12.07.2015 Views

De heer Karel van Bommel inzake scriptie geurhinder. - Provincie ...

De heer Karel van Bommel inzake scriptie geurhinder. - Provincie ...

De heer Karel van Bommel inzake scriptie geurhinder. - Provincie ...

SHOW MORE
SHOW LESS
  • No tags were found...

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

onderzoek niet blijkt dat de hinderbeleving voor de diercategorieën rundvee (vleeskalveren),nertsen en kippen statistisch significant afwijkt <strong>van</strong> die <strong>van</strong> varkens. 120 Maar het rapport voegtdaar nog iets aan toe, namelijk dat “in het algemeen geldt dat de beperkte om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> desteekproeven voor de andere diersoorten dan varkens het niet mogelijk maakt betrouwbareuitspraken te doen over het al of niet optreden <strong>van</strong> verschillen in hinder in vergelijking metvarkens.” 121 Anders gezegd: er is helemaal niets aangetoond. <strong>De</strong> MvT is over dit punt (dus) opzijn minst onvolledig en voor de argeloze lezer misleidend.<strong>De</strong> tabellen A en B onderschatten daarom mogelijk niet alleen de hinder in stedelijkgebied, zoals de Handreiking Wgv aangeeft, maar ook de hinder in het landelijk gebied, metname in een gebied met andere soorten <strong>van</strong> veehouderijen. Hoe meer kippen, mestkalveren ennertsen, hoe groter de kans dat de hindercijfers de plank mis slaan. <strong>De</strong> ‘best guess’ zou dan weleens een ‘wild guess’ kunnen zijn.V-Stacks gaat bovendien uit <strong>van</strong> een gemiddelde ventilatiebehoefte. Dit heeft tot gevolgdat de grootste geurbelastingen, namelijk bij de maximale ventilatiebehoefte (in dezomerperiode) niet worden berekend, terwijl juist dan de hinder het grootst is. <strong>De</strong> percentagesgehinderden zullen in de zomerperiode dus hoger zijn dan met de door V-Stacks gegenereerdegeurbelastingen uit tabellen A en B wordt afgeleid.2.3.6. Criterium art. 8 lid 1 sub b Wgv (geïntegreerde aanpak <strong>van</strong> de verontreiniging).In 4.4.2 <strong>van</strong> de Handreiking Wgv wordt ingegaan op het belang <strong>van</strong> een geïntegreerde aanpak<strong>van</strong> de verontreiniging. 122 Daarbij wordt gesteld dat afwenteling <strong>van</strong> een verontreiniging moetworden voorkomen. Ook mag een verordening er niet toe leiden dat de verontreiniging naar eenander milieucompartiment wordt verplaatst. Als voorbeeld wordt gegeven dat het aanscherpen<strong>van</strong> de norm zou kunnen leiden tot het veelvuldig toepassen <strong>van</strong> luchtwassers, hetgeen eennegatief effect zou kunnen hebben op de milieuaspecten geluid, energie en afvalwater. 123Dit is wel een wat simplistische gedachtegang. Biologische luchtwassers hebbenbijvoorbeeld nauwelijks negatieve effecten. En de échte problemen liggen niet bij geluid,energie en afvalwater, maar juist bij heel andere neveneffecten, zoals de fijn stof problematieken de verspreiding <strong>van</strong> ziektes. 124,125 Bij het aanscherpen <strong>van</strong> de norm nemen die problemenuiteraard niet toe, maar wel bij het versoepelen <strong>van</strong> de norm. Het beleid zou er op gerichtmoeten zijn om intensieve veehouderijen te weren uit nabijheid <strong>van</strong> woonbebouwing. <strong>De</strong>120 Kamerstukken II 2005/06, 30453 nr. 3, pag. 23 (MvT).121 PRA 2001, pag. 97. Zie ook pag. 112.122 <strong>De</strong> tekst is vrijwel letterlijk overgenomen uit de MvT (pag. 12).123 Handreiking Wgv, pag. 35.124 Kirkhorn & Garry 2000.125 RIVM briefrapportnr. 215011002 Volksgezondheidsaspecten <strong>van</strong> veehouderij-megabedrijven inNederland (2008).30

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!