MEDEDELINGEN (oktober 2008) - Het Amsterdams Lyceum

DE ZORG
op Het Amsterdams Lyceum
Onder de vele leerlingen in het voortgezet onderwijs is er een aantal dat door
leerproblemen een moeilijke tijd heeft. Aan de buitenkant is niets te zien, maar voor
sommige leerlingen is school wel degelijk complexer dan voor zijn of haar klasgenoten.
In september ging een docentenvergadering speciaal over DE ZORG op
Het Amsterdams Lyceum en hieronder staat een samenvatting van hetgeen die
middag aan bod kwam.
ZORGCOÖRDINATOR
Omdat bijna alle docenten mentor zijn en iedereen ook als
vakdocent met zorgleerlingen te maken kan hebben, is de
plenaire vergadering volledig gewijd aan zorg. Een leerling
die extra zorg behoeft, vraagt speciale aandacht van de docent
en van de andere leerlingen. Als die leerling de capaciteiten
heeft om een Vwo-diploma te behalen, moet dat kunnen op
Het Amsterdams.
Er zijn niet zoveel zorgleerlingen; dat is voor iedereen goed,
zeker ook voor de leerling zelf. De zorg en dus ook hulp
worden wel steeds gevarieerder. In Amsterdam wordt op dit
moment veel samengewerkt betreffende zorg, zowel op
directieniveau als door zorgcoördinatoren. Van leerlingen die
vanuit het basisonderwijs komen, is bekend welke extra hulp
ze hebben of nodig hebben.
Als zorgcoördinator en directielid heb ik veel overleg met
andere scholen en delen we elkaars expertise, als zorgcoördinator
ben ik voorzitter van de Zorgbreedte commissie, waar
zorg van buiten school gegeven kan worden en heb ik bijeenkomsten
met het zorgteam binnen school. Bovendien bied ik
hulp bij de aanvraag van een rugzak.
Alle collega’s die betrokken zijn bij de zorg vertellen straks
wat ze doen, de ambulant begeleider komt aan het woord en
een moeder van een dyslectische leerling vertelt over haar
ervaringen.
Op de website van Het Amsterdams Lyceum is informatie te
vinden over leerproblemen in de Wegwijzer voor leerlingen
met “handicaps”.
H. A. Andriessen
zorgcoördinator
5
DYSLEXIE
Er zijn ongeveer 40 leerlingen bij ons op school die dyslectisch
zijn; zo’n vier procent dus (dit komt overeen met het
landelijke gemiddelde).
Dyslexie is een stoornis waarbij lezen en spellen een
hardnekkig probleem vormen. Dyslectische kinderen hebben
in vergelijking met hun klasgenoten veel problemen met het
automatiseren bij technisch lezen en spelregels. De leerlingen
die een dyslexieverklaring hebben, krijgen 20% meer tijd bij
toetsen en spelfouten worden minder streng gerekend.
Sommige docenten laten dyslectische leerlingen de toetsen in
delen maken of mondeling. De dyslectische leerlingen uit de
eerste klas krijgen vanaf de herfstvakantie een keer per week
bijles voor Nederlands, Engels en Frans.
Alle leerlingen uit de eerste klas krijgen een dictee, een stilleestoets
en een toets begrijpend lezen om te kijken hoe het
gesteld is met spelling en lezen. Kinderen die beneden
de maat scoren, krijgen vanaf de herfstvakantie bijles
Nederlands; wanneer de remedial teacher en de docenten na
een periode van deze taalondersteuning zich zorgen blijven
maken over het lezen en spellen van deze leerling, dan kan hij
of zij worden doorgestuurd om op dyslexie te worden getest.
De remedial teachers op Het Amsterdams Lyceum zijn:
Hellen Andriessen, Sebastien Brunekreef, Rob Hendriks en
Martine Kuyper.
Op de website van Het Amsterdams Lyceum vindt u een verwijzing
naar onze nieuwe site over dyslexie.
Er is ook een werkgroep, bestaande uit docenten en ouders,
die zeer actief is.