Schoolgids 2012-2013 - School met de Bijbel Wekerom

31
10. Resultaten van het onderwijs
We vinden het belangrijk om opbrengstgericht te werken. Dat is een voortdurende cyclus
van: onderwijs geven – meten – analyseren – plan maken – onderwijs geven – meten, enz.
We werken in ons onderwijs met methoden. Deze methode bevat doorgaans ook
toetsmateriaal. Zo eens in de zes weken kijken we naar wat dat oplevert. En waar we nog
meer met de kinderen aan moeten werken.
Twee keer per jaar zijn er de zogenaamde Leerling Volg Systeemtoetsen (LVS-toetsen). Dit
zijn toetsen van CITO, die dus onafhankelijk zijn van de methode. Deze toetsen zijn er op de
gebieden rekenen en wiskunde, begrijpend lezen, spelling, leestempo en leestechniek. Deze
toetsen geven ons inzicht in de vaardigheden van de leerlingen individueel en van de klas als
geheel. Deze vaardigheden worden uitgedrukt in een vaardigheidsscore. De inspectie heeft
een norm vastgesteld voor deze scores, zodat we twee keer per jaar kunnen meten of we
aan de normen voldoen.
Op het niveau van het individuele kind kunnen we zien hoever het kind is. We maken dan
een hulpplan, voor een kind afzonderlijk of voor een groepje kinderen. Daarbij is de IB-er
betrokken. Het hulpplan is de
handleiding voor de leerkracht in de
groep en de RT-er die het kind buiten
of binnen de groep helpt.
Eind groep 7 maken we de CITOentreetoets.
Deze toets heeft een
voorspellende waarde voor de
eindtoets in groep 8. Achterstanden
die dan zichtbaar worden, kunnen nog
weggewerkt worden. In januari stellen
de leerkrachten van groep 8 de
voorlopige adviezen op voor het
Voortgezet Onderwijs. Een gesprek
met de ouders hierover volgt in februari. Begin februari wordt ook de CITO-eindtoets
afgenomen. Het advies van de school, de score van de CITO-eindtoets en de wens van de
ouders (in deze volgorde) vormen samen de ingrediënten voor het definitieve advies naar
het VO.
Van de VO-scholen krijgen we informatie zodra de kinderen in klas 3 zitten. Zitten ze dan nog
op het niveau wat wij hadden geadviseerd? Dat helpt ons om telkens onze adviezen tegen
het licht te houden en ook op dit gebied te werken aan onze ontwikkeling.
De inspectie kijkt verder naar een goede doorstroom van de leerlingen. Teveel zittenblijven
of uitstroom naar het speciaal onderwijs is niet goed. Ook kijkt de inspectie naar de kwaliteit
van de individuele leerroutes voor kinderen die hoogstwaarschijnlijk het niveau van eind
groep 8 niet halen. Het is belangrijk dat al op tijd in te schatten en het kind mee te nemen
naar dát niveau dat voor hem of haar haalbaar is.