Arend baron Sloet van Tweenijenhuizen (1722 - 1786) - Historisch ...
Arend baron Sloet van Tweenijenhuizen (1722 - 1786) - Historisch ...
Arend baron Sloet van Tweenijenhuizen (1722 - 1786) - Historisch ...
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
in totaal 72.100 gulden. Anna bezat daarnaast nog veelonroerend goed. In<br />
Vollenhave werd met haar geld het landbezit <strong>van</strong> <strong>Arend</strong> uitgebreid voor<br />
7.280 gulden. In Steenwijk was er een 'huis en stede met een plaats, stallingen<br />
en koetshuis aan de zuidzijde <strong>van</strong> de Gasthuisstraat en de westzijde<br />
<strong>van</strong> de Onnigerstraat' ter waarde <strong>van</strong> 5.000 gulden, waarin het echtpaar de<br />
eerste tijd <strong>van</strong> hun huwelijk woonde, om na de verbouwing <strong>van</strong> Oldruitenborgh<br />
daar hun intrek te nemen. Later werd dit Steenwijkse huis verhuurd.<br />
In Steenwijk en wijde omgeving bezat Anna nog een twintigtal boerderijen<br />
en los land ter waarde <strong>van</strong> 37.459 gulden. Samen met obligaties -<br />
147.340 gulden - was het vermogen <strong>van</strong> Anna aan de hand <strong>van</strong> de gegevens<br />
uit de boedelbeschrijving <strong>van</strong> <strong>Arend</strong> in 1789 groot 184.799 gulden.<br />
Haar bezit aan obligaties bracht haar natuurlijk jaarlijks baten. Nergens is<br />
een rentepercentage vermeld, maar in die tijd gold een percentage <strong>van</strong><br />
vier. Voor het onroerend goed een percentage <strong>van</strong> twee.<br />
Het valt te veronderstellen dat Anna 50% <strong>van</strong> haar jaarlijkse vermogensopbrengst<br />
heeft herbelegd. Uit de bovengenoemde cijfers is duidelijk<br />
dat het echtpaar steeds geld genoeg voor handen had om steeds nieuwe investeringen<br />
te doen.<br />
Welke waren nu de beleggingen <strong>van</strong> <strong>Arend</strong> <strong>Sloet</strong> en zijn vrouw tijdens hun<br />
huwelijk aan adellijke personen?<br />
Kwartier <strong>van</strong> Salland<br />
Een hypothecaire lening in 1756 aan Joachim Adolf <strong>van</strong> Rechteren tot<br />
Rechteren ten bedrage <strong>van</strong> 14.000 gulden op de havezate Schuilenburg bij<br />
Hellendoorn. Een zelfde aan Jan Zeger <strong>van</strong> WeI velde tot Buckhorst <strong>van</strong><br />
12.000 gulden, daterend <strong>van</strong> 1750, die in 1759 door zijn erven werd overgedragen<br />
aan Willem Bentinck tot Beverfeurde. Nog een in 1765 aan <strong>Arend</strong><br />
<strong>van</strong> Echten tot <strong>Arend</strong>shorst <strong>van</strong> 8.000 gulden, in verband met de aankoop<br />
<strong>van</strong> die havezate bij Ommen.<br />
Kwartier <strong>van</strong> Twente<br />
Twee hypothecaire leningen op Singraven bij Denekamp <strong>van</strong> 1757 en '58<br />
aan Anthony Barthold <strong>Sloet</strong> tot Singraven en zijn vrouw Johanna Margaretha<br />
de Thouars <strong>van</strong> respectievelijk 12.000 en 11.000 gulden.<br />
Kwartier <strong>van</strong> Vollenhave<br />
Een lening <strong>van</strong> 8.000 gulden aan Gerrit Jan <strong>van</strong> Rhemen tot Rhemenshuizen<br />
en zijn vrouw Johanna Catharina <strong>Sloet</strong>, zuster <strong>van</strong> <strong>Arend</strong>, in 1764.<br />
Naast deze leningen aan enkele leden <strong>van</strong> de adel in Overijssel waren er<br />
veel grotere en kleinere leningen aan boeren en burgers in dat gewest,<br />
vooral in Vollenhave en omgeving, maar ook in Drenthe en Friesland, o.a.<br />
aan Onno Zwier <strong>van</strong> Haren en diens vrouw Sara Adel <strong>van</strong> Hulst <strong>van</strong><br />
15.000 gulden en aan de familie <strong>van</strong> Heloma.<br />
49