29.08.2013 Views

Programmaboek - Franz Liszt Kring

Programmaboek - Franz Liszt Kring

Programmaboek - Franz Liszt Kring

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

eerste uit 1844 zou stammen. 7 Het<br />

bestaan van deze vroege koorversie is<br />

echter uiterst dubieus. Er is geen enkel<br />

aanknopingspunt, geen schets, geen<br />

opmerking in een brief, die deze veronderstelling<br />

rechtvaardigt. 8 En is niet de<br />

hierboven aangehaalde, door Raabe<br />

wellicht niet opgemerkte zin uit de eerste<br />

druk het onomstotelijke bewijs, dat de<br />

derde klavierversie (en de qua structuur<br />

identieke tweede evengoed) rechtstreeks<br />

gecomponeerd werd op Lamartines<br />

woorden en niet beschouwd moet worden<br />

als de transcriptie van een koorwerk?<br />

9 Ook het feit, dat de plaatsing<br />

van de woorden onder de zangpartijen<br />

van de koorversies soms wat onnatuurlijk,<br />

gekunsteld aandoen, zou er op<br />

kunnen wijzen dat de tekst aangepast<br />

moest worden aan een al bestaande<br />

compositie.<br />

De connectie tussen het klavierstuk<br />

Hymne de l’enfant à son réveil en het koorwerk<br />

van die naam laat zich simpeler<br />

verklaren. Zoals de componist in zijn<br />

Weimarer jaren, toen hij vooral als dirigent<br />

actief was, enkele van zijn klavierstukken<br />

voor orkest bewerkte, waarbij<br />

deze in ieder opzicht grotere dimensies<br />

aannamen - denk aan de etude Mazeppa<br />

en het symfonisch gedicht van die naam<br />

-, zo kwam hij in de winter van 1861-<br />

1862, kort nadat hij zich in Italië gevestigd<br />

had, op het idee zijn lyrisch-vrome<br />

klavierstuk Hymne de l’enfant à son réveil<br />

om te werken voor driestemmig dameskoor<br />

en harmonium (of piano), een<br />

project dat reeds op 18 februari 1862 te<br />

Rome werd afgerond.<br />

Op drie essentiële punten verschilt<br />

de eerste koorversie van de latere van<br />

1874:<br />

• zij is de enige, waarbij <strong>Liszt</strong> alle<br />

achttien coupletten van Lamartine’s<br />

gedicht getoonzet heeft;<br />

• de begeleiding (uitsluitend voor<br />

harmonium of piano) verschilt in<br />

hoge mate van die van de latere<br />

vormgeving;<br />

• de muziek is gecomponeerd op de<br />

originele Franse tekst, terwijl de<br />

uiteindelijke koorversie naar<br />

verkiezing gezongen kan worden<br />

in het Duits, Frans of Hongaars.<br />

Reden genoeg dus om deze nooit<br />

gepubliceerde versie van Hymne de<br />

l’enfant à son réveil aan de vergetelheid te<br />

ontrukken. Het gesigneerde en gedateerde<br />

manuscript bevindt zich in het<br />

Goethe- und Schiller Archiv te Weimar<br />

(cat. nr. GSA60/C20), waarvan een kopie<br />

mij vriendelijk ter beschikking werd<br />

gesteld door Evelyn Liepsch, hoofd van<br />

het <strong>Liszt</strong>-archief. Het doorgaans zorgvuldig<br />

betekende autograaf telt 12 bladzijden<br />

van 27 cm hoog bij 17.5 cm<br />

breed (20 balks muziekpapier).<br />

In Weimar bevindt zich nog een<br />

ander manuscript dat hier genoemd<br />

moet worden, een aanzet tot een versie<br />

op Italiaanse tekst (GSA60/S14). Dit<br />

autograaf met als titel (in Peter Raabe’s<br />

handschrift?) Terzett mit Pianoforte nach<br />

<strong>Liszt</strong>s ‘Hymne de l’enfant à son réveil’ ins<br />

Lateinische übersetzt was eertijds in het<br />

bezit van kardinaal Hohenlohe met wie<br />

<strong>Liszt</strong> goed bevriend was. Het betreft een<br />

goed leesbare kopie van de koorversie<br />

van 1862 door een onbekende kopiist<br />

vervaardigd, echter zonder woorden<br />

onder de zangpartijen; op een later tijdstip<br />

heeft <strong>Liszt</strong> die eigenhandig in<br />

Italiaanse vertaling aangebracht. In verband<br />

daarmee zag hij zich gedwongen<br />

de zangpartijen hier en daar wat aan te<br />

passen. In het vijfde couplet streepte de<br />

componist een groot gedeelte (tot en<br />

met couplet 8) door en verwees naar<br />

een correctievel (‘Vide Correctus’), dat<br />

echter in het genoemde bestand niet<br />

aanwezig is. Bij de volgende vier coupletten<br />

(couplet 9-12) voegde de componist<br />

geen tekst toe; hij was kennelijk<br />

van mening, dat dit gedeelte beter kon<br />

vervallen. Pas bij de laatste zes coupletten<br />

nam hij de draad weer op en bracht<br />

met name in het eerste van de zes slotcoupletten<br />

correcties aan in de zangpartijen<br />

(slecht leesbaar).Waarschijnlijk is<br />

dit manuscript een voorstap voor de<br />

door Mária Eckhardt en Rena Charnin<br />

Mueller vermelde ‘3 rd version’ van 1865<br />

(zie eindnoot 1). Of is zij zelfs identiek<br />

daaraan? In dat geval lijkt het me beter<br />

niet over een zelfstandige ‘Italiaanse<br />

versie’ te spreken, daar dit onvolledige<br />

manuscript te weinig aanknopingspunten<br />

biedt voor reconstructie en überhaupt<br />

in te geringe mate een eigen gezicht<br />

toont.<br />

Op 22 mei 1874 stierf Marie<br />

Moukhanoff-Kalergis, één van <strong>Liszt</strong>s<br />

trouwste vriendinnen met wie de com-<br />

48<br />

ponist sinds 1843 hartelijke betrekkingen<br />

onderhield. 10 Een jaar later, op 17 juni<br />

1875, organiseerde hij een herdenkingsconcert<br />

in het ‘Tempelherrenhaus’ in<br />

het door Goethe ontworpen Park an der<br />

Ilm te Weimar, waarop naast de naar aanleiding<br />

van haar dood gecomponeerde<br />

(eerste) Élegie ook <strong>Liszt</strong>s Requiem en<br />

zijn voor deze gelegenheid gereviseerde<br />

koorversie van Hymne de l’enfant à son<br />

réveil klonk. Deze laatste koorversie<br />

onderscheidt zich van die van 1862 niet<br />

alleen door de Duitse tekst 11 , maar vooral<br />

door de geheel herschreven begeleiding,<br />

deze maal voor harmonium (of piano)<br />

en harp (ad libitum), en in het bijzonder<br />

door het schrappen van couplet 9-12.<br />

Onder de titel Des erwachenden Kindes<br />

Lobgesang zag het werk in 1875 bij<br />

Táborsky & Parsch het licht; het werd<br />

opgedragen aan de ‘<strong>Liszt</strong>-Gesang-Verein’<br />

te Boedapest, reden waarom er ook een<br />

Hongaarse vertaling van de tekst werd<br />

toegevoegd; deze is van de hand van de<br />

met <strong>Liszt</strong> bevriende dichter Kornél<br />

Ábrányi.<br />

Nadien werd de compositie slechts<br />

eenmaal herdrukt, namelijk in de eerste<br />

‘Gesamtausgabe’ van <strong>Liszt</strong>s oeuvre, de<br />

zg. Grossherzog Carl Alexander Ausgabe<br />

(Band V) uit de eerste decennia van de<br />

20 ste eeuw. Een reden te meer, dus, om<br />

de nog ontbrekende schakel van deze<br />

vijfledige keten het licht te doen zien,<br />

ook al omdat het één der eerste composities<br />

is uit <strong>Liszt</strong>s Italiaanse periode,<br />

een tijd waarin hij zich tot doel stelde<br />

de katholieke kerkmuziek een nieuwe<br />

impuls te geven. In zijn kinderlijke eenvoud<br />

en vroomheid zet deze eerste<br />

koorversie als het ware de toon voor<br />

komende stilistische ontwikkelingen en<br />

is publicatie alleen daarom al gerechtvaardigd.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!