Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Palmen in Nederland<br />
Tekst en foto’s: Wim Rutten<br />
<strong>De</strong> palmenfamilie (Palmae of Arecaceae) is de enige familie in de orde Arecales. Van deze familie zijn bijna<br />
4000 soorten bekend. Hoewel er wel winterharde palmsoorten bestaan, komen de meeste soorten van nature<br />
voor in de tropen of de subtropen, met name in het gebied tussen 30 0 NB en 30 0 ZB aan weerszijden van de<br />
evenaar. Toch groeien er ook noordelijker of zuidelijker van dit gebied palmen in de vrije natuur. In Europa zijn<br />
slechts twee palmen endemisch: de Europese dwergpalm – Chamaerops humilis die te vinden is langs de kust van<br />
de Middellandse Zee - en de Kretenzische dadelpalm, Phoenix theophrasti, die van oorsprong voorkomt op Kreta en<br />
aan de zuidwestkust van Turkije. Op het zuidelijk halfrond komt de Nikau-palm, Rhopalostylis sapida, het meest<br />
zuidelijk voor op het Zuidereiland van Nieuw-Zeeland.<br />
<strong>De</strong> laatste jaren kan men evenwel steeds vaker palmbomen vinden in Europese tuinen, zelfs boven de Alpen. Sinds<br />
ik lid ben van de Oranjerievereniging, nu Kuipplantenvereniging, heb ik steeds meer interesse gekregen in deze<br />
aparte plantengroep. Inmiddels heb ik al een aardige collectie opgebouwd. <strong>De</strong> meeste palmen van mij gaan in de<br />
herfst naar binnen en komen pas eind mei weer naar buiten om in potten en kuipen in de tuin of op het terras te<br />
staan. Toch heb ik het jaren geleden aangedurfd om een aantal palmen ook in de volle grond te zetten. Door schade<br />
en schande wijzer geworden heb ik een methode ontwikkeld om deze kleine groep toch in staat te stellen om te<br />
overleven in onze koude en vooral natte winters. In dit artikel wil ik graag uitleggen hoe ik dit doe.<br />
Palmboom<br />
<strong>De</strong> palmboom is eigenlijk geen echte boom zoals wij die<br />
kennen hier in Europa. Het opvallendste verschil tussen<br />
palmbomen en loofbomen is het uitblijven van secundaire<br />
diktegroei bij palmen.<br />
Palmen behoren tot de eenzaadlobbige planten. Het zaad,<br />
dus ook het kiemplantje, bezit maar één zaadlob, net als<br />
dat van grassen en lelieachtigen. Palmen ontwikkelen maar<br />
een enkele stam met één groeipunt: de speer.<br />
1<br />
Dat is dus heel anders dan bij tweezaadlobbige planten,<br />
zoals struiken en bomen in onze tuin. Zoals hierboven al<br />
vermeld kennen palmen geen secundaire diktegroei. <strong>De</strong><br />
stam is in één keer op dikte en rijst zo de hoogte in, net<br />
als een grashalm.<br />
Palmen hebben geen vertakte hoofdwortel. Ze vormen<br />
één lange penwortel die recht naar beneden groeit<br />
opzoek naar grondwater. Geen enkele plant kan immers<br />
bestaan zonder water. Het voorkomen van palmbomen in<br />
zeer droge gebieden duidt dan ook op de aanwezigheid<br />
van grondwater - of ze werden aangeplant en daarna<br />
regelmatig bewaterd. Daarnaast vormen palmen wel<br />
bijwortels. Hierdoor lijkt de wortelkluit omvangrijk en<br />
neemt de onderkant van de stam ook iets in dikte toe.<br />
Een belangrijke functie van deze bijwortels is de<br />
verankering in de grond en het geven van steun.<br />
A<br />
C<br />
B<br />
D<br />
Hoewel ik in dit artikel steeds van ‘stam’ spreek, hebben<br />
palmen meestal een schijnstam. Dit wil zeggen dat de<br />
stam geen bast heeft en eigenlijk is opgebouwd uit een<br />
opeenstapeling van elkaar sterk omhullende bladscheden.<br />
Hierdoor groeit een palm ook niet in de breedte, zoals<br />
loofbomen. Voordat een jonge palm de hoogte in kan<br />
groeien, moet de stam eerst een bepaalde dikte hebben<br />
behaald. Daarom groeit een jonge palm langzamer dan een<br />
ouder exemplaar. Sommige palmsoorten hebben een harige<br />
stam van vezelige draden tussen de bladvoeten. Dit vormt<br />
een natuurlijke bescherming van het kwetsbare gedeelte<br />
van de stam. Een goed voorbeeld hiervan zijn de diverse<br />
Trachycarpus-soorten.<br />
<strong>De</strong> meeste palmen hebben een enkele stam. Er zijn<br />
er echter ook die meerdere stammen vormen zoals de<br />
goudpalm (Dypsis lutescens) en de kentiapalm (Howea<br />
forsteriana). Ik noem dit kamerpalmen, deze zijn ook vaak<br />
te vinden in kantoren en hallen van grote gebouwen.<br />
Enkele dadelpalmen vormen ook meerdere stammen:<br />
Phoenix reclinata (Senegalese dadelpalm) en Phoenix<br />
Bladvormen<br />
8 | <strong>De</strong> <strong>Parel</strong> <strong>2018</strong> | nr. 3