Wijkgericht Werken
Wijkgericht Werken
Wijkgericht Werken
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Data-analyse<br />
Alle interviews zijn vervolgens met behulp van het kwalitatieve softwareprogramma<br />
MaxQDA geanalyseerd. Als eerste analysestap zijn de teksten van de interviews (voor<br />
iedere groep afzonderlijk: cliënten/ mantelzorgers, (wijk)verpleegkundigen/<br />
ziekenverzorgenden, huisartsen) gecodeerd (binnen MaxQAD) op basis van een codelijst.<br />
De codes waren afgeleid uit de onderzoeksvragen. Er zijn op grond van tussentijdse<br />
bevindingen codes toegevoegd. In een tweede analysestap is gekeken naar aspecten die<br />
telkens terugkeren in de verschillende interviews en in een volgende analysestap zijn voor<br />
deze aspecten kernbegrippen geformuleerd.<br />
2.3 Kwantitatieve onderzoek: vragenlijstonderzoek<br />
Vragenlijst<br />
De vragenlijst voor cliënten van Buurtzorg bestond uit 119, veelal voorgestructureerde,<br />
vragen. De CQ-Index Thuiszorg vormde de basis voor de vragenlijst die naar de cliënten<br />
verstuurd is (NIVEL, 2007). De CQ-Index, waarbij CQ staat voor Consumer Quality, is<br />
de nieuwe Nederlandse standaard voor het meten van cliëntervaringen (Wiegers e.a.,<br />
2007). Deze vragenlijst wordt momenteel landelijk gebruikt om kwaliteit van zorg te<br />
meten in de thuiszorg, waarbij nagegaan wordt in hoeverre de zorg voldoet aan de<br />
opgestelde normen voor verantwoorde zorg (Stuurgroep Verantwoorde Zorg, 2007). De<br />
CQ-index Thuiszorg bevat 76 vragen naar allerlei aspecten van kwaliteit van zorg zoals<br />
de wachttijd tussen indicatie en ontvangen zorg, de gemaakte afspraken, informatie en<br />
communicatie, telefonische bereikbaarheid, aantal zorgverleners en vervanging bij ziekte,<br />
de professionaliteit van de zorg, veiligheid en privacy, zelfstandigheid en activiteiten, en<br />
de ontvangen emotionele ondersteuning van de zorgverlener. Daarnaast worden er twee<br />
rapportcijfers gevraagd, één voor de zorginstelling en één voor de zorgverleners, en een<br />
aantal achtergrondkenmerken (zoals leeftijd, geslacht, opleidingsniveau, regio,<br />
geboorteland, woonsituatie, duur van de zorg, soort zorg, mantelzorg, ervaren<br />
gezondheid).<br />
De vragenlijst is aangevuld met extra vragen naar (a) kenmerken die specifiek voor<br />
Buurtzorg zijn en (b) ervaringen met thuiszorg gegeven door andere instellingen. Eén van<br />
de uitgangspunten van Buurtzorg is dat mantelzorg en zelfzorg zo veel mogelijk<br />
gestimuleerd worden en dat Buurtzorg daar een aanvulling op is. Omdat dit aspect van de<br />
zorg in mindere mate in de CQ-vragenlijst bevraagd wordt, zijn hier vijf extra vragen<br />
over gesteld (is er voldoende Buurtzorg, mantelzorg, en zelfzorg, wat doet de mantelzorg<br />
en reageert Buurtzorg snel als er onverwacht extra zorg nodig is). Daarnaast is er een<br />
extra vraag gesteld over een ander kenmerk van Buurtzorg: de hoeveelheid overleg tussen<br />
Buurtzorg en de huisarts. De meeste vragen hebben vier antwoordmogelijkheden: altijd<br />
(4), meestal (3), soms (2), nooit (1). Naar de verbetermogelijkheden is een open vraag<br />
gesteld (“Wat zou u willen veranderen aan de zorg die u van Buurtzorg krijgt?”).<br />
Omdat dit onderzoek alleen bij Buurtzorgcliënten gedaan wordt, is een vergelijking van<br />
hun ervaringen met de ervaringen van cliënten van andere thuiszorginstellingen niet<br />
mogelijk. Om toch een indicatie te krijgen van de mate waarin Buurtzorg zich<br />
onderscheidt van andere thuiszorginstellingen is aan de Buurtzorgcliënten die de<br />
afgelopen twee jaar ook zorg thuis hebben gekregen van een andere instelling, gevraagd<br />
16 Buurtzorg: nieuw en toch vertrouwd, NIVEL 2008