11.07.2015 Views

2 mensenkinderen 103

2 mensenkinderen 103

2 mensenkinderen 103

SHOW MORE
SHOW LESS
  • No tags were found...

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Huidige opvattingen van het CITOWat Sluijter en Rosier opmerken, geheel conform de WPO,is niet in overeenstemming met een bijna algemene praktijkin het regulier basisonderwijs, maar ook niet met dewijze waarop het externe toezicht is ingericht. Hoe wordtover dat probleem momenteel bij het CITO gedacht? Ik hebin Arnhem mijn licht opgestoken.Het CITO is voornemens de categorieën A t/m E af te schaffen;bij het onderdeel rekenen en wiskunde is daartoe eeneerste stap gezet. Daarvoor in de plaats komen vijf categorieënvan gelijke omvang(1 t/m 5, ieder 20% van depopulatie) waarbij de definiëringnog slechts aangeeft hoede score zich kwantitatief totgemiddelde vorderingen verhoudten een kwalitatief oordeelniet langer wordt gegeven(in Mensenkinderen van maart1994 is daarvoor gepleit). Deverandering is een grote, maarEen goed LVSgeeft met denodige nauwkeurigheidweerhoe een kindzich ontwikkeltof die van principiële aard is hangt van de scholen af. Zienzij verschillen ten opzichte van gemiddelde vorderingen alseen normaal en in principe acceptabel gegeven? Ook dathet ene kind zich sneller ontwikkelt dan het andere? Bijhet laatste hoort ook dat wordt aanvaard dat het ene kindmeer tijd nodig heeft om iets te beheersen dan het andere.En, nog concreter, dat het ene kind na zeven jaar naar eenvan de vormen van voortgezet onderwijs kan gaan en eenander het andere na acht, negen of zelfs tien jaar. Als kinderenmeer dan acht jaar basisonderwijs nodig hebbenom een basis te leggen voor het met succes volgen vanvoortgezet onderwijs moet dat mogelijk zijn. We hebbenhet niet over ‘zittenblijven’ en ‘klassen overslaan’ maar overonderwijs waarbij een kind steeds verder kan gaan op hetpunt waar het is gebleven, ononderbroken, zoals artikel 8van de WPO dat van scholen vraagt.Is wat Sluijter en Rosier schreven in overeenstemming metde huidige opvattingen binnen het CITO? Dat blijkt inderdaadhet geval te zijn. Het is mogelijk om bij kinderen hunindividuele progressie vast te stellen met behulp van hetCITO-LVS onder de condities die de auteurs daarbij aangeven.Je gaat geen toets afnemen die betrekking heeft opleerstof die nog niet aan de orde is geweest of waarvanduidelijk is dat die nog helemaal niet wordt beheerst. Nogdwazer is het een toets af te nemen op een tijdstip dat detoetskalender aangeeft. Het is net andersom: het aanboden de mate van beheersing bepalen dat moment. Hoe verhoudtdeze werkwijze zich tot het onderbrengen van vorderingenin categorieën, of ze nu A t/m E of 1 t/m 5 heten?Het antwoord van het CITO is verrassend en ondubbelzinnig:die zijn bij het voorgestelde gebruik van het CITO-LVSonbruikbaar. Sluijter en Rosier hebben het over het enigedat bij een goed LVS telt: met de nodige nauwkeurigheidnagaan hoe een kind zich tijdens de basisschoolperiodeontwikkelt.Duidelijkheid gebodenIs een instituut verantwoordelijk voor een onjuist gebruikvan haar materiaal? In principe niet, maar het zou er goedaan hebben gedaan - en niet alleen in een artikel van tweevan zijn medewerkers - daarover veel duidelijker te zijn. Ikga nog wat verder. Het CITO had behoren aan te geven datde wijze waarop haar LVS vaak wordt gebruikt (prestatiesonderbrengen in de categorieën A t/m E) op gespannenvoet staat met de WPO en innovatie in de richting van dedoelstellingen van Weer Samen Naar School bemoeilijkten zelfs verhindert. Op weg naar onderwijs waar men deWPO realiseert kan slechts tijdelijk een daarmee strijdigewijze van evalueren worden geaccepteerd.Het ‘pas toe of toon aan’ van het toezichtskader van deinspectie lijkt scholen meer ruimte te geven voor de wijzewaarop ze hun onderwijs inrichten, in het bijzonder waarhet gaat om de opbrengsten. Dat lijkt maar zo. Een schoolwordt nu (mede) beoordeeld op het niveau van opbrengstendie worden gedefinieerd met behulp van de eerdergenoemde categorieën A t/m E of 1 t/m 5. Van ‘geenopbrengsten’ is sprake als een school zulke gegevensniet kan leveren. In plaats daarvan wordt de kwaliteit vanhet toetsinstrumentarium van de school beoordeeld ende wijze waarop men dat hanteert. Maar ook daarvoormaakt de inspectie gebruik van criteria die met de WPO opgespannen voet staan en onvoldoende ruimte bieden voorzelfevaluatie waarover de Wet op het Onderwijstoezicht zohoog opgeeft.Onnozel of zinvol toetsen?Er vallen nog enkele andere varkentjes te wassen. Wat tedoen als het onderwijsaanbod, dat een school binnen degegeven kaders van de (bijgestelde) kerndoelen in vollevrijheid mag kiezen, niet spoort met de inhoud van watnog steeds ten onrechte ‘methodeonafhankelijke toetsen’wordt genoemd? (toetsen worden afgeleid van de meestgebruikte methoden; de kerndoelen, ook de onlangs herziene,lenen zich daarvoor niet of onvoldoende). Het aanboddan maar wijzigen en aanpassen? Natuurlijk niet, datis het paard achter de wagen spannen en daarmee kiezenvoor een onvoorspelbare koers van de wagen. Nodig is hette zoeken naar toetsen die beter bij het onderwijsaanbodaansluiten of items laten vervallen die betrekking hebbenleerstof die niet of later aan bod komt. Daar komt dan geenToetsen helpenleraren eenkind beterbegeleideneendimensionaal (ken-)getal uit,wel een gedetailleerd beeld vande vorderingen dat kan helpenbij het uitzetten van de te volgenkoers. Zo toetsen is zinvolen spreekt de leraar aan op diensveronderstelde professionaliteit.Inspecteurs en begeleiders die van wanten weten kunnenscholen helpen om een verantwoorde evaluatiepraktijk inte richten die aan alle categorieën kinderen recht doet. Wezijn dan ver verwijderd van tijdrovend en onnozel toetsenwaaraan scholen zich als gevolg van externe druk zo moeilijkweten te onttrekken en waaraan, bijvoorbeeld doorpolitici, desondanks zo veel waarde wordt toegekend.Niet toetsen? Dat is bepaald niet de teneur van dit artikel.Het is een pleidooi voor verantwoord toetsen, met materiaaldat past bij de opvattingen van de school en de uitgangspuntenvan de WPO. Deze manier van toetsen vraagt26MENSENKINDEREN <strong>103</strong>september 2006

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!