31.08.2013 Views

ROTTERDAMS - Marc van Oostendorp

ROTTERDAMS - Marc van Oostendorp

ROTTERDAMS - Marc van Oostendorp

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

drukken of om radioprogramma's te laten maken, zodat de taal bij velen bekend raakte), militaire<br />

steun (om iedereen die weigerde op de juiste manier te praten een kopje kleiner te maken) of<br />

alleen maar morele steun (ik ben rijk, beroemd en geliefd; wie praat zoals ik, wordt <strong>van</strong>zelf ook<br />

rijk, beroemd en geliefd).<br />

Dialecten hebben een dergelijk steuntje in de rug nooit gehad, of ze hebben het verloren <strong>van</strong><br />

andere dialecten. Ook het Standaardnederlands is zijn carrière ooit begonnen als een dialect, of<br />

liever als een mengeling <strong>van</strong> Hollandse en Brabantse dialecten, goed genoeg om de bijbel in te<br />

vertalen voor de zogenoemde Statenvertaling.<br />

De 'talen met pech' waar Reker het over had, waren vooral de dialecten in het Oosten <strong>van</strong> het<br />

land, in Limburg en Zeeland. Die dialecten hebben indertijd nauwelijks bijgedragen aan de<br />

vorming <strong>van</strong> de Nederlandse standaardtaal en sprekers <strong>van</strong> die dialecten voelen dan ook een groot<br />

verschil tussen hun eigen moedertaal en het 'Hollands'. De laatste jaren hebben ze allerlei acties<br />

op touw gezet om te komen tot erkenning <strong>van</strong> hun taal, met een zeker succes. Op veel scholen in<br />

de provincie wordt aandacht besteed aan het lokale taaleigen en wordt de kinderen bijgebracht dat<br />

ze zich niet hoeven te schamen voor de taal <strong>van</strong> hun streek.<br />

Het Rotterdams hoort tot de Hollandse dialecten die duidelijk wél hebben bijgedragen tot de<br />

vorming <strong>van</strong> de standaardtaal. In die zin heeft het dialect dus geen pech gehad. Aan de andere<br />

kant kan het nu juist doordát het zoveel op de standaardtaal lijkt, op weinig sympathie en<br />

ondersteuning rekenen. Dat is jammer, want elke taal is evenveel waard. Daarom hoeven we ook<br />

niet op de bres te staan tegen het verdwijnen <strong>van</strong> deze of gene taal (al is er niks op tegen om<br />

dingen te willen optekenen voor het nageslacht). Als we maar respect hebben voor iedere manier<br />

<strong>van</strong> spreken en iedere manier <strong>van</strong> taal.<br />

Pracinha d'Quêbrod<br />

Intuïtief voelen de meeste Rotterdammers het ook wel aan. Je hoeft niemand in deze stad te<br />

vertellen dat er in alle talen <strong>van</strong> de wereld wel iets moois te beleven valt. De openheid <strong>van</strong><br />

Rotterdam voor andere talen heeft verschillende kanten. In de zomer <strong>van</strong> het jaar 2001 leek het de<br />

deelraad <strong>van</strong> Delfshaven een goed idee om het bekende Heemraadsplein ook te voorzien <strong>van</strong> een<br />

Kaapverdische naam. In het verleden hadden er immers op het plein maar liefst drie<br />

Kaapverdische pensions gestaan, waar de zeelieden logeerden tot ze weer aanmonsterden om naar<br />

huis te gaan. Ter herinnering aan deze romantische tijden leek het de gemeente een aardig idee<br />

het plein te herdopen tot 'Pracinha d'Quêbrod.' Dat schijnt zoiets te betekenen als 'plein <strong>van</strong> de<br />

arme zielen'. Een probleem was alleen dat het Kaapverdisch net zo zelden geschreven wordt als<br />

het Rotterdamse dialect; zodat er ook Kaapverdiërs zijn die het dakje op de o schrijven: 'Pracinha<br />

d'Quebrôd'. Het raadslid Gerard Peet zei in het Rotterdams Dagblad: ,`Drie mensen zochten het<br />

voor me op, en ik kreeg dus drie verschillende spellingen <strong>van</strong> die naam. Ik koos er ééntje uit, en<br />

iedereen riep vervolgens: ja, dat is de goeie!' De 'cultuurmakelaar' <strong>van</strong> de deelgemeente had<br />

overigens een andere, al even Rotterdamse oplossing voor het probleem <strong>van</strong> de verschillende<br />

spellingen: `Misschien dat we alle verschillende versies maar onder elkaar moeten hangen.’<br />

Nu is het Kaapverdisch in de ogen <strong>van</strong> velen waarschijnlijk een onschuldige en ongevaarlijke<br />

taal. Het is romantisch en vriendelijk en politiek-correct en gezellig om een plein te hernoemen in<br />

die taal. Maar dat geldt niet voor het Engels. Die taal is eerder machtig, invloedrijk en dus ook<br />

gevaarlijk. Steeds meer onderdelen <strong>van</strong> het openbare leven krijgen een nieuwe Engelstalige naam,<br />

en dat gebeurt nu niet speciaal voor de gezelligheid. Zulke namen kunnen dan ook op tegenstand<br />

rekenen. Toen in het najaar <strong>van</strong> 2001 bekend werd dat de Stichting Wereldhavendagen haar naam<br />

zou veranderen in 'Rotterdam Port Events', stelde Manuel Kneepkens <strong>van</strong> de Stadspartij daar<br />

vragen over in de gemeenteraad. Het college <strong>van</strong> Burgemeester en Wethouders antwoordde toen<br />

<strong>van</strong> alles (dat de dagen zelf waarschijnlijk binnen de stad Wereldhavendagen zouden blijven<br />

heten, dat de gemeente graag ook buitenlanders wilde interesseren voor een toeristisch bezoek<br />

aan de stad en zo nog een aantal dingen) maar het interessantst was wel het antwoord dat het<br />

college gaf op de vraag <strong>van</strong> Kneepkens of hij in de toekomst nou ook het college zelf in het

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!