02.06.2013 Views

Ontwerp van decreet houdende diverse bepalingen inzake energie

Ontwerp van decreet houdende diverse bepalingen inzake energie

Ontwerp van decreet houdende diverse bepalingen inzake energie

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

6 Stuk 2031 (2012-2013) – Nr. 1<br />

herziening <strong>van</strong> de vastgestelde tarieven behoort echter niet tot de materiële bevoegdheid<br />

<strong>van</strong> het Vlaamse Gewest. Conform artikel 6, §1, VII, tweede lid, <strong>van</strong> de BWHI<br />

maken tot nader order de tarieven nog steeds een exclusieve federale bevoegdheid uit.<br />

Deze bevoegdheid zal trouwens ook na de implementatie <strong>van</strong> de zesde staatshervorming,<br />

wat betreft de transmissienettarieven en de tarieven voor het plaatselijk vervoernet<br />

<strong>van</strong> elektriciteit, nog steeds een federale bevoegdheid blijven.<br />

– De raden onderschrijven de noodzaak om de definitie <strong>van</strong> B tot aan te passen, maar<br />

stellen zich de vraag of de gegevens betreffende de totale brutoproductie <strong>van</strong> groene<br />

stroom voor de periode augustus n-3 tot juli n-2 even vlot beschikbaar zal zijn als gegevens<br />

per kalenderjaar.<br />

De raden merken terecht op dat de gegevens voor de correcte berekening <strong>van</strong> B tot op<br />

basis <strong>van</strong> de formulering uit het ontwerp <strong>van</strong> <strong>decreet</strong> inderdaad niet altijd beschikbaar<br />

gaan zijn. Het betreft immers de productie <strong>van</strong> zowel certificaatgerechtigde installaties<br />

als <strong>van</strong> installaties die nooit of niet langer groenestroomcertificaten krijgen. Deze laatste<br />

categorie zal omwille <strong>van</strong> enerzijds de introductie <strong>van</strong> de eindigheid <strong>van</strong> de certificatenregeling<br />

en anderzijds omdat bepaalde installaties nooit certificaten zullen krijgen<br />

– hetzij op basis <strong>van</strong> de OT-berekening, hetzij omwille <strong>van</strong> de beleidskeuze dat ze nooit<br />

certificaten mogen krijgen (bijvoorbeeld <strong>van</strong>af 2014 zonnepanelen in het kader <strong>van</strong><br />

nieuwbouw 2 ) – gestaag toenemen zodat dit zeker niet statistisch insignificant zal zijn.<br />

De gegevens <strong>van</strong> de certificaatgerechtigde installaties kunnen op maandbasis uit<br />

de databank <strong>van</strong> de VREG worden gehaald, op dat punt vormt een periode die<br />

geschraagd zit over twee kalenderjaren geen probleem. Maar betreffende de installaties<br />

die geen groenestroomcertificaten ont<strong>van</strong>gen, kunnen de gegevens <strong>van</strong> hun productie<br />

<strong>van</strong> hernieuwbare <strong>energie</strong> enkel worden ont<strong>van</strong>gen op basis <strong>van</strong> de rapportage, als<br />

bedoeld in titel X <strong>van</strong> het Energiebesluit (Energiebeleidsrapportering). Die jaarlijkse<br />

rapportage gaat telkens over de gegevens <strong>van</strong> een volledig kalenderjaar, waardoor ze<br />

dus niet op maandbasis beschikbaar zijn.<br />

Om aan de opmerking <strong>van</strong> de raden tegemoet te komen, wordt daarom bijkomend<br />

bepaald dat de bruto productie <strong>van</strong> groene stroom voor de periode <strong>van</strong> 12 maanden tot<br />

en met juli <strong>van</strong> jaar n-2, zal worden berekend aan de hand <strong>van</strong> de gerapporteerde<br />

maandproductie <strong>van</strong> alle productie-installaties. Voor productie-installaties waarvoor<br />

geen maandelijkse gegevens beschikbaar zijn, wordt bij de berekening <strong>van</strong> B tot de productie<br />

op basis <strong>van</strong> jaar n-3 gebruikt.<br />

– De raden vinden het positief dat de <strong>energie</strong>prestatiecertificatendatabank en de <strong>energie</strong>prestatiecertificatendatabank<br />

worden opengesteld maar zij vragen de conformiteit <strong>van</strong><br />

deze <strong>bepalingen</strong> aan het <strong>decreet</strong> openbaarheid <strong>van</strong> bestuur.<br />

Op deze laatste vraag kan niet worden ingegaan aangezien een volledige openbaarheid<br />

strijdig zou zijn met de adviespraktijk <strong>van</strong> de privacycommissie omtrent de openbaarheid<br />

<strong>van</strong> dergelijke gegevens. Om deze redenen werd door de <strong>decreet</strong>gever in 2011<br />

dan ook besloten om enkel de Vlaamse overheidsdiensten toegang te verlenen tot alle<br />

gegevens in die databanken en de toegang voor verslaggevers, <strong>energie</strong>deskundigen en<br />

eigenaars te beperken tot hun eigen dossiers. Hiervoor werd in de memorie <strong>van</strong> toelichting<br />

bij het <strong>decreet</strong> <strong>van</strong> 18 november 2011 een omstandige argumentatie opgenomen<br />

die nog steeds rele<strong>van</strong>t is 3 . Deze absolute uitzonderingsgrond betreffende andere<br />

derden werd echter in de praktijk vis-à-vis het gebruik <strong>van</strong> deze gegevens in het kader<br />

<strong>van</strong> wetenschappelijk onderzoek als te beperkend ervaren. De huidige formulering <strong>van</strong><br />

artikel 11.1.14, §2, vierde lid, en artikel 11.2.3, §3, eerste lid, <strong>van</strong> het Energie<strong>decreet</strong><br />

2<br />

Artikel 7.1.1, §2, tweede lid, <strong>van</strong> het Energie<strong>decreet</strong>.<br />

3<br />

Zie Parl.St. Vl.Parl. 2010-11, nr. 1144/1, p. 21 en 23.<br />

V L A A M S P A R L E M E N T

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!