TRAIN-NAVIGATION - Fleischmann-HO
TRAIN-NAVIGATION - Fleischmann-HO
TRAIN-NAVIGATION - Fleischmann-HO
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
9 Tips und Trucs<br />
9.1 Uitschakelen en dataopslag<br />
In de loop van het bedrijf slaat de navigatieontvanger verschillende informatie op over het bedrijf:<br />
locadres, categorie, snelheid, vrij/bezet enz. De navigatieontvanger is fabrieksmatig zo ingesteld dat<br />
deze informatie behouden blijft wanneer het bedrijf op de modelbaan wordt uitgeschakeld. Na het<br />
opnieuw inschakelen van de modelbaan is alle opgeslagen informatie over de toestand van de<br />
automatische functies weer beschikbaar. Het bedrijf kan daar verdergaan waar het bij de laatste keer is<br />
gestopt.<br />
Deze functie is uitgeschakeld na het wissen van alle LNCVs behalve het adres worden gewist (LNCV2 =<br />
98). Voor het inschakelen van de functie moet de LNCV15 op de waarde 8 worden geprogrammeerd<br />
LNCV Naam Waarde Omschrijving<br />
15 Module-instelling<br />
0<br />
8<br />
Parameter voor dataopslag<br />
Bij het uitschakelen worden geen instellingen<br />
opgeslagen<br />
De instellingen worden opgeslagen<br />
(fabrieksinstelling)<br />
Let op:<br />
De totaalwaarde van LNCV15 bestaat uit meerdere functieswaardes bijelkaar. De in deze<br />
tabel aangegeven waardes zijn alleen een deel hiervan.<br />
9.2 Trekduwtreinen en multi-tractie<br />
Zoals in hoofdstuk 8.5.5 beschreven neemt de navigatieontvanger door het eerste herkende adres<br />
intern de toestand (blokoptie) bezet aan. Andere voertuigen die over de sensoren rijden hebben dan<br />
daar geen invloed meer op.<br />
Wordt in het geval van een trekduwtrein de stuurstandrijtuig van een navigatieontvanger voorzien van<br />
hetzelfde adres als de locomotief dan blijft de trekduwtrein onafhankelijk van zijn richting altijd op de<br />
juiste plaats voor een rood sein staan. Zodra het adres herkend wordt, wordt een bijbehorende<br />
snelheidopdracht verzonden ongeacht of het adres van de loc of van de stuurstandrijtuig werd<br />
verzonden.<br />
Hetzelfde geldt bij een multi-tractie. Het eerste voertuig identificeert zich met zijn adres. Dit hoeft niet het<br />
zogenaamde hoofdadres van de multi-tractie te zijn. Het systeem herkent dat het hier om een<br />
multi-tractie gaat en zendt de bijbehorende opdracht aan alle in de tractie rijdende voertuigen.<br />
9.3 Prioriteiten bij de verwerking van opdrachten<br />
In de verschillende groepen worden de geprogrammeerde acties na elkaar en opklimmend naar LNCV<br />
nummers afgewerkt. In iedere groep kunnen opdrachten aanwezig zijn die op basis van het herkende<br />
adres, de herkende categorie of in het algemeen voor ieder voertuig oproepbaar zijn. Voor één voertuig<br />
kunnen dus meerdere opdrachten aanwezig zijn.<br />
De verschillende opdrachten hebben de volgende prioriteit:<br />
1. hoogste prioriteit: adresopdrachten (adressen 1-16382)<br />
2. middelste prioriteit: categorieopdrachten (adressen 20001-20004)<br />
3. laagste prioriteit: algemene opdrachten (adres 20000)<br />
Bij het verwerken van een opdrachtgroep in stijgende lijn wordt iedere gevonden en passende opdracht<br />
direct uitgevoerd. Opdrachten met een lagere prioriteit worden echter alleen uitgevoerd zolang er voor<br />
68