Cao 2012 - 2013 tot loonperiode 10 - Particuliere beveiliging
Cao 2012 - 2013 tot loonperiode 10 - Particuliere beveiliging
Cao 2012 - 2013 tot loonperiode 10 - Particuliere beveiliging
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
HOOFDSTUK <strong>10</strong>:<br />
VEILIGHEIDSPROCEDURES EN ARBOAANGELEGENHEDEN<br />
ARTIKEL 83 VEILIGHEIDSPROTOCOL<br />
In het kader van veiligheidsmanagement van het bedrijf ter bevordering van de<br />
persoonlijke veiligheid van beveiligers moeten beveiligers tijdens de uitvoering<br />
van hun dienst, dan wel combinaties van diensten, zoals opgenomen in de<br />
artikelen 84, 85 en 86 deugdelijke communicatiemiddelen hebben, waarmee zij<br />
direct contact hebben om:<br />
- vaste meldingen te kunnen doen;<br />
- assistentie in te kunnen roepen;<br />
- onregelmatigheden te kunnen melden;<br />
- een noodsignaal te kunnen geven.<br />
De werknemer moet aan de procedures voor veiligheid in het bedrijf meewerken.<br />
Deze bepaling is in het vervolg van dit hoofdstuk nader uitgewerkt.<br />
ARTIKEL 84 VASTE POST<br />
Vanaf een vaste post moet directe communicatie permanent mogelijk zijn met<br />
een (centraal) meldpunt. Ieder uur (buiten kantooruren) moet een<br />
controlemelding worden gedaan tussen de vaste post en het (centrale) meldpunt.<br />
In geval van calamiteiten (b.v. te ondernemen actie op alarmmeldingen) moet<br />
dit worden gemeld aan het (centrale) meldpunt. Vervolgens moet er ieder<br />
kwartier contact zijn met het meldpunt <strong>tot</strong> het einde van de calamiteit. Door caopartijen<br />
wordt nader vastgesteld op welke wijze het veiligheidsprotocol ten<br />
aanzien van de vaste post verder gestalte kan krijgen. Dit betreft het incidenteel<br />
verlaten van de vaste post tijdens de dienstuitvoering.<br />
ARTIKEL 85 MOBIELE SURVEILLANCE<br />
Vanuit het voertuig moet directe communicatie permanent mogelijk zijn met een<br />
(centraal) meldpunt. Aanvang en einde van iedere controleronde moet worden<br />
gemeld aan het meldpunt. Op het meldpunt moet de gemiddelde tijdsduur per<br />
controleronde bekend zijn. Indien bij een controleronde met een gemiddelde<br />
tijdsduur van minder dan 15 minuten de vastgestelde tijdsduur voor die ronde<br />
wordt overschreden met meer dan 5 minuten, moet dat gesignaleerd worden<br />
door het meldpunt.<br />
Indien de controleronde een gemiddelde tijdsduur heeft van meer dan 15<br />
minuten, moet er iedere 15 minuten een contact tussen mobiel surveillant en<br />
meldpunt zijn. In geval van calamiteiten: onmiddellijke melding en vervolgens zo<br />
frequent mogelijk <strong>tot</strong> einde calamiteit. De mobiele surveillant moet, indien hij het<br />
voertuig verlaat, permanent over een deugdelijk communicatiemiddel<br />
beschikken.<br />
<strong>Cao</strong> 01-07-<strong>2012</strong> <strong>tot</strong> en met 30-09-<strong>2013</strong> (tekst <strong>tot</strong> <strong>loonperiode</strong> <strong>10</strong> <strong>2013</strong>)<br />
48