29.08.2013 Views

Programmaboek - Franz Liszt Kring

Programmaboek - Franz Liszt Kring

Programmaboek - Franz Liszt Kring

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Prinses Marie de Montesquiou<br />

(schilderij en portretfoto, in: idem, p. 141)<br />

Charles de Bériot en Henry Vieuxtemps.<br />

Na zijn terugkeer in België werd hij lid<br />

(1874) en vervolgens voorzitter (1877)<br />

van de toezichtscommissie van het<br />

Brusselse muziekconservatorium. 13<br />

Aldus bleef hij nauw betrokken met de<br />

activiteiten van het conservatorium:<br />

concerten, bibliotheek, oprichting van<br />

het Instrumentenmuseum (1877) en<br />

installatie van het Cavaillé-Coll-orgel<br />

(1880).Tijdens de Wereldtentoonstelling<br />

te Parijs in 1878 was hij voorzitter van<br />

de Belgische afdeling en tevens belast<br />

met de organisatie van een expositie van<br />

oude muziekinstrumenten in het bezit<br />

van Belgische muziekverzamelaars. Een<br />

vitrine van deze tentoonstelling was<br />

trouwens gewijd aan zijn eigen collectie<br />

en de genummerde catalogus vermeldt<br />

veertien instrumenten uit de 17 de en<br />

18 de eeuw. 14 In 1886 schonk hij ten<br />

slotte negen strijkinstrumenten aan het<br />

Muziekinstrumentenmuseum te Brussel.<br />

Zijn Maggini-viool ging echter verloren<br />

tijdens de brand in het kasteel van<br />

Chimay in 1935. 15<br />

Op 16 juni 1857 huwde de prins te<br />

Parijs met Marie de Montesquiou-<br />

Fezensac (1834-1884). 16 Zij was een<br />

goede pianiste en had o.a. les gekregen<br />

van Camille O’Meara - de laatste leer-<br />

53<br />

linge van Chopin - en van Clara<br />

Schumann-Wieck. Prinses de Chimay<br />

nam haar grote Erard-vleugel bij al haar<br />

verhuizingen mee. 17<br />

<strong>Liszt</strong> bleef tot op het einde van zijn<br />

leven in contact met de Chimay’s. Hij<br />

was op zondag 29 mei 1881 in de zaal<br />

van het Paleis der Academieën, Hertogstraat<br />

te Brussel, aanwezig op een huldeconcert<br />

ter zijner ere, georganiseerd<br />

door <strong>Franz</strong> Servais onder voorzitterschap<br />

van de prins de Chimay. 18<br />

Er zijn trouwens drie brieven van <strong>Liszt</strong><br />

aan de prins de Chimay bewaard. (zie<br />

Bijlage 3). Naar aanleiding van het<br />

overlijden van de prinses de Chimay op<br />

25 december 1884 betuigde <strong>Liszt</strong> zijn<br />

deelneming en zijn “constante amitié”<br />

aan de prins. 19 In een brief schreef <strong>Liszt</strong><br />

te Antwerpen op 25 april 1886 aan<br />

“Cher Prince” dat hij hem kon ontmoeten<br />

“après demain mardi matin” na zijn<br />

bezoek aan het atelier van kunstschilder<br />

Godfried Guffens (1823-1901) te<br />

Brussel. 20 Het derde geschreven document<br />

is ongedateerd, maar voor ons<br />

onderwerp wel interessant, want het<br />

heeft volgens Marie Cornaz, die het in<br />

de archieven van het kasteel te Chimay<br />

vond, waarschijnlijk verband met de<br />

bewuste generale repetitie voor het<br />

concert in april 1865 in het Palazzo<br />

Barberini. <strong>Liszt</strong> schrijft aan “Cher Prince”<br />

dat het podium klaar is, maar de piano<br />

van Alexandroni, gekozen door de<br />

prinses de Chimay, moet nog worden<br />

vervoerd en gestemd naar de diapason<br />

van het harmonium, voor de generale<br />

repetitie die om “5 heures aujourd’hui”<br />

plaats heeft. 21<br />

Naar de betrekkingen tussen <strong>Liszt</strong><br />

en de Chimay’s verwijst ten slotte nog<br />

een handgeschreven kopie van La notte<br />

voor viool en piano, gesigneerd door<br />

<strong>Liszt</strong>, in het archief van het kasteel van<br />

Chimay. (Het autografisch manuscript<br />

wordt bewaard in de Library of Congress<br />

in Washington). <strong>Liszt</strong> schreef dit stuk -<br />

dat samen met Les Morts en Le Triomphe<br />

funèbre du Tasse deel uitmaakt van de<br />

bundel Trois odes funèbres - oorspronkelijk<br />

voor pianosolo.Volgens Cornaz<br />

dateert de versie voor viool en piano<br />

van La notte uit de tijd toen <strong>Liszt</strong> en de<br />

Chimay’s in Rome verbleven. In 1866<br />

schreef <strong>Liszt</strong> nog een georkestreerde<br />

versie van La notte. 22

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!