MANUALplus 4110 - heidenhain

Werkstuk maken
116
Werkstuk met cycli maken
In dit hoofdstuk wordt in verschillende stappen
uitgelegd hoe een werkstuk wordt gemaakt. De
bewerking wordt tijdens “Teach-in” uitgevoerd, zodat
u aan het einde van de bewerking over een compleet
cyclusprogramma beschikt.
Het gemaakte cyclusprogramma kan in de
bedrijfsmode “Programma-afloop” voor de productie
van andere delen worden gebruikt.
Stappen
Onbewerkt werkstuk inspannen
Gereedschapsgegevens invoeren, resp. controleren
Machine instellen
werkstuknulpunt vastleggen met “Aswaarden
instellen”
gereedschapsmaten bepalen
Naar “Teach-in” omschakelen
Werkstukbewerking cyclus voor cyclus uitvoeren
Nadere informatie:
“9.1Cyclusprogrammering”
Gereedschap invoeren:
Bij “Gereedschapsbeheer” maakt u voor elk gereedschap een record (Tnummer)
en geeft u de gereedschapsoriëntatie en voor elk
gereedschapstype overige parameters (instel- en beitelpunthoek,
beitelbreedte, etc.) in. Aan het gereedschap wordt een
“gereedschapsbeschrijving” toegekend.
Controleer de gegevens als het gereedschap al is ingevoerd.
1. Selecteer de bedrijfsmode Gereedschapsbeheer
Druk op de Process-toets
Positioneer de cursor op “Gereedschapsbeheer”
Druk op de Process-toets
2. Voer gereedschap in
Zoek vrije positie in de gereedschapstabel
Schakel met “Toevoegen” om naar gereedschapsinvoermenu
Selecteer het gereedschapstype
Voer de gereedschapsgegevens – behalve instelmaten – in
Voer de gereedschapstekst in of wijs deze toe
Sla de gereedschapsgegevens met “Opslaan” op
3. Terug naar bedrijfsmode Machine
Druk op de Process-toets
Positioneer de cursor op “Machine”
Druk op de Process-toets