11.09.2013 Views

KBC Institutional Fund - Febelfin - Duurzame producten

KBC Institutional Fund - Febelfin - Duurzame producten

KBC Institutional Fund - Febelfin - Duurzame producten

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Een beleid van (bijna) gratis geld en andere niet-conventionele maatregelen<br />

De Fed, de Amerikaanse centrale bank, heeft zijn beleidsrente al heel vroeg in de crisis verlaagd.<br />

Sinds december 2008 bedraagt die een symbolische 0,25%. De Europese Centrale Bank wachtte<br />

veel langer met het verlagen van de rente. De ECB deed er ook veel langer over en keerde in de<br />

periode van april tot juni 2011 tijdelijk op zijn stappen terug. Vandaag hanteert de ECB een tarief van<br />

1,00%.<br />

Een vuistregel stelt dat het ongeveer zes maanden duurt voor een renteverlaging een positief effect<br />

heeft op de reële economie. Na ongeveer achttien maanden zijn de effecten uitgewerkt. Het was dus<br />

niet verwonderlijk dat de Fed naar andere middelen greep. Hij intervenieerde rechtstreeks in de<br />

obligatiemarkten en kocht op grote schaal schuldpapier op in een poging ook de langetermijnrente<br />

laag te houden. Veel later en schoorvoetend volgde de ECB het voorbeeld van de Fed. Door het<br />

losbarsten van de eurocrisis had de ECB overigens geen andere keuze.<br />

Onrustige obligatiemarkten<br />

De toegenomen conjunctuurtwijfels en de aanslepende eurocrisis stuurden vanaf maart 2011 de<br />

Amerikaanse en de Duitse obligatierente lager. De oplopende inflatie en de ratingverlaging van de<br />

Verenigde Staten hadden daar nauwelijks of geen impact op. In 2012 werd die beweging voortgezet.<br />

Op 1 juni bereikten de Amerikaanse en de Duitse tienjaarsrente dieptepunten van respectievelijk<br />

1,45% en 1,15%.<br />

Obligatieportefeuilles werden op grote schaal herschikt. Schuldpapier van in opspraak geraakte<br />

Europese overheden werd gedumpt, internationale garanties ten spijt, en gearbitreerd voor Duits<br />

papier. In de loop van 2012 waren Spaanse overheidsobligaties het marktsegment dat het meest<br />

geviseerd werd. Het Belgisch-Duitse renteverschil had soms ook te lijden onder de spanningen<br />

binnen de eurozone. De tijd dat België tegen Duitse voorwaarden geld kon lenen, is al lang voorbij.<br />

De hoge staatsschuld, de problemen in de financiële sector, de onevenwichtige financiering van de<br />

federale en regionale taken, het gebrek aan een maatschappelijke consensus over een duurzame<br />

austeriteitspolitiek, de middelpuntvliedende krachten van de communautaire verhoudingen: redenen<br />

genoeg om buitenlandse beleggers wantrouwig te maken. Het resulteerde in een Belgisch-Duits<br />

renteverschil dat op 25 november 2011 piekte op 365 basispunten. De voorbije zeven maanden lijkt<br />

de storm te luwen. Op het einde van de verslagperiode stelden obligatiebeleggers zich tevreden met<br />

een premie van 160 basispunten voor het Belgische risico.<br />

De gezondheid van de Europese banken is nauw verbonden met de eurocrisis. Vlagen van<br />

pessimisme over de uitzichtloosheid van de europroblemen en vlagen van optimisme over een<br />

ultieme en radicale doorbraak zorgden voor vlagen van paniek en opluchting over de solvabiliteit van<br />

de Europese banken. Dat vertaalde zich op zijn beurt in heel wispelturige bewegingen bij de<br />

rentevoorwaarden waaraan de banken zich konden financieren op de interbankenmarkt. Ook de<br />

rentepremies voor niet-financiële debiteuren hadden te lijden onder de vrees voor het kredietrisico.<br />

Dat die debiteuren meestal ijzersterke balansen konden voorleggen, werd niet in rekening gebracht.<br />

Kortom, in de voorbije maanden konden de credit spreads wel fors inkrimpen, maar bleven ze toch<br />

onredelijk hoog.<br />

Elke reservemunt heeft zijn problemen<br />

In een jaar waarin de EMU een existentiële crisis doormaakte en het einde van de euro meermaals<br />

werd aangekondigd, was er voor de EUR/USD-wisselkoers niet meer volatiliteit dan in andere jaren.<br />

De euro noteerde eind juni 2012 2,3% lager tegenover de Amerikaanse dollar dan eind 2011.<br />

Natuurlijk heeft de dollar ook zijn problemen. Het imago van de wereldreservemunt had te lijden<br />

onder QE2, beschouwd als pure monetaire financiering van begrotingstekorten, die onverantwoord<br />

hoog opliepen. De politieke impasse waarin het begrotingsdebat verzeild was geraakt, ondermijnde<br />

ook het vertrouwen.<br />

De perifere Europese munten, zoals de Noorse kroon en vooral de Zwitserse frank, dienden wel als<br />

vluchtmunten en apprecieerden sterk tegenover de euro. De Zwitserse centrale bank voelde zich<br />

genoodzaakt in de wisselmarkten te interveniëren. De heel nadrukkelijke opmars van de yen in de<br />

voorbije jaren is gestuit. De Japanse munt blijft noteren op een niveau dat in de voorbije twintig jaar<br />

maar zelden werd opgetekend. De Chinese renminbi had midden 2010 zijn binding aan de dollar<br />

opgegeven, maar in de voorbije twee jaar bleef de opwaardering beperkt tot een luttele 6%.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!