />
<strong>De</strong>elname zoekwedstrijden<br />
Prijs: leden en DDA-steunleden<br />
€ 8 p.p. Niet leden € 16. Opgave<br />
als nieuw lid is natuurlijk mogelijk<br />
(betaling lidmaatschap op de<br />
zoekdag). Bezoekers die alleen<br />
voor determinatie, of uit belangstelling<br />
komen, zijn van harte<br />
wekom.<br />
DDA-verenigingstafel<br />
<strong>De</strong> DDA-tafel is natuurlijk ook<br />
weer op de zoekdag te vinden.<br />
U kunt daar terecht voor de<br />
aanschaf van diverse oude magazines<br />
en andere verenigingsuitgaven.<br />
Ook deze keer hanteren wij weer<br />
speciale zoekdag-tarieven.<br />
Enkele van deze speciale tarieven<br />
zijn:<br />
- <strong>Magazine</strong>s 7 t/m 36 € 0,50<br />
- <strong>Magazine</strong>s 37 t/m 66 € 2,50<br />
(eenmalige aanbieding)<br />
- Gehele jaargangen of per zes<br />
nummers, vanaf magazine 36<br />
€ 16,- (Sommige nummers zijn<br />
helaas uitverkocht)<br />
- Verzamelbanden om uw magazines<br />
in te bewaren € 8,-.<br />
- Het boekje 4000 jaar metaal in<br />
Nederland € 5,-.<br />
- DDA-bodywarmers € 30,-.<br />
Programma<br />
9.00 uur Zaal open<br />
10.30 uur Opening door de<br />
voorzitter<br />
10.45 uur Vertrek naar het<br />
zoekveld<br />
11.00-12.30 1e zoekwedstrijd<br />
12.30-12.50 Jeugdwedstrijd<br />
12.30-13.45 Pauze<br />
13.45 uur Vertrek naar<br />
zoekveld<br />
14.00-15.30 2e zoekwedstrijd<br />
16.00 uur Prijsuitreiking,<br />
verloting<br />
Locatie:<br />
Café restaurant ‘Dorpszicht’,<br />
Dorpsstraat 10, 8167 NL Oene.<br />
Oene is bereikbaar via de A50<br />
afslag 27 (Epe), dan borden Oene<br />
volgen.<br />
Mocht de zoekdag op het laatste<br />
moment door onvoorziene<br />
omstandigheden niet doorgaan,<br />
dan wordt dit op onze internetsite,<br />
www.detectoramateur.nl vermeld.
Registratie<br />
Sommige streken bezitten rijke Middeleeuwse<br />
archiefbestanden. Het noorden van Nederland<br />
behoort daar niet bij; het is wat betreft de periodes<br />
voor ± 1500 bronnenarm, d.w.z. er zijn relatief weinig<br />
betrouwbare schriftelijke overleveringen. Elk stukje<br />
informatie is dan ook meer dan welkom. Geregeld<br />
worden Middeleeuwse zegelstempels gedetecteerd<br />
die dergelijke informatie bevatten. Het gaat dan bijv.<br />
om kloosterabten, dorpspastoors, kooplieden of<br />
bestuurders. In 1995 werd een begin gemaakt met<br />
een corpus d.w.z. een registratie van alle bekende<br />
middeleeuwse in Friesland gevonden zegelstempels<br />
(de Vrije Fries LXXV (1995), blz. 37-59).<br />
Het leek een goed idee om deze registratie en publicatie voort te zetten<br />
en enigszins te veralgemeniseren. Gezien de speciale gerichtheid op<br />
metaaldetectie is ons magazine daarvoor bij uitstek geschikt. Ik stel mij<br />
voor d.m.v. een korte geformaliseerde standaardbeschrijving de komende<br />
tijd één en ander in ons blad op te nemen. Daarbij wordt dan doorgaans<br />
niet het stempel zelf maar een afdruk in plasticine (op ware grootte)<br />
afgebeeld. We beginnen de reeks met een bij Menaldum gevonden stuk<br />
van een dorpspastoor uit het Friese Welsrijp.<br />
Vindplaats: Menaldum, Menaldumadeel<br />
Vorm en materiaal: spitsovaal; oog ontbreekt; brons<br />
Collectie/data: Jan Zijlstra<br />
Randschrift: S(IGILLUM) POPTETI . POPTA . IN .<br />
WELRIP<br />
= zegel van Popte (poppe) Popta in<br />
Welsrijp (bij Franeker)<br />
Voorstelling: pelikaan op nest met jongen<br />
(christelijk liefdessymbool)<br />
Datering: 13/14e eeuw<br />
Literatuur: ------<br />
Middeleeuwse<br />
zegelstempels<br />
(Ware grootte)<br />
Opmerkingen:<br />
Waarschijnlijk was Popta een<br />
pastoor die in Welsrijp stond maar<br />
niet uit dat dorp afkomstig was:<br />
dan had er ‘de’ (van) moeten<br />
staan. Het patronaatsrecht van<br />
Welsrijp (het recht om de pastoor<br />
te benoemen) is waarschijnlijk in<br />
de 13e eeuw aan klooster Lidlum<br />
gekomen en Popte was dan ook<br />
wellicht een kanunnik van dat<br />
klooster. Hij wordt echter in de<br />
Vitae van Sibrandus niet<br />
genoemd. In de (schaarse) bronnen<br />
komt de geslachtsnaam Popta<br />
vanaf de 13e eeuw voor.<br />
Jan Zijlstra<br />
9
10<br />
Vondstberichten<br />
Het begrip bracteaat (lat. bractea = dun blik) stamt uit<br />
de numismatiek en met dit woord wordt een middeleeuwse<br />
munt aangeduid die eenzijdig is geslagen uit<br />
dun metaalblik. <strong>De</strong> uitdrukking is later overgegaan op<br />
oudere Vroeg-Middeleeuwse ronde muntachtige<br />
sieraden zoals bracteaatfibulae en bracteaathangers<br />
die in dezelfde “persbliktechniek” zijn vervaardigd.<br />
In beginsel bestaat er afgezien van de draagwijze<br />
geen onderscheid tussen fibulae en hangers. In de<br />
praktijk worden ze echter doorgaans apart behandeld.<br />
Dit artikel gaat over een bracteaathanger met bijzondere<br />
aspecten.<br />
In Nederland zijn nergens zoveel<br />
vroegmiddeleeuwse goudvondsten<br />
gedaan als in de terpen van Noordelijk<br />
Westergo. Ook binnen het<br />
terpengebied waar de vondstomstandigheden<br />
in beginsel gelijk zijn<br />
neemt deze regio een bijzondere<br />
plaats in. <strong>De</strong> bekendste (schat)vondsten<br />
zijn die van Wieuwerd, Dronrijp<br />
en Midlum. Het absolute topstuk is<br />
echter de “koningsfibula” van<br />
Wijnaldum.<br />
In het gebied zijn dus veel zogeheten<br />
prestigegoederen gevonden evenals<br />
relatief zeer veel luxe importceramiek.<br />
Het vermoeden bestaat dan<br />
ook dat in Noordelijk Westergo<br />
topelite met interregionale contacten<br />
woonde. Wellicht lag daar de bakermat<br />
van het Friese koninkrijk waarvan<br />
de ‘capital city” overigens naar<br />
men aanneemt in of bij Utrecht lag.<br />
“Chieftains” reisden in die tijd vaak<br />
heen en weer tussen hun diverse<br />
versterkte nederzettingen. <strong>De</strong> opgravingen<br />
in Wijnaldum (1991-1993)<br />
hebben aangetoond dat zich hier<br />
waarschijnlijk een machtscentrum<br />
bevond, inclusief het atelier van een<br />
goudsmid, die mogelijk onder<br />
koninklijke patronage werkte.<br />
Rond 1995 (eventueel later) vond<br />
G. van Dijk op de opgravingsterp<br />
in Wijnaldum een geheel in elkaar<br />
gevouwen en verfrommeld gouden<br />
Een unieke goudbracteaat uit Wijnaldum<br />
<strong>De</strong> gouden bracteaathanger uit<br />
Wijnaldum, circa 3x vergroot.<br />
Foto: Johan Koning.<br />
door Jan Zijlstra<br />
sieraad. Recentelijk is het voorwerp<br />
uitgevouwen en voor zover mogelijk<br />
in de oorspronkelijke staat teruggebracht.<br />
Het bleek om een helaas<br />
nogal beschadigde bracteaat (munt<br />
of muntachtig voorwerp in persbliktechniek<br />
d.w.z. positief-negatief) te<br />
gaan met een diameter van ca. 2 cm,<br />
exclusief draagoog. Op de bracteaat<br />
is een menselijk figuur (gezicht en<br />
face) met attributen afgebeeld met<br />
daaromheen een soort zigzaglijn,<br />
misschien bedoeld als (pseudo) tekst,<br />
maar meer waarschijnlijk als een<br />
soort stralen- of vlammenkrans. <strong>De</strong><br />
figuur is voorgesteld in een wijdbeense<br />
dansende(?) houding waarbij<br />
zich tussen de benen (of in perspectief<br />
voor de figuur) een min of meer<br />
driehoekig object (altaar?) bevindt.<br />
Rechts zien we iets wat een schild<br />
zou kunnen zijn met eventueel een<br />
4<br />
speer en links een enigszins abstracte<br />
voorstelling van gebogen lijnen.<br />
<strong>De</strong> beschadigingen in de vorm van<br />
gaten, scheuren en vouwribbels<br />
bemoeilijken een iconografische<br />
analyse en interpretatie nogal. <strong>De</strong><br />
figuur of persoon lijkt bijv. een speer<br />
te dragen maar dit kan eventueel een<br />
beschadiging zijn, veroorzaakt door<br />
het (ritueel?) vouwen of verbuigen.<br />
Op Scandinavische bracteaten en<br />
solidi komen vaker dansende menselijke<br />
figuren voor, soms in de<br />
vreemdste houdingen. <strong>De</strong>ze zijn<br />
volgens sommige auteurs van rituele<br />
aard en stellen een godheid of<br />
eventueel een sjamaan voor tijdens<br />
een inwijdingsrite. Dat goden op een<br />
dergelijke haast Dionysische wijze<br />
worden afgebeeld is niet zonder<br />
parallellen; ook de Indische god<br />
Shiva zien we b.v.b. dansend en<br />
omgeven door een krans van vlammen<br />
afgebeeld. <strong>De</strong> meeste voorstellingen<br />
op noordelijke<br />
bracteaten e.d.<br />
gaan terug op<br />
Romeinse prototypes<br />
d.w.z. Laat-<br />
Romeinse gouden munten of<br />
medaillons (multiples), maar zijn<br />
dan wel (vooral later) getransformeerd<br />
of “völlig umgestaltet”.<br />
Bijzonder is dat de Wijnaldumer<br />
bracteaat (waarschijnlijk) vervaardigd<br />
is met een patrixstempel i.p.v. zoals<br />
gebruikelijk met een matrixstempel<br />
(persoonlijke mededeling van Morten<br />
Axboe, Nationaal Museum<br />
Kopenhagen).<br />
Een patrixstempel is een stempel<br />
met een positief reliëf en wordt o.a.<br />
gebruikt bij repousse technieken<br />
voor meestal grotere voorwerpen met<br />
hogere reliëfs die dan veelal worden<br />
nabewerkt om grotere scherpte te<br />
krijgen. Het wordt vaak onder de te<br />
bewerken metaalplaat gelegd en<br />
ondersteund door een zachte bijv.<br />
loden lagering, terwijl de behame-<br />
10
ing van bovenaf gebeurt doormiddel<br />
van een zacht medium bijvoorbeeld<br />
leer en uiteraard een hamer. Een<br />
matrixstempel heeft een negatief of<br />
verdiept reliëf zoals bijvoorbeeld een<br />
muntstempel of zegelstempel. Nu is<br />
het mogelijk met een patrix een<br />
matrix te maken en misschien is dat<br />
bij het Wijnaldumer stuk inderdaad<br />
de bedoeling geweest (zie hierna).<br />
Dat er een patrixprocédé is gevolgd<br />
blijkt onder andere uit het feit dat de<br />
negatieve zijde verreweg de grootste<br />
scherpte heeft en de meeste details<br />
laat zien. Dat betekent dat daar het<br />
stempel direct op de plaat heeft<br />
ingewerkt en dat dat stempel positief<br />
d.w.z. een patrix was. <strong>De</strong> aan de<br />
andere kant van de plaat doorgedrukte<br />
positieve afbeelding (gelijk aan de<br />
patrix) is slechts zeer zwak en vaag<br />
zichtbaar en duidelijk niet nabewerkt.<br />
Wat is nu de voorkant of<br />
frontzijde? <strong>De</strong> sierrand of kabelrand<br />
is aangebracht en slechts zichtbaar<br />
op de vage positieve kant. Dat zou er<br />
dan op zich op wijzen dat dat de<br />
voorkant is. Gezien het onscherpe<br />
beeld is dat echter niet waarschijnlijk.<br />
Ook een mogelijke vergissing<br />
van de goudsmid (het aan de verkeerde<br />
zijde bevestigen van de<br />
sierrand) ligt niet voor de hand. <strong>De</strong><br />
aanwezigheid van een draagoog wijst<br />
er op dat het een afgewerkt en goed<br />
bevonden eindproduct betreft.<br />
<strong>De</strong> scherpe negatieve zijde moet<br />
mijns inziens als de voorzijde worden<br />
gezien en de sierrand als een<br />
versiering van de achterzijde en<br />
vooral als een versteviging van het<br />
geheel. Ook bij fibulae en (munt)<br />
broches zien we wel dit soort keerzijdedecoraties.<br />
<strong>De</strong> vraag rijst nu<br />
waarom men voor een afbeelding in<br />
negatief i.p.v. in positief, zoals<br />
gebruikelijk, heeft gekozen. Een<br />
mogelijk antwoord op deze vraag<br />
werd hierboven wellicht reeds gege-<br />
Vondstberichten<br />
Afb. 2<br />
Getekende impressie en reconstructie van het origineel<br />
(2A) en het positief of de “afdruk” (2B).<br />
ven: de gouden bracteaathanger uit<br />
Wijnaldum zou het karakter kunnen<br />
hebben van een zegelstempel of<br />
signet, feitelijk ook een matrix dus,<br />
of een soort imitatie intaglio in<br />
metaal. Het was dan niet zozeer<br />
bedoeld voor geregeld praktisch<br />
gebruik dan wel als statussymbool.<br />
Zegelstempels uit de vroege middeleeuwen<br />
zijn voornamelijk bekend in<br />
ringvorm, maar komen ook een<br />
enkele keer voor als hanger (bijvoorbeeld<br />
intaglio’s). In bracteaatvorm<br />
zijn ze (mij) verder nauwelijks<br />
bekend.<br />
Het sieraad werd zoals vermeld,<br />
gevonden in dezelfde terp als de<br />
hiervoor genoemde koninklijke<br />
fibula die gerelateerd is aan de godin<br />
Freya. Aan kostbare statussymbolen<br />
ontbrak het dus niet en men kan<br />
zich afvragen of er een verband<br />
tussen die twee voorwerpen zou<br />
kunnen bestaan.<br />
Bij het zoeken naar een prototype<br />
(zie hiervoor) moet uiteraard rekening<br />
gehouden worden met het<br />
spiegelbeeldkarakter van het negatief.<br />
Een afdruk daarvan zou hetzelfde<br />
positieve beeld geven als het<br />
patrixstempel waarmee het waarschijnlijk<br />
werd vervaardigd en dit<br />
positief kan dan worden vergeleken<br />
met laat-Romeinse of eventuele<br />
Byzantijnse munten. <strong>De</strong> transformatie<br />
of omwerking van de voorstelling<br />
maakt een dergelijke vergelijking<br />
echter tot een hachelijke zaak.<br />
Bovendien is het niet 100% zeker dat<br />
een patrixstempel is gebruikt: de<br />
bracteaat (matrijs of zegelstempel?)<br />
kan ook handmatig zijn vervaardigd<br />
en hoeft in dat geval niet spiegelbeeldig<br />
te zijn ten opzichte van het<br />
prototype (de afdruk dan uiteraard<br />
weer wel, afgezien van de theoretische<br />
mogelijkheid van een volkomen<br />
symmetrische afbeelding wat hier<br />
niet het geval is).<br />
Afb. 2A<br />
Afb. 2B<br />
Afb. 3<br />
Germaanse imitatie en transformatie van een Romeinse<br />
solidus (keerzijde). Dit stuk is gevonden in Kälder (Gotland)<br />
en vertoont eveneens een afbeelding van een wijdbeense<br />
(dansende?) figuur (godheid?).<br />
11
12<br />
>><br />
Afb. 4<br />
Op deze solidus van Valentinianus<br />
III uit ca. 430 na Chr. is de<br />
keizer triomferend afgebeeld met<br />
zijn rechtervoet op een slang met<br />
mensengezicht. Het is niet<br />
onmogelijk dat een dergelijke<br />
voorstelling direct of indirect als<br />
voorbeeld of prototype heeft<br />
gediend voor de “dansende<br />
figuur”.<br />
Afb. 5<br />
Ook een tronende keizer (in dit<br />
geval Leo I, ca. 465 na Chr.) in<br />
typische wijdbeense “troonzithouding”<br />
komt misschien als<br />
inspiratiebron in aanmerking.<br />
Op middeleeuwse zegels komen<br />
dergelijke tronende figuren vanaf<br />
de Ottoonse tijd geregeld voor.<br />
Afb. 6<br />
Op één der hoorns van Gallehus<br />
(<strong>De</strong>nemarken) zien we ook<br />
“dansende” godheden of krijgers.<br />
‘Wat leuke voorvallen’<br />
Iedereen heeft er wel enkele. Verhalen over voorvallen, meegemaakt<br />
tijdens zoektochten. Ik zoek nu 15 jaar en heb enkele leuke<br />
voorvallen meegemaakt waar ik achteraf nog steeds om moet<br />
lachen. Ik wil jullie ze niet onthouden dus heb ik besloten ze<br />
eens in <strong><strong>De</strong>tector</strong> <strong>Magazine</strong> te plaatsen.<br />
Boer of boerin?<br />
We zochten al enkele jaren op een akker. <strong>De</strong> boer was inmiddels<br />
een bekende van ons geworden en we zagen hem ieder seizoen<br />
weer. Op een zekere dag, enkele jaren terug, gingen we weer<br />
eens zoeken op de betreffende akker. Ik zag in de verte iemand<br />
Vondstberichten<br />
Conclusie: Het reliëf van de Wijnaldumer<br />
bracteaat is negatief (bedoeld)<br />
en de voorstelling is waarschijnlijk<br />
spiegelbeeldig t.o.v. een eventueel<br />
prototype (als er een patrixstempel is<br />
gebruikt).<br />
Er is een relatief klein bestand<br />
bekend van continentale (eventueel<br />
insulaire) bracteaatsieraden en<br />
daarmee verwante muntsieraden. Ze<br />
zijn deels heidens, deels ook christelijk<br />
te duiden en zijn wellicht een<br />
antwoord op de veel meer voorkomende<br />
Scandinavische bracteaten.<br />
Op grond van de afbeelding zou het<br />
Wijnaldumer stuk wel Scandinavisch<br />
kunnen zijn of op de Scandinavische<br />
voorbeelden teruggaan (die<br />
op hun beurt weer op Romeins<br />
voorbeeld stoelen). Op een solidus<br />
uit Kälder op Gotland en op één der<br />
hoorns van Gallehus komen vergelijkbare<br />
dansende menselijke figuren<br />
voor met dezelfde typische<br />
wijdbeense houding. (zie afb. 3).<br />
Noordelijke bracteaten zijn voor<br />
zover bekend allemaal met een<br />
matrixstempel vervaardigd en tonen<br />
geenszins het signetachtige karakter<br />
van het Wijnaldumer sieraad. Dat<br />
laatste aspect is overigens speculatief;<br />
er bestaat voor zover mij bekend<br />
slechts één bracteaat met een eveneens<br />
verdiept of negatief reliëf en<br />
dus met een mogelijk zegelstempelaspect.<br />
Dit is echter een exemplaar<br />
van zilver met christelijke voorstelling<br />
en gevonden in Spanje. Bovendien<br />
is het een bracteaatfibula d.w.z.<br />
gemonteerd op een onderplaat; al<br />
met al dus niet echt vergelijkbaar.<br />
Hoe het ook zij, voorlopig zal de<br />
Wijnaldumer bracteaat wel een<br />
interessant studieobject blijven.<br />
Gezien het uitzonderlijke karakter<br />
van het stuk dat ruwweg tussen 450-<br />
<strong>70</strong>0 na Chr. te dateren is moeten<br />
definitieve conclusies inzake de<br />
achtergrond hier achterwege blijven.<br />
Het wachten is op nieuwe vondsten<br />
en “voortschrijdend inzicht”.<br />
Korte samenvatting:<br />
Een gouden bracteaathanger met<br />
aan de positieve zijde een sierrand.<br />
Het ligt voor de hand deze zijde als<br />
de “goede kant” of schouwzijde te<br />
zien. Toch is dit wellicht niet het<br />
geval en moet de negatieve zijde die<br />
veel scherper is, als de voorzijde of<br />
voorkant worden beschouwd. Eén en<br />
ander impliceert dat de bracteaat<br />
niet zoals gebruikelijk met een<br />
matrixstempel maar met een patrixstempel<br />
is geslagen.<br />
bij de boerderij en ik ging een praatje maken. Maar tot mijn<br />
verbazing zag ik dat de boer nu in vrouwenkleren op het erf naar<br />
mij toe kwam lopen! Ik moest nog een keer kijken maar de boer<br />
was nu echt gekleed in een lange rok en had pumps aan!<br />
Achteraf bleek dat hij dit gewoon leuk vind en daar ook om<br />
bekend staat in de streek. Hij is er op een gegeven moment<br />
gewoon mee de openbaarheid in gegaan. Hij is een vriendelijke<br />
en behulpzame man maar op dat moment keek ik toch raar op.<br />
Stel je voor, een boer in vrouwenkleren op de tractor. Ik zoek nog<br />
steeds af en toe op de betreffende akker en als ik hem zie, maken<br />
we altijd een praatje!
“Rechercheur”<br />
Ik was eens aan het zoeken op een bouwlocatie in het centrum<br />
van een stad. Ik had toestemming van de projectleider. Op een<br />
zeker moment, het was woensdagmiddag en ik liep alleen op de<br />
braakliggende grond, kwam er een man in een lange, beige<br />
regenjas naar mij toe. Of ik meteen wilde stoppen en weg wilde<br />
gaan. Hij was rechercheur van de politie en het was verboden<br />
daar te zoeken! Hij liet zelfs een identificatiepasje zien. In al mijn<br />
onschuld geloofde ik hem. Het politiebureau was ook nog<br />
vlakbij. Maar eenmaal thuisgekomen had ik zoiets van “maar ik<br />
had toch toestemming!”. Ik dus de dag erop weer terug om het<br />
de projectleider te vragen. Hij moest nogal lachen toen ik hem<br />
dit vertelde. Wat bleek nou, er was een man gearresteerd die zich<br />
voordeed als rechercheur! Hij verzon terplekke verboden en viel<br />
mensen lastig!<br />
Moeras<br />
Veel zoekers die ook bouwplaatsen en grondstorten bezoeken<br />
kennen dit probleem wel. Op sommige plaatsen is modder<br />
vermengd met droge grond waardoor de modder niet altijd goed<br />
te zien is. Ik wist dit en liep voorzichtig om niet weg te zakken en<br />
vast te komen zitten. Nou belde een kennis van mij en die wilde<br />
ook komen kijken en even mee zoeken. Hij was toch in de buurt.<br />
Op gegeven moment, je raadt het al, zakte hij tot zijn knieën weg<br />
in de modder. Nu, dat kan gebeuren. Maar hij had hier geen<br />
Dan de schoenen maar uit!<br />
Waarschijnlijk zult u dit verhaal vol ongeloof lezen, maar toch is<br />
het echt gebeurd. Op een zoektocht van een aantal leden van het<br />
bestuur en activiteitencommissie gebeurde het volgende. Een van<br />
de bestuursleden, waarvan we de naam maar niet zullen noemen,<br />
want anders durft hij op de volgende zoekdag niet meer te komen,<br />
had veel minder geluk dan de andere mensen van de zoekploeg.<br />
Hoewel, minder geluk? Hij vond helemaal niets terwijl de anderen<br />
toch diverse leuke dingen zoals Romeinse munten en zilveren<br />
munten vonden. Eigenlijk had hij het afgelopen half jaar vrijwel<br />
niets meer gevonden. Hij werd er een beetje moedeloos van en<br />
dacht al aan een andere detector.<br />
Ligt het aan de detector, de instelling, de koptelefoon of kan hij<br />
gewoon niet zoeken? U weet hoe het dan gaat. Met koptelefoon,<br />
zonder koptelefoon, alles wordt uitgeprobeerd. Dus ook nu maar<br />
eens even uitproberen met diverse voorwerpjes. Er werd dus een<br />
gaatje gegraven en daar werd een kokertje met een voorwerp in<br />
gezet. We zullen het ongelukkige bestuurslid maar voor het gemak<br />
D. noemen.<br />
D. zwaaide met zijn detector over het gat met het kokertje en kreeg<br />
geen geluid. <strong>De</strong> anderen zwaaiden met de schotel van hun detector<br />
over het gat en kregen allemaal een mooi geluidje. Dan maar<br />
eens de detector van D. uitproberen. Allemaal kregen een mooi<br />
geluidje met de detector van D. Na diverse voorwerpjes uitgeprobeerd<br />
te hebben was D. de enige die geen geluid uit zijn detector<br />
kreeg. Ook met een detector van een ander kreeg D. geen of<br />
ervaring mee en dacht letterlijk dat hij het niet na zou kunnen<br />
vertellen en dat hij dus helemaal weg zou zakken. Het zweet brak<br />
hem uit en hij kon er dus zelf helemaal niet om lachen! Gelukkig<br />
was er een kraan in de buurt die hem eruit kon tillen. Hij kon<br />
ternauwernood nog met zijn handen de laarzen uit de modder<br />
pakken want die waren natuurlijk vast blijven zitten! Ook de<br />
kraanmachinist zag er de humor wel van in. <strong>De</strong>tail is nog dat hij<br />
een net pak aan had. Je kunt je voorstellen hoe dat eruit zag!<br />
Grote boodschap<br />
Op een van onze zoektochten waren we, zoals vaak voorkomt,<br />
weer op zoek naar nieuwe akkers. Op gegeven moment, we<br />
waren wat aan het rondrijden in een polder, zagen we een mogelijk<br />
interessante akker. Er stond een auto geparkeerd in de berm.<br />
Dat was makkelijk dachten we, want dan kunnen we vragen wie<br />
de eigenaar is. Dus wij stopten bij die auto om te kijken of er<br />
iemand was. Op dat moment komt er iemand van achter de auto<br />
vandaan met zijn broek op halfelf. Nou bleek dat wij iemand<br />
gestoord hadden die hier net zijn behoefte zat te doen! Hij had<br />
dus alleen geen tijd meer om het hele zaakje schoon te vegen en<br />
zijn broek fatsoenlijk op te trekken! Het was voor die man nogal<br />
een gênante vertoning maar wij hebben er naderhand nog veel<br />
om gelachen!<br />
weinig geluid. Dit was te zot voor woorden en we hadden zoiets<br />
nog nooit meegemaakt. Het lag niet aan zijn oren en niet aan de<br />
detector. Opeens kreeg een van de mensen een grandioze inval.<br />
Als je eens je schoenen uittrekt, misschien krijg je dan geluid. Daar<br />
werd natuurlijk eerst flink om gelachen, maar warempel, zonder<br />
schoenen tussen de stoppels kreeg D. nu een prima geluidje. <strong>De</strong><br />
schoenen werden van een flinke afstand bekeken, maar daar was<br />
niets aan te zien. Speciale stevige werkschoenen voor in de fabriek<br />
die had hij een half jaar geleden gekocht. Oh ja, ze waren ook antistatisch<br />
zodat ze geen vonken konden veroorzaken.<br />
Dat zal waarschijnlijk de oorzaak geweest zijn. Ook Wil Hofman,<br />
die we er later naar vroegen, had hier nog nooit van gehoord. Antistatische<br />
schoenen die de detector beïnvloeden. Het raadsel is nog<br />
steeds niet opgelost.<br />
D. heeft zijn schoenen maar snel voor laarzen verruild en begon<br />
nu ook opeens weer te vinden. <strong>De</strong> andere dag vond hij zelfs een<br />
prachtige zilveren lakzegelstempel.<br />
Toch denken we dat D. nog wel eens door de andere bestuurs- en<br />
activiteitencommissieleden aan dit voorval zal worden herinnerd.<br />
Dus: als u ook de laatste tijd niets meer heeft gevonden en misschien<br />
ook nieuwe schoenen heeft gekocht.........<br />
13 13
14<br />
Overpeinzingen<br />
Een aantal weken geleden kwam iemand van mijn badmintonclub<br />
naar mij toe en vroeg: “Jij hebt toch een metaaldetector<br />
waarmee jij in de bossen rondloopt?” Toen ik hierop bevestigend<br />
antwoordde, vervolgde hij, “Ik heb op de televisie gezien<br />
dat, wat jij doet, verboden is in Rheinland-Pfalz.” (dit is de<br />
Duitse deelstaat waarin ik woon).<br />
Ik schrok en vroeg mij af of dit wel waar is, want ik heb in het<br />
verleden met de Duitse politie samengewerkt bij het opsporen<br />
van een explosief voorwerp en die hebben mij er voor bedankt<br />
en succes gewenst, maar verder niets verboden.<br />
Nou spelen er bij onze badmintonclub enkele politiemensen en<br />
mijn mixpartner is zelfs commissaris (v) dus ik vroeg bij de<br />
eerstvolgende speelavond direct of dit eens uitgezocht kon<br />
worden, maar zij wist ook van niets. Toen merkte een medelid<br />
op dat ik dat beter aan de heer Schultz kon vragen.<br />
<strong>De</strong> heer en mevrouw Schultz zijn recreanten bij onze vereniging<br />
en ik zocht contact met hen. Het was een schot in de roos!<br />
Hij bleek dr. R. Schultz te zijn, archeoloog en conservator met<br />
als verantwoordelijk gebied het grootste gedeelte van Rheinland<br />
Pfalz.<br />
Na een gesprek nodigde hij mij uit om met al mijn vondsten<br />
naar zijn kantoor te komen in Speyer te komen, waar hij alles<br />
aan een grondig onderzoek onderwierp. Hij legde mij uit dat<br />
zoeken met een metaaldetector in vrijwel geheel Duitsland<br />
verboden is. Bij mijn z.g. verzameling bleek voor hem niet<br />
zoveel interessants te zitten.<br />
In mijn vorige schrijven, een reactie op het stuk van Wouter van<br />
den Brandhof: “Kogels en hulzen, stille getuigen van een<br />
roerige tijd 2” heb ik geschreven, dat ik voornamelijk op oude<br />
slagvelden zoek, het is dus niet verwonderlijk dat ik geen echte<br />
historisch-waardevolle zaken heb, voor mij is het echter zeer<br />
interessant uit te vinden waar precies de “slag” heeft plaatsgevonden<br />
en hoe men te werk is gegaan. Sinds kort zoek ik op het<br />
land van goede vrienden in Worms en daar is in het verleden al<br />
aardig wat gevonden uit de Romeinse tijd en vér daarvoor.Ik<br />
had dus wel wat Romeinse delen van een kan of pot, in brons,<br />
maar die waren voor de heer Schultz niet interessant. Wél heb<br />
ik een goed gesprek gehad en er is mij veel duidelijk geworden.<br />
Ik heb toestemming gekregen (mondeling), met datgene wat ik<br />
tot nu toe deed dóór te gaan, d.w.z. ik mag in de z.g. bewegende<br />
laag zoeken, wat gelijk staat met de diepte die een (normale)<br />
ploeg gaat. <strong>De</strong>ze diepte staat weer gelijk met de doorsnee diepte<br />
die een metaaldetector bereikt. Vind ik iets wat dieper ligt (dus<br />
groter van vorm) dan mag ik dit voorwerp niet opgraven d.w.z.<br />
ik mag het niet uit zijn oorspronkelijke ligplaats verwijderen<br />
omdat het voor de archeologische dienst zeer belangrijk is hóe<br />
een voorwerp gevonden wordt.<br />
Ik markeer en bescherm de plek en waarschuw dan iemand van<br />
de archeologische dienst die dan het voorwerp uitgraaft.<br />
Als voorbeeld werd door de heer Schultz een zwaard genoemd.<br />
Ironisch genoeg, vond ik een week later tussen een aantal<br />
geëxplodeerde Duitse patronen uit de Tweede Wereldoorlog een<br />
middeleeuws zwaard echter hier was duidelijk dat ik niet de<br />
eerste vinder was want het lag in losse aarde op 25 cm diepte,<br />
waarschijnlijk door de eerste vinder niet herkend.<br />
Ik heb dit zwaard aan de archeologische dienst gegeven, het<br />
wordt nu gereinigd en in een vitrine gelegd met mijn naam<br />
erbij als vinder.<br />
<strong>De</strong>ze hele geschiedenis heeft mij aan het denken gezet. Met<br />
uitzondering van de strandzoekers zijn vele detectoramateurs<br />
bezig een soort museum voor zichzelf te organiseren met
voorwerpen die best door iedereen gezien zouden mogen<br />
worden, dus eigenlijk in een museum thuishoren.<br />
Er zijn ook veel detectoramateurs die denken alles van deze<br />
oude zaken af te weten. Ik heb eens van een medezoeker op één<br />
van de zoekdagen te horen gekregen dat een munt, die ik juist<br />
gevonden had, een Belgische frank was uit 1823, bij mijn weten<br />
is België pas in 1839 officieel zelfstandig geworden.<br />
Zo heeft iedereen zijn eigen gevoel en idee bij onze hobby.<br />
Er zijn ook personen die de verwachting hebben een schat te<br />
vinden en dus rijk te worden. Het zijn de handelaren in metaaldetectors<br />
die de verwachting scheppen dat een schat gevonden<br />
zou kunnen worden, waardoor kopers zonder acht te slaan op<br />
de erecode tekeer gaan, waardoor deze handelaren wél een<br />
detector verkopen maar eigenlijk medeverantwoordelijk zijn<br />
voor de conflicten die dan plaatsvinden met de landeigenaren<br />
en de archeologische dienst...<br />
Opmerkingen zoals, 'dit type gaat dieper dan ooit' zonder te<br />
vermelden hóe diep, zijn eigenlijk uit den boze want dat is<br />
afhankelijk van bodem, temperatuur en vochtigheid. Dieper<br />
graven betekent minder terrein afzoeken in dezelfde tijd en<br />
grotere schade aan het landschap en dus vaak conflicten met de<br />
eigenaren(en/of met de archeologische dienst) en dat is weer<br />
slecht voor eventuele andere zoekers.<br />
Bij mij gaat het eigenlijk om het zóeken, het vínden is bijzaak,<br />
maar leuk meegenomen. Het is net als vissen in zoet water, dan<br />
gaat het ook niet om de vis. Ik heb al enorme gewichten aan<br />
musket- en kanonskogels gevonden maar toch vind ik dat elke<br />
keer weer de moeite van het graven waard. Je zult van mij niet<br />
horen: 'ik heb vandaag niet zoveel gevonden, alleen wat duitjes<br />
Museumnieuws<br />
Leeuwarden - 28 juni t/m 21 september 2003<br />
PIEPERVONDSTEN<br />
In het Fries Museum is een tijdelijke tentoonstelling<br />
te bezichtigen van 17 metalen objecten<br />
die met de metaaldetector zijn gevonden. <strong>De</strong><br />
voorwerpen variëren van een fragment van een<br />
V2-raket, een Romeins godenbeeldje tot een<br />
Venetiaanse mantelspeld.<br />
Inlichtingen: Fries Museum, Turfmarkt 11,<br />
Leeuwarden, 058-2555 55 00, www.friesmuseum<br />
Tongeren (België)<br />
25 oktober 2003 t/m 19 september 2004<br />
NEANDERTHALERS IN EUROPA<br />
Het Provinciaal Gallo-Romeins Museum<br />
organiseert in 2003 de eerste grote overzichtstentoonstelling<br />
over de vroegste Europese<br />
prehistorische cultuur: de Neanderthalers.<br />
Veel van het tentoongestelde is gebaseerd op<br />
archeologisch onderzoek van het Labo voor<br />
Prehistorie dat sinds 1998 opgravingen doet in<br />
het Limburgse Veldwezelt. Niet alleen voorwerpen<br />
worden tentoongesteld maar ook 25<br />
en andere middeleeuwse rommel'. Ik ben al blij met één duitje<br />
en ik zoek toch echt al 20 jaar. Anders is het wanneer je naar<br />
iets speciaals zoekt. Ik heb in Australië goud gezocht en dat is<br />
heel wat anders. Dan vind je een paar dagen helemaal niets bij<br />
40 graden Celsius, een duitje is dan fantastisch (als dat kon).<br />
Je betaalt tussen 5 en 15 Australische dollars (hangt van de<br />
plaats af) en je mag alles houden wat je opgraaft (als je wat<br />
vindt), uitvoeren uit Australië is weer wat anders. Maar daar wil<br />
ik wel een andere keer over schrijven.<br />
Ook de opmerking: “Waar vond ik die gouden munt ook al<br />
weer?” bij een GPS. Ik denk dat je dat je hele leven tot op de<br />
centimeter nauwkeurig kan aanduiden, ook zonder GPS.<br />
Het is misschien tegen het zere been van de adverteerders van<br />
'<strong><strong>De</strong>tector</strong> <strong>Magazine</strong>' maar zo is het niet bedoeld. Wat mij ook zo<br />
ergert, ik ben nu toch bezig, is dat bij ieder verhaal medegedeeld<br />
moet worden wat voor een (meestal dure) detector men<br />
bezit. Ik ben buiten badminton- ook golfspeler en schutter bij<br />
een vereniging. Bij deze verenigingen gaat het ook over wie de<br />
duurste en beste spullen heeft alsof je de eerste plaats zou<br />
kunnen kopen terwijl alleen het 'kunstje' wat eenvoudiger<br />
wordt gemaakt. <strong>De</strong> beginneling kijkt meestal niet alleen tegen<br />
de ervaring op maar ook tegen de zeer hoge uitgaven om mee te<br />
kunnen doen, wat niet zelden bijdraagt tot een beëindiging van<br />
het lidmaatschap. En dat is jammer.<br />
Zo, ik heb mijn zegje weer gedaan.<br />
Met vriendelijke groet!<br />
Hans Meulensteen<br />
levensechte figuren die het leven van de<br />
Neanderthalers zeer realistisch in beeld<br />
brengen.<br />
Inlichtingen: Provinciaal Gallo-Romeins Museum,<br />
Kielenstraat 15, Tongeren, +32-12-67 03 30,<br />
www.limburg.be/gallo<br />
Leiden - 15 mei 2003 t/m 15 augustus 2004<br />
MYSTERIE MIDDELEEUWEN<br />
Een spannende tentoonstelling waar kinderen<br />
spelenderwijs kennismaken met de Nederlandse<br />
Middeleeuwen. <strong>De</strong> jonge bezoekers helpen<br />
twee kinderen uit die tijd met het oplossen van<br />
een groot mysterie. Op hun speurtocht door<br />
een drukke middeleeuwse stad, vol met<br />
vreemde kooplieden, kwakzalvers en slimme<br />
gauwdieven, ontdekken de kinderen hoe de<br />
wereld van hun leeftijdgenoten er uitzag.<br />
Daarbij moeten ze niet alleen hun hoofd, maar<br />
vooral hun handen gebruiken.<br />
Inlichtingen: Rijksmuseum van Oudheden,<br />
Rapenburg 29, Leiden, www.rmo.nl<br />
Leiden - 28 januari 2003 t/m 25 januari 2004<br />
VOOR TEMPEL EN KROEG.<br />
ROMEINS GELD UIT DE KEIZERTIJD<br />
In de nieuwe tentoonstelling van Het Koninklijk<br />
Penningkabinet krijgt de bezoeker een<br />
beeld van het eerste uitgebreide en samenhangende<br />
muntstelsel dat in onze streken<br />
bestond.<br />
Inlichtingen: Rijksmuseum Het Koninklijk<br />
Penningkabinet, Rapenburg 28, Leiden, 071-516<br />
09 99, www.penningkabinet.nl<br />
Vlaardingen<br />
6 september t/m 31 december 2003<br />
VEELZEGGEND VUILNIS<br />
Een tentoonstelling in samenwerking met de<br />
Vlaardingse stadsarcheoloog Tim de Ridder,<br />
gebaseerd op de schat aan informatie die uit<br />
historisch afval kan worden gehaald.<br />
Inlichtingen: Visserijmuseum, Westhavenkade 53-<br />
54, Vlaardingen<br />
15
16<br />
Wie kent hem niet?!<br />
Een stille kracht achter de schermen. Dankzij zijn inzet valt er iedere<br />
keer weer een nieuw <strong><strong>De</strong>tector</strong>magazine op de deurmat. Van beroep<br />
is hij graficus en deze man is één van de oprichters van onze vereniging.<br />
We hebben het in dit geval natuurlijk over Kees Leenheer. Een<br />
actieveling ten voeten uit. Niet alleen een detectoramateur, maar ook<br />
kunstschilder én dierenvriend.<br />
Kees Leenheer<br />
1 Gulden 1843, Koning Willem II<br />
Fragmenten glazen armbandjes,<br />
La Tene, ± 200 v. tot 25 na Chr.<br />
Dwerghamsters<br />
Om maar met het laatste te beginnen. In zijn huis<br />
wonen meerdere Russische dwerghamsters (een<br />
soort kleine muizen). Normaal slapen ze overdag. Ik<br />
mag mij echter gelukkig prijzen, want een slaperig<br />
koppie komt nieuwsgierig kijken naar<br />
wat er in de woonkamer<br />
gebeurt. <strong>De</strong> dwerghamster is<br />
niet de enige nieuwsgierige<br />
hier. Na afgereisd te zijn<br />
naar Fryslân wil ik toch ook<br />
wel eens weten wie Kees<br />
nou eigenlijk is en wat hij<br />
zoal doet!<br />
Zoals uit één van de eerste bladzijden<br />
uit het detectormagazine blijkt, is<br />
hij hoofdredacteur. Dit werk houdt in dat Kees samen<br />
met zijn zoon Niels zorgt voor het ontwerp en de layout<br />
van ons blad. Voor zover ik begrijp, is het erg<br />
tijdrovend, maar ook heel leuk werk. "Het is alleen<br />
wel jammer, dat je je nooit meer vol spanning kunt<br />
verheugen op het magazine", aldus Kees. Wat blijkt?<br />
Hij leest alle stukken en ziet alle foto's, er is dus nooit<br />
meer sprake van een verrassing. Zoals al naar voren<br />
kwam, is Kees graficus van beroep. Dat<br />
hangt nauw samen met zijn taken<br />
binnen de vereniging. Wat doet een<br />
graficus eigenlijk? "Van alles. We<br />
hebben een website voor de informatica-afdeling<br />
van de Technische Universiteit<br />
Twente gebouwd en we ontwerpen<br />
schoolgidsen. We zijn nu net<br />
klaar met een lang project, een boek<br />
over de Martini-kerk in Groningen."<br />
Een oude kerk, is dat toevallig? Kees<br />
moet toch wel toegeven dat hij dankzij<br />
de detectorhobby nieuwe klussen krijgt<br />
aangeboden. En over de detectors<br />
gesproken, hoe ging dat nou precies<br />
met de oprichting van de vereniging?<br />
<strong>De</strong> eerste jaren…<br />
We moeten maar even bij het begin beginnen. Als<br />
scholier was Kees alleen maar geïnteresseerd in de<br />
geschiedenisles. "<strong>De</strong> leraar kon daar zo boeiend over<br />
vertellen, de rest kon me eigenlijk gestolen worden."<br />
<strong>De</strong> interesse sluimerde, maar werd uiteindelijk<br />
gewekt toen hij in aanraking kwam met de detectorhobby.<br />
"Eén van mijn twee broers zocht al met zijn<br />
detector in het Haagse bos. Hij vond daar van die<br />
muntjes uit de 17e en de 18e eeuw. Toen was ik<br />
verkocht!", vertelt de oud-Hagenees. Vervolgens<br />
kwam er een onderwaterdetector waarmee de waterzone<br />
bij de recreatiestrandjes werd afgestruind. Kees<br />
vond de nodige moderne gouden ringen, maar echt<br />
intrigerend waren die vondsten niet. Er werd dan ook<br />
snel voor de bossen gekozen, waar de eerste oude<br />
muntjes uit tevoorschijn kwamen. "Die Willemcenten<br />
en duiten die je toen vond, dat was prachtig. Daar<br />
poetste je op tot er niets meer te zien was. En dan<br />
dacht je dat je wat bijzonders gevonden had.", vertelt<br />
Kees enthousiast.<br />
Zilveren boekbeslag, 19e eeuw
Penning Holland Floris V, 1256-1296<br />
Stapje voor stapje vorderde hij in de hobby en kreeg<br />
hij te horen dat er plannen waren om een nieuwe<br />
vereniging op te richten. "Het ging toentertijd financieel<br />
niet zo goed met de Coinhunter Company, de<br />
enige vereniging van detectoramateurs, die er toen<br />
was. Om die reden en om de banden met de archeologie<br />
verder aan te halen, is toen het initiatief genomen<br />
om een nieuwe vereniging op te richten."<br />
En zo werd onder het genot van een glas bier door<br />
een aantal mensen, waaronder Kees, de vereniging<br />
<strong>De</strong> <strong><strong>De</strong>tector</strong> <strong>Amateur</strong> opgericht. <strong>De</strong> detector-importeurs/dealers<br />
zorgden voor de verspreiding van een<br />
mailing: "Wilt u over 5 jaar nog zoeken?", met als<br />
gevolg dat de vereniging als een paddestoel uit de<br />
grond schoot. "Binnen een jaar<br />
waren er al 750 leden, eind<br />
1992 was het aantal van<br />
1000 al bereikt."<br />
Volgens Kees waren er in de<br />
beginfase wel 30 aanmel-<br />
dingen per dag, een duidelijk<br />
teken dat detectorzoekers<br />
waarde hecht(t)en aan een<br />
Gouden ring met steentje,<br />
16-17e eeuw<br />
goede band met de archeologie. <strong>De</strong> eerste jaren<br />
waren wel een zware bevalling: "Ik was bijna dag en<br />
nacht bezig voor de vereniging". Kees verdient dan<br />
ook een grote pluim voor zijn inzet, een bedankje is<br />
zeker op zijn plaats.<br />
Het detectorgebeuren<br />
Kees trekt er nog steeds met zijn detector op uit.<br />
Soms beleeft hij wel speciale dingen. "Een keer zagen<br />
we een erg interessante plek in Kollum, het probleem<br />
was alleen dat we er niet bij konden komen", vertelt<br />
hij vol passie. Wat blijkt? Er waren een paar bulten<br />
met grond, die precies tussen een watervertakking<br />
lagen. "We moesten dan ook het water<br />
oversteken, om bij dat plekje te<br />
Bronzen bijl ± 1500 v. Chr., vondst Engeland tijdens rally<br />
komen." Vervolgens werd er een rubberen bootje<br />
geregeld, de detectors werden ingeladen en het werk<br />
kon beginnen. Er werd gevaren, de detectors gingen<br />
aan wal en al snel kwamen de eerste vondsten tevoorschijn.<br />
Naast tinnen lepels waren onder de vondsten<br />
een aantal flesjes, waar een aardige grap mee werd<br />
uitgehaald. Het bijzondere was dat de kurken nog op<br />
die flesjes zaten. "Toen die er uit werden getrokken,<br />
kwam je een enorme urinestank tegemoet.", vertelt<br />
Kees lachend. Vervolgens werden<br />
stiekem een aantal flesjes in de<br />
auto van een collega-zoeker<br />
gestopt. Hij moet wel erg raar<br />
hebben staan kijken. Gelachen<br />
heeft Kees zeker! Dus pas maar<br />
op als je Kees tegenkomt (grapje).<br />
Een andere leuke anekdote heeft<br />
met een ons allen bekend lid, Dick<br />
Eekhof, te maken. Kees ging samen<br />
met hem en nog een aantal anderen<br />
zoeken in Engeland. " 's Avonds zaten<br />
we in de pub. Dick, een fanatiek<br />
zanger, zag toen een man met<br />
een liedboek. Hij bleek ook op<br />
een koor te zitten. Ze zijn<br />
toen samen gaan zingen."<br />
Of wat te denken van die keer<br />
toen Kees samen met zijn<br />
zoekmaat Johan ging zoeken in de<br />
buurt van Houten? Tijdens de speurtocht kwamen ze<br />
een jonge vrouw tegen die haar horloge kwijt was<br />
geraakt. Het uurwerk had voor haar een grote emotionele<br />
waarde, aangezien ze het ter gelegenheid van<br />
haar huwelijk had gekregen. "Of we het even wilden<br />
opsporen." Natuurlijk wilden Kees en Johan dat. <strong>De</strong><br />
detector werd ingeladen en volgzaam werd achter het<br />
meisje aan gereden. "Het leuke was, dat we tijdens de<br />
daarop volgende zoektocht in aanraking kwamen met<br />
haar vader." Het was volgens Kees wel een erg bijzondere<br />
ervaring. "Op een gegeven moment kwam hij<br />
aanzetten met een sigarendoosje dat vol met bijzondere<br />
voorwerpen zat. Grote Romeinse munten, mooie<br />
kralen, en zelfs een unieke aardewerken fluit." Wat<br />
bleek? <strong>De</strong> man was boer en had alles tijdens de<br />
werkzaamheden op het land gevonden. Dankzij het<br />
terugvinden van het horloge kregen Kees en Johan<br />
toestemming om op de vindplaatsen te zoeken. Er<br />
werd leuk spul gevonden, zoals een Middeleeuws<br />
kopje (linksboven) en Romeinse munten.<br />
Bronzen kruisboogfibula, Romeinse tijd<br />
Bronzen fibula met rivierpatina, Romeinse tijd<br />
17
18<br />
Keltisch AVACIA muntje<br />
Bronzen broche, 19e eeuw<br />
Vondsten<br />
Kees heeft het<br />
nodige gevonden.<br />
Uit een vitrine,<br />
bakjes en zelfs<br />
conservenblikken<br />
komen allerlei<br />
vondsten tevoorschijn.<br />
Wat te denken<br />
van een bijl uit de<br />
bronstijd? <strong>De</strong>ze vondst werd gedaan<br />
tijdens een zoekdag in Engeland. Natuurlijk<br />
is hij daar aangemeld. Tijdens de zoekrally was<br />
het de vondst van de dag, hetgeen Kees nog een fles<br />
wijn opleverde.<br />
Ook erg trots is hij op een Keltisch muntje. Het<br />
verkeert nog in zeer goede staat. Dit muntje is van het<br />
zogenaamde AVAVCIA-type. Het was het kleingeld<br />
in de vroeg-Romeinse tijd waarmee de dagelijkse<br />
transactie werden voltrokken. <strong>De</strong>rgelijke<br />
muntjes zijn weliswaar Keltisch, maar ze<br />
worden vaak in een Romeinse context<br />
gevonden. Waarschijnlijk is de<br />
verklaring dat Keltische stammen<br />
toestemming kregen om dergelijke<br />
muntjes te slaan, omdat de<br />
Romeinen zelf niet voldoende in<br />
de geldbehoefte konden voorzien.<br />
Een interessante vondst, die wordt<br />
geplaatst in de periode van 30 voor<br />
tot 20 na Christus.<br />
Erg blij is Kees met de door hem naar<br />
boven gehaalde fibulae. Hij is al 20 jaar<br />
bezig met de hobby, maar pas na 16 jaar zoeken vond<br />
hij zijn eerste mantelspeld. Voor Kees en waarschijnlijk<br />
voor iedereen een echte droomvondst. Nabij<br />
Zutphen kwam namelijk een enorm grote Laat-<br />
Romeinse knoeperd tevoorschijn! Ook andere fibulae<br />
pronken in Kees' vitrine, waaronder één met een<br />
zogenaamde rivierpatina (zie pag 17). Dat wil zeggen<br />
dat de vondst na een eeuwenlang verblijf in de grond<br />
nog steeds de originele bronskleur heeft. Zie hier hoe<br />
goed de kleigrond conserveert! Ook erg mooi is het<br />
Leerbeslag, 12-13e eeuw<br />
Kledinghaakje 17e eeuw<br />
Gespje, 12-13e eeuw<br />
Gedeelte van een bronzen armbandje,<br />
Romeinse tijd<br />
fragment van een bronzen Romeinse<br />
armband. Je zou je bijna afvragen welke<br />
mooie vrouw die gedragen heeft.<br />
Over verbeelding gesproken. Dat vindt Kees<br />
nou het mooie aan de hobby. Tijdens het zoeken<br />
loopt hij altijd te fantaseren hoe het vroeger in de<br />
nabije omgeving moet zijn geweest. Mooie natuur en<br />
vogelgeluiden maken het feest compleet.<br />
<strong>De</strong> hobby is volgens hem dan ook meer dan alleen<br />
maar zoeken. Het is de combinatie van natuur,<br />
cultuur en spanning.<br />
Feest moet het ook zijn geweest, toen Kees een mooie<br />
gouden ring vond. Dit keer geen moderne, maar<br />
antieke gouden (zie pagina 17). Nog maar twee keer<br />
vond hij echt oude meesterwerkjes van dit<br />
begerenswaardige metaal. Goud, zilver,<br />
bijzonder materiaal, volgens Kees zijn<br />
sommige zoekers hier teveel op<br />
gericht. <strong>De</strong> hebzucht van nooit genoeg<br />
hebben en altijd willen vinden wat<br />
anderen al hebben, is volgens hem<br />
een slechte zaak. Het is en blijft een<br />
hobby, die van tijd tot tijd gerelativeerd<br />
moet worden.<br />
Natuurlijk is het merendeel<br />
van de vondsten niet<br />
super uniek. Dat mag de<br />
pret echter niet drukken.<br />
Met vondsten zoals een<br />
zilveren gulden (zie pag 16) en<br />
kruisjes komt Kees ook tevreden<br />
thuis. Tenslotte rest mij nog te<br />
vertellen dat hij nog tal van metaaltjes,<br />
zoals 19e-eeuwse broches,<br />
bellen (sommige doen het nog!)<br />
en duiten in huis heeft.<br />
Kees, namens alle leden wil ik je<br />
hartelijk bedanken voor je werkzaamheden<br />
binnen de vereniging.<br />
Waarschijnlijk beseft lang niet iedereen hoeveel er<br />
achter de schermen gebeurt. Dit interview lijkt mij<br />
dan ook op zijn plaats.<br />
Wouter van den Brandhof<br />
Bronzen kruisje,<br />
17-18e eeuw
24<br />
Fig. 1<br />
MUNITIE<br />
In deze tweede aflevering over munitie wil ik het hebben over de gevaren die zich<br />
kunnen voordoen bij het zoeken en verzamelen van munitie. Er lopen nogal wat<br />
mensen rond die denken dat munitie die al sinds de Tweede Wereldoorlog in de grond<br />
heeft gezeten niet meer gevaarlijk is. Voor sommige soorten geldt dit inderdaad, voor<br />
andere maakt het verstrijken van de tijd geen verschil, en weer andere soorten munitie<br />
worden zelfs gevaarlijker.<br />
Fosfor<br />
Het is dus belangrijk de gevaarlijke<br />
munitie op tijd te herkennen.<br />
Voor het gemak deel ik de munitie<br />
in twee categorieën in:<br />
1. kaliber t/m 12,7 mm,<br />
2. kaliber groter dan 12,7 mm<br />
(granaten).<br />
In de eerste categorie vallen de<br />
pistool-, geweer- en machinegeweerpatronen.<br />
<strong>De</strong>ze zijn niet zo groot en<br />
lijken daarom niet gevaarlijk. Zoekers<br />
komen af en toe patronen tegen<br />
die een verfmarkering hebben, zoals<br />
een groene projectielspits of blauwe<br />
verf rond het slaghoedje. In het<br />
vorige artikel heb al uitgelegd dat het<br />
hierbij gaat om een aanduiding over<br />
de aard van het projectiel. Helaas<br />
zorgt een langdurig verblijf in de<br />
bodem er vaak voor dat deze markering<br />
niet meer zichtbaar is. Een<br />
zwarte projectielspits is in donkere<br />
bosgrond vaak niet meer te zien.<br />
Zonder herkenbare aanduiding is<br />
het niet duidelijk of het hierbij gaat<br />
om een gevaarlijk of onschuldig<br />
exemplaar. Hieronder volgen een<br />
paar voorbeelden van niet zulke<br />
onschuldige patronen.<br />
Kleine rotzakjes<br />
Een minder onschuldige patroon die<br />
regelmatig gevonden wordt, is de<br />
Duitse P.m.K.-patroon (fig. 1). <strong>De</strong><br />
voluit geschreven naam zegt het al:<br />
Phosphor mit Kern. Het gaat hierbij<br />
om een patroon van het kaliber 7,92<br />
x 57, de standaard Duitse geweerpatroon,<br />
onder meer gebruikt in het<br />
Mausergeweer en de machinegewe-<br />
J. F. vd Weerden<br />
(<strong>De</strong>el 2)<br />
uit de 19e en 20e eeuw<br />
ren MG34 en MG42. <strong>De</strong> patroon is<br />
herkenbaar aan een ring van zwarte<br />
verf om het slaghoedje, terwijl<br />
oudere exemplaren daarnaast nog<br />
een 5 mm brede rode band over de<br />
hulsbodem hebben. Het moge<br />
duidelijk zijn dat de patronen met<br />
alleen de zwarte verf om het slaghoedje<br />
moeilijk te herkennen zijn.<br />
Het losse projectiel is herkenbaar<br />
aan een rond gat aan de zijkant,<br />
opgevuld met lood. Als het projectiel<br />
wordt afgeschoten, smelt het lood<br />
door de wrijvingswarmte in de loop<br />
en komt het witte fosfor in contact<br />
met de zuurstof in de lucht, waarna<br />
het ontbrandt. <strong>De</strong>ze patroon is<br />
ontworpen om brand te stichten. Als<br />
deze patroon in nieuwstaat is, zal hij<br />
niet spontaan ontbranden. Bodemvondsten<br />
zijn echter altijd aangetast<br />
door corrosie.<br />
Fig. 2<br />
Beobachtungspatrone<br />
Fosfor<br />
Springstof<br />
Vooral fosforpatronen die in het<br />
water zijn gevonden zijn verraderlijk.<br />
Een zoekmaat had zijn schuur vol<br />
patronen staan die uit het water<br />
kwamen. Hieraan was op het eerste<br />
gezicht niets te zien. Op een gegeven<br />
ogenblik stond zijn schuur echter vol<br />
met rook. Het bleek dat zich tussen<br />
zijn vondsten een aantal fosforpatronen<br />
bevonden, waarvan door het<br />
langdurige verblijf onder water de<br />
projectielmantels waren aangetast.<br />
<strong>De</strong>ze doorweekte patronen droogden<br />
langzaam op, waarna de fosfor met<br />
zuurstof in aanraking kwam en<br />
ontbrandde. Behalve dat deze patronen<br />
brandgevaar opleveren is de<br />
fosfor ook nog eens giftig. <strong>De</strong> meeste<br />
P.m.K-patronen die ik gezien heb,<br />
hadden de code P120 (Dynamit AG,<br />
Werk Empelde). Tijdens de oorlog<br />
veranderde deze code in “emp”.<br />
Een andere gezellige Duitse patroon<br />
in hetzelfde kaliber is de zgn. Beobachtungspatrone<br />
(B.-Patr., fig. 2).<br />
<strong>De</strong>ze patroon is herkenbaar aan het<br />
feit dat het onderste gedeelte van de<br />
punt zwart is. Oudere, vooroorlogse,<br />
patronen hebben een verchroomde<br />
projectielspits. Het projectiel van<br />
Fig. 3<br />
Patroon voor een Besa-tankmitrailleur<br />
Thermiet
deze patroon is voorzien van een<br />
slagpen, een springlading en een<br />
fosforlading. Ook deze patroon is<br />
bedoeld om brand te stichten. Als<br />
het projectiel na afvuren iets raakt,<br />
slaat de slagpen in de gevoelige<br />
springlading. Door de explosieve<br />
kracht hiervan wordt het projectiel<br />
opengereten, waarna het fosfor<br />
ontbrandt. <strong>De</strong>ze patronen werden in<br />
de oorlog door verschillende fabrieken<br />
gemaakt en vooral tegen vliegtuigen<br />
ingezet (boordmitrailleurs).<br />
Behalve de Duitsers hebben ook de<br />
Engelsen een aantal vernuftige<br />
patronen op de markt gebracht. Een<br />
algemeen voorkomende is de<br />
patroon met brandstichtend projectiel<br />
voor de Besa-tankmitrailleur<br />
(fig. 3). <strong>De</strong>ze is in hetzelfde kaliber<br />
als bovengenoemde Duitse patronen<br />
(7,92 x 57). Dit is niet verwonderlijk,<br />
omdat de Besa een van oorsprong<br />
Tsjechisch ontwerp is. Bij deze<br />
brandstichtende patroon is het<br />
projectiel gevuld met de stof thermiet.<br />
Dit is een brandstichtende stof<br />
die explosieve ontbranding kent. Als<br />
het projectiel iets hards raakt, fungeert<br />
het uiterste puntje als ontsteker<br />
en zal de punt openbarsten en<br />
ontbranden. Gelukkig geven de<br />
Engelsen op de hulsbodem aan welk<br />
projectiel zich op de huls bevindt. In<br />
dit geval geeft een B in het bodemstempel<br />
de brandstichtende functie<br />
aan (bijvoorbeeld K2 43 BIz).<br />
Een aantal kennissen heeft wel eens<br />
geprobeerd een oogje aan een losse<br />
kogelpunt van bovengenoemd type te<br />
solderen. Dit resulteerde in spectaculair<br />
doch ongewenst vuurwerk.<br />
Een tweede Engels patroon is eveneens<br />
brandstichtend. Dit opvallende<br />
patroon is van het kaliber 7,7 x 56<br />
(.303 inch) en heeft in de bodemstempeling<br />
de code BIV of BIVz<br />
(fig. 4). Vooral het projectiel is zeer<br />
herkenbaar. <strong>De</strong> punt loopt niet<br />
vloeiend, maar vertoont een sprong.<br />
<strong>De</strong> inhoud van het projectiel bestaat<br />
voor de helft uit fosfor. Mijn ervaring<br />
is dat deze patronen vaak voorkomen<br />
bij vliegtuigmunitie uit het begin van<br />
de oorlog. Behalve de hier genoemde<br />
algemenere patronen komt er nog<br />
ander in meer of mindere mate<br />
gevaarlijk kleinkalibermunitie voor.<br />
In het algemeen geldt: in geval van<br />
twijfel, neem geen risico. Onlangs<br />
liet iemand mij een munitieonderdeeltje<br />
zien met de vraag of dat<br />
dingetje wel in een kogelpunt thuishoorde.<br />
Het bleek de slagpin uit een<br />
B.-patroon te zijn. Toch knap dat hij<br />
onbeschadigd langs de springstof en<br />
het fosfor is gekomen!<br />
Fig. 4<br />
Fig. 5<br />
Fosfor<br />
Grote jongens<br />
Over de kalibers boven de .50 kan ik<br />
kort zijn: afblijven! <strong>De</strong>ze grote<br />
projectielen (iedereen snapt wel dat<br />
lege hulzen geen gevaar opleveren)<br />
zijn meestal zo verroest dat er geen<br />
merktekens of kleurcodes meer te<br />
herkennen zijn, zoals op deze Duitse<br />
10,5 cm granaat (fig. 5). <strong>De</strong> kans dat<br />
net die ene die jij vindt een onschuldig<br />
oefen- of lichtspoorprojectiel is,<br />
is wel erg klein. <strong>De</strong> kans op fosfor- of<br />
springlading is veel groter. Er is voor<br />
en tijdens de Tweede Wereldoorlog<br />
door alle landen ijverig geëxperimenteerd<br />
met allerlei ladingen en ontstekers.<br />
Vooral de Duitsers, die wapens<br />
en munitie uit alle veroverde landen<br />
in gebruik hadden, hebben in de<br />
Nederlandse bodem een enorme<br />
variatie aan munitie achtergelaten.<br />
Mocht je een granaat tegenkomen,<br />
waarschuw dan de politie. Dit levert<br />
meestal wel wat argwanende blikken<br />
op, maar voorkomt ongelukken later.<br />
Het is namelijk niet zeker of de<br />
zoeker na jou zo verstandig is om<br />
van het projectiel af te blijven. Ik zou<br />
zelf niet graag met de gedachte<br />
rondlopen dat ik een ongeluk had<br />
kunnen voorkomen. Ga trouwens<br />
niet met granaten sjouwen, de kans<br />
bestaat dat de springstof door het<br />
verstrijken van de jaren instabiel en<br />
daardoor uiterst gevoelig is geworden.<br />
Het is beter het projectiel<br />
onopvallend te markeren en daarna<br />
de politie te waarschuwen.<br />
25
<strong>De</strong> Troy Shadow X3<br />
<strong>De</strong> X3 met dezelfde 19 kHz elektronica als de<br />
X5 maar alleen met noodzakelijke afstelmogelijkheden.<br />
Standaard uitgerust met een 18 cm concentrische<br />
zoekschijf om optimaal te kunnen<br />
zoeken naar ‘goede objecten’ tussen ijzerafval.<br />
Introductieprijs € 899,00 incl. acc.<br />
DETECTORNIEUWS<br />
vanaf nu leverbaar bij GELAN <strong>De</strong>tectiesystemen B.V.<br />
Voor meer informatie:<br />
GELAN <strong>De</strong>tectiesystemen B.V.<br />
Het Sterrenbeeld 48<br />
5215 ML ’s-Hertogenbosch<br />
Tel. +31 (0)73 54 81 199<br />
Fax.+31 (0)73 54 81 195<br />
E-mail: info@gelan.nl<br />
Internet: www.gelan.nl<br />
<strong>De</strong> Shadow X3 control panel<br />
HEBT U OOK ZO’N MOOIE OUDE GOUDEN RING GEVONDEN?<br />
En vindt u het ook zo jammer dat deze beschadigd is?<br />
Na al die tijd, dat zo’n sieraad in de grond heeft gezeten, zijn er vaak flink wat<br />
beschadigingen in gekomen. Het kan zijn dat uw ring verbogen is, dat er diepe<br />
krassen in zitten of dat er onderdelen missen.<br />
Als u deze ring weer in z’n oorspronkelijke staat wilt brengen, bent u bij mij aan het<br />
goede adres. Door mijn werk als goud- en zilversmid ben ik in staat allerlei oude<br />
sieraden en gebruiksvoorwerpen te repareren en te restaureren. Dit doe ik naast het<br />
ontwerpen en repareren van ‘gewone’ sieraden en gebruiksvoorwerpen. Ook kan ik<br />
van oud goud iets anders voor u maken.<br />
Missende onderdelen kunnen er<br />
weer bij worden gemaakt, zodat uw<br />
sieraad weer compleet is. <strong>De</strong><br />
oorspronkelijke materialen zoek ik<br />
er weer bij zodat die samen een<br />
passend geheel vormen.<br />
Ik kan uw sieraad zó restaureren<br />
dat het er uit blijft zien als een oud<br />
sieraad, maar het kan ook zijn dat<br />
u wilt dat het sieraad er weer als<br />
nieuw uitziet. Dat is natuurlijk ook<br />
mogelijk.<br />
<strong>De</strong> gevonden sieraden zijn vaak<br />
vuil en moeilijk schoon te maken.<br />
Ik heb de middelen om het sieraad<br />
op de juiste manier schoon te<br />
krijgen.<br />
Omdat u met de goudsmid zelf<br />
overlegt, kunt u uw wensen aan mij<br />
kenbaar maken. Daar wordt dan<br />
ook de prijs op aangepast.<br />
<strong>De</strong> kosten van een reparatie hangen<br />
af van de mate waarin u uw<br />
sieraad gerestaureerd wilt zien.<br />
Op de zoekdag ben ik aanwezig<br />
om vragen te beantwoorden en<br />
eventueel ter plekke kleine reparaties<br />
te verrichten. Grotere opdrachten<br />
vragen meer tijd. In dat geval<br />
maak ik met u een afspraak zodat u<br />
weet wanneer de opdracht klaar is.<br />
Neem dus uw te restaureren,<br />
kapotte sieraden of gebruiksvoorwerpen<br />
mee naar de zoekdag om<br />
ze door mij te laten beoordelen.<br />
Ook kunt u dan oud goud meenemen<br />
om te laten omsmelten.<br />
Eventueel koop ik ook oud goud<br />
op. Pas dan kan ik u vertellen wat<br />
de mogelijkheden zijn!<br />
Sander Medendorp<br />
Goud- en zilversmid<br />
Edelsmederij Sand’or<br />
Informatie is te vinden op<br />
mijn site:<br />
www.edelsmederijsand-or.nl<br />
Voor vragen kunt u bellen naar het<br />
volgende<br />
nummer: 06-29016577<br />
27
28<br />
In het derde deel van Stille Levens Beleven gaan<br />
we een heel eind terug in de schilderkunst. Het<br />
betreft hier een schilderij van Rogier van der<br />
Weyden dat vóór 1443 is geschilderd.<br />
Het schilderij stelt de kruisafneming van Jezus<br />
Christus voor. Dit schilderij hangt in het Museo<br />
del Prado in Madrid.<br />
Op de rechterzijde van het schilderij<br />
staat een wenende vrouw met een<br />
wel heel interessante gordel, die<br />
wordt gesloten met behulp van een<br />
medaillonsluiting. Op de gordel zijn<br />
allemaal letters bevestigd die tezamen<br />
een tekst vormen. Als we goed<br />
kijken zien we: I H E S V S M A R I.<br />
<strong>De</strong> laatste vier letters zullen ongetwijfeld<br />
M A R I A vormen. <strong>De</strong> letters op<br />
de gordel zijn een mooi voorbeeld<br />
van hoe de vaak fraai versierde letters<br />
werden gebruikt. Alhoewel men niet<br />
dagelijks een dergelijke vondst doet,<br />
bedenk dan dat als men één letter<br />
vindt, er wellicht meer kunnen liggen.<br />
<strong>De</strong> afbeeldingen<br />
<strong>De</strong> eerste afbeelding die we hier laten<br />
zien is de letter M. <strong>De</strong> M is gekroond<br />
en aan de achterzijde zijn nog duidelijk<br />
de bevestigingspunten te zien.<br />
Het insigne is afkomstig van het<br />
voormalige kloosterterrein Koningsveld<br />
(KV II). Het insigne is gegoten<br />
en het metaal is van een lood/tin<br />
legering (collectie D. de Jong).<br />
Mart Hoffmann<br />
Stille levens beleven<br />
<strong>De</strong> medaillonsluiting die hier is afgebeeld<br />
is afkomstig uit <strong>De</strong>lft van het<br />
voormalige schuttersveld, waar in<br />
november 2002 grond werd uitgegraven<br />
ten behoeve van nieuwbouw. Het<br />
is niet direct gelijkend aan de medaillonsluiting<br />
van het schilderij, maar dit<br />
komt omdat er veel verschillende<br />
modellen zijn.<br />
Mijn vermoeden is dat mijn vondst<br />
afkomstig is van minder welgestelde<br />
mensen, gezien de soms zeer fraai<br />
bewerkte en van duurder materiaal<br />
uitgevoerde medaillonsluitingen.<br />
<strong>De</strong> medaillonsluiting is gegoten en<br />
<strong>De</strong> Kruisafneming<br />
(detail)<br />
<strong>De</strong> Kruisafneming,<br />
Rogier van der Weyden<br />
het gebruikte metaal is messing of<br />
een koperlegering. Er zijn na het<br />
gieten van de medaillonsluiting<br />
graveringen aangebracht, met in het<br />
hart een gotische N. Een precieze<br />
datering kan ik niet geven maar een<br />
datering tussen 1400-1475 is niet<br />
uitgesloten. Dit baseer ik op de<br />
gegevens van de aardewerk scherven<br />
uit Siegburg in dezelfde partij grond<br />
als waarin ik de medaillonsluiting heb<br />
gevonden.<br />
Bij het vinden van de medaillonsluiting<br />
dacht ik in eerste instantie dat ik<br />
een muurhaak had gevonden. Toch is<br />
<strong>De</strong> letter M<br />
gegoten lood/tin legering
(deel 3)<br />
Medallionsluiting<br />
circa 1400-1475<br />
dit iets om even bij stil te staan, want<br />
het zou mij dan ook niet verbazen als<br />
er zich in diverse collecties nog<br />
medaillonsluitingen bevinden die het<br />
etiket muurhaak hebben gekregen.<br />
(collectie M.J. Hoffmann)<br />
?<br />
Raad de foto (<strong>70</strong>)<br />
Ook nu hebben we weer een object voor de rubriek 'Raad de foto'.<br />
Door middel van een e-mail of brief(kaartje) kan hierop worden gereageerd door leden van onze<br />
vereniging. Onder de goede inzenders zal een boek worden verloot.<br />
Reacties kunnen naar: e-mail j.koning@detectoramateur.nl of J. Koning, Roodborststraat 20,<br />
8916 AG Leeuwarden.<br />
We vragen wel een zo duidelijk mogelijke beschrijving inclusief datering. Dit vergemakkelijkt de<br />
keuze voor de winnaar. <strong>De</strong> inzendtermijn sluit op 1 oktober 2003.<br />
In nummer 69 ging het om een kaarsendover. <strong>De</strong>ze was bevestigd aan een stokje en men<br />
liet het over de vlam heen zakken zodat deze doofde. Datering: 19e eeuws.<br />
Er kwamen ditmaal weinig inzendingen binnen. Dit heeft waarschijnlijk met de<br />
vakantietijd en het mooie weer te maken. Het is geen romeins inktpotje of schenktuit.<br />
Niemand kwam maar in de juiste richting zodat er geen prijs is toegekend.<br />
Nu de nieuwe Raad-de-foto; we zien een voorwerp van gebakken aardewerk met maataanduiding.<br />
We willen weten de datering, en natuurlijk wat het is als het compleet is.<br />
<strong>De</strong> meest uitgebreide beschrijving wint.<br />
29
30<br />
Bodemvondsten worden echter om<br />
allerlei redenen niet aangemeld bij<br />
de SCEZ. Het overgrote deel van de<br />
vondsten verdwijnt ongezien in de<br />
privé-collecties van detectorzoekers,<br />
waarvan er - alleen al in Zeeland -<br />
zo’n honderd actief zijn. <strong>De</strong>ze privécollecties<br />
zijn slechts bij enkele<br />
insiders bekend. <strong>De</strong> archeologisch<br />
en historisch vaak zeer belangwekkende<br />
vondsten daaruit blijven dus<br />
onopgemerkt en zijn niet beschikbaar<br />
voor onderzoek.<br />
Waarschijnlijk gaat het alleen in<br />
Zeeland al om vele duizenden van<br />
dit soort vondsten per jaar. Zich<br />
realiserend dat hiermee onnodig veel<br />
informatie verloren dreigde te gaan,<br />
namen in 1999 enkele leden van de<br />
Archeologische Werkgemeenschap<br />
voor Nederland (AWN) het initiatief<br />
om een werkgroep op te richten met<br />
als doel het verzamelen van gegevens<br />
over metaalvondsten die in het<br />
bezit zijn van particulieren. <strong>De</strong>ze<br />
werkgroep functioneert binnen de<br />
afdeling Zeeland van de AWN.<br />
Als eerste project van de Werkgroep<br />
Metaalvondsten Zeeland (WMZ) is<br />
H. Hendrikse<br />
Zegelstempels en zegelringen uit Zeeuwse bodem<br />
Met de komst van de metaaldetector is het zoeken naar metalen voorwerpen<br />
een populaire hobby geworden in binnen- en buitenland. Vele duizenden<br />
metalen voorwerpen zijn in de laatste twee decennia met behulp van dit<br />
nuttige apparaat opgespoord. Slechts een zeer klein deel hiervan wordt<br />
aangemeld bij de officiële instanties en geregistreerd. In Zeeland moet dit<br />
gebeuren bij de provinciaal archeoloog van de Stichting Cultureel Erfgoed<br />
Zeeland (SCEZ).<br />
Afb.1<br />
Zegelstempel van loodbrons van Jacob[u]s<br />
Alverdoen. Wapenschild met zes jakobsschelpen,<br />
(3:2:1). Vindplaats: Sluis. Datering: 1300-1350.<br />
gekozen voor het onderzoek en de<br />
registratie van in Zeeland gevonden<br />
zegelstempels en zegelringen.<br />
Hiertoe is door de werkgroep een<br />
registratieformulier ontworpen,<br />
conform de richtlijnen betreffende<br />
de registratie van bodemvondsten in<br />
ARCHIS. ARCHIS is het door de<br />
Rijksdienst voor het Oudheidkundig<br />
Bodemonderzoek (ROB) opgezette<br />
en ontwikkelde geautomatiseerde<br />
archeologische informatiesysteem.<br />
Het ARCHIS - formulier is hiervoor<br />
aangevuld met dit formulier om op<br />
de specifieke vragen die aan bepaalde<br />
groepen voorwerpen gesteld<br />
worden een antwoord te kunnen<br />
geven. Andere specifieke groepen<br />
voorwerpen die in aanmerking<br />
komen voor registratie en documentatie<br />
zijn: pelgrimsinsignes, Romeinse<br />
munten, vogeldrinkbakjes of<br />
inktpotjes, muntgewichtjes, kinderspeelgoed<br />
van metaal, penningen,<br />
sleutels, gewichten, enz. Pelgrimsinsignes<br />
bijvoorbeeld geven een beeld<br />
van de devotie in de Middeleeuwen<br />
en van de in de regio en daarbuiten<br />
bezochte bedevaartplaatsen; gewichten<br />
en penningen zijn via ingeslagen<br />
Afb. 2<br />
Zegelstempel van broeder Johannes van het St.<br />
Jans Hospitaal in Aardenburg. Datering: 1275-<br />
1350. Vindplaats: Aardenburg.<br />
merken vaak te relateren aan een<br />
bepaalde stad; kinderspeelgoed<br />
verwijst naar de positie van het kind<br />
in de Laat- Middeleeuwse samenleving.<br />
<strong>De</strong> keuze voor de vondstcategorie<br />
zegelstempels en zegelringen heeft<br />
verschillende redenen. Ten eerste<br />
zijn deze voorwerpen niet alleen bij<br />
het grote publiek weinig bekend,<br />
maar ook bij genealogen, historici en<br />
archiefmedewerkers. Men kent wel<br />
de waszegels die soms met tientallen<br />
aan oorkonden hangen, maar niet de<br />
stempels.<br />
Ten tweede is het soms mogelijk via<br />
bronnenonderzoek informatie te<br />
verkrijgen over de eigenaar van een<br />
stempel, wiens naam, functie en/of<br />
beeldmerk te zien is op het stempelveld.<br />
Dit is tevens interessant voor<br />
een ieder die zich bezig houdt met<br />
historisch onderzoek, want de<br />
bewaard gebleven waszegels bevinden<br />
zich vaak in een slechte staat<br />
omdat zegelwas erg kwetsbaar is en<br />
snel brokkelt. Er zijn nog maar<br />
weinig oorkonden waarvan de<br />
bezegeling nog in gave staat verkeert.<br />
<strong>De</strong> afbeelding op het stempelveld<br />
zou in bepaalde gevallen aanvullende<br />
informatie kunnen bieden. Zo<br />
kunnen schriftelijke bronnen en<br />
archeologische vondsten elkaar<br />
aanvullen of bevestigen.<br />
Ten derde bestaat deze specifieke<br />
groep voorwerpen vrijwel geheel uit
odemvondsten. Naar verwachting<br />
zal de toename van het aantal aangemelde<br />
exemplaren eveneens vrijwel<br />
uitsluitend uit recente bodemvondsten<br />
bestaan.<br />
Omdat regulier archeologisch onderzoek,<br />
geplaagd door geld- en tijdgebrek,<br />
dikwijls andere prioriteiten<br />
heeft, worden deze nieuwe metaalvondsten<br />
bijna zonder uitzondering<br />
door particuliere detectorzoekers<br />
gedaan. <strong>De</strong> grote hoeveelheid voorwerpen<br />
die zich in particulier bezit<br />
bevindt, bracht met zich mee dat er<br />
van de zijde van de werkgroep<br />
bijzonder veel inzet gevraagd werd<br />
om de gewenste informatie te verkrijgen.<br />
Daarbij werd het raadzaam<br />
geacht niet te lang te wachten met<br />
navraag doen naar de vondstgegevens.<br />
Het merendeel van de zoekers<br />
documenteert de vondsten niet,<br />
zodat na een aantal jaren al twijfel<br />
kan ontstaan over de exacte vindplaats.<br />
Door onderlinge ruil en/of<br />
verkoop gaat bijna altijd informatie<br />
verloren. <strong>De</strong> nieuwe eigenaar is vaak<br />
minder geïnteresseerd in de vindplaats<br />
dan in het object zelf en zo<br />
kunnen in korte tijd de vondstgegevens<br />
- en daarmee een belangrijke<br />
bron van informatie - verloren gaan.<br />
Ook bij overlijden en boedelscheiding<br />
verdwijnen veel voorwerpen<br />
omdat de erfgenamen er, als de<br />
geldswaarde gering is, niet in geïnteresseerd<br />
zijn. Daar de vindplaats van<br />
een zegelstempel of zegelring in veel<br />
gevallen te relateren is aan de woonof<br />
verblijfplaats van de stempelvoerder<br />
is de exacte vindplaats van<br />
cruciaal belang om enig succes te<br />
Afb. 3<br />
Zegelstempel van brons, gevonden in Middelburg.<br />
Afbeelding van een staande Maria met<br />
Kind. <strong>De</strong> zegelaar geknield onder een ster.<br />
Datering: 1300-1350.<br />
kunnen boeken bij het bronnenonderzoek.<br />
<strong>De</strong> vindplaats is daarnaast<br />
van belang als nieuw of extra gegeven<br />
ten behoeve van de archeologische<br />
monumentenzorg.<br />
Bij de registratie van de stempels<br />
gold (en geldt) het midden van de<br />
negentiende eeuw als grens. Als<br />
criterium wordt gesteld dat het te<br />
registreren voorwerp een bodemvondst<br />
moet zijn. Uit een onderzoeksronde<br />
langs de verschillende<br />
lokale archieven in Zeeland bleek dat<br />
uit de Middeleeuwen geen enkel<br />
origineel burgerlijk of kerkelijk<br />
zegelstempel bewaard gebleven is.<br />
Wel is een beperkt aantal stadsstempels<br />
nog aanwezig. Uit het grote<br />
aantal nu geregistreerde stempels<br />
blijkt dus dat het bodemarchief heel<br />
wat meer stempels ‘bewaard’ heeft<br />
dan de ‘gewone’ archieven. In het<br />
laatste hoofdstuk van het boek is ter<br />
aanvulling een selectie uit de in de<br />
archieven bewaarde stadsstempels<br />
opgenomen.<br />
Toen na twee jaar de balans van het<br />
zegelstempelproject werd opgemaakt,<br />
bleek dat er een schat aan<br />
informatie boven water was gekomen.<br />
Dankzij het niet aflatende<br />
enthousiasme van de werkgroepleden<br />
en de medewerking van de<br />
particuliere detectorzoekers konden<br />
(tot 01-06- 2003) 275 zegelstempels<br />
en -ringen worden geregistreerd. <strong>De</strong><br />
werkgroep was van mening dat het<br />
jammer zou zijn wanneer de met<br />
veel inzet en investering verkregen<br />
gegevens, net als de voorwerpen zelf,<br />
op hun beurt een verborgen bestaan<br />
zouden gaan leiden in het archief<br />
van de SCEZ of in ARCHIS. Zo<br />
ontstond de wens om de onderzoeksresultaten<br />
van een deel van de<br />
zegelstempels en -ringen te publiceren,<br />
waardoor deze beschikbaar<br />
zouden komen voor een ieder die in<br />
deze materie geïnteresseerd is.<br />
Publicatie zou tevens een stimulans<br />
voor anderen kunnen betekenen tot<br />
nader onderzoek. Immers, de historische<br />
gegevens van de in de catalogus<br />
beschreven stempels zijn summier<br />
en kunnen in een aantal<br />
gevallen nog verder worden uitgediept.<br />
In het tijdsbestek waarin deze<br />
publicatie tot stand gekomen is, kon<br />
door allerlei omstandigheden dit<br />
ingewikkelde en zeer tijdrovende<br />
onderzoek niet plaats vinden.<br />
Zegelstempels en zegelringen<br />
Een zegelstempel of -ring vertegenwoordigt<br />
met een beeldmerk, naam<br />
en/of functie de identiteit van de<br />
eigenaar. <strong>De</strong> afbeelding op het<br />
stempelveld symboliseert de persoon<br />
of de instelling die het zegel voert.<br />
Het randschrift vermeldt de naam<br />
en/of de functie van de bezitter.<br />
Tijdens diens leven of ambtsperiode<br />
werden overeenkomsten met het<br />
stempel in een wasafdruk (zegel)<br />
bewijskrachtig gemaakt. Na overlijden<br />
of beëindiging van de ambtsperiode<br />
moest het stempel ongeldig<br />
gemaakt of vernietigd worden om<br />
misbruik en daarmee frauduleuze<br />
handelingen te voorkomen. Overheidsstempels<br />
daarentegen bleven<br />
vaak als bewijsstuk bewaard. Bij het<br />
onbruikbaar maken, werd in vele<br />
gevallen het stempel met hamer en<br />
beitel bewerkt, in tweeën gehakt of<br />
Afb. 4<br />
Vierlobbig messing zegelstempel, vermoedelijk toebehorend<br />
aan een Spaanse lakenhandelaar. Randtekst: Arias Alfonso.<br />
In het centrum een gaande schaap, daaromheen twee<br />
lakenbalen, een lelie en een burcht (Castilië).<br />
Vindplaats: Sluis. Datering: 1350-1400.<br />
>><br />
31
32<br />
>><br />
werden randschrift en beeldmerk<br />
weggevijld. Onder de gevonden<br />
zegelstempels is er een aantal dat<br />
duidelijk de sporen van bewuste<br />
beschadiging draagt. Omsmelten<br />
was ook een mogelijkheid, hoewel<br />
daar geen gegevens over beschikbaar<br />
zijn. Waarschijnlijk gebeurde dit<br />
alleen wanneer het een stempel van<br />
edelmetaal betrof. Vernietigen<br />
betekende in de praktijk vaak dat het<br />
stempel in een sloot, gracht of zelfs<br />
in een beerput werd gegooid, om na<br />
honderden jaren als bodemvondst<br />
weer aan het licht te komen. Hoewel<br />
de meeste stempels vrij gaaf worden<br />
teruggevonden, afgezien van de<br />
bewust aangebrachte beschadigingen,<br />
hebben de bodemzuren bij een<br />
aantal exemplaren hun werk helaas<br />
grondig gedaan.<br />
Op 01-06-2003 bedroeg het aantal<br />
geregistreerde in Zeeland gevonden<br />
stempels en ringen 275 exemplaren.<br />
Twee jaar geleden, vóór de aanvang<br />
van het project, waren dat er slechts<br />
5! Voor het grootste deel gaat het om<br />
zegelstempels uit de periode 1250-<br />
1500. <strong>De</strong> zegelringen zijn ver in de<br />
minderheid vergeleken met het<br />
aantal stempels. Daarbij is ook het<br />
aantal stempels uit de periode 1500<br />
tot 1900 beperkt.<br />
Zegelringen met gesneden stenen<br />
(gemmen) uit de Romeinse periode<br />
vormen een aparte groep en vallen<br />
niet binnen het kader van ons onderzoek.<br />
Ze zijn dus in deze publicatie<br />
buiten beschouwing gelaten. Wel is<br />
ter illustratie een Romeinse gemme<br />
uit Aardenburg afgebeeld bij het<br />
hoofdstuk over de historische ontwikkeling<br />
van de stempels.<br />
Afb. 5<br />
Spitsovaal zegelstempel van messing met een burcht en<br />
de naam Magri Willi de Dvmbvrg. Datering: 1275-1350.<br />
Vindplaats: Middelburg.<br />
Het zegelen in de Middeleeuwen<br />
Om een afdruk te maken in was is<br />
een stempel nodig. Een metalen<br />
stempel bestond in de Middeleeuwen<br />
uit een plat vlak, waarin een<br />
motto en/of randtekst was aangebracht.<br />
Aan de achterzijde was een<br />
oog meegegoten. Onder invloed van<br />
de gotiek werden de grepen op de<br />
messing stempels hoger. <strong>De</strong> mooiste<br />
exemplaren waren voorzien van een<br />
driepasoog. Het oog gaf de gebruiker<br />
de mogelijkheid om het stempel aan<br />
een ketting met zich mee te dragen.<br />
Zo kon verlies of diefstal worden<br />
voorkomen.<br />
Er werd gestempeld in bijenwas, die<br />
in veel gevallen werd gekleurd met<br />
gele, rode, bruine of zwarte pigmenten.<br />
Alleen de allerhoogste gezagsdragers<br />
zegelden in een afwijkend<br />
materiaal. Zo zijn bijna alle pauselijke<br />
stempelafdrukken die aan oorkonden<br />
hangen van lood. Ook deze<br />
exemplaren - bulla’s genaamd -<br />
komen onder bodemvondsten voor<br />
en zijn in het boek beschreven en<br />
afgebeeld.<br />
Fabricage van zegelstempels<br />
Ter vervaardiging van een stempel<br />
werd eerst een mal gemaakt; daarin<br />
werd vloeibaar metaal gegoten. Het<br />
gieten gebeurde door de brons- of<br />
geelgieter. <strong>De</strong> oudste in Zeeland<br />
gevonden stempels dateren uit de<br />
tweede helft van de 13e eeuw. <strong>De</strong><br />
stempels uit de periode tot ongeveer<br />
1400 zijn vaak van een hogere<br />
kwaliteit dan stempels uit de 15e en<br />
16e eeuw. Stempelsnijders brachten<br />
met een beiteltje een afbeelding aan<br />
in het metaal. Er is ook een methode<br />
beschreven om stempels compleet<br />
met voorstelling te gieten.<br />
Metaaltechnisch onderzoek<br />
Heel vaak worden metalen voorwerpen<br />
die uit de bodem komen alleen<br />
op hun uiterlijke kenmerken beoordeeld.<br />
Aan een voorwerp vervaardigd<br />
uit een koperlegering wordt naargelang<br />
de kleur het predikaat brons of<br />
messing gegeven. Veel van de zegelstempels<br />
worden beschreven als<br />
zijnde bronzen voorwerpen. Om een<br />
betere benaming te geven aan de<br />
zegelstempels is een aantal onderzocht<br />
bij het Instituut Collectiebeheer<br />
Nederland (ICN) in Amsterdam.<br />
<strong>De</strong> resultaten zijn in<br />
verschillende tabellen verwerkt.<br />
Opvallend is het gebruik van lood bij<br />
de bronzen en messing stempels. In<br />
enkele gevallen bestaat het stempel<br />
voor meer dan 50% uit lood.<br />
Vooral bij de middeleeuwse stempels<br />
zijn metaalalliages van zeer wisselende<br />
samenstelling gebruikt. Na<br />
1500 is vooral messing - een legering<br />
van koper en zink - in gebruik.<br />
Ateliers<br />
<strong>De</strong> vindplaatsen van de zegelstempels<br />
en -ringen liggen verspreid over<br />
de gehele provincie Zeeland.<br />
Ondanks de grote hoeveelheid<br />
aangemelde stempels zijn dat er te<br />
weinig om de locatie van productieateliers<br />
vast te stellen. Slechts twee<br />
stempels hebben hetzelfde model en<br />
een gelijkende afbeelding. Ze zijn<br />
door één en dezelfde persoon vervaardigd.<br />
Stempelvormen en -formaten<br />
in de Middeleeuwen<br />
<strong>De</strong> Merovingische en Karolingische<br />
koningen volgen de klassieke traditie<br />
van in gemmen gesneden portretten.<br />
Na verloop van tijd worden deze<br />
Afb. 6<br />
Zegelstempel van Walter de Vos met de<br />
afbeelding van een gaande vos.<br />
Datering: 1300-1350. Vindplaats: Aardenburg.
groter en na het jaar 1000 ontstaat<br />
een nieuw type stempel. Naast het<br />
gebruikelijke ronde stempel verschijnt<br />
ook een spitsovaal model. In<br />
de 13e eeuw worden schildvormige,<br />
vierkante en vijf- tot achthoekige<br />
vormen gebruikt. Bij de spitsovale en<br />
veelhoekige stempels blijft de lage<br />
greep gebruikelijk. Bij het ronde<br />
stempel ontwikkelt de greep zich tot<br />
een hoog type, waarbij het oog soms<br />
fraai is uitgewerkt. Dit type is veelal<br />
in gebruik bij de koop- en ambachtslieden.<br />
Dit is de derde stand naast de<br />
kerkelijke en burgerlijke overheid en<br />
de hoge en lage adel.<br />
<strong>De</strong> vorm van het stempel is soms<br />
een verwijzing naar de gebruiker.<br />
<strong>De</strong> spitsovale modellen tonen vooral<br />
kerkelijke hoogwaardigheidsbekleders,<br />
heiligen en Maria met Kind.<br />
Burgers gebruiken stempels met<br />
afbeeldingen die verwijzen naar hun<br />
naam of beroep.<br />
<strong>De</strong> gevonden stempels zijn in de<br />
regel klein. <strong>De</strong> burgerstempels in de<br />
Middeleeuwen hebben een diameter<br />
tussen de 1,5 en 2,5 cm. <strong>De</strong> hoogte is<br />
gemiddeld 2,5 cm. <strong>De</strong> lage ronde<br />
exemplaren hebben gemiddeld een<br />
iets grotere diameter, waarschijnlijk<br />
omdat ze hierdoor wat gemakkelijker<br />
te hanteren zijn. <strong>De</strong> spitsovale<br />
stempels lijken eveneens iets groter,<br />
maar dat komt omdat de lengtemaat<br />
als uitgangspunt genomen is. Stempels<br />
van na 1600 zijn vanwege de<br />
geringe hoeveelheid beschikbare<br />
exemplaren niet in een tabel verwerkt.<br />
In de 16e eeuw verschijnen er<br />
verschillende nieuwe typen stempels.<br />
Eén van deze typen bestaat uit<br />
een korte bus, waaraan een - meestal<br />
houten - handvat is bevestigd. Een<br />
Afb. 7<br />
Zegelstempel van verguld messing met afhangend getorst<br />
staafje. Afbeelding van een man met baard. Datering<br />
1<strong>70</strong>0-1750. Vindplaats: Sluis.<br />
ander type is het z.g. klapstempel.<br />
Dit bestaat naast de stempelplaat uit<br />
een scharnierend handvat, waardoor<br />
het voorwerp makkelijk op te bergen<br />
is. In de 18e eeuw verschijnt het<br />
kantelstempel met twee of drie<br />
keerbare zijden. Het heeft een<br />
scharnierende greep waardoor het<br />
gewenste stempelvlak naar beneden<br />
kan kantelen. Ook verschijnen er<br />
stempels met voorstellingen die<br />
teruggaan op de klassieke oudheid.<br />
Dit zijn classicistische nabootsingen<br />
van gemmen zoals die in de Griekse<br />
en Romeinse tijd in ringen zijn<br />
gebruikt. Al deze genoemde typen<br />
verschillen sterk met de zegelstempels<br />
die in de Middeleeuwen<br />
gebruikt zijn. <strong>De</strong> laatste zijn vaak<br />
diep uitgesneden omdat er gestempeld<br />
werd in was.<br />
Vanaf de 16e eeuw wordt, voor het<br />
verzegelen van persoonlijke documenten<br />
zoals brieven, lak gebruikt<br />
om in te stempelen. Doordat de lak<br />
na verwarming sterk uitvloeit is het<br />
niet nodig een stempel te gebruiken<br />
dat diep uitgestoken is. Het beeld<br />
toont vaak alleen nog het persoonlijk<br />
wapen of devies, maar geen naam<br />
omdat een brief voorzien werd van<br />
een handtekening. Zegelringen<br />
tonen vaak christelijke voorstellingen,<br />
letters en symbolen zoals een<br />
kroon of lelie.<br />
Om deze verzamelde informatie<br />
beschikbaar te stellen aan een ieder<br />
die wil kennis nemen van dit onderwerp<br />
is, zoals al opgemerkt, door de<br />
werkgroep besloten een publicatie te<br />
vervaardigen.<br />
Meer dan 250 kleurenfoto’s tonen<br />
een prachtig beeld van de ontwikke-<br />
Afb. 8<br />
Messing zegelring met de letter T.<br />
Vindplaats: Aardenburg.<br />
Datering: 1400-1450.<br />
ling van het zegelstempel door de<br />
eeuwen heen. Een derde deel van het<br />
boek bestaat uit een catalogus waarin<br />
een beschrijving en afbeelding van<br />
circa 100 zegelstempels en -ringen is<br />
opgenomen.<br />
In deze publicatie wordt voor het<br />
eerst deze specifieke groep bodemvondsten<br />
uit Zeeland op uitgebreide<br />
wijze beschreven en afgebeeld. <strong>De</strong><br />
winkelprijs bedraagt circa € 19,-.<br />
Het boek verschijnt begin november<br />
bij uitgeverij Apriles bv. en is verkrijgbaar<br />
via de boekhandel.<br />
Henk Hendrikse (Koudekerke, 1952) is<br />
als beheerder van het archeologisch depot<br />
verbonden aan de Stichting Cultureel<br />
Erfgoed Zeeland (SCEZ). Sinds de<br />
tweede helft van de jaren tachtig is hij<br />
betrokken bij talloze archeologische<br />
onderzoeken en opgravingen. <strong>De</strong> auteur<br />
is gespecialiseerd in o.a. middeleeuwse<br />
metalen voorwerpen en werkte mee aan<br />
tal van archeologische publicaties over<br />
Zeeuwse onderwerpen, zoals: ‘Geld uit de<br />
Belt’, ‘Marnix van St. Aldegonde’,<br />
‘<strong>De</strong> onderkant van de Markt’, ‘Verdronken<br />
land. Valkenisse en Keizershoofd’ en<br />
‘Vondsten in Veere’.<br />
Tevens is hij co-auteur van het boek<br />
‘Groeten uit Breskens’(1995), over de<br />
geschiedenis en topografie van Breskens<br />
aan de hand van honderden ansichten<br />
en fotokaarten.<br />
Afb 9<br />
Loden oorkondezegel (bulla) van Paus ALEXANDER VI<br />
(1492-1503). Voorzijde: boven twee bebaarde portretten de<br />
tekst: SPE (Sint Petrus) en SPA (Sint Paulus). Tussen de<br />
beide heiligen een kruis. Keerzijde ALEXANDER PP VI.<br />
Vindplaats: Middelburg. Collectie en foto’s: S. Bostelaar<br />
33
Ingezonden voor de<br />
vondst<br />
jaar<br />
V A N H E T<br />
2003 2003<br />
Van maisplantjes<br />
naar<br />
geïnjecteerde mestlandjes……<br />
11 mei 2003, een vriendelijke boer stond me die middag toe<br />
om tussen de jonge maisplantjes te gaan zoeken.<br />
Een leuk terrein met potscherven en pijpenkopjes<br />
en ja, ook 18 “duiten”. Nou ja duiten…… laten we<br />
het maar koperen schijfjes gaan noemen. Je gaat<br />
dan toch door, want je hoopt op zilver en goud.<br />
Goud<br />
En ja hoor, na een verrot nikkelen dubbeltje uit<br />
1948 kwam de eerste zilveren 10 cent uit 1935 naar<br />
boven. Twee rijtjes mais verder, kreeg laatstgenoemde<br />
gezelschap van een soortgenoot uit 1939.<br />
Zo, het zilver was binnen, nu het goud nog.....<br />
“24” op de display van mijn White’s XLT en daar lag een<br />
mooie gouden trouwring. Datum en naam nog goed leesbaar,<br />
15 mei 1946. <strong>De</strong>ze mensen zouden in principe dus<br />
komende week hun trouwdag vieren. Dus ik heb de volgende<br />
dag naar de burgerlijke stand gebeld en zij konden me<br />
inderdaad aan het huidige adres helpen.<br />
Ik kreeg een dame aan de lijn, die me<br />
inderdaad exact kon vertellen op welke<br />
locatie ze vijftig jaar geleden haar ring<br />
verloren had. Diezelfde ochtend was ze<br />
weer in het bezit van haar ring, ze vertelde<br />
me dat haar man drie jaar geleden<br />
was overleden. Ze had destijds haar ring verloren op een<br />
oranjefeest, tijdens een balspel. Ze vond het geweldig om<br />
haar ring weer in ontvangst te nemen! Zonder goud, maar<br />
met een bijzondere ervaring rijker reed ik weer naar<br />
Emmeloord.<br />
Brons<br />
Een ander apart “welriekend” zoekterrein was een weiland<br />
waar net mest was geïnjecteerd. Een groot voordeel van een<br />
dergelijk terrein is dat de grond voorgesneden is, dus kun je<br />
heel makkelijk een pol gras loswippen. Nadelen kan ik zo<br />
even niet bedenken…..<br />
Om mee te doen met de “Vondst van het jaar” dient u een verhaal, van tenminste 150 woorden,<br />
te schrijven over het door u gevonden object. Natuurlijk stuurt u duidelijke foto’s van het<br />
voorwerp mee. Voorwerpen van archeologische waarde dienen te worden aangemeld.<br />
Vondst van het jaar 2003 wordt gesponsord door de firma <strong>De</strong>tect.<br />
Eén vondst van dit land wil ik benoemen, ik dacht in eerste<br />
instantie, dat ik een ijzeren kruis uit de WO II had opgegraven,<br />
maar toen ik hem thuis schoonmaakte, bleek het om<br />
een bronzen kruis te gaan met het opschrift: “Trouw aan<br />
koning en vaderland”, 1830-1831. Op de andere<br />
zijde een gekroonde W, net als op een<br />
Willemcent. Op internet was de medaille<br />
al gauw gevonden.<br />
Het blijkt te gaan om het Hasseltkruis<br />
(België). Een herinneringskruis,<br />
uitgegeven aan hen<br />
die deelgenomen hadden aan de<br />
tiendaagse veldtocht in België.<br />
Het kruis zou gegoten zijn van<br />
het brons, dat afkomstig was van<br />
twee buitgemaakte Belgische<br />
kanonnen. Of het een unieke<br />
vondst is, weet ik niet, maar ik<br />
vond de achtergrondinformatie<br />
over dit kruis erg leuk.<br />
Zilver<br />
Ook werden in het voorjaar oude graslanden geploegd en<br />
opnieuw ingezaaid. Zo zag ik een boer bezig zijn land te<br />
egaliseren, dus ik rende het land op om te vragen of ik<br />
mocht zoeken. Dat mocht dus alleen die dag, want de volgende<br />
dag zou het worden ingezaaid. Hartstikke leuk,<br />
zoeken op zomaar een landje, ‘intuïtief’ zoeken, volgens het<br />
boekje van Gert Geesink.<br />
En ik had die dag geluk. Na een aantal, wederom, koperen<br />
schijfjes, was ik het eigenlijk wel een beetje zat, maar toch<br />
zocht ik het landje systematisch<br />
af, vooral vanwege de wetenschap<br />
dat ik er<br />
de volgende dag niet<br />
meer op mocht.<br />
En ja hoor, vanuit<br />
een kuiltje grijnsde<br />
mij de mooiste<br />
zilveren gesp toe,<br />
die ik ooit heb<br />
gevonden.<br />
35
36<br />
Er staat een T in, die verwijst naar klein zilver 1780 te<br />
Friesland, verder staat er handmatig gestippeld een F.H. in.<br />
Initialen? <strong>De</strong> gesp is 5,5 bij 4,5 cm. Ik heb me suf gezocht<br />
naar een dergelijk exemplaar op internet, maar kon hiervan<br />
geen broertje of zusje ontdekken, daarom wil ik met deze<br />
vondst graag meedoen met de vondst van het jaar 2003.<br />
Vriendelijke groeten van Robin Dijkstra<br />
Pijpaarden beeldje<br />
Het is alweer een aantal maanden<br />
geleden, dat ik op een maandagmiddag<br />
met mijn metaaldetector, mijn<br />
ogen goed de kost gevend, op een<br />
maisakker in een klein gehuchtje in<br />
Gelderland aan het zoeken was.<br />
Omdat ik al eerder op dit oude<br />
rivierduin een veldverkenning had<br />
uitgevoerd, waren mijn verwachtingen<br />
hoog gespannen.<br />
Want het aardewerk, dat hier<br />
zoal lag, varieerde van inheems<br />
Romeins tot laat-Middeleeuws aardewerk. Dus kon ik hier<br />
van alles verwachten. Zo trof ik hier een aantal artefacten<br />
aan, waaronder een schraper en een vuurstenen kling,<br />
waarvan ik de exacte datering nog niet heb kunnen achterhalen,<br />
maar dat zal ik nog wel eens te weten komen.<br />
Een leuk detail is dat de vuurstenen kling gevonden werd<br />
met de metaaldetector, want op de plek waar ik hem vond,<br />
kreeg ik een signaal van een stukje metaal en toen ik ging<br />
graven kwam ik dus die kling tegen.<br />
Andere leuke oogvondsten waren twee appliques van een<br />
Siegburgkan en vele leuke stukken aardewerk. Verder deed<br />
ik een aantal metaalvondsten waaronder een <strong>De</strong>venter<br />
bracteaat en een schijffibula (brons, emaille); de eerste in al<br />
die jaren dat ik zoek. Verder een middeleeuwse gesp, een<br />
zilveren kwart leeuwengroot (Willem V van Beieren, 1354-<br />
1389), en twee boekbeslagen, die mij zeer oud aandoen.<br />
Maar de absolute topper van die dag was wel een pijpaarden<br />
beeldje, dat ik op de grond zag liggen. In eerste instantie<br />
kon ik nog niet veel waarnemen van het voorwerp omdat<br />
het grotendeels onder de kleigrond zat, maar na het te<br />
hebben schoongemaakt, kwam er een prachtvoorwerp te<br />
voorschijn... Nadat ik deze vondst gedaan had, deed ik mijn<br />
VONDST VAN HET JAAR<br />
best om er wat meer over te weet te komen. Het resultaat<br />
van mijn verdere zoektocht naar informatie over het beeldje<br />
kun je hier lezen…<br />
Beschadigingen<br />
Veel beeldjes en andere voorwerpen, die een rol vervulden<br />
bij de dagelijkse praktijk van de persoonlijke devotie trof<br />
hetzelfde lot als het door mij gevonden beeldje, want wanneer<br />
deze objecten beschadigd raakten of om welke reden<br />
dan ook niet meer aan de smaak van de eigenaren voldeden,<br />
belandden ze samen met ander huisvuil in de beerput of op<br />
een andere vuilstortplaats. Daarom komen deze voorwerpen<br />
dan ook zelden ongeschonden uit de grond, ook zijn er<br />
aanwijzingen dat een deel van deze objecten voor het weggooien<br />
opzettelijk werd beschadigd om de eraan toegeschreven<br />
magische kracht te breken.<br />
Techniek en de productie van het beeldje<br />
Het beeldje is gemaakt van witbakkende klei. <strong>De</strong>ze werd<br />
door de beeldendrukker ingevoerd vanuit o.a. Doornikse<br />
en ook Engeland was een groot leverancier van pijpaarde.<br />
<strong>De</strong>ze klei werd toentertijd ook wel tebeer of toebasceerde<br />
genoemd. We spreken nu over pijpaardewerk, ook als we<br />
het hebben over producten uit witbakkende klei, die werden<br />
gemaakt in een periode waarin kleipijpen nog niet<br />
bestonden.<br />
<strong>De</strong> productie van zo’n beeldje was toentertijd vrij eenvoudig,<br />
men had hiervoor twee mallen die vol gedrukt werden<br />
met klei, vervolgens werden ze tegen elkaar aangedrukt en<br />
gladgestreken. Daarna lieten ze het een poosje drogen,<br />
waardoor het beeldje zelf door het krimpen losliet. Het<br />
bakken van het product vond meestal plaats bij pottenbakkers,<br />
maar ook hadden sommige heiligenbakkers hun eigen<br />
oven. Plaatsen waar heiligenbakkers actief waren zijn o.a.<br />
Utrecht, Kampen, <strong>De</strong>venter, Keulen en Antwerpen. Ook zal<br />
dit ambacht in andere oude steden uitgeoefend zijn, maar<br />
hierover is nog niet zoveel bekend.<br />
Het gebruik<br />
Het ligt voor de hand, dat religieuze beeldjes, naast vele<br />
ander devotionalia, in bedevaartplaatsen te koop werden<br />
aangeboden. Ook talrijke jaarmarkten boden de producenten<br />
een uitstekende gelegenheid om zo hun waar aan de<br />
man te brengen, evenals bij processies op religieuze hoogtijdagen.<br />
<strong>De</strong>ze beeldjes konden de gelovigen helpen bij hun<br />
persoonlijke geloofsbeleving, steun geven in moeilijke<br />
situaties of eenvoudigweg als talisman<br />
in gebruik zijn.
Een bijzonder aspect vormen de talrijke, populaire Jezuskindjes.<br />
Ze konden op een nieuwjaarskoek gebakken, als<br />
geschenk gegeven worden. Maar ook de kerstperiode komt<br />
voor gebruik in aanmerking. In de loop van de 15e en 16e<br />
eeuw hoort het in vrouwenkloosters tot de aandachtoefeningen<br />
om een Jezuskind te wiegen. Het gebruik komt dan ook<br />
voor onder de normale bevolking. Bij dit gebruik hanteerde<br />
men in het algemeen houten wiegjes, waarin het beeldje<br />
werd gelegd. Het door mij gevonden beeldje heeft zelf al<br />
een vorm van een wieg en zal dan ook als zodanig zijn<br />
gebruikt.<br />
Datering<br />
Religieuze pijpaarden beeldjes zijn bekend vanaf de 14e<br />
eeuw. Het vroegste type is tijdens opgravingen bij het<br />
kasteel Voorst te Zwolle uit de grond tevoorschijn gekomen.<br />
Dit beeldje was van voor 1363, want toen werd dit kasteel<br />
met de grond gelijk gemaakt. Het ging hier om een beeldje<br />
van Maria met kind. Verdere publicaties over dit soort<br />
beeldjes brengen ons tot in de 16e eeuw. <strong>De</strong>ze datering is<br />
vrijwel geheel gebaseerd op de veronderstelling dat de<br />
productie van deze voorwerpen in de 17e eeuw nagenoeg<br />
gestaakt zijn, omdat heiligenverering door de reformatie<br />
werd afgewezen. Echter, opgravingen in goed dateerbare<br />
lagen geven aan dat tot in de 18e eeuw nog pijpaarden<br />
plakketen gemaakt werden met religieuze afbeeldingen, dus<br />
we kunnen wel zeggen dat deze beeldjes een lange geschiedenis<br />
kennen. Om het door mij gevonden beeldje te kunnen<br />
dateren, heb ik gezocht naar vergelijkbaar materiaal en<br />
dat vond ik in het archeologisch dagboek van Zwolle,<br />
geschreven door Egbert Dikkens. <strong>De</strong>ze amateurarcheoloog<br />
vond een vergelijkbaar beeldje in de stad Zwolle, dat werd<br />
gedateerd rond 1475. Aangezien ik verder geen enkel vergelijkbaar<br />
stuk tegen ben gekomen, houd ik deze datering dan<br />
ook maar aan. <strong>De</strong> afmetingen van het beeldje zijn: lengte: 5<br />
cm, breedte: 3,1 cm en hoogte: 2,2, cm.<br />
Afbeelding<br />
Jezus Christus in een kribbe met in zijn rechterhand een<br />
rijksappel en met zijn linkerhand maakt hij met zijn vingers<br />
een zegenend gebaar. Zijn hoofd ligt op een kussen.<br />
Ook verdere details van het kind Jezus zijn nog zeer scherp.<br />
Op de bovenzijde van de kribbe bevinden zich aan de randen<br />
versieringen, wat al krullend het beeldje doet opsieren.<br />
Het doet mij denken aan een klimmende sierplant. In de<br />
vier hoeken staat in gotische letters I N R I. Wat staat voor<br />
Jezus Nazarenus Rex Judaeorum. Volgens Johannes de<br />
beginletters van de Latijnse woorden boven het kruis; Jezus<br />
van Nazareth, Koning der Joden.<br />
Alle gedane vondsten zijn aangemeld bij de provinciaal<br />
archeologe te Gelderland. Graag wil ik met het beeldje<br />
meedingen met de vondst van het jaar.<br />
Verder wens ik een ieder en met name Martin en Martin<br />
een goed zoekseizoen toe.<br />
W. Spoelder<br />
VONDST VAN HET JAAR 37<br />
Huistempeltje<br />
Hierbij wil ik mijn vondst insturen voor de<br />
vondst van het jaar 2003. Het betreft een 14eeeuws<br />
huistempeltje, dat helemaal compleet is.<br />
Het materiaal is lood/tin.<br />
Van dhr. Van Beuningen heb ik onderstaande<br />
reactie gehad per e-mail.<br />
Beste Marco Klomp,<br />
Hartelijk dank voor de toezending van de e-mail<br />
inzake het tinnen huistempeltje, waarmee ik u<br />
graag gelukwens. Dat dit type niet in HP1 of<br />
H2 is opgenomen is een gevolg van het feit dat<br />
het geen insigne betreft, dat gedragen werd. Op<br />
zichzelf hebt u een zeer bijzondere vondst<br />
gedaan, want ik ken wel fragmenten van los<br />
van elkaar gevonden onderdelen maar geen<br />
enkel compleet exemplaar. Ik zou het graag<br />
eens willen zien en fotograferen voor mijn<br />
documentatie.<br />
Met vriendelijke groet,<br />
H.J.E. van Beuningen<br />
Het voorwerpje is gevonden in Middelburg in 15e-eeuwse<br />
stortgrond, van net buiten de oude stadsmuren. Het voorwerpje<br />
is al per e-mail aangemeld bij de archeoloog en er is<br />
ook al telefonisch contact over geweest.<br />
Eerdaags ga ik er naar toe omdat de vondst nog maar drie<br />
dagen in mijn bezit is en ik nog zo'n vijf andere bijzondere<br />
vondsten moet aanmelden en de benodigde formulieren<br />
moet invullen.<br />
Met vriendelijke groet,<br />
Marco Klomp<br />
Een geluk na een ongeluk<br />
‘Sneeuw dwarrelde neer op de open plek in het bos.<br />
Aan de rand van de open plek was de sneeuw rood<br />
gekleurd.<br />
<strong>De</strong> in een pels gehulde man was bezig het hert, dat hij<br />
zojuist met zijn speer had gedood, te ontleden. Met zijn<br />
bronzen bijl hakte hij het vlees los van de botten.<br />
<strong>De</strong> huid lag al opgerold klaar om mee te nemen naar de<br />
kraal. Daar zouden ze zich vast verheugen op een koningsmaal<br />
en een warme pels in deze koude dagen.<br />
Plotseling stopte hij met zijn bezigheid. Hoorde hij daar wat<br />
kraken in het bos?<br />
Omzichtig speurde hij de bosrand af, niets te zien. Dus<br />
haalde hij weer uit om verder te hakken. Oei oei, wat een<br />
ramp, met een klap kwam de bijl neer op een deel van de<br />
hoorn en brak af.
38<br />
<strong>De</strong> bijl verdween in de 30 cm dikke sneeuwlaag, de steel<br />
had hij nog in de hand. Hoe hij ook zocht, de bijl werd niet<br />
meer gevonden……..’<br />
Een flinke piep in de<br />
aardappelvoor en graven<br />
maar.<br />
Nu geef ik het dus nooit<br />
op, want een piep is<br />
materiaal. Dus na 40<br />
cm ben ik doorgegaan<br />
tot er een onooglijk stuk<br />
ijzer mee naar boven<br />
kwam.Gooi maar weg,<br />
dacht ik, je hebt veel<br />
werk verricht voor niets. Toch ging er een belletje rinkelen.<br />
Door ervaring wijs geworden, heb ik het stuk ijzer toch<br />
maar even tegen de schop geslagen.Mijn zoekersoog zag<br />
een streepje geel in de zwarte massa, en ja hoor, na ongeveer<br />
4000 jaar is de verloren bijl weer terecht. Nu niet meer<br />
operationeel, maar een sieraad in mijn vitrine.<br />
Eugene Swarts<br />
vondst<br />
jaar<br />
V A N H E T<br />
2003<br />
2003<br />
<strong>De</strong> opzet van de rubriek<br />
‘Vondst van het jaar is vernieuwd’.<br />
<strong>De</strong> reden was dat er<br />
voor sommige categorieën<br />
weinig of niets werd ingezonden.<br />
Er zijn nu 2 categorieën,<br />
t.w. ‘metaalvondsten’ en<br />
‘bijvondsten’ (glas, aardewerk<br />
en voorwerpen uit de steentijd).<br />
D.m.v. een kaart kunnen<br />
de leden volgend jaar hun<br />
keuze voor de leukste, mooiste<br />
of interessantste vondsten<br />
kenbaar maken.<br />
Voor de categorie ‘metaalvondsten’<br />
zijn er 5 prijzen<br />
beschikbaar. <strong>De</strong> hoofdprijs<br />
van 100 euro wordt dit jaar ter<br />
beschikking gesteld door de<br />
firma <strong>De</strong>tect uit Enschede.<br />
<strong>De</strong> firma Creatype stelt een<br />
prijs van 60 euro beschikbaar.<br />
Daarnaast stelt de vereniging<br />
nog 3 boekenpakketten ter<br />
waarde van 50 euro beschikbaar.<br />
Voor de mooiste ‘bijvondsten’<br />
is er een boekenpakket ter<br />
waarde van 50 euro en een<br />
boekenpakket ter waarde van<br />
35 euro.<br />
Om mee te doen met de<br />
‘Vondst van het jaar’ dient u<br />
een verhaal van tenminste 150<br />
woorden te schrijven over het<br />
door u gevonden object.<br />
Natuurlijk stuurt u duidelijke<br />
foto’s van het voorwerp mee.<br />
Voorwerpen van archeologische<br />
waarde dienen te worden<br />
aangemeld.<br />
Natuurlijk kunt u uw inzendingen<br />
ook per e-mail versturen<br />
naar: redactie@detectoramateur.nl<br />
VONDST VAN HET JAAR<br />
Mijn eerste vondst van<br />
zo’n respectabele ouderdom<br />
Het gebeurt niet zo vaak, maar op die bewuste zaterdagmorgen,<br />
29 maart, was het mijn vrouw die mij aanzette om<br />
toch nog eventjes te gaan zoeken met de detector. Het was<br />
goed weer, dus waarom ook niet. <strong>De</strong> meeste akkers waren al<br />
geploegd of ingezaaid en dat beperkt wel je mogelijkheden.<br />
Dus maar zoeken waar het nog kan.<br />
Dat was een stuk grond vlakbij een bos in de omgeving van<br />
Ommen. Ik had er al meer gezocht, maar heb toch weer<br />
even toestemming gevraagd voor de zekerheid. En natuurlijk<br />
mocht het wel. Ik vond centen van de jaren zestig en<br />
oud ijzer.<br />
Op een gegeven moment kreeg ik wel een heel mooi geluid.<br />
Na twee keer spitten kwam er een heel mooi muntje naar<br />
boven en nog van zilver ook. Per ongeluk had ik de tweede<br />
keer de munt op de achterkant geraakt. Jammer, maar niets<br />
aan te doen.<br />
Mijn eerste reactie: een Romeins muntje. Het zag er nog<br />
vrij schoon uit. Thuis heb ik geprobeerd het muntje te<br />
determineren, maar hoe kom je er nu achter wie de persoon<br />
is die afgebeeld staat op de voorkant? Gelukkig hielp Gert<br />
Geesink me uit de droom. Hij vertelde dat het een denarius<br />
was van Antonius Augustus Pius, periode 162–190 na Chr.<br />
Mijn eerste vondst van zo’n respectabele ouderdom. Nadat<br />
ik de munt vond heb ik natuurlijk nog wel een poosje<br />
verder gezocht of er nog meer te vinden was, maar mijn<br />
batterijen lieten het afweten (slordigheidje hè?).<br />
Graag wil ik meedoen met de vondst van het jaar. Uiteraard<br />
heb ik deze munt, in overleg met het KPK, aangemeld.<br />
PS: Het DDA <strong>Magazine</strong> is prachtig, ga zo door.<br />
Jan Scholte<br />
38
40<br />
Test CD-rom:<br />
S c<br />
Een opgraving uitvoeren met enkel een toetsenbord en een<br />
muis? Met de cd-rom Schatten en Scherven kunnen kinderen<br />
van 7 tot 12 jaar in de huid van een archeoloog kruipen. Opgraven,<br />
determineren, proefjes doen en een tentoonstelling inrichten<br />
met de vondsten; het kan allemaal.<br />
<strong>De</strong> cd, die er een is uit een serie, ziet er verzorgd uit evenals de<br />
meegeleverde handleiding. Wij waren natuurlijk benieuwd hoe<br />
de jeugd er op zou reageren en hebben een aantal kinderen<br />
gevraagd om dit spel te spelen. Hieronder een paar reacties:<br />
Recensie van de CD-ROM “Schatten en Scherven”<br />
door Mark Roosjen, 11 jaar, enthousiast detectoramateur en zeer<br />
geïnteresseerd in archeologie.<br />
Goede kanten van het spel:<br />
• Het spel is leerzaam. Je leert veel dingen over verschillende<br />
periodes en hoe archeologen aan het werk zijn bij een opgraving.<br />
• Het spel is leuk om te spelen, want je kan allerlei verschillende<br />
onderzoeken doen en je eigen filmpjes maken.<br />
• Het spel wijst je goed de weg naar de opgraving als je goed<br />
luistert.<br />
• Je komt ook veel dingen te weten over hoe de mensen vroeger<br />
leefden.<br />
Slechte kanten van het spel:<br />
• Het beeld van het spel beslaat maar een gedeelte van het<br />
computerscherm.<br />
• Het is erg belangrijk dat je eerst goed de gebruiksaanwijzing<br />
leest voordat je het spel gaat spelen.<br />
• Je moet niet in het gesavede spel komen als je het spel niet<br />
speelt. Want als je er wel in komt en je klikt iets aan dan moet<br />
je weer helemaal overnieuw beginnen.<br />
• Het spel is gemaakt voor kinderen van 7 tot 12 jaar. Maar ik<br />
vind dat de gebruiksaanwijzing voor een kind van 7 jaar te<br />
moeilijk is om te begrijpen.<br />
Tessa van der Velde, 6 jaar (heeft geen binding met de hobby)<br />
bleef telkens halverwege steken. Dit vond ze erg jammer.<br />
Ze kon zonder hulp van iemand die het al eerder gespeeld had<br />
niet verder.<br />
Gertjan Huls, 14 jaar<br />
Als u uw kinderen een leuk spel wilt laten spelen dan is dit wel<br />
een leuk spel, waar je veel in kan doen. Ik noem een paar dingen<br />
die mij gelijk opvielen toen ik het spel aan het spelen was:<br />
Bestellen<br />
<strong>De</strong> cd-rom Schatten en Scherven is sinds november<br />
2002 te koop in boekhandels en museumwinkels.<br />
Prijs: € 24,75<br />
Toen ik het spel net aan had vond ik dat er leuke muziek bij zat.<br />
Nadat ik was begonnen met het spel te spelen vond ik dat het<br />
ook mooi gemaakt was en ook wel goed afgewerkt.<br />
Ik vond het spel ook niet te moeilijk om te begrijpen zoals bij<br />
andere spellen soms wel is, maar hier wordt je alles goed uitgelegd.<br />
Ik vind in de opgravingen ook wel leuk gemaakt dat je niks<br />
mag beschadigen en zo voorzichtig mogelijk aan het werk moet.<br />
Ook leuk is dat er veel troep bij zat en dan dacht ik: dat is wel<br />
iets moois, terwijl het gewone troep was.<br />
Dit spel is eigenlijk een heel leerzaam spel. Je komt veel over de<br />
geschiedenis te weten want er wordt heel veel daarover uitgelegd,<br />
bijv. hoe oud de aarde is en zo nog veel meer leerzame<br />
dingen. Gelukkig kon ik niets negatiefs vinden omdat het spel<br />
wel goed gemaakt is. Het doel van het spel is eigenlijk dat je<br />
zoveel mooie en waardevolle opgravingen doet en dat dan aan<br />
het museum geeft en kijkt of het waardevol of gewoon troep is.<br />
En mijn conclusie is dan ook, dat het een zeer goed en leuk<br />
geslaagd spel is, echt de moeite waard om het aan te schaffen,<br />
veel succes alvast.
42<br />
VRAAGBAAK<br />
Vraagbaak ?<br />
Aan deze vraagbaak werkten mee: J. Zijlstra, B. te Boekhorst, A. van Herwijnen, J. Koning, D. Eekhof.<br />
Vragen kunt u opsturen naar<br />
J. Koning, Roodborststraat 20,<br />
8916 AG Leeuwarden.<br />
U kunt uw vragen natuurlijk ook d.m.v. een<br />
e-mail naar ons verzenden.<br />
E-mail: vraagbaak@detectoramateur.nl<br />
42<br />
Vraag 1<br />
<strong>De</strong>terminatieteam,<br />
Zouden jullie voor mij willen<br />
proberen deze munt te determineren.<br />
<strong>De</strong> munt is van zilver, diameter<br />
ongeveer 20 mm.<br />
Bij voorbaat dank,<br />
René Brouwer, <strong>De</strong>venter<br />
Antwoord:<br />
René, je zilveren munt is als<br />
volgt gedetermineerd.<br />
Herkomst : Schotland<br />
Muntsoort : Penny zonder jaartal<br />
(tweede aanmunting)<br />
Muntheer : Alexander III (1249-1286)<br />
Literatuur : Sear 5052<br />
Vraag 2<br />
Hallo Johan.<br />
Hierbij stuur ik je twee scans van ik denk een<br />
sleutel. <strong>De</strong> lengte is 85 mm en de breedte is 8<br />
mm. Graag de leeftijd en of het wel een sleutel<br />
is. Ik heb hem gevonden in mijn eigen dorp<br />
op een akker.<br />
Groetjes, Johan Vegelien<br />
Antwoord:<br />
Het heeft even geduurd. Steeds als ik hem<br />
naar voren haalde herkende ik hem niet, doch<br />
ik vermoed dat het, gezien het ronde gat waar<br />
een borgpen in kan, het iets te maken heeft<br />
met een boerenwagen.<br />
Je ziet de vorm ook wel bij oude boerderijen<br />
en wel bij de luiken/ blinden voor de ramen.<br />
<strong>De</strong> blinden rusten als zij niet voor de ramen<br />
zijn op een pen, wat de vorm betreft lijkt het<br />
hierop. Dit is weer een voorwerp wat ik eerst<br />
moet zien en in handen hebben om een<br />
duidelijk beeld te kunnen krijgen. Dus graag<br />
even meenemen naar een determinatiebijeenkomst<br />
en opnieuw laten bekijken.<br />
Vraag 3<br />
Hallo, ik ben Max Lammertink en 14 jaar, ik zoek nu zo'n 1,5 jaar en heb<br />
een C-scope 990 gekocht. Laatst vond ik dit muntje . Ik heb het ook<br />
gevraagd aan mijn buurman die al ± 20 jaar zoekt maar die wist het ook<br />
niet en hij kon het ook niet vinden in de boeken die hij heeft.<br />
Maar misschien weten jullie het. Het muntje is ongeveer<br />
1 cm in doorsnede. Het scannen van het muntje zelf<br />
lukte niet dus heb ik maar geprobeerd het over<br />
te nemen.<br />
Met vriendelijke groet<br />
en bij voorbaat dank,<br />
Max Lammertink<br />
Antwoord:<br />
Het betreft een duit van de Duitse stad Kleef geslagen tussen 1749 en<br />
1753. Dit exemplaar stamt zo te zien uit 1752.<br />
Vraag 4<br />
Geachte heer Koning.<br />
In de maand juni heb ik een zilveren munt gevonden. <strong>De</strong>ze heb ik via email<br />
aangemeld bij het Penningkabinet te Leiden. Ook heb ik gevraagd<br />
of zij in staat zijn deze te benoemen…. Dit kan wel lang duren. Kunt u<br />
voor mij deze munt plaatsen? Graag zie ik uw reactie tegemoet. Diameter<br />
27 mm, zilver.<br />
Hoogachtend, R.W. van Bemmel,<br />
een detectoramateur<br />
Antwoord:<br />
Herkomst: Hertogdom Brabant<br />
Muntsoort: Dubbele stuiver zonder jaartal<br />
Muntheer: Karel de Stoute (1467-1477)<br />
Muntplaats: Leuven (1468-1474)<br />
Literatuur: <strong>De</strong> Wit 503, Van Gelder/Hoc 23<br />
Tekst voorzijde: +KAROLVS:DEI:GRA:DVX:BG:BRAB:Z:LIM<br />
Tekst keerzijde: +SIT:NOMEN:DOMINI:BENEDICTVM:AN
Vraag 5<br />
Hallo mensen van het vraagbaakteam, afgelopen<br />
winter heb ik dit plaatje gevonden rondom Sneek.<br />
Het plaatje heeft aan beide kanten een afbeelding van<br />
figuurtjes, die doen denken aan een voorstelling uit<br />
een ver verleden, zoals je zo ook wel eens ziet op<br />
voorwerpen uit Egypte, maar dan anders. Ik ben zeer<br />
benieuwd wat uw team medewerkers hiervan vindt<br />
en wat de datering en betekenis hiervan zijn. Hoe<br />
kan ik dit plaatje verder conserveren?<br />
Met vriendelijke groet,<br />
Evert Rosien, Sneek<br />
Antwoord:<br />
Evert, jouw plaatje is een schakel van een eind 19e/<br />
begin 20e eeuwse koperen armband bestaande uit<br />
diverse van die plaatjes verbonden door stukjes<br />
ketting. Er staan geen twee afbeeldingen op maar de<br />
afbeelding is in het plaatje gedrukt/ gestansd. <strong>De</strong><br />
Egyptisch getinte afbeelding is een typisch modeverschijnsel<br />
van die tijd. Er zijn een zittend en staand<br />
persoon te zien, vermoedelijk voor een altaar.<br />
Je plaatje zit al in de vaseline dus ik zou er verder<br />
niets meer aan doen.<br />
Vraag 6<br />
Hoi. Ik hoop dat jullie me wat meer<br />
kunnen vertellen over dit stempel.<br />
Het is gevonden in Ospel/Nederweert<br />
in Limburg, en bevat de volgende<br />
letters/tekens: M S en een sterretje en<br />
een hartje met 2 pijlen er doorheen. Ik zit<br />
in de redactie van de archeologische stichting<br />
Peel, Maas & Kempen, en wilde dit<br />
stempel plaatsen in ons blad en het <strong><strong>De</strong>tector</strong><br />
<strong>Magazine</strong>. Ik ben zoveel mogelijk gegevens<br />
aan het verzamelen om het verhaal af te<br />
maken.<br />
Ik hoop dat jullie me kunnen helpen. Als het verhaal<br />
af is stuur ik het wel naar Kees Leenheer. Groeten,<br />
Eddy Nijsen, Nederweert<br />
Antwoord:<br />
Eddy, we hebben te maken met een signet, een klein<br />
zegelstempel wat aan een kettinkje hing. Het hartje<br />
met de pijlen er doorheen kun je lezen als liefde/eeuwige<br />
trouw. <strong>De</strong> afkorting MS zijn initialen die voor<br />
beide geliefde kunnen staan of de afkorting één<br />
hunner namen. Datering is 17e-18e eeuw.<br />
Vraag 7<br />
Hallo determinatieteam,<br />
Graag zou ik de munt van deze tekeningen<br />
gedetermineerd willen zien.<br />
Tjibbe Noppert, Spijk (Gr.)<br />
Daar het jaartal niet goed was af te lezen zond<br />
Tjibbe ons het muntje toe. Toen kon het juiste<br />
jaartal worden vastgesteld en dat was 1633.<br />
Zweedse bezettingsmunt.<br />
Dreipolker (1/24 taler).<br />
Geslagen door Gustav II Adolf (1611-1632).<br />
Aanvulling Vraagbaak magazine 69<br />
Van de heer C. Jansen uit Amerongen kregen we nog een kleine aanvulling<br />
op vraag 4, blz. 36 van nummer 69:<br />
Het getal 96 is inderdaad de 96e aangever en dat is de heer W. Ederveen.<br />
Zoals het kopietje laat zien komt dhr. Ederveen een trekhond<br />
aangeven. <strong>De</strong> eerste drie maanden waren belastingvrij. Daarna moest er<br />
fl. 0,50 worden betaald. Het is dan 1896.<br />
Dhr. Ederveen woonde in Wijk 3, nr. 146. Uit mijn jonge jeugd weet ik<br />
nog dat er een man in mijn geboortedorp langs de deuren ging met een<br />
hondenkar, volgepakt met allerhande spullen. <strong>De</strong> hond liep onder de kar<br />
en zat opgesloten in een kooi van latten. Of de hond ’s avonds onder de<br />
kar vandaan kwam, weet ik niet. <strong>De</strong> hond kon niet links of rechts, alleen<br />
maar vooruit. Het was een naar gezicht dat de hond zo opgesloten zat.<br />
Nu worden ze soms aan een boom vastgebonden. <strong>De</strong> trekhonden behoren<br />
tot het verleden, het vastbinden aan een boom helaas niet.<br />
Nr. 69 zag er weer geweldig uit. Hulde aan de medewerkers.<br />
43
Wordt nu lid van<br />
<strong>De</strong> <strong><strong>De</strong>tector</strong> <strong>Amateur</strong><br />
Wordt nu lid en krijg<br />
het nieuwste<br />
<strong><strong>De</strong>tector</strong> <strong>Magazine</strong> om<br />
de twee maanden<br />
in de bus!<br />
Kijk voor meer<br />
informatie op<br />
www.detectoramateur.nl