Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Statistieken van dodelijke ruzies<br />
Een poging om gewelddadige conflicten<br />
te onderzoeken en te classificeren<br />
werd ondernomen door Lewis<br />
Richardson in zijn Statistics of Deadly<br />
Quarrels (1960). Richardson verzamelde<br />
grondige statistieken over gewelddadige<br />
conflicten (dodelijke of fatale<br />
ruzies, zoals hij ze noemde) van 1820<br />
tot 1929 (en aanvullende statistieken<br />
over de periode van 1930 tot 1949). De<br />
omvang van een fatale ruzie wordt<br />
bepaald door het logaritme met grondtal<br />
tien van het aantal mensen dat vanwege<br />
die ruzie omkwam. Deze omvang<br />
wordt aangeduid met µ [mu]. Het<br />
bereik van omvang breidt zich uit van<br />
log 0 voor een moord die slechts één<br />
dode impliceert, tot log 7,4 voor het<br />
aantal gedode slachtoffers van de<br />
Tweede Wereldoorlog (tegenwoordig<br />
geschat tussen 50 en 70 miljoen). Hij<br />
vond dat slechts 1,6 procent van alle<br />
sterfgevallen aan ‘fatale ruzies’, met<br />
inbegrip van oorlogen, toe te schrijven<br />
was. Eckhardt (1992: 173-174) vond<br />
zelfs een nog kleiner percentage:<br />
slechts 0,4 procent van alle sterfgevallen<br />
sinds 3000 v. C. kon aan oorlogen<br />
worden toegeschreven. Richardson<br />
becommentarieerde: “This is less than<br />
one might have guessed from the large<br />
amount of attention which quarrels<br />
attract. Those who enjoy wars can<br />
excuse their taste by saying that wars<br />
after all are much less deadly than disease”<br />
(Richardson, 1960: 153).<br />
Wilkinson (1980) analyseerde de gegevens<br />
van Richardson opnieuw, d.w.z.<br />
de 315 oorlogen die tussen 1820 en<br />
1952 eindigden (met ongeveer 780<br />
paren van tegengestelde oorlogvoerende<br />
partijen). Sommige van Wilkinson’s<br />
bevindingen zijn de volgende:<br />
1. Er is een patroon in het aantal uitbarstingen<br />
van oorlog per jaar hetgeen<br />
suggereert dat er per jaar veel vooroorlogse<br />
crises zijn, maar dat er voor elke<br />
crisis een lage waarschijnlijkheid is dat<br />
die echt uitbarst in een oorlog. De aanvang<br />
van oorlogen per jaar toont een<br />
Poissonverdeling (bevestigd door<br />
Singer & Small, 1972), net als de<br />
beëindiging van oorlogen. (De Poissonverdeling<br />
is een discrete kansverdeling<br />
die met name van toepassing is voor<br />
stochastische variabelen die het voorkomen<br />
van bepaalde voorvallen tellen<br />
gedurende een gegeven tijdsinterval,<br />
afstand, oppervlakte, volume, etc.)<br />
KADER I:<br />
FACTORS INCREASING THE PROBABILITY OF WAR<br />
Onset (occurrence/initiation) of war<br />
Factors increasing the probability of the onset (occurrence/initiation) of war<br />
Level of analysis: state<br />
* Power status (major power)<br />
* Power cycle (critical point if major power)<br />
* Alliance (alliance member)<br />
* Borders (number of borders)<br />
Level of analysis: dyad<br />
* Contiguity/proximity (common border/distance)<br />
* Political systems (absence of joint democracies)<br />
* Economic development (absence of joint advanced economies)<br />
* Static capability balance (parity)<br />
* Dynamic capability balance (unstable: shift/transition)<br />
* Alliance (unbalanced external alliance-tie)<br />
* Enduring rivalry<br />
Level of analysis: region<br />
* Contagion/diffusion (presence of ongoing regional war)<br />
Level of analysis: system<br />
* Polarity (weak unipolarity/declining leader)<br />
* Unstable hierarchy<br />
* Number of borders<br />
* Frequency of civil/revolutionary wars<br />
Seriousness (magnitude/duration/severity) of war<br />
Factors increasing the probable seriousness (magnitude/duration/severity) of war:<br />
Level of analysis: state<br />
* Power status (major power)<br />
Level of analysis: system<br />
* Alliance (high polarization)<br />
The Correlates of War (COW) Project definieert een internationale oorlog als<br />
“a military conflict waged between national entities, at least one of which is a<br />
state, and that results in at least 1,000 battle-deaths of military personnel”.<br />
War magnitude – the sum of all participating nations’ separate months of active<br />
involvement in each war.<br />
War duration – the length in months from the inception of the war to its<br />
termination.<br />
War severity – total battle deaths of military personnel in each war.<br />
2. Oorlogen werden korter gedurende<br />
het interval van Richardson.<br />
3. Er was geen duidelijke trend in de<br />
frequentie van oorlogen.<br />
4. Kleinere oorlogen komen veel meer<br />
voor dan grote oorlogen; frequentie<br />
varieert omgekeerd eve<strong>nr</strong>edig met<br />
omvang.<br />
5. Er is evidentie dat gedurende<br />
Richardson’s interval oorlogen groter<br />
werden, dat wil zeggen, er waren meer<br />
doden per oorlog; ook dat het totale<br />
aantal doden van alle oorlogen in een<br />
gegeven tijdsspanne groeide.<br />
6. Het totale dodental van oorlogen is<br />
grotendeels het product van de weinige<br />
Bron: Geller & Singer (1998: 27-28).<br />
extreem grote oorlogen.<br />
7. Er is evidentie voor een cyclus met<br />
een 20-40 jarige periode in oorlogsfrequentie<br />
en participatie. Mogelijk<br />
bestaat er ook een langere cyclus, of<br />
twee cycli, met perioden in de orde van<br />
100 of 200 jaar.<br />
8. Oorlogen lijken onafhankelijk te<br />
ontstaan, maar zich via besmetting<br />
(contagion) te verspreiden, door alliantie<br />
structuren, naar buurlanden.<br />
9. Eerdere vijandelijkheden lijken een<br />
aansporing om opnieuw te gaan vechten,<br />
al verminderen de effecten van<br />
Vervolg op pagina 16<br />
15