29.08.2013 Views

De in beginsel strakke regel - Houthoff Buruma

De in beginsel strakke regel - Houthoff Buruma

De in beginsel strakke regel - Houthoff Buruma

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

<strong>strakke</strong> <strong>regel</strong> valt, vormt desalniettem<strong>in</strong> onderdeel van de<br />

rechtsstrijd <strong>in</strong>dien (i) de wederpartij daar<strong>in</strong> ondubbelz<strong>in</strong>nig<br />

toestemt, (ii) de aard van het geschil dit meebrengt 62 of (iii)<br />

daarmee aanpass<strong>in</strong>g wordt beoogd aan eerst na dat tijdstip<br />

voorgevallen of gebleken feiten en omstandigheden en aldus<br />

wordt voorkomen dat het geschil aan de hand van <strong>in</strong>middels<br />

achterhaalde of onjuist gebleken (juridische of feitelijke) gegevens<br />

zou moeten worden beslist of dat een nieuwe procedure<br />

zou moeten worden aangespannen. In deze gronden vallen<br />

zowel de partijautonomie als de desiderata van e<strong>in</strong>digheid en<br />

juistheid te onderkennen.<br />

Grond (ii) betreft met name gevallen waar<strong>in</strong> een temporele<br />

begrenz<strong>in</strong>g van het debat geen z<strong>in</strong> heeft, zoals bij alimentatiezaken<br />

(omdat steeds opnieuw kan worden geprocedeerd) en<br />

dwangsommen (omdat de rechter hier een ambtshalve taak<br />

heeft). 63<br />

In de zaak Wertenbroek q.q./Van Vlerken draaide het om<br />

uitzonder<strong>in</strong>gsgrond (iii). <strong>De</strong> aanleid<strong>in</strong>g vormde een eisvermeerder<strong>in</strong>g<br />

na deskundigenbericht <strong>in</strong> appel. Dat deskundigenbericht<br />

wees uit dat de schade hoger was dan het tot dan toe<br />

door geïntimeerde gevorderde en <strong>in</strong> eerste aanleg toegewezen<br />

bedrag, waarop deze zijn eis vermeerderde. Het hof heeft op<br />

deze vermeerderde eis recht gedaan. Hiertegen keerde Wertenbroek<br />

zich tevergeefs <strong>in</strong> cassatie. <strong>De</strong> Hoge Raad overweegt<br />

ten aanzien van uitzonder<strong>in</strong>gsgrond (iii) dat<br />

‘(…) <strong>in</strong> het algemeen het aanvoeren van een grief of een<br />

verander<strong>in</strong>g of vermeerder<strong>in</strong>g van eis na het tijdstip van de<br />

memorie van grieven of antwoord toelaatbaar [kan] zijn,<br />

<strong>in</strong>dien daarmee aanpass<strong>in</strong>g wordt beoogd aan eerst na dat<br />

tijdstip voorgevallen of gebleken feiten en omstandigheden<br />

en de nieuwe grief of de eisverander<strong>in</strong>g of -vermeerder<strong>in</strong>g<br />

ertoe strekt te voorkomen dat het geschil aan de hand<br />

van <strong>in</strong>middels achterhaalde of onjuist gebleken (juridische<br />

of feitelijke) gegevens zou moeten worden beslist, of dat<br />

– <strong>in</strong>dien dan nog mogelijk – een nieuwe procedure zou<br />

moeten worden aangespannen om het geschil alsnog aan<br />

de hand van de juiste en volledige gegevens te kunnen<br />

doen beslissen. (…)<br />

<strong>De</strong> onderhavige eisvermeerder<strong>in</strong>g van Van Vlerken was<br />

<strong>in</strong>gegeven door hetgeen <strong>in</strong> het deskundigenbericht was<br />

vermeld als antwoord op de desbetreffende door het hof<br />

aan de deskundigen gestelde vragen omtrent de omvang<br />

van de herstelkosten, te weten dat deze kosten door na het<br />

e<strong>in</strong>dvonnis van de rechtbank opgetreden prijsontwikkel<strong>in</strong>gen<br />

hoger uitkwamen dan de bij dat vonnis toegewezen<br />

bedragen, en strekte ertoe de omvang van de gevorderde<br />

bedragen aan deze prijsontwikkel<strong>in</strong>gen aan te passen.<br />

Het hof heeft zonder schend<strong>in</strong>g van enige rechts<strong>regel</strong> kunnen<br />

oordelen dat <strong>in</strong> dit geval de eisvermeerder<strong>in</strong>g, ondanks<br />

het ontbreken van een reeds bij memorie van antwoord<br />

<strong>in</strong>gesteld <strong>in</strong>cidenteel hoger beroep, toelaatbaar was nu de<br />

62. Zie bijv. HR 20 maart 2009, LJN BG9917, NJ 2010, 153 m.nt. H.J. Snijders.<br />

63. Zie Bakels e.a. 2009, nr. 114-115.<br />

80 T C R 2 0 1 2 , n u m m e r 3<br />

eisen van een goede procesorde zich daartegen niet verzetten.<br />

Dat oordeel is ook niet onbegrijpelijk.’<br />

Met uitzonder<strong>in</strong>gsgrond (iii) wordt (hetgeen vanuit een oogpunt<br />

van rechtseenheid aantrekkelijk is) aansluit<strong>in</strong>g gevonden<br />

bij de (op het desideratum van juistheid terug te voeren) rechterlijke<br />

bevoegdheid tot terugkomen van de b<strong>in</strong>dende e<strong>in</strong>dbesliss<strong>in</strong>g.<br />

<strong>De</strong>ze bevoegdheid bestaat <strong>in</strong>dien een e<strong>in</strong>dbesliss<strong>in</strong>g<br />

niet <strong>in</strong> een e<strong>in</strong>duitspraak is vervat en is gebleken dat zij berust<br />

op een onjuiste juridische of feitelijke grondslag. 64<br />

Een <strong>in</strong> een e<strong>in</strong>duitspraak <strong>in</strong> eerste aanleg vervatte e<strong>in</strong>dbesliss<strong>in</strong>g<br />

die buiten de grenzen van de rechtsstrijd <strong>in</strong> hoger<br />

beroep valt, mag niet ambtshalve door de appelrechter ter discussie<br />

worden gesteld, 65 tenzij dit dient om recht van openbare<br />

orde tot geld<strong>in</strong>g te doen komen. Vanwege de status van<br />

<strong>regel</strong>s van openbare orde 66 weegt het desideratum van juistheid<br />

dan zo zwaar dat de partijautonomie moet wijken en de<br />

rechter deze <strong>regel</strong>s buiten de door partijen getrokken grenzen<br />

van de rechtsstrijd moet toepassen. <strong>De</strong> partijautonomie kan<br />

voorts wijken <strong>in</strong>dien de rechter gebruikmaakt van zijn discretionaire<br />

bevoegdheid een kwestie ambtshalve aan de orde te<br />

stellen. <strong>De</strong> vraag naar de grenzen van die bevoegdheid kan niet<br />

<strong>in</strong> zijn algemeenheid worden beantwoord. Uit de arresten<br />

Regiopolitie/Hovax 67 en X./Aerts q.q. 68 blijkt dat relevant is<br />

of het voor de hand ligt de desbetreffende kwestie bij het debat<br />

te betrekken, gelet op het eerdere verloop daarvan. 69<br />

In de zaken Pessers/Ru-Pro en Doornenbal/Van der Spek<br />

had het hof na memoriewissel<strong>in</strong>g <strong>in</strong> appel ambtshalve thema’s<br />

aan de orde gesteld die buiten de door partijen getrokken<br />

grenzen van de rechtsstrijd vallen en geen recht van openbare<br />

orde betreffen. In beide gevallen casseert de Hoge Raad. In de<br />

zaak Doornenbal/Van der Spek appelleert Doornenbal van de<br />

afwijz<strong>in</strong>g van zijn op een bed<strong>in</strong>g <strong>in</strong> een overeenkomst met Van<br />

der Spek gebaseerde vorder<strong>in</strong>g. Na memoriewissel<strong>in</strong>g heeft het<br />

hof voorshands (zodat van een b<strong>in</strong>dende e<strong>in</strong>dbesliss<strong>in</strong>g nog<br />

geen sprake is) geoordeeld dat het bed<strong>in</strong>g nietig of vernietigbaar<br />

is wegens strijd met goede zeden of openbare orde en partijen<br />

de gelegenheid gegeven zich hierover uit te laten. Van der<br />

Spek heeft bij die gelegenheid het voorshandse oordeel van het<br />

hof tot zijn verweer gemaakt. Doornenbal heeft bezwaar<br />

gemaakt tegen deze uitbreid<strong>in</strong>g van de rechtsstrijd. Het hof<br />

houdt echter vast aan zijn voorshandse oordeel en bekrachtigt<br />

het vonnis van de rechtbank buiten de grieven om.<br />

Het hof beoogde met deze aanpak kennelijk gebruik te<br />

maken van zijn bevoegdheid respectievelijk plicht tot doorbre-<br />

64. Zie bijv. HR 26 november 2010 (Kojen/ABB), LJN BN8521, JBPr<br />

2011/7, m.nt. D. Roffel, r.o. 3.5.<br />

65. Zie HR 20 november 2009 (Huisman/Schreurs q.q.), LJN BJ8340,<br />

RvdW 2009, 1363, r.o. 4.3.<br />

66. Hetzelfde geldt voor bepaalde Europeesrechtelijke <strong>regel</strong>s ook <strong>in</strong>dien zij<br />

niet van openbare orde zijn. Zie Asser/Hartkamp 3-I* 2011, nr. 124-130.<br />

67. HR 26 september 2003 (Regiopolitie/Hovax), LJN AF9414, NJ 2004,<br />

460.<br />

68. HR 14 maart 2008 (X./Aerts q.q.), LJN BC1231, NJ 2008, 466 m.nt.<br />

J.M.M. Maeijer en H.J. Snijders.<br />

69. Zie voor de discussie <strong>in</strong> de literatuur hieromtrent de <strong>in</strong>structieve conclusie<br />

van A-G Wessel<strong>in</strong>g-van Gent vóór HR 9 december 2011 (Doornenbal/Van<br />

der Spek), LJN BR2045, RvdW 2012, 1543 sub 2.10-2.16.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!