04.09.2013 Views

Annotatie inzake bevoegdhedenovereenkomst, nakoming en ... - Akd

Annotatie inzake bevoegdhedenovereenkomst, nakoming en ... - Akd

Annotatie inzake bevoegdhedenovereenkomst, nakoming en ... - Akd

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

AB 2011/298 ab rechtspraak bestuursrecht<br />

ming voor de fas<strong>en</strong> 2 <strong>en</strong> 3. Wanneer de Provincie<br />

— op basis van juiste informatie van de Geme<strong>en</strong>te<br />

over het bouwplan — reeds voor fase 1 ge<strong>en</strong><br />

verklaring van ge<strong>en</strong> bezwaar zou hebb<strong>en</strong> afgegev<strong>en</strong><br />

(hetge<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s Etam c.s. ‘zeer wel d<strong>en</strong>kbaar’<br />

was geweest), zou reeds dan ge<strong>en</strong> vergunning<br />

voor fase 1 zijn verle<strong>en</strong>d <strong>en</strong> zou de overe<strong>en</strong>komst<br />

op grond van art. 5.8 zijn ontbond<strong>en</strong>. Etam<br />

c.s. zoud<strong>en</strong> in dat geval hun heil elders hebb<strong>en</strong><br />

gezocht, zonder dat zij onnodige kost<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong><br />

hebb<strong>en</strong> gemaakt. Aan dit betoog komt volg<strong>en</strong>s<br />

Etam c.s. ook <strong>en</strong> juist betek<strong>en</strong>is toe als de overe<strong>en</strong>komst<br />

zou moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> uitgelegd zoals het hof<br />

in de rov. 5–7 heeft gedaan, omdat Etam c.s. dan<br />

weliswaar ge<strong>en</strong> aanspraak kunn<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> op<br />

(schadevergoeding ter zake van de onmogelijkheid<br />

van) zelfstandige, grootschalige kantoorontwikkeling,<br />

maar was ‘zeer wel d<strong>en</strong>kbaar’ geweest<br />

dat door het intred<strong>en</strong> van de ontbind<strong>en</strong>de voorwaarde<br />

de door Etam c.s. geled<strong>en</strong> (andere)<br />

schade, zoals ter zake van de investering in e<strong>en</strong><br />

‘te duur’ gebouw <strong>en</strong>/of verhuizing, alsnog naar<br />

e<strong>en</strong> andere locatie, goeddeels achterwege was<br />

geblev<strong>en</strong>.<br />

3.49 In de stukk<strong>en</strong> van de feitelijke instanties<br />

waarnaar het subonderdeel (in voetnoot 21) verwijst,<br />

wordt steeds e<strong>en</strong> verband gelegd tuss<strong>en</strong> de<br />

beweerdelijk valse opgave van de Geme<strong>en</strong>te <strong>en</strong> de<br />

bouwvergunning die Etam c.s. aldus kond<strong>en</strong> verkrijg<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong>erzijds, <strong>en</strong> de indruk die daardoor bij<br />

Etam c.s. werd gewekt met betrekking tot de<br />

realiseerbaarheid van de (volg<strong>en</strong>s h<strong>en</strong>) ‘overige<br />

overe<strong>en</strong>gekom<strong>en</strong> ontwikkeling<strong>en</strong>.’ 32 .Hetisniet<br />

onbegrijpelijk dat het hof het verwijt dat de Geme<strong>en</strong>te<br />

Etam c.s. met de (dankzij e<strong>en</strong> beweerdelijk<br />

valse opgave mogelijk gemaakte) bouwvergunning<br />

in e<strong>en</strong> uitzichtloze situatie heeft gelokt,<br />

in het bijzonder heeft betrokk<strong>en</strong> op de door Etam<br />

c.s. veronderstelde maar later niet realiseerbaar<br />

blijk<strong>en</strong>de mogelijkheid van grootschalige kantoorontwikkeling<br />

t<strong>en</strong> behoeve van derd<strong>en</strong>. Ev<strong>en</strong>min<br />

is onbegrijpelijk dat het hof heeft geoordeeld<br />

dat aan dat verwijt het belang is kom<strong>en</strong> te ontvall<strong>en</strong><br />

met de uitleg van de overe<strong>en</strong>komst volg<strong>en</strong>s<br />

welke Etam c.s. hoe dan ook niet tot de bedoelde<br />

grootschalige kantoorontwikkeling bevoegd war<strong>en</strong>.<br />

Voor het betoog dat Etam c.s. ook <strong>en</strong> juist<br />

belang hebb<strong>en</strong> bij hun verwijt voor het geval de<br />

32 Zie bijvoorbeeld de inleid<strong>en</strong>de dagvaarding onder 28 <strong>en</strong> de<br />

conclusie van repliek onder 38, maar ook de memorie van<br />

griev<strong>en</strong> onder 71, waarin weliswaar wordt gesprok<strong>en</strong> van e<strong>en</strong><br />

‘veel te duur gebouw’, maar voorzi<strong>en</strong> van de toevoeging ‘op e<strong>en</strong><br />

locatie zonder het overe<strong>en</strong>gekom<strong>en</strong> toekomstperspectief <strong>en</strong><br />

zonder mogelijkhed<strong>en</strong> van het g<strong>en</strong>erer<strong>en</strong> van gerechtvaardigd<br />

verwachte winst<strong>en</strong> op de rest van het bedrijv<strong>en</strong>terrein. Door de<br />

tekortkoming<strong>en</strong> in de <strong>nakoming</strong> van de Overe<strong>en</strong>komst c.q.<br />

onrechtmatig te handel<strong>en</strong> in de procedure van de totstandkoming<br />

van de bouwvergunning, heeft de Geme<strong>en</strong>te dus schade<br />

berokk<strong>en</strong>d aan Etam (...)’.<br />

overe<strong>en</strong>komst zou moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> uitgelegd<br />

zoals het hof heeft gedaan, vermeldt het onderdeel<br />

ge<strong>en</strong> vindplaats<strong>en</strong> in de stukk<strong>en</strong> van de feitelijke<br />

instanties.<br />

Het onderdeel kan daarom niet tot cassatie<br />

leid<strong>en</strong>.<br />

4. Conclusie<br />

De conclusie strekt tot verwerping van het cassatieberoep.<br />

Noot<br />

1. Nakoming van e<strong>en</strong> <strong>bevoegdhed<strong>en</strong>overe<strong>en</strong>komst</strong>.<br />

In dit arrest formuleert de Hoge Raad <strong>en</strong>ige<br />

hoofdregels voor de beantwoording van de vraag<br />

wanneer de bestuursrechter dan wel de burgerlijke<br />

rechter bevoegd is om k<strong>en</strong>nis te nem<strong>en</strong> van<br />

geschill<strong>en</strong> over de <strong>nakoming</strong> van e<strong>en</strong> <strong>bevoegdhed<strong>en</strong>overe<strong>en</strong>komst</strong>.<br />

Wanneer de wederpartij<br />

van de overheid <strong>nakoming</strong> w<strong>en</strong>st van de uit e<strong>en</strong><br />

<strong>bevoegdhed<strong>en</strong>overe<strong>en</strong>komst</strong> voortvloei<strong>en</strong>de verplichting<br />

tot het nem<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> bepaald voor<br />

bezwaar <strong>en</strong> beroep vatbaar besluit, di<strong>en</strong>t zij de<br />

bestuursrechtelijke rechtsgang te volg<strong>en</strong>. Voor<br />

het verkrijg<strong>en</strong> van schadevergoeding weg<strong>en</strong>s<br />

wanprestatie is de burgerlijke rechter ev<strong>en</strong>wel<br />

de bevoegde rechter; dat er bij de bestuursrechter<br />

andere mogelijkhed<strong>en</strong> zijn om om schadevergoeding<br />

te verzoek<strong>en</strong> — bij e<strong>en</strong> gegrond beroep bij de<br />

bestuursrechter op de voet van art. 8:73 Awb dan<br />

wel via de weg van het uitlokk<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> zelfstandig<br />

schadebesluit — doet hieraan niet af. Het<br />

is e<strong>en</strong> belangrijk arrest, al was het maar omdat er<br />

tot nu toe relatief weinig jurisprud<strong>en</strong>tie over dit<br />

vraagstuk voor hand<strong>en</strong> was. In het bijzonder blijkt<br />

uit dit arrest de (betrekkelijk geringe) betek<strong>en</strong>is<br />

van de leer van de formele rechtskracht, met als<br />

gevolg <strong>en</strong>ige sam<strong>en</strong>loop in rechterlijke compet<strong>en</strong>ties.<br />

2. Rechtskarakter <strong>bevoegdhed<strong>en</strong>overe<strong>en</strong>komst</strong>.<br />

Bevoegdhed<strong>en</strong>overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> zijn e<strong>en</strong><br />

bijzonder soort overheidsovere<strong>en</strong>komst<strong>en</strong>. E<strong>en</strong><br />

<strong>bevoegdhed<strong>en</strong>overe<strong>en</strong>komst</strong> is e<strong>en</strong> overe<strong>en</strong>komst<br />

waarin e<strong>en</strong> bestuursorgaan aangeeft op<br />

welke wijze het e<strong>en</strong> hem toekom<strong>en</strong>de publiekrechtelijke<br />

bevoegdheid (wel of niet) zal gaan<br />

uitoef<strong>en</strong><strong>en</strong>. E<strong>en</strong> wez<strong>en</strong>lijke eig<strong>en</strong>schap van <strong>bevoegdhed<strong>en</strong>overe<strong>en</strong>komst</strong><strong>en</strong><br />

is dat de uitvoeringshandeling<strong>en</strong><br />

die het bestuursorgaan ter<br />

zake verricht het karakter van e<strong>en</strong> (al dan niet<br />

appellabel) besluit in de zin van art. 1:3 Awb<br />

kunn<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>.<br />

In de bestuursrechtelijke literatuur wordt de<br />

<strong>bevoegdhed<strong>en</strong>overe<strong>en</strong>komst</strong> vanwege haar object<br />

— de publiekrechtelijke bevoegdheid — vrijwel<br />

steevast als e<strong>en</strong> publiekrechtelijke overe<strong>en</strong>komst<br />

aangemerkt, ter onderscheid van de pri-<br />

1798 Afl. 40 - 2011 AB<br />

PPMG_T1_AB_Pag. 0026<br />

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!