13.07.2015 Views

Mensenwerk Jaarverslag 2012 Reclassering Nederland

Mensenwerk Jaarverslag 2012 Reclassering Nederland

Mensenwerk Jaarverslag 2012 Reclassering Nederland

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Deborah Gerrits (28)reclasseringswerker advies in Deventer


Jur Verbeek (58)stadsmarinier in Rotterdam


Lucia Aktan (29)reclasseringswerker toezichtunit in Almelo


<strong>Mensenwerk</strong><strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><strong>Reclassering</strong><strong>Nederland</strong>


ColofonDit verslag is een maatschappelijke verantwoording.Getracht is de gegevens goed en toegankelijk tepresenteren. Eventuele fouten kunnen niet leiden totenige aansprakelijkheid van <strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong>.ConceptRafel media & TOMIS visuele communicatie, UtrechtInterviews, tekst en eindredactieRafel media, UtrechtFotografieRafel media, UtrechtVormgevingTOMIS visuele communicatie, UtrechtDrukZwaan printmedia, WormerveerBegeleidingAfdeling Media & Communicatie RNUtrecht, mei 2013


InhoudVoorwoord 10Hoofdstuk 1 De werkstraf 12Hoofdstuk 2 ZSM 24Hoofdstuk 3 COSA 36Hoofdstuk 4 Elektronische Controle 48Hoofdstuk 5 Adolscentenstrafrecht 60Hoofdstuk 6 Overvallersaanpak 70Kort 82Verslag Raad van Toezicht 86Balans per 31 december <strong>2012</strong> 91Exploitatierekening <strong>2012</strong> 93Berichten uit de samenleving 959


Sjef van Gennipalgemeen directeur <strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong>


Voorwoord<strong>Reclassering</strong>swerk is mensenwerk. Het is dereclasseringswerker die het uiteindelijk moetdoen. Híj onderhoudt het contact met dedader of verdachte, controleert en begeleidthem. In <strong>2012</strong> zijn we de reclasseringswerkerdaarom nog meer als middelpunt gaan zienvan onze taak: het bijdragen aan een veiligersamenleving.In <strong>2012</strong> zijn we begonnen met het neerzettenvan RN 2.0. Hierin staat de professionalcentraal. Dat betekent dat we als <strong>Reclassering</strong><strong>Nederland</strong> de reclasseringswerker de verantwoordelijkheidgeven over zijn werk. Híj isdegene die over de juiste kennis en expertisebeschikt. Híj speelt een essentiële rol inontwikkelingen die de komende jaren nogbelangrijker zullen worden; in de Veiligheidshuizen,in het slachtofferbeleid, in de adolescenten-en overvallersaanpak, de ZSM-projecten,in de verschillende COSA-cirkels voorzedendaders en in de doorontwikkeling enuitvoering van Elektronische Controle.Dat betekent dat je als management eenandere rol krijgt. Wij moeten onze medewerkerszodanig uitrusten dat ze hun vak kunnenuitoefenen en ervoor zorgen dat ze niet te veellast meer hebben van ingewikkelde protocollenen procedures. Op deze manier moetde reclasseringswerker in bovengenoemdesamenwerkingsverbanden zelfstandig alsambassadeur van de reclassering kunnenopereren.Dat het met die samenwerking wel goed zit,bleek ook in <strong>2012</strong>: de ketensamenwerking wasnog nooit zo sterk. We kunnen onze ketenpartnerssnel en goed vinden en waarderenelkaars werk. Er is een sterke saamhorigheidontstaan in de keten door samen de handenineen te slaan.Eind <strong>2012</strong> werd de reclassering geconfronteerdmet bezuinigingen die de samenwerking inde keten onder druk zetten. Het zou jammerzijn als deze ertoe zouden leiden dat een iederzich weer alleen met zijn eigen taakstellingenbezig zou moeten houden. Ik maak me hieroprecht zorgen over. De afgelopen vijf jaarhebben we veel geïnvesteerd in de kwaliteitvan onze toezichten en in goede adviesproducten.We zijn blij dat we onze inspanningenin <strong>2012</strong> ook konden terugzien in het dalen vande criminaliteits- en recidivecijfers. Ik vreesdat de bezuinigingen op zowel de rechterlijkemacht, het Openbaar Ministerie, het gevangeniswezenen het reclasseringswerk nietzonder gevolgen zullen zijn voor de gemaaktevorderingen op dit gebied.In een samenleving waarin mensen zichsteeds meer bezinnen op hoe je zo snel enslagvaardig mogelijk recht kunt doen, moetje daar als organisatie flexibel en tijdig op inkunnen spelen. Dat doen we door fors te investerenin samenwerkingsverbanden, waardoorwe de laatste jaren een onmisbare nietmeer weg te denken schakel zijn geworden inde keten. Door onze professionals serieus tenemen, zetten we bovendien een toekomstbestendigeorganisatie neer. Laten we er metzijn allen voor waken dat we <strong>Reclassering</strong><strong>Nederland</strong> in de toekomst net zo sterk houdenals dat ze nu is.Sjef van Gennip, algemeen directeur <strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong>11


De werkstraf stond ook in <strong>2012</strong> weervolop in de publieke belangstelling.Daders zouden er makkelijk vanafkomen met een werkstraf en zoudenin de plaats daarvan harder enlanger gestraft moeten worden.<strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong> ziet echter dat werkstraffende kans op terugval in crimineel gedragverkleinen. Werkgestraften verliezen nietzoals bij een gevangenisstraf hun huis en hunbaan, maar kunnen in de maatschappij blijvenfunctioneren. Bovendien biedt de werkstrafeen kans voor de werkgestrafte om iets terugte doen voor de samenleving.Uit onderzoek van de hoogleraar criminologiePaul Nieuwbeerta blijkt dat werkstraffenwerken: daders met een werkstraf recidiverenmaar liefst 47% minder vaak dan kort gestraftegedetineerden.Een werkstraf duurt maximaal 240 uur enkan gedaan worden in groepsverband onderleiding van werkmeesters van <strong>Reclassering</strong><strong>Nederland</strong> of individueel bij een maatschappelijkeorganisatie als een bejaardenhuis, eenziekenhuis of een voetbalclub. Door het heleland zijn er honderden van deze externe projectplaatsenzoals het Flevoparkbad van HenkPlant in Amsterdam die op deze manier hunbijdrage leveren aan de samenleving.Naast het maken van individuele afsprakenmet een veroordeelde, kent de werkstraf vijftienstandaardregels. Kiest de werkgestrafteervoor om deze te overtreden, dan kan<strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong> de werkstraf stopzettenen hem terugsturen naar de rechter diekan besluiten tot een gevangenisstraf.In <strong>2012</strong> is <strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong> nog strengergaan toezien op de start- en doorlooptijdenvan werkstraffen en op de werkwijze vanexterne projectcoördinatoren. Dit doet zeonder meer door geregistreerde onaangekondigdebezoeken af te leggen. Ook ontwikkelde<strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong> een matchingsinstrumentdat werkgestraften koppelt aan eenwerkstrafproject op basis van vijf kenmerken.Dit zorgt voor minder papieren rompslomp eneen hogere kans van slagen van de werkstraf.De evaluatie hiervan loopt nog.12


Hoofdstuk 1 | De werkstraf‘Je moet hier niette laat komen, danzijn ze echt streng’13


10.35 | Flevoparkbad Amsterdam‘Op heel koude dagen sta je hier stil metzo’n hogedrukspuit, dat is niet echt lekker.’Arend, werkgestafte


10.43 | Kantoor Flevoparkbad Amsterdam‘Mijn contactpersoon bij de reclassering komt twee keer in demaand onverwachts langs om te kijken of iedereen er ook wel echt is.’Henk Plant, projectcoördinator17


Henk Plant (55) projectcoördinator werkgestraften in amsterdam‘Ik word soms zo moevan al die mensendie een werkstraf tesoft vinden’‘Door die uitzending van Alberto Stegemanleek het net of projectcoördinatoren helemaalniet controleren op projectplaatsen.Maar daar waren we al jaren mee bezig.De verborgen camera van SBS6 liet zien hoedie projectcoördinator, die dus niet direct indienst is van de reclassering, zich liet betalendoor werkgestraften en vervolgens hun urenaftekende zonder dat ze er iets voor haddengedaan. Wat een mafkees, die was echt nietgoed. Maar we werden er zelf ook op aangekeken. Je weet hoe het gaat. ‘Wat eenzootje daar bij de reclassering’, werd ergezegd. Door één zo’n sukkel.Ik heb vier keer in de week contact met mijncontactpersoon bij de reclassering en dieziet aan mijn administratie precies wie erop welke dag hoe lang komen werken.Als iemand er niet is, komen we meteen inactie, noteren wij zijn afwezigheid en gaanwe bellen. Korte lijntjes hè. Hij komt hierook nog twee keer in de maand onverwachtslangs om te kijken of iedereen er ook welecht is. Mij maakt die extra controle nietuit, ik vind het wel gezellig dat hij er is. Dandrinken we een bakkie. Verder zie ik hemaltijd bij de kennismakingsgesprekken metde werkgestrafte, waar we de afsprakenbevestigen, de overeenkomst tekenen enwe de regels duidelijk maken.Ik word soms zo moe van al die mensendie een werkstraf te soft, te gemakkelijk ofte vrijblijvend vinden. Die uren zijn al eenstraf op zich, die tijd kan de werkgestrafteniet zelf indelen. Arend vond zijn werkstrafachteraf heel leuk om te doen, maar in hetbegin helemaal niet hoor. Hij moest verplichtop gesprek komen bij de reclassering, diebepaalde wat hij ging doen. Hij moest 240 uurvoor niks werken en iedere dag vroeg zijn beduit terwijl hij jarenlang elke ochtend lekker inzijn mandje had kunnen blijven liggen.Aan de andere kant moet je er ook geenstrafkamp van maken. Ga met je mensenom zoals je ook met je eigen mensen omgaat.Als werkgestraften hun werk niet doen of telaat komen, ga ik eerst het gesprek met zeaan. Komen ze meer dan twee keer te laat,dan komt de reclassering in beeld en volgteen laatste kans.Ik doe dit werk om mensen weer op hetgoede pad te krijgen. Ik heb verschillendewerkgestraften die later als vrijwilliger of viahet uitzendbureau weer terugkomen. EenMarokkaanse jongen die hier kwam voor zijnwerkstraf is nu in vaste dienst bij ons. Hijheeft nu net een kindje gekregen. Dat gaathartstikke goed nu.’18


Arend (45) werkgestrafte in Amsterdam‘Ik voelde wat ik gemisthad in een vaste baan’’Ik was als een kat in het nauw. Mijnijzerhandel liep niet meer, ik had geenpapieren dus solliciteren had geen zin en ikhad een berg aan schulden, een achtjarigedochter die van alles nodig had en een kacheldie moest blijven branden, omdat het anderssteenkoud werd in onze woonwagen. Danmaar aan de planten, dacht ik.Ik werd gepakt met 31 kilo wiet en kreeg240 uur werkstraf. Aan de ene kant was datnatuurlijk naadje, maar ik ben er mooi weldoor op het goede pad gekomen. Ik zat nietmeer hele dagen stoned op de bank, maarmoest iedere dag om half zeven mijn bed uit,kreeg weer routine. Nu kom ik thuis van hetwerk en ben ik tevreden dat ik wat gedaanheb met de dag.Niet dat ik niet weet wat werken is. Mijnouders zijn begonnen op de kermis waar hetook voor mij gewoon handen uit de mouwenwas. Vanaf mijn achtste reisden we rondmet het circus. Dat was elke dag anders,een andere plek, een ander publiek. En hardwerken; ‘s ochtends vroeg zette je de tentop en ‘s middags deed ik mijn nummer inde voorstelling. Ik heb clownerie gedaan, ikwas messenwerper, ik ben fakir geweest,heb vuur gespuwd, heb over een spijkerbeden glas gelopen, en assisteerde bij deacrobatennummers.Dit was voor mijn geen straf, ik voelde watik gemist had in een vaste baan. Alleen opheel koude dagen, als we het zwembad hiermoesten schoonmaken, dan sta je stil met zo’nhogedrukspuit, dat was niet echt lekker. Hetmag ook best als straf aanvoelen, maar hetmoet wel stimulerend werk zijn, anders maakje mensen alleen maar kwaad. Dan zeggen ze‘schijt met die maatschappij’ en dan gaan zeweer stelen. Je helpt mensen niet door ze tevernederen, maar door ze te laten zien dat zeiets verkeerds hebben gedaan. Je moet er weliets van leren.Een goede sfeer is belangrijker dan streng zijn.Henk is bijna altijd vrolijk, zegt altijd hallo,maakt grapjes en komt even met je praten alser problemen zijn. Niet dat ze hier niet strengzijn. Voor jongens die niet willen, zijn ze altijdstreng. Er was er een die steeds belde dat hijvandaag niet kwam. Nou, dat was Henk duszat. Je moet hier ook niet te laat komen, dan ishij echt streng. Boos dat hij kan worden! Danbegint hij te schreeuwen en zo, maar het duurtnooit lang. Hij maakt al snel weer een grap.Ik heb mijn laatste dag erop zitten en kommorgen terug als vrijwilliger. Ik wil niet dat desociale dienst mij straks in een traject zet waarik pennetjes in elkaar moet zetten en ik hebhet heel erg naar mijn zin gehad hier. Henk isgewoon een hele goede man en zijn collega’szijn hele goeie gozers.’21


Flevoparkbad Amsterdam‘Die uren zijn al een straf op zich, die tijdkan de werkgestrafte niet zelf indelen.’Henk Plant, projectcoördinator


Is het voor een dader al lastig omlang te moeten wachten op eenvonnis, voor het slachtoffer ende samenleving is het des tefrustrerender. ZSM is het antwoordop die frustratie en is ontworpenom slachtoffers, daders en desamenleving zo snel mogelijkduidelijkheid te kunnen geven.In de ZSM-aanpak werken <strong>Reclassering</strong><strong>Nederland</strong>, Openbaar Ministerie, politie,Stichting Verslavingsreclassering GGZ, hetLeger des Heils Jeugdzorg & <strong>Reclassering</strong>,Slachtofferhulp <strong>Nederland</strong> en de Raadvoor de Kinderbescherming samen opeen Snelle, Slimme, Selectieve, Simpeleen Samenlevingsgerichte manier omeenvoudige strafzaken zoals vernielingen winkeldiefstal sneller af te doen. In depraktijk betekent ZSM dat er meteen bij hetbinnenkomen van een zaak, afstemmingplaatsvindt met <strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong>,het Openbaar Ministerie, de politie enSlachtofferhulp (bij een minderjarigeverdachte ook met de Raad voor deKinderbescherming).Dit doen de verschillende organisaties in eenzogenaamde ZSM-ruimte, die bijvoorbeeldis ingericht in een politiebureau. Op eenzogenaamd digiboard dat in veel ZSMruimteshangt, komen alle aangemeldeverdachten van die dag of afgelopen nachtbinnen. Het digibord hangt centraal inde ruimte zodat alle organisaties kunnenzien hoeveel zaken er nog behandeldmoeten worden en binnen welke tijd.Voor de eenvoudige zaken is dit zesuur, de complexere gevallen worden inverzekering gesteld zodat meer tijd isom beter naar de zaak te kijken. De driereclasseringsorganisaties, de officier vanjustitie en de politie hebben twee keerper dag een afstemmingsoverleg, waarinnogmaals met elkaar wordt beoordeeldwelke zaken zijn afgehandeld en welkenog actie behoeven.Doordat alle organisaties op één plekzitten, kunnen verdachten sneller wordenveroordeeld, zijn de lijntjes korter en wordter efficiënter en minder bureaucratischgewerkt. Het doel is om hierin dezorgvuldigheid en de persoonlijke aanpakovereind te houden. In <strong>2012</strong> vondenverschillende pilots plaats rondom deZSM-aanpak, waarvan één in Deventer,regio Oost. In 2013 wordt de ZSM-aanpaklandelijk uitgerold.24


hoofdstuk 2 | ZSM‘We kunnen watklein is kleinhouden en watgroot is, aandachtgeven’25


ZSM-ruimte met digibord in politiebureau Deventer‘Ik merk dat de samenwerkingbinnen ZSM aan het verbeteren is.’Deborah Gerrits, reclasseringswerker27


politiebureau Deventer‘<strong>Reclassering</strong>swerkers gaan tussendoor ook nogtelehoren, iets waar ik heel enthousiast van word.’Marjoleine ten Velde, coördinerend ZSM-officier29


Deborah Gerrits (28) reclasseringswerker advies in deventer‘Je ziet direct dat je eriemand ook echt meehelpt’‘Ik had laatst een huiselijk geweld zaakwaarbij een man zijn vrouw een klap hadgegeven. Een zaak om snel op in te grijpenvoordat het nog meer uit de hand zou lopen.Ik sprak de verdachte man via telehoren enhij gaf aan dat hij zich had laten gaan endat hij iets aan zijn agressie wilde doen. Ikadviseerde de officier van justitie vervolgensom de man een BORG-training te laten volgen,een training die gaat over het beëindigen vanrelationeel geweld, en reclasseringstoezicht.De officier van justitie volgde mijn advies open liet de man nog diezelfde avond gaan meteen voorwaardelijk sepot, een training entoezicht. Die man kon dus dezelfde week nogzijn eerste gesprek hebben. Dat zijn de leukstezaken; dan zie je direct dat je er iemand ookecht mee helpt. Dat soort zaken moet ooksnel. Je kan niet zeggen tegen die man:‘Ga maar weer naar huis en wacht maarop een zitting’, want thuis zit zijn vrouw.Ik merk dat de samenwerking binnen ZSMaan het verbeteren is. Nu zie je dat officierenvan justitie ook gaan denken: de reclasseringkan ons echt wat bieden. Ze komen nuaan mijn bureau staan in plaats van dat ikiedere keer naar hun toe moet, een positieveontwikkeling.In het begin was het heel erg wennen en raarom hier te zitten. Het systeem was nieuwen ik kende de mensen niet. We hadden ookgeen tijd om elkaar te leren kennen, omdat wehet allemaal veel te druk hebben. Voor ZSMbesloot het OM al over veel zaken zonder datwij erbij betrokken waren. Nu zien we alles. Inhet begin aten we ook niet samen, maar altijdachter onze computer, snel snel. Nu eten we‘s avonds vaker samen in de kantine.Ik durf mensen nu ook makkelijker aan tespreken omdat ik ze ken. Ik weet nu echt watik aan mijn ketenpartners heb. Met de politiekan ik snel achterhalen wat de verdenkingis, met het OM kan ik in discussie over deafdoening en Slachtofferhulp is handigals je in een huiselijk geweld zaak ook hetslachtoffer wilt horen. Het is jammer dat bijonszelf en onze ketenpartners processen vaaknog heel langzaam gaan waardoor zakendie wij snel hebben afgehandeld daar weerstagneren.Ik moet mezelf best vaak verdedigentegenover collega’s die niet geloven in ZSM.‘Het is te rommelig, het gaat te snel, het werktnog niet’, zeggen ze dan. Dat klopt, zeg ik dan,het is ook druk en ik zou best een dubbelebezetting willen en ja, we staan nog in dekinderschoenen, maar we doen hartstikke onsbest en het gaat al heel goed. Een half jaargeleden wisten we nog helemaal niets en nustaan we hier en zien we dat het werkt.’30


Marjoleine ten Velde (51) coördinerend ZSM-officier in Deventer‘ZSM is een enormecultuurverandering’‘ZSM is een enorme cultuurverandering. Eenverandering in de manier waarop we naar onsvak en naar de hele keten kijken. Vroeger hadeen officier van justitie nooit gewacht op eenketenpartner en nu wil hij juist dat die ketenpartnerwat doet.Dat is meteen ook waar iedereen tegenaanloopt, want iedereen moet dus dezelfde maniervolgen om het te laten slagen. Iedereenmoet veranderen. De zwakste schakel bepaalthierin het succes; als er ergens iets niet goedgaat, moet iedereen wachten. Als de politieeen werkmap instuurt over een koperdiefstaldie onvolledig is, dan moet de officier van justitiehem terugsturen. Het maakt iedereen indeze zaak uit of het een gestolen leiding wasbij de pooier op de hoek of dat er gevaar wasvoor een treinontsporing.Was het een regenpijp, dan wordt de reclasseringwaarschijnlijk helemaal niet ingeseind.Als er een trein is ontspoord, dan willen wealles weten van die persoon. Als die werkmapeerst terug moet naar de politie om uit te zoekenwat er nu allemaal echt is gebeurd, kostdat uren om al die vragen te laten beantwoorden.Uren die wij niet hebben, omdat we allesdiezelfde dag nog willen afhandelen.Ik merk dat reclasseringsmedewerkers hetsoms nog moeilijk vinden om naar ons toe tekomen. Dat komt ook door de status van deofficier van justitie. Dat is toch de regisseur,hij beslist. Maar ik vind het geweldig zoals dereclassering het doet. Er zijn er die sturen metgemak veertig huisbezoeken door op een dagen gaan tussendoor ook nog telehoren, ietswat we nog te weinig doen. Dat zijn dingenwaar ik heel enthousiast van wordt. Als iederepartner op zo’n manier aansluit, worden wenog effectiever.De zaken die goed gaan, geven me ook echtvoldoening. Dan kun je huiselijk geweld ineen gezin doorbreken zonder dat iemand eenstrafblad krijgt en de zware gevallen meteenop het juiste strafrechtelijke spoor zetten.Zo was er laatst een man wiens autospiegeleraf was getrapt. Die was zijn vertrouwen inde maatschappij totaal verloren, er deugdeniets meer. De dag erop hebben we de zeventienjarigedader bij hem langs gestuurd. Dielegde de man uit dat het was gebeurd in eenroes van dronkenschap en boosheid om hetzakken voor zijn tentamen en zijn vriendinnetjedie het uit had gemaakt. Er volgdenexcuses en een schadevergoeding. Voor dieman was de wereld ineens veiliger, omdat hijniet meer door criminelen was belaagd, maardoor een jongen die even de weg kwijt was.Ik hoop dat we in de nabije toekomst allerangen en standen verliezen. Dat we watklein is klein kunnen houden en wat grootis, aandacht kunnen geven. En dat het levenvan de man wiens autospiegel eraf is getrapt,weer normaal wordt en hij niet pas na vijftienmaanden hoort wat er eigenlijk aan de handwas. Dát is ZSM.’33


ZSM-ruimte met digibord in politiebureau Deventer‘De zaken die goed gaan, geven me ook echt voldoening’Marjoleine ten Velde, coördinerend ZSM-officier34


Zedendelinquenten blijken in veelgevallen goed geholpen te kunnenworden om recidive te voorkomen.Een methode die uit Canada enEngeland is over komen waaien eninmiddels ook in <strong>Nederland</strong> goederesultaten oplevert is COSA: Cirkelsvoor Ondersteuning, Samenwerkingen Aanspreekbaarheid.COSA is bedoeld om daders van zedenmisdrijvente laten terugkeren in de maatschappijen niet meer in de fout te laten gaan. Naastde reclasseringswerker die toezicht houdt,begeleiden drie tot vijf vrijwilligers onderde leiding van een circelcoördinator van<strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong> de zedendelinquent.Zij zijn er enerzijds voor de sociale ondersteuning(die zedendelinquenten vaak niethebben), anderzijds om te signaleren en temonitoren. Zo is er meer controle en is erminder risico op delicten.Bijzonder aan COSA is de persoonlijke aanpakvan de betrokken vrijwilligers en de goedesamenwerking met bijvoorbeeld zorginstellingen.De cirkelcoördinator fungeert alsscharnier tussen de binnencirkel van vrijwilligersen de zedendader en professionals inde buitencirkel zoals de wijkagent, debehandelaar en de toezichthouder van<strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong>.Sinds de start van het project in 2009 zijn34 cirkels van start gegaan. In 33 gevallen isCOSA succesvol gebleken. Eén zedendaderis gerecidiveerd; hij zat pas kort in een cirkeltoen hij kinderporno downloadde. Vanwegede goede resultaten en de toenemende vraagzijn in alle regio’s van <strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong>in <strong>2012</strong> COSA-cirkels gestart.Sinds 2011 loopt er een onderzoek naar dewerking van COSA. Zeventien cirkels zijn hiergedurende één jaar nauwlettend gevolgd.Daarnaast loopt er een onderzoek naar deimpact die COSA heeft op de vrijwilliger.De resultaten van beide onderzoeken wordenin 2013 verwacht.36


hoofdstuk 3 | COSA‘Van het contacttussen ons kan hijleren hoe anderemensen met elkaaromgaan’37


19.10 | Veiligheidshuis‘Naast de functie van sociaal vangnet,letten wij als cirkel op of hij niet weerde fout in gaat.’Katja, COSA-vrijwilliger38


Katja (44) COSA-vrijwilliger‘Vertoont hij vreemdgedrag, dan lichten wijde cirkelcoördinator in’‘De eerste keer dat we bij elkaar kwamen,vond Frank volgens mij afschuwelijk. Hij zatheel gespannen op een stoel terwijl hij eenspervuur aan vragen op hem afkreeg. Wijwilden hem natuurlijk leren kennen en allesvan hem weten: ‘En wat heb je gedaan enwaarom en wat deed je toen en toen?’ Onzecirkelcoördinator van <strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong>gaf toen tips hoe je meer uit iemand kanhalen, zonder hem te bedelven onder devragen. Meteen vanaf het begin werden wegoed ondersteund bij COSA: we kunnen altijdeen beroep op de cirkelcoördinator doen enkrijgen opbouwende feedback en complimententerug.Toen we elkaar wat beter kenden, konden weonze functie van sociaal vangnet ook betervervullen. De sfeer werd ontspannen, de gespreksonderwerpengingen ook over dagelijksedingen en we spraken na een aantal keerook bij hem thuis af. Een andere functie diewij als cirkel hebben is opletten dat hij nietweer de fout in gaat. Mochten wij signalenopvangen dat hij weer zou vereenzamen, zijnsnookeravonden overslaat of vreemd gedragvertoont, dan lichten wij de cirkelcoördinatorin die op haar beurt contact opneemt met dewijkagent of de desbetreffende behandelaar.Voor zover we dat kunnen, controleren wealtijd of er een webcam in huis is.Iedereen heeft zijn eigen rol binnen decirkel. Er zit een man tussen die rake vragenstelt over Frank zijn seksleven, omgang metkinderen en zijn computergedrag, een ouderiemand die een beetje de moederrol heeften ik zit er een beetje tussenin. Het is ookleuk als de wisselwerking goed is; wij zijnnamelijk ook een beetje zijn rolmodellenals het gaat om interactie tussen mensen.Van het contact tussen ons kan hij leren hoeandere mensen met elkaar omgaan en hoehij dat zou kunnen aanpakken. Het is fijn datje met zijn drieën bent; je hebt niet altijd dewaarheid in pacht.Ik geloof oprecht dat zijn isolement zijngrootste probleem is geweest. Daarom benik blij om te zien dat het goed gaat met hemen zijn vrouw. Hij heeft zijn kansen gegrepenen doet er wat voor. Ik snap de onderbuikgevoelensnatuurlijk wel van mensen -wanthet zal maar om jouw kind gaan-, maar ikdenk dat het niet de oplossing is om ermeeom te gaan. Als Frank de rest van zijn levengebrandmerkt rond moet lopen, raakt hijsneller weer eenzaam en is het risico groterdat hij de fout weer ingaat.Dat hij misschien vader wordt, is geen redenom hem extra in de gaten te houden. Datklinkt misschien gek, maar ik heb er allevertrouwen in dat het goed blijft gaan, ookomdat hij zo open is naar zijn omgeving.Natuurlijk blijven we wel contact met hemhouden.’40


FRANK (41) zedendelinquent‘Bij COSA leerde ik omop een andere maniercontact te zoeken’‘Ik liep tegen de lamp toen de moeder vanhet meisje met wie ik contact had, aangiftedeed. Ze had videobeelden gevonden op decomputer van haar elfjarige dochter. Tijdensde chats die ik met haar dochter had, namenwe ook wel eens wat op. En ja, daar ging nogwel eens wat uit en werden seksuele handelingenverricht. Ja, stom. In het begin hadik vooral het gevoel: verdomme, ben ik tochgepakt. Achteraf zeg ik: het is goed geweestdat het is uitgekomen. Daarna is het betermet me gegaan.Ik zat op dat moment al jaren in een isolement.Alleen thuis, met de gordijnen en delamellen dicht, geen vrienden, geen werk.Ik was eigenlijk al sinds de basisschool alleen.Ik heb hemofilie A, een bloedstollingsprobleem;als ik mezelf stoot, dan blijft hetbloeden. Dus moest ik altijd heel voorzichtigzijn, ook op school. Dat hielp niet mee in hetmaken van vriendjes en ik werd al snel hetbuitenbeentje. De makkelijkste weg naarcontact was toen de computer via chatrooms.Het is pas echt verkeerd gegaan toen ik inde dertig was, toen ik seksueel contact zochtmet jonge meisjes. Tussen de twaalf en deachttien jaar, daar keek ik het meeste naar.Toen ik eenmaal veroordeeld was, voelde ikopluchting. Ik wist waar ik aan toe was. Ikkreeg vier jaar voorwaardelijk plus toezicht,240 uur werkstraf zodat ik een dagbestedinghad, gedragstrainingen en verschillende therapiegroepenwaar ik verplicht was aan meete doen. COSA was op vrijwillige basis. Hetsprak me aan, omdat het meer een kennissenkringwas. Ik heb het gevoel dat ik er echtcontact heb.De vrijwilligers van COSA letten ook op mijnrisicosignalen -gespannenheid, het huisniet meer uitgaan-, maar het gaat meestalgewoon over werk, school en wat ik dezeweek gedaan heb. Een enkele keer gaan weuit eten, snookeren of een drankje drinkenop het terras. In het begin schaamde ik mevoor de fout die ik gemaakt had. Nu heb ikhet zelfs aan mensen van mijn carnavalsverenigingen de snookercompetitie verteld endie zijn me langzaam gaan accepteren zoalsik ben. Mijn fout is natuurlijk niet goed tepraten, maar er zat bij mij wel iets achter.Eenzaamheid. Contact zoeken was de eersteintentie. Dat heb ik nu op een andere maniergeleerd via COSA. Ik heb het bij hun eenbeetje afgekeken zeg maar.Mijn vrouw die ik na mijn veroordelingvia mijn werk heb leren kennen, weet hethele verhaal, maar zij vindt dat ik het nuachter me moet laten. Gebeurd is gebeurd.We hopen in de nabije toekomst papa enmama te worden. Ik ben niet bang dat ik danterugval: op dit moment voel ik me helemaalniet meer aangetrokken tot jonge meisjes.Ik verwacht als ouder ook niet anders terugte kijken op wat ik gedaan heb. Het is geengoed hoofdstuk geweest, maar ik heb er eenpunt achter gezet en nu ga ik verder.’43


19.00 | Veiligheidshuis‘Achteraf zeg ik: het is goedgeweest dat het is uitgekomen.’Frank, zedendelinquent44


18.30 | stadspark‘De vrijwilligers van COSA letten op mijnrisicosignalen, maar het gaat meestal gewoon overwerk, school en wat ik deze week gedaan heb.’Frank, zedendelinquent


Een enkelband wordt in de publiekeopinie nog wel eens afgedaan alseen onzinnige, lichte straf. Legt derechter Elektronische Controle (EC)op, dan houdt dit niet alleen hetaansluiten van een enkelband in.Bij EC staat het reclasseringstoezichtcentraal en is de enkelbandondersteunend. Zeker voor lichtevergrijpen kan EC uitkomst biedenwat betreft de veiligheid van hetslachtoffer en de maatschappij.Krijg je als veroordeelde EC opgelegd, danzijn er twee opties. EC bestaat uit een enkelbanddie is ingesteld op een locatieverbodmet GPS-technologie of een locatiegebod,waarbij een enkelband wordt aangeslotendie werkt op radiogolven. Bij een locatieverbodmag een dader niet op bepaalde plekkenkomen, bijvoorbeeld niet in uitgaansgelegenhedenwaar hij door het lint is gegaan of bijzijn slachtoffer in de buurt. Bij een locatiegebodis een veroordeelde verplicht om opgezette tijden in zijn huis te blijven. Vantevoren kijkt <strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong> of hethuis geschikt is voor EC; of er een gas-, water-en lichtaansluiting is en of er geen schuldenop het adres staan. EC wordt altijd opgelegdmet reclasseringstoezicht.Zowel het locatiegebod als het -verbod biedende veroordeelde structuur en beide beschermende slachtoffers. Voor allebei geldteen strenge controle waarbij <strong>Reclassering</strong><strong>Nederland</strong> in het geval van een locatieverbodook samenwerkt met de politie die de veroordeeldesamen met de reclasseringswerkerin de gaten houdt. Houden veroordeeldenzich niet aan de afspraak, dan moeten zij hungevangenisstraf alsnog uitzitten.In Den Haag, Zwolle en Zutphen zijn in <strong>2012</strong>testpilots gestart rondom het ‘Digitaal LoketElektronische Controle’, een portal die bedoeldis voor rechters, officieren van justitieen medewerkers van het Openbaar Ministerie.Zij kunnen via deze portal op een makkelijkeen snelle manier een opdracht gevenom de mogelijkheden te laten onderzoekenvoor EC en op basis daarvan een haalbaarheidsonderzoekbij <strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong>aanvragen. Door de portal zijn ketenpartnersals het Openbaar Ministerie en de rechterlijkemacht nauwer betrokken en kan <strong>Reclassering</strong><strong>Nederland</strong> een beter advies geven over dehaalbaarheid van de inzet van EC.48


hoofdstuk 4 | Elektronische Controle‘Een enkelband isgeen licht middel;je moet er de heledag rekening meehouden’49


10.55 | kantoor <strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong> Den Haag‘Ouders vragen vaak of hun zoon nietwat langer aan de enkelband kan,want ze vinden het wel prettig in huis.’Michiel Cozijn, reclasseringswerker51


10.23 | kantoor <strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong> Den Haag‘EC biedt niet alleen controle, maar ook structuur’Michiel Cozijn, reclasseringswerker53


Michiel Cozijn (37) reclasseringswerker in Den Haag‘Zonder toezicht endagbesteding is ECniet effectief’‘Souffyan sloot ik begin <strong>2012</strong> aan op de enkelband.Ik had hem overgenomen van de jeugdreclassering:hij was zeventien en had eenpaar woninginbraken in de buurt gepleegd.Hij hoorde bij een groep probleemjongeren inGouda die deel uitmaakte van de harde kernaanpak,een intensief begeleidingstraject voorjongeren met een structureel delictgedrag.Zijn reclasseringstoezicht bestond uit begeleidingen controle in de vorm van een enkelbandmet een locatiegebod. Dat betekendedat hij verplicht was om bepaalde tijden inhet rijtjeshuis te blijven waar hij woonde metzijn vader en twee broertjes. Overdag mochthij naar buiten, maar van 21 uur ‘s avonds tot9 uur ‘s ochtends moest hij thuis zijn. Was hijdat niet, dan zouden wij een alarmmeldingbinnenkrijgen en zou hij hier de consequentiesvan moeten dragen.Souffyan zat drie maanden aan de enkelbanden vond het erg zwaar. Hij voelde zich gecontroleerden vond dat hij weinig vrijheid had.Hij vond het vervelend om altijd de tijd in degaten te moeten houden als hij buiten was.Het bleek voor hem wel een goede stok achterde deur. Hij hervatte zijn MBO-opleiding sociaalcultureel werk en werkte overdag in eenMarokkaanse bakkerij. Hij veroorzaakte geenoverlast meer en is na zijn straf met jongerenin wijkcentra gaan werken waar hij sportactiviteitenvoor ze organiseert.EC biedt niet alleen controle, maar ookstructuur. Mensen krijgen weer een normaaldag- en nachtritme en worden door hetreclasseringstoezicht, verplicht om ook ietsaan hun dagbesteding te doen en om zichiedere week bij ons te melden. Bovendienkunnen wij bij een enkelband met locatiegebodmet toezicht controleren of iemandop zijn werk of behandeling verschijnt. Bijeen locatieverbod kunnen we er voor zorgendat de veroordeelde niet bij het slachtofferin de buurt komt. Dat kan in de gevangenisnatuurlijk ook, maar daar kunnen mensen nietblijven werken of naar school gaan, kunnen zeniet sparen of iets van hun leven maken. Deplannen van staatssecretaris Fred Teeven voorElektronische Detentie, werken volgens onsalleen als er een toezicht, dagbesteding eneventuele gedragsinterventies aan vast zitten.Anders is het niet effectief.In het geval van Souffyan scheelde het ookdat zijn vader heel streng was. Die had zoietsvan: ‘Dit is je laatste kans. Je gaat nu je levenop poten zetten of ik hoef je niet meer te zien.’EC gaf zijn vader rust en de zekerheid dat zijnzoon ‘s avonds niet meer tot laat op straatrondhing. Dat hoor je wel vaker van ouders:‘Kan hij niet wat langer aan de enkelband,want wij vinden het wel prettig in huis.’Daarom zijn we ook zo blij met het DigitaalLoket Elektronische Controle. Rechters enofficieren van justitie kunnen via deze portalmakkelijker en sneller een onderzoek naarmogelijkheden van elektronische controletijdens het toezicht aanvragen. Dat dedenze wat ons betreft nog te weinig. Vreemdeigenlijk, omdat het de kans op terugval juistverkleint.’54


Jonneke Oosting (53) rechter in Utrecht en Lelystad‘Een enkelband komtop goed plannen neer:voor onze verdachteingewikkeld’‘Wij zijn het als rechters niet altijd met hetEC-advies van de reclassering eens. Ik vindhet zelf wel eens eng als het gaat om jongensmet agressieproblemen. Wanneer je die eenenkelband geeft, sluit je ze in feite thuis op,maar daar zijn ze vaak niet alleen. Als het daardan uit de hand loopt, is het voor gezinsledeneen hele drempel om hulpverleners, de politieof de reclassering te bellen, want dan wordthij weer opgesloten en dat willen ze niet. Metminderjarigen ben ik ook wat huiveriger omEC op te leggen. Je ziet dat ouders er te veel opgaan vertrouwen in plaats van dat ze zelf weerhet gezag hebben over hun kind.Ik heb me ook wel eens laten overhalen omtoch een enkelband op te leggen. Bij Jozef, dieals minderjarige al een behoorlijke carrièreachter de rug had, adviseerde de reclasseringnaast een Intensieve trajectbegeleiding ookEC. Ik twijfelde, omdat hij niet naar schoolging en zijn ouders niet heel stabiel waren.Ik heb me over laten halen door het feit datzijn ouders toch van goede wil waren en hijiedere dag naar een werkstrafproject zougaan. Het werkte en zijn ouders vonden hetfantastisch. Ik heb Jozef daarna nooit meergezien in de rechtbank.Een enkelband zie ik als een hulpmiddel.We gebruiken het om recidive tegen te gaan,we kunnen beter controleren waar iemand isen we kunnen weer structuur aanbrengen iniemands leven. We leggen het ook altijd op incombinatie met allerlei andere dingen. In eenkale enkelband geloof ik niet.Een Digitaal Loket Elektronisch Controle zouop plekken waar het nog weinig wordt opgelegdwellicht goed kunnen werken. In Utrechtervaar ik geen drempels tussen reclasseringen de rechtbank en zijn de contacten erg goed.In Lelystad, de andere stad waar ik werk, is ECnog wat onbekender. Wellicht zou een loketdaar kunnen helpen.Vorig jaar heb ik zelf zes dagen met eenGPS-enkelband rondgelopen om te ervarenhoe het voelde. Ik had een locatieverbod in hetwinkelcentrum waar ik altijd mijn boodschappendoe en mocht doordeweeks pas vanaf8 uur ‘s ochtends de deur uit en moest om22 uur thuis zijn. Het kwam vooral op goedplannen neer. Ik moest goed kunnen overzienwat ik allemaal in een week wilde doen, waaren wanneer ik boodschappen ging doen,hoe lang en hoe laat ik naar de sportschoolwilde. Spontaan afspreken met iemand werdlastig. Voor onze verdachten -met een mindergestructureerd leven doorgaans wat mindergoed in plannen- nog best ingewikkeld dus.Ik ben na deze periode nog beter gaan kijkenbij verdachten of een EC wel haalbaar is. Zo’nenkelband is geen licht middel. Ik moest er dehele dag rekening mee houden, voelde hemde hele week echt zitten. Je kan hem niet zosnel vergeten.’57


meldkamer amsterdam‘We gebruiken EC om recidive tegen te gaanen we kunnen beter controleren waar iemand is.’Jonneke Oosting, rechter59


Een derde van de cliënten van<strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong> is onderde 23 jaar. Extra aandacht voordeze groep is belangrijk. Met detwee pilots die in <strong>2012</strong> gestart zijnrondom adolescentenstrafrecht,levert <strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong> meermaatwerk en kunnen rechterssneller een betere beslissing nemenwaardoor jongeren minder snelrecidiveren.In het kader van het Wetsvoorstel Adolescentenstrafrechtkreeg <strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong>als kartrekker van de drie reclasseringsorganisatiesop dit onderwerp in 2011 van staatssecretarisFred Teeven van Veiligheid en Justitiedrie opdrachten. De staatssecretaris vroeg<strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong> een methodiek teontwikkelen voor adolescenten tot 23 jaar omhier vervolgens in de tweede opdracht samenmet verschillende ketenpartners mee aan deslag te gaan in het advies aan de rechter.De derde opdracht bestond uit het generenvan extra aandacht aan de dagbestedingvan adolescenten, in de vorm van arbeid enscholing.<strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong> en de Jeugdreclasseringbesteedden de eerste opdracht uit aanbureau Van Montfoort, een onderzoeksbureaudat in november <strong>2012</strong> de methodischehandreiking ‘Reclasseren met adolescentenen jongvolwassenen’ uitbracht. De handreikingis gebaseerd op het handboek jeugdreclasseringen het handboek van de drie reclasseringsorganisaties<strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong>,het Leger des Heils Jeugdzorg & <strong>Reclassering</strong>en de Stichting Verslavingsreclassering GGZ.De criteria die hierin genoemd worden, houdenrekening met de ontwikkelingsfase ende persoonlijke situatie waarin adolescentenzich bevinden. Ze helpen de drie reclasseringsorganisatiesen het Openbaar Ministerieom tot een goed onderbouwde adviseringaan de rechter te komen. Die kan op dezemanier een betere beslissing nemen over detoepassing van jeugd- of volwassenstrafrechten de toewijzing van de veroordeelde aan dejeugd- of de volwassenreclassering. Het wasoverigens al eerder mogelijk om jongeren totachttien jaar volgens het volwassenstrafrechtte veroordelen en die tot 21 jaar volgens hetjeugdstrafrecht, maar het gebeurde vrijwelniet.Zowel in Groningen als in Almelo ging in <strong>2012</strong>een pilot adolescentenstrafrecht van start. Debetrokken organisaties waren naast <strong>Reclassering</strong><strong>Nederland</strong> ook de Stichting VerslavingsreclasseringGGZ, het Leger des Heils Jeugdzorg& <strong>Reclassering</strong>, de Jeugdreclassering,Bureau Jeugdzorg, de William Schrikkergroep,het <strong>Nederland</strong>s Instituut voor ForensischePsychiatrie en Psychologie, de Raad voor deKinderbescherming, het Openbaar Ministerie,de politie en het ministerie van Veiligheid enJustitie. Samen zaten zij een half jaar langin zogenaamde casusoverleggen waarin gezamenlijkalle aangehouden adolescenten in deregio besproken werden. Per casus bekeken zijaan de hand van de criteria van bureau VanMontfoort of de verdachte beter volgens hetvolwassen- of jeugdstrafrecht veroordeeldkon worden. Een evaluatie is in de maak.60


hoofdstuk 5 | AdolescentenStrafrecht‘Omdat ze nogeen hele toekomstvoor zich hebben,blijft mijn inzetiedere keer demoeite waard’61


RECHTBANK ALMELO‘Ik ben zelf vroeger ook wel eens opgepaktvoor winkeldiefstal met mijn hele klas,dus ik weet een beetje hoe het is.’Carlo Dronkers, coördinerend jeugdofficier van justitie62


Carlo Dronkers (52) coördinerend jeugdofficier van justitie in Almelo‘De rechter is nu beterin staat maatwerkte leveren’‘Laatst had ik een jongen van negentien voorme die een oud vrouwtje op straat van haartas had beroofd. Hartstikke intimiderendnatuurlijk en een laffe daad; ze was er verschrikkelijkvan geschrokken. Toch vond ik nietdat hij naar een gevangenis voor volwassenenmoest en adviseerde ik de rechter om hemvolgens het jeugdstrafrecht te veroordelen.Ik heb die mevrouw toen uitgenodigd opzitting om mijn keuze toe te lichten en hetverhaal van die jongen te horen.Ze kwam en had begrip voor mijn keus en zijnsituatie; hij bleek ten tijde van het delict hethuis uitgeschopt te zijn en al dagen in een vervallenboerderij te zitten zonder eten. Hij wasineens geen enge tasjesdief meer, maar hadhaar eigen kleinzoon kunnen zijn. De rechtervolgde mijn advies en legde de jongen eendeels voorwaardelijke gevangenisstraf op metdaaraan gekoppeld een intensief begeleidingstraject.Als deze jongen volgens het volwassenstrafrechtwas veroordeeld, had hij voor achttienmaanden of meer de bak in kunnen gaan.Sommigen zullen nu natuurlijk zeggen dat hijdat zelf gewild heeft en daar dus ook de verantwoordelijkheidvoor moet dragen. Voor eendeel onderschrijf ik dat ook, maar het is nogalkortzichtig, omdat hij na anderhalf jaar weerop straat zou staan met nog steeds niks.De rechter heeft deze jongen veroordeeldvolgens het jeugdstrafrecht, omdat hij eenzodanig ontwikkelingsniveau had dat hij zijndaden niet kon overzien. Bij zo iemand kanje dan veel beter investeren in scholing entraining, dan hem opsluiten. In de gevangenisgaat de deur op slot en wordt er niks gedaanaan resocialisatie.Ik vind dat de buitenwereld zich te weinig realiseertdat als je dit soort mensen afschrijft, jeop de lange termijn nog een groter probleemcreëert. Bovendien levert het ook nog eenseen economisch voordeel op om deze jongenste scholen in plaats van ze op te sluiten, omdatwe veel meer hebben aan mensen die eenbijdrage leveren aan de maatschappij dan aancriminelen.De pilot adolescentenstrafrecht die we hierzes maanden hebben gedaan, is goed geweestvoor de vijfhonderd jongens die we hierbinnen hebben gehad én voor de maatschappij.Het leverde soms wel strijd op tussen deverschillende ketenpartners die ineens metelkaar moesten samenwerken en leidde toteen kleine aardverschuiving in de rapporteerwereld,maar er is meer erkenning gekomenvoor jongeren tot 23 jaar als aparte doelgroep.We kunnen de rechter nu beter in staat stellenmeer maatwerk te leveren.Ik ben zelf vroeger ook wel eens opgepakt voorwinkeldiefstal met mijn hele klas, dus ik weeteen beetje hoe het is. Dat zeg ik ook altijdtegen die jongens: ‘Je hebt een fout gemaakt,maar ik zeg je met de hand op mijn hart datik hem voor je probeer te reparen, mits je zelfmeewerkt.’ Daar ben ik met het adolescentenstrafrechtnu beter toe in staat.’65


Lucia Aktan (29) reclasseringswerker toezichtunit in Almelo‘Niet iedere jongerevan achttien jaar is ookmeteen volwassen’‘Je hoeft er geen geleerde voor te zijn omte zien dat niet iedere jongere van achttienjaar ook meteen volwassen is. Zeker nietbij degenen die we hier binnen krijgen: diehebben vaak een laag IQ en daarbovenop eenachterstand vanwege hun achtergrond. In hunjeugd is vaak al van alles misgegaan.Ik heb het genoeg gezien in de acht jaar dat iknu als toezichthouder van jongvolwassenenwerk. Als een jongere niks te doen heeft, gaathij op straat hangen. Zijn vrienden zijn allemaalvan hetzelfde kaliber. Niks doen de heledag, grotere kans op alcohol- en drugsgebruiken rotzooi trappen.Onlangs is ook uit wetenschappelijk onderzoekgebleken dat de hersenen nog niethelemaal uit ontwikkeld zijn op je achttiende.Dat gebeurt pas rond je 25e. Die kennis heefteen grote rol gespeeld in de opdracht adolescentenstrafrechtdie we in <strong>2012</strong> kregen. Eendeel van die opdracht was het geven van extraaandacht aan adolescenten en dagbestedingals arbeid en scholing. Het ontbreken hiervanblijkt de grootste misdaad bevorderendefactor te zijn in deze doelgroep.Zo kan ik me Robert herinneren, een jongenvan 22 jaar die te veel blowde en veroordeeldwas voor verschillende diefstallen, straatroof,vernieling en geweldpleging. Hij had al eenwerk- en een leerstraf achter de rug en was alonder toezicht geweest bij de verslavingsreclassering,maar hij glipte overal tussendoor.Toen ik zijn dossier in handen kreeg, wist ikdat ik er bovenop moest gaan zitten.Hij moest van mij naar het uitzendbureau opzoek naar een baan en omdat ik hem niet vertrouwde,heb ik contact gezocht met ze om tevragen of hij wel echt stond ingeschreven enecht solliciteerde. Ik vertelde hem dat bij onzewekelijkse afspraken en hij kreeg daardoorhet gevoel dat hij geen kant meer op kon.Hij kreeg een baantje bij een productiebedrijfwaar ik hem bleef controleren en dat boodhem na een tijdje een contract aan, omdat hijer zo goed werk had geleverd. Hij heeft sindsdiengeen delict meer gepleegd, een geweldigresultaat.Collega’s hebben we vanuit deze pilot gestimuleerdom hetzelfde te doen: er bovenopzitten. ‘Ga mee naar zijn werk, ga eens pratenop zijn school, maak kennis met zijn stagebegeleider.’Dat gebeurde natuurlijk al wel, maarveel te weinig. De omgang met adolescentenvergt ook een heel andere handelswijze danmet volwassen daders. Je moet er net evenwat meer tijd en moeite insteken om zebinnen te houden. Dus gewoon nóg een keerbellen, nóg een keer er naar toe en nóg eensvragen hoe het nu echt gaat.De grilligheid van deze doelgroep is somsvervelend, maar vind ik tegelijkertijd ook hetleukst. Dat maakt het nooit saai. Omdat zenog een hele toekomst voor zich hebben, blijftmijn inzet iedere keer de moeite waard.’66


16.23 | Landgoed Huis Almelo‘De omgang met adolescenten vergteen heel andere handelswijzedan met volwassen daders.’Lucia Aktan, reclasseringswerker


‘Gewelddadige overval’; de krantenberichten er regelmatig over.De maatschappelijke verontwaardigingis groot, de angst bijwinkeliers zit er goed in, de roepom vergelding klinkt overal.<strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong> trekt sinds <strong>2012</strong>samen op met instanties als de politie, hetOpenbaar Ministerie, het gevangeniswezenen de gemeente in een overvallersaanpak,die overvallers persoonlijk volgt en benadertvanaf het moment dat ze vrijkomen.Daardoor is er minder kans op recidive en dusminder kans op nieuwe slachtoffers. In dezeaanpak ligt de focus op veroordeelde overvallersin de laatste fase van hun detentie.Hierin staat de persoonsgerichte aanpakcentraal, een aanpak die tot nu toe goederesultaten heeft opgeleverd. Daarbij is hetmotto ‘strikte controle met behoud vanperspectief’: men kijkt bij hierbij naar de zesleefgebieden wonen, werk en inkomen, gezondheiden hulpverlening, scholing, socialeparticipatie en veiligheid. In het voorkomenvan overvallen speelt ook de gemeente eengrote rol: zij moet zorgen dat ondernemersen bewoners worden ondersteund en datovervallers voldoende nazorg krijgen.In <strong>2012</strong> is <strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong> in Bredaen in de vier grote steden in <strong>Nederland</strong>ook een intensievere samenwerking methet Veiligheidshuis gestart wat betreft deovervallersaanpak. In een wekelijks overlegbespreken vaste participanten van hetVeiligheidshuis de overvallers. <strong>Reclassering</strong><strong>Nederland</strong> heeft hierin een belangrijke rol;zij maakt samen met het Openbaar Ministerie,de politie, Dienst Justitiële Inrichtingenen de gemeente (waaronder Sociale Zakenen Werkgelegenheid, de GGD, de DeelgemeentelijkeOrganisatie Sluitende Aanpaken de Directie Veilig) per casus eenindividueel plan van aanpak.In Breda en Rotterdam is hier ook een StadsmarinierHigh Impact Crimes bij betrokken.Een stadsmarinier draagt geen uniform,maar is een rechtstreeks gemandateerdeambtenaar namens de burgemeester, die debevoegdheden heeft om alle diensten die vanbelang zijn, te vragen een bijdrage te leverenaan de oplossing van een probleem.70


hoofdstuk 6 | OvervalleRS aanpak‘Iedereen zithier bovenop deovervallers endat laten we zeweten ook’71


14.28 | Penitentiaire Inrichting Heerhugowaard‘Na moord en doodslag is het ondergaanvan een overval het ergste wat er is.’Jur Verbeek, stadsmarinier72


19.18 | Penitentiaire Inrichting Heerhugowaard‘Bij zowel de overvallers als de risicogevallenblijkt de persoonsgerichte aanpak goed te werken.’Jur Verbeek, stadsmarinier74


15.00 | Youth for Christ, Rotterdam‘In het werk dat ik nu doe,kan ik veel meer betekenen ophet gebied van resocialisatie.’Jolanda Aarts, reclasseringswerker


Jur Verbeek (58) stadsmarinier in Rotterdam‘Op deze jongens wil jeniet met hagel schieten,maar met scherp’‘Na moord en doodslag is het ondergaan vaneen overval het ergste wat er is. 40% van deovervallers kiest voor een vorm van gewelddie soms ook nog een dodelijke afloop totgevolg heeft. Dat gebeurt meer dan driehonderdkeer per jaar in deze regio. In dezeovervallersaanpak moeten alle partijen dusalles uit de kast halen.We richten ons in Rotterdam op de overvallersen de zogenaamde ‘HIT-ters’, de high impacttargets; diegenen waarvan wij denkendat ze in staat zijn om overvallen, straatrovenen woninginbraken te plegen. Dat zijn er hier638. Bij beide groepen blijkt de persoonsgerichteaanpak goed te werken.Op deze jongens wil je niet met hagel schieten,maar met scherp. Dat betekent dus persoonlijklangsgaan samen met de wijkagenten de reclasseringswerker en het gesprekmet ze aangaan. We vertellen ze twee dingen:‘We houden je scherp in de gaten en wepakken je op alles.’ De politie doet dat doorwekelijks bij hem op bezoek te gaan en in degaten te houden in welke auto hij rondrijdt,met wie hij om gaat, wat hij doet.Bij de overvallers kijken we ook naar de socialekant: hoe zit het met werk en inkomen,huisvesting en scholing. We geven ze de kansom weer wat van hun leven te maken. Voordrie van de dertig veroordeelde overvallersdie we vanaf vorig jaar juni hebben bezocht,hebben we een huis geregeld. Dat kondenwe doen via de maatschappelijke opvang,die een voorraadje huizen heeft. Dat leverdenogal wat kritiek op, maar dat vind ik onzin.Dit is niet het belonen van slecht gedrag,maar het is het nemen van een maatregelom te zorgen dat hij het niet meer doet.Ik kende <strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong> niet zogoed, maar ik krijg in het wekelijkse overvallersoverlegeen sterke indruk van Jolanda. Diegasten hebben het gedurende het toezichtbij haar echt niet zo breed in die voorwaardelijkeinvrijheidsstelling. Ze moeten zich iedereweek melden, mogen geen alcohol of drugsen geen strafbare feiten plegen en ze kunnenhun woning beperkt uit met die enkelband.Uit onderzoek blijkt dat 50% van de overvallersbinnen twee jaar recidiveert. Dat vindik niet zo gek als ik de achterstandswijkenzie waar ze vandaan komen: vroege schooluitval, hoge schulden, één oudergezinnen,vaders met losse handen, foute vriendjes dieje meteen weer een voorstel doen en meerdan de helft is licht verstandelijk beperkt.Van de dertig overvallers die we hebbengevolgd zijn er tot nu toe drie tot vijf de foutin gegaan. We zijn nog geen twee jaar bezignatuurlijk, maar ik verwacht dat we ver onderde 50% zullen blijven. Het aantal overvallenis dit jaar voor het eerst met 10% gedaald ende eerste twee maanden van dit jaar zelfsmet 50%, dus dat gaat goed.’77


Jolanda Aarts (28) reclasseringswerker toezicht in Rotterdam‘Ik heb nu meer tijd enmiddelen om écht ietste kunnen betekenen’‘We hadden laatst een jongen die met eenmes een vol café binnen was komen lopen:‘Dit is een overval.’ Dat moet je natuurlijknooit doen en zeker niet in een Rotterdamscafé. Dat halve café zat binnen no-time bijhem op zijn rug en had hem tien meter meenaar buiten gesleept. De rechter had ook weldoor dat deze jongen ernstig beperkt was: hijbleek doof en licht autistisch te zijn. Hij kreegeen deels voorwaardelijke straf. Toen zijn wetijdens een bezoek bij hem thuis geweest;zielepieten van het zuiverste water, alleproblemen die je maar kan bedenken in ééngezin verzameld. Die moet je niet vastzetten,maar goede begeleiding geven.Ik deel de overvallers altijd in twee groepenin. Je hebt een kleinere groep diehards, diealles doet om aan geld te komen. Dat zijn degasten die met goede dossieropbouw eenheel lange gevangenisstraf of een tbs-maatregelkrijgen. Daarvan denk ik niet dat destrafrechtketen de illusie moet hebben datdie zullen veranderen. Met de grootste groepovervallers is echter iets aan de hand. Daar isiets mee gebeurd waardoor ze tot dat delictgedragzijn gekomen. Die weten niet meerhoe ze uit de situatie moeten komen waar zeinzitten. Als je bij die groep iets doet aan deleefgebieden zoals wonen, werk of scholing,sociale participatie en veiligheid, dan zullendie niet meer terugvallen.In het wekelijkse overvallersoverleg dat wehebben in het Veiligheidshuis Rotterdambrengt iedereen zijn eigen informatiebestandenmee. Doordat we die met elkaar delen,weten we van iedere overvaller precies waarhij zit en hoe het met hem is. Iedereen zit bovenophem en dat laten we hem weten ook.Voor de overvallersaanpak had ik vaak te weinigtijd en middelen om écht iets te kunnenbetekenen. Doordat ik nu minder toezichtenheb, heb ik meer tijd en kan ik er bovenop zitten.Ook op degenen die niet willen. Doordatde vervroegde invrijheidstelling nu veranderdis in een voorwaardelijke invrijheidsstelling,krijgen ook jongens die helemaal niks vande reclassering willen weten een reclasseringstoezicht.En ook daar gaat het dan overniveau drie, het meest intensieve toezichtskader.Dat kan je vergelijken met een tbsgestelde,kan je nagaan hoe zwaar dat is.Eerder werkte ik in een gevangenis, maardaar liep ik letterlijk en figuurlijk tegen demuren op als ik voorbereidingen voor deterugkeer wilde treffen. ‘Laat hem maarlangskomen op de dag van ontslag’, hoordeje dan. In het werk dat ik nu doe, kan ik veelmeer betekenen op het gebied van resocialisatie.Denk hierbij aan werk, scholing en huisvesting,maar ook de omgang met vrienden.Ik wijs ze de weg en ga mee naar instantiesals dit nodig blijkt te zijn, maar ze moetenhet allemaal zélf regelen. We gaan ze nietpamperen.’78


12.10 | Youth for Christ, Rotterdam‘Die gasten hebben het gedurende hetreclasseringstoezicht echt niet zo breed.’Jur Verbeek, stadsmarinier


KortOp weg naargezamenlijkslachtofferbeleid<strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong> richt zich op de dader,maar heeft ook aandacht voor het slachtoffer.Sterker nog, haar primaire taak is gericht ophet voorkomen van nieuwe slachtoffers.Eind <strong>2012</strong> organiseerde <strong>Reclassering</strong><strong>Nederland</strong> samen met Slachtoffer in Beeldeen werkconferentie, bedoeld om met deStichting Verslavingsreclassering GGZ en hetLeger des Heils Jeugdzorg & <strong>Reclassering</strong> toteen gezamenlijk slachtofferbeleid te komen.Het belangrijkste doel van de conferentie wasom reclasseringsmedewerkers en uiteindelijkook daders nog bewuster te maken van degevolgen van een daad voor het slachtoffer.De werkconferentie maakt deel uit vanhet ge zamenlijke project dat <strong>Reclassering</strong><strong>Nederland</strong> in <strong>2012</strong> met de reclasseringsorganisaties,Slachtofferhulp <strong>Nederland</strong> en hetOpenbaar Ministerie is gestart voor meeraandacht voor de rechten van slachtoffers.Op deze manier wil <strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong>het slachtoffer een sterkere positie in hetreclasseringsadvies en in het toezicht of dewerkstraf erna. Zo kijkt <strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong>hoe in het geval van een ernstig misdrijfde toezichthouder van de dader snel contactkan leggen met de casemanager van hetslachtoffer. Hierdoor kan nog beter rekeninggehouden worden met de wensen van hetslachtoffer. Ook wil <strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong>conflictbemiddeling tussen dader en slachtofferbevorderen. Ook dit kan bijdragen aaneen veiliger samenleving.82


Op tijd ingrijpenbij huiselijk geweldBureau Buitenlandscherp op koersEen man die zijn frustraties botviert opzijn vrouw, een moeder die net iets te lossehandjes heeft bij haar kinderen: gevallenvan huiselijk geweld of kindermishandelinghebben grote impact op een mensenleven.Vaak begint het echter klein en kan het ookklein gehouden worden als instanties op tijdingrijpen. De Wet Meldcode Huiselijk Gewelden Kindermishandeling die dit jaar in werkingtreedt, stelt professionals beter in staat omrisico’s in een vroeg stadium te signaleren enhierop actie te ondernemen.In <strong>2012</strong> bereidde <strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong> zichgrondig voor op de wet, die het gebruik vaneen meldcode verplicht stelt voor medewerkersin onder meer het onderwijs, de zorgen de reclassering bij signalen van huiselijkgeweld en kindermishandeling. Een uitgebreideinterne communicatiecampagnestelde alle reclasseringsmedewerkers in <strong>2012</strong>hiervan op de hoogte. Daarnaast volgden zijeen e-learning module om zich te verdiepenin het onderwerp en de verschillende stappenvan de meldcode. Ze leerden hoe ze dezesignalen kunnen bespreken met de dader ofverdachte en collega’s om vervolgens tot eenzorgvuldige beslissing te kunnen komen.De dertig aandachtsfunctionarissen die<strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong> in januari <strong>2012</strong> aanstelde,fungeerden als deskundige vraagbaaken zorgden ervoor dat alle medewerkers helemaalklaar zijn om de meldcode te gebruiken.Over de hele wereld zitten <strong>Nederland</strong>ersgevangen. Vaak onder lastige omstandigheden.Ze spreken de taal niet en zijn nietop de hoogte van geldende wetten en regels.Bureau Buitenland zet zich wereldwijd invoor <strong>Nederland</strong>ers die gedetineerd zijn inhet buitenland.Het reclasseren van <strong>Nederland</strong>se gedetineerdenin een buitenlandse gevangenis begintal aan het begin van de straf en loopt hethele proces door. De vrijwilligers van BureauBuitenland focussen op het inzetten van eenzogenaamd reflectieproces, het nadenkenover zijn of haar leven, keuzes, gedragspatronenen daar de balans van op te maken.Zo kan bij terugkeer in <strong>Nederland</strong> de draadweer positief opgepakt worden en is er minderkans op het plegen van nieuwe delicten.Zelfinzicht en zelfredzaamheid staan daarbijvoorop. Gedetineerden zijn zelf verantwoordelijkom hun leven een positieve wendingte geven. Vanuit de cel proberen ze zoveelmogelijk zelf contact te houden met hetthuisfront en het vinden van woon- of werkplekkenna hun detentie. Bureau Buitenlandkan hierbij een helpende hand bieden.Bureau Buitenland maakt zich ook sterk voorinternationale samenwerking op het gebiedvan reclasseringswerk. Door intensief samente werken wil Bureau Buitenland de kwaliteitvan de reclasseringsdiensten in andere landenbevorderen. Op dit gebied lopen nu tweeprojecten in Montenegro en Roemenië.83


Elektronischtoezicht opBES-eilandenEerst denken,dan doenDe medewerkers van de meldkamer diedragers van enkelbanden controleren opovertredingen, kregen er in <strong>2012</strong> een bijzonderetaak bij. Hun werkgebied beslaat sindsvorig jaar ook drie eilanden in de Caribischezee. 21 GPS-enkelbanden zette <strong>Reclassering</strong><strong>Nederland</strong> er in <strong>2012</strong> in. Met succes. Via eenlaptop met beveiligde verbinding naar de<strong>Nederland</strong>se meldkamer, kon de gang vande 21 ondertoezichtgestelden nauwkeurigworden nagegaan.Met de transformatie van Bonaire,Sint Eustatius en Saba in bijzondere <strong>Nederland</strong>segemeenten in 2010, kreeg Stichting<strong>Reclassering</strong> Caribisch <strong>Nederland</strong> (SRCN)van het ministerie van Veiligheid enJustitie een actieve rol in het uitvoerenvan werkstraffen, toezicht en adviseringop de BES-eilanden. <strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong>ondersteunt SRCN waar nodig.De BES-eilanden hebben veel baat bij desamenwerking met <strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong>.De eilanden kunnen meeliften op dekennis en kunde van <strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong>.Bovendien hebben de justitiële autoriteitennu meer opties om op maat sancties op teleggen, omdat ze beter zicht hebben ophun cliënten.Waarom doen wij de dingen die wij doen?Dat is de vraag die centraal staat bij veel gedragstrainingenvan <strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong>,zoals de arbeidsvaardigheid- en agressietrainingen,budgetteercursussen en cognitievevaardigheidstrainingen. Ze zijn bedoeld omde dader weer verantwoordelijkheid te latente nemen voor zijn eigen gedrag in plaats vangedrag dat zijn leven bepaalt. Ze raken dekern van het reclasseringswerk, omdat dadersbij deze trainingen nieuwe denkpatronen enander gedrag aanleren waardoor ze mindersnel in crimineel gedrag vervallen.<strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong> was in <strong>2012</strong> dan ookblij met de verlenging van de status vanerkenning van de cognitieve vaardigheidstrainingdoor de Erkenningscommissie van hetministerie van Veiligheid en Justitie. Uit onderzoekvan de commissie naar het effect vandeze training op alle deelnemers van 2008tot en met <strong>2012</strong>, blijkt dat er aantoonbaar gedragsveranderingoptreedt. Het adagium vande training ‘eerst denken, dan doen’, blijktgoed te werken voor de deelnemers.84


Vakmanschap vanreclasseringswerkerWerken tijdensElektronischeDetentieIn <strong>2012</strong> organiseerde de Hogeschool Utrechthet congres ‘De Kracht van Hybride werken’over het vakmanschap van de reclasseringswerker.Dertig reclasseringswerkers werkzaambij <strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong>, de StichtingVerslavingsreclassering GGz (SVG) en hetLeger des Heils Jeugdzorg & <strong>Reclassering</strong>waren verantwoordelijk voor de inhoud vandit congres. De professionaliteit van reclasseringsmedewerkersstond er centraal metdaarin ook vooral aandacht voor ‘het hybridewerken’: de bijzondere combinatie van decontrolerende en de begeleidende rol die dereclasseringswerker heeft.Omdat vakmanschap niet vrijblijvend is envolgens <strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong> alleen indialoog kan worden ontwikkeld, onderhoudtze hechte banden met de wetenschap. De leerstoel<strong>Reclassering</strong> aan de Vrije Universiteit inAmsterdam, die is gericht op het vergroten vankennis over het reclasseringswerk, is hier eenvoorbeeld van. Op de Hogeschool Utrecht is erhet lectoraat ‘Werken in Justitieel Kader’ en opde Avans Hogeschool Den Bosch bestaat er hetlectoraat ‘<strong>Reclassering</strong> en Veiligheidsbeleid’.De lectoren doen samen met medewerkersvan de reclassering praktijkgericht onderzoeknaar werk van en kennisontwikkeling over dereclassering. Omdat <strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong>een grote meerwaarde ziet in de wetenschappelijkeonderbouwing van haar dagelijkswerk en aansluiting bij het onderwijs, blijftzij samen met de SVG en het Leger des HeilsJeugdzorg & <strong>Reclassering</strong> financieel en metmenskracht bijdragen aan de lectoraten.Er is in <strong>2012</strong> hard gewerkt om er samen methet gevangeniswezen voor te zorgen datveroordeelden tijdens hun gevangenisstrafmogen werken. Hierin gaat het niet omwerkzaamheden binnen de gevangenismuren,maar juist erbuiten: gedetineerden die inde laatste fase van hun straf overdag buitende inrichting mogen werken. In het gevalvan het ontbreken van regulier werk, zoudenze op werkstrafprojecten van <strong>Reclassering</strong><strong>Nederland</strong> aan de slag kunnen en bijvoorbeeldparken en wijken kunnen onderhouden.Gedetineerden krijgen hiermee werkritme enstructuur, leveren een positieve bijdrage aande samenleving en worden bovendien voorbereidop het vinden van een baan na afloopvan hun gevangenisstraf.Vanwege bezuinigingen kon de voorgenomenpilot arbeid tijdens detentie niet wordenopgestart. <strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong> vindt hetbelangrijk dat arbeid dan wel binnen ElektronischeDetentie een plek krijgt. Ze is ervanovertuigd dat door tijdens ElektronischeDetentie aan de juiste houding en gedrag tewerken, het risico op recidive erna afneemt.Bovendien zou arbeid tijdens ElektronischeDetentie niet moeilijk te realiseren zijn:veroordeelden kunnen gebruik maken van deinfrastructuur van de al bestaande werkstrafprojecten.<strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong> beschiktover de ervaring, netwerk en infrastructuurom in samenwerking met de Dienst JustitiëleInrichtingen invulling aan dagbestedingtijdens detentie te geven.85


Ed NijpelsVoorzitter Raad van Toezicht


Verslag van deRaad van ToezichtDe Raad van Toezicht is in <strong>2012</strong> vijf keer samengekomen, waarvan één bijeenkomstis besteed aan het kijken naar haar eigen functioneren. Er is afscheid genomen vanMargriet Meindertsma en de Raad heette twee nieuwe leden welkom: Pauline Schuyten Jan Hamming.De Raad van Toezicht verdiept zich naast alle zaken die op de vergadering besprokenworden ook via werkbezoeken in het werk van de organisatie. Op deze manier blijft zij opde hoogte van het reclasseringswerk en de problemen die spelen en kijkt zij of de activiteitenvan de organisatie nog passen bij de maatschappelijk behoefte. Eén van de ledenin het bijzonder onderhoudt het contact met de OR. Buiten de vergaderingen hebben dealgemeen directeur en de voorzitter van de Raad regelmatig contact.In <strong>2012</strong> sprak de Raad over de aanpak van jongvolwassenen en de kansen die het nieuweadolescentenstrafrecht de reclassering biedt. In het kader van kwaliteitsverbeteringsprak de Raad over de verschillende audits die ieder jaar worden uitgevoerd en de ontwikkelingvan een eigen certificeringschema. De Raad heeft daarbij specifiek gewezen ophet gevaar van het inrichten van een bureaucratisch systeem. Ten aanzien van informatiseringen automatisering had de Raad onder meer speciale aandacht voor de strakkerebesturing en organisatie van IRIS, het nieuwe automatiseringssysteem en volgt zijkritisch of de kosten binnen de begroting blijven.De Raad van Toezicht prijst de inzet van RN 2.0 in <strong>2012</strong>. Tegelijkertijd constateert deRaad dat dit een zware druk legt op de organisatie, zeker gezien de bezuinigingen.De professional primair de verantwoordelijkheid geven over zijn werk met de daarbijbehorende rechten en plichten, kan de Raad enkel toejuichen. Het centraal stellen vande professional en het anders organiseren van de ondersteuning van diezelfdeprofessional heeft echter onmiskenbaar invloed op de wijze waarop de organisatieis ingericht. Dit heeft gevolgen voor de wijze waarop ondersteunende diensten enprocessen worden ingericht, voor de manier waarop kwaliteitstoetsing plaatsvindt endaarmee ook voor de manier waarop dit door het management wordt aangestuurd.Onder de programmanaam RN 2.0 wordt vanuit dit uitgangspunt gewerkt aaneen blauwdruk voor een toekomstbestendige organisatie. In afwachting van hoede directiestructuur er onder RN 2.0 uit zal komen te zien, is de vacature voorplaatsvervangend directeur vanaf 1 september <strong>2012</strong> tijdelijk ingevuld door één vande regiomanagers.87


De Raad van Toezicht begrijpt dat de organisatie de broekriem moet aanhalen,maar maakt zich wel zorgen over de realisatie van de bezuinigingen. De organisatiehad de afgelopen jaren al meer kosten dan baten door het jarenlang uitblijven vanloon- en prijscompensatie, onvoldoende financiële dekking voor de inzet in ZSM enVeiligheidshuizen en een bezuiniging op reclasseringsbalies en werkstraffen.Dit is de afgelopen drie jaar opgelopen tot een structurele vermindering van baten van30 miljoen euro voor de drie reclasseringsorganisaties. Hierdoor was in <strong>2012</strong> al een forseombuiging van ruim € 6 miljoen euro nodig om op langere termijn financieel gezond teblijven. Daarbovenop komen voor de drie reclasseringsorganisaties nu de bezuinigingenvanuit het kabinet Rutte II. Voor <strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong> betekent dat een extrataakstelling van ruim € 6 miljoen in 2013, € 1,2 miljoen in 2014 en € 3,6 miljoen in 2015.De Raad heeft door de forse bezuinigingen zorgen over de meerjarenbegroting. De Raadzal er op toezien dat kosten en baten weer in evenwicht komen.De Raad van Toezicht constateert dat de organisatie de bezuinigingen zoveel mogelijkprobeert te vinden in het efficiënter inrichten van haar processen, het terugbrengenvan kosten voor huisvesting en onderhoud en de vermindering van overhead. Hoewelde inspanningen optimaal zijn, is het de vraag of de bezuinigingen in 2013 gerealiseerdkunnen worden zonder het primaire proces te raken. De Raad vindt het van belang datzowel het ministerie van Veiligheid en Justitie als de politiek op de hoogte is van demogelijke gevolgen van verdere bezuinigingen voor (de kwaliteit van) de uitvoering vanhet reclasseringswerk.De Raad van Toezicht vreest dat door de financiële druk het leveren van producten endiensten van dezelfde kwaliteit moeilijk wordt. De organisatie wordt dan mogelijkgedwongen haar taken te herzien en te prioriteren. Ook wachtlijsten voor adviezen,toezichten en werkstraffen kunnen het gevolg zijn. De Raad betreurt dit, omdat deopdracht van de organisatie -een veiliger samenleving- daarmee in het gedrang komt.De Raad van Toezicht stimuleert de deelname van de medewerkers en de algemeendirecteur in het maatschappelijke debat, omdat zij bij uitstek de deskundigen zijn als hetgaat over bepaalde delen van de toepassing van strafrecht. Daarmee maken ze de organisatiezichtbaar voor mensen die er niet direct mee te maken hebben. De organisatieheeft belang bij het onder de aandacht brengen van haar maatschappelijke waarde. Eenland zonder reclassering is een land zonder beschaving, zo is de Raad van mening.88


De Raad van Toezicht gelooft in de samenwerking met de twee andere reclasseringsorganisatiesen kan zich goed voorstellen dat in deze tijden van bezuinigingen ook hetstreven naar één reclasseringsorganisatie op de agenda staat. Het is echter niet alleenaan <strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong> om andere partijen te overtuigen van de meerwaarde dieeen samenvoeging heeft. Ook de politiek zou hiertoe een aanzet moeten geven.De Raad van Toezicht is tevreden over de relatie met het ministerie van Veiligheiden Justitie, maar ziet de sturingsrelatie graag anders. De Raad gelooft in een mindercontrolerende rol van het ministerie en denkt dat de informatiestroom van planning,budgetten en begrotingen eenvoudiger geregeld kan worden.De Raad van Toezicht heeft grote waardering voor de manier waarop de organisatie indeze moeilijke omstandigheden toch hoogwaardige producten en kwaliteit afleverten tegelijkertijd actief meedoet aan het maatschappelijk debat over hoe je mensen zogoed mogelijk voorbereidt op terugkeer in de samenleving en recidive voorkomt. Zij isverheugd over het feit dat waar de organisatie in staat wordt gesteld om haar experts telaten opereren, de recidivecijfers omlaag gaan. Op die manier levert de organisatie eenbelangrijke bijdrage aan een veiliger samenleving.Samenstelling Raad van toezichtDe Raad van Toezicht bestaat uit vijf leden: Ed Nijpels, Pauline Schuyt,Joost van Dijk, Leon Bovée en Jan Hamming. Er is afscheid genomenvan mevrouw Meindertsma (per 1 juli <strong>2012</strong>). Twee nieuwe ledenkwamen de Raad in <strong>2012</strong> versterken: Pauline Schuyt (per 1 april <strong>2012</strong>)en Jan Hamming (per 1 oktober <strong>2012</strong>).89


Overzicht nevenfuncties leden Raad van Toezicht en algemeen directeurEd NijpelsVoorzitter NLingenieurs. Uit dien hoofde:• Lid Dagelijks en Algemeen Bestuur VNO-NCW• Lid Urgenda Platform• Voorzitter adviescommissie Milieu, Energie enDuurzaamheid Omgevingswet• Lid Raad van Commissarissen Siers Groep BV• Voorzitter Stichting SterkinDaarnaast:• Voorzitter Thuiswinkel.org• Voorzitter Papier Recycling <strong>Nederland</strong>• Voorzitter SENA (Stichting ter Exploitatie vanNaburige rechten voor producten en uitvoerenden)• Voorzitter GeoBusiness <strong>Nederland</strong>• Voorzitter Raad van Toezicht TROS• Voorzitter Raad van Commissarissen Tinguely• Voorzitter Raad van Commissarissen Maltha Recycling• Voorzitter Bosschap• Voorzitter Raad van Toezicht <strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong>• Voorzitter Stichting Milieu Centraal• Voorzitter Ronald McDonald Kinderfonds• Voorzitter Raad van Toezicht van de Raad voorde Accreditatie• Voorzitter Stichting ‘Water for Life’• Voorzitter Adviescommissie Havenschap Moerdijk• Voorzitter Bestuurlijke Adviesraad Waddenacademie• Voorzitter KBb-EducatiefVoor een compleet en actueel overzicht zie www.nlingenieurs.nl(http://www.nlingenieurs.nl/over-nlingenieurs/over-de-voorzitter)Leon BovéeBestuursadviseur Twynstra Gudde, adviseursen managers• Lid van de Raad van Toezicht Stichting AvansHogeschoolJoost van DijkLid van de Raad voor de Rechtspraak• Voorzitter Tuchtcommissie <strong>Nederland</strong>sMediation Instituut (N.M.I.)• Lid-jurist Raad van Arbitrage voor debouwbedrijven• Lid <strong>Nederland</strong>s Helsinki Comité.• Lid arbitrage commissie KNVB.Jan HammingBurgemeester gemeente Heusden• Voorzitter fysieke pijler G32• Voorzitter Bestuur Diamantgroep• Voorzitter regionaal platform handhaving• Lid VNG commissie Ruimte en Wonen• Voorzitter VNG commissie Werk en Inkomen• Lid bestuur VNG• Voorzitter platform betaald voetbal engemeenten• Voorzitter Raad van Toezicht NIVM• Lid bestuur Stichting Onderstroom• Lid Permanent Campagneteam PvdAGewest Oost-BrabantPauline SchuytUniversitair hoofddocent straf- enstrafprocesrecht aan de Universiteit Leiden.• Raadsheer-plaatsvervanger GerechtshofDen Haag• Rechter plaatsvervanger in de RechtbankNoord-Holland• Redactielid tijdschrift SanctiesSjef van GennipAlgemeen directeur <strong>Reclassering</strong> <strong>Nederland</strong>• Voorzitter bestuur van de Werkgeversorganisatiein de Sport (WOS)• Lid van de Raad van Commissarissen vanWoningcorporatie Haag Wonen• Voorzitter Raad van Commissarissen van deOpvoedpoli• Voorzitter partijcommissie Veiligheid en Justitie VVD• Plaatsvervangend raadsheer bij hetGerechtshof in Den Haag90


Balans per 31 december<strong>2012</strong>ACTIVA 31-12-<strong>2012</strong> 31-12-2011€ €Vaste activaImmateriële vaste activaKosten ontwikkeling software 5.331.241 3.868.6645.331.241 3.868.664Materiële vaste activaGebouwen en terreinen 12.755.558 14.079.169Inventaris en apparatuur 3.302.428 4.586.924Vervoermiddelen 1.007.221 760.08417.065.207 19.426.177Financiële vaste activaLeningen U/G 83.416 109.96383.416 109.963Totaal vaste activa 22.479.864 23.404.804Vlottende activaVorderingenDebiteuren 1.181.003 1.438.255Leger des Heils, Jeugdzorg & <strong>Reclassering</strong> 533.582 851.047Stichting Verslavingsreclassering GGZ 1.266.079 -Overige vorderingen 2.356.982 2.454.1365.337.646 4.743.438Liquide middelenKas- en banksaldi 5.544.903 3.964.333Deposito’s 13.000.000 14.000.00018.544.903 17.964.333Totaal vlottende activa 23.882.549 22.707.771Totaal activa 46.362.413 46.112.57591


PASSIVA 31-12-<strong>2012</strong> 31-12-2011€ €Eigen vermogenAlgemene reserve 9.231.962 6.861.0379.231.962 6.861.037VoorzieningenPersonele voorzieningen 3.204.456 3.553.391Voorziening onderhoud 5.693.717 5.190.9758.898.173 8.744.366Langlopende schuldenLatente verplichtingen 5.417.703 6.267.1345.417.703 6.267.134Kortlopende schuldenMinisterie van Justitie 2.183.896 4.544.060Crediteuren 4.408.203 4.475 786Stichting Verslavingsreclassering GGZ - 453.827Belastingen en premies sociale verzekeringen 4.108.701 2.516.654Schulden terzake pensioenen 1.445.815 1.290.105Overige kortlopende schulden 10.667.960 10.959.60622.814.575 24.240.038Totaal passiva 46.362.413 46.112.575HonorariaIn <strong>2012</strong> is aan de algemeen directeur een salaris van € 172.683 betaald.De beloning voor de Raad van Toezicht bedraagt:• Voorzitter € 15.000• Overige leden € 8.00092


Exploitatierekening <strong>2012</strong>Baten<strong>2012</strong> begroot 2011€ € €Subsidie ministerie van Veiligheid en Justitie 140.845.753 136.492.790 132.823.308Bijdragen van derden 3.058.817 4.328.399 3.327.737Overige baten 5.030.236 3.778.100 4.142.773Lasten148.934.806 144.599.289 140.293.818Personele lasten 110.347.666 107.249.365 102.492.069Afschrijvingen 3.733.430 3.656.935 3.580.238Huisvestingslasten 13.243.479 12.588.700 12.307.914Overige instellingslasten 8.581.786 6.977.359 8.841.587Projectbestedingen 11.079.275 14.681.930 15.492.861Resultaat uit reguliere bedrijfsvoering146.985.636 145.154.289 142.714.669Resultaat uit reguliere bedrijfsvoering 1.949.170 555.000 2.420.851Financiële baten en lastenFinanciële baten 421.755 555.000 599.456Exploitatiesaldo 2.370.925 0 1.821.39593


KERNTAKEN t.o.v. planning van hettotaalDiagnose en Advies 98,0% 22,1%Toezicht en Interventies 90,1% 50,7%Werkstraffen 109,7% 27,2%Totaal kerntaken 107,2% 100,0%Producten <strong>2012</strong> 2011VroeghulpVroeghulpbezoek 3.994 6.270Advisering<strong>Reclassering</strong>sadvies (beknopt) 14.082 11.270<strong>Reclassering</strong>sadvies (beknopt) zonder diag.instr 2.440 2.310<strong>Reclassering</strong>sadvies 11.478 10.977<strong>Reclassering</strong>sadvies met verdiepingsdiagnostiek 154 114<strong>Reclassering</strong>sadvies tbv TBS/PIJ 249 281Milieurapportage 33 2728.436 24.979Toeleiding zorgToeleiding zorg 1.871 1.867ToezichtToezichtniveau 1 5.741 6.318Toezichtniveau 2 9.386 8.209Toezichtniveau 2, PP-ET 547 667Toezichtniveau 3 1.328 1.08217.002 16.276GedragsinterventieGedragsinterventie 1.259 1.027WerkstraffenWerkstraffen 27.430 25.874Totaal producten 79.992 76.293


extraBerichten uit desamenleving95


hoi elmaah wat vind ik dat lief, en ben er ondersteboven van om zoma te zeggen hoor, dat jullie dat zomaar bedachthebben. dat en dit doet me goed hoor, was al blijmet je als contactpersoon, want had ook anderskunnen treffen. maar dit bewijst maar weer hoe goeden mee levend bent met joun werk. egt geweldig zouden zeer meer van moeten hebben, ma die zullen er vast bij julliewel zn.heel erg bedankt hoor en tot snel.groetjesDeze toezichtcliënt is blij met de overgebleven spullen van een meubelproject die ze door bemiddeling vanhaar reclasseringsmedewerker kreeg.TaakstrafurenGaan lang duren, ze verdwijnen niet van sneeuw voor de zon.Je zou wel willen dat, dat kon....Je had beter na moeten denken voor je ergens begon.Nu zit je er mee te kijken, dus gewoon je uren maken en niet zeiken enstiekem roken.Goed om je heen kijken verraders slapen niet zal blijken.Alleen een junk rookt geen skunk.Een recidivist is iemand die vaak naast de pot pist.Kans gekomen is kans gemist.Ben je nu zo dom je dat niet wist.Een client.Na 240 uur werkstraf maakte deze cliënt dit gedicht en hing het op in de wc.96


Beste Arie,Via deze kaart wil ik u nogmaals bedanken voor al uw hulp en steun inde laatste anderhalf jaar. Nu het hoofdstuk met mijn ex officieel enveel rechtvaardiger (met ditmaal wel waarheidsvinding) is afgesloten,probeer ik alles te verwerken en mezelf te herpakken om een nieuwhoofdstuk in mijn leven te beginnen. Dit gaat vooralsnog heel moeizaam,maar hoop doet leven en ik heb wijze lessen geleerd.Afgelopen juni is mijn VOG aanvraag door de bestuursrechter definitiefvoor de komende jaren afgewezen. Hoewel deze vrouwelijke rechterduidelijk heeft geprobeerd om mij alsnog een VOG te verstrekken, mededankzij uw positieve referentie, is zij gebonden aan een uitspraak vande Raad van State. De uitspraak heeft als gevolg dat ik voor de derdekeer in èèn jaar mijn geliefde baan als docent ben kwijtgeraakt. Maarzoals de vertegenwoordiger van Teeven al zei:”Regel is regel ”.Desalniettemin blijf ik mij bewust van en dankbaar voor de steun dieme is toegekomen. Ook u ben ik dankbaar voor de steun in de afgelopenanderhalf jaar. Ik vind u een goed, oprecht, betrokken en betrouwbaarmens. Dat siert u. Namens mijzelf en ongetwijfeld ook mijn ouders wildaarvoor nogmaals expliciet mijn dank uitspreken.Tot slot wil ik u in al uw werkzaamheden op verschillende terreinenhet beste toewensen. De reclassering is geprezen met een werknemerals u.Met vriendelijke groet.Een dankbrief van een cliënt met het syndroom van Asperger voor de begeleiding na een veroordelingvoor huiselijk geweld.97


Hallo Irma!Het duurde even voor ‘t vertrouwen er was, maar jijhebt mij nooit teleurgesteld .... Je bent niet alleen eentopper in je vakgebied, maar ook nog eens een warmen spontaan mens ....Bedankt voor je luisterend oor, schouder om opuit te huilen en professionele “TBS-bejegenin”Hulde, hulde aan deze vrouwLiefsDe reclasseringswerker begeleidde deze cliënt tijdens de voorwaardelijke beëindiging van haar TBS.aan afdeling Buitenland <strong>Reclassering</strong>Geachte Heer T. Van der HorstVeel dank aan jullie allemaal weegenshet untersteunen in het jaar <strong>2012</strong>Hartelijk bedankt daarvoor. Prettig kerstdagenen wens jullie persoonlijk één heel gelukkignieuwjaar 2013.veel groeten uit DuitschlandBeste wenssen aan het <strong>Nederland</strong>s Volk. 2013en ook aan die in de gevangenis zitten.Een bericht van een in Duitsland gedetineerde <strong>Nederland</strong>er aan Bureau Buitenland.98


Carlo Dronkers (52)coördinerend jeugdofficier van justitiein Almelo


Jolanda Aarts (28)reclasseringswerker toezicht in Rotterdam


Michiel Cozijn (37)reclasseringswerker in Den Haag


Marjoleine ten Velde (51)coördinerend ZSM-officier in Deventer


Frank (41)zedendelinquent


Henk Plant (55)projectcoördinator in Amsterdam

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!