Technologie Special - DJBroadcast
Technologie Special - DJBroadcast
Technologie Special - DJBroadcast
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
scuba<br />
Triangulation<br />
(HOTFLUSH)<br />
Scuba, Paul Rose voor intimi, is erg goed bezig de laatste tijd. Onlangs verscheen er al een fijne<br />
mixcompilatie van deze in Berlijn woonachtige dubstep producer: Sub:stance, uit via Ostgut Ton.<br />
In 2003 stond Scuba aan de wieg van de ontwikkeling van het dubstep genre door middel van<br />
het oprichten van zijn Hotflush label. Sindsdien is hij niet meer uit de frontlinie van het dubstep<br />
genre weg te denken. Triangulation is Scuba’s tweede langspeler, de opvolger van het in 2008<br />
verschenen A Mutual Antipathy, waarop ondermeer a de klapper Hard Boiled te vinden is. Op<br />
het nieuwe Triangulation draait het wederom om de lage frequenties, de melancholische sferen<br />
(voortreffelijk gedaan) en vooral het experiment. Scuba schuift als het ware de stijlen dubstep<br />
en techno (soms met ambient gevoel) in en over elkaar, waarmee hij zijn sound wederom naar<br />
een ander, hoger niveau tilt. Het album begint met het duistere, beatloze sfeermoment Descent,<br />
waarna het prachtige Latch het echte startschot blijkt middels ingetogen dubstep beats en een<br />
ambiance om van te smullen. Gaandeweg het album horen we Scuba’s visie op de house/techno<br />
en experimenteert hij er lustig op los binnen diverse tempi. De resultaten zijn zonder uitzondering<br />
van wereldklasse. Triangulation heeft alles in zich om een instant klassieker te worden: gevarieerde<br />
dubstep, house/techno en zelfs een avontuurlijke drum ‘n bass track (So You Think You’re<br />
<strong>Special</strong>). Dit album kan in één adem genoemd worden met de langspelers van 2562, Martyn,<br />
Burial en Elemental. ***** (Art-D-Fact)<br />
clara moto<br />
Polyamour<br />
(INFINé/PIAS)<br />
Graz. Dat Zuid-Oostenrijkse stadje staat nou niet<br />
bepaald bekend om zijn kranzinnige nachtleven. Toch<br />
waaien ook daar technozaadjes over de alpenweides,<br />
bewijst het debuutalbum Polyamour van Clara Moto. De<br />
jonge Française maakte in 2006 deel uit van de Red Bull<br />
Academy lichting. Naast haar zaten destijds Flying Lotus<br />
en Douglas Reed. Sterke lichting. En Moto gaat ook groot<br />
worden, reken daar maar op. Haar kijk op techno is lekker<br />
breed, ze schrikt niet terug voor vocalen (gezongen<br />
door Mimu, wiens stem soms wat weg heeft van Björk)<br />
en durft de diepte in te gaan. Zo combineert ze op Glove<br />
Affair baslijnen uit de dubstep met trippy sounds waarmee<br />
Mathew Jonson groot is geworden. Geen wonder<br />
dat de Oostenrijkse al eens in het voorprogramma van<br />
Cobblestone Jazz stond. Ook Agoria is fan. Hij tekende<br />
Moto voor zijn eigen label Infiné. Slimme zet. Polyamour<br />
is een overtuigend debuutalbum van een dame die het<br />
ver gaat schoppen. ***** (René Passet)<br />
Lali puna<br />
Our Inventions<br />
(MORR MUSIC/KONKURRENT)<br />
Is het echt alweer vijf jaar geleden dat Lali Puna een<br />
album uitbracht? Laatste wapenfeit was de verzamelaar I<br />
Thought I Was Over That. Het Duitse kwartet inspireerde<br />
sinds ’99 een hele generatie muzikanten met hun combi<br />
van introverte shoegaze-indie en zacht zoemende<br />
elektronica. Al namen ze daar op het relatief extraverte<br />
Faking The Books (2004) een beetje afstand van. Op<br />
Our Inventions keert Lali Puna terug naar de intimiteit,<br />
met klein gehouden liedjes en sobere instrumentatie.<br />
Daardoor komt zangeres Valerie Trebeljahr automatisch<br />
meer naar de voorgrond. Ze is beter gaan zingen, al weet<br />
ze donders goed hoe beperkt haar bereik is en maakt ze<br />
af en toe gebruik van vocoders of andere stemvervormers.<br />
De teksten handelen over de vervreemding van<br />
de natuur en de verregaande individualisering. Het is<br />
de Lali Puna zoals we het graag horen. Intiem, lief en<br />
toch een beetje stekelig. ***** (René Passet)<br />
eddy meets yannah<br />
Fiction Jar<br />
(COMPOST)<br />
Fiction Jar is alweer de derde langspeler van het Kroatische<br />
duo Eddy Ramich en Yannah Valdevit. In 2005<br />
speelde ze zich met het album Just Like… in één klap<br />
in de kijker. Op Fiction Jar werkt het duo onder andere<br />
samen met voormalig UK garage held Zed Bias (Dave<br />
Jones) en de geprezen MC Capitol A (Antoine Green).<br />
Het album biedt een groot aantal klappers met een<br />
verrassend aantal (deep) house bijdragen. Tijdens Mr.<br />
Sakamoto & The Forgotten Rail (met Zed Bias) worden<br />
subtiel de rauwe randjes opgezocht door de baslijn, die<br />
zich soepel slingert tussen de tribale percussie. Little<br />
Dragon, met Capitol A, verenigt soul, jazz en hiphop<br />
onder een garage-alike house groove – heel sterk! Alleen<br />
al di twee gtracks verantwoorden de aankoop van Fiction<br />
Jar, die in de breedte beduidend beter is geworden dan<br />
voorganger Once In A While. ***** (Art-D-Fact)<br />
v/a<br />
Boogybytes Vol. 05: Seth Troxler<br />
(BPITCH CONTROL)<br />
Interessante mixcompilaties zijn een lastig fenomeen. In<br />
een tijd waarin de dj een retestrakke mix maakt met Ableton<br />
wordt het snel gezien als klinisch of saai; wanneer<br />
het een ‘oldschool’ mix is met vinyl worden foutjes genadeloos<br />
afgeschoten. Op nummer 5 van de befaamde<br />
Boogy Bytes serie is het de eer aan import Berliner Seth<br />
Troxler. De tracklist is goed, maar op het eerste gezicht<br />
niet baanbrekend. Een eerste luistersessie doet al snel<br />
anders denken. Bij een tweede beluistering onstaan<br />
favorieten. Tijdens de derde en vierde begint er een<br />
bepaalde liefde te groeien voor het mixwerk van Seth<br />
Troxler. Na tien keer luisteren kan ik met een gerust hart<br />
zeggen dat dit een van de beste compilaties van dit jaar<br />
is. Persoonlijke favoriet track: Birds & Souls - Birds &<br />
Souls! ***** (Jorn Liefdeshuis)<br />
reviews<br />
gil scott-Heron<br />
I’m New Here<br />
(XL RECORDINGS/V2)<br />
Na zestien jaar stilte en jaren van persoonlijke ellende<br />
is de zwarte jaren ’70 muziekreus Gil Scott-Heron terug<br />
met een nieuw album. De plaattitel I’m New Here maakt<br />
duidelijk zijn gevoel voor ironie de magere jaren heeft<br />
overleefd. Net als zijn talent voor meeslepende soundscapes<br />
– waarin jazz, soul en fusion versmelten – en de<br />
scherpe blik waarmee hij de samenleving observeert.<br />
I’m New Here is klassiek Gil Scott-Heron, echter gehuld<br />
in een geluid dat onmiskenbaar 21ste eeuws is. En<br />
donker is I’m New Here zeker. De fusion van weleer<br />
heeft plaatsgemaakt voor een stekelige electronische<br />
geluidscollage vol industriele geluiden en gesampelde<br />
beats. Soms klinkt het als digitale blues, dan als een<br />
ambient soundtrack waarover een sombere ziener zijn<br />
poetische wijsheden debiteert. Wie zweert bij Portishead<br />
of Tricky, kan zich aan I’m New Here geen buil<br />
vallen. ***** (Enrico Riva)<br />
v/a<br />
ATFC In The House: London ’10<br />
(DEFECTED)<br />
Wie verlegen zit om een portie onversneden house –<br />
niet te hip, oubollig of kazig, maar gewoon ‘ouderwets’<br />
degelijk – kan blind grijpen naar de mixverzamelaars<br />
van Defected. Het vlaggeschip van het Britse house<br />
label is de reeks In The House en de meest recente<br />
aflevering komt van ATFC, Aydin Hasirci of tewel Aydin<br />
The Funki Chile, die op deze dubbelaar het clubgeluid<br />
van Londen in het zonnetje zet. Zonder op enigerlei<br />
wijze grenzen te verleggen of horizons te verplaatsen<br />
heeft ATFC een smulmix afgeleverd: house uit het<br />
boekje, ontdaan van opsmuk of fratsen, en het verveelt<br />
geen seconde. Om een idee te geven: Dennis Ferrer,<br />
Basement Jaxx, Steve Angello. Oud en nieuw naast elkaar,<br />
in een strakke mix die vele subkleuren laat horen<br />
maar toch consistent van geluid is – zie daar de kracht<br />
van twintig jaar house. En twintig jaar continuïteit.<br />
Feestje. ***** (Enrico Riva)<br />
pagina<br />
103