XV-5080 Gebruikers Handleiding - Roland
XV-5080 Gebruikers Handleiding - Roland
XV-5080 Gebruikers Handleiding - Roland
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
4. Patches programmeren<br />
4.5 Multi-Partial Patches<br />
programmeren<br />
Multi-Partial Patches kunt u enkel programmeren als u<br />
minstens één sample van een externe datadrager (CD-<br />
ROM, harde schijf e.d.) laadt. Met de <strong>XV</strong>-<strong>5080</strong> zelf kunt<br />
u namelijk niet sampelen.<br />
* Begin altijd met het laden van een Patch of Performance<br />
van een CD-ROM e.d. (bv. van de optionele L-CDX-serie)<br />
en pas vervolgens de instellingen aan die u minder<br />
geslaagd vindt.<br />
Het bewerken van geladen sample Patches/Performances<br />
met de interne effecten kan al een indrukwekkende<br />
invloed op het geluid hebben.<br />
* Voor het laden van sampledata hebt u een extern SCSIapparaat<br />
nodig dat de samples bevat.<br />
* De <strong>XV</strong>-<strong>5080</strong> lat ook toe om automatisch een Patch aan te<br />
maken op basis van een Sample, .WAV- of .AIF-bestand<br />
die/dat u van een SCSI-datadrager hebt geladen.<br />
* Kies tijdens het editen van een Multi-Partial Patch nooit<br />
het “andere” Patch-type (4Tone, blz. 110). Aangezien de<br />
structuur van dat Patch-type er helemaal anders uitziet,<br />
zou de Multi-Partial Patch namelijk geïnitialiseerd worden<br />
– en dan bent u een hoop werk kwijt.<br />
1.<br />
Ziehier de basiswerkwijze:<br />
Kies de Patch die u wilt editen.<br />
2. Kies met [F2]~[F5] de benodigde parametergroep.<br />
3. Druk vervolgens op [F1]~[F4] om naar de benodigde<br />
display-pagina te gaan.<br />
4. Breng de cursor met [√][®][ß][†] naar de parameter die u<br />
wilt editen.<br />
5. Stel met de [VALUE]-regelaar of [DEC] [INC] de gewenste<br />
parameterwaarde in.<br />
* Als u zich tijdens het editen vergist, kunt u de laatste wijziging<br />
met [UNDO] weer ongedaan maken.<br />
6. Herhaal de stappen 2~5 tot u helemaal tevreden bent<br />
met de PATCH.<br />
7. Druk op [EXIT] om terug te keren naar de PATCH Playpagina.<br />
Het “*” symbool links van de Patch-naam wijst er nu<br />
op dat de Patch niet meer overeenkomt met de laatst<br />
opgeslagen versie.<br />
132<br />
* Schakel de <strong>XV</strong>-<strong>5080</strong> nu vooral niet uit en kies ook geen<br />
andere Patch. Sla deze Patch eerst op als u er later nog eens<br />
iets mee wilt doen (blz. 163).<br />
Partials toewijzen<br />
De Multi-Partial Patches van de <strong>XV</strong>-<strong>5080</strong> hanteren hetzelfde<br />
systeem als de samplers van de S-serie van <strong>Roland</strong><br />
(S-770, S-750 en S-760). Dit systeem berust op Samples<br />
als kleinste eenheid. Deze moet u aan Partials toewijzen.<br />
En de Partials maken op hun beurt deel uit van<br />
een Patch. Belangrijk om te onthouden is dat Partials<br />
op klavierzones berusten – en dat u nooit twee Partials<br />
aan eenzelfde zone kunt toewijzen. (U kunt echter wel<br />
met maximaal vier Samples per Partial werken.)<br />
PATCH Common Split-pagina<br />
([PATCH] - [F2≈(WG)] - [F3≈(Split)])<br />
* Druk o [F5] om de mode te kiezen die tijdens het instellen<br />
van de Splits moet worden gehanteerd. Door herhaaldelijk<br />
op deze knop te drukken kiest u achtereenvolgens de volgende<br />
opties. Bevestig uw keuze door op [F6≈(Set)] te drukken.<br />
O.W: De gekozen zone wordt overschreven.<br />
Move: De reeds gesplitte zone wordt gewijzigd.<br />
1Key: De nieuwe Split (Partial) omvat maar één noot.<br />
Note<br />
(A0~C8) Hier komt u te weten welke toets u het laatst<br />
hebt ingedrukt. In sommige gevallen betekent dit ook<br />
dat u door het spelen van een noot automatisch de aan<br />
die zone toegewezen Partial kiest.<br />
No.<br />
Kies hier de Partial die u aan een klavierzone wilt toewijzen.<br />
Partial Name<br />
Hier komt u te weten hoe de gekozen Partial heet.<br />
L.P<br />
(A0~C8) Kies hier de laagste noot waarmee u de Partial<br />
wilt aansturen. Dit is dus de ondergrens van de<br />
Partial-zone).<br />
U.P<br />
(A0~C8) Kies hier de bovengrens van de Partial-zone,<br />
d.w.z. de hoogste noot waarmee u de geselecteerde<br />
Partial kunt aansturen.<br />
Mute<br />
(OFF/1~31) Hiermee kunt u –net zoals bij een Rhythm<br />
Set/Drum Kit– zorgen dat bepaalde Partials nooit<br />
samen klinken. Echt zinvol is dat vooral voor percussie<br />
(bv. open en gesloten HiHat of kort/lange triangel): als<br />
de ene Sample klinkt, wordt andere automatisch uitgeschakeld<br />
en vice versa. Misschien vindt u echter ook