Onderzoeksrapportage Kaderstelling Fysieke Werkomgeving Rijk
Onderzoeksrapportage Kaderstelling Fysieke Werkomgeving Rijk
Onderzoeksrapportage Kaderstelling Fysieke Werkomgeving Rijk
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Naast de basiswerkplekken en decentrale ontmoetingswerkplekken zijn er in<br />
rijkskantoren meestal ook vergaderplekken voor het geplande overleg, en restauratieve<br />
plekken. Hoewel daar in geval van activiteitgerelateerd werken met name door de<br />
huidige ICT-oplossingen wel gewerkt kan worden, tellen deze niet mee als werkplek.<br />
Deze vergaderplekken en restauratieve plekken worden in het algemeen gesitueerd<br />
buiten de zones waar basiswerkplekken en plekken voor ongepland overleg en<br />
ontmoeten zich bevinden. Omdat daarmee de toewijzing naar organisatieonderdelen<br />
moeilijk wordt, zijn deze plekken buiten de definitie van werkplekken gehouden.<br />
Natuurlijk zal gebruik van deze centrale voorzieningen kunnen leiden tot een lagere<br />
bezettingsgraad van de werkplekken en daarmee aanleiding kunnen vormen om over te<br />
gaan op een lagere flexfactor, dus minder werkplekken per fte. De monitoring zal<br />
hierover uitsluitsel geven.<br />
4.2.2 Definitie personele rekeneenheid: Formatie - fte’s<br />
De personele formatiegegevens die worden gebruikt om het aantal werkplekken te<br />
berekenen op gebouwniveau zijn de formatiegegevens van het eerstvolgende<br />
begrotingsjaar. Op voorraadniveau zijn dit de formatiegegevens behorende bij het<br />
moment van monitoring.<br />
Het gaat bij de formatiegegevens om de basisformatie, zonder toevoegingen voor externen<br />
en stagiaires. Door deze maatregel wordt tegemoet gekomen aan het Kabinetsbeleid om<br />
externe inhuur te minimaliseren.<br />
De gegevens zijn van belang bij het bepalen van de zogenaamde flexfactor.<br />
4.2.3 Definitie flexfactor<br />
De flexfactor wordt gedefinieerd als: het aantal werkplekken per fte.<br />
Als het aantal werkplekken daalt bij gelijkblijvende fte’s, dan daalt de flexfactor. Dit<br />
betekent dat er dan dus ‘flexibeler’ met werkplekken wordt omgegaan.<br />
4.2.4 Definitie bezettingsgraad<br />
Voor het bepalen van efficiënt gebruik wordt - naast de flexfactor - een maateenheid<br />
voor de efficiency ingevoerd: de bezettingsgraad.<br />
Bezettingsgraad wordt gedefinieerd als: “het gemeten gemiddelde gebruik van de<br />
werkplekken, tijdens die delen van de werkdag dat de werkplekken wordt gebruikt”.<br />
Paragraaf 4.6.1 beschrijft de uitwerking van bezettingsgraadmeting in de praktijk.<br />
4.2.5 Definities m 2 -normen<br />
Voor de ruimtenormen op gebouwniveau, dus voor de explicitering van de vraag naar<br />
huisvesting wordt de volgende norm gebruikt:<br />
- Functioneel Nuttig Vloeroppervlak(FNO)<br />
Het gebruik van de eenheid FNO zorgt ervoor dat de ruimtenormen voor elke<br />
huisvestingsvraag eenduidig en onafhankelijk van nieuwbouw of renovatie wordt<br />
uigedrukt. Dit voorkomt oneigenlijke discussies over de haalbaarheid van de normen<br />
voor specifieke projecten.<br />
Deze eenheid (FNO) komt in de NEN 2580 niet voor. Deze NEN-norm bevat maten die<br />
36 ONDERZOEK K ADERSTELLING F YSIEKE W ERKOMGEVING R IJK: C ORPORATE S TANDARD 2011