De in beginsel strakke regel - Houthoff Buruma
De in beginsel strakke regel - Houthoff Buruma
De in beginsel strakke regel - Houthoff Buruma
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
heid of afstand van recht 7 – tijdig en wordt geïncludeerd. Het<br />
heeft (dus) geen z<strong>in</strong> om <strong>in</strong> appel te klagen over gebrek aan<br />
wederhoor of exclusie <strong>in</strong> eerste aanleg: het desbetreffende<br />
gebrek kan immers via de memoriewissel<strong>in</strong>g <strong>in</strong> appel nog worden<br />
goedgemaakt.<br />
Van na appelmemorie <strong>in</strong>genomen nieuwe standpunten<br />
kan niet steeds worden gezegd dat hoor en wederhoor eisen<br />
dat zij buiten beschouw<strong>in</strong>g worden gelaten. Zo kan van een<br />
eenvoudig nieuw verweer dat bij pleidooi wordt gevoerd, louter<br />
<strong>in</strong> het licht van hoor en wederhoor veelal worden geoordeeld<br />
dat bij die gelegenheid voldoende kan worden gereageerd.<br />
Hoor en wederhoor stellen derhalve slechts <strong>in</strong> beperkte<br />
mate grenzen aan de <strong>in</strong>clusie van nieuwe standpunten.<br />
3 <strong>De</strong> f<strong>in</strong>aliser<strong>in</strong>gsfunctie van het hoger beroep<br />
Het beg<strong>in</strong>sel van hoor en wederhoor eist dat partijen voldoende<br />
kunnen reageren op alle bij de beoordel<strong>in</strong>g te betrekken<br />
standpunten. Inclusie van standpunten en het bieden van een<br />
reactiemogelijkheid bevordert dat de besliss<strong>in</strong>g zo veel mogelijk<br />
aansluit bij de ‘echte’ feiten en de ‘werkelijke’ rechten van<br />
partijen. Exclusie kan ten gevolge hebben dat de rechterlijke<br />
besliss<strong>in</strong>g niet met die feiten en rechten overeenstemt. <strong>De</strong>ze<br />
ook <strong>in</strong> appel onwenselijke 8 <strong>in</strong>breuk op het desideratum van<br />
juistheid brengt met zich mee dat exclusie rechtvaardig<strong>in</strong>g<br />
behoeft. <strong>De</strong>ze v<strong>in</strong>dt haar grondslag <strong>in</strong> het desideratum van<br />
e<strong>in</strong>digheid.<br />
Het hoger beroep heeft mede een f<strong>in</strong>aliser<strong>in</strong>gsfunctie: 9 de<br />
appelrechter doet de zaak <strong>in</strong> laatste feitelijke <strong>in</strong>stantie af, op<br />
basis van een voortgezet 10 debat tussen partijen waar<strong>in</strong> de<br />
standpunten van partijen def<strong>in</strong>itief vast komen te staan. Partijen<br />
hebben al een <strong>in</strong>stantie doorlopen waar<strong>in</strong> standpunten<br />
zijn uitgewisseld en die <strong>in</strong> een uitspraak is uitgemond. Het<br />
hoger beroep biedt partijen de laatste kans hun zaak volledig te<br />
presenteren en te laten beoordelen. Hierna rest slechts een aan<br />
belangrijke beperk<strong>in</strong>gen onderhevige controle door de cassatierechter.<br />
Een na cassatie volgende verwijz<strong>in</strong>gsprocedure is<br />
niet meer dan de voortzett<strong>in</strong>g van de appelfase. Met de uitspraak<br />
van de appelrechter v<strong>in</strong>dt de feitelijke beoordel<strong>in</strong>g van<br />
de zaak haar def<strong>in</strong>itieve e<strong>in</strong>de. Het verschil met de eerste aanleg<br />
is dat het achterwege laten van een reactie op een standpunt<br />
van de wederpartij niet meer kan worden goedgemaakt<br />
<strong>in</strong> een volgende <strong>in</strong>stantie. <strong>De</strong>ze achtergrond kleurt de wijze<br />
7. HR 9 juli 2010 (Leemkuil/Smit c.s.), LJN BM3912, NJ 2010, 418, JBPr<br />
2010, 57 m.nt. F.J.H. Hovens, r.o. 4.1. Zie nader Van der Wiel 2004,<br />
nr. 283-284; Bakels e.a. 2009, nr. 169; H.J. Snijders en A. Wendels, Civiel<br />
appel, <strong>De</strong>venter: Kluwer 2009, nr. 201. Systematisch vormen de wettelijke<br />
<strong>regel</strong>s over ‘gedekte weren’ (art. 348 Rv) en ‘erkentenis’ (art. 154 lid 1<br />
Rv) species van het genus afstand van recht.<br />
8. Zie bijv. Bijl. Handel<strong>in</strong>gen II 1950/51, nr. 3, p. 4.<br />
9. Vgl. het concept ‘f<strong>in</strong>aliteit van de eerste aanleg’, waarover Asser e.a. 2003,<br />
p. 193. Hiermee wordt bedoeld dat het proces na het e<strong>in</strong>dvonnis <strong>in</strong> eerste<br />
aanleg <strong>in</strong> beg<strong>in</strong>sel ten e<strong>in</strong>de moet zijn, en dat hoger beroep uitzonder<strong>in</strong>g<br />
is.<br />
10. Zie Asser e.a. 2003, p. 206-210; Bakels e.a. 2009, nr. 84. Hovens 2005,<br />
nr. 281 laat zien dat de Hoge Raad reeds <strong>in</strong> een arrest uit 1842 betekenis<br />
toekent aan het feit dat het hoger beroep geen geheel nieuw maar een<br />
voortgezet debat betreft.<br />
72 T C R 2 0 1 2 , n u m m e r 3<br />
waarop <strong>in</strong> appel de temporele grens tussen <strong>in</strong>clusie en exclusie<br />
wordt getrokken.<br />
Van partijen kan worden gevergd dat zij hun standpunten<br />
zo tijdig <strong>in</strong>nemen dat de wederpartij daarop b<strong>in</strong>nen de kaders<br />
van het normale procedureverloop voldoende kan reageren.<br />
Vertrag<strong>in</strong>g van het ged<strong>in</strong>g moet worden voorkomen, ook door<br />
partijen. 11 Het normale procedureverloop <strong>in</strong> hoger beroep<br />
voorziet <strong>in</strong> een enkele memoriewissel<strong>in</strong>g. Dit is een sterke aanwijz<strong>in</strong>g<br />
voor het uitgangspunt dat nieuwe standpunten <strong>in</strong><br />
hoger beroep uiterlijk bij memorie moeten worden <strong>in</strong>genomen.<br />
<strong>De</strong>ze grensbepal<strong>in</strong>g wordt ‘de <strong>in</strong> beg<strong>in</strong>sel <strong>strakke</strong> <strong>regel</strong>’<br />
genoemd, die met zo veel woorden <strong>in</strong> de rechtspraak is aanvaard.<br />
4 Vragen rond de <strong>in</strong> beg<strong>in</strong>sel <strong>strakke</strong> <strong>regel</strong><br />
<strong>De</strong> <strong>in</strong> beg<strong>in</strong>sel <strong>strakke</strong> <strong>regel</strong> lijkt een heldere grens te bieden<br />
tussen <strong>in</strong>clusie (hoor en wederhoor) en exclusie (hoor noch<br />
wederhoor). Bij nadere beschouw<strong>in</strong>g roept de <strong>in</strong> beg<strong>in</strong>sel<br />
<strong>strakke</strong> <strong>regel</strong> echter verschillende vragen op. Ik licht dit toe<br />
aan de hand van twee voorbeelden.<br />
Als eerste wijs ik op de gedachte dat een partij een beroep<br />
moet kunnen doen op relevante ontwikkel<strong>in</strong>gen die zich hebben<br />
voorgedaan na de vorige keer dat zij aan het woord is<br />
geweest. Van haar kon immers niet worden gevergd die ontwikkel<strong>in</strong>gen<br />
eerder <strong>in</strong> haar standpunt te verdisconteren. Interessant<br />
is daarbij het geval dat de te verdisconteren ontwikkel<strong>in</strong>g<br />
bestaat uit een nieuw argument dat de wederpartij bij de<br />
vorige keer dat zij aan de beurt was, naar voren heeft gebracht.<br />
Tegen <strong>in</strong>clusie van de reactie hierop kan worden <strong>in</strong>gebracht<br />
dat op het nieuwe standpunt van de wederpartij had kunnen<br />
worden geanticipeerd door het bij een eerdere gelegenheid<br />
<strong>in</strong>nemen van de desbetreffende reactie. Dit argument spreekt<br />
<strong>in</strong> zoverre niet aan dat het vergen van anticipatie op eventuele<br />
standpunten van de wederpartij tot een onnodige verbred<strong>in</strong>g<br />
van het partijdebat noopt en partijen gedwongen worden <strong>in</strong><br />
strijd met de partijautonomie hun wederpartij op het spoor<br />
van relevante standpunten te zetten.<br />
Voorts wijs ik erop dat een voortgezet debat <strong>in</strong> appel, eventueel<br />
na bewijslever<strong>in</strong>g, schriftelijk of bij pleidooi, naar zijn<br />
aard nimmer beperkt zal zijn tot een zuivere herhal<strong>in</strong>g van<br />
hetgeen bij of voor de memoriewissel<strong>in</strong>g is aangevoerd. Vaak<br />
zal sprake zijn van verdiep<strong>in</strong>g, nuancer<strong>in</strong>g en aanvull<strong>in</strong>g van<br />
standpunten.<br />
Het voorafgaande illustreert dat de <strong>in</strong> beg<strong>in</strong>sel <strong>strakke</strong><br />
<strong>regel</strong> dat nieuwe standpunten uiterlijk bij memorie <strong>in</strong> appel<br />
moeten worden aangevoerd, de vragen oproept (1) welke nieuwe<br />
standpunten door de <strong>regel</strong> worden bestreken, en (2) wanneer<br />
er een uitzonder<strong>in</strong>g op de <strong>regel</strong> kan worden aanvaard.<br />
Voor de beantwoord<strong>in</strong>g van deze vragen is allereerst van<br />
belang welke typen nieuwe standpunten kunnen worden<br />
onderscheiden. 12<br />
11. Zie voor de afweg<strong>in</strong>g van de belangen van waarheidsv<strong>in</strong>d<strong>in</strong>g en snelheid<br />
bijv. Bakels e.a. 2009, nr. 162.<br />
12. Vgl. bijv. Hovens 2005, nr. 289 met nadere verwijz<strong>in</strong>gen.