Vraag onze catalogus aan! - Santiago
Vraag onze catalogus aan! - Santiago
Vraag onze catalogus aan! - Santiago
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
plaatsen bevonden zich cluniacenser kloosters: Saint-Gilles, Saint-Guilhern,<br />
Conques, Moissac, Vézelay, Saint-jean-dlAngély, Saintes, San Juan de la Peña,<br />
Leyre, Burgos, Carrión de los Condes, om maar een paar van de belangrijkste te<br />
noemen. De moederabdij Cluny was het kloppend hart van geheel het promo-<br />
tieapparaat. Naast de grote abdijen in de belangrijke pelgrimsplaatsen beschik-<br />
te Cluny langs de voornaamste pelgrimsroutes ook over een wijdvertakt net<br />
van onderkomens waar cluniacenser monniken de geestelijke verzorging van de<br />
pelgrims in handen hadden. De geschiedenis van de pelgrimage en de geschie-<br />
denis van de orde van Cluny zijn op deze manier nauw met elkaar verweven.<br />
Hoe anders was het gesteld met de cisterciënsers. Men kan een hele biblio-<br />
theek <strong>aan</strong> cisterciënser literatuur in de zaakregisters nasl<strong>aan</strong> op de woorden<br />
'pelgrimage', '<strong>Santiago</strong>' of 'Compostela' zonder één verwijzing tegen te komen.<br />
Dat maakt het zoeken naar een relatie tussen cisterciënsers en pelgrimeren tot<br />
een ondankbare <strong>aan</strong>gelegenheid. Maar de cisterciënsers hadden dan ook ande-<br />
re zaken <strong>aan</strong> hun hoofd. Gesticht in 1098 door Robertus van Molesmes die zijn<br />
cluniacenser klooster verliet met een <strong>aan</strong>tal volgelingen om ergens in een<br />
onherbergzaam woud weer eens de puntjes op de 'i' van de Regel van<br />
Benedictus te g<strong>aan</strong> zetten, waar in Molesmes niet zoveel meer terecht kwam,<br />
waren ze in Citeaux bezig met eenzaamheid, wereldvlucht, ascese, stilte, ere-<br />
dienst, geestelijke lezing en het leven van het werk van eigen handen. In dat<br />
ideaal paste geen <strong>aan</strong>dacht, en zeker geen actieve <strong>aan</strong>dacht voor langstrekken-<br />
de pelgrims. In Frankrijk bijvoorbeeld werden in de 12e en 13e eeuw 240 cister-<br />
ciënser mannenkloosters gesticht. Hoewel schrijver dezes aardig op de hoogte<br />
is van de literatuur betreffende de Orde in het algemeen en die betreffende de<br />
afzonderlijke kloosters in het bijzonder, is het hem niet mogelijk om in Frankrijk<br />
meer dan twee abdijen in dan toch nog schimmige relatie tot de<br />
Jacobuspelgrimage te brengen. Die twee zijn Noirlac in het departement Cher<br />
en Gimont (ook wel Planselve geheten) in het departement Gers. Noirlac is toe-<br />
vallig gelegen <strong>aan</strong> een alternatieve tak van de Via Lemovicensis vanuit Vézelay<br />
over Bourges, en Gimont precies óp de Via Tolosana vanuit Arles. 'Toevallig',<br />
omdat een wezenlijk verschil tussen de vestigingsplaats van een cluniacenser<br />
abdij en die van een cisterciënser abdij onder meer daaruit bestaat dat bij de<br />
cluniacenser abdij vaak gekozen werd voor een locatie op een kruispunt van<br />
wegen of uitdrukkelijk langs een (pelgrims)route, terwijl de cisterciënser abdij-<br />
en juist zeer bewust en bedoeld zover mogelijk van de bewoonde wereld wer-<br />
den gesticht.<br />
Het verhaal over de relatie tussen cisterciënsers en pelgrimeren kan dus geen<br />
succesverhaal worden in de zin van: kijk eens wat die cisterciënsers allemaal<br />
voor <strong>onze</strong> jacobuspelgrims hebben ged<strong>aan</strong> en betekend! Derhalve ben ik<br />
genoodzaakt mij te beperken tot een wat droge opsomming van cisterciënser<br />
mannen- en vrouwenkloosters die zich in de nabijheid van de Camino francés