download - Samenlevingsopbouw Brussel
download - Samenlevingsopbouw Brussel
download - Samenlevingsopbouw Brussel
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Nr 76 December 2002<br />
woningen met drie of vier slaapkamers en amper<br />
3,6% met vijf of meer slaapkamers. Daarenboven<br />
zijn de huurprijzen van deze woningen niet gering.<br />
Een appartement met drie of meer kamers kost<br />
algauw 625 € (ongeveer 25.000 Bef.). De Molenbeekse<br />
sociale huisvestingsmaatschappij beschikt<br />
sinds 1994 aan de Leopold II-laan over een paar<br />
gebouwen met grote appartementen en ook in de<br />
nieuwe woningen die de gemeente liet optrekken in<br />
het kader van het wijkcontract Sint-Jan-Baptist zijn<br />
enkele grotere appartementen gerealiseerd. Dit<br />
weegt echter niet op tegen de alsmaar groter<br />
wordende vraag. Zelf een eigendom verwerven,<br />
blijft voor grote gezinnen vaak de enige oplossing.<br />
In 1991 waren er in het opbouwwerkgebied 34%<br />
eigenaars tegenover 66% huurders. Bij de voorstudie<br />
van het wijkcontract Chrystal - Zwarte<br />
Vijvers bleek dat het aantal inwonende eigenaars<br />
tussen 1980 en 1991 in de betrokken zones verdubbeld<br />
tot verdrievoudigd was. De buurt heeft<br />
aldus een inhaaloperatie doorgevoerd ten aanzien<br />
van het <strong>Brussel</strong>se Gemiddelde (39% eigenaars en<br />
61% huurders). Meer recente cijfers en onze<br />
ervaringen wijzen op een stijgend aantal gezinnen<br />
dat een eigen woning verwierf.<br />
Uit een onderzoek naar de eigenaarverhoudingen<br />
binnen de zone van het wijkcontract St.-Jan-<br />
Baptist-Voorplein en de GOMB-perimeter blijkt<br />
inderdaad dat in 1997 58% van de eigenaars het<br />
eigen huis effectief bewoont. (47% is van buitenlandse<br />
afkomst tegenover 11% eigenaars-bewoners<br />
van Belgische afkomst).<br />
Een huis in Molenbeek kost gemiddeld 87.500€<br />
(ongeveer 3.500.000 Bef.). Gezien het lage gemiddelde<br />
inkomen (zie hoger) is dit niet zo evident.<br />
Ook de kwaliteit van de woningen laat vaak te<br />
wensen over. In 1991 merkten we op dat een groot<br />
deel van het woningbestand – maar liefst 39,1%<br />
tegenover 17,5% voor het <strong>Brussel</strong>s Gewest –<br />
dateert van voor de Eerste Wereldoorlog. Ook was<br />
er een hoge tot zeer hoge concentratie vast te<br />
stellen van woningen met klein en woningen<br />
zonder klein comfort (respectievelijk 39,6% en<br />
35,5% tegenover 18,2% en 15,7% in het <strong>Brussel</strong>s<br />
Gewest). Slechts 67,5% van de woningen beschikte<br />
over een badkamer of stortbad. Deze cijfers moeten<br />
misschien wel wat gerelativeerd worden. In de loop<br />
van de jaren '90 hebben enkele stadsvernieuwingsoperaties<br />
(wijkcontract en Rive-Gauche) niet enkel<br />
voor een toename maar ook voor een kwalitatieve<br />
verbetering van het totale woningaanbod gezorgd.<br />
De laatste jaren echter is de druk op de goedkoopste<br />
woningen dermate groot dat de kwaliteit ervan<br />
onrustbarend gedaald is, terwijl de prijs ervan nog<br />
steeds stijgt. Zoals de demografische gegevens<br />
aantoonden, is en blijft Molenbeek-centrum een<br />
aantrekkingspool voor mensen van buitenlandse<br />
oorsprong, recentelijk vooral politieke en economische<br />
vluchtelingen uit het voormalige Oostblok.<br />
Ook in de huisvestingspermanentie wordt deze<br />
groep talrijker. Betaalbare huisvesting wordt in de<br />
buurt echter alsmaar schaarser, wat de druk op de<br />
huisvestingsmarkt doet toenemen en perverse<br />
effecten met zich meebrengt. Huisjesmelkers<br />
maken misbruik van deze situatie en vragen<br />
woekerprijzen voor kleine kamers die feitelijk<br />
onbewoonbaar zijn. Af en toe slagen ze er zelfs in<br />
matrassen te verhuren. In de statistieken vind je<br />
uiteraard geen cijfers over dergelijke misdrijven.<br />
Kwalitatieve gegevens<br />
Beleidsevoluties inzake stedenbouw<br />
Na de kaalslag door de metrowerken in de jaren<br />
'70 en de daaropvolgende verwaarlozing van het<br />
gebied in de jaren '80, kende het beleid midden<br />
jaren '90 een kentering en werd de herwaardering<br />
en heropleving van de oude stadsbuurten een<br />
politieke prioriteit.<br />
Wijkcontracten<br />
Het beleidsinstrument bij uitstek hiertoe vormden<br />
de wijkcontracten. Wijkcontracten worden afgesloten<br />
tussen een gemeente en het gewest en<br />
hebben als doelstelling een totale herwaardering<br />
van de wijk op gang te brengen met zowel aandacht<br />
voor de openbare ruimte en de huisvesting<br />
als voor de sociale samenhang. Niet enkel de lokale<br />
overheden maar ook het federaal en Europees<br />
niveau interveniëren op wijkniveau met grootstedelijke<br />
programma's (Grootstedenbeleid, Urban,<br />
Doelstelling 2). Aanmoediging tot samenwerking<br />
met de privé-sector is in dit stadsvernieuwingsbeleid<br />
een nieuw gegeven. Binnen de wijkcontracten<br />
kon men totnogtoe geen privé-promotoren<br />
aantrekken. De investeringsdrift schijnt af te nemen<br />
Opbouwwerk <strong>Brussel</strong> 79