15.09.2013 Views

Download als PDF - Het Depot

Download als PDF - Het Depot

Download als PDF - Het Depot

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Fragment<br />

62<br />

grafmonument voor Willem van Oranje van de hand van Hendrik<br />

de Keyser, architect en stadsbeeldhouwer van Amsterdam; die zijn<br />

vorming in Nederland kreeg. Als tweede het Stadhuis van Jacob<br />

van Campen op de Dam in Amsterdam; Constantijn Huygens noemde<br />

het gebouw het ‘Achtste Wereldwonder’. Daar is de sculptuur<br />

van de uit Antwerpen afkomstige beeldhouwer Artus Quellinus<br />

en zijn medewerkers, onder wie Rombout Verhulst, overdadig<br />

aanwezig in de vorm van personificaties op frontons, wanden en<br />

pijlers. Die zijn alle uit Carrara-marmer gehakt, een steensoort<br />

waar de Vereenigde Oost-Indische Compagnie het monopolie op had.<br />

Amsterdam<br />

Amsterdam was de stapelplaats en vanaf dat moment wordt marmer<br />

ook op deurposten, schoorsteenmantels en vloeren toegepast,<br />

dat laatste liefst afgewisseld met zwart marmer. <strong>Het</strong> belang van<br />

Quellinus kan nauwelijks overschat worden: hij was het die de<br />

Italiaanse barok in het Noorden introduceerde. Vooral in de zeventiende<br />

eeuw worden er veel portretten gehakt en grafmonumenten<br />

in marmer opgericht maar dat aantal neemt in de achttiende eeuw<br />

af. De geestesgesteldheid van de Nederlanders was er niet meer<br />

naar om aan beeldhouwkunst werkelijk veel aandacht te besteden,<br />

en dan blijven opdrachten uit.<br />

Marmeren beelden zijn wel in kunstkabinetten te vinden geweest;<br />

ook hun aantal, zo blijkt uit recent onderzoek, was niet erg groot.<br />

Er waren wel opdrachten voor decoratief werk, tuinbeelden en<br />

-vazen en gipsen plafonddecoraties van allegorieën, vogels en<br />

planten in de grote huizen van de adel en de rijke bourgeoisie. Die<br />

decoraties werden niet door Nederlanders maar door thans veelal<br />

anonieme Italianen aangebracht die hun onwaarschijnlijke talent<br />

in het gipsgieten en afvormen hier in familieverband kwamen<br />

vertonen. Bronzen beelden kwamen weinig voor: de dynastieke<br />

aspiraties van de Oranjes die hun uiterlijke vorm in monumenten<br />

zouden kunnen vinden worden door Staatsgezinden gefrustreerd;<br />

ook worden er uitzonderlijk weinig opdrachten gegeven om grote<br />

mannen te eren.<br />

Dat verandert in de negentiende eeuw. Nederland wordt een<br />

koninkrijk, nationalistische gevoelens worden opgewekt, Cats,<br />

Rembrandt, Vondel en Jan Pieterszn. Coen krijgen standbeelden<br />

en er komen twee kunstacademies: de ene in Amsterdam en de<br />

zusteracademie in Antwerpen. Die band bestaat tot 1830, veertig<br />

jaar later wordt de Amsterdamse academie per koninklijk decreet<br />

herdoopt tot Rijksakademie. Dan komt Italië weer in beeld, door de<br />

ARTuS QuEllINuS, kARIATIDEN, CA. 1653.<br />

CARRARA-mARmER. VIERSCHAAR, kONINklIJk<br />

PAlEIS (VOORmAlIg STADHuIS), AmSTERDAm.<br />

instelling van de Prix de Rome. De beste student krijgt een toelage<br />

om enige jaren ongestoord in Rome te kunnen werken en studeren.<br />

<strong>Het</strong> neoclassicisme is over heel Europa en Amerika de heersende<br />

stijl en nu wordt een aanpak manifest die al langere tijd bestond,<br />

en die er op neer komt dat de beeldhouwer zijn beeld in klei<br />

modelleert en dat in gips laat afgieten. Met dat gips <strong>als</strong> voorbeeld<br />

hakt de ‘praticien’, de uitvoerder, het beeld in marmer. Van zo’n<br />

gips kan ook een bronzen afgietsel gemaakt worden maar voor<br />

de negentiende-eeuwer worden ‘caractères’, dat zijn helden of anderszins<br />

belangrijke mannen, in brons vereeuwigd; ‘sentiments’ of<br />

‘idées’, concepten of denkbeelden, worden in marmer uitgevoerd.<br />

De beeldhouwer gaat dus vooral conceptueel werken en de uitvoering<br />

doet een ander.<br />

Van de Nederlandse Romereizigers die de Prix wonnen moet er<br />

één genoemd worden: Pier Pander. Pander (1864-1919) werd op<br />

jeugdige leeftijd <strong>als</strong> beeldhouwer ontdekt, studeerde een tijd in<br />

Parijs en vestigde zich in Rome. Hij was daar redelijk succesvol<br />

en werkte lang aan een ensemble van vijf levensgrote figuren<br />

die de ontwikkeling van het menselijk bewustzijn symboliseren.<br />

De beelden heten Moed, Ontwakend gevoel, Uchtend, Ziel en<br />

Opkomende Gedachte. Zij werden na de dood van de beeldhouwer<br />

door een Italiaanse praticien gehakt en zijn in Leeuwarden in het<br />

daar gebouwde tempeltje bij het Pander Museum geplaatst.<br />

Marmer<br />

Die praticiens zijn dus hoogst ervaren ambachtslieden met een<br />

tot op de Oudheid teruggaande traditie. Zij zijn in staat iedere<br />

holling of bolling, iedere verfijnde nuance in het oppervlak die het<br />

gipsen beeld vertoont uiterst nauwgezet in het harde marmer te<br />

reproduceren. Als marmer vervolgens gepolijst wordt, krijgt het<br />

niet alleen glans maar ook een doorschijnendheid die de menselijke<br />

huid nabij komt. Dat is al sinds eeuwen de onweerstaanbare<br />

aantrekkelijkheid van gepolijst marmer. Hoewel de kleur niet naturalistisch<br />

is, geeft het oppervlak, zeker <strong>als</strong> het om de uitbeelding<br />

van menselijke figuren gaat, wel die illusie. Mensen willen vaak<br />

aan marmeren beelden voelen; dat valt dan tegen want marmer, in<br />

tegenstelling tot hout, is hard en koud.<br />

Als er één gebied in Italië is waar de praticien aan het werk is - hij<br />

heet in het Italiaans artigiano - dan is het wel de kuststreek van<br />

Toscane, tussen Genua en Lucca. Daar liggen, in de Apenijnen,<br />

van Noord naar Zuid de plaatsen Carrara, Seravezza, Massa en<br />

Pietrasanta. Daar is, miljoenen jaren geleden, in de zee een laag<br />

kalk ontstaan van schelpen en visgraten. Die laag is, door een<br />

combinatie van hoge druk en warmte van vorm en structuur veranderd.<br />

Dit veranderde gesteente is marmer. Marmer bestaat in alle<br />

kleuren van de regenboog, en komt op verschillende plaatsen in de<br />

wereld voor, maar in die Noordelijke kuststreek van Toscane is het<br />

vooral wit, met allerlei nuances. <strong>Het</strong> kostbaarst is het spierwitte<br />

statuario-marmer, dat voor standbeelden wordt gebruikt. Van een<br />

afstand lijken daar de bergen besneeuwd; maar het is marmer.<br />

De Romeinen importeerden Griekse slaven om het gesteente uit<br />

te hakken en te bewerken.<br />

Nog steeds wordt er marmer gewonnen, het meest voor de bouw,<br />

voor zakenbanken, chique badkamers en keukens maar ook voor<br />

de beeldhouwkunst. Naast talloze bronsgieterijen zijn daar evenveel<br />

werkplaatsen waar antieke beelden gecopieerd, mechanisch<br />

vergroot of verkleind worden, of waar naar moderne, eigentijdse<br />

gipsmodellen marmeren beelden worden gehakt. Alles is mogelijk.<br />

Over de praktijk wordt niet geheimzinnig gedaan: iedereen weet<br />

daar dat de signatuur die het beeld draagt niet die van de steen-<br />

hakker is, maar van de ontwerper. Daarom is het belangrijk niet<br />

alleen naar de fraaie vorm en het sensueel aansprekende oppervlak<br />

te kijken maar ook te zien wat de oorspronkelijke idee was<br />

en hoe het beeld werkt <strong>als</strong> beeld, los van het prachtige materiaal.<br />

Taille directe<br />

Er zijn ook beeldhouwers die nog op de traditionele manier met<br />

marmer omgaan, zo<strong>als</strong> dat in Griekenland gebeurde, of in de<br />

Middeleeuwen en de Renaissance. Die eeuwenoude aanpak is rond<br />

1900 weer opgekomen in Frankrijk <strong>als</strong> reactie op de virtuositeit<br />

van Rodin. Rodin was een echte modelleur die al zijn marmers<br />

door praticiens liet hakken. De ‘nieuwe’ manier van hakken wordt<br />

taille directe genoemd en dat kan ook in hout, een materiaal dat<br />

tot dan toe inferieur werd geacht aan het nobele marmer.<br />

Er waren schilders bij, onder wie Gauguin, maar vooral jonge<br />

beeldhouwers die naar een eigentijdse, authentieke uitdrukkingsvorm<br />

zochten. Brancusi was een van de eersten, gevolgd door<br />

Gaudier Brzeska, Picasso en Moore die zich allen lieten inspireren<br />

door Afrikaanse beeldhouwkunst.<br />

De beeldhouwer zoekt op de werkplaats van de steenhouwerij een<br />

blok uit waarvan hij denkt: ‘Daar zit een beeld in’. De vorm van het<br />

blok bepaalt dus de vorm van het beeld. Hij tekent met houtskool<br />

de vorm van het model zo<strong>als</strong> hij die zich voorgesteld heeft en<br />

begint dan in de steen te hakken. Koppig richt hij zich op de zich<br />

steeds verder evoluerende relatie tussen het beeld dat hij in zijn<br />

hoofd <strong>als</strong> concept heeft en de steen waar het beeld <strong>als</strong> vorm uit<br />

moet komen. De overbodige steen wordt zover weggehaald tot het<br />

beeld uit het blok is ontstaan. Deze bijna romantische benadering<br />

leidt niet gauw tot elegante beelden; zij hebben zelden een gedetailleerde<br />

afwerking en de sporen van de ijzers waarmee gehakt<br />

werd zijn meestal nog te zien.<br />

<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />

In de opstelling van de collectie van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> is geen onderscheid<br />

gemaakt tussen de beelden die door ‘praticiens’ zijn uitgevoerd en<br />

de beelden die door de beeldhouwers zelf zijn uitgehakt. Zij zijn<br />

alle gekozen om hun esthetische kwaliteit; om hun vermogen, zo<strong>als</strong><br />

de humanist Leon Battista Alberti in 1435 de functie van kunst<br />

formuleerde, de bezoeker te beleren, te ontroeren en te behagen.<br />

Louk Tilanus<br />

Fragment<br />

63

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!