Burgzand - Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed
Burgzand - Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed
Burgzand - Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
39<br />
—<br />
broken. De Jager en Kikkert wijzen op <strong>het</strong> grote<br />
aantal stormvloeden – zij noemen een getal van<br />
40 <strong>voor</strong> de periode tussen 840 en 1170 – maar zij<br />
denken dat de doorbraak niet eerder plaatsvond<br />
dan in 1170, tijdens de Allerheiligenvloed. Zij baseren<br />
zich op J. Buisman (zie hieronder) en op<br />
geologische reconstructies van de zogenaamde<br />
verhelingen, een zich <strong>voor</strong>tdurend herhalend<br />
proces van steeds opnieuw ontstaan, aangroei<br />
en noordoostwaartse verplaatsing van zandbanken,<br />
waardoor de zuidkust van Texel steeds verder<br />
uitgroeide. Ten slotte gebruiken zij bewoningsgegevens<br />
van <strong>het</strong> zuiden van Texel als<br />
argument. Zo komen zij uit op een doorbraak in<br />
de tweede helft van de 12de eeuw en ”stellig niet<br />
in de 9de eeuw zoals wel eens gedacht”. De Jager<br />
en Kikkert concluderen dan ook dat zij “<strong>het</strong><br />
houden op 1170 als jaar van de doorbraak.” Texel<br />
en Vlieland bleven nog met elkaar verbonden:<br />
pas rond 1340 ontstonden <strong>het</strong> Eierlandse Gat<br />
(<strong>het</strong> zeegat tussen Texel en Vlieland) en twee<br />
nieuwe eilanden: Eierland en Vlieland.<br />
De visie van Buisman<br />
Historisch geograaf J. Buisman omschrijft in zijn<br />
magnum opus Duizend jaar weer, wind en water in de<br />
Lage Landen de Allerheiligenvloed van 1170 als een<br />
ernstige stormvloed, die een ramp veroorzaakte<br />
in <strong>het</strong> noordwesten van Nederland en <strong>het</strong> Almeregebied.<br />
De overstroming zou zelfs zo krachtig<br />
geweest zijn dat eb en vloed optrad tot aan de<br />
muren van Utrecht en dat in die stad zelfs zeevis<br />
(wijting) werd gevangen.13 Hij neemt aan dat tijdens<br />
deze stormvloed een grote veendrempel<br />
tussen de keileemkernen Texel en Wieringen in<br />
<strong>het</strong> westen enerzijds en Stavoren en Gaasterland<br />
in <strong>het</strong> oosten anderzijds werd doorbroken en opgeruimd.<br />
Daarvóór sloot deze drempel <strong>het</strong> Almere<br />
af van open zee, op een nauwe geul na. Om<br />
die reden noemt hij 1170 als <strong>het</strong> jaar dat de Zuiderzee<br />
is ontstaan. Vanaf dat jaar wordt niet langer<br />
gesproken van <strong>het</strong> Almere, maar van de Zuiderzee.<br />
In <strong>het</strong> noordwesten van Nederland waren<br />
de verwoestingen eveneens enorm. Veel cultuurland<br />
ging verloren en de duinenrug tussen <strong>het</strong><br />
Zijpe en Texel werd op twee plaatsen weggeslagen.<br />
Hierdoor ontstonden onder meer <strong>het</strong> huidige<br />
Marsdiep en de eilanden Callantsoog en<br />
Afb. 2.2 De situatie volgens De Jager en Kikkert omstreeks 950.<br />
Huisduinen. Waarschijnlijk is dit <strong>het</strong> moment geweest<br />
waarop Texel en Wieringen definitief van<br />
elkaar werden gescheiden. Uit Buismans steeds<br />
<strong>voor</strong>zichtige formuleringen blijkt wel dat <strong>het</strong> jaar<br />
1170 niet onomstotelijk kan worden aangewezen<br />
als <strong>het</strong> jaar waarin ‘alles’ gebeurde. Hij voegt er<br />
dan ook aan toe dat <strong>het</strong> juister is om van een<br />
langduriger ontstaansproces uit te gaan, waarin<br />
de vloeden van 1163/64, 1170, 1173, en 1196 ieder<br />
hun effect gehad hebben. Over de Sint-Nicolaasvloed<br />
van 1196 zegt hij dat deze in grote lijnen<br />
voltooide, wat de <strong>voor</strong>gaande stormvloeden waren<br />
begonnen. Het noordwesten van Nederland<br />
was toen veranderd in een uitgestrekt waddengebied,<br />
waarin zich de keileemkernen Texel en<br />
Wieringen als eilanden konden handhaven,<br />
evenals Huisduinen en Callantsoog. Het gehele<br />
proces was volgens Buisman pas afgesloten na<br />
een reeks stormvloeden in de eerste helft van de<br />
13de eeuw: 1214, 1219, 1220, 1221, 1246 en 1248.<br />
De Zuiderzee was toen echter nog steeds ondiep<br />
en stond slechts via smalle en ondiepe geulen in<br />
verbinding met de Noordzee.14 Tegen 1400 had<br />
de Zuiderzee zijn volle omvang wel bereikt, maar<br />
was niet meer dan twee tot drie meter diep.15<br />
13 Buisman 1995, 360.<br />
14 Buisman 1995, 360-362 en 392.<br />
15 Buisman 1996, 349.