25.09.2013 Views

studentenbrochure - UZ Gent

studentenbrochure - UZ Gent

studentenbrochure - UZ Gent

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

4. STAMCELTRANSPLANTATIECENTRUM K12IBO9<br />

DV/DEF/DEF/200201833/lec - 19/09/2011 1<br />

SCT<br />

4. 1. VOORSTELLING VAN DE DIENST<br />

Het Stamceltransplantatiecentrum (SCT) dat deel uitmaakt van de dienst Hematologie situeert<br />

zich, samen met de hospitalisatieafdeling, op de negende verdieping van het kliniekge bouw<br />

K12 IB.<br />

De toegang tot het SCT is gelegen in het midden van de gang van de hospitalisatieafdeling.<br />

Aangezien de patiënten gedurende een bepaalde periode van de behandeling in totale<br />

beenmergaplasie worden gebracht, moeten ze steriel worden verpleegd; volgens het principe<br />

van omgekeerde ( beschermende) isolatie. Omdat deze werkwijze niet verenigbaar is met het<br />

onsteriele karakter van een hospitalisatieafdeling, is het centrum volledig gebouwd als een<br />

autonoom werkende en geïsoleerde eenheid.<br />

Het sas vlak naast de ingang van de SCT wordt gebruikt als omkleedruimte waar consulenten<br />

en bezoekers overschoenen aantrekken en iedereen de handen grondig ontsmet vooraleer het<br />

SCT te betreden.<br />

De eigenlijke unit bestaat uit acht steriele patiëntenkamers en de nodige dienstruimtes voor het<br />

personeel: keuken, linnenkamer, spoelruimte, bergingen, verpleeglabo, badkamer en toilet.<br />

Elke kamer bestaat uit een voorsas en de eigenlijke patiëntenkamer.<br />

In het voorsas vindt men de nodige bergruimte voor divers materiaal, n odig voor de verzorging<br />

van de patiënt. Het is ook hier dat het bezoek kan plaatsnemen (max. 2 bezoekers tegelijk).<br />

Het voorsas is van de eigenlijke kamer gescheiden door een glazen wand annex schuifdeur.<br />

Communicatie tussen patiënt en bezoek is vlot mogelijk.<br />

Tot de patiëntenkamer zelf wordt enkel de naaste familie toegelaten (liefst steeds dezelfde<br />

persoon).<br />

De kamer is gemeubileerd zoals deze op de gewone hospitalisatieafdeling; TV, ijskast, telefoon<br />

en hometrainer zijn standaard.<br />

Er is een aparte badkamer, voorzien van toilet en wastafel.<br />

In de kamer wordt gezorgd voor een continue steriele luchtstroom om de steriliteit van de<br />

kamers te waarborgen. De steriele lucht wordt via het rooster in het plafond verticaal de kamer<br />

ingeblazen en wordt achter de glazen wanden terug aangezogen om via hepa filters in het<br />

plafond, opnieuw dezelfde weg te gaan. Er is steeds overdruk in de kamer aanwezig.<br />

De dienstruimtes van het personeel bevinden zich rechtover de patiëntenkamers.<br />

4.2. GRONDPLAN<br />

In bijlage.


4.3. ORGANISATORISCH<br />

4.3.1. MEDISCH TEAM<br />

Medisch diensthoofd:<br />

Prof. Dr. L. NOENS, Hematoloog<br />

De continue begeleiding van de patiënten is toevertrouwd aan:<br />

het medisch diensthoofd Prof. Dr. L. NOENS, Hematoloog<br />

Prof. Dr. F. OFFNER, Hematoloog<br />

Dr. T. KERRE, Hematoloog<br />

4.3.2. VERPLEEGKUNDIG TEAM<br />

Samenstelling van het team:<br />

- hoofdverpleegkundige: Mevr. VAN DE WINCKEL BERNADETTE<br />

- bachelor verpleegkundigen<br />

- gegradueerde verpleegkundigen<br />

- twee poetsvrouwen<br />

De hoofdverpleegkundige is verantwoordelijk voor de algemene leiding van het verpleegkundig<br />

team.<br />

De stafverpleegkundigen werken volgens een rouleersysteem met de afdeling Hematologie.<br />

Het onderhoudspersoneel staat in voor het dagelijks onderhoud van de patiëntenkamers, de<br />

dienstruimten en de gang.<br />

Uit hygiënische overwegingen dragen de verpleegkundigen een wit en het<br />

onderhoudspersoneel een blauwwit pakje, dat dagelijks wordt ververst.<br />

4.3.3. ADMINISTRATIEF PERSONEEL<br />

INGELS MARIANNE, afdelingssecretaresse, bekommert zich om onder andere volgende<br />

administratieve taken:<br />

- de patiëntenadministratie<br />

- het bijhouden van dossiers<br />

- …<br />

4.3.4. SOCIALE DIENST<br />

Mevr. K. Jouret van de sociale dienst is verantwoordelijk voor o.a.:<br />

- het zoeken naar oplossingen voor sociale problemen van de patiënten<br />

- het onderzoeken van de financiële tegemoetkoming en waar de patiënt recht op heeft<br />

(invaliditeitsvergoeding, terugbetaling vervoerkosten, enz…)<br />

DV/DEF/DEF/200201833/lec - 19/09/2011 2


- psychische ondersteuning<br />

- …<br />

Mevr. Jouret maakt het multidisciplinair overleg mee.<br />

4.3.5. PSYCHOLOOG<br />

Mevr. CASTEELS BARBARA en Mevr. VAN DE MOORTELE NAOMI begele iden de patiënten<br />

die in isolatie liggen of in de toekomst een transplantatie moeten ondergaan, ook pa tiënten<br />

opgenomen op de gewone kamers worden zo goed mogelijk door hen opgevolgd.<br />

Zij maken het multidisciplinair overleg mee.<br />

4.3.6. KINESIST<br />

Dhr. VAN WASSENHOVE TIM geeft, op voorschrift van de arts, kinesitherapie aan de<br />

patiënten. Ook hij is aanwezig op het wekelijks multidisciplinair overleg.<br />

DV/DEF/DEF/200201833/lec - 19/09/2011 3


4.4. INFORMATIE OVER DE DIENST<br />

4.4.1. SPECIFIEKE AANDACHTSPUNTEN<br />

Bij aanvang van de stage dient de student zich aan te melden aan de receptie van Hematologie.<br />

Op de eerste stagedag zal de student worden geïnformeerd en rondgeleid op de afdeling door<br />

de hoofdverpleegkundige of door een stafverpleegkundige.<br />

Na een algemene kennismaking met de dienst wordt de student voorgesteld aan de<br />

stafverpleegkundigen van dienst op het SCT.<br />

Vooraleer men het SCT betreedt ontsmet men in het sas grondig de handen.<br />

De stafverpleegkundige van dienst leidt de student rond in het SCT, legt de gewoonten en<br />

werkwijzen uit en schetst in het kort het ziektebeeld van de patiënten.<br />

Na dit inleidend gesprek worden de doelstellingen en de verwachtingen t.o.v. de studenten<br />

overlopen:<br />

- verzorgen van patiënten die in aanmerking komen voor stamceltransplantatie of<br />

getransplanteerd zijn<br />

- goed en vlot de voorschriften i.v.m. steriliteit hanteren (isolatiekamer, kledij, voeding)<br />

- transplantatie bijwonen<br />

- patiënten zo nauwkeurig mogelijk volgen tijdens de voorbereiding op SCT<br />

- bijwonen van de totale lichaamsbestraling en de voorbereiding ervan<br />

- gevolgen van cytostaticabehandeling en bestraling bij patiënten leren onderkennen +<br />

gerichte observeren<br />

- zo goed mogelijk patiënten begeleiden<br />

In het SCT wordt gewerkt met patiëntentoewijzing.<br />

De stafverpleegkundige draagt samen met haar student de verantwoordelijkheid voor een aantal<br />

patiënten:<br />

- basiszorgen en hulp aan de patiënt<br />

- detailzorg (mondtoilet, nagelverzorging)<br />

- toedienen medicatie en perfusies<br />

- controle van de parameters<br />

- hulp bij voeding<br />

- in orde brengen van de kamers<br />

- administratie<br />

- maken van afspraken<br />

- assisteren bij onderzoeken<br />

DV/DEF/DEF/200201833/lec - 19/09/2011 4


- aanvullen van het materiaal<br />

- bloedafnames + afname van kweken;<br />

- technische handelingen<br />

Enkele algemene richtlijnen<br />

- Aandacht voor persoonlijke hygiëne: proper pakje, verzorgd kapsel, steeds naamplaatje<br />

dragen en reglementaire voorschri ften betreffende uniform respecteren!<br />

- SCT patiënten zijn zeer vatbaar voor infecties. Er moet dus extra aandacht worden<br />

besteed aan de handhygiëne: verzorgde nagels, geen juwelen.<br />

De handen wassen met Hibiscrub bij aanvang en op het einde van de shift.<br />

Tussendoor aanvullen met frequente handontsmetting.<br />

- Op een beloproep moet zo vlug mogelijk worden gereageerd, dus NOOIT voorbijlopen.<br />

- Er is voor de studenten een koffiepauze voorzien van 15 minuten, de pauze wordt<br />

genomen samen met de stafverpleegkundigen op een tijdstip afhankelijk van het te<br />

verrichten werk, yoghurt en koffie kunnen vrij gebruikt worden.<br />

- In aansluiting met de verzorging worden de observaties genoteerd in het EPD.<br />

- Om 12u45 wordt het middagmaal opgediend, eventueel patiënt helpen installeren en hulp<br />

bieden bij de maaltijd.<br />

Gezien de complexiteit van de behandeling ( totale lichaamsbestraling, agressieve<br />

chemotherapie, nauwgezette intraveneuze medicatie, strikte steriliteit in alle manipulaties met<br />

betrekking tot de patiënten) is het wel duidelijk dat aan de verpleegkundigen, die in het SCT<br />

tewerkgesteld zijn, zeer hoge kwalitatieve eisen worden gesteld.<br />

Het op verantwoorde wijze combineren van de zorgen vraagt een grondige organisatie en<br />

planning van het werk.<br />

Ook de aard van de mogelijke complicaties ( infecties, bloedingen, bijwerkingen van<br />

radiotherapie, leveraandoeningen door chemotherapie, afstotingsverschijnselen) en de eerste<br />

symptomen ervan bij de patiënt, stellen aan de stafverpleegkundige hoge eisen.<br />

De psychologische begeleiding van de patiënt is een zeer belangrijk onderdeel van de taak van<br />

de stafverpleegkundigen. De stafverpleegkundige zal meestal als eerste persoon de patiënt en<br />

zijn familie in crisissituaties moeten opvangen.<br />

DV/DEF/DEF/200201833/lec - 19/09/2011 5


4.4.2. MEDISCH PATIENTENPROFIEL<br />

De patiënten die in aanmerking komen voor een stamceltransplantatie lijden aan een bepaalde<br />

kwaadaardige of niet kwaadaardige bloedziekte, klierziekte of aangeboren stoornis in de<br />

immuunafweer of in de stofwisseling.<br />

Aplastische anemie<br />

beenmergaplasie<br />

Leukemie<br />

Eén van de belangrijkste afwijkingen i.v.m. de witte bloedcellen: niet controleerbare woekering<br />

van jonge witte bloedcellen, gepaard gaande met een uitgesproken stoornis van de celrijping,<br />

verlies van de celfunctie en aanwezigheid van het perifeer bloed van abnormale jonge cellen. In<br />

het beenmerg worden de normale elementen verdrongen.<br />

Men onderscheidt:<br />

- Acute leukemie (myeloblasten – lymfoblasten of monoblastenleukemie)<br />

- Chronische myeloïde leukemie<br />

- Chronische lymfatische leukemie<br />

Lymfoom<br />

Tumorale klierzwellingen, vb. de non-Hodgkin-lymfomen.<br />

Multipel Myeloom<br />

Testiscarcinoom<br />

…<br />

Men onderscheidt twee vormen van stamceltransplantatie:<br />

- de transplantatie van stamcellen van een geselecteerde donor (allogene SCT)<br />

- de transplantatie van eigen, gezuiverde stamcellen (autol oge SCT)<br />

Vóór de transplantatie krijgt de patiënt hoge dosissen cytostatica/ bestraling toegediend met de<br />

bedoeling het beenmerg van de patiënt volledig leeg en ziektevrij te maken.<br />

De toediening van het transplant zorgt ervoor dat de patiënt terug eigen beenmerg kan<br />

aanmaken.<br />

DV/DEF/DEF/200201833/lec - 19/09/2011 6


De donor hoeft niet noodzakelijk een verwant van de patiënt te zijn, ook een niet verwante<br />

persoon, met identieke HLA typering kan optreden als donor.<br />

Het grootste risico bij allogene SCT is de reactie die kan ontstaan als gevolg van de<br />

toegediende stamcellen: de transplant – tegen - gastheer reactie.<br />

Dit verschijnsel doet zich niet voor bij autologe SCT.<br />

4.4.3. VERPLEGING<br />

4.4.3.1. VERPLEEGKUNDIG DOSSIER<br />

Alle informatie betreffende zorgen aan en behandeling van de patiënt wordt teruggevonden in<br />

het EPD. Zowel het zorg_en behandelplan als de medicatiemodule zijn in gebruik op de<br />

afdeling. Ook de toe te dienen chemotherapie wordt elektronisch voorgeschreven.<br />

4.4.3.2. MEDISCH DOSSIER<br />

Hierin worden uitsluitend medische gegevens bijgehouden, de artsen zijn verantwoordelijk voor<br />

het bijhouden van het dossier.<br />

De studenten verpleging moeten op de hoogte zijn van het bestaan van het beroepsgeheim en<br />

het toepassen ervan.<br />

Zij bespreken nooit met de hen toevertrouwde patiënten, het ziektebe eld en/of de evolutie van<br />

de ziekte. Zij zorgen ervoor geen nota’s achter te laten op de kamers en geven geen informatie<br />

door aan de familie en/of andere patiënten. Bij vragen of problemen moet steeds worden<br />

doorverwezen naar de arts of de verantwoordelijk e stafverpleegkundige.<br />

4.4.3.3.BASISZORGEN EN OBSERVATIES<br />

Bij het stage lopen op het SCT moeten de studenten zich bewust zijn van het feit dat zij in<br />

aanraking zullen komen met zwaar zieke en verzwakte patiënten waarbij de verzorging en het<br />

toezicht optimaal moeten gebeuren.<br />

Het uitvoeren van de basiszorgen moet tot in detail gebeuren en een nauwkeurige observatie en<br />

verslaggeving aan de verantwoordelijke stafverpleegkundige én in het EPD is noodzakelijk.<br />

De meest voorkomende basiszorgen met hun observa ties zijn:<br />

Bedbad: hier moet vooral aandacht worden besteed aan het goed en zorgvuldig wassen van de<br />

patiënt (ook de huidplooien, vulva, enz.) teneinde infecties te voorkomen, ook observatie van<br />

DV/DEF/DEF/200201833/lec - 19/09/2011 7


eginnende decubitus is belangrijk, zeer goede controle op onderhuidse bloedingen mag niet<br />

ontbreken<br />

Hulp bij toilet: dezelfde observaties zoals bij het bedbad, op te merken valt dat men de patiënt<br />

mag stimuleren om zich gedeeltelijk zelf te wassen maar dat men ook moet toezien of hij dit<br />

werkelijk kan en/of doet<br />

Mondtoilet: heel belangrijk, zowel op preventief als op curatief vlak, de mondverzorging en<br />

mondspoelingen moeten worden uitgevoerd zoals voorgeschreven in de aanwezige standaard,<br />

het kunstgebit wordt 2xdaags gereinigd<br />

Scheren: dit moet dagelijks gebeuren met een elektrisch scheerapparaat teneinde kwetsuren,<br />

bloedingen en mogelijke infecties te voorkomen<br />

Nagelverzorging: kan op aanvraag gebeuren door een pedicure voor wat de teennagels betreft,<br />

indien student nagels knipt, dient er goed te worden opgelet voor kwetsuren en is een grondige<br />

ontsmetting vereist.<br />

Haarverzorging: haaruitval door chemotherapie komt frequent voor, dit betekent voor sommige<br />

patiënten een extra psychische belasting; een goede verzorging van de hoofdhuid is dan ook<br />

vereist, het haar van de patiënt wordt, indien nodig, door de verpleegkundige zelf afgeschoren<br />

Preventie decubitus: de richtlijnen voor preventie en behandeling van decubitus dienen te<br />

worden gevolgd, aangepaste matrassen kunnen besteld worden<br />

Houding van de patiënt : het is van belang dat de patiënt zo c omf ortabel mogelijk<br />

gepositioneerd wordt, elke patiënt heeft een elektrisch bed<br />

Urinecollectie: controle op hematurie, urine 24 uur collectie gebeurt op vraag van de arts, het<br />

vernieuwen van blaassonde gebeurt zoals voorgeschreven op het zorgenplan<br />

Aanleggen van ijszakken: kan aangewend worden bij patiënten met hoge koorts<br />

O2-therapie: aandacht voor het wekelijks vernieuwen van O2 bril of O2masker<br />

Wondverzorging: volgens de voorschriften op het zorgenplan (vb. ver wijderen hechtingen na<br />

biopsie)<br />

Controle infusen: controle van de insteekplaats van de centrale katheter is heel belangrijk; in<br />

geval van roodheid, zwelling, nat verband onmiddellijk rapporteren; nooit infusen laten leeg<br />

hangen, bij vervangen van infuus steriel werken, bij elke patiënt met infuus wordt een<br />

infuusstaander en twee infuuspompen voorzien<br />

Hulp bij de maaltijd: zorgen voor een aangepaste houding, eventueel hulp aan de patiënt bij<br />

verminderde eetlust, braken, enz…; rappo rteren van voedingsstatus is belangrijk<br />

DV/DEF/DEF/200201833/lec - 19/09/2011 8


4.4.3.4.SPECIFIEKE ZORGEN<br />

4.4.3.4.1.Beschermende isolatie<br />

- Wat is beschermende isolatie?<br />

Het is het isoleren van een patiënt, met de bedoeling hem te beschermen tegen infectie van<br />

buitenaf.<br />

De SCT patiënt heeft geen natuurlijke weerstand meer, beschermende isolatie, zelfs tegenover<br />

banale infecties (vb. verkoudheid), kan voor hem van levensbelang zijn.<br />

Soorten isolatie :<br />

Geen isolatie<br />

Beperkte isolatie<br />

Strikte isolatie<br />

Op de kaart aan de deur van de kamer vindt u de vereiste voorzorgsmaatregelen.<br />

- Algemene principes<br />

Vóór het in gebruik nemen van de kamer wordt deze volledig gereinigd en ontsmet.<br />

Tijdens het verblijf van de patiënt wordt de kamer dagelijks nat gereinigd maar niet geboend.<br />

Men moet ervoor zorgen de isolatiekamer zo weinig binnen en buiten te lopen, dus combineren<br />

van de verschillende zorgen is zeker aangewezen!<br />

Het voorziene materiaal zoals vb. RR meter, stethoscoop thermometer, dient op de kamer te<br />

blijven.<br />

- Praktische toepassingen<br />

Vooraleer men een isolatiekamer betreedt, moet men de maatregelen opvolgen die vermeld<br />

staan op de isolatiekaart.<br />

- Bijkomende aandachtspunten<br />

- Indien de student verkouden is af andere infectietekenen vertoont, signaleert hij dit best<br />

aan de hoofdverpleegkundige of verantwoordelijke stafverpleegkundige.<br />

- Vóór de verzorging wordt steeds een nieuwe linnenverpakking aangebroken, het bed_ en<br />

badlinnen wordt dagelijks ververst.<br />

- In aansluiting met de verzorging worden tweemaal daags urinaal en bedpan geledigd en<br />

gewassen.<br />

- Na de verzorging worden d e kasten in het voorsas van de kamer aangevuld.<br />

DV/DEF/DEF/200201833/lec - 19/09/2011 9


4.4.3.4.2.Psychische begeleiding<br />

Naast de optimale verzorging van de patiënt op fysisch vlak moet ook de nodige aandacht<br />

worden besteed aan de psyche van de patiënt. Er wordt van de studenten verwacht dat zij een<br />

goed contact proberen op te bouwen met de patiënten en dat zij bij het opmerken van<br />

problemen of moeilijke situaties de verantwoordelijke stafverpleegkundige verwittigen.<br />

4.4.3.5.VERPLEEGTECHNISCHE HANDELINGEN<br />

Mondtoilet<br />

Dit is van zeer groot belang bij Hematologische patiënten, door hun verzwakte toestand zijn ze<br />

immers enorm vatbaar voor infecties en mondinfecties zijn het eerst voor de hand liggend.<br />

Daarom wordt zowel preventief als curatief de standaard mondzorg voor de hematologische<br />

patiënt opgevolgd. Deze standaarden zijn terug te vinden op intranet.<br />

Perfusies<br />

Bij het aanwenden van perfusies worden volgende punt en geacht door de studenten gekend te<br />

zijn en onder toezicht uitgeoefend te worden:<br />

- Assisteren bij het plaatsen van infusen, ervoor zorgen dat de insteekplaats goed wordt<br />

ontsmet en dat de katheter nadien goed gefixeerd en steriel afgedekt wordt.<br />

- Het klaarmaken van perfusies, waaronder het oplossen van de medicatie, het vervangen<br />

van trousses, het overschakelen van infusen en het uitrekenen van de inloopsnelheid van<br />

het infuus.<br />

- Het toedienen van IV-medicatie, waaronder het oplossen van de medicatie, het<br />

klaarmaken van zij-infusen, het aanhangen van zij-infusen; het werken met kranenbalk,<br />

driewegkraan, infuuspomp…<br />

- Observatie van de insteekplaats (vb.: zwelling, roodheid) en van het verband (vb.: nat,<br />

Transfusie<br />

vuil) en eventueel verbandwissel.<br />

Belangrijk voor de student is te weten hoe bloed en zijn derivaten besteld worden en welke de<br />

voorzorgen en de observaties voor, tijdens en na de transfusie zijn:<br />

- Het formulier kennen dat dient ingevuld te worden voor de bestelling van bloed bij de<br />

bloedbank.<br />

- Weten dat er bij bloedtransfusie kruisbloed moet worden meegegeven naar de bloedbank<br />

op te kunnen kruisen met het bloed van de donor.<br />

- Controle van het afgeleverde bloed:<br />

DV/DEF/DEF/200201833/lec - 19/09/2011 10


- Vergelijken met de bestelbon<br />

- Vergelijken met de bloedgroepkaart of het bloedgroepformulier van de patiënt<br />

- Controleren of de nummers op de formulieren corresponderen met het nummer op de<br />

bloedzak<br />

- Alvorens de transfusie toe te dienen, nog eens de identiteit van de patiënt controleren<br />

op de kamer,<br />

- Formulier invullen volgens geldende procedure.<br />

- De observatie gedurende de transfusie is idem zoals bij de perfusie, wel dient extra<br />

geobserveerd te worden op een eventuele reactie bij de patiënt vb. rash, koorts, enz.<br />

Bij elke opgemerkte reactie geldt de volgende regel:<br />

ONMIDDELLIJK TRANSFUSIE STOPZETTEN en de arts en stafverpleegkundige verwittigen.<br />

Centrale katheter<br />

Het voorbereiden en toedienen van transfusies gebeurt enkel door de<br />

DV/DEF/DEF/200201833/lec - 19/09/2011 11<br />

stafverpleegkundigen!!!<br />

Bij alle patiënten op het SCT wordt een centrale katheter geplaatst, transplant patiënten krijgen<br />

soms een dubbellumenkatheter.<br />

Van de studenten wordt verondersteld dat zij:<br />

- Het materiaal kennen dat wordt gebruikt bij het plaatsen van een centrale katheter.<br />

- Kunnen assisteren bij het plaatsen van een centrale katheter.<br />

- De nazorg kennen en kunnen uitvoeren:<br />

- het volgens protocol aanbrengen van het centraal infuusverband<br />

- opvolgen van mogelijke verpleegproblemen<br />

- Als algemene regel geldt dat het verband van het centraal infuus dagelijks moet worden<br />

nagezien en dat het samen met de totale I.V.-lijn wekelijks vernieuwd wordt.<br />

Een nauwkeurige observatie van de insteekplaats is vereist.<br />

- Bij het verwijderen van de centrale katheter wordt frequent gevraagd de kathetertip te<br />

kweken.<br />

- Verdere controles zie perfusies.<br />

Cytostatica<br />

Bij het toedienen van chemotherapie (= cytostatica) wordt van de studenten verwacht dat zij op<br />

de hoogte zijn van de voorzorgsmaatregelen die moeten genomen worden.<br />

Alle info hierover is te vinden op intranet.<br />

De cytostatica worden centraal bereid in de apotheek.


Voor de studenten is het belangrijk dat zij:<br />

- Notie hebben van de mogelijke complicaties bij het toedienen vb. gevaar voor necrose van<br />

de omliggende weefsels bij extravasatie.<br />

- De nodige bijwerkingen kennen voor de patiënt:<br />

- vroegtijdige: vb. misselijkheid<br />

- laattijdige zowel als op fysisch als op psychisch vlak: vb. haaruitval, steriliteit,<br />

- Notie hebben van de bijwerkingen van cortico-therapie: vb. vollemaansgezicht, agitatie.<br />

Puncties<br />

Het voorbereiden en toedienen van cytostatica gebeurt enkel door de<br />

DV/DEF/DEF/200201833/lec - 19/09/2011 12<br />

stafverpleegkundigen!!!<br />

Van de studenten wordt verwacht dat zij op Hematologie de meest voorkomende puncties<br />

kunnen assisteren.<br />

Hiermee wordt bedoeld:<br />

- De voorbereiding van het materiaal kennen.<br />

- De voorbereiding van de patiënt kennen.<br />

- Kunnen assisteren tijdens de puncties.<br />

- De nazorg van het materiaal kennen.<br />

- De nazorg bij de patiënt kennen.<br />

Van iedereen wordt verwacht dat de toerkar na gebruik altijd opgeruimd en afgewassen wordt<br />

en dat het gebruikte niet disposable materiaal in de sterilisatiebak wordt gelegd voor<br />

hersterilisatie.<br />

De meest voorkomende puncties zijn:<br />

- sternale punctie<br />

- lumbale punctie<br />

- botbiopsie<br />

- klierpunctie<br />

- pleurapunctie<br />

- ascitespunctie<br />

- plaatsen centrale katheter<br />

Staalafname<br />

De meest gevraagde staalafnames zijn:<br />

- urine midstream voor kweek en sediment<br />

- faeceskweek


- sputumkweek<br />

- mondkweek<br />

- keeluitstrijk<br />

- wondkweek<br />

Afgenomen stalen mogen niet op de kamer bli jven staan maar moeten direct worden<br />

weggebracht naar het verpleeglabo van Hematologie vanwaar ze via buizenpost naar de diverse<br />

labo’s worden doorgestuurd.<br />

4.4.3.6. ONDERZOEKEN<br />

Alle hierna beschreven onderzoeken kunnen door de student worden bijgewoond, mits overleg<br />

met de stafverpleegkundige.<br />

4.4.3.6.1. HRCT<br />

Of hoog resolutie CT van de longen: d it gebeurt routinegewijs bij de opname en verder<br />

wekelijks volgens aanvraag arts met als doel het tijdig opsporen van complicaties (vb.<br />

pneumonie, schimmelinfectie).<br />

4.4.3.6.2. CT- scan<br />

Of computertomografie: brengt de organen en/of weefsels zeer gedetailleerd in beeld.<br />

Het apparaat maakt dwarsdoorsneden waarop telkens een ander deeltje van het orgaan of<br />

weefsel staat afgebeeld. Soms dient een contraststof ingespoten of ingenomen te worden.<br />

4.4.3.6.3. PET-scan<br />

Of positron emissie tomografie: brengt de kankercellen zichtbaar door suikermoleculen aan een<br />

radioactieve stof te koppelen. Kankercellen hebben immers een verhoogde stofwisseling waarbij<br />

veel suiker wordt verbruikt.<br />

4.4.3.6.4. NMR<br />

Of nucleaire magnetische resonantie: hierbij wordt gebruik gemaakt van een sterk magneetveld,<br />

gecombineerd met radiogolven en computer. Er komt hier geen straling aan te pas. Er worden<br />

dwars_ of lengtedoorsneden gemaakt, waardoor de organen nauwkeurig in beeld komen.<br />

4.4.3.6.5. ECHOGRAFIE<br />

Gebeurt frequent, vooral echografie van het abdomen. Het onderzoek berust op het principe dat<br />

organen geluidsgolven terugkaatsen, naargelang de densiteit van het weefsel worden meer of<br />

DV/DEF/DEF/200201833/lec - 19/09/2011 13


minder golven teruggekaatst en gevisualiseerd op een scherm. Op deze manier kunnen o.a.<br />

ruimte-innemende massa ‘s in het abdomen word en opgespoord (vb. klierpakketten,<br />

levermetastasen, enz.).<br />

4.4.3.6.6. CONSULTEN AAN BED<br />

Artsen van andere specialiteiten komen aan bed de patiënten onderzoeken, meestal bij het<br />

optreden van complicaties. Vb.:<br />

- neuroloog bij hersenbloeding<br />

- dermatoloog bij leukemische huidlokalisaties, zona, enz.<br />

- ORL-arts bij neusbloeding<br />

- cardioloog bij pericarditis<br />

4.4.3.6.7. ROUTINE BLOEDAFNAMES<br />

Alle patiënten die worden opgenomen op het SCT worden dagelijks bloed afgenomen.<br />

4.4.3.6.8. RX THORAX<br />

Na het plaatsen van een centrale katheter, ter controle van juiste lokalisatie of opsporen van<br />

mogelijke pneumothorax. De RX thorax wordt aan bed genomen.<br />

4.4.3.6.9. TOTALE LICHAAMSBESTRALING<br />

Tijdens de pré-transplantperiode van een allogene SCT, worden voorbereidingen getroffen voor<br />

de TBI (Total body Irradiation).<br />

De voorbereidingen en de TBI zelf gebeuren op de dienst radiotherapie.<br />

TBI, samen met chemotherapie hebben als doel:<br />

1. de nog aanwezige kwaadaardige cellen te doden<br />

2. het afweermechanisme van het lichaam volledig stil te leggen zodat de donorcellen niet<br />

worden afgebroken, maar kunnen groeien en zich verspreiden in het lichaam<br />

3. alle eigen stamcellen te doden zodat in het beenmerg plaats vrijkomt voor de donorcellen<br />

Het lichaam en de weefsels zijn niet allemaal even gevoelig voor straling.<br />

De longen zijn zeer gevoelig en moeten derhalve worden afgeschermd om een niet te hoge<br />

dosis te ontvangen, dit om longfibrose als laattijdige complicatie te voorkomen.<br />

Tijdens de TBI wordt de patiënt begeleid en bestendig gecontroleerd door de verpleegkundige,<br />

eventueel een familielid, de arts en de technicus van de dienst Radiotherapie.<br />

DV/DEF/DEF/200201833/lec - 19/09/2011 14


Op de afdeling zijn brochures voorhanden teneinde patiënt en familie op de TBI voor te<br />

bereiden.<br />

4.4.3.7. GENEESMIDDELEN<br />

De meest voorkomende groepen van medicatie gebruikt op STC, worden hierna vermeld:<br />

- Medicatie voor darmdecontaminatie: worden altijd gegeven aan de patiënten op de<br />

isolatiekamers ter preventie van darminfecties en aan de patiënten op de gewone kamers bij<br />

tekenen van infecties.<br />

- Antibiotica worden toegediend per os, I.V. onder vorm van zij-infuus. Het gamma antibiotica<br />

is heel uitgebreid en wordt regelmatig veranderd en/of aangepast naargelang de evolutie in<br />

het ziektebeeld en het antibiogram van de afgenomen kweken.<br />

- Cytostatica: kent een heel grote verscheidenheid van medicatie, worden meestal gebruikt in<br />

schemata die regelmatig worden aangepast. Cytostatica worden op het SCT I.V.<br />

toegediend.<br />

- Corticoïden: worden toegediend langs orale en I.V. weg.<br />

- Antimycotica: worden toegediend bij behandeling van schimmelinfecties, oraal en I.V.<br />

- Behandeling van Herpesinfecties: bijna steeds I.V. toegediend onder de vorm van zij-infuus,<br />

vb. Zovirax,<br />

- Antipyretica: worden enkel toegediend op advies van de arts daar bepaalde medicatie<br />

invloed hebben op de bloedstolling/lever…, vb. Paracetamol.<br />

- Pijnstillers: worden enkel toegediend op advies van de arts, ze worden indien mogelijk oraal<br />

gegeven maar kunnen ook in bolus I.V. worden gegeven of toegevoegd worden aan de<br />

infusen.<br />

- Groeifactoren: worden steeds SC toegediend.<br />

- Immunosuppressiva: ter voorkoming van afstoting.<br />

4.4.3.8. APPARATEN<br />

4.4.3.8.1. AANGEPASTE ANTI DECUBITUSMATRAS<br />

Indien nodig wordt bij bedlegerige patiënten aan de hand van de opgemaakte Bradens chaal<br />

een aangepaste matras besteld.<br />

4.4.3.8.2. ASPIRATIETOESTEL<br />

Twee aspiratietoestellen met wegwerpbokalen staan steeds klaar in de kleine reservekamer.<br />

Het aspiratietoestel dat deel uit maakt van de reanimatiewagen is uitsluitend bestemd<br />

voor reanimatie!<br />

DV/DEF/DEF/200201833/lec - 19/09/2011 15

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!