Discovery 4
Discovery 4
Discovery 4
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
In het kader van het maatschappelijk<br />
verantwoord ondernemen startten<br />
Van Lanschot en Kempen & Co in 2008<br />
een intensieve samenwerking met het<br />
Zweedse Global Ethical Standard (GES), een<br />
toonaangevend research- en adviesbureau<br />
voor duurzaam beleggen. Sinds vorig jaar<br />
screent GES alle beleggingsfondsen en<br />
individuele aandelen die Van Lanschot en<br />
Kempen aan hun cliënten adviseren. Alles<br />
waar GES op stuit, wordt getoetst aan erkende<br />
duurzaamheidscriteria zoals de tien universele<br />
principes van het charter van Global Compact<br />
van de Verenigde Naties. Deze principes zijn<br />
gebaseerd op internationale afspraken over<br />
milieu, mensenrechten, arbeidsrelaties en<br />
corruptie.<br />
Uitsluiting<br />
Ook kozen Van Lanschot en Kempen<br />
voor het engagementbeleid van GES.<br />
Managers van beleggingsfondsen die<br />
investeren in aandelen van bedrijven en van<br />
ondernemingen die niet door de screening<br />
komen, wordt gevraagd om die bedrijven<br />
aan te spreken op hun activiteiten. Elf<br />
defensiebedrijven waarvoor dit onmogelijk is,<br />
zijn uitgesloten. Deze ondernemingen staan<br />
daarom op de zogenoemde uitsluitingslijst.<br />
Met beleggingsfondsen die wel in deze<br />
bedrijven beleggen, doet de bank geen<br />
zaken. Ook worden ondernemingen die op<br />
de uitsluitingslijst staan niet opgenomen<br />
in de eigen fondsen van Van Lanschot en<br />
dochteronderneming Kempen.<br />
Een speciale adviesraad, de ESG Council (ESG<br />
staat voor Environmental, Social, Governance)<br />
beoordeelt fondsbeheerders op basis van de<br />
rapportages van GES. Deze raad bewaakt<br />
bovendien de duurzaamheidscriteria, zodat<br />
actuele thema’s meegenomen worden in<br />
het beleggingsbeleid van Van Lanschot<br />
en in de gesprekken met externe<br />
vermogensbeheerders. Naast medewerkers<br />
van Van Lanschot en Kempen bestaat de<br />
ESG Council uit vertegenwoordigers van GES<br />
en van het European Center of Corporate<br />
Engagement (ECCE), dat is opgericht door<br />
experts van onder andere de Universiteit<br />
van Maastricht. Groot voordeel van de<br />
engagementmethode is dat bedrijven worden<br />
aangemoedigd hun leven te beteren. Er is<br />
sprake van een positieve benadering. Bij<br />
negatieve screening – het uitsluiten van<br />
controversiële ondernemingen – blijven de<br />
problemen bestaan en lopen investeerders er<br />
als het ware omheen.<br />
Tegen clustermunitie<br />
De nieuwe, actieve aanpak werpt vruchten<br />
af. De ervaringen met de Amerikaanse<br />
vermogensbeheerder NWQ onderstrepen<br />
dat. Vier jaar geleden stapte Kempen in<br />
het Nuveen NWQ Large Cap Value UCITS<br />
Fund, het voor de Europese markt bedoelde<br />
zusterfonds van het NWQ US Large Cap<br />
Value Equity Fund, het vlaggenschip van<br />
NWQ dat sinds 1991 met succes belegt in<br />
gerenommeerde Amerikaanse aandelen.<br />
Reinoud van Ieperen is portfoliomanager bij<br />
Kempen Capital Management en tevens lid<br />
van het multimanagementteam dat besluit<br />
met welke beleggingsfondsen Van Lanschot en<br />
Kempen zaken doen.<br />
Met de keuze voor de nieuwe duurzaamheidstandaard<br />
legde GES alle investeringen<br />
van de beleggingsfondsen en de eigen<br />
fondsen van Van Lanschot en Kempen<br />
periodiek nauwkeurig onder de loep. Ook<br />
de beleggingen van het NWQ-fonds werden<br />
gescreend. Van Ieperen: ‘Vier bedrijven<br />
voldeden niet aan de duurzaamheidscriteria.<br />
Lockheed Martin en Raytheon waren<br />
controversieel, omdat ze betrokken zijn bij de<br />
Vermogensbeheer PurSang 2|2011 37<br />
productie en marketing van clustermunitie. Zij<br />
handelen daarmee in strijd met de Convention<br />
on Cluster Munitions (Dublin 2008) die deel<br />
uitmaakt van de duurzaamheidscriteria van<br />
Van Lanschot en Kempen.’ Beide bedrijven<br />
staan daarom op de uitsluitinglijst. Direct<br />
of indirect – via een vermogensbeheerder –<br />
met het management van deze bedrijven de<br />
dialoog aangaan heeft geen zin; de financiële<br />
belangen van de controversiële activiteiten<br />
zijn te groot en/of de bedrijven zijn te nauw<br />
verweven met de overheid.<br />
Onnodige milieuvervuiling<br />
Behalve Lockheed Martin en Raytheon<br />
kwamen nog twee andere bedrijven niet<br />
door de duurzaamheidstoets. Het Canadese<br />
mijnbouwbedrijf Barrick Gold maakt zich<br />
volgens onder meer de Wereldbank in Puerto<br />
Rico onnodig schuldig aan milieuvervuiling.<br />
‘Ze houden vast aan vervuilende technieken,<br />
terwijl er voldoende alternatieven zijn,’<br />
verduidelijkt accountmanager Fredric Nyström<br />
van GES Investment Services. ‘Dat zien wij als<br />
een duidelijk engagementonderwerp.’ Ook<br />
Philip Morris maakt zich mogelijk schuldig aan<br />
controversiële activiteiten. In diverse media<br />
wordt de Amerikaanse tabaksproducent<br />
beticht van overtreding van de arbeidswetten<br />
in Kazachstan. Buitenlandse arbeiders<br />
zouden volgens die berichten onder slechte<br />
arbeidsomstandigheden werk verrichten<br />
op tabaksplantages van Philip Morris in de<br />
voormalige Sovjetrepubliek. Ook zou de<br />
onderneming zich volgens onder andere<br />
de Wereldgezondheidsorganisatie WHO in<br />
Afrika en Azië bezondigen aan misleidende<br />
marketingactiviteiten. GES onderzoekt<br />
momenteel of de aantijgingen tegen Philip<br />
Morris gegrond zijn. Tot die tijd is het concern<br />
onder observatie, het stadium voorafgaand<br />
aan de engagementprocedure. >>