01.05.2013 Views

22. somatosensorische baansystemen en lesies - Stichting ITON

22. somatosensorische baansystemen en lesies - Stichting ITON

22. somatosensorische baansystemen en lesies - Stichting ITON

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

<strong>22.</strong> SOMATOSENSORISCHE BAANSYSTEMEN EN LESIES<br />

Indeling<br />

Het schema kan het beste gelez<strong>en</strong> word<strong>en</strong> met de prikkel mee, d.w.z. beginn<strong>en</strong>d rechtsonder in de periferie <strong>en</strong> via de <strong>baansystem<strong>en</strong></strong><br />

naar linksbov<strong>en</strong> tot in de hers<strong>en</strong>schors.<br />

Zwarte lijn<strong>en</strong>: de weg van de gnostische s<strong>en</strong>sibiliteit<br />

Gro<strong>en</strong>e lijn<strong>en</strong>: de weg van de vitale s<strong>en</strong>sibiliteit<br />

Roze rasters 1 t/m 14: <strong>lesies</strong><br />

Geheel links: opbouw van <strong>en</strong> somatotopie in <strong>baansystem<strong>en</strong></strong>.<br />

Rechtsbov<strong>en</strong>: s<strong>en</strong>sorische homunculus. De nummers corresponder<strong>en</strong> met de nummers in de hers<strong>en</strong>schors.<br />

Perifere <strong>en</strong> c<strong>en</strong>trale projecties in het gelaat zijn apart aangegev<strong>en</strong>.<br />

De halve oval<strong>en</strong> rechtsonder gev<strong>en</strong> de overlap aan van gnostische <strong>en</strong> vitale s<strong>en</strong>sibiliteit voor resp. perifere z<strong>en</strong>uwgebied<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

dermatom<strong>en</strong>.<br />

Algeme<strong>en</strong><br />

Onder somatos<strong>en</strong>soriek of s<strong>en</strong>sibiliteit verstaat m<strong>en</strong> de bewuste gewaarwording<strong>en</strong> die sam<strong>en</strong>hang<strong>en</strong> met de zintuiglijke functie van<br />

het lichaamsoppervlak <strong>en</strong> de dieper geleg<strong>en</strong> structur<strong>en</strong> (o.a. het bewegingsapparaat). Vele s<strong>en</strong>sor<strong>en</strong> drag<strong>en</strong> hiertoe bij: talrijke<br />

gespecialiseerde zintuigorgaantjes (o.a. de lichaampjes van Pacini), gewrichtss<strong>en</strong>sor<strong>en</strong>, vrije z<strong>en</strong>uwuiteind<strong>en</strong> etc. (proprio-, extero-<br />

<strong>en</strong> <strong>en</strong>teros<strong>en</strong>sor<strong>en</strong>. Zie ook 16, 27, 28, 29).<br />

Functioneel maakt m<strong>en</strong> onderscheid tuss<strong>en</strong>:<br />

1. vitale s<strong>en</strong>sibiliteit (gro<strong>en</strong>): pijn, temperatuur <strong>en</strong> grove tastzin, met e<strong>en</strong> vooral waarschuw<strong>en</strong>d karakter<br />

2. gnostische s<strong>en</strong>sibiliteit: de meer nauwkeurige, discriminatieve s<strong>en</strong>sibiliteit zoals fijne tast, stereognosie, vibratie-, houdings- <strong>en</strong><br />

bewegingszin (kinesthesie) (in de praktijk van de klinische neurologie gebruikt m<strong>en</strong> de uiterst vage term ‘diepe gevoel’); het<br />

betreft vooral de herk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>de functies.<br />

In de kliniek is het gebruikelijk deze twee vorm<strong>en</strong> van s<strong>en</strong>sibiliteit te relater<strong>en</strong> aan twee <strong>baansystem<strong>en</strong></strong> in het c<strong>en</strong>trale z<strong>en</strong>uwstelsel,<br />

namelijk:<br />

1. de tractus spinothalamicus voor de vitale <strong>en</strong><br />

2. het achterstr<strong>en</strong>gsysteem (tractus gracilis <strong>en</strong> cuneatus) voor de gnostische s<strong>en</strong>sibiliteit.<br />

Intuss<strong>en</strong> staat wel vast dat e<strong>en</strong> dergelijk ‘twee-ban<strong>en</strong>-concept’ veel te e<strong>en</strong>voudig is. Het ruggemerg bevat e<strong>en</strong> heel scala aan<br />

<strong>baansystem<strong>en</strong></strong> die waarschijnlijk allemaal tegelijk gebruikt word<strong>en</strong> (zie ook 15 <strong>en</strong> 23). Teg<strong>en</strong>woordig maakt m<strong>en</strong> wel onderscheid<br />

tuss<strong>en</strong> specifieke <strong>en</strong> aspecifieke s<strong>en</strong>sorische system<strong>en</strong>. Onder het specifieke systeem valt het gehele achterstr<strong>en</strong>gsysteem <strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

deel van de tractus spinothalamicus (neospinothalamische baan voor de primaire pijn, zie 23). Het aspecifieke systeem bestaat uit<br />

vele <strong>baansystem<strong>en</strong></strong>: paleospinothalamische baan, spinoreticulaire neuron<strong>en</strong>ket<strong>en</strong>s (secundaire pijn, zie 23).<br />

In dit schema wordt, om praktische red<strong>en</strong><strong>en</strong>, uitgegaan van het vere<strong>en</strong>voudigde twee-ban<strong>en</strong>-model.<br />

De weg van de prikkel volg<strong>en</strong>d kan m<strong>en</strong> twee niveaus onderscheid<strong>en</strong>:<br />

- e<strong>en</strong> segm<strong>en</strong>taal niveau: perifeer z<strong>en</strong>uwgebied, plexus, achterwortel <strong>en</strong> grijze stof van het ruggemerg<br />

- e<strong>en</strong> longitudinaal niveau: opstijg<strong>en</strong>de <strong>baansystem<strong>en</strong></strong> in de witte stof van ruggemerg <strong>en</strong> hers<strong>en</strong>stam (linkerzijde van het schema).<br />

Deze indeling is van groot praktisch belang aangezi<strong>en</strong> de uitvalsverschijnsel<strong>en</strong> in beide gevall<strong>en</strong> wez<strong>en</strong>lijk verschill<strong>en</strong>.<br />

SEGMENTAAL NIVEAU<br />

1. Perifere z<strong>en</strong>uwgebied<strong>en</strong> (kleinere oval<strong>en</strong> rechtsonder)<br />

De innervatiegebied<strong>en</strong> van perifere z<strong>en</strong>uw<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> relatief geringe overlap (10-30%). De vitale s<strong>en</strong>sibiliteit (fylog<strong>en</strong>etisch<br />

oud, dunne vezels) overlapt sterker dan de gnostische (de gro<strong>en</strong>e oval<strong>en</strong> zijn groter dan de zwarte). Dit heeft zijn consequ<strong>en</strong>ties<br />

voor de functie-uitval bij perifere z<strong>en</strong>uw<strong>lesies</strong>:<br />

Lesie 1: e<strong>en</strong> c<strong>en</strong>traal gebied van totale uitval, d.w.z. van tast <strong>en</strong> pijnzin (anesthesie <strong>en</strong> analgesie) met e<strong>en</strong> randzone van veranderde<br />

of verminderde s<strong>en</strong>sibiliteit. Totale uitval: wit; gedeeltelijk of veranderde s<strong>en</strong>sibiliteit: roze gearceerd. In de randzone bestaat vaak<br />

hyperpathie: lichte prikkels word<strong>en</strong> sterk <strong>en</strong> onaang<strong>en</strong>aam gevoeld (de randzone wordt alle<strong>en</strong> door dunne vezels geïnnerveerd).<br />

(NB: Teg<strong>en</strong>woordig spreekt m<strong>en</strong> van allodynie: e<strong>en</strong> veranderde, onaang<strong>en</strong>ame gewaarwording bij prikkels die normaal niet als<br />

pijnlijk word<strong>en</strong> ervar<strong>en</strong>). De tastzin is in e<strong>en</strong> groter gebied uitgevall<strong>en</strong> (minder overlap!) dan de pijnzin (zie verder 41).<br />

2. Plexus<br />

Ter plaatse van de plexus (cervicobrachiaal <strong>en</strong> lumbosacraal) lop<strong>en</strong> de vezels niet rechtstreeks dóór tot in de achterwortels. Er vindt<br />

e<strong>en</strong> hergroepering plaats via e<strong>en</strong> ingewikkeld netwerk van z<strong>en</strong>uwtakk<strong>en</strong>: de plexus. Vezels uit één perifere z<strong>en</strong>uw bereik<strong>en</strong> het<br />

ruggemerg via verscheid<strong>en</strong>e achterwortels (drie op het schema) <strong>en</strong> één achterwortel bevat dus vezels uit verscheid<strong>en</strong>e perifere<br />

z<strong>en</strong>uw<strong>en</strong>.<br />

Lesie 2: plexus<strong>lesies</strong> kunn<strong>en</strong> uitval van s<strong>en</strong>sibiliteit veroorzak<strong>en</strong> die, afhankelijk van de plaats van de lesie, lijkt op de uitval van<br />

perifere z<strong>en</strong>uw<strong>en</strong>, achterwortels of combinaties daarvan.<br />

3. Achterwortel


Door de hergroepering van vezels in de plexus hoort bij één achterwortel e<strong>en</strong> ander huidgebied dan bij één perifere z<strong>en</strong>uw. Deze<br />

gebied<strong>en</strong> het<strong>en</strong> dermatom<strong>en</strong> (zie 20) <strong>en</strong> zijn op het schema voorgesteld door de grote halve oval<strong>en</strong> rechts. Dermatom<strong>en</strong><br />

overlapp<strong>en</strong> als regel 50% of meer; vooral op de extremiteit<strong>en</strong> is de overlap groot. Tastgebied<strong>en</strong> overlapp<strong>en</strong> sterker dan<br />

pijngebied<strong>en</strong>.<br />

Lesie 3: bij e<strong>en</strong> lesie van één achterwortel is er ge<strong>en</strong> totaal verlies van de s<strong>en</strong>sibiliteit maar alle<strong>en</strong> e<strong>en</strong> verandering of vermindering<br />

in één dermatoom. De tastzin is in e<strong>en</strong> kleiner gebied gestoord dan de pijnzin. Ook hier zi<strong>en</strong> we vaak hyperpathie resp. allodynie.<br />

Schema 20 geeft meer informatie over dermatom<strong>en</strong>.<br />

4. Achterhoorn<br />

Hier synapter<strong>en</strong> de perifere neuron<strong>en</strong> van de vitale s<strong>en</strong>sibiliteit. De achterhoorn (grijze stof) bevat e<strong>en</strong> netwerk van vele<br />

interneuron<strong>en</strong> <strong>en</strong> vormt e<strong>en</strong> eerste selectie <strong>en</strong> filterstation voor prikkels uit de periferie (zie verder 13 <strong>en</strong> 23).<br />

Lesie 4: bij e<strong>en</strong> heftige schok van het ruggemerg door e<strong>en</strong> trauma (bijv. van de nek: contusio cervicalis posterior, ernstige<br />

whiplash) ontstaat e<strong>en</strong> sterke hyperpathie in de bijbehor<strong>en</strong>de dermatom<strong>en</strong>. K<strong>en</strong>nelijk is de werking van het interneuron<strong>en</strong>netwerk<br />

zodanig verstoord dat lichte prikkels versterkt word<strong>en</strong> doorgegev<strong>en</strong> (selectieve uitval van inhiber<strong>en</strong>de interneuron<strong>en</strong>?).<br />

5. C<strong>en</strong>trale grijze stof<br />

Hier kruist het tweede neuron van de vitale s<strong>en</strong>sibiliteit <strong>en</strong> loopt naar bov<strong>en</strong> in de tractus spinothalamicus aan de contralaterale<br />

zijde.<br />

Lesie 5: dubbelzijdige uitval van vitale s<strong>en</strong>sibiliteit (zich bijv. uit<strong>en</strong>d in brandwond<strong>en</strong> aan beide hand<strong>en</strong>) in de bijbehor<strong>en</strong>de<br />

dermatom<strong>en</strong> (bijv. syringomyelie, c<strong>en</strong>trale myelumbloeding<strong>en</strong>).<br />

LONGITUDINAAL NIVEAU<br />

1. Vitale s<strong>en</strong>sibiliteit (gro<strong>en</strong>e lijn<strong>en</strong>)<br />

Stijgt op in de tractus spinothalamicus contralateraal. Voor e<strong>en</strong> deel zijn de vezels somatotopisch gerangschikt (geheel links<br />

aangegev<strong>en</strong>): hoge segm<strong>en</strong>t<strong>en</strong> mediaal, lage lateraal. Vezels uit het gelaat schakel<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> ver naar caudaal doorlop<strong>en</strong>de kern, de<br />

Nc. Spinalis N.V <strong>en</strong> voeg<strong>en</strong> zich mediaal bij de andere vezels. Na schakeling in de thalamus projecter<strong>en</strong> de vezels deels<br />

somatotopisch op de gyrus postc<strong>en</strong>tralis (primaire <strong>somatos<strong>en</strong>sorische</strong> schors) of naar andere hers<strong>en</strong>gebied<strong>en</strong> (bijv. limbisch<br />

systeem), deels diffuus op de gehele hers<strong>en</strong>schors. Voor de bewustwording van bepaalde vorm<strong>en</strong> van s<strong>en</strong>sibiliteit (bijv. secundaire<br />

pijn) is de hers<strong>en</strong>schors waarschijnlijk niet noodzakelijk (zie ook 23).<br />

2. Gnostische s<strong>en</strong>sibiliteit (zwarte lijn<strong>en</strong>)<br />

De perifere vezels buig<strong>en</strong> in het ruggemerg direct af naar de achterstr<strong>en</strong>g (tractus cuneatus voor de arm, tractus gracilis voor het<br />

be<strong>en</strong>). Er is e<strong>en</strong> str<strong>en</strong>ge somatotopische rangschikking: vezels uit hogere segm<strong>en</strong>t<strong>en</strong> ligg<strong>en</strong> lateraal (zie geheel links). De eerste<br />

synaptering treedt pas op in de achterstr<strong>en</strong>gkern<strong>en</strong> (Nc. Cuneatus <strong>en</strong> Gracilis). Het tweede neuron kruist (de zog<strong>en</strong>aamde<br />

s<strong>en</strong>sorische decussatie) <strong>en</strong> loopt verder in de lemniscus medialis tot aan de thalamus. Vezels uit het gelaat voeg<strong>en</strong> zich na<br />

schakeling in de Nc. Princeps N.V hierbij. Na schakeling in de thalamus (laterale kern<strong>en</strong>) projecter<strong>en</strong> de vezels somatotopisch op<br />

de gyrus postc<strong>en</strong>tralis.<br />

NB: Er bestaan ook somatotopische projecties op andere plaats<strong>en</strong> in de hers<strong>en</strong><strong>en</strong> (zgn. multipele repres<strong>en</strong>tatie). Uit rec<strong>en</strong>t<br />

onderzoek is geblek<strong>en</strong> dat de s<strong>en</strong>sibele projectiegebied<strong>en</strong> in de schors kunn<strong>en</strong> wijzig<strong>en</strong> door training (plasticiteit, zie 17). Tev<strong>en</strong>s<br />

word<strong>en</strong> ook andere schorsgebied<strong>en</strong> direct bereikt (bijv. de motorische schors). Op de schors zijn het be<strong>en</strong> mediaal, het gelaat <strong>en</strong> de<br />

hand meer lateraal geprojecteerd. Nauwkeurig voel<strong>en</strong>de lichaamsdel<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> hierbij e<strong>en</strong> relatief groot schorsgebied. De<br />

‘misvormde’ homunculus rechtsbov<strong>en</strong> geeft dit weer.<br />

NB: Steeds lager geleg<strong>en</strong> del<strong>en</strong> in de Nc. Spinalis van de N.V (vitale s<strong>en</strong>sibiliteit) blijk<strong>en</strong> te corresponder<strong>en</strong> met van mediaal naar<br />

lateraal verlop<strong>en</strong>de conc<strong>en</strong>trische ring<strong>en</strong> in het gelaat! (Zie ook 20.)<br />

Overige <strong>lesies</strong> (roze raster, rood g<strong>en</strong>ummerd)<br />

6. gnostische uitval beide b<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

7. vitale uitval, contralateraal, beginn<strong>en</strong>d <strong>en</strong>kele segm<strong>en</strong>t<strong>en</strong> onder de lesie (de kruising ‘kost’ <strong>en</strong>kele segm<strong>en</strong>t<strong>en</strong>)<br />

8. syndroom van Brown-Sequard: e<strong>en</strong>zijdige ruggemergslesie: homolateraal uitval gnostisch <strong>en</strong> motoriek, contralateraal uitval<br />

vitaal (zie ook 26)<br />

9. lateraal medulla oblongata-syndroom: vitale uitval gelaat homolateraal (kern: segm<strong>en</strong>taal), lichaamshelft contralateraal (baan:<br />

longitudinaal). Hemianalgesia alternans<br />

10. uitval s<strong>en</strong>sibiliteit gelaatshelft<br />

11. uitval vitale <strong>en</strong> gnostische s<strong>en</strong>sibiliteit in gelaat <strong>en</strong> lichaam, beide contralateraal<br />

12. thalamus; idem 11, maar acc<strong>en</strong>t op gnostische stoorniss<strong>en</strong>. Vaak hevige pijn <strong>en</strong> hyperpathie (allodynie) (‘syndrome<br />

thalamique’)<br />

13. capsula interna; idem 12. Uitval groter naarmate de lesie dieper in de capsula interna zit<br />

14. hers<strong>en</strong>schors: uitval van vooral gnostische s<strong>en</strong>sibiliteit. Hier vnl. gelaat <strong>en</strong> hand. Uitval op andere locaties kan gemakkelijk<br />

aan de hand van de nummertjes word<strong>en</strong> afgelez<strong>en</strong>.<br />

Ref.: A, E, F

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!