DE OPKOMST DER AMSTERDAMSE HAVEN - theobakker.net
DE OPKOMST DER AMSTERDAMSE HAVEN - theobakker.net
DE OPKOMST DER AMSTERDAMSE HAVEN - theobakker.net
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
De opkomst der Amsterdamse haven<br />
ken, reikte de standaard met het ezelshoofd 100 voeten hoog;<br />
zij diende voor het inzetten en lichten van de scheepsmasten<br />
en het hijsen van zware lasten, als geschut, molenstenen enz.<br />
Eigenaardig is wel, dat de kraan in eigendom toebehoorde<br />
aan de Oude Zijds armen, die haar jaarlijks verhuurden en<br />
bovendien, na behouden reis van de schepen, een gift in rogge<br />
of geld ontvingen. In de 16 e eeuw is de kraan in het bezit<br />
gekomen van het St. Pietersgasthuis, dat de inkomsten van<br />
de kraan moest delen met de Huiszittenmeesters der Nieuwe<br />
Zijde 38 . Een ander hoog gevaarte, naar alle zijden in de haven<br />
zichtbaar, vormden de galgen en staken van de gerechtsplaats,<br />
die sinds het midden der 14 e eeuw op het zuideinde<br />
van de Volewijk gevestigd was.<br />
Tekenend voor de bedrijvigheid van de haven was het drukke<br />
verkeer met de overzijde van het IJ en de Waterlandse steden<br />
en dorpen aldaar. In het begin van de 14 e eeuw en vermoedelijk<br />
al in de 13 e , verbonden twee grafelijke veren de stad<br />
met de overzijde; één veer voer op de Volewijk en één veer<br />
was gevestigd te IJpesloot, ter plaatse van het tegenwoordige<br />
Nieuwe Diep. De veren werden aan beide zijden bediend en<br />
jaarlijks verpacht. In 1346 werd een derde veer ingesteld op<br />
Sosenerdam, het latere Nieuwendam.<br />
38 Volgens Register St.Pietersgasthuis in 1548. De eerste opbrengst voor<br />
het gasthuis was op 22 maart 1549 ƒ110, 6st.<br />
II <strong>DE</strong> <strong>HAVEN</strong>UITBREIDINGEN EN <strong>DE</strong> LASTAGE-<br />
GESCHILLEN VÓÓR <strong>DE</strong> ALTERATIE<br />
De ontwikkeling en uitbreiding van de Amsterdamse haven<br />
gedurende de 16 e eeuw werd in sterke mate beheerst door<br />
langdurige twisten tussen de stadsbestuurders en de Lastagebewoners.<br />
Bij de ommuring van de stad in 1482 was de Lastage<br />
daar buiten gebleven en de wijk kwam daardoor in een<br />
gevaarlijke positie; het vormde het voorterrein en schootsveld<br />
van de vestingmuur. Bovendien was de Lastage, met<br />
de als winterhaven zo belangrijke Oude Zijdswaal, haar vele<br />
scheepswerven, lijnbanen, houttuinen, pek- en teeropslag<br />
en de menigte van schepen, juist aan de meest blootgestelde<br />
oostzijde van de stad gelegen. Een uiterst kwetsbaar geheel,<br />
waardoor de veiligheid van de stad aanmerkelijk werd geschaad.<br />
De regering van Karel V over deze gewesten, gedurende<br />
de eerste helft van de eeuw, kenmerkte zich door een lange<br />
reeks van oorlogen, waarvan Amsterdam ruimschoots haar<br />
deel kreeg. Niet alleen moest de stad, <strong>net</strong> als de andere Hollandse<br />
steden, onafgebroken grote geldsommen opbrengen,<br />
maar ook de scheepvaart op het oosten en westen werd herhaaldelijk<br />
gestremd, zonder dat de pogingen van de regeerders<br />
door het kopen van vrijgeleide brieven of het uitzenden<br />
van oorlogsschepen ter bescherming van de vaart daarin veel<br />
verbetering konden brengen. Toch nam Amsterdam’s handel<br />
en welvaart gestaag toe en toen in 1526 de vertegenwoordigers<br />
van de stad zich bij de Stadhouder over een extra hoge<br />
bede beklaagden, hield deze hen voor: “Amsterdam is rijker<br />
11