04.09.2013 Views

Annotatie inzake bevoegdhedenovereenkomst, nakoming en ... - Akd

Annotatie inzake bevoegdhedenovereenkomst, nakoming en ... - Akd

Annotatie inzake bevoegdhedenovereenkomst, nakoming en ... - Akd

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

AB 2011/298 ab rechtspraak bestuursrecht<br />

Overig<strong>en</strong>s wijs ik erop dat het hof t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong><br />

van het tekortschiet<strong>en</strong> van de Geme<strong>en</strong>te in de<br />

verplichting Etam c.s. bij de totstandkoming van<br />

het nieuwe bestemmingsplan te betrekk<strong>en</strong> (in<br />

rov. 8) heeft geoordeeld dat Etam c.s. bij dit verwijt<br />

ge<strong>en</strong> belang hebb<strong>en</strong>, nu het causale verband<br />

tuss<strong>en</strong> (de wijze van totstandkoming van) het<br />

bestemmingsplan <strong>en</strong> de gestelde schade ontbreekt.<br />

3.38 Subonderdeel 2.4 klaagt dat het hof, zo<br />

het in het onderhavige geval terecht van formele<br />

rechtskracht is uitgegaan, van e<strong>en</strong> onjuiste<br />

rechtsopvatting heeft blijk gegev<strong>en</strong>, althans zijn<br />

beslissing<strong>en</strong> niet naar behor<strong>en</strong> heeft gemotiveerd,<br />

dan wel aan ess<strong>en</strong>tiële stelling<strong>en</strong> van<br />

Etam c.s. is voorbijgegaan, door niet te oordel<strong>en</strong><br />

dat voor e<strong>en</strong> uitzondering op de formele rechtskracht<br />

plaats is. Volg<strong>en</strong>s het subonderdeel hebb<strong>en</strong><br />

Etam c.s. immers gesteld dat, in verband met de<br />

door de Geme<strong>en</strong>te geschond<strong>en</strong> verplichting de<br />

tekst van het bestemmingsplan in overleg met<br />

Etam c.s. op te stell<strong>en</strong>, het aan de Geme<strong>en</strong>te valt<br />

toe te rek<strong>en</strong><strong>en</strong> dat Etam c.s. ge<strong>en</strong> gebruik hebb<strong>en</strong><br />

gemaakt van de bestuursrechtelijke rechtsgang<br />

<strong>en</strong> zulks e<strong>en</strong> grond voor e<strong>en</strong> uitzondering op de<br />

formele rechtskracht oplevert. Volg<strong>en</strong>s het subonderdeel<br />

strekte de bedoelde verplichting er nu<br />

juist toe zeker te stell<strong>en</strong> dat Etam c.s., zonder dat<br />

zij daartoe zelf <strong>en</strong>ig initiatief behoefd<strong>en</strong> te nem<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong>/of op <strong>en</strong>igerlei publicatie acht zoud<strong>en</strong> behoev<strong>en</strong><br />

te slaan, tijdig over de voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> tekst van<br />

het bestemmingsplan zoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong> geïnformeerd.<br />

3.39 Op de door het subonderdeel g<strong>en</strong>oemde<br />

vindplaats lees ik niet de stelling dat de bedoelde<br />

verplichting van de Geme<strong>en</strong>te ertoe strekte dat<br />

Etam c.s. niet meer op op<strong>en</strong>bare publicaties acht<br />

behoefd<strong>en</strong> te slaan. In zoverre mist het subonderdeel<br />

feitelijke grondslag. Overig<strong>en</strong>s ligt het voor<br />

de hand dat het hof het bedoelde beroep op e<strong>en</strong><br />

uitzondering op de formele rechtskracht niet<br />

heeft will<strong>en</strong> honorer<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat beroep in rov. 9<br />

stilzwijg<strong>en</strong>d (<strong>en</strong> niet onbegrijpelijk) heeft verworp<strong>en</strong>.<br />

Het subonderdeel kan niet tot cassatie leid<strong>en</strong>,<br />

voor zover al Etam c.s. daarbij, gelet op de uitleg<br />

die het hof in rov. 8 aan de overe<strong>en</strong>komst heeft<br />

gegev<strong>en</strong>, voldo<strong>en</strong>de belang hebb<strong>en</strong>.<br />

3.40 Subonderdeel 2.5 bevat de klacht dat het<br />

hof in rov. 9 voorts, dan wel althans blijk heeft<br />

gegev<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> onjuiste rechtsopvatting, omdat<br />

e<strong>en</strong> bestemmingsplan — anders dan het hof heeft<br />

aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> — ge<strong>en</strong> formele rechtskracht kan<br />

krijg<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> bestemmingsplan is volg<strong>en</strong>s het subonderdeel<br />

immers e<strong>en</strong> besluit van algem<strong>en</strong>e<br />

strekking, dat regels <strong>en</strong> norm<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> algem<strong>en</strong>e<br />

gelding bevat, die zijn gericht tot e<strong>en</strong> onbepaalde<br />

groep person<strong>en</strong> <strong>en</strong> die in beginsel per-<br />

man<strong>en</strong>te werking hebb<strong>en</strong>. Daarbij wijst het subonderdeel<br />

erop dat in het kader van e<strong>en</strong> bestuursrechtelijke<br />

procedure teg<strong>en</strong><br />

uitvoeringsvoorschrift<strong>en</strong> die op e<strong>en</strong> (inmiddels)<br />

onherroepelijk bestemmingsplan zijn gebaseerd,<br />

de onverbind<strong>en</strong>dheid van de voorschrift<strong>en</strong> of bepaling<strong>en</strong><br />

van het bestemmingsplan (alsnog) t<strong>en</strong><br />

toets kan kom<strong>en</strong>.<br />

3.41 Alhoewel daarover in de feit<strong>en</strong>rechtspraak<br />

wel e<strong>en</strong>s anders is geoordeeld 29 , moet bij<br />

de gegev<strong>en</strong> stand van de rechtspraak van de Hoge<br />

Raad ervan word<strong>en</strong> uitgegaan dat aan e<strong>en</strong> bestemmingsplan<br />

wel degelijk formele rechtskracht<br />

kan toekom<strong>en</strong> 30 . Overig<strong>en</strong>s biedt de rechtspraak<br />

ook andere voorbeeld<strong>en</strong> van besluit<strong>en</strong> van algem<strong>en</strong>e<br />

strekking waaraan formele rechtskracht<br />

kan toekom<strong>en</strong>, zoals het verkeersbesluit 31 . De<br />

door het subonderdeel bedoelde mogelijkheid<br />

van (slechts) exceptieve toetsing van bepaling<strong>en</strong><br />

van e<strong>en</strong> overig<strong>en</strong>s onherroepelijk bestemmingsplan<br />

door de bestuursrechter, doet naar mijn m<strong>en</strong>ing<br />

niets af aan de formele rechtskracht <strong>en</strong> de<br />

gevolg<strong>en</strong> daarvan, die de burgerlijke rechter onder<br />

omstandighed<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> bestemmingsplan<br />

di<strong>en</strong>t toe te k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>. Voor zover al Etam c.s. daarbij<br />

voldo<strong>en</strong>de belang hebb<strong>en</strong>, kan het subonderdeel<br />

niet tot cassatie leid<strong>en</strong>.<br />

3.42 Subonderdeel 2.6 is gericht teg<strong>en</strong> rov. 10,<br />

waarin het hof heeft geoordeeld dat het bestemmingsplan<br />

Oosterheem 2000 <strong>en</strong> de bouwvergunning<strong>en</strong><br />

voor de aldaar (nabij Dwarstocht) geleg<strong>en</strong><br />

woning<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s jeg<strong>en</strong>s Etam c.s. formele<br />

rechtskracht hebb<strong>en</strong> gekreg<strong>en</strong>. Het subonderdeel<br />

betoogt, dat als het hof zou hebb<strong>en</strong> bedoeld tot<br />

uitdrukking te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> dat het de burgerlijke<br />

rechter niet meer zou vrijstaan de tuss<strong>en</strong> partij<strong>en</strong><br />

geslot<strong>en</strong> overe<strong>en</strong>komst uit te legg<strong>en</strong> <strong>en</strong> te toets<strong>en</strong><br />

of de Geme<strong>en</strong>te is tekortgeschot<strong>en</strong> in de <strong>nakoming</strong><br />

van <strong>en</strong>ige verbint<strong>en</strong>is uit de overe<strong>en</strong>komst<br />

— <strong>en</strong> wel, in het bijzonder de verbint<strong>en</strong>is om bij de<br />

ontwikkeling <strong>en</strong> realisering van de woning<strong>en</strong> in<br />

de aangr<strong>en</strong>z<strong>en</strong>de woonwijk de afstand<strong>en</strong> <strong>en</strong> de<br />

overige bepaling<strong>en</strong> in het rapport Bost in acht te<br />

nem<strong>en</strong> — <strong>en</strong> op die grond is gehoud<strong>en</strong> de door<br />

Etam c.s. di<strong>en</strong>t<strong>en</strong>gevolge geled<strong>en</strong> schade te vergoed<strong>en</strong>,<br />

het hof van e<strong>en</strong> onjuiste rechtsopvatting<br />

heeft blijk gegev<strong>en</strong> op mutatis mutandis de in de<br />

subonderdel<strong>en</strong> 2.1 <strong>en</strong> 2.5 ontwikkelde grond<strong>en</strong>.<br />

Wat betreft de door het hof bedoelde bouwvergunning<strong>en</strong><br />

komt daar volg<strong>en</strong>s het subonderdeel<br />

nog bij, dat van Etam c.s., die met de Geme<strong>en</strong>te<br />

29 Zie in het bijzonder Hof Arnhem 11 juni 2002, LJN AE4982, NJ<br />

2003, 56.<br />

30 HR 9 juni 2006, LJN AV6031, RvdW 2006/600; HR 11 april 2008,<br />

LJN BC1649, NJ 2008/519, m.nt. M.R. Mok; zie ook M.J. Tunniss<strong>en</strong>,<br />

E<strong>en</strong> juridisch bestuurlijke inleiding in de ruimtelijke ord<strong>en</strong>ing.<br />

Het bestemmingsplan (2009), p. 227.<br />

31 HR 6 december 2002, LJN AE8182, NJ 2003/616, m.nt. MS.<br />

1796 Afl. 40 - 2011 AB<br />

PPMG_T1_AB_Pag. 0024<br />

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!