10.09.2013 Views

Register het - Register Belastingadviseurs

Register het - Register Belastingadviseurs

Register het - Register Belastingadviseurs

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

38<br />

n n n n BOR en Natuurschoonwet<br />

Een aandelenfusie, juridische<br />

fusie of juridische splitsing vormt<br />

geen belemmering voor <strong>het</strong><br />

bezitsvereiste<br />

<strong>het</strong> <strong>Register</strong> | april 2013 | nummer 2<br />

Bedrijfsopvolgingsregeling<br />

De BOR is uitgewerkt in de artikelen 35b tot en met 35f,<br />

SW 1956 en de artikelen 7 tot en met 10 Uitvoeringsregeling<br />

schenk­ en erfbelasting (UR S&E). Het doel van de<br />

BOR is <strong>het</strong> waarborgen van de continuïteit van ondernemingen<br />

ingeval van schenking of vererving. 2 In <strong>het</strong> kort<br />

komt de BOR op <strong>het</strong> volgende neer:<br />

n er wordt 100% vrijstelling van schenk­ en erfbelasting<br />

gegeven voor <strong>het</strong> verschil tussen de liquidatiewaarde<br />

en de (lagere) waarde going concern van de<br />

onderneming;<br />

n er wordt 100% vrijstelling van schenk­ en erfbelasting<br />

gegeven voor de waarde going concern van de<br />

onderneming tot een maximum van € 1.028.132<br />

(2013). Voor <strong>het</strong> meerdere geldt een vrijstelling van<br />

83% en voor de resterende 17% wordt rentedragend<br />

uitstel verleend gedurende een periode van 10 jaren,<br />

ex art. 25, lid 12 IW 1990.<br />

De wijze waarop de waardering van de onderneming<br />

moet plaatsvinden, is geregeld in art. 21, lid 12 SW 1956.<br />

De faciliteiten worden verleend als sprake is van een objectieve<br />

onderneming, zoals personenvennootschappen,<br />

rechtspersonen, panden die ter beschikking worden gesteld<br />

in de zin van artikelen 3.91 en 3.92, Wet IB (tbspanden)<br />

en buitenvennootschappelijk vermogen. 3<br />

In art. 35d lid 1 SW 1956 zijn de volgende belangrijke<br />

voorwaarden opgenomen: de schenker moet gedurende<br />

vijf jaar – en de erflater gedurende de periode van één<br />

jaar – voorafgaande aan <strong>het</strong> moment van schenking, respectievelijk<br />

overlijden, ondernemer, medegerechtigde,<br />

aanmerkelijkbelanghouder of resultaatgenieter met betrekking<br />

tot onroerende zaken zijn. Deze voorwaarden<br />

geven dus aan dat de BOR alleen van toepassing is ten<br />

aanzien van ondernemingsvermogen. Art. 9, lid 1 UR<br />

S&E geeft enige versoepeling ten aanzien van de hiervoor<br />

genoemde bezitstermijn van vijf, respectievelijk<br />

één jaar. Deze versoepeling geldt bijvoorbeeld ten aanzien<br />

van de geruisloze inbreng van een onderneming in<br />

een bv ex art. 3.65 Wet IB 2001 of juist een geruisloze terugkeer<br />

uit een bv ex art. 14c Wet Vpb 1969.<br />

Is <strong>het</strong> NSW-landgoed ingebracht in<br />

een vrijgestelde NSW-bv, dan kan<br />

geen gebruik worden gemaakt van<br />

de BOR<br />

In art 9, lid 2 UR S&E is bepaald dat de aandelenfusie, juridische<br />

fusie of juridische splitsing geen belemmering<br />

vormt voor <strong>het</strong> bezitsvereiste. Tot slot kwalificeert eigen<br />

vermogen dat de erflater of schenker zelf krachtens erfrecht<br />

of schenking heeft ontvangen, altijd voor <strong>het</strong> bezitsvereiste,<br />

ex art. 9, lid 4 UR S&E.<br />

Het is bij <strong>het</strong> toepassen van de BOR relevant om naar de<br />

voorwaarden te kijken die aan <strong>het</strong> ondernemingsvermogen<br />

zijn gesteld.<br />

Samenloop NSW en BOR<br />

Het is voor de eigenaar van een NSW­landgoed alleen<br />

mogelijk om van de BOR gebruik te maken als op dat<br />

landgoed een objectieve onderneming wordt gedreven<br />

in de zin van art. 3.2 Wet IB 2001. Het NSW­landgoed<br />

kan onder omstandigheden behoren tot <strong>het</strong> vermogen<br />

van die onderneming. Voorbeeld: op <strong>het</strong> NSW­landgoed<br />

wordt een horecagelegenheid (hotel en restaurant) geexploiteerd,<br />

waarbij door vermogensetikettering zowel<br />

<strong>het</strong> NSW­landgoed als de horecagelegenheid aan dezelfde<br />

eenmansonderneming of vennootschap onder firma<br />

zijn toe te rekenen.<br />

Een andere optie is <strong>het</strong> ter beschikking stellen (van een<br />

gedeelte) van <strong>het</strong> NSW­landgoed aan een bv waarin de<br />

eigenaar van <strong>het</strong> landgoed een aanmerkelijk belang<br />

houdt. Het NSW­landgoed wordt in dit voorbeeld een<br />

tbs­pand in de zin van art. 3.92, lid 1 Wet IB 2001. Dit<br />

kwalificeert als objectieve onderneming in de zin van<br />

art. 35c, lid 1, onderdeel d SW 1956.<br />

Is <strong>het</strong> NSW­landgoed ingebracht in een vrijgestelde<br />

NSW­bv, dan kan geen gebruik worden gemaakt van de<br />

BOR. In de vrijgestelde NSW­bv mag namelijk geen onderneming<br />

worden gedreven (zie art. 5, lid 1, aanhef en<br />

onderdeel a Wet Vpb 1969). Voor de BOR is juist een objectieve<br />

onderneming vereist, en daaraan kan een NSWbv<br />

dus niet voldoen.<br />

Voorbeeld<br />

Hierna volgt een voorbeeld waarin de BOR­ en NSW­faciliteiten<br />

en de samenloop daarvan worden verduidelijkt.<br />

Een landbouwer verricht activiteiten als eenmansondernemer<br />

op landbouwterreinen gelegen op <strong>het</strong><br />

NSW­landgoed, waarvan hij in privé eigenaar is (landbouwterreinen<br />

kunnen onder voorwaarden onder de<br />

NSW worden gerangschikt). Het NSW­landgoed behoort<br />

tot <strong>het</strong> ondernemingsvermogen.<br />

In 2013 schenkt de landbouwer zijn NSW­landgoed én<br />

de onderneming aan zijn zoon. De waarde in <strong>het</strong> economisch<br />

verkeer (w.e.v.) van <strong>het</strong> NSW­landgoed met inbegrip<br />

van de onderneming bedraagt op <strong>het</strong> moment van<br />

schenking in totaal € 8 miljoen. Hiervan is € 6 miljoen<br />

toe te rekenen aan de w.e.v. van <strong>het</strong> NSW­landgoed en<br />

€ 2 miljoen aan de w.e.v. van de eenmansonderneming<br />

zelf. De zoon heeft de intentie de onderneming gedurende<br />

ten minste vijfentwintig jaar voort te zetten. In<br />

de navolgende cijferopstelling worden de gevolgen van<br />

belastinglatenties en inkomstenbelasting buiten beschouwing<br />

gelaten.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!