Verbintenissenrecht examenvragen - Sofia
Verbintenissenrecht examenvragen - Sofia
Verbintenissenrecht examenvragen - Sofia
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
38. Interpretatieve, aanvullende en beperkende werking van goede trouw<br />
- Hfdstk V. De gevolgen van het contract – A. De gevolgen tussen partijen – III. Uitvoering te goeder trouw<br />
- Art. 1134, lid 3 BW bepaalt dat de overeenkomst steeds te goeder trouw ten uitvoer moet worden gebracht. Tijdens<br />
de 19 e eeuw werd deze bepaling vnl. als interpretatieregel opgevat. In het begin van de 20 e eeuw werd de aanvullende<br />
werking erkend en thans staat het Hof van Cassatie op het punt de beperkende werking van de goede trouw te<br />
erkennen.<br />
Interpretatieve werking<br />
- Het beginsel vd uitvoering te goeder trouw houdt vooreerst in dat de contractpartijen hun verbintenissen veeleer naar<br />
de geest vh contract, dus overeenkomstig de gemeenschappelijke bedoeling vd partijen, dan naar de letter moeten<br />
uitvoeren.<br />
- Gaat niet om de interpretatie vh contract (zoals bij art. 1156 BW) maar wel om de uitvoering vh contract.<br />
Aanvullende werking<br />
- Vrij algemeen wordt thans erkend dat art. 1134, lid 3 BW vooral een gedragsregel formuleert: de SE en de SA van een<br />
contractuele prestatie dienen zich bij de uitvoering van hun contract, behoorlijk, correct te gedragen.<br />
- De aanvullende werking vd goede trouw impliceert dat, naast de overeengekomen verbintenissen, de SE en de SA<br />
gehouden zijn tot een aantal bijkomende verplichtingen. (samenwerkingsplicht)<br />
- Deze aanvullende verplichtingen formuleert de rechter via het referentiegedrag vd zorgvuldige contractant, geplaatst<br />
in dezelfde externe omstandigheden.<br />
Beperkende werking<br />
- Gaat om de vraag of de rechter in bepaalde omstandigheden de bevoegdheid heeft om het contractueel bepaalde te<br />
beperken of opzij te zetten.<br />
- Cass. 1983 (arrest 29, p 249 cursus):<br />
• Stelt perken aan de uitoefening van contractuele rechten door een sanctie te verbinden aan het misbruik maken van<br />
contractuele rechten. In die zin wordt door Cass de beperkende werking vh goede trouw-beginsel erkend.<br />
• Sinds dit arrest is het vaststaande rechtspraak v Cass dat de uitvoering te goeder trouw van overeenkomsten moet<br />
worden beoordeeld met toepassing vh criterium vh verbod vh misbruik van contractuele rechten.<br />
- Cass. 2001 (arrest 30):<br />
• De sanctie bestaat in het opleggen vd normale uitoefening vh desbetreffende contractuele recht of in het herstel<br />
vd schade die is veroorzaakt door het misbruik dat van dat recht is gemaakt.<br />
• Wnnr het misbruik bij de uitoefening van een contractueel recht betrekking heeft op de toepassing van een<br />
contractueel beding, kan het herstel vd daardoor veroorzaakte schade erin bestaan dat aan de SE het recht wordt<br />
ontzegd om op dat beding een beroep te doen.<br />
Toepassing vd beperkende werking: Rechtsverwerking:<br />
- Begrip:<br />
• Hierbij gaat een subjectief recht teniet of het kan althans niet meer worden aangevoerd wnnr de houder van dat<br />
recht, zonder vrijwillig uitdrukkelijk of stilzwijgend ervan afstand te doen, een houding aanneemt die objectief<br />
onverenigbaar is met de uitoefening van dat recht, waardoor hij aldus het gewettigd vertrouwen van de SA en van<br />
derden misleidt.<br />
- Voorbeeld:<br />
• Een aannemer had zijn recht op schadeloosstelling wegens het foutief verbreken vd aannemingsovereenkomst door<br />
de opdrachtgever verloren, daar hij 3m had laten voorbijgaan alvorens te reageren en hij zich al die tijd niet meer<br />
op de bouwwerf had vertoond, zodat hij zichzelf vd mogelijkheid had beroofd om tot gehele of gedeeltelijke<br />
uitvoering vh werk over te gaan.<br />
Alexander Tanguy 2010-2011 28