MANUALplus 4110 - heidenhain

Boor- en freespatronen
106
Lineair patroon eindvlak G743
Met G743 worden boor- of freespatronen op het eindvlak gemaakt. Als “ZE”
niet wordt opgegeven, wordt gebruikgemaakt van de boor-/freescyclus of
figuurbeschrijving van de volgende NC-regel – boorcyclus G71, G74, G36 of
figuur G304, G305, G307 (freesbewerking).
Parameters
XK, YK: beginpunt patroon (cartesiaanse coördinaten)
Z, ZE: beginpunt, eindpunt boor-/freesbewerking
X, C: diameter, beginhoek (poolcoördinaten)
A: patroonhoek
I, J; Ii, Ji: eindpunt patroon; patroonafstand
R, Fi: patroonlengte, afstand tot volgende positie
Q: aantal boringen/figuren – default: 1
Lineair patroon mantel G744
Met G744 worden boor- of figuurpatronen gelijkmatig verdeeld op een lijn
op het mantelvlak gemaakt. Als “XE” niet wordt opgegeven, wordt
gebruikgemaakt van de boor-/freescyclus of figuurbeschrijving van de
volgende NC-regel – boorcyclus G71, G74, G36 of figuur G314, G315,
G317 (freesbewerking).
Parameters
Z, C: beginpunt, beginhoek (poolcoördinaten)
X, XE: beginpunt, eindpunt boring/freesbewerking (diametermaat)
ZE, W: eindpunt, eindhoek patroon
Wi: hoekincrement – afstand tot volgende positie
Q: aantal boringen/figuren – default: 1