Mensenrechteneducatie in geschiedenis - Vormen vzw
Mensenrechteneducatie in geschiedenis - Vormen vzw
Mensenrechteneducatie in geschiedenis - Vormen vzw
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
de jezuïeten, stond bij de augustijnen het Latijn centraal. De augustijnen waren echter meer<br />
volksgericht, <strong>in</strong> de helft van hun scholen waren er ook <strong>in</strong>ternaten (waar dat bij de jezuïeten<br />
slechts bij enkele scholen zo was). Meestal waren de augustijnen <strong>in</strong> kle<strong>in</strong>ere steden gevestigd.<br />
2.3.2. Latijns onderwijs<br />
Het onderwijs was <strong>in</strong> de zestiende tot de achttiende eeuw een zaak van de lagere besturen.<br />
Naar eigen goeddunken kon het stedelijk bestuur een Latijnse school oprichten, een rector<br />
aanstellen of ontslaan, een leerplan en een schoolreglement uitvaardigen. Ook een kerkelijke<br />
<strong>in</strong>stantie (vb. een kloostergemeenschap of een parochie) kon dit. In de twaalfde en dertiende<br />
eeuw werd dit zelfs verplicht door concilies (supra).<br />
De Latijnse scholen werden door <strong>in</strong>dividuele mensen opgericht en <strong>in</strong> stand gehouden zonder<br />
dat de overheid er vat op had. De enige ordonnanties die uitgevaardigd werden, handelden<br />
meestal over de handhav<strong>in</strong>g van het geloof en de zeden. Het onderwijs stond m.a.w. wel <strong>in</strong><br />
dienst van de kerk en dat al vanaf de middeleeuwen.<br />
Ondanks de hervorm<strong>in</strong>gsgez<strong>in</strong>de ideeën (<strong>in</strong>fra) raakte het Latijnse onderwijs <strong>in</strong> verval. Elk jaar<br />
zaten er m<strong>in</strong>der en m<strong>in</strong>der leerl<strong>in</strong>gen op de banken. Hierdoor namen ook het aantal<br />
<strong>in</strong>schrijv<strong>in</strong>gen aan de Leuvense universiteit af. Toch waren er volgens de Commmission royale<br />
des études <strong>in</strong> 1780 nog genoeg studenten om voldoende rechtsgeleerden, geneesheren,<br />
letterkundigen en bedienaren voor de godsdienst te leveren aan de maatschappij. Over het<br />
algemeen kunnen we stellen dat het Latijns onderwijs zowel <strong>in</strong> het Noorden als <strong>in</strong> het Zuiden<br />
<strong>in</strong> verval was geraakt. Er was een ger<strong>in</strong>g aantal leerl<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> de vele kle<strong>in</strong>e scholen die we<strong>in</strong>ig<br />
resultaat opleverden.<br />
2.3.3. Meisjes <strong>in</strong> het secundair onderwijs<br />
In de zestiende eeuw werden er enkele <strong>in</strong>itiatieven genomen om meisjes een aangepast<br />
(Latijns) onderwijs te bieden. De meest bekende te België zijn het Mechelse klooster Thabor 25<br />
en het benedict<strong>in</strong>essenklooster <strong>in</strong> Groot-Bijgaarden.<br />
Daarnaast waren er ook nog de Franse pensionaten voor meisjes. Deze werden voornamelijk<br />
<strong>in</strong>gericht door de Ursul<strong>in</strong>en maar ook door de zusters van het Heilig-Graf (Turnhout en<br />
Hasselt). In totaal zijn er een twaalftal van deze pensionaten tot stand gekomen, te beg<strong>in</strong>nen<br />
<strong>in</strong> 1614 te Luik. Het onderwijs- en opvoed<strong>in</strong>gsplan was gebaseerd op het idee van de jezuïeten<br />
maar werd aangepast speciaal voor meisjes. De onderwijstaal was Frans en de klemtoon lag<br />
eerder op de godsdienstige en morele vorm<strong>in</strong>g dan de <strong>in</strong>tellectuele. De kostscholen van de<br />
Ursul<strong>in</strong>nen werden voornamelijk bevolkt door oudere meisjes uit de hogere standen. Zij kregen<br />
buiten Frans- ook godsdienst-, literatuur- en <strong>geschiedenis</strong>onderricht. Daarbij kwamen nog de<br />
vrouwelijke vakken: handwerken, muziek en tekenen.<br />
2.3.4. Andere studiemogelijkheden?<br />
Zonen van edellieden kregen soms de mogelijkheid om een nieuwe taal te leren, te sporten, te<br />
zwemmen, paard te rijden en de wellevendheid en/of wapenhandel te bestuderen. Hiervoor<br />
verbleven ze een tijdje <strong>in</strong> een gesloten omgev<strong>in</strong>g of soms zelfs <strong>in</strong> het buitenland. Door o.a.<br />
Erasmus’ humanistische gedachte g<strong>in</strong>gen deze jonge edellieden vaker aan Latijnse en<br />
universitaire studies beg<strong>in</strong>nen. Erasmus beweerde immers dat de eigenlijke adel niet door het<br />
bloed bepaald werd dan wel door de kennis en de wetenschap, door het meer mens zijn. Ook<br />
de zonen van de burgerij (o.a. jonge koopmanszonen uit Antwerpen en Brugge) g<strong>in</strong>gen vaak<br />
eerst naar de Latijnse school en daarna naar de universiteit.<br />
Naast de Latijnse scholen kwamen er ook scholen die meer voldeden aan de behoeften van de<br />
burgerij: er werd geen Latijn of voorbereid<strong>in</strong>gen op de wetenschappen gegeven maar er<br />
werden wel vakken gegeven die nuttig bleken te zijn voor een toekomstig koopman. Daarvoor<br />
bestonden er al opleid<strong>in</strong>gen voor handel en ambacht (meestal o.v.v. leercontracten). Vanaf nu<br />
kregen de jonge ambachtslui onderricht <strong>in</strong> hun moedertaal, leerden zij Franse brieven te<br />
schrijven, alsmede rekenen en boekhouden. Soms kregen zij zelfs de mogelijkheid om Spaans<br />
of Italiaans te leren.<br />
25 In het klooster van Thabor te Mechelen was Simon Verepaeus lange tijd rector.<br />
38│Mensenrechten <strong>in</strong> <strong>geschiedenis</strong>│ (on)gelijke onderwijskansen