14.09.2013 Views

Richteren

Richteren

Richteren

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Sam. 29:1. dat hij het heirleger der<br />

Midianieten had tegen het noorden,<br />

achter den heuvel More, Dit schijnt<br />

geweest te zijn een van de bergen Gilboa; alzo<br />

genoemd van den tijdigen regen; vallende<br />

zeer mildelijk op de velden, die op de hoogte<br />

van dien gelegen waren, gelijk sommigen<br />

afnemen uit vergelijking van 2 Sam. 1:21. Op<br />

dit gebergte Gilboa werd ook Saul van de<br />

Filistijnen verslagen, 1 Sam. 31:1. in het dal.<br />

Jizreël, gelijk boven, Richt. 6:33.<br />

2. En de HEERE zeide tot Gideon: Des<br />

volks is te veel, dat met u is, dan dat<br />

Ik de Midianieten in hun hand zou<br />

geven; opdat zich Israel niet tegen<br />

Mij beroeme, zeggende: Mijn hand<br />

heeft mij verlost. Of, mijn hand, dat is,<br />

macht heeft mij heil, of verlossing beschikt,<br />

aangebracht, de overwinning gemaakt. Zie<br />

gelijke manier van spreken Exod. 8:19.<br />

3. Nu dan, roep nu uit voor de oren des<br />

volks, Dat is, laat uitroepen en zeggen.<br />

zeggende: Wie blode Vergelijk Deut.<br />

20:8. en versaagd is, Of, bevende,<br />

sidderende, vervaard. die kere weder, en<br />

spoede zich Of, vliege heen, verpakke zich<br />

dezen morgen, of vroeg. Het Hebreeuwse<br />

woord schijnt te zien op het snel vliegen der<br />

vogeltjes, en alzo voorts te betekenen:<br />

haastelijk, spoediglijk doorgaan, enz. naar<br />

het gebergte van Gilead! Hebreeuws,<br />

van, of tegen het gebergte Gileads; dat is,<br />

langs den weg, die naar en van dat gebergte<br />

gaat; zijnde dit gebergte gelegen recht<br />

tegenover Gideons leger, over de Jordaan,<br />

vanwaar die van den halven stam van<br />

Manasse tot hem gekomen waren. Zie boven,<br />

Richt. 6:35. Toen keerden uit het volk<br />

weder twee en twintig duizend, dat<br />

er tienduizend overbleven.<br />

4. En de HEERE zeide tot Gideon: Nog is<br />

des volks te veel; doe hen afgaan<br />

naar het water, en Ik zal ze u aldaar<br />

beproeven; Hebreeuws eigenlijk, scheiden,<br />

reinigen; gelijk een goudsmid het zilver<br />

reinigt, scheidende het goed zilver van het<br />

schuim. en het zal geschieden, van<br />

welken Ik tot u zeggen zal: Deze zal<br />

met u trekken, die zal met u trekken;<br />

maar al degene, van welken Ik<br />

zeggen zal: Deze zal niet met u<br />

trekken, die zal niet trekken.<br />

5. En hij deed het volk afgaan naar het<br />

water. Toen zeide de HEERE tot<br />

Gideon: Al wie met zijn tong uit het<br />

water zal lekken, Dat hij staande met de<br />

hand zal geschept hebben, gelijk verklaard<br />

wordt Richt. 7:6. Dit was een teken van<br />

kloekmoedigheid en wakkerheid, gelijk het<br />

bukken op de knieën een teken van<br />

lafhartigheid en traagheid. gelijk als een<br />

hond zou lekken, dien zult gij alleen<br />

stellen; desgelijks al wie op zijn<br />

knieen zal bukken om te drinken.<br />

6. Toen was het getal dergenen, die<br />

met hun hand tot hun mond gelekt<br />

hadden, driehonderd man; maar alle<br />

overigen des volks hadden op hun<br />

knieen gebukt, om water te drinken.<br />

7. En de HEERE zeide tot Gideon: Door<br />

deze driehonderd mannen, die<br />

gelekt hebben, zal Ik ulieden<br />

verlossen, en de Midianieten in uw<br />

hand geven; daarom laat al dat volk<br />

weggaan, Versta, het andere, overige volk.<br />

een ieder naar zijn plaats.<br />

8. En het volk nam den teerkost in hun<br />

hand, Anders, toen namen zij den teerkost<br />

des volks in hun hand, mitsgaders derzelver<br />

bazuinen; te weten, die drie honderd namen<br />

van het volk teerkost voor zich, zoveel hun<br />

nodig was, alsook bazuinen, te weten, drie<br />

honderd Richt. 7:16, houdende de<br />

weggaanden nog twintig, naar sommiger<br />

rekening, alzo het ganse heir van Gideon<br />

tevoren 32.000 sterk was; boven, Richt. 7:3;<br />

hebbende elke duizend tien bazuinen, of elke<br />

honderd een. en hun bazuinen; en hij<br />

liet Gideon. al die mannen Te weten, de<br />

anderen; gelijk in Richt. 7:7. van Israel<br />

gaan, een iegelijk naar zijn tent;<br />

maar die driehonderd man behield<br />

hij. En hij had het heirleger der<br />

Midianieten beneden in het dal. Aan

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!